" Werkwijze en inrichting voor de productie van brandbaar gas ui t vloeibaar mesto"
De uitvinding betreft een werkwijze en een inrichting voor de productie van brandbaar gas zoals methaangas, uit vloeibaar mest, voor het voeden van de verbrandingsinrichting van een verwarmings- of krachtinstallatie.
Het voornaamste doel van de uitvinding is goedkoop en efficiënt brandbaar gas te produceren.
Dit is volgens het voornaamste kenmerk van de werkwijze vo lgens de uitvinding mogelijk, door vloeibaar mest te verwarmen, het vrijgekomen methaangas op te vangen in een gashouder en het te gebruiken voor de verdere verwarming van het mest en van een verwarmings- of krachtinstallatie.
Door het vloeibaar mest tct nagenoeg 35 tot 37[deg.]C op te warmen en de hieruit eerst ontsnappende gassen en lucht af te voeren als residu, wordt een optimaal methaangas voor verbruik bekomen.
Om de op het vloeibaar mest ontstane harde laag te bre-
<EMI ID=1.1>
op bepaalde ogenblikken het zich boven het mest bevindend gas opnieuw doorheen het mest gestuurd waardoor tevens telkens het bezinksel met het mest wordt vermengd.
Om te waterig mest vaster te maken, kan volgens de uitvinding aan het mest gehakseld stro of zaagsel van Canada of dennenhout worden toegevoegd.
<EMI ID=2.1>
past, bestaat in hoofdzaak uit een gistingtank, een middel voor
het met vloeibaar mest vullen van het grootste gedeelte van de gistingtank, een collector op de gistingtank gemonteerd voor het opvangen van het uit het vloeibaar mest opstijgend gas, een gashouder voor het bewaren van het opgevangen gas, een brander gevoed door genoemde gashouder en bestemd voor het verwarmen van een verwarmingsketel, een warmtewisselaar gemonteerd in genoemde gistingtank voor het verwarmen van het vloeibaar mest en aangesloten op genoemde verwarmingsketel, leidingen enerzijds aangesloten op genoemde verwarmingsketel en anderzijds op een verwarmings- of krachtinstallatie, een middel voor het breken van de harde oppervlaktelaag die zich op het vloeibaar mest vormt, en een middel voor het tijdelijk met industriegas voeden van de brander bij het aan de gang brengen van de inrichting.
Als voorbeeld� zonder enig begrenzend karakter, volgt hierna een uitvoeriger beschrijving van een mogelijke uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding, met verwijzing naar bijgevoegde tekening.
In deze tekening bemerkt men de mestput 1 voor de verzameling van vloeibaar mest. Uit deze mestput vertrekt een opzuig-
<EMI ID=3.1>
is voorzien van een uitlaat 10 met klepafsluiter 11. Op het bovenste gedeelte van de terugslagpijp 9 is een afvoerbuis 12 met klepafsluiter 13 aangesloten die anderzijds is aangesloten op een
<EMI ID=4.1>
vacuumtank 4. Om te voorkomen dat de oppervlaktelaag van het vloeibaar mest in de gistingtank 7 zou verharden en dus geen gas meer zou kunnen opstijgen, wordt gebruik gemaakt van een circulatieleiding 17 met meerdere pijpen 18 waarvan de uitlaat dicht tegenaan de bodem van de gistingtank 7 is aangebracht. Deze circulatieleiding die van een klepafsluiter 19 is voorzien, is evenals
de aanzuigleiding 20 ervan die in de gistingtank uitmondt en is vocrzien van een klepafsluiter 21, aangesloten op de vacuumpomp
14, zodat het uit de gistingtank 7 opgezogen gas opnieuw deze tank instroomt tegenaan de bodem ervan en een voldoende circulatie tot
<EMI ID=5.1>
of om de reeds gevormde harde laag te breken. Om deze circulatie
<EMI ID=6.1>
ke gas wordt door een op de bovenzijde van de gistingtank 7 gemon teerde collector 27 opgevangen en via een slang 28 aan een gashouder 29 toegevoerd. Deze gashouder is van het uitzetbare soort
<EMI ID=7.1>
nodige druk: in deze gashouder te bekomen is het deksel 30 ervan met gewichten belast zodat een druk van bij voorkeur 15 tot 18 gr/
<EMI ID=8.1>
verwarmingsketel 34 te voeren. Op deze brander is eveneens een toevoerleiding 35 met klepafsluiter 36 aangesloten, langswaar de brander tijdelijk met industriegas kan worden gevoed. De verwarmingsketel 34 is aangesloten op een in de gistingtank 7 opgestel-
<EMI ID=9.1>
van de leidingen 38 een gekende verwarmingsinstallatie (niet voorgesteld) op de verwarmingsketel 34 aangesloten.
De werking van de hiervoor beschreven inzichting zal hierna nader worden toegelicht.
<EMI ID=10.1> <EMI ID=11.1>
uitlaat 15. Wanneer in de vacuümtank 4- een onderdruk heerst, wordt het vloeibare mest automatisch uit de mestput 1, via de opzuigleiding 2 naar de vacuumtank 4,opgezogen. Hierna wordt dit vloeibaar
<EMI ID=12.1>
Deze werkwijze herhaalt zich zo dikwijls tot de gistingtank voor circa 80% is gevuld. Na het vullen van de gistingtank wordt de
<EMI ID=13.1>
ren bij ononderbroken gebruik van de inrichting, neemt nagenoeg
4 tot 5 dagen in beslag. Hierbij komt er reeds gas uit het vloeibaar mest vrij dat echter nog zeer arm is en nog niet geschikt voor verbruik in de brander 33. Nadat dit overtollige onbruikbare gas en de nog aanwezige lucht via de uitlaat 20 uit de gisting-
<EMI ID=14.1>
30 van de gashouder 29 uitgeoefende druk zal het gas vlot aan de brander 33 worden toegevoerd. De klepafsluiter 36 sluit dan de toevoer van het industriegas af en de gistingtank 7 wordt dan nog uitsluitend met gewonnen methaangas verwarmd. Ook de op de leidin-
<EMI ID=15.1>
beurt bij voorkeur dagelijks, evenals het controleren van de hierin heersende temperatuur. Om de harde laag te breken die zich regel-
<EMI ID=16.1>
mest bemoeilijkt, wordt eveneens bij voorkeur dagelijks het zich hierboven vormend gas door de vacuumpomp 14 en via de circulatie-
<EMI ID=17.1> de gistingtank 7 binnengebracht, zodat het gas doorheen het vloeibaar mest wordt gejaagd. Hierdoor wordt tevens het bezinksel onder in de gistingtank 7 opgestuwd en met het vloeibaar mest vermengd. Het vloeibaar mest dat uitgegist is, wordt door overheveling langs de uitlaat 23 afgevoerd.
<EMI ID=18.1> ming nodig is, kan dit voor andere doeleinden worden aangewend, zoals voor het aandrijven van een benzinemotor die op zijn beurt een alternator kan aandrijven voor het opwekken van electrische stroom. Natuurlijk zijn nog tal van andere toepassingen mogelijk.
Indien het vloeibaar mest teveel water zou bevatten, kan dit mest worden aangedikt door toevoeging van gehakseld stro of
<EMI ID=19.1>
kan verlopen. Ook kunnen er dagelijks een bepaalde hoeveelheid additieven zoals enzymen worden toegevoegd om het volume methaangas op te drijven, waardoor eveneens het rendement van de inrichting wordt verhoogd.
Voor grotere bedrijven, waarvoor de capaciteit van deze inrichting niet volstaat, kan een tweede gistingtank worden voorzien met dezelfde toe- en afvoerleidingen en toebehoren, waardoor men tweemaal zoveel methaangas kan bekomen. Ook kunnen eveneens meerdere gistingtanken worden voorzien, waardoor de capaciteit
"Method and device for the production of flammable gas from liquid mesto"
The invention relates to a method and an apparatus for the production of combustible gas such as methane gas, from liquid manure, for feeding the combustion device of a heating or power plant.
The main object of the invention is to produce inexpensive and efficient combustible gas.
According to the main feature of the method according to the invention, this is possible by heating liquid manure, collecting the released methane gas in a gas container and using it for further heating of the manure and of a heating or power plant.
By heating the liquid fertilizer at approximately 35 to 37 [deg.] C and removing the gases and air that first escape from it as residue, an optimum methane gas for consumption is obtained.
To break the hard layer that forms on the liquid manure
<EMI ID = 1.1>
at certain times the gas above the manure is again sent through the manure, whereby the sediment is also always mixed with the manure.
According to the invention, chopped straw or sawdust from Canada or pine can be added to the manure to make the watery manure more firm.
<EMI ID = 2.1>
mainly consists of a fermentation tank, a means for
filling the major part of the fermentation tank with liquid manure, a collector mounted on the fermentation tank for collecting the gas rising from the liquid manure, a gas holder for storing the collected gas, a burner fed by said gas holder and intended for heating a boiler, a heat exchanger mounted in said fermentation tank for heating the liquid manure and connected to said heating boiler, pipes connected on the one hand to said heating boiler and on the other hand to a heating or power installation, a means for breaking the hard surface layer which forms on the liquid manure, and a means for temporarily feeding the burner with industrial gas when the device is started up.
As an example � without any limiting character, a more detailed description of a possible embodiment of the device according to the invention follows, with reference to the accompanying drawing.
In this drawing one sees the manure pit 1 for the collection of liquid manure. A vacuum cleaner leaves from this manure pit
<EMI ID = 3.1>
is provided with an outlet 10 with valve valve 11. A discharge pipe 12 with valve valve 13 is connected to the upper part of the non-return pipe 9, which is on the other hand connected to a
<EMI ID = 4.1>
vacuum tank 4. In order to prevent the surface layer of the liquid manure from hardening in the fermentation tank 7 and so that no more gas could rise, use is made of a circulation pipe 17 with several pipes 18, the outlet of which is close to the bottom of the fermentation tank 7 has been applied. This circulation line, which is provided with a valve 19, is also
its suction pipe 20, which opens into the fermentation tank, is provided with a valve valve 21, connected to the vacuum pump
14, so that the gas sucked up from the fermentation tank 7 again flows into this tank at the bottom thereof and a sufficient circulation to
<EMI ID = 5.1>
or to break the hard layer already formed. To this circulation
<EMI ID = 6.1>
The gas is collected by a collector 27 mounted on the top of the fermentation tank 7 and supplied via a hose 28 to a gas holder 29. This gas holder is of the expandable type
<EMI ID = 7.1>
necessary pressure: in this gas holder the lid 30 is loaded with weights so that a pressure of preferably 15 to 18 gr /
<EMI ID = 8.1>
boiler 34. A supply line 35 with valve valve 36 is also connected to this burner, along which the burner can be temporarily supplied with industrial gas. The boiler 34 is connected to a storage unit arranged in the fermentation tank 7.
<EMI ID = 9.1>
of the pipes 38 a known heating installation (not shown) is connected to the boiler 34.
The effect of the insight described above will be explained in more detail below.
<EMI ID = 10.1> <EMI ID = 11.1>
outlet 15. When there is an underpressure in the vacuum tank 4-, the liquid manure is automatically sucked up from the manure pit 1, via the suction line 2 to the vacuum tank 4. After this it becomes liquid
<EMI ID = 12.1>
This procedure is repeated so often until the fermentation tank is about 80% full. After filling the fermentation tank, the
<EMI ID = 13.1>
running with continuous use of the device
4 to 5 days to complete. This already releases gas from the liquid manure, which is still very poor and not yet suitable for consumption in the burner 33. After this surplus of useless gas and the air still present via the outlet 20 from the fermentation-
<EMI ID = 14.1>
30 exerted from the gas holder 29, the gas will be smoothly supplied to the burner 33. The valve 36 then shuts off the supply of the industrial gas and the fermentation tank 7 is then only heated with extracted methane gas. Also the training
<EMI ID = 15.1>
turn preferably daily, as well as checking the prevailing temperature. To break the hard layer that regularly
<EMI ID = 16.1>
manure, the gas which forms above is preferably also passed daily by the vacuum pump 14 and via the circulation
<EMI ID = 17.1> introduced the fermentation tank 7, so that the gas is forced through the liquid manure. This also pushes up the sediment at the bottom of the fermentation tank 7 and mixes it with the liquid manure. The liquid manure that has been fermented is discharged through the outlet 23.
<EMI ID = 18.1> necessary, this can be used for other purposes, such as driving a gasoline engine which in turn can drive an alternator to generate electric current. Many other applications are of course possible.
If the liquid manure contains too much water, this manure can be thickened by adding chopped straw or
<EMI ID = 19.1>
can expire. Also, a certain amount of additives such as enzymes can be added daily to increase the volume of methane gas, thereby also increasing the efficiency of the device.
For larger companies, for which the capacity of this installation is not sufficient, a second fermentation tank can be provided with the same supply and discharge pipes and accessories, so that twice as much methane gas can be obtained. Several fermentation tanks can also be provided, increasing capacity