NL1001994C2 - Zelfrijdend voertuig. - Google Patents

Description

*

Zelfrijdend voertuig

De uitvinding betreft een zelfrijdend voertuig, in het bijzonder ten gebruike op landbouwgrond, bijvoorbeeld grasland, voorzien van een aantal wielparen, waarbij de wielen van elk paar door een as gekoppeld zijn en van tenminste met één wielpaar gekoppelde 10 aandrijfmiddelen.

Een dergelijk zelfrijdend voertuig wordt bijvoorbeeld voor het aandrijven van bijvoorbeeld een giertank voor het bemesten van grasland of dergelijke gebruikt.

15 Dergelijke voertuigen dienen ook geschikt te zijn voor het rijden op de openbare weg. De belasting van dergelijke voertuigen, met name wanneer het bijvoorbeeld tanks met relatief grote inhoud betreft, is relatief hoog. Er worden dan ook dikwijls meerassige voertuigen 20 toegepast. Bij een dergelijke hoge belasting is de wieldruk hoog, hetgeen met name op landbouwgrond, bijvoorbeeld grasland tot beschadigingen aanleiding kan geven. Behalve de grote asdruk is het bezwaar dat de achter elkaar op één lijn gelegen wielen telkens 25 hetzelfde spoor volgen, zodat hetzelfde grondoppervlak meerdere malen achtereen wordt belast.

De uitvinding beoogt dit bezwaar te ondervangen en een zelfrijdend voertuig te verschaffen dat zowel geschikt is voor het rijden op de openbare weg als op 30 bijvoorbeeld landbouwgrond.

Dit wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat tenminste één van de wielparen in de richting ongeveer dwars op de langsrichting van het voertuig verplaatsbaar is.

35 Volgens de uitvinding wordt het mogelijk om bij gebruik op landbouwgrond het betrokken wielpaar zodanig in dwarsrichting van het voertuig te verplaatsen, dat het door dat wielpaar bereden spoor niet samenvalt met het 1 0 0 1 99 4 2 door andere wielen bereden spoor. Op deze wijze wordt bereikt, dat het grondoppervlak slechts eenmaal wordt belast. Tijdens het rijden op de openbare weg kunnen de wielen dan op de gebruikelijke wijze op een evenwijdig 5 aan de langsrichting van het voertuig gelegen lijn gericht worden, zodat een voertuig met normale spoorbreedte wordt verkregen.

Het wielpaar is bij voorkeur verplaatsbaar tussen een in het verlengde van de overige wielparen 10 gelegen stand en een daarvan afwijkende stand. Het wielpaar volgt in de niet in het verlengde van de overige wielparen gelegen stand, een aan de door die wielparen gevolgd spoor parallel, niet overlappend spoor. Hierdoor wordt bereikt dat de wielen van bijvoorbeeld drie 15 wielparen evenwijdige aan elkaar grenzende niet overlappende sporen volgen, zodat een optimale belasting van het grondoppervlak wordt bereikt.

Bij voorkeur zijn twee wielparen in ongeveer dwarsrichting verplaatsbaar en zijn de wielparen door 20 een, rond een tussen die wielparen gelegen zwenkpunt, zwenkbare verbindingsstang verbonden.

Met de verbindingsstang zijn besturingsmiddelen voor die wielen van elk paar verbonden zodanig, dat bij het zwenken tevens de wielen zodanig worden gezwenkt dat 25 de wielen in de langsrichting van het voertuig zijn gericht. Hiermede wordt bereikt dat ongeacht de gezwenkte stand de wielen in langsrichting van het voertuig zijn gericht en het voertuig derhalve ook in tussenstanden op de gebruikelijke wijze rijdbaar is.

30 De verplaatsing van de wielparen wordt door hydraulische middelen bestuurd.

Voor de besturing zijn met wielen hoekstandtasters verbonden en is de uitgang van de hoektstandtaster verbonden met een elektronische 35 besturingsschakeling.

Aan de hand van het uitvoeringsvoorbeeld van bijgaande tekeningen zal de uitvinding nader worden verduidelijkt. In de tekeningen tonen: 1001994 3 figuur 1 een perspectivisch aanzicht van een voertuig volgens de uitvinding, figuur 2 schematisch een bovenaanzicht van de het voertuig steunende wielparen in een stand geschikt 5 voor het rijden op de openbare weg, figuur 3 een schematisch bovenaanzicht volgens figuur 2, in de voor het rijden op landbouwgrond geschikte stand, en figuur 4 een schematische weergave van het 10 besturingssysteem voor het voertuig volgens de uitvinding.

Het voertuig 1 volgens de uitvinding wordt gebruikt voor het dragen van een tank 2 voor het transport van gier voor het bemesten van landbouwgrond, 15 bijvoorbeeld grasland. Het voertuig 1 is op de gebruikelijke wijze voorzien van een cabine 3 voor de bestuurder en vertoont een voorste wielpaar 4, waarvan de wielen evenwijdig aan elkaar verdraaibaar zijn voor het op gebruikelijke wijze richting geven van het voertuig 1. 20 Volgens figuur 2 zijn drie wielparen 4,5,6 aanwezig, welke telkens zijn verbonden door een as 7 respectievelijk 8, 9. In figuur 2, in de stand die geschikt is voor het berijden van de openbare weg, liggen alle wielen op de gebruikelijke wijze op één lijn en 25 wordt elk spoor 10 respectievelijk 11 derhalve drie keer achtereenvolgens door wielen belast.

In de stand in figuur 3 zijn de wielparen 4 en 5 in ongeveer dwarsrichting verplaatst zodanig, dat deze thans sporen respectievelijk 12, 13, 14 en 15 volgen.

30 Deze sporen lopen evenwijdig aan de sporen 10 en 11, doch overlappen deze niet. Elk spoor 10 en 15 wordt derhalve slechte éénmaal belast, zodat de belasting van het bodemoppervlak ten opzichte van de opstelling van figuur 2 met tweederde is verminderd.

35 De stand uit figuur 3 is geschikt voor toepassing op landbouwgrond, bijvoorbeeld grasland.

1 0 0 1 99 4 4

De wielparen 4 en 5 zijn verbonden door de verbindingestang 16 die zwenkbaar is rond een tussen de wielparen gelegen draaipunt 17.

Zoals figuur 4 toont, zijn via een 5 stangenstelsel 18 respectievelijk 19 de wielparen 4 respectievelijk 5 gekoppeld met de verbindingestang 16. Hierdoor wordt gewaarborgd dat ongeacht de stand van de stang 16 de wielen van het paar 4 respectievelijk 5 evenwijdig aan elkaar en evenwijdig aan het wielpaar 6 en 10 in langsrichting van het voertuig gericht zijn. Op elk wielpaar 4 respectievelijk 5 zijn hoekstandtasters 20 respectievelijk 21 aangebracht, waarvan de uitgang verbonden is met een elektronische schakeling 22. De elektronische schakeling 22 is voorts verbonden met een 15 besturingshandel 23 voor het opnemen en verwerken van besturingssignalen. Aan de uitgang van de elektronische schakeling 22 is een besturingsleiding aangebracht die verbonden is met een hydraulisch kleppenstelsel 24. Dit kleppenstelsel is verbonden met een bron voor 20 hydraulische vloeistof en wordt bediend gebaseerd op de besturingssignalen afkomstig van besturingshandel 23 respectievelijk de elektronische schakeling 22, de stand van de verbindingestang 16 en derhalve de positie van de wielparen 4 respectievelijk 5. Door middel van het 25 stuurwiel 25, dat verbonden is met een bron voor hydraulische drukvloeistof wordt de stand van de wielen van het voorste wielpaar 4 op de gebruikelijke wijze voor de besturing van het voertuig door middel van hydromotoren bepaald.

30 Opgemerkt wordt, dat behalve de koppeling tussen twee wielparen het ook mogelijk is een wielpaar te koppelen met een as met één wiel, zodanig, dat bij verplaatsing van het wielpaar tevens het enkele wiel wordt verplaatst.

35 Voorts wordt opgemerkt, dat het effekt volgens de uitvinding ook bij een geringe overlapping van naburige sporen wordt bereikt.

1001994

Claims (9)

1. 5 l. Zelfrijdend voertuig, in het bijzonder ten gebruike op landbouwgrond, bijvoorbeeld grasland, voorzien van een aantal wielparen, waarbij de wielen van elk paar door een as gekoppeld zijn en van tenminste met één wielpaar gekoppelde aandrijfmiddelen, met het 10 kenmerk, dat tenminste één van de wielparen in een richting ongeveer dwars op de langsrichting van het voertuig verplaatsbaar is.
2. 2. Zelfrijdend voertuig volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het wielpaar verplaatsbaar is tussen 15 een in het verlengde van de overige wielparen gelegen stand en een daarvan afwijkende stand.
3. 3. Zelfrijdend voertuig volgens conclusie 1-2, met het kenmerk, dat het wielpaar in de niet in het verlengde van de overige wielparen gelegen stand een aan 20 de door die wielparen gevolgd spoor parallel, niet overlappend spoor volgt.
4. 4. Zelfrijdend voertuig volgens conclusie 1-3, met het kenmerk, dat twee wielparen in ongeveer dWarsrichting verplaatsbaar zijn en dat die wielparen 25 door een, rond een tussen die wielparen gelegen zwenkpunt, zwenkbare verbirdingsstang verbonden zijn.
5. 5. Zelfrijdend voertuig volgens conclusie 1-4, met het kenmerk, dat in de in dwarsrichting gezwenkte stand de wielen evenwijdige, aangrenzende sporen volgen.
6. 6. Zelfrijdend voertuig volgens conclusie 1-5, met het kenmerk, dat met de verbindingsstang besturingsmiddelen voor de wielen van elk paar zijn verbonden, zodanig, dat bij het zwenken tevens de wielen zodanig worden gezwenkt dat de wielen steeds in de 35 langsrichting van het voertuig zijn gericht.
7. 7. Zelfrijdend voertuig volgens conclusie 1-6, met het kenmerk, dat de verplaatsing van de wielparen door hydraulische middelen wordt bestuurd. 1001994 4
8. 8. Zelfrijdend voertuig volgens conclusie 1-7, et het kenmerk, dat met wielen hoekstandtasters zijn verbonden en dat de uitgang van de hoekstandtasters met een elektronische besturingsschakeling zijn verbonden.
9. 9. Zelfrijdend voertuig volgens conclusie 1-3, met het kenmerk, dat het wielpaar gekoppeld is met een één wiel dragende as, zodanig, dat bij verplaatsing van het wielpaar tevens de één wiel dragende as ongeveer in dwarsrichting wordt verplaatst. ****** 1001994