NL1004354C2

NL1004354C2 - Stalconstructie voor pluimvee.

Info

Publication number: NL1004354C2
Application number: NL1004354A
Authority: NL
Inventors: Leendert Quiriniu Schwagermann
Original assignee: Jansen Holding B V
Priority date: 1996-10-24
Filing date: 1996-10-24
Publication date: 1998-04-27
Also published as: EP0842601B1; EP0842601A3; DE69704753D1; EP0842601A2; DE69704753T2

Description

Nederlandse octrooiaanvrage nr. 1004354 Bijlage behorende bij brief d.d. 27 februari 1998

STALCONSTRUCTIE VOOR PLUIMVEE

De uitvinding heeft betrekking op een stalconstructie voor pluimvee, omvattende ten minste een gesteldeel en ten minste één contra-gesteldeel.

Met stalconstructies voor pluimvee wordt onder 5 andere bedoeld: frames ter ondersteuning van legnesten, batterij systemen, systemen voor groepshuisvesting, etcetera. Dergelijke constructies worden veelal in een produktiebedrijf in onderdelen vervaardigd, in het bijzonder gelast, welke onderdelen vervolgens naar een 10 pluimveehouder worden getransporteerd, alwaar ze bijvoorbeeld worden samengebouwd door middel van bouten of klinken, poppen of schroeven of iets dergelijks.

Een dergelijke stalconstructie is bekend uit het Amerikaanse octrooischrift 3.124.102, waarin een 15 nestondersteuning is beschreven, welke een plateau bevat dat op instelbare wijze wordt gedragen door poten. Het plateau bestaat uit een door middel van laswerk gebonden geheel van profieldelen.

Een bezwaar van de bekende stalconstructie is 20 dat de verschillende onderdelen met behulp van een lasverbinding vooraf aan elkaar dienen te worden bevestigd, hetgeen arbeidsintensief en kostbaar is. Bovendien kan deze constructie alleen achteraf gegalvaniseerd worden.

25 De onderhavige uitvinding heeft tot doel het verschaffen van verbeterde onderdelen van een stalconstructie waarmee op relatief eenvoudige wijze een stalconstructie kan worden vervaardigd van ten minste vergelijkbare kwaliteit als de bestaande stalconstructies 30 voor pluimvee. Het uitgangsmateriaal kan vooraf verzinkt staal zijn.

004354' 2

De onderhavige uitvinding heeft daartoe het kenmerk het gesteldeel is voorzien van ten minste één haakorgaan voor aangrijping van het contra-gesteldeel.

Bij voorkeur is het gesteldeel kokervormig en 5 aan ten minste één van de kopse uiteinden daarvan voorzien van ten minste één haakorgaan. Het contra-gesteldeel kan zijn voorzien van een randdeel voor aangrijping van het haakorgaan. Dit randdeel kan daarbij deel uitmaken van een uitsparing in het contra-10 gesteldeel. Met behulp van deze gesteldelen en contra-gesteldelen kan op zeer eenvoudige wijze een stalcon-structie worden geassembleerd, zonder dat daarbij bijzondere gereedschappen benodigd zijn. De assemblage kan in bijzonder korte tijd plaatsvinden. Ook zijn er 15 minder onderdelen benodigd, waardoor de kans op een foutieve assemblage of op wachttijden om eventuele ontbrekende onderdelen te vervangen minder plaats zullen vinden. Ook de logistiek voor het naar een pluimveehouder transporteren van een stalconstructie wordt vereen-20 voudigd. Het tot grotere onderdelen samenstellen op de produktielokatie van de afzonderlijke gesteldelen door deze tot sub-assemblages in elkaar te lassen, ligt minder voor de hand. Hierdoor kunnen de te transporteren onderdelen kleiner van constructie zijn, wanneer gebruik 25 maakt wordt van gesteldelen en contra-gesteldelen overeenkomstig de uitvinding. Vanuit deze kleinere gesteldelen kan bij de pluimveehouder direct de stalconstructie worden samengesteld. Bij deze werkwijze zal tevens de totale arbeidstijd benodigd voor het 30 samenstellen van de stalconstructie uit de afzonderlijke onderdelen worden gereduceerd. Weer een ander voordeel is dat een stalconstructie samengesteld uit gesteldelen en contra-gesteldelen overeenkomstig de uitvinding eenvoudig is te demonteren. Tenslotte is het tevens mogelijk de 35 modulaire opbouw van een dergelijke stalconstructie te benutten wanneer bijvoorbeeld een deel van de stalconstructie is beschadigd of wanneer een deel van de stalconstructie gemoderniseerd dient te worden.

1004354 3

In een voorkeursuitvoering is het gesteldeel op afstand van het haakorgaan voorzien van ten minste één afsteunrand voor afsteuning tegen het voor samenwerking met het haakorgaan ingerichte contra-gesteldeel. Dit 5 contra-gesteldeel is daarbij bij voorkeur voorzien van een randdeel voor samenwerking met een haakorgaan en op afstand van het randdeel gelegen afsteunvlak voor samenwerking met de afsteunrand. Met behulp van een dergelijk gesteldeel kunnen bijvoorbeeld twee contra-10 gesteldelen aan elkaar worden gekoppeld totdat de ontstane constructie over de nodige stijfheid beschikt. Het voordeel hiervan is dat met relatief een beperkt aantal gesteldelen een stijve stalconstructie is te vervaardigen en dat extra verstijvingselementen niet of 15 minder noodzakelijk zijn. Door toename van de afstand van het haakorgaan tot de afsteunrand wordt dit effect dat aan een gesteldeel kan worden ontleend vergroot. In een voorkeursuitvoering is het contra-gesteldeel een staander en worden deze staander met behulp van gesteldelen 20 overeenkomstig de uitvinding aan elkaar gekoppeld.

Het moge daarbij duidelijk zijn dat een belangrijk deel van de bovengenoemde voordelen eveneens te realiseren is wanneer een deel van de gesteldelen van een stalconstructie star aan elkaar worden bevestigd door 25 bijvoorbeeld lassen, klinken, etcetera en een ander deel van de gestel- en contra-gesteldelen aan elkaar worden gehaakt. Afhankelijk van de situatie kan hiervoor een optimum worden gekozen.

In een verdere uitvoeringsvorm is een 30 gesteldeel van de stalconstructie aan ten minste één uiteinde voorzien van ten minste één haakvormig onderdeel voor aangrijping in sleufvormige openingen in het contra-gesteldeel. Dit heeft als voordeel dat gesteldelen en contra-gesteldelen op zeer eenvoudige wijze aan elkaar 35 kunnen worden bevestigd of van elkaar worden verwijderd.

In een voorkeursuitvoeringsvorm van de uitvinding wordt een staalconstructie verschaft, waarbij de stalconstructie ten minste één profieldeel ter 4 - ' ' r w 4 ondersteuning van legnesten omvat, welk profieldeel is voorzien van een longitudinaal verlopend uitwendig oppervlak ter ondersteuning van ten minste één legnest, en een sleufvormig longitudinaal verlopende rand, op 5 enige afstand gelegen van het steunoppervlak, voor samenwerking met een koppelrand van een beunrooster. Het profieldeel combineert twee functies die tot op heden door de afzonderlijke profieldeling werden vervuld. Hierdoor kan het aantal constructie-elementen in de 10 stalconstructie ter ondersteuning van legnesten worden gereduceerd, hetgeen kostenbesparend werkt.

De onderhavige uitvinding zal verder worden verduidelijkt aan de hand van de in navolgende figuren weergegeven niet-limitatieve uitvoeringsvoorbeelden.

15 Hierin toont: figuur 1 een opengewerkt perspectivisch aanzicht op een stalconstructie ter ondersteuning van legnesten waarin profieldelen overeenkomstig de uitvinding zijn opgenomen, 20 figuur 2 een opengewerkt perspectivisch aanzicht op het profieldeel zoals opgenomen in de constructie getoond in figuur 1, figuur 3 een perspectivisch aanzicht op een koppeling van twee gesteldelen met een contra-gesteldeel 25 overeenkomstig de uitvinding, figuur 4 een perspectivisch aanzicht op een gedeeltelijk opengewerkt groepshuisvestingsysteem waarin gesteldelen en contra-gesteldelen overeenkomstig de uitvinding zijn opgenomen, en 30 figuur 5 een perspectivisch aanzicht op een deel van een gesteldeel overeenkomstig de uitvinding zoals opgenomen in het groepshuisvestingsysteem dat getoond is in figuur 4.

Figuur 1 toont een stalconstructie 1 ter 35 ondersteuning van legnesten 2. Deze legnesten 2 zijn zo geconstrueerd dat kippen bij voorkeur hun eieren in de legnesten 2 leggen waarna de gelegde eieren via een hellend bodemvlak 3 naar een transportband 4 rollen. Deze >0043 S 4 * 5 transportband 4 voert de eieren vervolgens af voor verdere verwerking. De legnesten 2 zijn op enige afstand boven het bodemoppervlak van de stal geplaatst. De de legnesten 2 ondersteunende stalconstructie 1 omvat twee 5 parallel verlopende profieldelen 5. Deze profiedelen 5 worden ondersteund door staanders 6 en zijn met behulp van liggers 7 met elkaar verbonden. De profieldelen 5 overeenkomstig de uitvinding zijn zodanig gevormd dat zij een ondersteuningsvlak 8 en een evenwijdig aan dit 10 ondersteuningsvlak 8 verlopende sleufvormige rand 9 omvatten. Op het ondersteuningsvlak 8 van de profieldelen 5 kunnen de legnesten 2 worden geplaatst. In de sleufvormige rand 9 kan een koppelrand 10 van een beunrooster 11 worden gehaakt. Zoals zichtbaar in deze 15 figuur sluit het beunrooster 11 dan aan op de legnesten 2 waardoor het pluimvee eenvoudig toegang heeft tot de legnesten 2. Het beunrooster 11 is zodanig gevormd dat het mest voor het pluimvee doorlaat.

Figuur 2 toont het profieldeel 5 meer in 20 detail. Daarbij is zichtbaar dat de ligger 7 is voorzien van een haakvormig element 12 dat grijpt in een uitsparing 13 die daartoe in het profieldeel 5 is opgenomen. Tevens zijn duidelijk zichtbaar de ondersteuningsvlakken 8 en de sleufvormige rand 9.

25 Figuur 3 toont twee liggende gesteldelen 14 die beide een haakorgaan 15 omvatten waarmee de gesteldelen 14 aangrijpen op een bovenrand 16 van een contra-gesteldeel 17. De bevestiging van de gesteldelen 14 en het contra-gesteldeel 16 is zeer eenvoudig. De 30 gesteldelen 14 hoeven immers slechts aan het contra- gesteldeel 17 gehaakt te worden. Op enige afstand van de haakorganen 15 zijn de gesteldelen 14 beide voorzien van een afsteunrand 18 waarmee de gesteldelen afsteunen tegen het contra-gesteldeel 17. Dit geeft de verbinding van de 35 gesteldelen 14 en contra-gesteldeel 17 de nodige stabiliteit.

Figuur 4 toont een groepshuisvestingsysteem 19 waarin een legnest 2 is opgenomen. Tevens bevindt zich in * 'o 6 het groepshuisvestingsysteem 19 een beunrooster 11. In deze figuur is niet zichtbaar dat zich in de binnenruimte van het groepshuisvestingsysteem 19 tevens een vlak bevindt waarop het pluimvee kan scharrelen. Een 5 groepshuisvestingsysteem 19 combineert de voordelen van batterijhuisvesting ten aanzien van milieu- en gezondheidsaspecten met de voordelen van de grondhuisvesting ten aanzien van het welzijn van het pluimvee. Het pluimvee wordt gehuisvest in units 20 10 waarvan een deel wordt gevormd door het beunrooster 11 en er tevens een scharrelgedeelte aanwezig is. Per unit 20 kunnen bijvoorbeeld 40 kippen en 4 hanen worden gehuisvest. Zijwanden 21 van de units 20 worden met behulp van meerdere profieldelen 22-29 met elkaar 15 verbonden. Daarbij kunnen deze profieldelen 22-29 ook nog één of meerdere andere functies vervullen. Het profiel-deel 24 vormt bijvoorbeeld tevens een ondersteuning van het beunrooster 11. De profieldelen 22-29 zijn aan de kopse uiteinden voorzien van uitkragende haakorganen 30 20 die samenwerken met daartoe in de zijwand 21 aangebrachte uitsparingen. Op zeer eenvoudige wijze kunnen de profieldelen 22-29 aldus aan de zijwand 21 worden gekoppeld.

Figuur 5 tenslotte toont in detail het 25 profieldeel 24 zoals dat is opgenomen in het groepshuisvestingsysteem 19 getoond in figuur 4. De uitkragende haakorganen 30 zijn aan de kopse zijde van het profieldeel 24 bevestigd.

1004354-

Claims

1. Stalconstructie voor pluimvee, omvattende ten minste een gesteldeel en ten minste één contra-gesteldeel, met het kenmerk, dat het gesteldeel is voorzien van ten minste één haakorgaan voor aangrijping 5 op het contra-gesteldeel.

2. Stalconstructie volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het gesteldeel kokervormig is en ten minste één van de kopse uiteinden van het gesteldeel is voorzien van ten minste één haakorgaan.

3. Stalconstructie volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat het gesteldeel op afstand van het haakorgaan is voorzien van ten minste één afsteunrand voor afsteuning tegen het voor samenwerking met het haakorgaan ingerichte contra-gesteldeel.

4. Stalconstructie volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het contra-gesteldeel is voorzien van een randdeel voor samenwerking met het haakorgaan.

5. Stalconstructie voor pluimvee volgens 20 conclusie 4, met het kenmerk, dat het randdeel deel uitmaakt van een uitsparing in het contra-gesteldeel.

6. Stalconstructie volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het contra-gesteldeel is voorzien van een randdeel voor samenwerking met het 25 haakorgaan en een op afstand van het randdeel gelegen afsteunvlak voor samenwerking met de afsteunrand.

7. Stalconstructie volgens één der conclusies 4-6, met het kenmerk, dat het contra-gesteldeel een staander is.

8. Stalconstructie volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het gesteldeel aan ten minste één uiteinde is voorzien van ten minste één haakorgaan voor aangrijping in sleufvormige openingen in het contra-gesteldeel.

9. Stalconstructie volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de stalconstructie ten 5 minste een profieldeel ter ondersteuning van legnesten omvat, welk profieldeel is voorzien van: een longitudinaal verlopend uitwendig oppervlak ter ondersteuning van ten minste één legnest, en een sleufvormige longitudinaal verlopende rand, op 10 enige afstand gelegen van het steunoppervlak, voor samenwerking met een koppelrand van een beunrooster. • ,0 43 54*