BE845496A - Werkwijze voor het conditioneren van de lucht in lokalen en inrichting voor het toepassen van deze werkwijze - Google Patents
Werkwijze voor het conditioneren van de lucht in lokalen en inrichting voor het toepassen van deze werkwijzeInfo
- Publication number
- BE845496A BE845496A BE170056A BE170056A BE845496A BE 845496 A BE845496 A BE 845496A BE 170056 A BE170056 A BE 170056A BE 170056 A BE170056 A BE 170056A BE 845496 A BE845496 A BE 845496A
- Authority
- BE
- Belgium
- Prior art keywords
- air
- rooms
- extracted
- heat exchanger
- over
- Prior art date
Links
Classifications
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F24—HEATING; RANGES; VENTILATING
- F24F—AIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
- F24F12/00—Use of energy recovery systems in air conditioning, ventilation or screening
- F24F12/001—Use of energy recovery systems in air conditioning, ventilation or screening with heat-exchange between supplied and exhausted air
- F24F12/002—Use of energy recovery systems in air conditioning, ventilation or screening with heat-exchange between supplied and exhausted air using an intermediate heat-transfer fluid
- F24F12/003—Use of energy recovery systems in air conditioning, ventilation or screening with heat-exchange between supplied and exhausted air using an intermediate heat-transfer fluid using a heat pump
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F24—HEATING; RANGES; VENTILATING
- F24D—DOMESTIC- OR SPACE-HEATING SYSTEMS, e.g. CENTRAL HEATING SYSTEMS; DOMESTIC HOT-WATER SUPPLY SYSTEMS; ELEMENTS OR COMPONENTS THEREFOR
- F24D11/00—Central heating systems using heat accumulated in storage masses
- F24D11/02—Central heating systems using heat accumulated in storage masses using heat pumps
- F24D11/0257—Central heating systems using heat accumulated in storage masses using heat pumps air heating system
- F24D11/0278—Central heating systems using heat accumulated in storage masses using heat pumps air heating system with recuperation of waste energy
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F24—HEATING; RANGES; VENTILATING
- F24D—DOMESTIC- OR SPACE-HEATING SYSTEMS, e.g. CENTRAL HEATING SYSTEMS; DOMESTIC HOT-WATER SUPPLY SYSTEMS; ELEMENTS OR COMPONENTS THEREFOR
- F24D11/00—Central heating systems using heat accumulated in storage masses
- F24D11/02—Central heating systems using heat accumulated in storage masses using heat pumps
- F24D11/0257—Central heating systems using heat accumulated in storage masses using heat pumps air heating system
- F24D11/0278—Central heating systems using heat accumulated in storage masses using heat pumps air heating system with recuperation of waste energy
- F24D11/0285—Central heating systems using heat accumulated in storage masses using heat pumps air heating system with recuperation of waste energy contained in exhausted air
-
- F—MECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
- F24—HEATING; RANGES; VENTILATING
- F24F—AIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
- F24F3/00—Air-conditioning systems in which conditioned primary air is supplied from one or more central stations to distributing units in the rooms or spaces where it may receive secondary treatment; Apparatus specially designed for such systems
- F24F3/12—Air-conditioning systems in which conditioned primary air is supplied from one or more central stations to distributing units in the rooms or spaces where it may receive secondary treatment; Apparatus specially designed for such systems characterised by the treatment of the air otherwise than by heating and cooling
- F24F3/14—Air-conditioning systems in which conditioned primary air is supplied from one or more central stations to distributing units in the rooms or spaces where it may receive secondary treatment; Apparatus specially designed for such systems characterised by the treatment of the air otherwise than by heating and cooling by humidification; by dehumidification
- F24F3/147—Air-conditioning systems in which conditioned primary air is supplied from one or more central stations to distributing units in the rooms or spaces where it may receive secondary treatment; Apparatus specially designed for such systems characterised by the treatment of the air otherwise than by heating and cooling by humidification; by dehumidification with both heat and humidity transfer between supplied and exhausted air
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y02—TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
- Y02B—CLIMATE CHANGE MITIGATION TECHNOLOGIES RELATED TO BUILDINGS, e.g. HOUSING, HOUSE APPLIANCES OR RELATED END-USER APPLICATIONS
- Y02B10/00—Integration of renewable energy sources in buildings
- Y02B10/70—Hybrid systems, e.g. uninterruptible or back-up power supplies integrating renewable energies
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y02—TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
- Y02B—CLIMATE CHANGE MITIGATION TECHNOLOGIES RELATED TO BUILDINGS, e.g. HOUSING, HOUSE APPLIANCES OR RELATED END-USER APPLICATIONS
- Y02B30/00—Energy efficient heating, ventilation or air conditioning [HVAC]
- Y02B30/13—Hot air central heating systems using heat pumps
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y02—TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
- Y02B—CLIMATE CHANGE MITIGATION TECHNOLOGIES RELATED TO BUILDINGS, e.g. HOUSING, HOUSE APPLIANCES OR RELATED END-USER APPLICATIONS
- Y02B30/00—Energy efficient heating, ventilation or air conditioning [HVAC]
- Y02B30/52—Heat recovery pumps, i.e. heat pump based systems or units able to transfer the thermal energy from one area of the premises or part of the facilities to a different one, improving the overall efficiency
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y02—TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
- Y02B—CLIMATE CHANGE MITIGATION TECHNOLOGIES RELATED TO BUILDINGS, e.g. HOUSING, HOUSE APPLIANCES OR RELATED END-USER APPLICATIONS
- Y02B30/00—Energy efficient heating, ventilation or air conditioning [HVAC]
- Y02B30/56—Heat recovery units
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Combustion & Propulsion (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- General Engineering & Computer Science (AREA)
- Physics & Mathematics (AREA)
- Thermal Sciences (AREA)
- Central Air Conditioning (AREA)
Description
"Werkwijze voor het conditioneren van de lucht in lokalen en inrichting voor het toepassen van deze werkwijze". De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het conditioneren van lucht in lokalen bij middel van een lucht-luchtwarmtepomp met twee warmtewisselaars waarvan een warmtewisselaar als verdamper en een andere als condensor werkt en welke, enerzijds, door een compressor en, anderzijds, door een ontspanner van elkaar gescheiden zijn, waarbij door deze warmtepomp een arbeidsmedium stroomt. Bij de bestaande warmtepompen van het type lucht-lucht onderscheidt men hoofdzakelijk twee types : de warmtepompen <EMI ID=1.1> warmtepompen met warmteherwinning op de afgezogen lucht anderzijds. Bij de warmtepompen werkende op de buitenlucht wordt over de verdamper een zo groot mogelijk debiet buitenlucht gevoerd, waaraan de warmte onttrokken wordt. Deze aldus afgekoelde en ontvochtigde buitenlucht wordt vervolgens terug in de atmosfeer geblazen. De gerecupereerde warmte op de verdamper wordt door middel van een koelstofkring) waarin dus een koelmiddel stroomt, overgebracht op een condensatorbatterij. Over deze condensorbatterij wordt hernomen of gerecycleerde lucht vanuit de te conditioneren ruimte met een zo groot mogelijk debiet geleid welke na opwarming door middel van de condensor terug in genoemde ruimte geblazen wordt. De relatief hoge luchtdebieten over de verdamper, van de orde van grootte van 3.400 m3 per uur, en over de condensor, <EMI ID=2.1> naal kompressorvermogen va n ongeveer 3 kW, zijn nodig om de condensortemperatuur zo laag mogelijk en de verdampertemperatuur zo hoog mogelijk te houden en aldus een zo hoog mogelijke winstfactor te bekomen. In de warmtepomp met warmteherwinning op de afgezogen lucht wordt deze laatste,in verwarmingsregime, over de verdamper, met een beperkt debiet van ongeveer 900 m3/h, gevoerd en wordt hieraan warmte, zowel voelbare als latente warmte, onttrokken. Deze afgekoelde en ontvochtigde lucht wordt vervolgens in de atmosfeer geblazen. Verder wordt over de condensor, in verwarmingsregime, buitenlucht met een beperkt debiet gevoerd, van ongeveer 900 m3/u, dat opgewarmd en ingeblazen wordt in de te behandelen lokalen. De lokalen worden dus steeds doorstroomd met verse - lucht zodat het hier meer om een verluchtingspomp dan om een verwarmingspomp handelt. Om de ventilatieverliezen te beperken wordt met beperkte luchtdebieten gewerkt en wordt de luchtverversing en luchtwisseling tot een minimum beperkt, van de <EMI ID=3.1> verversing zeer hoog is ten opzichte va n de normale normen van ongeveer één luchtverversing per uur en voor de luchtwisseling zeer laag is ten opzichte van normale normen van vier luchtwisselingen per uur. De uitvinding heeft hoofdzakelijk tot doel een werkwijze voor te stellen voor het conditioneren van de lucht in lokalen bij middel van een lucht-luch t warmtepomp, welke toelaat de lucht te verwarmen, te koelen en een aangepast luchtverversing te verwezenlijken in alle te behandelen lokalen er hierbij zorg voor dragend de totale energetische verliezen, die zowel de transmissieverliezen als de ventilatieverliezen omvatten,sterk te controleren. Tot dit doel wordt over een van de warmtewisselaars gelijktijdig een bepaalde hoeveelheid verse lucht en uit een of meerdere lokalen afgezogen lucht gele id en wordt over de andere warmtewisselaar gedeeltelijk een bepaalde hoeveelheid verse buitenlucht en een bepaalde h oeveelh eid vanuit het of de lokalen, waarvan de lucht dient geconditioneerd te worden,hernomen lucht geleid, welke hernomen en verse buitenlucht vervolgens in deze lokalen binnengebracht wordt. In een bijzondere uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt de genoemde afgezogen lucht onttrokken aan andere lokalen dan deze waaruit de hernomen lucht afkomstig is. In een meer bijzondere uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt, in verwarmingsregime, de afgezogen lucht geleid over de als verdamper werkende warmtewisselaar, terwijl de hernomen lucht geleid wordt over de als condensor werkende warmtewisselaar. De uitvinding heeft eveneens betrekking op een inrichting voor het conditioneren van de lucht in lokalen, welke inrichting een lucht-lucht warmtepomp vertoont welke hoofdzakelijk bestaat uit twee warmtewisselaars waarvan een warmtewisselaar de verdamperbatterij en de andere de condensorbatterij vormt, en uit een compressor en een ontspanner. De inrichting volgens de uitvinding is gekenmerkt door de aanwezigheid van twee luchttoevoeren naar elk van de warmtewisselaars, waarbij voor elke warmtewisselaar een van de luchttoevoeren bestemd is voor verse buitenlucht en de andere toevoer bestemd is hetzij voor hernomen naar de te behandelen lokalen te recycleren lucht hetzij voor afgezogen uit lokalen te verwijderen lucht. Op een voordelige manier zijn de warmtewisselaars de compressor en de ontspanner sa men met de op elk van de genoemde toevoeren voorziene ventilatoren in een gemeenschappelijke kast ingebouwd. Andere bijzonderheden en voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de hierna volgende beschrijving van enkele bijzondere uitvoeringsvormen van de uitvinding; deze beschrijving wordt enkel als voorbeeld gegeven en beperkt de uitvinding niet. <EMI ID=4.1> hebben betrekking op de hieraan toegevoegde figuren. Figuur 1 is een schematische voorstelling van een bijzondere uitvoeringsvorm van een lucht-lucht warmtepomp voor het toepassen van de werkwijze volgens de uitvinding. Figuur 2 is een schematische voorstelling van een ten opziahte van de uitvoeringsvorm volgens figuur 1 gewijzigde realisatie. Figuur 3 is een schematische voorstelling van een concrete uitvoeringsvorm van een inrichting voor het conditioneren van lucht volgens de uitvinding. In de verschillende figuren hebben dezelfde verwijzings- . cijfers betrekking op dezelfde of analoge elementen. De basis kringloop va n een warmtepomp stemt in feite overeen met deze van de bekende koelkringloop van Carnot. De voornaamste onderdelen van een bekende warmtepomp zijn : een verdamper 1, een compressor 2, een condersor 3 en een ontspanner 4,welke meestal gevormd wordt door een smoorklep. Bij een lucht-lucht warmtepomp dient de buitenwarmtewisselaar , in de winter,a ls verdamper die warmte uit de buitenlucht put en deze warmte overdraagt naar de binnenwarmtewisselaar,die dienst doet als condensor,voor het verwarmen van het lokaal. In de zomer wordt de verdamper gevormd door de binnenwarmtewisselaar die warmte aan de lokalen onttrekt, terwijl de buitenwarmtewisselaar de condensor vormt welke de warmte aan de buitenomgeving afgeeft. De uitvinding heeft tot doel een werkwijze voor te stellen voor het conditioneren van lucht in lokalen door gebruik te maken van een dergelijke warmtepomp in combinatie met een aangepaste verluchting van de te behandelen lokalen. Hiertoe wordt over een warmtewisselaar, die de verdamper 1 vormt, gelijktijdig een bepaalde hoeveelheid verse buitenlucht en uit een of meerdere lokalen, waarvan de'lucht dient behandeld te worden, afgezogen lucht geleid, terwijl over de condensor 3, die gevormd wordt door een andere warmtewisselaar, gelijktijdig een andere bepaalde hoeveelheid verse buitenlucht en een bepaalde hoeveelheid vanuit hetzelfde of de overige lokalen, waarvan de lucht dient geconditioneerd te worden, hernomen lucht geleid wordt welke hernomen en verse buitenlucht vervolgens in laatstgenoemde lokalen geblazen worden. In figuur 1 wordt de gezamenlijke aanvoer van verse buitenlucht voorgesteld door een geme.enschappelijke leiding 5 welke zich splitst in twee takken 6 en 7 die respektievelijk naar de verdamper 1 en naar de condensor 3 gaan. De aanvoer van afgezogen lucht wordt voorgesteld door een leiding 8,terwijl de aanvoer van hernomen lucht voorgesteld wordt door leiding 9. De afgezogen lucht met het deel van de buitenlucht dat stroomt door de leiding 6,wordt gezamenlijk geleid over de verdamper 1 zoals aangeduid wordt door leiding 10. Deze lucht <EMI ID=5.1> dat door de leiding 7 aa ngevoerd wordt,gezamenlijk over de condensor 3 geleid waar zij opgewarmd wordt alvorens in de te behandelen loka.len geblazen te worden. De verhouding tussen de hoeveelheid langs de leiding 8 afgezogen lucht en de hoeveelheid met deze laatste door middel <EMI ID=6.1> is afhankelijk van de gewenste wermteopbrengst van de warmtepomp;van het ge[pound]nstalleerde compress ievermogen en van de gewenste winstfactor. Het debiet afgezogen lucht is daarbij een functie van het totale volume van de te behandelen lokalen en van de gewenste luchtverversingsgraad in deze laatste., Bij voorbeeld in de winter, wanneer de buitentemperatuur lager is dan..de binnentemperatuur, zal koudere en drogere buitenlucht met lagere enthalpie gemengd worden tnet warmere en vochtigere afgezogen lucht va n lokalen met hogere enthalpie, waardoor de enthalpie van het mengsel afgezogen lucht e n verse buitenlucht steeds een hogere waarde zal hebben dan deze van zuivere buitenlucht. Over de condensor 3 van de warmtepomp wordt een mengsel van warmere hernomen lucht en koudere verse buitenlucht gevoerd. De temperatuur van dit mengsel zal dus, bij lagere buitentemperatuur, eveneen op een lagere temperatuur zijn dan deze van de te behandelen lokalen. Dit koudere luchtmengsel wordt, in verwarmingsregime, over de condsnsor opgewarmd, eventueel door aanvullende electrische weerstanden naverwarmd� en in de te behandelen lokalen geblazen. Op een voordelige wijze wordt de genoemde afgezogen lucht onttrokken aan andere lokalen dan deze waaruit de hernomen lucht afkomstig is. Aangezien de afgezogen lucht, die over de verda mper geleid wordt, gewoon in de atmosfeer geblazen wordt kan gebruik genaakt worden van bezoedelde lucht met relatief hoge enthalpiewaarde, die bij voorbeeld van dienstlokalen, zoals bij voorbeeld keuken, badkamer- enz. afkomstig is.Aldus wordt automatisch een verluchting bekomen van alle te behandelen lckalen en wordt bovendien een be- <EMI ID=7.1> uit de lucht hernomen wordt,worden behandeld,dwz.dat in beide soort lokalen hernome n lucht en verse buitenlucht geblazen worc In koelingsregime wordt de afgezogen lucht geleid over de als condensor werkende warmtewisselaar terwijl de hernomen lucht geleid wordt over de als verdamper.werkende warmtewisselaar. De omschakeling van verwarmingsregime naar koelingsregime en omgekeerd geschiedt bij middel van een vierwegkraan, zoals bij voorbeeld schematisch voorgesteld werd in figuur 2 door referentiecijfer 11. In verwarmingsregime geschiedt de stroming van het <EMI ID=8.1> kringloop, terwijl in afkoelingsregime de stroming integengestelde richting geschiedt zoals aangeduid wordt door pijlen 17. De stromingsrichting van het arbeidsmedium wordt bepaald door de stand van de klep 18 van de vierwegkraan 11. In figuur 2 werd, in volle lijn, de stand van de klep 18 in verwarmingsregime weergegeven,terwijl in streeplijn de stand ervan in koelingsregime voorgesteld werd. De werkwijze volgens de uitvinding bestaat in feite in het combineren van de klassieke warmtepomp met een verluchtingspomp. <EMI ID=9.1> <EMI ID=10.1> verzekerd (ongeveer een complete luchtverversing per uur.) Deze luchtverversing wordt bovendien op een economische. manier verwezenlijkt door de warmteherwinning van de afge voerde, eventueel bezoedelde lucht van bepaalde lokalen en dit in bepaalde verhouding tot het debiet van de hernomen of gerecycleerde lucht van de andere te behandelen lokalen. Op deze wijze worden de normaal aanzienlijke ventilatieverliezen van de te behandelen lokalen volledig gerecupereerd. Door de tempertuurverla ging van de over de condensor geleide lucht in verwarmingsregime kan de winstfactor van de warmtepomp aanzienlijk verbeterd worden. Verder bekomt men door de enthalpieverhoging van de lucht die over verdamper geleid wordt een verbetering van de prestaties van de warmtepomp bij lage buitentemperatuur. De toenaming van de enthalpie van de over de verdamper geleide lucht laat bovendien toe, bij gelijkblijvend warmte- <EMI ID=11.1> lijk te beperken. Doordat, enerzijds,de condensortemperatuur verlaagt, en, anderzijds, de verdampertemperatuur verhoogt, wordt de winstfactor van de warmtepomp, bij lage buitentemperatuur, gunstig beïnvloed. Door over de verdamper lucht te leiden die afkomstig is van andere lokalen dan van de te behandelen lokalen kan ervoor gezorgd worden dat de luchtverversing van de te behandelen lokalen aan de normale criteria beantwoorden en dat oververluchting vermeden wordt, wat meestal niet het geval is met de klassieke verluchtingspompen, waarmee 2 a 2,5 verluchtingsverversingen per uur functioneel voor de warmtepompwerking nodig zijn. In verwarmings- en koelingsregime wordt volgens de werkwijze van de uitvinding een goede luchtdoorstroming van de lokalen verzekerd door bij voorbeeld nagenoeg vier luchtwisselingen per uur te voorzien, wat economisch en praktisch niet mogelijk is bij middel van de normale verluchtingspompen, die op de afgezogen lucht werken. In deze laatste gevallen is de luchtwisseling gelijk aan de luchtverversing wegens het feit dat geen lucht hernomen wordt uit de lokalen. Tenslotte kan, dank zij de werkwijze volgens de uitvinding, in ieder lokaal de lucht afzonderlijk afgezogen worden onder behoud van een relatieve hoge winstfactor van de warmtepomp, daar waar gebruik gemaakt wordt van de klassieke warmtepompsystemen,die werken op de buitenlucht alleen, een centra le afzuiging vereist is op lagere temperaturen, van ongeveer 6[deg.]C,om de winstfactor zo hoog mogelijk te houden. De uitvinding heeft eveneens betrekking op een inrichting voor het toepassen van de hierboven beschreven werkwijze voor het conditioneren van de lucht in lokalen. Deze inrichting vertoont een lucht-lucht warmtepomp welke hoofdzakelijk bestaat uit twee warmtewisselaars 1 en 3,waarvan een de verdamperbatterij 1 en de andere <EMI ID=12.1> en een ontspanner 4 welke in het algemeen bestaat uit een smoorklep. Deze apparatuur wordt in een kringloop geschakeld waar doorheen een arbeidsmedium, zoals bij voorbeeld Freon circuleert . In verwarmingsregime verlaat het arbeidsmedium de <EMI ID=13.1> de leiding 12 en wordt het door de compressor adiabatisch samengedrukt tot een temperatuur Tk. Het aldus samengedrukte nog gasvormig arbeidsmedium wordt vervolgens bij middel van een leiding 13 gebracht in de condensor 3 waar een deel van <EMI ID=14.1> te behandelen loka len dient geblazen te worden. Hierdoor wordt het arbeidsmedium gecondenseerd tot het vormen dus van een verzadigde vloeistof. Deze vloeistof wordt vervolgens via een leiding 14 geleid naar een ontspanner waar ze een drukvermindering ondergaat. De verdamping heeft vervolgens ' plaats in de verdamper 1 zelf. De inrichting volgens de uitvinding is gekenmerkt door twee luchttoevoeren naar elk van de warmtewisselaars <EMI ID=15.1> condensor vormt. Voor elk van deze warmtewisselaars is een luchttoevoer voorzien,die bestemd is voor verse buitenlucht� en een andere toevoer, die bestemd is hetzij voor hernomen naar de te beha ndelen lokalen te recycleren lucht,hetzij voor afgezogen uit lokalen te verwijderen lucht. In een doelmatige uitvoeringsvorm van de uitvinding zijn , zoals voorgesteld werd in figuur 3, de warmtewisselaars . 1 en 3, de compressor 2 en de ontspanner 4 samen met op elk van genoemde toevoeren voorziene ventilatoren in een gemeenschappelijke kast 23 ingebouwd. In genoemde kast 23 zijn minstens drie kamers 24, 25 en 26 voorzien. De wisselaar 1 is ondergebracht �. in de kamer 24�terwijl de wisselaar 3 onderbracht is in kamer 25. De derde kamer 26 is bij middel van een regelbare opening 27 in verbinding gesteld met kamer 24, terwijl een regelbare opening 28 een verbinding vormt met kamer 25. De ventilator 21, bestemd voor het aanbrengen van verse buitenlucht staat in verbinding met kamer 26. De ventilator 19 is gemonteerd in kamer 24 en voert afgezogen bezoedelde lucht waaruit een of meerdere dienstlokalen 30, via leiding 8 aan de zijde van de warmtewisselaar 1 waarin de opening 27 naar kamer 24 voorzien is, zodanig dat in dit deel van kamer 24 de bezoedelde lucht met een deel buitenlucht gemengd kan worden alvorens over de warmtewisselaar 1 geleid te worden. De ventilator is gemonteerd in kamer 25 en blaast, bij middel van leiding 9, hernomen lucht, afkomstig van uit leeflokalen 3l,over de warmtewisselaar 3 samen met een deel verse lucht welke langs de opening 28 vanaf kamer 26 in kamer 25 gevoerd wordt. <EMI ID=16.1> seld heeft bij zijn doorgang over de warmtewisselaar 3 <EMI ID=17.1> lokalen 31 en dienstlokalen 30 geblazen via leiding 32. De werking van de aldus onder vorm van monobloc gebouw-. de inrichting volgens de uitvinding wordt bediend vanaf een electrisch schakelbord 29 dat eveneens gebouwd is in de kast 23. Het is hoofdzakelijk dank zij de werkwijze volgens de uitvinding, dat het mogelijk is de warmtepomp in monobloc uit te voeren. Immers,door het feit dat over de verdamper lucht gevoerd vordt met relatief hoge enthalpie is het mogelijk, bij gelijkblijvend warmtevermogen van de pomp, het luchtdebiet sterk te beperken, zoals trouwens hierboven reeds vermeld werd. Bovendien is de inrichting in monobloc uitvoering veel geruislozer dan dit het geval is bij bestaande monobloc systemen die werken op de buitenlucht en dit juist doordat het debiet van de buitenlucht, dank zij de werkwijze volgens de uitvinding, beperkt kan worden. Zij nog vermeld dat,voor hetzelfde' compressievermogen in de inrichting volgens &- uitvinding, het globale jaarverbruik voor een bepaalde woning veel lager (circa 25%) is dan met een enkel op de afgezogen lucht werkende warmtepomp welke dan verluchtingspomp genoemd wordt. <EMI ID=18.1> uitvinding, is het dus mogelijk een totale scheiding te verwezenlijken tussen de luchtafzuigingskring van normaal belaste lokalen en van bepaalde lokalen met sterke luchtbezoedeling bij voorbeeld. Ter illustratie volgen hierna technische gegevens van een bepaalde uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de <EMI ID=19.1> zoals voorgesteld werd in figuur 3. <EMI ID=20.1> De uitvinding is natuurlijk geenszins beperkt tot de hiervoor beschreven uitvoeringsvormen en binnen het raam van de octrooiaanvrage kunnen meerdere veranderingen overwogen worden. Het spreekt van zelfs dat,naargelang de afmetingen van de te behandelen lokalen, er één of meerdere warmtepompeenheden <EMI ID=21.1>
Claims (1)
- CONCLUSIES.1.- Werkwijze voor het conditioneren van de luchtin lokalen bij middel van een lucht-lucht warmtepomp mettwee warmtewisselaars , waarvan een als verdamperen de andere als condensor werkt en welke, enerzijds, door een compressor en, anderzijds, door een ontspanner.van elkaar gescheiden zijn, waarbij door deze warmtepompeen arbeidsmedium stroomt, met het kenmerk dat over een van de warmtewisselaars gelijktijdig een bepaalde hoeveelheid verse buitenlucht en uit een of meerdere lokalen afgezogen lucht geleid wordt en over een andere warmtewisselaar gelijktijdig een andere bepaalde hoeveelheid verse buitenlucht en een bepaalde hoeveelheid vanuit het of de lokalen, waarvan de lucht dient geconditioneerdte worden, hernomen lucht geleid wordt, welke hernomen en verse buitenlucht in deze lokalen gebracht wordt.2.- Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk datde verhouding tussen de hoeveelheid verse lucht en de hoeveelheid genoemde hernomen lucht, die over de warmtewisselaars geleid worden , vastgesteld is overeenkomstig de eisen van luchtverversing en winstfactor.3.- Werkwijze volgens één van de vorige conclusies, met het kenmerk dat men de genoemde afgezogen lucht onttrekt aan andere lokalen dan deze waaruit de hernomen lucht afkomstig is en aan de buitenatmosfeer afgeeft na haar, samen met een deel verse buitenlucht, over de overeenkomstige warmtewisselaar geleid te hebben. 4.- Werkwijze volgens conclusie 3, met het kenmerk dat men de afgezogen lucht onttrekt aan lokalen, zoals dienstlokalen, waar de luch t een relatief hoge enthalpiewaarde heeft, terwijl men de hernomen lucht onttrekt aan loka len, zoals leeflokalen, met minder bezoedelde lucht dan in de andere bovenvermelde lokalen en deze hernomen lucht na haar over de overeenkomstige warmtewisselaar, saMen met een deel verse buitenlucht, geleid te hebben in de leeflokalen en dienstlokalen blaast.5.- Werkwijze volgens één van de vorige conclusies, met het kenmerk dat, in verwarmingsregime, de afgezogen lucht geleid wordt over de als verdamper werkende warmtewisselaar, terwijl de hernomen lucht geleid wordt over de als condensor werkende warmtewisselaar.6.- Werkwijze volgens conclusie 5, met het kenmerk <EMI ID=22.1>als condersor werkende warmtewisselaarsgroep geleid wordt, naverwarmd wordt alvorens gebracht te worden in de lokalen waarin de lucht dient geconditioneerd te worden.7.- Werkwijze volgens één van de concusies 1 tot 4, met het kenmerk dat, in k:oelingsregime, de afgezogen lucht geleid wordt over de als condensor werkende warmtewisselaarsgroep, terwijl de hernomen lucht geleid wordt over de als verdamper werkende warmtewisselaarsgroep.8.- Werkwijze voor het conditioneren van de lucht zoals hiervoor beschreven of in de hierbij gevoegde tekeningen voorgesteld.9.- Inrichting voor het conditioneren van de lucht in lokalen, welke inrichting een lucht-lucht warmtepomp ver- <EMI ID=23.1>toont, welke hoofdzakelijk bestaat uit twee warmtewisse laars, waarvan een de verdamperbatterij en de andere<EMI ID=24.1>een ontspanner, met het kenmerk dat twee luchttoevoerennaar elk van de warmtewisselaars voorzien zijn, waarbij, voor elke warmtewisselaar een van de luchttoevoeren bestemd is voor verse buitenlucht en de andere toevoer bestemd is hetzij voor hernomen naar de te behandelen lokalen te recycleren lucht, hetzij voor afgezogen uit lokalen te verwijderen en aan de atmosfeer af te geven lucht.10.- Inrichting volgens conclusie 9, met het kenmerkdat de warmtewisselaars, de compressor en de ontspanner samen met op elk van genoemde toevoeren voor-<EMI ID=25.1>zijn.11.- Inrichting volgens conclusie 10, met het kenmerk dat in genoemde kast minstens drie kamers voorzien zijn en de warmtewisselaars elk in een van deze kamers ondergebracht zijn, terwijl de derde kamer bij middel van regelbare openingen in verbinding kan gesteld worden met elkvan beide andere kamers waarin de warmtewisselaars gemonteerd zijn, waarbij een ventilator, voor het aanbrengen van verse buitenlucht, in verbinding staat met laatstgenoemde derde kamer en in elk van de andere kamers ventilatoren uitmonden voor het blazen van uit lokalen hernomen of afgezogen lucht over de overeenkomstige warmtewisselaar , waarbijtenslotte een ventilator voorzien is voor het blazen inde te behandelen lokalen van de lucht, die geleid wordt over de overeenkomstige warmtewisselaar. 12.- Inrichting volgens één van de conclusies 9 tot 11, met het kenmerk dat de luchtvervoer naar een van de warmtewisselaars van afgezogen lucht in verbinding staat met lokalen, waarin de lucht een relatief hoge enthalpiewaarde heeft, en de luch tvervoer naar de andere warmtewisselaar van hernomen lucht in verbinding staat met lokalen, waarin de lucht minder bezoedeld is dan in de lokalen waarvan de afgezogen lucht afkomstig is, waarbij een leiding voorzien is die de hernomen lucht, samen met een deel verse buitenlucht verdeelt over de lokalen, waaruit zowel de hernomen als de afgezogen lucht afkomstig is, na de hernomen lucht, samen met dit deel buitenlucht over de overeenkoms tige warmtewisselaar geleid te hebben.13.- Inrichting volgens één van de c onclusies 9 tot 12, met het kenmerk dat een vierwegkraan voorzien is om over te schakelen van koelings- naar verwarmingsregime en omgekeerd.14.- Inrichting voor het conditioneren van luchtin lokalen zoals hiervoor beschreven en in de hierbij gevoegde tekeningen voorgesteld.
Priority Applications (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE170056A BE845496A (nl) | 1976-08-25 | 1976-08-25 | Werkwijze voor het conditioneren van de lucht in lokalen en inrichting voor het toepassen van deze werkwijze |
DE19772738018 DE2738018A1 (de) | 1976-08-25 | 1977-08-23 | Verfahren zum klimatisieren der luft in raeumen und vorrichtung zum durchfuehren des verfahrens |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE845496 | 1976-08-25 | ||
BE170056A BE845496A (nl) | 1976-08-25 | 1976-08-25 | Werkwijze voor het conditioneren van de lucht in lokalen en inrichting voor het toepassen van deze werkwijze |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
BE845496A true BE845496A (nl) | 1976-12-16 |
Family
ID=25649560
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE170056A BE845496A (nl) | 1976-08-25 | 1976-08-25 | Werkwijze voor het conditioneren van de lucht in lokalen en inrichting voor het toepassen van deze werkwijze |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
BE (1) | BE845496A (nl) |
Cited By (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR2414173A1 (fr) * | 1978-01-09 | 1979-08-03 | Fimec | Perfectionnements aux installations de chauffage comportant une pompe a chaleur |
FR2783902A1 (fr) | 1998-09-29 | 2000-03-31 | Ales Ingenierie Rech | Dispositif thermodynamique de recuperation des calories ou frigories rejetees par la ventilation d'une maison d'habitation ou d'un local industriel |
-
1976
- 1976-08-25 BE BE170056A patent/BE845496A/nl not_active IP Right Cessation
Cited By (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
FR2414173A1 (fr) * | 1978-01-09 | 1979-08-03 | Fimec | Perfectionnements aux installations de chauffage comportant une pompe a chaleur |
FR2783902A1 (fr) | 1998-09-29 | 2000-03-31 | Ales Ingenierie Rech | Dispositif thermodynamique de recuperation des calories ou frigories rejetees par la ventilation d'une maison d'habitation ou d'un local industriel |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
AU591324B2 (en) | Air-conditioning system | |
US5337577A (en) | Method and apparatus for latent heat extraction | |
EP3596400B1 (en) | Dehumidifier | |
AU706129B2 (en) | High latent refrigerant control circuit for air conditioning system | |
US4061186A (en) | Combined cooling and heat recovery system | |
US6405543B2 (en) | High-efficiency air-conditioning system with high-volume air distribution | |
US2755072A (en) | Air conditioning | |
US5309725A (en) | System and method for high-efficiency air cooling and dehumidification | |
US20070095519A1 (en) | Method and device for recovering energy | |
US5493871A (en) | Method and apparatus for latent heat extraction | |
US5228302A (en) | Method and apparatus for latent heat extraction | |
US2195781A (en) | Air conditioning | |
US5802862A (en) | Method and apparatus for latent heat extraction with cooling coil freeze protection and complete recovery of heat of rejection in Dx systems | |
US4189929A (en) | Air conditioning and dehumidification system | |
US9920963B1 (en) | System for conditioning air with temperature and humidity control and heat utilization | |
US4739627A (en) | Device for air conditioning in a winter garden | |
US3151469A (en) | Heat reclaiming system | |
US4519217A (en) | Supermarket environmental control system | |
JPS5984053A (ja) | 気候調節装置 | |
US2984458A (en) | Air conditioning | |
US3939905A (en) | System for regulating the temperature in rooms, more particularly for cooling rooms | |
US2333309A (en) | Refrigerating apparatus | |
BE845496A (nl) | Werkwijze voor het conditioneren van de lucht in lokalen en inrichting voor het toepassen van deze werkwijze | |
US20200011549A1 (en) | Energy recovery ventilator with self-contained dehumidification system | |
JPH0387535A (ja) | 空調システム及び空気調和装置 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
RE | Patent lapsed |
Owner name: VAN DER WEEEN LEO Effective date: 19860831 |