"Stapelbaar verpakkingsbakje en werkwijze voor het vervaardigen van dit bakje".
De uitvinding heeft betrekking op een stapelbaar verpakkingsbakje met veelhoekige bodem, meer bepaald rechthoekige bodem, dat vervaardigd is uit een plaat karton of
dergelijke, met draagschouders die zich aan de binnenzijde
van opstaande wanden ervan uitstrekken, en in het verlengde
van deze wanden gelegen randen, die zich minstens gedeelte- <EMI ID=1.1>
De uitvinding heeft hoofdzakelijk tot doel een stapelbaar verpakkingsbakje voor te stellen dat op een snelle en goedkope manier, machinaal en in een enkele machine doorgang met een minimum aan materiaal vervaardigd kan worden en bovendien relatief stevig is, zodanig dat het b ijzonder geschikt is voor de verpakk ing en het transport op relatief grote stapels van groenten en fruit.
Tot dit doel zijn twee opeenvolgende opstaande wanden van het stapelb aar verpakkingsbakje volgens de uitvinding aan weerszijden van de hoeklijn, waar deze wanden
<EMI ID=2.1>
verlijmd, waarbij deze hoeklijn samenvalt met de ribbe van
<EMI ID=3.1>
Doelmatig vertonen de genoemde opeenvolgende opstaande wanden elk een klep die, voorbij de hoeklijn, tegen de andere aangrenzende opstaande wand geplooid en gelijmd is, waarb ij de klep van een van deze wanden zich tegen de
<EMI ID=4.1>
laatste tegen de binnenzijde van de eerstgenoemde wand geploo id en gel ij md is.
In een b ij zondere uitvoeringsvorm van de uitvinding zijn de draagschouders gevormd door verlengstukken van tegenover elkaar liggende opstaande wanden die naar b innen geplooid zijn vqlgens twee aan de bodem evenwijdige plooilijnen, zodanig dat de strook van de verlengstukken tussen de twee plooilijnen, zich in een vlak bevindt dat nagenoeg evenwijdig is aan de bodem en het steunvlak van de draagschouders vormt.
De uitvinding heeft eveneens betrekk ing op een werkwijze voor het vervaardigen van de hierboven beschreven stapelbare verpakkingsbakjes.
Deze werkwijze wordt gekenmerkt door het feit dat men uitgaat van een gestanste plaat karton of analoog materiaal met een veelhoek ig door plooilijnen begrensd centraal vlak, dat het bodemvlak vormt, en zijvlakkeii die zich vanaf deze plooilijnen uitstrekken en de opstaande wanden met de overeenkomstige kleppen en randen bepalen, met minstens twee tegenoverliggende zijvlakken die een verlengstuk met een aan de opstaande wanden aanpalende en door onderling evenwijdige plooilijnen begrensde tussenstrook vertonen ter vorming van de draagschouders,welke kleppen eveneens van hun overeenkomstige wanden door plooilijnen gescheiden zijn, waarbij men lijm aanbrengt op de te verlijmen onderdelen, men de zijvlakken met het verlengstuk opricht rond de overeenkomstige plooilijn van het bodemvlak en de kleppen ervan naar b innen plooit, men de andere z ij vlakken op een analoge manier opricht,
men de kleppen van deze zijvlakken tegen de buitenkant van de opgerichte wanden met het verlengstuk en de kleppen van deze laatste tegen de binnenkant van de aangrenzende opgerichte wanden aandrukt, men daarna het verlengstuk met de tussenstrook naar binnen plooit om de plooilijn, die het scheidt van de overeenkomstige opstaande wand en een van de grenzen vormt van de tussenstrook, en om de aan de laatste evenwijdige plooilijn, die de andere grens vormt, zodanig dat deze tussenstrook nagenoeg evenwijdig aan het bodemvlak komt te liggen, men ten slotte het vrije uiteinde van het verlengstuk bevestigt in de nabijheid van de basis van de opstaande wand, waarvan het deel uitmaakt.
Ten slotte strekt de uitvinding zich eveneens uit tot een gestanste plaat karton of dergelijke voor het vervaardigen van de.hierboven beschreven stapelbare verpakkingsbakjes voor het toepassen van de werkwijze voor het vervaardigen van deze bakjes.
Andere bijzonderheden en voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de hierna volgende beschrijving van enkele bij zondere uitvoeringsvormen van de uitvinding; deze beschrij-
<EMI ID=5.1>
ding niet; de hierna gebruikte verwij z ingscij fers hebben betrekk ing op de hieraan toegevoegde figuren.
Figuur 1 is een bovenaanzicht van een gestanste plaat karton of dergelijke voor het vervaardigen van een stapelbaar verpakkingsbakje volgens een bijzondere uitvoeringsvorm van de uitvinding. Figuur 2 is een perspectiefaanzicnt van een tussenstadium bij het vervaardigen van een bakje bij middel van de gestanste plaat volgens figuur 1. Figuur 3 stelt een verder stadium voor van het vervaardigen van dit zelfde bakje. Figuur 4 is een gedeeltelijk aanzicht van het afgewerkt bakje. Figuur 5 is een gedeeltelijk aanzicht van een stapel baar verpakkingsbakje, in een tussenstadium, volgens een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding. Figuur 6 is een vooraanzicht van twee op elkaar gestapelde bakjes zoals voorgesteld werd in figuur 4. Figuur 7 is een dwarsdoorsnede volgens de lijn VII-VII van figuur 4.
Figuur 8 is een bovenaanzicht van een gedeelte van een gestanste plaat karton of dergelijke voor het vervaardigen van een stapelbaar verpakkingsbakje volgens een nog andere uitvoeringsvorm van de uitvinding. Figuur 9 is een vooraanzicht van twee op elkaar gestapelde verpakkingsbakjes die bekomen werden bij middel <EMI ID=6.1>
In de verschillende figuren hebben dezelfde verwijzingscijfers betrekking op dezelfde of analoge elementen.
Op de in figuur 1 voorgestelde gestanste plaat karton of dergelijke kunnen, volgens de uitvinding, volgende onderdelen onderscheiden worden:
Een bodemvlak 1 verbonden met zijvlak 2 langs ril
<EMI ID=7.1>
4 langsheen ril 22 en met kopvlak 5 langsheen ril 24. Het zijvlak 2 is verlengd aan beide uiteinden, respectievelijk door een lijmklep 6 langsheen ril 31 en een lijmklep 7 langsheen ril 32. Op een analoge manier is een zijvlak
3 voorzien dat verlengd is aan beide uiteinden, respectie-
<EMI ID=8.1> klep 9 langsheen ril 27. Een zijvlak 4 draagt zijdelings een lijmklep 10 langsheen ril 33, een lijmklep 11 langsheen ril 26 en een verlengstuk 20 met een tussenstrook 14 welke door onderling evenwijdige plooilijnen 16 en 17 be-
<EMI ID=9.1>
<EMI ID=10.1>
kleppen 12 en 13 en een verlengstuk 20 met tussenstrook 15.
Het plooien en lijmen van de in figuur 1 voorgestelde gestanste plaat tot het vormen van een open bakje volgens de uitvinding werd geillustreerd door de opeenvolgende figuren 2, 3 en 4.
Eerst wordt lij m gespoten of aangebracht op de plaatsen 36 tot 44 van de zijvlakken en op de overeenkomstige niet getekende plaats van het zijvlak 5.
Vervolgens worden de lijmkleppen 10, 11 en 13 en de uit redenen van klaarheid niet getekende klep 12 naar omhoog geplooid volgens hun respectievelijke plooilijnen
33, 26, 29 en 30. Daarop volgt het naar omhoog plooien van
<EMI ID=11.1>
rillijn 24 tot het vormen van de overeenkomstige kopwanden 4 en 5. Daarna wordt het zijvlak 3 om de rillijn 23 en het
<EMI ID=12.1>
einde van het oprichten van de zijwanden 2 tot 5 komt de plooilijn 27 de hoeklijn 26 bedekken die gevormd is door de lijmklep 11 en het zijvlak 4. De lijmklep 9 wordt dan omgeplooid langsheen de ril 27 tot tegenaan de buitenkant van het zijvlak 4 (zie figuur 3) . Hetzelfde gebeurt tege-lijkertijd in de drie andere hoeken van het bakje, waar de plooilijnen 28, 31 en 32 (figuur 2) respectievelijk de hoeklijnen 29, 30 en 33 bedekken en de lijmkleppen 8, 6 en
7 (figuur 3) omgeplooid worden tegenaan respectievelijk de zijwanden 5 en 4.
Door de vooraf op de gestanste plaat aangebrachte lijm op de geschikte plaatsen gebeurt nu een dubbele verlijming volgens de uitvinding, aan elk van de vier hoeken van het bakje op het ogenblik dat de buitenkant van de lijmklep 10 tegen de binnenkant van het zijvlak 2 wordt gedrukt, de binnenkant van de lijmklep 7 tegen de buitenkant van het zijvlak 4 en op dezelfde wijze de drie andere paren lijm-
<EMI ID=13.1>
Op het einde van deze bewerkingen staan de verlengstukken 15 en 20 van de zijwand 5 in hetzelfde vlak. Dit is eveneens het geval voor het zijvlak 4 en het verlengstuk
21 met de tussenstrook 14.
In een volgende bewerking wordt het verlengstuk
<EMI ID=14.1>
omlaag geduwd met als gevolg dat de tussenstrook 14 evenwij dig aan de bodem 1 gebracht wordt en dat b ij een verder plooien om de lijn 17 het vrije uiteinde 45 van het verlengstuk 21 tot tegen de basis van het zijvlak 4 wordt gedrukt en er aan gelijmd door de op de plaats 44 vooraf aangebrachte lijm. Aldus wordt een dubbele wand gevormd met het zijvlak
4 zoals duidelijk blijkt uit figuur 7.
In het afgewerkte bakje volgens de uitvinding, vormen de zijvlakken 2 en 3 de zijwanden, terwijl de zijvlakken 4 en 5 de kopwanden vormen waartegen de draagschouders aansluiten. De zijwand 2 met zijn overeenkomstige kleppen 6 en 7 vertonen randen 2', 6' en 7' die zich minstens gedeeltelijk hoger dan de door de tussenstroker. 14 en 15 gevormde steunvlakken van de draagschouders uitstrekken. Deze
<EMI ID=15.1>
<EMI ID=16.1>
ribbe gelegen is op dezelfde rechte als de hoeklijn waarrond de desbetreffende lijmklep geplooid is. Deze randen 2', 6',
<EMI ID=17.1>
gestapelde ten opzichte van elkaar zouden ver schuiven.
In de hierboven beschreven uitvoeringsvorm worden de kleppen 6, 7, 8 en 9 van de zijwanden tegen de buitenkant van de kopwanden 4 en 5 gel ijmd, terwijl de kleppen 10, 11,
12 en 13 van de kopvlakken 4 en 5 tegen de b innenkant van de zijwanden 2 en 3 gelijmd zijn.
De mogelijkheid bestaat echter eveneens om de kleppen van de kopwanden te lijmen tegen de buitenzijde van de zijwanden en de kleppen van de zijwanden te lijmen tegen de b innenkant van de kopwanden.
In de eerste uitvoeringsvorm, het is te zeggen deze die voorgesteld werd in de figuren, dient men de tussenstroken
14 en 15 af te schuinen samen met de overeenkomstige verlengstukken 20 en 21 ten einde rekening te houden met de zijdelingse verdikking van de wanden 2 en 3 door de aanwezigheid van de kleppen 10, 11, 12 en 13.
<EMI ID=18.1>
stukken 20 en 21 aansluiten tegen de basis van de overeenkomstige opstaande kopwanden 4 en 5 laat toe een stevig en onvervormbaar geheel te b ekomen. Zoals blijkt uit figuur 7 strekken de kopwanden met de overeenkomstige verlengstukken zich uit volgens de zijden van een driehoek
zodanig dat wanneer bij voorbeeld om een of andere reden het vrije uiteinde van het verlengstuk zich zou losmaken van de basis van de kopwand, dit ter plaatse geblokkeerd blijft wanneer een ander bakje op de draagschouders rust en het niet naar buiten kan uitzwenken. Dit vormt dus
een bijkomende veiligheid.
In een andere uitvoeringsvorm zoals voorgesteld werd in figuur 5, is het uiteinde 45 van de verlengstukken
20 en 21 voorzien van ankerklepjes 47 en 48 die inhaken in overeenstemmende gleufjes 49 en 50 van het bodemvlak 1, in de nab ij heid van de basis van de kopwanden 4 en 5.
In de uitvoeringsvorm volgens de f iguren 1 tot 7, wordt het nestelen of op elkaar stapelen van meerdere analoge bakjes vergemakkelijkt door een lichte schuining te geven aan de rillen 26 tot 33. Aldus staan de wanden van het bakje iets meer open aan de bovenkant zoals duidelijk blijkt uit figuur 6. Hiertoe volstaat het bij voorbeeld
aan de kopwanden 4 en 5 de vorm van een gelijkbenige trapezium te geven, waarvan de kleinste basis volgens een plooilijn bij de bodem aansluit. Wil men de wanden volle-dig loodrecht houden op het bodemvlak 1 van het bakje, dan
kan men, op een voordelige wijze, langs weerszijden van de hoeklijnen, waar de opstaande wanden b ijeenkomen, vanaf
het ondervlak van de bodem,uitsparingen 53 voorzien waarvan
<EMI ID=19.1>
s tapelen van bakjes, de genoemde randen 2 ' , 6', 8 ' , 3 ', die uitsteken ten opzichte var. de draagschouders,komen te liggei
in de uitsparingen voorzien in de opstaande wanden van het bovenliggend bakje. De uitvinding is natuurlijk geenszins beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvormen en b innen het raam van de octrooiaanvrage kunnen meerdere veranderingen overwogen worden.
Aldus kan men in plaats van lijm aan te brengen
aan de basis van de kopwanden 4 en 5 op plaats 44 deze lijm aanbrengen op plaats 52 van het verlengstuk 21. Ook kunnen
de schouders voorzien worden langs de zijwanden of kunnen
deze zich slechts over een bepaalde lengte van de wanden uitstrekken.
"Stackable packaging tray and method for manufacturing this tray".
The invention relates to a stackable packaging tray with a polygonal bottom, in particular rectangular bottom, which is made from a sheet of cardboard or
like, with carrying shoulders that are located on the inside
from its upright walls, and in line with it
edges of these walls, which are at least partially <EMI ID = 1.1>
The object of the invention is mainly to propose a stackable packaging tray which can be manufactured in a rapid and inexpensive manner, by machine and in a single machine passage with a minimum of material and, moreover, is relatively sturdy, so that it is particularly suitable for the packaging and transport on relatively large stacks of fruit and vegetables.
For this purpose, two successive upright walls of the stackable packaging container according to the invention are on either side of the corner line, where these walls
<EMI ID = 2.1>
glued, this corner line coinciding with the rib of
<EMI ID = 3.1>
The said successive upright walls each expediently have a flap which, past the angular line, is folded and glued against the other adjacent upright wall, the flap of one of these walls being against the
<EMI ID = 4.1>
the latter is folded and glued to the inside of the former wall.
In a particular embodiment of the invention, the carrying shoulders are formed by extensions of opposed upright walls which are pleated inwardly according to two fold lines parallel to the bottom, such that the strip of extensions between the two fold lines extends in a plane which is substantially parallel to the bottom and forms the supporting surface of the carrying shoulders.
The invention also relates to a method of manufacturing the stackable packaging trays described above.
This method is characterized by starting from a punched sheet of cardboard or analogous material having a polygonal central plane bounded by pleat lines, which forms the bottom surface, and side surfaces extending from these pleat lines, and the upright walls with the corresponding flaps and define edges, with at least two opposite side surfaces which have an extension with an intermediate strip adjoining the upright walls and bounded by mutually parallel fold lines to form the supporting shoulders, which flaps are also separated from their corresponding walls by fold lines, applying glue to the parts to be glued, the side surfaces with the extension piece are erected around the corresponding fold line of the bottom surface and the flaps thereof are folded inwards, the other side surfaces are erected in an analogous manner,
one presses the flaps of these side surfaces against the outside of the erected walls with the extension and the flaps of the latter against the inside of the adjacent erected walls, then fold the extension with the intermediate strip inwardly around the fold line separating it from forms the corresponding upright wall and one of the boundaries of the intermediate strip, and so that the end of the last parallel fold line, which forms the other boundary, such that this intermediate strip comes to lie almost parallel to the bottom surface, finally the free end of the extension fastens in the vicinity of the base of the upright wall, of which it is a part.
Finally, the invention also extends to a punched sheet of cardboard or the like for manufacturing the stackable packaging trays described above for applying the method of manufacturing these trays.
Other particularities and advantages of the invention will become apparent from the following description of some particular embodiments of the invention; this description
<EMI ID = 5.1>
thing not; the reference numbers used below refer to the appended figures.
Figure 1 is a top plan view of a punched sheet of cardboard or the like for manufacturing a stackable packaging tray according to a particular embodiment of the invention. Figure 2 is a perspective view of an intermediate stage in the manufacturing of a tray using the die-cut plate of Figure 1. Figure 3 represents a further stage of manufacturing the same tray. Figure 4 is a partial view of the finished tray. Figure 5 is a partial view of a stackable packaging tray, in an intermediate stage, according to another embodiment of the invention. Figure 6 is a front view of two stacked trays as shown in Figure 4. Figure 7 is a cross-sectional view taken on line VII-VII of Figure 4.
Figure 8 is a top view of a portion of a die-cut sheet of cardboard or the like for manufacturing a stackable packaging tray according to yet another embodiment of the invention. Figure 9 is a front view of two stacked packaging trays obtained by means <EMI ID = 6.1>
In the different figures, like reference numerals refer to like or analogous elements.
According to the invention, the following parts can be distinguished on the punched sheet of cardboard or the like shown in figure 1:
A bottom surface 1 connected to side surface 2 along groove
<EMI ID = 7.1>
4 along groove 22 and with end face 5 along groove 24. The side surface 2 is extended at both ends, respectively by a glue flap 6 along groove 31 and a glue flap 7 along groove 32. In an analogous manner, a side surface
3 provided that is extended at both ends, respectively
<EMI ID = 8.1> valve 9 along groove 27. A side surface 4 laterally carries a glue flap 10 along groove 33, a glue flap 11 along groove 26 and an extension 20 with an intermediate strip 14 which is formed by parallel lines 16 and 17
<EMI ID = 9.1>
<EMI ID = 10.1>
valves 12 and 13 and an extension 20 with intermediate strip 15.
The crimping and gluing of the punched sheet shown in Figure 1 to form an open tray according to the invention was illustrated by the successive Figures 2, 3 and 4.
First, glue is sprayed or applied to the positions 36 to 44 of the side surfaces and to the corresponding position of the side surface 5, not shown.
The glue flaps 10, 11 and 13 and the flap 12 not shown for clarity are then folded upwards according to their respective fold lines
33, 26, 29 and 30. This is followed by folding upwards
<EMI ID = 11.1>
crease line 24 to form the corresponding end walls 4 and 5. Then the side face 3 is wrapped around the crease line 23 and the
<EMI ID = 12.1>
At the end of the erecting of the side walls 2 to 5, the pleat line 27 comes to cover the corner line 26 formed by the glue flap 11 and the side surface 4. The glue flap 9 is then folded along the groove 27 to the outside of the side surface 4 (see figure 3). The same happens at the same time in the three other corners of the tray, where the fold lines 28, 31 and 32 (Figure 2) cover the corner lines 29, 30 and 33 and the glue flaps 8, 6 and
7 (figure 3) are folded back against the side walls 5 and 4 respectively.
As a result of the glue previously applied to the punched plate at the appropriate places, a double gluing according to the invention now takes place, at each of the four corners of the tray when the outside of the glue flap 10 is pressed against the inside of the side surface 2 , the inside of the glue valve 7 against the outside of the side face 4 and in the same way the three other pairs of glue-
<EMI ID = 13.1>
At the end of these operations, the extensions 15 and 20 of the side wall 5 are in the same plane. This is also the case for the side face 4 and the extension
21 with the intermediate strip 14.
In a subsequent operation it becomes the extension
<EMI ID = 14.1>
pushed down with the result that the intermediate strip 14 is brought parallel to the bottom 1 and that with a further folding around the line 17 the free end 45 of the extension 21 is pressed against the base of the side surface 4 and glued to it by the glue pre-applied on the 44 place. Thus, a double wall is formed with the side face
4 as clearly shown in figure 7.
In the finished tray according to the invention, the side surfaces 2 and 3 form the side walls, while the side surfaces 4 and 5 form the end walls against which the carrying shoulders connect. The side wall 2 with its corresponding flaps 6 and 7 has edges 2 ', 6' and 7 'which are at least partly higher than the one provided by the intermediate striper. 14 and 15 extend the supporting surfaces of the carrying shoulders. This one
<EMI ID = 15.1>
<EMI ID = 16.1>
the rib is located on the same straight line as the angle around which the glue valve in question is folded. These edges are 2 ', 6',
<EMI ID = 17.1>
stacked relative to each other would slide far.
In the above-described embodiment, the flaps 6, 7, 8 and 9 of the side walls are glued to the outside of the end walls 4 and 5, while the flaps 10, 11,
12 and 13 of the end faces 4 and 5 are glued to the inner side of the side walls 2 and 3.
However, it is also possible to glue the flaps of the end walls to the outside of the side walls and to glue the flaps of the side walls to the inner side of the end walls.
In the first embodiment, that is to say the one presented in the figures, the intermediate strips are to be used
14 and 15 together with the corresponding extensions 20 and 21 to take into account the lateral thickening of walls 2 and 3 due to the presence of flaps 10, 11, 12 and 13.
<EMI ID = 18.1>
connecting pieces 20 and 21 against the base of the corresponding upright end walls 4 and 5 makes it possible to obtain a firm and undeformable whole. As shown in Figure 7, the end walls with the corresponding extensions extend along the sides of a triangle
such that, for example, if for some reason the free end of the extension would detach from the base of the end wall, it would remain blocked on site when another tray rests on the carrying shoulders and cannot swing out. So this constitutes
an additional safety.
In another embodiment as suggested in Figure 5, the end 45 is of the extensions
20 and 21 provided with anchor flaps 47 and 48 hooking into corresponding slots 49 and 50 of the bottom face 1, near the base of the end walls 4 and 5.
In the embodiment of Figures 1 to 7, nesting or stacking multiple analog trays on each other is facilitated by giving a slight bevel to ridges 26 to 33. Thus, the walls of the tray are slightly more open at the top such as it is clear from figure 6. For this it suffices, for example
to give the front walls 4 and 5 the shape of an isosceles trapezium, the smallest base of which follows a fold line at the bottom. If the walls are to be kept completely perpendicular to the bottom surface 1 of the tray, then
one can advantageously, along both sides of the corner lines, where the upright walls meet, from
the bottom surface of the bottom, provided with recesses 53 of which
<EMI ID = 19.1>
s taping of trays, said edges 2 ', 6', 8 ', 3', which protrude with respect to var. the carrying shoulders, come to lie
in the recesses provided in the upright walls of the tray above. The invention is of course by no means limited to the above-described embodiments, and several changes can be contemplated within the scope of the patent application.
Thus one can apply instead of glue
at the base of the end walls 4 and 5 at position 44 apply this glue at position 52 of the extension piece 21. Also possible
the shoulders are provided along the side walls or can
they only extend over a certain length of the walls.