NL1006648C2 - Kweekvijver en werkwijze voor het aanleggen hiervan. - Google Patents

Description

NL-1006648

Kweekvijver en werkwijze voor het aanleggen hiervan

De onderhavige uitvinding betreft een werkwijze voor het aanleggen van een kweekbassin, en tevens een met deze werkwijze aangelegd kweekbassin.

In de techniek is in het algemeen een werkwijze 5 voor het aanleggen van een bassin bekend. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een kleigrond, welke wordt uitgegra-, ven, of waar wallen op worden geplaatst om contouren van het bekende kweekbassin te vormen. Hierbij wordt vertrouwd op de compactheid van de klei om te verzekeren, 10 dat geen water kan ontsnappen.

Een nadeel van de bekende techniek is, dat op de kleibodem een slijklaag wordt afgezet, in het bijzonder in het geval, waarbij op plankton voedende zoet- of zoutwatergarnalen worden gekweekt, waarbij in de dan af-15 gezette slijklaag een broedplaats ontstaat voor virussen en andere voor de te kweken oogst schadelijke invloeden. Gewoonlijk worden deze met chemicaliën, anaeroben of andere maatregelen bestreden, aangezien voor het verwijderen van de slijklaag een belemmerende factor is, dat nau-20 welijks onderscheid kan worden gemaakt tussen de uit klei bestaande bodem van de kweekvijver en de afgezette slijklaag, die op deze bodem is komen te liggen. Verder zijn vaak toegepaste maatregelen voor het verwijderen van de slijklaag op zich ook schadelijk voor de garnalen, of de 25 andere oogst, zodat hier nog afgezien van de kosten schade mee kan worden berokkend aan de oogst.

Een ander nadeel van de bekende techniek, in het bijzonder in zoutwaterbassins, is, dat verzilting van de klei en de hieronder gelegen lagen optreedt, hetgeen 30 tot grote ecologische gevolgen kan leiden. Afgraven en dumpen (in zee) van verzilte en door bestrijdingsmiddelen vergiftigde bodemgrond is geen oplossing, daar het pro- 1006648 2 bleem dan slechts wordt verplaatst. Dit is dan ook op veel plaatsen, zoals in Thailand, verboden.

Met de uitvinding is beoogd althans een bovengenoemd bezwaar of nadeel, weg te nemen, en hiertoe is 5 een werkwijze verschaft, omvattende: - het vormen van contouren van het kweekbassin? - het bekleden van de contouren met ten minste één strook kunststof; - het bedekken van de kunststof met een deklaag; en 10 - het vullen van het bassin.

Met een werkwijze volgens de onderhavige uit- -vinding wordt een kweekbassin, dat op doeltreffende wijze van de omgeving hiervan is afgesloten, zodat geen verzil-ting van de omgeving plaatsvindt. Bij voorkeur is de dek-15 laag een stevig materiaal, waarbij een duidelijk onderscheid is verschaft tussen slijk, dat hierop wordt afgezet, en deze deklaag, zodat het slijk op eenvoudige wijze ook gedurende bijvoorbeeld een kweekcyclus met gevuld bassin kan worden verwijderd door het bovenoppervlak van 20 de deklaag te reinigen. Dit kan bijv. plaatsvinden met behulp van een zuiginrichting, zodat gevaar op vorming van de slijklaag en de hierbij behorende virussen en andere voor de oogst schadelijke invloeden op doeltreffende wijze kan worden vermeden.

25 De kunststof stroken blijven hierbij op de plaats en zullen niet de neiging vertonen weg te drijven, op de eerste plaats als gevolg van hygroscopische zuiging door het grondwater en op de tweede plaats als gevolg van het aanvullende gewicht van de deklaag, dat over de 30 kunststof stroken wordt aangebracht, en van het water waarmee het bassin wordt gevuld, in het bijzonder wanneer de deklaag goed is ingeklonken.

In een eerste uitvoeringsvorm, die in het bijzonder geschikt is, wanneer een kweekbassin wordt aange-35 legd op een ondergrond van bijv. klei, onderscheidt de onderhavige uitvinding zich door het voorafgaand aan het bekleden van de contouren aanbrengen van een drainage-laag, welke zich in voltooide toestand van het bassin 1006648 3 hieronder uitstrekt. Bij voorkeur vindt dit plaats door het storten van een zandlaag voor het aanbrengen van de drainagelaag. Een dergelijke drainagelaag dient voor het laten afvloeien van uit de kleilaag afkomstig vocht en 5 gas, dat zich onder de stroken kunststof zou ophopen, wanneer deze drainagelaag niet zou worden aangebracht.

In een tweede uitvoeringsvorm onderscheidt een werkwijze volgens de onderhavige uitvinding zich door het zonder nadere dichtingsmaatregelen overlappend leggen van 10 de stroken kunststof. Zoals hierboven reeds is vermeld, blijven de stroken kunststof onder invloed van hygrosco--pische zuiging van het grondwater en het gewicht van de deklaag en vanzelfsprekend het hier nog op drukkende gewicht van de laag water in het bassin op de plaats lig-15 gen. Ook trekken de elkaar overlappende delen van de stroken elkaar aan als gevolg van elektrostatisch magnetisme van de kunststof. Door de stroken overlappend te leggen, en de invloed van de deklaag en het water, wordt reeds een nagenoeg waterdichte doorgaande deklaag, be-20 staande uit de elkaar overlappende stroken, verkregen.

Dit effect kan nog worden versterkt door het althans gedeeltelijk vullen van het bassin met leven, zoals micro-organismen, bevattend zoet water, het gedurende enige tijd laten rusten van het bassin, het legen van het zoet 25 water uit het bassin, en het opnieuw vullen van het bassin met zoet, zout of brak water. Het is gebleken, dat eventuele waterdoorgangen door de elkaar overlappende stroken kunststof doeltreffend worden gedicht door bezinksel of bijv. algen uit het zoetwater, welke dichting 30 gehandhaafd blijft, wanneer hieropvolgend het bassin met zoet, zout of brak water wordt gevuld.

In een derde uitvoeringsvorm onderscheidt een werkwijze volgens de onderhavige uitvinding zich door het althans over de bodem van het bassin storten van een 35 zandlaag voor het bedekken van de kunststof met een deklaag. Door gebruik te maken van zand als deklaag wordt een biofilter verkregen met een het water in het bassin reinigende werking. Verder is zand als deklaag bijzonder 1006648 4 geschikt om de stroken kunststof op de plaats te houden, in het bijzonder wanneer dit goed is ingeklonken.

In een vierde uitvoeringsvorm onderscheidt een werkwijze volgens de onderhavige uitvinding zich door het 5 althans tegen opstaande wanden van het bassin aanbrengen van een mortellaag voor het bedekken van de kunststof. Op deze wijze wordt een zeer doeltreffende versterking van de wal met opstaande of oplopende contouren, die het bassin omringt, verkregen. Voor deze laag op de wal 10 volstaat een relatief dunne laag die bijvoorbeeld met een troffel of dergelijk werktuig kan worden aangebracht. Bij voorkeur omvat hierbij de werkwijze het voorafgaand aan het aanbrengen van de mortel hieraan toevoegen en hiermee vermengen van vezelmateriaal, zoals kokoshaar en palm-15 boomhaar, oftewel injuk, en het aldus vervaardigen van de mortel. De genoemde mortel is in uitgeharde vorm zeer schokbestendig en sterk, hetgeen in het bijzonder in een gebied, waar geregeld aardschokken en dergelijke voorkomen, van voordeel is.

20 Zoals reeds is vermeld, betreft de uitvinding tevens expliciet een kweekbassin, zoals dit is vervaardigd volgens de werkwijze.

De uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht aan de hand van een tweetal uitvoeringsvoorbeelden 25 hiervan. In de tekening toont: fig. 1 schematisch een zijaanzicht in doorsnede van een bassin volgens de onderhavige uitvinding; en fig. 2 schematisch een aanzicht van een andere uitvoeringsvorm van een bassin volgens de onderhavige 30 uitvinding.

In de figuren wordt met een zelfde referentie-nummer gerefereerd aan een zelfde onderdeel.

In fig. 1 is schematisch een doorsnede in zijaanzicht getoond van een bassin 1, in doorsnede langs 35 een zijkant hiervan. Hierbij is met behulp van een zand-wal 2 de contouren van het bassin gevormd, waarna over de zandbodem 3 en tegen de naar het binnenste van het bassin 1 gerichte zijkant van de zandwal 2 een plastic laag 7 is 1006648 5 afgerold van een rol plastic 9. De op deze wijze van de rol 9 afgerolde stroken zijn elkaar overlappend gepositioneerd zonder verdere maatregelen om de elkaar overlappende delen van de stroken aan elkaar te bevestigen.

5 Vervolgens is op de zandbodem 3 over de stroken van het van de rol 9 afgerolde plastic een deklaag 4 aangebracht, welke eveneens uit zand bestaat, terwijl tegen de naar het binnenste van het bassin 1 gerichte zijde van de zandwal 2 op het van de rol 9 afgerolde plastic mortel is 10 aangebracht, dat is uitgehard tot beton, waaraan voorafgaand aan het aanbrengen hiervan stug vezelmateriaal is -toegevoegd en hiermee is vermengd. Het betreft hier kokoshaar of bijvoorbeeld palmboomhaar, dat tevens bekend staat als "injuk". De laag van beton 5 wordt tegen weg-15 glijden over de plasticlaag 7 tegen de naar het binnenste van het bassin 1 gerichte zijde van de zandwal 2 behoed door middel van op de plasticlaag 7 geplaatste hek- of vlechtwerken, zoals hier een open gevlochten bamboemat 17.

20 De plasticlaag 7 is hier zeer dun, aangezien als gevolg van de hygroscopische zuigwerking van het grondwater een betrouwbare afdichting is verkregen, mede onder invloed van het hierop drukkende gewicht van de deklaag 4 van zand en het zout water, waarmee het bassin 25 1 gevuld is, hetgeen met een stippellijn is aangeduid.

Het gewicht van de deklaag 4 van zand en het zout water drukken op de plastic laag 7 en houden deze op de plaats, welke werking, zoals reeds vermeld, die van de hygroscopische zuigwerking van grondwater versterkt. De van de 30 rol 9 afgerolde stroken plastic overlappen elkaar, waarmee onder invloed van de bovengenoemde gewichten reeds een adequate afdichting kan worden verkregen, in het bijzonder wanneer de zandbodem 3 en de deklaag 4 van zand goed zijn ingeklonken. Ook vindt wederzijdse aantrekking 35 plaats van de elkaar overlappende delen van de stroken onder invloed van elektrostatisch magnetisme. In de hier getoonde uitvoeringsvorm is het bassin echter voorafgaand aan het in gebruik nemen hiervan gedeeltelijk gevuld 1006648 6 geweest met zoet water, dat leven bevat, zoals micro-organismen en is het bassin enige tijd in rust gelaten, waarna het zoet water is vervangen door het zout water. Met de afzetting of het bezinksel uit het micro-organis-5 men bevattende zoet water worden eventueel resterende doorgangen tussen de elkaar overlappende delen van de stroken van het van de rol 9 afgerolde plastic verder gedicht.

Onder het bassin 1 loopt een afvoerbuis 8, die 10 enerzijds met een overloop 14 is verbonden, en anderzijds uitmondt in een kanaal 6. Het kanaal 6 dient voor afvoer-van een teveel aan zout water in het bassin 1, dat via de overloop 14 en de afvoerbuis 8 uit het bassin 1 stroomt. Hierbij is de overloop 14 vormgegeven als stop, waarbij 15 het mogelijk is al het zout water uit het bassin 1 te laten stromen en af te voeren. Hiermee is periodieke reiniging en onderhoud van het bassin 1 in de toestand zonder water hierin mogelijk, evenals voortdurende verversing van dit zout water in het bassin 1 in samenwer-20 king met (niet getoonde) toevoermiddelen.

Het in fig. 2 getoonde bassin 16 omhelst een andere uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding dan die, welke in fig. 1 is getoond. Hierbij wordt het bassin 16 aangelegd op kleigrond 15.

25 In het hier getoonde uitvoeringsvoorbeeld is de kleigrond 15 afgegraven tot een diepte, waarbij in de afgraving een bassin is aangelegd, dat voor het overige overeenkomt met het bassin 1 in fig. 1, welk laatste geheel in zandgrond is aangelegd.

30 In de afgraving in de kleigrond 15 is zand gestort, waarin de contouren van het bassin 16 zijn gevormd, te weten de zandbodem 3, en waarbij de wal 2 uit klei bestaat, waarna het bassin 16 op dezelfde wijze als het in fig. 1 getoonde bassin 1 is aangelegd.

35 Een met de kleigrond 15 samenhangend probleem is, dat hieruit in de richting van pijl A gas en vloeistof omhoog beweegt, waardoor de plastic laag 7 zelfs met de deklaag 4 hierop van de zandbodem 3 opgetild zou 1006648 7 kunnen worden. De zandbodem 3 vormt hierbij op zich reeds een drainagelaag, waarlangs uit de kleilaag 15 opborrelend vocht en gas in zijwaartse richting kan ontsnappen. Ook condensvocht dat onder de plastic laag 7 ontstaat, 5 kan hierlangs ontsnappen, welk vocht anders een negatieve invloed zou hebben op de hygroscopische werking. Om dit effect echter zeker te stellen, en in ieder geval te bewerkstelligen, dat opborrelend vocht en gas niet opgesloten kan raken onder de plastic laag 7, is een 10 drainagebuis 12 in de als drainagelaag fungerende zandbodem 3 aangebracht. De drainagebuis 12 strekt zich onder -het bassin 16 uit in de zandbodem 3 om hier opborrelend vocht en gas af te voeren naar het kanaal 6, waartoe de drainagebuis 12 zich tot in dit kanaal 6 uitstrekt. Het 15 zich naar het kanaal 6 uitstrekkende uiteinde van de drainagebuis 12 is voorzien van een terugslagklep 13 om aanvoer van vocht naar locaties onder het bassin 16 te voorkomen, in het bijzonder bij een hoog waterpeil in het kanaal 6. Hier is dit niet in detail getoond, maar be-20 treft het een terugslagklep in de vorm van een drijver, die geleiding van vloeistof naar de zandbodem 3 onder het bassin 16 op doeltreffende en zeer eenvoudige wijze voorkomt. De drainagebuis 12 is op een plaats langs de lengte hiervan in verbinding gesteld met een pomp 10 om de 25 draineerwerking te optimaliseren, waarbij vanaf de pomp 10 een afvoerslang 11 naar het kanaal 6 voert voor afvoer van in het bijzonder gedraineerd vocht.

De pomp 10 en afvoerslang 11 zijn in het bijzonder van nut, wanneer de waterstand in het kanaal 6 en 30 in de overloop 14 die is, welke in fig. 2 met een streep-stippellijn is aangeduid, waarbij het draineren via de terugslagklep 13 niet mogelijk is, zodat de pomp 10 de enige mogelijkheid biedt om onder het bassin 16 gedraineerd vocht af te voeren.

35 Vanzelfsprekend zullen zich vele andere uitvoe ringsvormen aan de vakman opdringen na kennisneming van het voorgaande volgens de onderhavige uitvinding. Deze additionele uitvoeringsvormen dienen echter te worden 1006648 8 beschouwd als gelegen binnen het kader van de door de bijgevoegde conclusies bepaalde bescherming. Zo is het mogelijk nog andere materialen dan zand en klei, zoals kiezels, poreus lavagesteente, mortel etc., te gebruiken.

5 Verder kunnen de draineermiddelen op vele andere wijzen worden verwezenlijkt, bijv. met verticale draineerlinten.

Verder is hierboven de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding beschreven in samenhang met zout water. Gezien de met een onbeklede kleilaag verbonden 10 problematiek van slijkafzetting en hierin de groei van voor de oogst schadelijke invloeden, is de uitvinding evenzeer toepasbaar voor zoet of brak water.

1006648

Claims (16)

1. Werkwijze voor het aanleggen van een kweek-bassin, omvattende: - het vormen van contouren van het kweekbassin; - het bekleden van de contouren met ten minste één strook 5 kunststof; - het bedekken van de kunststof met een deklaag; en - het vullen van het bassin.

2. Werkwijze volgens conclusie 1, gekenmerkt door het voorafgaand aan het bekleden van de contouren 10 aanbrengen van een drainagelaag, welke zich in voltooide toestand van het bassin hieronder uitstrekt.

3. Werkwij ze volgens conclusie 2, gekenmerkt door het storten van een zandlaag als het aanbrengen van de drainagelaag.

4. Werkwijze volgens conclusie 1, gekenmerkt door het overlappend leggen van meer dan één strook kunststof zonder nadere dichtingsmaatregelen op de elkaar overlappende stroken kunststof.

5. Werkwijze volgens conclusie 4, gekenmerkt 20 door het althans gedeeltelijk vullen van het bassin met leven, zoals micro-organismen, bevattend zoet water, het gedurende enige tijd laten rusten van het bassin, het legen van het zoet water uit het bassin, en het opnieuw vullen van het bassin met zoet, zout of brak water.

6. Werkwijze volgens conclusie 1, gekenmerkt door het althans over de bodem van het bassin storten van een zandlaag om de kunststof met een deklaag te bedekken.

7. Werkwijze volgens conclusie 1, gekenmerkt door het althans tegen opstaande wanden van het bassin 30 aanbrengen van een de kunststof tegen de wanden bedekkende mortellaag.

8. Werkwijze volgens conclusie 7, gekenmerkt door het voorafgaand aan het aanbrengen van de mortel hieraan toevoegen en hiermee vermengen van vezelmateri- 1006648 aal, zoals kokoshaar en palmboomhaar, oftewel injuk, en het aldus vervaardigen van mortel.

9. Kweekbassin, omvattende: - uit zand, dan wel met een zandlaag gevormde contouren; 5. ten minste één kunststof strook, welke een bekleding van de contouren vormt; - een deklaag op ten minste de gehele kunststof strook; en - water als vulling van het bassin.

10. Kweekbassin volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de stroken kunststof zonder nadere dich-tingsmaatregelen zijn gelegd.

11. Kweekbassin volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat althans over de bodem van het bassin een 15 zandlaag als kunststof bedekkende deklaag is aangebracht.

12. Kweekbassin volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat althans tegen opstaande wanden van het bassin een cementlaag is gestort als kunststof bedekkende deklaag.

13. Kweekbassin volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat als mortellaag een mortel met hieraan toegevoegd vezelmateriaal zoals palmboomhaar, oftewel injuk, en kokoshaar, is toegepast.

14. Kweekbassin volgens conclusie 9, met het 25 kenmerk, dat onder het bassin een drainagelaag is aangebracht .

15. Kweekbassin volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat de drainagelaag een zandlaag omvat.

16. Kweekbassin volgens conclusie 14 of 15, met 30 het kenmerk, dat in de drainagelaag drainagemiddelen zijn aangebracht. 1006648