BE897088A - DOOR EEN MOTOR AANGEDREVEN ROLLUIK, - Google Patents

DOOR EEN MOTOR AANGEDREVEN ROLLUIK, Download PDF

Info

Publication number
BE897088A
BE897088A BE0/211034A BE211034A BE897088A BE 897088 A BE897088 A BE 897088A BE 0/211034 A BE0/211034 A BE 0/211034A BE 211034 A BE211034 A BE 211034A BE 897088 A BE897088 A BE 897088A
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
het
een
van
dat
door
Prior art date
Application number
BE0/211034A
Other languages
French (fr)
Original Assignee
Warema Renkhoff G M B H & Co K
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Warema Renkhoff G M B H & Co K filed Critical Warema Renkhoff G M B H & Co K
Publication of BE897088A publication Critical patent/BE897088A/en

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06BFIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
    • E06B9/00Screening or protective devices for wall or similar openings, with or without operating or securing mechanisms; Closures of similar construction
    • E06B9/56Operating, guiding or securing devices or arrangements for roll-type closures; Spring drums; Tape drums; Counterweighting arrangements therefor
    • E06B9/80Safety measures against dropping or unauthorised opening; Braking or immobilising devices; Devices for limiting unrolling
    • E06B9/82Safety measures against dropping or unauthorised opening; Braking or immobilising devices; Devices for limiting unrolling automatic
    • E06B9/88Safety measures against dropping or unauthorised opening; Braking or immobilising devices; Devices for limiting unrolling automatic for limiting unrolling
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06BFIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
    • E06B9/00Screening or protective devices for wall or similar openings, with or without operating or securing mechanisms; Closures of similar construction
    • E06B9/02Shutters, movable grilles, or other safety closing devices, e.g. against burglary
    • E06B9/08Roll-type closures
    • E06B9/11Roller shutters
    • E06B9/17Parts or details of roller shutters, e.g. suspension devices, shutter boxes, wicket doors, ventilation openings
    • E06B9/17061Connection of the box to the guides
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06BFIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
    • E06B9/00Screening or protective devices for wall or similar openings, with or without operating or securing mechanisms; Closures of similar construction
    • E06B9/56Operating, guiding or securing devices or arrangements for roll-type closures; Spring drums; Tape drums; Counterweighting arrangements therefor
    • E06B9/58Guiding devices
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06BFIXED OR MOVABLE CLOSURES FOR OPENINGS IN BUILDINGS, VEHICLES, FENCES OR LIKE ENCLOSURES IN GENERAL, e.g. DOORS, WINDOWS, BLINDS, GATES
    • E06B9/00Screening or protective devices for wall or similar openings, with or without operating or securing mechanisms; Closures of similar construction
    • E06B9/56Operating, guiding or securing devices or arrangements for roll-type closures; Spring drums; Tape drums; Counterweighting arrangements therefor
    • E06B9/68Operating devices or mechanisms, e.g. with electric drive
    • E06B2009/6809Control
    • E06B2009/689Control using end switches

Description

       

   <Desc/Clms Page number 1> 
 van WAREMA Renkhoff GmbH & CO. KG betreffende Door een motor aangedreven rolluik. 
 EMI1.1 
 -------- Duitse Bondsrepubliek Octrooiaanvrage   ? P 32   22 770.1 van
18 juni 1982 te haren gunste. 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 



  Door een motor aangedreven rolluik. 



   De uitvinding heeft betrekking op een door een motor aangedreven rolluik met rolluikkast, waaraan de zijdelingse geleidingrails voor het rolluikpantser zijn aangesloten gericht door een aanpassingsdeel, dat met een horizontaal inschuifdeel is ingeschoven in een profielgroef van het als holle kamer uitgevoerde einddeel in de rolluikkast en met een pendeel in het bovenste einde van de geleidingrail buiten het geleidingsgebied voor het pantser ingrijpt. 



   Ter vermijding van aan de weersinvloeden blootgestelde en tegelijkertijd optisch storende eindschakelaars worden de aandrijfmotoren van dergelijke rolluiken afhankelijk van de draaiing van de motoren gestuurd. Deze wijze van sturing is echter onnauwkeurig en verhindert vanwege de verschillende hoogte waarop de eindlijst van het pantser aan het einde van de openingsbeweging van het rolluik tot staan komt, het gebruik van daaraan aangebrachte afdichtingen voor het werkzaam afdichten van de doorloopopening van de rolluikkast. 



   Ook voor de, uit het DE-GM 81 01 751 bekende V-vormige afdichtlijst aan het onderste uiteinde van het pantser is de tolerantie in de hoogte bij geopend rolluik nog te groot, en deze afdichtlijsten behinderen evenals in de doorloopopening aangebrachte stationaire afdichtingen in de vorm van afdichtlippen of dergelijke, die voortdurend tegen het pantser aanliggen, het afrolproces, in het bijzonder in de aanloopfase tijdens het sluiten. 



   Doel van de uitvinding is nu derhalve een rolluik te verschaffen die met vermijding van storende en aan weersinvloeden blootgestelde uitwendige eindwendige schakelaars een exact stilzetten van het pantser in de bovenste eindpositie waarborgt en daardoor een wrijvingsvrije afdichting van het pantser in de doorlaatopening van de rolluikkast bij omhooggetrokken pantser mogelijk maakt. 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 



   Uitgaande van een rolluik van in de aanhef genoemde soort wordt aan deze doelstelling door de uitvinding voldaan, doordat aan de eindlijst van het pantser een zich over de gehele breedte tussen de geleidingrails uitstrekkende aanslagafdichting ter aanligging tegen een langskant van de doorlaatopening van de rolluikkast is aangebracht en dat een van de aanpasdelen in het pendeel een vertikaal verschuifbaar element lagert, dat met een horizontaal daarvan uitstekend deel in het geleidingsgebied van de geleidingrails insteekt, waar het kan worden aangegrepen door een aan de eindlijst aangebrachte meenemer, en met een uit het aanpassingsdeel naar boven uitstekend deel bij het omhoog bewegen in de motoraandrijving onderbrekende eindschakelaar binnen het als holle kamer uitgevoerde einddeel van de rolluikkast bedient. 



   Zoals proeven hebben aangetoond kan met een dergelijke inrichting de motoraandrijving nauwkeurig in de aanslagpositie van de aanslagafdichting tegen de langskant van de doorloopopening worden   stilgezet   en de toegepast eindschakelaar is in de rolluikkast buiten het rolgebied van het pantser verborgen en beschermt tegen weersinvloeden en van buitenaf niet op storende wijze zichtbaar. 



   Verdere maatregelen voor voorkeursuitvoeringsvormen van de uitvinding blijken uit de resterende volgconclusies. 



   Een uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding wordt in het navolgende in samenhang met de tekening nader verklaard. 



   Fig. 1 toont in perspectief aanzicht en gedeeltelijk opengebroken een deel van een rolluikkast met een, op de eindlijst na slechts schematisch aangeduid rolluikpantser en een, de zijkanten daarvan bij het neerlaten opnemende geleidingrail. 



   Fig. 2 toont in perspectief aanzicht een aanpasdeel voor het gericht aansluiten van de geleidingrail aan de rolluikkast met een bedieningsmechanisme voor een in de rolluikkast aangebrachte eindschakelaar. 



   Fig. 2a toont een vooraanzicht van de aanpaseenheid met het bedieningsmechanisme, gedeeltelijk in doorsnede. 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 



   Fig. 3 toont een doorsnede door de rolluikkast volgens de lijn III-III in fig. 4 direkt voor de geleidingrail. 



   Fig. 4 toont een zijaanzicht van de rolluikkast met het scherm en de geleidingrails ervan in een doorsnede volgens de lijn IV-IV in fig. 3. 



   Fig. 5 toont een horizontale doorsnede door de geleidingrail ter hoogte van het pendeel van het aanpassingsdeel volgens de lijn V-V in fig.. 



   De in de   figuren 1,   3 en 4 slechts aan een uiteinde getekende roluikkast 10 heeft een bodem 12, een de ene zijwand en de bovenzijde vormend scherm 14, een opschroef-of inbouwhoek 16 alsmede een inspectieklep 18, die de andere zijwand van de kast vormt. De bodem 12, het scherm 14 en de inbouwhoek 16 zijn aan een, een dubbele dwarswand in de kast vormend, als een holle kamer uitgevoerd eindgedeelte 20 uit doosvormig aluminium strengprofiel bevestigd. Het inspectiedeksel 18 is met zijn bovenkant ingedraaid in het inbouwprofiel 16 en in de bodem 12 van de kast losneembaar vergrendeld door middel van een   tong.   



   Het als holle kamer uitgevoerde einddeel 20 lagert in zijn ene zijwand 22 de pantseras 14, die zich vrij uitstrekt door een opening in de andere zijwand 26. Een deksel 28 sluit de rolluikkast 10 aan de kopse zijde af. 



   De pantseras 24 draagt het in fig. 1 slechts schematisch in opgewikkelde toestand getoonde pantser 30, dat op gebruikelijke wijze is samengesteld uit een aantal (niet getoonde) scharnierend of geleed met elkaar verbonden staven of lamellen en door een eindlijst 32 is afgesloten. De eindlijst 32 is aan de buiten zijde voorzien van een voor de zijkanten van het pantser eindigend aanslagprofiel 34, dat een holle proefielafdichting 36 uit rubber of kunststof draagt voor een   afdichtende   aanslag tegen de onderkant van het scherm 14 in de omhoog getrokken toestand van het rolluikântser 30. Aan de binnenzijde is een afdlichtlip 37 aangebracht. 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 



   De bodem van de rolluikkast 10 eindigt in dwarsrichting gezien op afstand van het scherm 14 in een naar onderen en terugwaarts omgebogen afrolrand 38 en vormt daardoor een langgerekte doorloopopening voor het pantser 30, waarvan de zijkanten elk in een, in zijn totaliteit met 40 aangeduide geleidingrail zijn geleid. Boven de geleidingrail 40 is de afrolrand, zoals blijkt uit fig. 1, bij 39 weggesneden. 



   Elke geleidingrail 40 heeft, zoals in het bijzonder in fig. 5 is getoond, een uit meerdere wanden opgebouwd, als een holle kamer gevormd profiel met twee van elkaar gescheiden kamers 42,44, waarvan de kamer 42 naar buiten open is voor opname van de zijkanten van het pantser 30 tussen twee in profielgroeven ingelegde randgeleiders 46 uit holle rubber of kunststofprofielen. De andere kamer 44 is daarentegen gesloten en bezit twee naar elkaar toe gerichte ribben 48. 
 EMI5.1 
 



  Voor een gerichte aansluiting van elke geleidingrail 40 C > aan de rolluikkast 12 dient een zogenaamd aanpasdeel 50 (fig. 2). Het aanpasdeel 50 is bij voorkeur vervaardigd uit een zeer sterke kunststof met goede glij-eigenschappen en bestaat in hoofdzaak uit drie delen, namelijk - een inschuifdeel 52, - een pendeel 54 en - een inlooptrechter 56. 



   Het inschuifdeel 52 heeft de vorm van een langgerekte lip met doorlopende groeven 58 in de beide smalle langskanten, waarin bij het inschuiven in een proefielgroef 60 aan de onderzijde van het als holle kamer uitgevoerde einddeel 20 twee dienovereenkomstige ribben ingrijpen. 



   Het pendeel 54 bestaat in hoofdzaak uit twee ana het achterste derde deel van het inschuifdeel 52 gevormde, parallel naar beneden gerichte wanddelen 62,64, die buiten hun langsmidden door een dwarswand 66 met elkaar zijn verbonden. De dwarswand 66 is in de nabijheid van de wanddelen 62,64 versterkt en voorzien van aan de buitenzijde van de wanddelen 62, 64 geopende loodrechte groeven 68, die de ribben 48 van de 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 geleidingrail 40 opnemen bij het insteken van het pendeel 54 in de holle kamer 44. Vanaf de dwarswand 66 strekt zich verder een afgeschuinde middenwand 70 uit tussen de beide wanddelen 62,64 in de richting van het inschuifdeel 52. 



   De inlooptrechter 56 is gevormd aan het wandgedeelte 62 en bestaat uit een eerste profielbeen 72, een tweede profielbeen 74 en een deze onderling en met het pendeel 54 verbindende dwarswand 76, waartussen de zijkanten van het pantser 30 doorloopt en wordt geleid. De inlooptrechter 56 strekt zich met de verkorte onderste sekties 78,80 van de benen 72,74 en de dwarswand 76 uit door een (niet getoonde) uitsparing aan het bovenste einde van de scheidingswand 82 tussen de beide holle kamers 42,44 van de geleidingrail 40 in de holle kamer 42, waar de onderste sekties 78,80 van de benen 72,74 eindigen voor de randprofielen 46, terwijl de langere bovenste sekties 84,86 van de benen 72,74 die over de randprofielen 46 heengrijpen (fig. 3). 



   Zoals blijkt uit de figuren 1 en 4 bevindt zich in het inwendige van het als holle kamer uitgevoerde eindgedeelte 20 een eindschakelaar 88 voor de (niet getoonde) aandrijfmotor van het rolluik, die door een binnen de geleidingrail 40 aan de eindlijst 32 van de rolluikkast 30 aangebrachte meenemer via een in het aanpasdeel 50 aangebracht   overdrachtsmechanisme   bij het aanlopen van het holle afdichtingsprofiel 36 tegen de onderkant van het scherm 14 aan de rolluikkast 10 kan worden bediend en de aandijfmoter uitschakelt. 



   Volgens de voorstelling in de fig. 2 en 2a bestaat het   overdrachtsmechanisme   uit een in het pendeel 54 van het aanpassingsdeel 50 tussen het wandgedeelte 62 en de middenwand 70 aangebrachte schuiver 92 uit bijvoorkeur kunststof, waarin een stoter 94 is ingebracht, die zich uitstrekt door een boring 96 un het inschuifdeel 52 van het aanpasdeel 50 en daardoor de schuiver 92 geleidt. In een dwarsboring 98 van de schuiver 92 is een dwarsstift 100 ingebracht en door een langsschroef 102 vastgezet. De dwarsstift 100 strekt zich uit door een langsgat 104 in het wandgedeelte 92, dat op deze wijze slag van de schuiver 92 begrenst. 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 



   Tussen de schuiver 98 en het inschuifdeel 52 van het aanpassingsdeel is een schroefdrukveer 106 ingespannen, waar de stoter 94 doorheenloopt, welke veer er naar streeft de schuiver 92 naar beneden te houden met de dwarsstift 100 in aanslag tegen het onderste uiteinde van het langsgat 104. 



   De uitsparing aan het bovenste einde van de scheidingswand 82 van de geleidingrail 40 reikt zo diep naar beneden, dat de dwarsstift 100 zich uit kan strekken in de open holle kamer 42 van de geleidingrail 40 naast de stangen of lamellen van het pantser 30, waar de dwarsstift 100 aan het einde van de opwaartse beweging van het pantser 30 door de meenemer 90 aan de eindlijst 32 wordt aangegrepen en naar boven wordt meegenomen. Dienovereenkomstig wordt ook de schuiver 92 met de stoter 94 tegen de kracht van de schroefdrukveer 106 opgetild, waarbij de stoter 94 de daarboven geplaatse eindschakelaar 88 bedient en de aandrijfmotor uitschakelt. 



   Het langsgat 104 is zodanig bemeten dat de dwarsstift 100 als gevolg van de aanligging van de holle   profielafdichting   36 tegen de onderkant van het scherm 14 voor het bovenste uiteinde van het langsgat 104 tot stilstand komt en daardoor   riiít   op buiging of afschuiving wordt belast. 



   Zoals blijkt uit fig. 1 blijft het gehele afschakelmechanisme voor de aandrijfmoter van het rolluik onzichtbaar en de eindschakelaar 88 is in het als holle kamer uitgevoerde eindgedeelte in de rolluikkast 10 ingekapseld in daarmee beschermd tegen weersinvloeden.



   <Desc / Clms Page number 1>
 van WAREMA Renkhoff GmbH & CO. KG betreffende Door een motor aangedreven rolluik.
 EMI1.1
 -------- Duitse Bondsrepubliek Octrooiaanvrage? P 32 22 770.1 van
18 Juni 1982 te haren gunste.

 <Desc / Clms Page number 2>

 



  Door een motor aangedreven rolluik.



   De uitvinding heeft betrekking op een door een motor aangedreven rolluik met rolluikkast, waaraan de zijdelingse geleidingrails voor het rolluikpantser zijn aangesloten gericht door een aanpassingsdeel, dat met een horizontaal inschuifdeel is ingegenelenenenenerenen een prof. een pendeel in het bovenste einde van de geleidingrail buiten het geleidingsgebied voor het pantser ingrijpt.



   Ter vermijding van aan de weersinvloeden blootgestelde en tegelijkertijd optisch storende eindschakelaars worden de aandrijfmotoren van dergelijke rolluiken afhankelijk van de draaiing van de motoren gestuurd. Deze wijze van sturing is echter onnauwkeurig en verhindert vanwege de verschillende hoogte waarop de eindlijst van het pantser aan het einde van de openingsbeweging van het rolluik tot staan komt, het gebruik van daaraan aangebrachte afdicheningen vandethalingen



   Ook voor de, uit het DE-GM 81 01 751 bekende V-vormige afdichtlijst aan het onderste uiteinde van het pantser is de tolerantie in de hoogte bij geopend rolluik nog te groot, en deze afdichtlijsten behinderen evenals in de doorloopopening aangebrachteaire station vorm van afdichtlippen of dergelijke, die voortdurend tegen het pantser aanliggen, het afrolproces, in het bijzonder in de aanloopfase tijdens het sluiten.



   Doel van de uitvinding is nu derhalve een rolluik te verschaffen die met vermijding van storende en aan weersinvloeden blootgestelde uitwendige eindwendige schakelaars een exact stilzetten van het pantser in de bovenste eindpositie waarborgt en daardoor ewenet van wurjet pantser mogelijk maakt.

 <Desc / Clms Page number 3>

 



   Uitgaande van een rolluik van in de aanhef genoemde soort wordt aan deze doelstelling door de uitvinding voldaan, doordat aan de eindlijst van het pantser een zich over de gehele breedte tussen de geleidingrails uitstrekkende aanslagafdichant terenan van de en dat een van de aanpasdelen in het pendeel een vertikaal verschuifbaar element lagert, dat met een horizontaal daarvan uitstekend deel in het geleidingsgebied van de geleidingrails insteekt, waar het kan worden aangegrepen door een aan de eindlijst aangebran aenpass boven uitstekend deel bij het omhoog bewegen in de motoraandrijving onderbrekende eindschakelaar binnen het als holle kamer uitgevoerde einddeel van de rolluikkast bedient.



   Zoals proeven hebben aangetoond kan met een dergelijke inrichting de motoraandrijving nauwkeurig in de aanslagpositie van de aanslagafdichting tegen de langskant van de doorloopopening worden stilgezet en de toegepast eindschakelaar is in deeruberet van hibert storende wijze zichtbaar.



   Verdere maatregelen voor voorkeursuitvoeringsvormen van de uitvinding blijken uit de Restende volgconclusies.



   Een uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding wordt in het navolgende in samenhang met de tekening nader verklaard.



   Fig. 1 toont in perspectief aanzicht en gedeeltelijk opengebroken een deel van een rolluikkast met een, op de eindlijst na slechts schematisch aangeduid rolluikpantser en een, de zijkanten daarvan bij het neerlaten opnemende geleidingrail.



   Fig. 2 toont in perspectief aanzicht een aanpasdeel voor het gericht aansluiten van de geleidingrail aan de rolluikkast met een bedieningsmechanisme voor een in de rolluikkast aangebrachte eindschakelaar.



   Fig. 2a toont een vooraanzicht van de aanpaseenheid met het bedieningsmechanisme, gedeeltelijk in doorsnede.

 <Desc / Clms Page number 4>

 



   Fig. 3 toont een doorsnede door de rolluikkast volgens de lijn III-III in fig. 4 direkt voor de geleidingrail.



   Fig. 4 toont een zijaanzicht van de rolluikkast met het scherm en de geleidingrails ervan in een doorsnede volgens de lijn IV-IV in fig. 3.



   Fig. 5 toont een horizontale doorsnede door de geleidingrail ter hoogte van het pendeel van het aanpassingsdeel volgens de lijn V-V in fig ..



   De in de figuren 1, 3 en 4 slechts aan een uiteinde getekende roluikkast 10 heeft een bodem 12, een de ene zijwand en de bovenzijde vormend scherm 14, een opschroef-of inbouwhoek 16 alsmede een inspectieklep 18, die de andere zijw vormt. De bodem 12, het scherm 14 en de inbouwhoek 16 zijn aan een, een dubbele dwarswand in de kast vormend, als een holle kamer uitgevoerd eindgedeelte 20 uit doosvormig aluminum strengprofiel bevestigd. Het inspectiedeksel 18 is met zijn bovenkant ingedraaid in het inbouwprofiel 16 en in de bodem 12 van de kast losneembaar vergrendeld door middel van een tong.



   Het als holle kamer uitgevoerde einddeel 20 lagert in zijn ene zijwand 22 de pantseras 14, die zich vrij uitstrekt door een opening in de andere zijwand 26. Een deksel 28 sluit de rolluikkast 10 aan de kopse zijde af.



   De pantseras 24 draagt het in fig. 1 slechts schematisch in opgewikkelde toestand getoonde pantser 30, dat op gebruikelijke wijze is samengesteld uit een aantal (niet getoonde) scharnierend of geleed met elkaar verbonden staven of lamellen en door een eindlijst 32 is afgesloten. De eindlijst 32 is aan de buiten zijde voorzien van een voor de zijkanten van het pantser eindigend aanslagprofiel 34, dat een holle proefielafdichting 36 uit rubber of kunststof draagt voor een afdichtende aanslag tegen de onderkroket van hetermet van hetermet van hetermet van hetermet van hetermet van heten 30. Aan de binnenzijde is een afdlichtlip 37 aangebracht.

 <Desc / Clms Page number 5>

 



   De bodem van de rolluikkast 10 eindigt in dwarsrichting gezien op afstand van het scherm 14 in een naar onderen en terugwaarts omgebogen afrolrand 38 en vormt daardoor een langgerekte doorloopopening voor het pantser 30, waarvan de zijkanten elk in eenide, zijn zijn geleid. Boven de geleidingrail 40 is de afrolrand, zoals blijkt uit fig. 1, bij 39 weggesneden.



   Elke geleidingrail 40 heeft, zoals in het bijzonder in fig. 5 is getoond, een uit meerdere wanden opgebouwd, als een holle kamer gevormd profiel met twee van elkaar gescheiden kamers 42,44, waarvan de kamer 42 naar buiten open is voor opname van de zijkanten van het pantser 30 tussen twee in profielgroeven ing uit holle rubber of kunststofprofielen. De andere kamer 44 is daarentegen gesloten en bezit twee naar elkaar toe gerichte ribben 48.
 EMI5.1
 



  Voor een gerichte aansluiting van elke geleidingrail 40 C> aan de rolluikkast 12 dient een zogenaamd aanpasdeel 50 (fig. 2). Het aanpasdeel 50 is bij voorkeur vervaardigd uit een zeer sterke kunststof met goede glij-eigenschappen en bestaat in hoofdzaak uit drie delen, namelijk - een inschuifdeel 52, - een pendeel 54 en - een inlooptrechter 56.



   Het inschuifdeel 52 heeft de vorm van een langgerekte lip met doorlopende groeven 58 in de beide smalle langskanten, waarin bij het inschuiven in een proefielgroef 60 aan de onderzijde van het als holle kamer uitgevoerde einddeel 20 twee dienibbenkst.



   Het pendeel 54 bestaat in hoofdzaak uit twee ana het achterste derde deel van het inschuifdeel 52 gevormde, parallel naar beneden gerichte wanddelen 62,64, die buiten hun langsmidden door een dwarswand 66 met elkaar zijn verbonden. De dwarswand 66 is in de nabijheid van de wanddelen 62.64 versterkt en voorzien van aan de buitenzijde van de wanddelen 62, 64 geopende loodrechte groeven 68, die de ribben 48 van de

 <Desc / Clms Page number 6>

 geleidingrail 40 opnemen bij het insteken van het pendeel 54 in de holle kamer 44. Vanaf de dwarswand 66 strekt zich verder een afgeschuinde middenwand 70 uit tussen de beide wanddelen 62.64 in de richting van het inschuifdeel 52.



   De inlooptrechter 56 is gevormd aan het wandgedeelte 62 en bestaat uit een eerste profielbeen 72, een tweede profielbeen 74 en een deze onderling en met het pendeel 54 verbindende dwarswand 76, waartussen de zijkanten van het pantser 30 doorloopt en wordt geleid. De inlooptrechter 56 strekt zich met de verkorte onderste sekties 78.80 van de benen 72.74 en de dwarswand 76 uit door een (niet getoonde) uitsparing aan het bovenste einde van de scheidingswand 82 tussen de beide holle kamers 42.44 van de geleidingrail 40 in de holle kamer 42, waar de onderste sekties 78.80 van de benen 72.74 eindigen voor de randprofielen 46, terwijl de langere bovenste sekties 84.86 van de benen 72.74 die over de randprofielen 46 heengrijpen (fig. 3 ).



   Zoals blijkt uit de figuren 1 en 4 bevindt zich in het inwendige van het als holle kamer uitgevoerde eindgedeelte 20 een eindschakelaar 88 voor de (niet getoonde) aandrijfmotor van het rolluik, die door een binnen de geleidingrail 40 aan ek aangebrachte meenemer via een in het aanpasdeel 50 aangebracht overdrachtsmechanisme bij het aanlopen van het holle afdichtingsprofiel 36 tegen de onderkant van het scherm 14 aan de rolluikkast 10 kan worden bediend en de aandijfmoter uitschakelt.



   Volgens de voorstelling in de fig. 2 en 2a bestaat het overdrachtsmechanisme uit een in het pendeel 54 van het aanpassingsdeel 50 tussen het wandgedeelte 62 en de middenwand 70 aangebrachte schuiver 92 uit bijvoorkeur kunststof, waarin een stoter 94 is ingebracht, die zich uitstrekt door een boring 96 het aanpasdeel 50 en daardoor de schuiver 92 geleidt. In een dwarsboring 98 van de schuiver 92 is een dwarsstift 100 ingebracht en door een langsschroef 102 vastgezet. De dwarsstift 100 strekt zich uit door een langsgat 104 in het wandgedeelte 92, dat op deze wijze slag van de schuiver 92 begrenst.

 <Desc / Clms Page number 7>

 



   Tussen de schuiver 98 en het inschuifdeel 52 van het aanpassingsdeel is een schroefdrukveer 106 ingespannen, waar de stoter 94 doorheenloopt, welke veer er naar streeft de schuiver 92 naar beneden te houden met de dwarsstift 100 in aanslag tegen hetders 104.



   De uitsparing aan het bovenste einde van de scheidingswand 82 van de geleidingrail 40 reikt zo diep naar beneden, dat de dwarsstift 100 zich uit kan strekken in de open holle kamer 42 van de geleidingrail 40 naast de stangen of lamellen van het pantser 30, waar dwarsstift 100 aan het einde van de opwaartse beweging van het pantser 30 door de meenemer 90 aan de eindlijst 32 wordt aangegrepen en naar boven wordt meegenomen. Dienovereenkomstig wordt ook de schuiver 92 met stoter 94 tegen de kracht van de schroefdrukveer 106 opgetild, waarbij de stoter 94 de daarboven geplaatse eindschakelaar 88 bedient en de aandrijfmotor uitschakelt.



   Het langsgat 104 is zodanig bemeten dat de dwarsstift 100 als gevolg van de aanligging van de holle profielafdichting 36 tegen de onderkant van het scherm 14 voor het bovenste uiteinde van het langsgat 104 tot stilstand komt en daardoor riiítast buiging.



   Zoals blijkt uit fig. 1 blijft het gehele afschakelmechanisme voor de aandrijfmoter van het rolluik onzichtbaar en de eindschakelaar 88 is in het als holle kamer uitgevoerde eindgedeelte in de rolluikkast 10 ingekapseld in daarmee beschermd tegen weersinvlo.


    

Claims (5)

CONCLUSIES 1. Door een motor aangedreven rolluik met rolluikkast, waaraan de zijdelingse geleidingrails voor het rolluikpantser zijn aangesloten elk gericht door een aanpasdeel, dat met een horizontaal inschuifdeel ingeschoven is in een profielgroef van het als holle kamer uitgevoerde einddeel in de rolluikkast en met een pendeel ingrijpt in het bovenste einde van de geleidingrail buiten het geleidingsbereik voor het pantser, met h kenmerk, dat aan de eindlijst (32) van het pantser een zich over de gehele breedte tussen de geleidingrails (40) uitstrekkende aanslagafdichting (36) ter aanligging tegen een langskant van de doorlaatopening van de rolluikkast (10) is aangebracht en dat een van de aanpasdelen (50) in het pendeel (54) een vertikaal verschuifbaar element (schuiver 92) lagert, dat men een horizontaal daarvan uitstekend deel (dwarsstift 100) CONCLUSIES 1. Door een motor aangedreven rolluik met rolluikkast, waaraan de zijdelingse geleidingrails voor het rolluikpantser zijn aangesloten elk gericht door een aanpasdeel, dat met een horizontaal inschuifdeel ingeschoven is in een profielgroef van het alk holde undeliver in het bovenste einde van de geleidingrail buiten het geleidingsbereik voor het pantser, met h kenmerk, dat aan de eindlijst (32) van het pantser een zich over de gehele breedte tussen de geleidingrails (40) uitstrekkende aanslagafenenging (36) van de doorlaatopening van de rolluikkast (10) is aangebracht en dat een van de aanpasdelen (50) in het pendeel (54) een vertikaal verschuifbaar element (schuiver 92) lagert, dat men een horizontaal daarvan uitstekend deel (dwarsstift 100) in het geleidingsgebied (42) van de geleidingrail (40) insteekt, waar het kan worden aangegrepen door een aan de eindlijst (32) aangebrachte meenemer (90) en met een uit het aanpasdeel (50) naar boven uitstekend gedeelte (stoter 94) bij het omhoogbewegen een de motoraandrijving onderbrekende eindschakelaar (88) binnen het als holle kamer uitgevoerde eindgedeelte (20) van de rolluikkast (10) bedient.  in het geleidingsgebied (42) van de geleidingrail (40) insteekt, waar het kan worden aangegrepen door een aan de eindlijst (32) aangebrachte meenemer (90) en met een uit het aanpasdeel (50) naar boven uitstekend gedeelte (stoter 94) het omhoogbewegen een de motoraandrijving onderbrekende eindschakelaar (88) binnen het als holle kamer uitgevoerde eindgedeelte (20) van de rolluikkast (10) bedient. 2. Rolluik volgens conclusie 1, m e t h e t k e nm e r k, dat het vertikaal verschuifbare element wordt gevormd door een in doorsnede rechthoekige schuiver (92), waarin een uit het aanpasdeel (59) naar boven uitstekende stoter (94) en een tot in het geleidingsgebied (42) van de geleidingrail (40) uitstekende dwarsstift (100) zijn ingebracht.  2. Rolluik volgens conclusie 1, methetke nm erk, dat het vertikaal verschuifbare element wordt gevormd door een in doorsnede rechthoekige schuiver (92), waarin een uit het aanpasdeel (59) naar boven uitstekende stoter (94) en een tot in hetied 42) van de geleidingrail (40) uitstekende dwarsstift (100) zijn ingebracht. 3. Rolluik volgens conclusie 2, met het ken- m e r k, dat de schuiver (92) in benedenwaartse richting door een veer is belast.  3. Rolluik volgens conclusie 2, met het ken- m e r k, dat de schuiver (92) in benedenwaartse richting door een veer is belast. 4. Rolluik volgens conclusie 3, gekenmerkt door een tussen de schuiver (92) en het geleidingdeel (52) van het aanpassingsdeel (50) ingebrachte schroefdrukveer waar de stoter (94) doorheensteekt. <Desc/Clms Page number 9>  4. Rolluik volgens conclusie 3, gekenmerkt door een tussen de schuiver (92) en het geleidingdeel (52) van het aanpassingsdeel (50) ingebrachte schroefdrukveer waar de stoter (94) doorheensteekt.  <Desc / Clms Page number 9>   5. Rolluik volgens een der conclusies 2-4, m e t h e t k e n m e r k, dat de dwarsstift (100) verloopt door een langsgat (104) in het pendeel (54) van het aanpasdeel (50) dat via de dwarsstift (100) de beweging van de schuiver (92) naar beneden toe begrenst.  5. Rolluik volgens een der conclusies 2-4, methetkenmerk, dat of dwarsstift (100) verloopt door een langsgat (104) in het pendeel (54) van het aanpasdeel (50) dat via de dwarsstift (100) de beweging van de schuiver (92) naar beneden toe begrenst.
BE0/211034A 1982-06-18 1983-06-17 DOOR EEN MOTOR AANGEDREVEN ROLLUIK, BE897088A (en)

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE19823222770 DE3222770A1 (en) 1982-06-18 1982-06-18 Motor-driven roller shutter

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE897088A true BE897088A (en) 1983-10-17

Family

ID=6166266

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE0/211034A BE897088A (en) 1982-06-18 1983-06-17 DOOR EEN MOTOR AANGEDREVEN ROLLUIK,

Country Status (3)

Country Link
BE (1) BE897088A (en)
DE (1) DE3222770A1 (en)
NL (1) NL8302156A (en)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN111005659A (en) * 2019-12-24 2020-04-14 董莎莎 Energy-saving efficient fireproof rolling door and using method thereof

Families Citing this family (7)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1986002970A1 (en) * 1984-11-16 1986-05-22 Donald Lawrence Glatzel Motorised roller blinds
BE906022A (en) * 1986-12-23 1987-04-16 Coenraets B J SHUTTER DEVICE.
ITMI20000738A1 (en) 2000-04-06 2001-10-06 Paolo Astengo CONTROL DEVICE WITH THREE-PHASE ELECTRIC MOTOR FOR ROLLING-UP ELEMENTS
US8037921B2 (en) 2006-06-05 2011-10-18 Rite-Hite Holding Corporation Track and guide system for a door
US7748431B2 (en) 2006-06-05 2010-07-06 Rite-Hite Holding Corporation Track and guide system for a door
FR2904358B1 (en) * 2006-07-27 2008-10-03 Zurfluh Feller Soc Par Actions SHUTTER TULIP, AND ROLLER SHUTTER COMPRISING SUCH A TULIP
FR2982313B1 (en) * 2011-11-04 2013-12-27 Production De Portes Et Fermetures Soc D TRUNK SHUTTER WITH SIDE GUIDING BODIES FORMING TULIPS

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN111005659A (en) * 2019-12-24 2020-04-14 董莎莎 Energy-saving efficient fireproof rolling door and using method thereof

Also Published As

Publication number Publication date
DE3222770A1 (en) 1983-12-22
NL8302156A (en) 1984-01-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
BE897088A (en) DOOR EEN MOTOR AANGEDREVEN ROLLUIK,
NL7902849A (en) DOUBLE ACTING LOCK FOR HINGED PLASTIC BOX.
AR244009A1 (en) Security tag for compact disc storage container
CA994262A (en) End closure for an easy opening resealable container
BE897087A (en) ROLLUIK MET ZIJDELINGSE INLOOPTRECHTERS VOOR HET PANTSER AAN BY ROLLUIKKAST
CA986488A (en) Holding and closing means for garbage bags
IE37832L (en) Opening and filling an envelope
BE769021A (en) PACKAGING TRAY AND BLANK FOR ITS REALIZATION BY FOLDING
FI97360B (en) packing box
FR2702449B1 (en) Hinge for collapsible packing box.
CN211892601U (en) Human resource management folder
JPS56123257A (en) Hanging closing tool for packing bag
CA872079A (en) Reclosable handle bag
KR950018558U (en) Plastic Bags for Garbage Separation
AU1660295A (en) Foil lined snap-on, screw-off closure
FR2712569B1 (en) Elastic clasp for hinged lid packaging.
GB190927832A (en) Improvements in or relating to Holders for Sacks or other Flexible Receptacles.
CA849367A (en) Interconnected bags having closure flaps and bottom gussets
FR2748451B1 (en) PROCESS FOR CLOSING THERMOPLASTIC BAGS BY THERMAL WELDING
CA889168A (en) Twist-tie bag closing machine
NL8500205A (en) PLANO OF FOLDING MATERIAL FOR FOLDING A PACK.
NL8004582A (en) Burglar proof safety hinge - prevents opening door after removing hinge pivot by corresponding projections and recesses of hinge halves
JPS55163125A (en) Cap sterilizer for inner pouch for box in bag
CA809023A (en) End closure for disposable dust bag
GB2380183A (en) Self-sealing gift bag

Legal Events

Date Code Title Description
RE Patent lapsed

Owner name: WAREMA RENKHOFF G.M.B.H. & CO. K.G.

Effective date: 19850617