NL1006071C1 - Werkwijze voor het verwijderen van hoogmoleculaire verbindingen uit een processtroom. - Google Patents

Werkwijze voor het verwijderen van hoogmoleculaire verbindingen uit een processtroom. Download PDF

Info

Publication number
NL1006071C1
NL1006071C1 NL1006071A NL1006071A NL1006071C1 NL 1006071 C1 NL1006071 C1 NL 1006071C1 NL 1006071 A NL1006071 A NL 1006071A NL 1006071 A NL1006071 A NL 1006071A NL 1006071 C1 NL1006071 C1 NL 1006071C1
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
ultrafiltration
high molecular
stage
molecular weight
process stream
Prior art date
Application number
NL1006071A
Other languages
English (en)
Inventor
Veerle Cauwenberg
Marinus Petrus Wilhelm Rijkers
Original Assignee
Chemferm Vof
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Chemferm Vof filed Critical Chemferm Vof
Priority to NL1006071A priority Critical patent/NL1006071C1/nl
Priority to EP98201615A priority patent/EP0878229A3/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1006071C1 publication Critical patent/NL1006071C1/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B01PHYSICAL OR CHEMICAL PROCESSES OR APPARATUS IN GENERAL
    • B01DSEPARATION
    • B01D61/00Processes of separation using semi-permeable membranes, e.g. dialysis, osmosis or ultrafiltration; Apparatus, accessories or auxiliary operations specially adapted therefor
    • B01D61/14Ultrafiltration; Microfiltration
    • B01D61/16Feed pretreatment
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B01PHYSICAL OR CHEMICAL PROCESSES OR APPARATUS IN GENERAL
    • B01DSEPARATION
    • B01D61/00Processes of separation using semi-permeable membranes, e.g. dialysis, osmosis or ultrafiltration; Apparatus, accessories or auxiliary operations specially adapted therefor
    • B01D61/14Ultrafiltration; Microfiltration
    • B01D61/145Ultrafiltration
    • B01D61/146Ultrafiltration comprising multiple ultrafiltration steps

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Water Supply & Treatment (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • Separation Using Semi-Permeable Membranes (AREA)

Description

- 1 -
WERKWIJZE VOOR HET VERWIJDEREN VAN HOQGMOLECULAIRE 5 VERBINDINGEN UIT EEN PROCESSTROOM
De uitvinding betreft een werkwijze voor de verwijdering van hoogmoleculaire verbindingen uit een processtroom met behulp van ultrafiltratie.
10 De toepassing van ultrafiltratie voor de verwijdering van hoogmoleculaire verbindingen uit vloeistofstromen is algemeen bekend en wordt met name vaak toegepast in de verwerking van afvalstromen.
Een nadeel van de toepassing van 15 ultrafiltratie is dat, met name wanneer het om batch-processen gaat, de concentratiefactor relatief laag is, hetgeen betekent dat de verliezen door dood volume van de unit relatief groot zijn. Dit is zelfs nog het geval wanneer de bekende ultrafiltratie-eenheden bij een 20 gegeven membraanoppervlak, in dit opzicht optimaal ontworpen zijn. Dit nadeel speelt in het bijzonder een belangrijke rol wanneer hoogmoleculaire verbindingen, bijvoorbeeld als verontreinigingen, verwijderd moeten worden uit een processtroom vóórdat het hoogwaardige 25 product uit de processtroom verwijderd wordt. In dat geval is het quantitatief terugwinnen van de vaardevolle componenten uit zowel het permeaat als het concentraat van groot belang. Daarbij komt nog dat de winning van het product, bijvoorbeeld fijnchemicalièn, 30 in het bijzonder farmaceutica, veelal via kristallisatie gebeurt, hetgeen in het algemeen spoelen vasprocedures, door te grote verdunning, technisch-economisch gezien ongewenst maakt.
Verkleinen van het dood volume is weliswaar 35 mogelijk door het membraanoppervlak te verkleinen, dit heeft echter veer direct als nadelig gevolg dat de tijd nodig voor de ultrafiltratie wordt vergroot. Zeker wanneer het gaat om processtromen die waardevolle componenten bevatten die niet erg stabiel zijn in 1006071 - 2 - oplossing, is het van het grootste belang de tijd nodig voor de ultrafiltratie zo kort mogelijk houden. Daar komt nog bij dat met name wanneer het om instabiele componenten gaat de temperatuur waarbij ultrafiltratie 5 wordt uitgevoerd laag gehouden moet worden hetgeen een negatief effect heeft op de maximaal haalbare flux waardoor een groter membraanoppervlak nodig is bij gegeven filtratietijd.
De uitvinding voorziet nu in een werkwijze 10 waarmee het mogelijk is om in relatief korte tijd en zonder noemenswaardige verliezen hoogmoleculaire verbindingen, in het bijzonder kleine verontreinigingen, uit een vloeibare processtroom te halen, zonder dat daarbij de processtroom sterk verdund 15 wordt.
Dit wordt volgens de uitvinding bereikt door de processtroom te onderwerpen aan een ultrafiltratie waarbij de ultrafiltratie wordt uitgevoerd in een unit met verschillende trappen, waarbij de verschillende 20 trappen in de loop van het ultrafiltratieproces na elkaar worden afgesloten, gedraineerd en onderworpen aan diafiltratie waarbij de uit de ene trap komende diafiltratie-vloeistof weer bij de volgende trap wordt toegepast.
25 Een unit heeft meerdere trappen waarbij de verschillende trappen in de loop van het ultrafiltratieproces na elkaar worden afgesloten, hetgeen betekent dat de aan ultrafiltratie te onderwerpen processtroom initieel over alle trappen 30 wordt geleid totdat een zekere concentratiefactor is bereikt, waarna één van de trappen wordt afgesloten zodat de te filtreren processtroom alleen nog over de resterende trappen wordt geleid, totdat een bepaalde hogere concentratiefactor is bereikt waarna de volgende 35 trap wordt afgesloten enzovoort. Op deze wijze kan een sterk verhoogde concentratiefactor worden bereikt.
1006071 - 3 -
Onder de op enig moment tijdens de ultrafiltratie bereikt concentratiefactor wordt verstaan de verhouding van de initieel te filtreren processtroom tot de op dat moment te filtreren processtroom; de maximaal te 5 bereiken concentratiefactor in een batchgewijze uitvoering is dus de verhouding volume van de totaal aan ultrafiltratie onderworpen processtroom tot het dood volume van de unit.
Nadat een trap is afgesloten wordt deze 10 gedraineerd en vervolgens onderworpen aan diafiltratie, waarbij de diafiltratievloeistof weer kan worden gebruikt bij de andere trap(pen), om de verdunning te beperken. Hierdoor worden de verliezen aan waardevolle componenten verder gereduceerd.
15 Het aantal aan te brengen trappen is onder meer afhankelijk van de processtroom, het type membraan, het vereiste membraanoppervlak en het type module; het voor een bepaalde situatie optimale aantal trappen kan eenvoudig door de vakman worden bepaald. De 20 verschillende trappen kunnen, afhankelijk van de gewenste capaciteit uit meerdere modules bestaan. Ook kan het opgestelde membraanoppervlak per trap variëren.
De trappen worden bij voorkeur zodanig uitgevoerd en opgesteld dat ze zo goed mogelijk 25 draineerbaar zijn, en zo weinig mogelijk vloeistof op de membranen achterblijft. Om zo veel mogelijk vloeistof te draineren wordt bij voorkeur bij het draineren, een inert gas bij voorbeeld stikstof, onder druk toegepast. Het draineerbare volume van de laatste 30 trap wordt bij voorkeur weer in het proces teruggevoerd.
In de werkwijze volgens de uitvinding kunnen in principe alle typen modulus worden toegepast. Geschikte ultrafiltratie modules die kunen worden 35 toegepast zijn bijvoorbeeld buisvormige, capillaire, holle vezel, vlakke platen, spiraalgewikkelde en 1006071 » - 4 - 'schijfvormige' (disctype) modules. Bij voorkeur worden buisvormige, capillaire of spiraalgewikkelde modules toegepast.
Het toe te passen type membranen is eveneens 5 niet kritisch. Geschikte membranen die kunnen worden toegepast zijn bijvoorbeeld organische (polymere), organo-minerale en anorganische membranen.
Polymere membranen voor ultrafiltratie zijn ondermeer membranen op basis van polysulfon, 10 polyethersulfon, polyacrylonitril, cellulose ester, polyimide/polyetherimide, polyamide, polyvinylideenfluor ide.
Organo-minerale membranenen bestaan uit een polymere drager bijvoorbeeld polysulfon, waaraan 15 anorganische precipitaten toegevoegd zijn bijvoorbeeld oxides (Si-oxide, Zr-oxide, of mengsels van oxiden).
Voorbeelden van anorganische membranen zijn keramische membranen, 'glasachtige' membranen en metallische membranen; voor deze toepassing in het 20 bijzonder keramische membranen. Keramische membranen worden gevormd door een combinatie van een metaal bijvoorbeeld aluminium, titanium of zirconium, met een niet-metaal in de vorm van een oxide, nitride, of carbide. Aluminiumoxide of alumina (γ-Α1203) en 25 zirconiumoxide of zirconia (Zr02) zijn de meest toegepaste keramische membranen.
De afmetingen van de te verwijderen hoogmoleculaire verbindingen zullen in de praktijk veelal liggen in de nanometer-range, bijvoorbeeld 0,2-30 1,5 nm.
De temperatuur waarbij de ultrafiltratie plaatsvindt is niet bijzonder kritisch. Ter voorkoming van beschadiging van de membranen is het ongewenst de ultrafiltratie te laten plaatsvinden bij een 35 temperatuur waarbij bevriezing van de processtroom kan plaatsvinden. Anderzijds kan de toe te passen 1006071 - 5 - temperatuur beperkt worden door de stabiliteit van waardevolle componenten in de aan de ultrafiltratie te onderwerpen processtroom. Wanneer in de processtroom instabiele waardevolle componenten aanwezig zijn wordt 5 bij voorkeur een lage temperatuur gekozen.
De pH waarbij de ultrafiltratie plaatsvindt kan binnen wijde grenzen variëren, bijvoorbeeld 0-13.
De pH waarbij de ultrafiltratie bij voorkeur plaatsvindt wordt eveneens hoofdzakelijk bepaald door 10 de te filtreren processtroom, in de praktijk wordt de pH zodanig gekozen dat de componenten van de processtroom in oplossing zijn.
De uitvinding kan bijzonder geschikt worden toegepast in de bereiding van kostbare fijnchemicaliën, 15 in het bijzonder farmaceutica, welke veelal worden gewonnen door kristallisatie en ook minder stabiel zijn. Een belangrijk voorbeeld hiervan is de bereiding van antibiotica via (enzymatische) acylering van een β-lactamkern met een geschikt acyleringsmiddel, waarin 20 zowel de β-lactamkern als het gevormde antibioticum waardevolle componenten vormen die veelal niet erg stabiel zijn. Gebleken is namelijk dat het na de enzymatische acyleringsreactie verkregen reactiemengsel, eventueel na verwijdering van eventueel 25 aanwezige vaste deeltjes bijvoorbeeld geïmmobiliseerd enzym, vaak hoogmoleculaire verbindingen bevat, bijvoorbeeld eiwitten of macromoleculaire verbindingen (bijvoorbeeld M = 10-100 kDa). Deze hoogmoleculaire verbindingen dienen uit de processtroom verwijderd te 30 worden voordat het antibioticum als vaste stof uitkristalliseert, om te voorkomen dat het eindproduct verontreinigd zou kunnen worden met sporen ongewenste verbindingen. Aanvraagster heeft nu gevonden dat deze hoogmoleculaire verbindingen in essentie volledig 35 kunnen worden verwijderd met behulp van ultrafiltratie, zonder dat dit belangrijke verliezen aan eindproduct 1006071 - 6 - met zich meebrengt.
Bekende β-lactam antibiotica zijn bijvoorbeeld cefalexine, amoxicilline, ampicilline, cefaclor, cefradine, cefadroxil, cefotaxim en 5 cefazoline.
Voorbeelden van β-lactamkernen zijn β-lactamkernen met de algemene formule (1)
Ro Y
10 r f \ H2N<i-f \
I Z
//- 0 'v
15 0^ OH
waarin Rc staat voor H of een alkoxygroep met 1-3 C-atomen; Y staat voor CH2, 0, S of een geoxideerde vorm van zwavel; en Z staat voor 2° CH, N \ | ''j ^ '' CH3 , / 'tti . of ^^CHj 25 waarin Rx bijvoorbeeld staat voor H, OH, halogeen, een alkoxygroep met 1-5 C-atomen, een alkylgroep met 1-5 C-atomen, een cycloalkylgroep met 4-8 C-atomen, een aryl of een heteroarylgroep met 6-10 C-atomen, waarbij de groepen eventueel gesubstitueerd kunnen zijn 30 bijvoorbeeld met een alkyl, aryl of een alkoxygroep met 1-8 C-atomen; in het bijzonder penicillinederivaten, bijvoorbeeld 6-aminopenicillaanzuur (6-APA), en cefalosporine-derivaten, bijvoorbeeld 7-aminocefalosporaanzuur al of niet met een substituent 35 op de 3-plaats (7-ACA), bijvoorbeeld 7- aminodesacetoxycefalosporaanzuur (7-ADCA) en 7-amino-3-chloorcefalosporaanzuur (7-ACCA).
In de (enzymatische) acyleringsreactie kunnen als acyleringsmiddel bijvoorbeeld een fenylglycine in 1006071 - 7 - geaktiveerde vorm bij voorkeur een (primair, secundair of tertiair) amide of zout daarvan, of een lager alkyl (1-4C) ester, bijvoorbeeld een methylester worden toegepast; als fenylglycines komen bijvoorbeeld in 5 aanmerking al dan niet gesubstitueerde fenylglycines in het bijzonder fenylglycine, p-hydroxyfenylglycine, dihydrofenylglyine.
In de bereiding van antibiotica wordt met voordeel een geïmmobiliseerd enzym toegepast. Een 10 geschikte immobilisatietechnologie is bijvoorbeeld beschreven in EP-A-222462. Een andere geschikte technologie wordt gevormd door het Penicilline G acylase te immobiliseren op een drager die een gellerend agens, bijvoorbeeld gelatine, en een polymeer 15 met vrije aminogroepen, bijvoorbeeld alginaat amine, chitosan of polyethyleenimine bevat. Daarnaast kunnen enzymen ook als kristallijne stof worden ingezet (Clecs).
Van de geïmmobiliseerde enzymen die 20 commercieel verkrijgbaar zijn, zijn bijvoorbeeld bijzonder geschikt gebleken het Escherichia coli enzym van Boehringer Mannheim GmbH dat onder de naam Enzygel® commercieel verkrijgbaar is, het geïmmobiliseerde Penicilline-G acylase van Recordati en het 25 geïmmobiliseerde Penicilline-G acylase van Pharma Biotechnology Hannover.
Geschikte enzymen die kunnen worden toegepast bij de genoemde enzymatische acyleringsreactie en de enzymatische hydrolysereactie zijn bijvoorbeeld 30 amidases of acylases, in het bijzonder penicilline amidases of acylases. Dergelijke enzymen zijn bijvoorbeeld beschreven in J.G. Shewale et. al. Process Biochemistry, Augustus 1989 p. 146-154 en in J.G. Shewale et. al. Process Biochemistry International, 35 Juni 1990, p. 97-103. Voorbeelden van geschikte enzymen zijn enzymen afgeleid van Acetobacter. in het bijzonder 1006071 - 8 -
Acetobacter pasteurianum. Aeromonas. Alcaliaenes. in het bijzonder Alcaliaenes faecalis. Aphanocladium, Bacillus sp.. in het bijzonder Bacillus meaaterium. Ceohalosporium. Escherichia. in het bijzonder 5 Escherichia coli. Flavobacterium. Fusarium. in het bijzonder Fusarium oxvsporum en Fusarium solani. Kluvvera. Mvcoplana. Protaminobacter. Proteus. in het bijzonder Proteus rettaeri. Pseudomonas en Xanthomonas. in het bijzonder Xanthomonas citrii.
10 De temperatuur waarbij de enzymatische acyleringsreactie wordt uitgevoerd ligt meestal lager dan 40°C, bij voorkeur tussen 0 en 35°C. De pH waarbij de enzymatische acyleringsreactie wordt uitgevoerd ligt meestal tussen 6 en 10, bij voorkeur tussen 6,5 en 9.
15 De (enzymatische) acyleringsreactie en de verdere opwerking van het reactiemengsel wordt in de praktijk meestal uitgevoerd in water. Desgewenst kan het reactiemengsel ook een organisch oplosmiddel o£ een mengsel van organische oplosmiddelen bevatten, bij 20 voorkeur minder dan 30 vol.%. Voorbeelden van organische oplosmiddelen die kunnen worden toegepast zijn alcoholen met 1-7 C-atomen, bijvoorbeeld een monoalcohol, in het bijzonder methanol o£ ethanol; een diol, in het bijzonder ethyleenglycol of een triol, in 25 het bijzonder glycerol.
De uitvinding wordt nu toegelicht aan de hand van de voorbeelden zonder evenwel daardoor te worden beperkt.
30 Afkortingen CEX *= cefalexine-monohydraat 6- APA - 6-aminopenicillaanzuur 7- ADCA = 7-aminodesacetoxycefalosporaanzuur 35 FGA = D-fenylglycineamide FG = D-fenylglycine 1006071 - 9 - HPGM = D-p-hydroxyfenylglycine methylester
Assemblase® is een geïmmobiliseerde Escherichia coli penicilline acylase uit E-coli ATCC 11105, zoals beschreven in WO-A-97/04086. De immobilisatie is 5 uitgevoerd als beschreven in EP-A-222462, waarbij gelatine en chitosan als geilerend agens en glutaaraldehyde als crosslinker zijn gebruikt.
De uiteindelijke activiteit van de Escherichia coli penicilline acylase wordt bepaald door de hoeveelheid 10 enzym die aan de geactiveerde bolletjes is toegevoegd en bedroeg 3 ASU/g drooggewicht waarbij 1 ASU (Amoxcilline Synthese Unit) is gedetineerd als de hoeveelheid enzym die per uur 1 g Amoxicilline.3H20 genereert uit 6-APA en HPGM (bij 20°C; 6,5% 6-APA en 15 6,5% HPGM).
Voorbeeld I:
Er werd gebruik gemaakt van een installatie die in essentie was opgebouwd als weergegeven in Figuur 20 1. In Figuur 1 is A de synthesesectie, B de ultrafiltratiesectie, C de productprecipitatiesectie en D de opwerksectie. De synthesesectie wordt gevoed door grondstoffen aan te voeren via (1). De pH wordt door toevoeging van een zuur of een base, bijvoorbeeld 25 ammoniak of zwavelzuur op een gewenste pH gehouden via (2). De teruggewonnen grondstoffen worden gerecirculeerd via (3). Het product, vervaardigd in A, wordt via (4) naar sectie B gevoerd (ultrafiltratie). Het diafiltratiewater wordt toegevoerd via (5). Het 30 permeaat wordt via (6) naar sectie C gevoerd. Daar wordt het gewenste product gewonnen via (8). De dan overblijvende stroom wordt via (9) naar de opwerkssectie D gevoerd, evenals het draineerbaar volume van de laatste trap van de ultrafiltratie-unit 35 via (7), alwaar deze stromen gezuiverd worden. De gezuiverde stroom die nog grondstoffen bevat wordt via 1006071 k -ιοί 3) teruggevoeerd naar de reactor, de resterende stroom wordt afgevoerd via (10).
In een aanmaakreactor werd achtereenvolgens gedoseerd 452,4 kg ADCA, 262,5 kg FGA en 2475 1 water.
5 Het mengsel werd gekoeld tot 2°C, waarna er 29 1 ammonia werd toegevoegd.
Dit mengsels werd overgebracht in een zeefbodem (poriegrootte zeef = 200pm) welke 260 kg netto nat Assemblase® bevatte. Op hetzelfde moment werd 10 de roering gestart (45 rpm) en werd de aanmaakreactor met 100 1 water nagespoeld; dit water werd eveneens toegevoegd aan de enzymreaktor. De temperatuur werd op 2°C gehouden.
Na 4 1/2 uur werd de pH op 8,6 ingesteld 15 m.b.v. ammonia, waarna de reactor via de zeefbodem werd geleegd naar een buffervat.
De reactor werd vervolgens gewassen met 435 1 water en dit waswater werd eveneens aan het buffervat toegevoegd.
20 De resulterende condensaatstroom (ca. 3800 1.) bevatte cefalexine, 7-ADCA, FGA en FG en 1000 ppm hoogmoleculaire verbindingen, bij pH = 8,5 en 5°C. De stroom werd gefiltreerd over een 5 f/m filter.
Vervolgens werd de stroom gevoed aan een 25 ultrafiltratie-unit bestaande uit buisvormige polysulfonmembranen. De ultrafiltratie werd eveneens nltgevoerd bij 5°C in een unit van 202,8 m2 waardoor de filtratie en diafiltratie in 75 minuten konden uitgevoerd worden. De unit was opgebouwd uit 13 trappen 30 van telkens 15,6 m2. De concentratie werd uitgevoerd in de volledige unit tot een concentratiefactor 1,71. Vervolgens werd 1 trap afgesloten waardoor het aktief oppervlak 187,2 m2 werd. Deze trap werd gedraineerd en dit volume werd gepermeêerd over de resterende twaalf 35 trappen. De behaalde concentratiefactor was 1,85. Op analoge wijze werden achtereenvolgens 11 trappen 1006071 -11- afzonderlijk afgesloten en gedraineerd. Na afsluiten en draineren van 12 trappen was het aktieve oppervlak gereduceerd tot 15,6 m2. De concentratiefactor was gestegen tot 18,5. Inmiddels werd gestart met de 5 diafiltratie. De reeds gedraineerde trappen (12 trappen) werden gespoeld met 200 liter diafiltratiewater. Dit diafiltratiewater werd toegevoerd aan de laatste trap en gepermeëerd.
Tenslotte werd de laatste trap gedraineerd. Dit volume 10 werd toegevoerd aan een recovery stap verder in het proces. Dit bedroeg 83,4 liter of 2,08%. Het uiteindelijk verlies van het proces was slechts 4,7 liter of 0,12%.
15 Voorbeeld II:
Analoog aan voorbeeld I (voedingsstroom, temperatuur en pH). De ultrafiltratie werd nu uitgevoerd in een unit van 230 m2, met spiraalgewonden modules van polyethersulfonmembranen. De unit bestond 20 uit 4 trappen van telkens 57,6 m2. De concentratie van 4000 liter gebeurde in de volledige unit tot een concentratiefactor 10,6. Vervolgens werd 1 trap afgesloten en gedraineerd. De permeatie van het gedraineerde volume gebeurde over 3 trappen met een 25 totaal aktief oppervlak van 172,8 m2. De behaalde concentratiefactor was 13,6. Op analoge wijze werden nog 2 trappen afzonderlijk afgesloten en gedraineerd. Het gedraineerde volume werd gepermeëerd over de overige trap(pen). De behaalde concentratiefactor was 30 nu 30,77. Het resterende aktieve oppervlak was 57,6 m2. Inmiddels werd gestart met diafiltratie met 160 liter water. Het het diafiltratiewater werden de 3 reeds gedraineerde trappen gespoeld. Het diafiltratiewater werd toegevoegd aan en gepermeëerd in de laatste trap. 35 Tenslotte werd de laatste trap gedraineerd naar een recovery stap verder in het proces. Dit volume bedroeg 1006071 - 12 - 28 liter of 0,70%. Het verlies over het totale proces bedroeg 8,9 liter of 0,22%. De hele operatie werd uitgevoerd in 75 minuten.
1 o o 6 ö 'ï 1

Claims (7)

1. Werkwijze voor de verwijdering van hoogmoleculaire 5 deeltjes uit een processtroom met behulp van ultrafiltratie, met het kenmerk, dat de ultrafiltratie wordt uitgevoerd in een unit met verschillende trappen, waarbij de verschillende trappen in de loop van het ultrafiltratieproces na 10 elkaar worden afgesloten, gedraineerd en onderworpen aan diafiltratie waarbij de uit ene trap komende diafiltratievloeistof weer bij de volgende trap wordt toegepast.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, waarbij de unit 15 zodanig wordt opgesteld dat maximale drainage plaatsvindt.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, waarbij de drainage onder druk wordt uitgevoerd.
4. Werkwijze volgens een der conclusies 1-3, waarbij 20 het draineerbare volume van de laatste trap in het proces wordt teruggevoerd.
5. Werkwijze volgens een der conclusies 1-4, waarin de processtroom wordt gevormd door het reactiemengsel verkregen na een enzymatische 25 acylering van een β-lactamkern.
6. Werkwijze voglens conclusie 5, waarin de ultrafiltratie wordt uitgervoerd bij een temperatuur tussen 2 en 10°C.
7. Werkwijze voor de verwijdering van hoogmoleculaire 30 deeltjes uit een processtroom zoals beschreven en toegelicht aan de hand van de voorbeelden. 1 0 0 6 0 / t
NL1006071A 1997-05-16 1997-05-16 Werkwijze voor het verwijderen van hoogmoleculaire verbindingen uit een processtroom. NL1006071C1 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1006071A NL1006071C1 (nl) 1997-05-16 1997-05-16 Werkwijze voor het verwijderen van hoogmoleculaire verbindingen uit een processtroom.
EP98201615A EP0878229A3 (en) 1997-05-16 1998-05-14 Process for removal of high-molecular compounds from a process stream

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1006071A NL1006071C1 (nl) 1997-05-16 1997-05-16 Werkwijze voor het verwijderen van hoogmoleculaire verbindingen uit een processtroom.
NL1006071 1997-05-16

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1006071C1 true NL1006071C1 (nl) 1998-11-17

Family

ID=19764982

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1006071A NL1006071C1 (nl) 1997-05-16 1997-05-16 Werkwijze voor het verwijderen van hoogmoleculaire verbindingen uit een processtroom.

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP0878229A3 (nl)
NL (1) NL1006071C1 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN110372115A (zh) * 2019-07-08 2019-10-25 伊犁川宁生物技术有限公司 一种头孢废水净化处理方法

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
AU5727199A (en) * 1999-09-17 2001-04-24 Danish Separation Systems As A method and an apparatus for continuous cross-flow diafiltration

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DD277088A1 (de) * 1988-11-18 1990-03-21 Jenapharm Veb Verfahren zur isolierung von benzylpenicillin aus mikrobiologischen bruehen
IE914558A1 (en) * 1991-02-28 1992-09-09 Abbott Lab Isolation of proteins by ultrafiltration
US6359114B1 (en) * 1995-06-07 2002-03-19 Aphton Corp. System for method for the modification and purification of proteins

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN110372115A (zh) * 2019-07-08 2019-10-25 伊犁川宁生物技术有限公司 一种头孢废水净化处理方法

Also Published As

Publication number Publication date
EP0878229A2 (en) 1998-11-18
EP0878229A3 (en) 2000-01-19

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP2121960B1 (en) Process for the preparation of beta-lactam compounds
CN1107070C (zh) 制备抗生素的方法
CN1095875C (zh) 在恒定的高反应物浓度下制备β-内酰胺的方法
NL1006071C1 (nl) Werkwijze voor het verwijderen van hoogmoleculaire verbindingen uit een processtroom.
NL1007077C2 (nl) Werkwijze voor de winning van een ß-lactam antibioticum.
NL1007302C2 (nl) Werkwijze voor de bereiding van een ß-lactam antibioticum.
ES2224392T5 (es) Proceso mejorado para la produccion fermentativa de penicilina.
PL188119B1 (pl) Sposób wyodrębniania żądanego produktu rozpuszczalnego w wodzie z brzeczki fermentacyjnej
NL1007828C2 (nl) Complexen van beta-lactam antibiotica en 1-naftol.
NL1007076C2 (nl) Werkwijze voor de winning van een ß-lactam antibioticum.
WO1999055710A1 (en) A METHOD FOR CRYSTALLIZING A β-LACTAM ANTIBIOTIC
JP2000512510A (ja) セファロスポリンの発酵生産の改良法
EP2614066B1 (en) Process for the production of cephalosporins
NL1006267C2 (nl) Werkwijze voor het afscheiden van een vaste stof.
NL1010506C2 (nl) Werkwijze voor de bereiding van bêta-lactam antibiotica.
EP0997199A1 (en) Method for separation of solid compounds in suspension
MXPA00010537A (en) A METHOD FOR CRYSTALLIZING A&amp;bgr;-LACTAM ANTIBIOTIC
MXPA00003769A (en) PROCESS FOR THE PREPARATION OF A&amp;bgr;-LACTAM ANTIBIOTIC
CZ20003751A3 (cs) Způsob membránové filtrace

Legal Events

Date Code Title Description
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20011201