NL1005485C1 - Stropdassieraad. - Google Patents

Description

» »

STROPDAS SIERAAD

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een stropdassieraad dat middelen omvat voor het bevestigen van het 5 sieraad aan een stropdas.

Een belangrijke eis die in het algemeen aan een door een persoon te dragen sieraad wordt gesteld is dat het sieraad op een opvallende plaats aan een drager, dat wil zeggen een 10 persoon die het sieraad draagt, bevestigbaar moet zijn. Daarbij is het bovendien van belang dat deze plaats voldoende ruimte biedt, vooral bij een wat groter sieraad, en dat de plaats goed zichtbaar is. Voorts dient het sieraad voor de drager gemakkelijk bevestigbaar en losneembaar te 15 zijn, maar toch voldoende bedrijfszeker aan de drager bevestigd te kunnen worden. Met name bij sierraden die bevestigd worden aan de kleding van een persoon is het van belang dat de kleding bij het bevestigen en losnemen niet beschadigd kan worden.

20

In de praktijk blijkt het moeilijk om te voorzien in een sieraad dat voldoende opvallend aan de drager bevestigbaar is. In dit verband wordt opgemerkt dat veel van de bekende, opvallend plaatsbare sieraden, zoals een oorbel of een 25 ketting, als typisch vrouwelijk worden beschouwd, en derhalve niet voor iedereen aantrekkelijk zijn.

De uitvinding beoogt een sieraad dat op een opvallende plaats aan de drager bevestigbaar is, waarbij het sieraad 30 voor de drager gemakkelijk bevestigbaar en losneembaar is en toch voldoende bedrijfszeker aan de drager bevestigd kan worden, terwijl het de kleding van de drager niet beschadigt .

35 Daartoe heeft het stropdassieraad volgens de uitvinding het kenmerk dat de middelen voor het bevestigen van het sieraad 1 0 0 5 4 8 5 2 aan de stropdas delen omvatten die de stropdas althans gedeeltelijk kunnen omgeven onder en nabij de strop van de stropdas. Door de bevestiging onder en nabij de strop van een stropdas wordt bereikt dat het sieraad zich op een in 5 het oog springende plaats bevindt. Immers, telkens wanneer men een persoon aankijkt ligt deze plaats direct onder het gezicht van die persoon, en derhalve in het centrum van de aandacht. Doordat het sieraad op genoemde plaats de das althans gedeeltelijk kan omgeven, wordt bereikt dat het 10 sieraad op bedrijfszekere wijze aan de drager bevestigd kan worden, zonder beschadiging van de das, terwijl het sieraad voor de drager gemakkelijk bevestigbaar en losneembaar is.

Opgemerkt wordt dat reeds een dasklem bekend is die als 15 sieraad kan zijn uitgevoerd. Een dergelijke klem dient voor het fixeren van het loshangende onderste deel van de das aan het overhemd van de drager om te voorkomen dat het onderste deel van de das zich verplaatst en daardoor vervuilt of beschadigt. Een dergelijke dasklem wordt niet 20 nabij de strop van de das maar nabij de onderzijde van de das aangebracht. Dit belet dat de dasklem op een in het oog springende plaats wordt aangebracht.

Tevens wordt opgemerkt dat ook een kraagpen bekend is 25 waarvan de knoppen als sieraad kunnen zijn uitgevoerd. Een dergelijke pen dient om de beide punten van de boord van een overhemd ten opzichte van elkaar te fixeren. De pen wordt, bij het verbinden van de kraagpunten achter de strop van de das langs gevoerd. De pen kan derhalve niet op een 30 in het oog springende plaats worden aangebracht.

In een voorkeursuitvoering vormen de middelen in hoofdzaak een ring. Dit bewerkstelligt dat de middelen bij het omgeven van de das de vorm van de stropdas althans gedeeltelijk 1005485 3 kunnen volgen. Opgemerkt wordt dat de ring hierbij van een cirkelvorm kan afwijken en geen gesloten ring hoeft te zi jn.

5 In een andere uitvoering omgeeft het sieraad de stropdas geheel. Hierdoor wordt bereikt dat het sieraad compact is en bovendien met hoge bedrijfszekerheid aan de drager bevestigd kan worden.

10 In een volgende uitvoering vormt het sieraad in hoofdzaak een niet-gesloten ring. Dit resulteert er in dat het sieraad door de drager met verhoogd gemak losgenomen kan worden.

15 In weer een andere uitvoering is het sieraad voorzien van een sluitorgaan dat de opening tussen de vaste delen van de ring kan afsluiten. Hierdoor wordt bereikt dat het sieraad voor de drager gemakkelijk bevestigbaar en losneembaar is en toch met hoge bedrijfszekerheid aan de drager bevestigd 20 kan worden. Hierbij kan het sluitorgaan scharnierbaar, schuifbaar, verbuigbaar of op andere wijze de opening afsluiten en openen.

In een voorkeursuitvoering ligt de binnendiameter van de 25 ring tussen 10 en 25 mm en bij voorkeur tussen 15 en 20 mm. Gebleken is dat genoemde maten gebruikelijke maten zijn voor de diameter van een stropdas onder en nabij de strop van de stropdas. Door de binnendiameter van de ring en de diameter van een gebruikelijke stropdas te laten correspon-30 deren, wordt bereikt dat de ring bij het omgeven van de stropdas dikwijls goed aansluit aan de stropdas.

In een voorkeursuitvoering heeft de ring in axiale richting een afmeting die ligt tussen 0,5 en 50 mm, bij voorkeur 1005485 4 tussen 1 en 10 mm. Gebleken is dat het zich ten opzichte van de strop van de stropdas verbredende deel van de stropdas over een afstand van 25 mm in het algemeen relatief smal is in vergelijking tot de delen op verder gelegen 5 afstand. Door de axiale afmeting van de ring met het smalle deel te laten corresponderen kan bereikt worden dat de ring zonder de das te vervormen de das nabij de strop omgeeft. Bij voorkeur wordt de afmeting in axiale richting vrijwel drie millimeter gekozen.

10

Volgens een andere uitvoering omvatten de delen een flexibel orgaan. Een flexibel orgaan verhoogt namelijk de eenvoud van bevestiging van het sieraad. Opgemerkt wordt dat onder een flexibel orgaan tevens een elastisch orgaan dient 15 te worden verstaan.

Volgens een voorkeursuitvoering heeft het flexibele orgaan, dat althans gedeeltelijk de stropdas omgeeft, een lengte die ligt tussen 25 en 100 mm, bij voorkeur tussen 30 en 50 20 mm. Gebleken is dat de omtrek van een stropdas nabij de strop van de stropdas over het algemeen ligt tussen 30 en 50 mm. Door de lengte van het flexibele orgaan hiermee te laten corresponderen kan worden bereikt dat het flexibele orgaan althans gedeeltelijk om de stropdas heen gewikkeld 25 kan worden, onder en nabij de strop van de stropdas.

Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm is het flexibele orgaan een ketting of een band. Een dergelijke ketting of band is zeer geschikt voor het door omwikkeling althans 30 gedeeltelijk onder en nabij de strop van de stropdas omgeven van de stropdas.

Volgens een andere uitvoering omvatten de delen verende organen, welke organen, wanneer het sieraad een das om- 1005485 5 geeft, ten opzichte van het sieraad aan weerszijden tot achter de das reiken. Hierdoor wordt bereikt dat het sieraad op eenvoudige wijze aan de das bevestigd kan worden, terwijl ook het centreren van het sieraad in de breedte-5 richting van de das vereenvoudigd wordt.

De uitvinding heeft voorts betrekking op een stropdas voorzien van een stropdassieraad. In de praktijk zal het sieraad dikwijls aangeboden worden in combinatie met een 10 stropdas.

Volgens een verdere uitvoering omgeeft het sieraad de stropdas althans gedeeltelijk ten hoogste 20 cm onder de strop van de stropdas, bij voorkeur ten hoogste 10 cm en 15 meer bij voorkeur ten hoogste 5 cm. Gebleken is dat genoemde maten in toenemende mate het centrum van de aandacht naderen, hetgeen de opvallendheid van het sieraad verhoogt.

Ter verduidelijking van de uitvinding zullen, onder verwij-20 zing naar de tekening, enige uitvoeringsvoorbeelden van stropdassieraden volgens de uitvinding worden beschreven.

In de tekening toont 25 - Fig. 1 een schematische afbeelding van een persoon met een stropdas voorzien van een stopdassieraad volgens de uitvinding;

Fig. 2 een schematische afbeelding op grotere schaal van een stropdas voorzien van een stropdassieraad 30 volgens de uitvinding in een andere uitvoering;

Fig. 3A een achteraanzicht van het stropdassieraad van fig.2 en 1005485 6

Fig. 3B een met figuur 3A corresponderende dwarsdoorsnede van een stropdas met het stropdassieraad van fig.2.

5 Refererend aan fig. 1 is daarin een persoon 1 afgebeeld met zijn gezicht 2. Om de nek 3 van de persoon 1 draagt de persoon 1 een stropdas 4, welke met een strop 4 om het boord 5 van zijn overhemd 4 geknoopt is. In dichte nabijheid van de onderzijde 20 van de strop 7, minder dan 1 cm, 10 van de stropdas 4 wordt de stropdas 4 omgeven door het stropdassieraad 8, dat wordt ondersteund door het zich ten opzichte van de strop 7 van de stropdas 4 verbredende deel 18 van de stropdas 4. Telkens wanneer men de persoon 1 in zijn gezicht 2 aankijkt, springt het stropdassieraad 8 in 15 het oog.

Refererend aan fig.2 is daarop een andere uitvoeringsvorm van het stropdassieraad 8 zichtbaar. Het stropdassieraad 8 omgeeft de stropdas 4 nabij de onderzijde 20 van de strop 7 20 middels een ringvormig deel 10. Centraal aan de voorzijde van het stropdassieraad 8 is een opvallende diamant 9 bevestigd, welke ter verhoging van de flonkering geslepen is met een groot aantal facetten 21. Tevens is ook het ten opzichte van de strop 7 van de stropdas 4 verbredende deel 25 18, waarop het stropdassieraad 8 afsteunt, goed zichtbaar.

In figuren 3A en 3B is respectievelijk een achteraanzicht van het stropdassieraad 8 en een dwarsdoorsnede van een stropdas 4 met het stropdassieraad 8 van fig. 2 weergege-30 ven. Het ringvormige deel 10 is nabij vaste delen 12 en 12' voorzien van een opening 11, welke opening 11 middels sluitorgaan 13 afgesloten is. De voorste slip 22 en de achterste slip 23 van de stropdas 4 zijn gearceerd weergegeven. Het sluitorgaan 13 is middels scharnier 14 schar- 1 0 05 485 7 nierbaar bevestigd aan een vast deel 12. Bij het afsluiten van de opening 11 scharniert het sluitorgaan middels scharnier 14 naar het andere vaste deel 12', waarna uiteinde 16 over kogel 15, die aan genoemd andere vaste deel 12’ beves-5 tigd is, geborgd wordt. Met behulp van deze sluiting kan de persoon 1 het stropdassieraad 8 op gemakkelijk losneembare, doch voldoende bedrijfszekere wijze nabij de onderzijde 20 van de strop 7 van de stropdas 4 bevestigen, zonder dat de stropdas 4 beschadigt. Tevens is op afbeelding 3B de dia-10 mant 9 goed zichtbaar.

In fig. 3A is voorts de radiale afmeting 18 van ringvormig deel 10 zichtbaar. De radiale afmeting 18 is bij deze uitvoering 3 mm gekozen, waardoor het stropdassieraad 8 de 15 stropdas 4 zonder vervorming van de stropdas 4 omhult.

In fig. 3B is de binnendiameter 17 van het ringvormige deel 10 van het stropdassieraad 8 zichtbaar. De binnendiameter 17 is bij deze uitvoering 18 mm gekozen, waardoor het stropdassieraad 8 de stropdas 4 zonder vervorming van de 20 stropdas 4 omhult.

1005485

Claims (16)

1. Stropdassieraad, omvattende middelen voor het bevestigen van het sieraad aan een stropdas, met het 5 kenmerk dat de middelen delen omvatten die de strop das althans gedeeltelijk kunnen omgeven onder en nabij de strop van de stropdas.

2. Stropdassieraad volgens conclusie 1, met het kenmerk 10 dat de middelen in hoofdzaak een ring vormen.

3. Stropdassieraad volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat het sieraad de stropdas geheel omgeeft.

4. Stropdassieraad volgens een der voorgaande conclu sies, met het kenmerk dat de het sieraad in hoofdzaak een niet-gesloten ring vormt.

5. Stropdassieraad volgens een der conclusies 2-4, met 20 het kenmerk dat het sieraad voorzien is van een sluitorgaan dat een opening tussen vaste delen van de ring kan afsluiten.

6. Stropdassieraad volgens een der conclusies 2-5, met 25 het kenmerk dat de binnendiameter van de ring tussen 10 en 25 mm, in het bijzonder tussen 15 en 20 mm ligt.

7. Stropdassieraad volgens een der conclusies 2-6, met 30 het kenmerk dat de ring in axiale richting een afme ting heeft die ligt tussen 0,5 en 50 mm, in het bijzonder tussen 1 en 10. 1005485

8. Stropdassieraad volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de delen een flexibel orgaan omvatten.

9. Stropdassieraad volgens conclusie 8, met het kenmerk 5 dat het flexibele orgaan, dat althans gedeeltelijk de stropdas omgeeft, een lengte heeft die tussen 25 en 100 mm, in het bijzonder tussen 30 en 50 mm ligt.

10. Stropdassieraad volgens conclusie 8 of 9, met het 10 kenmerk dat het flexibele orgaan een ketting is.

11. Stropdassieraad volgens conclusie 8 of 9, met het kenmerk dat het flexibele orgaan een band is.

12. Stropdassieraad volgens een der voorgaande conclusies met het kenmerk dat de delen verende klemorganen omvatten, welke klemorganen, wanneer het sieraad een das omgeeft, ten opzichte van het sieraad aan weerszijden tot achter de das reiken. 20

13. Stropdassieraad volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de middelen, wanneer het sieraad een stropdas althans gedeeltelijk omgeeft, kunnen steunen op een ten opzichte van de strop van 25 de stropdas verbredend deel van de stropdas.

14. Stropdas voorzien van een stropdassieraad volgens een der conclusies 1-13.

15. Stropdas volgens conclusie 14, met het kenmerk dat het sieraad de stropdas ten hoogste 20 cm onder de strop van de stropdas althans gedeeltelijk omgeeft, bij voorkeur ten hoogste 10 cm, en meer bij voorkeur ten hoogste 5 cm. 1005485 «

16. Stropdas volgens een der conclusies 14 of 15, met het kenmerk dat het sieraad de stropdas althans nagenoeg aanliggend tegen de strop van de stropdas althans gedeeltelijk omgeeft. 5 1005485