BE705295A - - Google Patents

Info

Publication number
BE705295A
BE705295A BE705295DA BE705295A BE 705295 A BE705295 A BE 705295A BE 705295D A BE705295D A BE 705295DA BE 705295 A BE705295 A BE 705295A
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
lid
rod
frame
closure device
cover
Prior art date
Application number
Other languages
English (en)
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed filed Critical
Publication of BE705295A publication Critical patent/BE705295A/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04FFINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
    • E04F17/00Vertical ducts; Channels, e.g. for drainage
    • E04F17/10Arrangements in buildings for the disposal of refuse
    • E04F17/12Chutes

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Refuse Receptacles (AREA)

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  " Afsluitinrichting voor een vuilniskoker ". 



   De uitvinding betreft een afsluitinrichting voor een vuilniskoker, waarbij de inrichting sen kader bevat dat een kort stuk buis vormt, alsook twee deksels die aan het kader scharnierend verbonden zijn en die beile open kanten van dit   buisvormige   kader kunnen   afsluiten.   



   Dergelijke afsluitinrichtingen voor een vuilniskoker worden veel gebruikt bij appartementsgebouwen. De vuilnis- 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 koker loopt meestal langs een   buitenmuur   van het geboux. Deze koker geeft dan door openingen uit op één of meerdere keukens. 



  Op elke opening kan dan een dergelijke   afsluitinric'hting   ge- plaatst worden. 



   Bij de gekende afsluitinrichtingen zijn beide deksels gedurende de tijd dat men het vuil in de koker   werpt,   geopend. 



    Beie   deksels kunnen met de hand geopend worden. Er kan ook een   @iddel   voorzien zijn dat het dichtst bij de binnenkant van de koker gelegen deksel automatisch opent van zodra het naar de keuken toe gelegen deksel geopend wordt. Tijdens dit   tegelij-   kertijd   openstaan   van beide deksels kunnen ongewenste geuren de keuken binnendringen. Het kan gebeuren dat deze deksels re- latief lang moeten open staan, aangezien het grondig ledigen van een recipiënt waarin men bij voorbeeld de vuilnis   verzameld   heeft, niet altijd in een korte tijd kan gebeuren. 



   De uitvinding heeft tot doel een afsluitinrichting voor een vuilniskoker te verschaffen waarbij het dichtst bij de binnenkant van de koker gelegen deksel volledig gesloten is niet alleen bij de volledig gesloten stand maar ook bij minstens een open stand van het andere deksel, terwijl bij het sluiten van dit laatste deksel vanuit die open stand het eerstgenoemde deksel tijdelijk opengaat en het vuil dat op dit andere deksel verzameld werd in de koker   binnenlaat.   



   Tot dit doel komen de   rotatieassen   van deze deksels ten opzichte van de opening   omgeven   door het kader tegenover elkaar voor, terwijl aan een deksel een staaf scharnierend verbonden is, waarbij een gedeelte van die staat' geleid wordt door een geleiding die vast is aan het kader en waarbij een ander gedeel- te van deze staaf voor minstens een stand van laatstgenoemd deksel, die gelegen is tussen zijn volledig gesloten stand en een open stand met uitzondering van deze twee laatste standen, 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 het andere deksel van het kader wegduwt. 



   In een bijzondere uitvoeringsvorm van de uitvinding loopt de staaf die aan een deksel scharnierend verbonden is in de   vorig   van een L waarbij het uiteinde van het lange been van deze staaf scharnierend aan dit deksel verbonden is terwijl het   andere   been van deze staaf naar het andere deksel gericht is. 



   In een merkwaardige uitvoeringsvorm van de uitvinding is de geleiding die vast is aan het kader gevormd door een gleuf, terwijl een gedeelte van de staaf geleid wordt door tussenkomst van een pin die aan de staaf vastgemaakt is en die met een uit- einde in die gleuf komt. 



   In een voordelige   uitvoeringsvorm   van de uitvinding duwt het gedeelte van de staaf dat voor minstens een stand van het deksel waaraan deze staaf verbonden is het andere deksel weg- duwt dit laatste deksel weg door tussenkomst van een pin die aan de staaf vastgemaakt is. 



   In een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de uit- vinding duwt het gedeelte van de staaf dat voor minstens een   .   stand van het ene deksel het andere deksel   wegduwt,   tegen een nok die op dit laatste deksel voorkomt. 



   In een doelmatige uitvoeringsvorm van de uitvinding komt op de naar het andere deksel gekeerde zijkant van het deksel waaraan de staaf scharnierend verbonden is een open bak die met zijn bodem aan dit laatstgenoemde deksel bevestigd is,   waarbij   de dichtst bij de rotatieas van dit laatstgenoemde deksel ge- legen opstaande zijwand van die bak schuin van ditzelfde deksel weg naar de buitenkant van de bak toeloopt. 



   Bij voorkeur is dan de staaf die scharnierend verbonden is aan het deksel aan dit laatste verbonden door tussenkomst van deze bak waaraan het uiteinde van de staaf dan scharnierend vast- gemaakt is. 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 



   Andere bijzonderheden en voordelen van de uitvinding zullen blijken uit de hier volgende beschrijving van een afsluitinrich- ting voor een vuilniskoker volgens de uitvinding; deze beschrij- ving wordt enkel als voorbeeld gegeven en beperkt de uitvinding niet; de   verwi j zingsci jfers   betreffen/de hieraan toegevoegde teke- ningen. 



   Figuur 1 is een vooraanzicht van een afsluitinrichting voor een vuilniskoker volgens de uitvinding bij half open stand van het voorste deksel. 



   Figuur 2 is een doorsnede volgens de lijn II-II uit figuur 1. 



   In de verschillende figuren hebben dezelfde verwijzingscij- tors betrekking op dezelfde elementen. 



   De   afsluitinriohting   voor een vuilniskoker waarop de figuren betrekking hebben bestaat   hoofdzakelijk   uit een kader 1 waaraan twee deksels 2 en 3 scharnierend bevestigd zijn. 



   Het kader 1 is gevormd door vier U-vormige profiellijsten die zo aan elkaar verbonden zijn dat de langsrichtingen van twee aan elkaar verbonden profiellijsten onderling een rechte hoek maken, 
De   bodems   van deze   profiellijsten   zijn naar elkaar   toegekeerd.   Dit kader 1   vormt   op die manier een kort stuk buis.'De opstaande ran- den van de profiellijsten liggen in twee aan elkaar evenwijdig   lopende   vlakken die samenvallen met de uiterste open kanten van het kort stuk buis   gevormd   door dit kader 1. Bij drie van de pro- fiellijsten ligt hun bodem in een vlak dat loodrecht staat op hun opstaande randen. Bij de vierde profiellijst is dit niet het geval. 



   De twee profiellijsten die aan die vierde profiellijst vastgemaakt zijn, bezitten dus een bodem die de vorm heeft van een trapezium, terwijl de andere en die vierde profiellijst een   rechthoekige   bodem bezitten. Het door het kader 1   gevormde   kort stuk buis bezit dus evenwijdig aan het vlak door zijn open uiteinden een recht- hoekige doorsnede die in grootte naar een uiteinde van de buis   toeneemt.   

 <Desc/Clms Page number 5> 

 



   Dit kader 1 wordt geplaatst in een opening in de wand van een vuilniskoker. De loodrechte afstand tussen de twee opstaande randen van een profiellijst is gelijk aan de lengte van deze ope- ning in de wand van de koker, of met andere woorden gelijk aan de dikte van deze wand.   Het   kader 1 wordt steeds zo in de opening in de kokerwand gebracht dat de grootste opening van het stuk      buis gevormd door dit kader 1 naar de binnenkant van de koker      toe gericht is. Het kader 1 wordt ook zo in de opening in de   @   vuilniskoker geplaatst dat de profiellijst waarvan de bodem schuin op zijn opstaande randen staat, onderaan gelegen is. De figuren 1 en 2 hebben dan ook betrekking op deze stand van het kader 1. In de verdere beschrijving zal dus steeds van deze stand- van het kader 1 uitgegaan worden. 



   Aan de zijde van de grootste opening van het kader 1 komt het deksel 2. Dit deksel 2 is door scharnieren 4 aan de bovenste profiellijst van het kader 1 vastgemaakt, zodanig dat de   rotatie..   as van dit deksel 2 evenwijdig loopt aan de   langsriohting   van deze bovenste profiellijst. Dit deksel 2 is een rechthoekige plaat waarvan de afmetingen een weinig groter zijn dan de afmetingen van; de grootste opening van het kort stuk buis   gevormd   door het kader 1,   Op   de naar het kader gerichte zijkant van deze plaat 2 loopt rondom rond nabij haar randen een strook schuimrubber 5. Wanneer het deksel 2 tegen het kader 1 komt dan komen die stroken schuim- rubber 5, met uitzondering van de strook die langs de scharnieren 4 loopt, tegen opstaande randen van de profiellijsten die het kader 1 vormen.

   Deze stroken schuimrubber 5 zerken dun voor een goede afdichting.   Op   een kleine afstand van de scharnieren 4 staan twee nokken 6. Deze nokken 6 staan loodrecht op de plaat 2 en lopen evenwijdig aan de loodrecht op de rotatieas van de   pla.:t   2 staande randen van deze plaat. Deze twee nokken 6 zijn elk   respec-   tievelijk op zulkdanige afstand van deze zijranden geplaatst dat wanneer deze plaat 2 tegen het kader 1 komt ze op een kleine af- 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 stand komen van respectievelijk beide opstaande profiellijsten van het kader 1. Elk van deze nokken 6 heeft een hoogte die lood- recht op de plaat 2   gemeten   naar de scharnieren 4 toe eerst een weinig afneemt dan snel toeneemt en tenslotte nog tien weinig terug afneemt.

   Het deksel 2 bezit nog twee   springsloten 7   die aan   weerszijden   nabij de randen van het deksel 2 gelegen zijn die loodrecht op de rotatieas van dit deksel staan* De schieter van deze sloten 7 is een kogel. Op elk van de opstaande profiel- lijsten van het kader 1 zijn stukjes 8 van een L-vormige profiel- lijst aangebracht. Elk stukje 8 is met een been door schroefjes 9 vastgemaakt aan de bodem van de profiellijst, terwijl het an- dere been nabij de naar het deksel 2 gerichte rand van deze pro- fiellijst loodrecht op deze bodem staat. Elk stukje 8 is daar geplaatst waar het slot 7 komt wanneer het deksel 2 tegen het kader 1 komt.

   Dit slot 7 is dan op zulke afstand van de rand van het deksel 2 geplaatst dat het verst van het slot   verwijder-   de uiteinde van de schieter bij het dicht- of opengaan van het deksel 2 tegen het op de bodem van de profiellijst staande been van het stuk 8 komt. Wanneer deze schieter met een zekere kracht tegen dit stuk 8 geduwd wordt zal hij in zijn slotkast binnen- gaan. Zonder een voldoende kracht uit te oefenen kan het deksel dus niet geopend of gesloten worden. 



   Het deksel 3 is scharnierend rond een sa die ten opzichte van de opening omgeven door het kader 1 aan de andere zijde tegen- over de rotatieas van het deksel 2   ligt.   Deze rotateas ligt dus in de figuren aan de onderkant van het kader 1. Het deksel 3 is door scharnieren 10 vastgemaakt nabij de onderkant van de twee opstaande profiellijsten van het kader 1. De twee scharnieren 10 bevatten elk een L-vormig deel dat aan een opstaande profiellijst vastgelast is en volledig buiten het kader 1 uitsteekt. Dit L-   vor'nige   deel loopt   evenwijdig   aan de bodem van deze opstaande 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 profiellijst. De langsrichting van het lange been van dit L-vormige deel loopt evenwijdig aan de langsrichting van de opstaande pro- fiellijst.

   Het korte been van dit L-vormige deel staat er lood- recht op juist boven de onderste profiellijst die de opstaande profiellijsten   verbindt.   Het andere deel van de scharnier 10 bestaat uit een vierkantig stukje waaraan het deksel 3 vastge-   maakt   is. Het vlak van dit vierkantige stukje loopt dan evenwijdig aan het vlak van het L-vormige deel. De pen van een scharnier 10 loopt dan nagenoeg door het midden van het korte been van het L-vormige deel en nagenoeg door het midden van het vierkantige deel van   de@e   scharnier 10. Het deksel 3 is een rechthoekige plaat waarvan de   afmetingen   een weinig groter zijn dan de   af.netingen   van de kleinste opening van het kader 1.

   Evenals bij het deksel 2 is, op de zijkant van het deksel 3 dat bij de in de figuren voorgestel- de stand naar het kader 1 gericht is, rondom rond nabij de randen van dit deksel een strook schuimrubber 5   aangebracht.   Deze schuim- rubber 5 zorgt ook hier voor een goede afdichting. Op dezelfde   zij-   kant van het deksel 3 zijn op dit deksel ook twee springsloten 11 aangebracht. Deze sloten 11 zijn identiek aan de sloten 7 maar zijn met hun schieter gericht in een richting loodrecht op de rotaieas van het deksel 3. Aan de bovenste dwarsbalk zijn dan ook twee L-   vormige   stukken 12 vastgemaakt. Deze stukken 12 zijn in vorm ana- loog aan de stukken 8.

   Die stukken   12   zijn zodanig aan het kader 1 bevestigd dat wanneer het deksel 3   dichtgedaan   wordt de springslo- ten   11   er juist tegenover komen. De afstand tussen elk slot 11 tot de bovenste rand van het deksel 3 is zodanig dat bij het dicht- maken van het deksel 3 de schieter van dit slot tegen het stuk   12   komt, Wanneer een zekere kracht op dit deksel uitgeoefend ;ordt zal deze schieter in de slotkast van het slot springen en zal het deksel dicht kunnen. Eens voorbij de opstaande rand van het stuk 12 zal deze kegelvormige schieter terug uit de slotkast springen. 



  Voor het openen van het deksel 3 zal men dan terug een kracht 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 moeten uitoefenen waardoor deze schieter terug   tijdelijk   in de slotkast geduwd wordt om voorbij deze opstaande raad van het stuk 12 te gaan. 



   Op de naar het kader 1 gerichte zijkant van het deksel 3 komt nog een open bak 13 voor. Deze open bak is met zijn bodem aan het deksel 3 vastgemaakt. De afmetingen van deze bodem zijn kleiner dan deze van de opening van het kader 1 dat door het dek- sel 3kan afgedicht worden. Deze bodem is reohthoekig. De opstaan- de zijwanden van deze bak 13 staan loodrecht op de bodem van de bak met uitzondering van de dichtst bij de rotatieas van het dek- sel 3 gelegen wand. Deze wand die evenwijdig aan deze rotatieas loopt staat schuin naar de buitenkant van de bak toe hellend op de bodem van deze bak. De helling van deze wand is zodanig dat de verst van de bodem verwijderde rand van deze schuine wand bij gesloten stand van het deksel 3 tegen de bodem van de onderste dwarse profiellijst van het kader 1 komt.

   De hoogte boven het dek- sel 3 van de wanden van de bak 13 is ook kleiner dan de lengte van het korte stuk buis gevormd door het kader 1. Op de van het kader 1 afgekeerde zijkant van het deksel 3 staat nog een hand- vat   14.   



   Aan de bak 13 zijn twee staven 15 scharnierend verbonden, 
Deze staven 15 lopen in de vorm van een L. Ze zijn met hun lang been scharnierend vastgemaakt aan de buitenkant van de twee lood- recht op de rotatieas van het deksel 3 gerichte opstande wanden van de bak 13. Het rotatiepunt van deze staven 15 :Ligt ongeveer halverwege de hoogte van de zijwanden van de bak 13 ter hoogte van het dichtst bij de   scharnieren   10 gelegen uiteinde van de bodem van deze bak 13. Op de   samenkomst   van de twee benen van de L-vor- mige staven 15 komt een pin 16 voor, terwijl   nabi j   het uiteinde van het korte been van deze staven 15 een pin   17     voorkomt.   De pin 
16 is naar het dichtst bij gelegen opstaande   profiollijst   van het 

 <Desc/Clms Page number 9> 

 kader 1 gericht.

   Ze komt met haar vrije uiteinde in een gleuf 18 die in die opstaande profiellijst aangebracht is. Het kader 1 bezit dus in zijn beide opstaande profiellijsten nabij het boven- ste uiteinde een gleuf 18. Deze gleuf 18 heeft de vorm van een rechthoek waarvan de lange zijden evenwijdig lopen aan de langs- richting van de opstaande profiellijsten van het kader 1 en die aan zijn bovenkant naar het deksel 2 toe uitgeeft op een cirkel. 



  De afstand van de langsas van elke gleuf 18 tot de naar het dek- sel 2 gerichte rand van de bodem van de opstaande profiellijst waarin de gleuf voorkomt, is een weinig groter dan de lengte van het korte been van het stuk 15 van een staaf. De pin 17 die op het uiteinde van dit korte naar het deksel 2 gerichte been van elke staaf 15 staat is naar de andere staaf 15 toe gericht. De pin 17 van elke staaf komt tegen een van de nokken 6 die op het deksel,2 aangebracht zijn. 



   Door de bodem van de opstaande profiellijsten van het kader 1   steken   nog doken 19 waarmee dit kader in de opening van de vuil- 
 EMI9.1 
 niskoker.:ian OOV.::.: tltd ...:>rJ.01. 



   De   werking   van de afsluitinrichting voor een vuilniskoker is nu als volgt : De scharnierende bevestigingspunten van de staven 15 bewegen zich bij het wentelen van het deksel 3 op een deel van een cirkel   waarvan   het middelpunt samenvalt met de rotatieas van dit deksel 3. Dit deel van deze cirkel werd in figuur 2 in punt-   streeplijn   getekend. De pin 16 op het andere uiteinde van elke staaf 15 zal dus bij het wentelen van het deksel 3 op- en   neergaan   in de gleuf 18. Wanneer het deksel 3 de opening van het kader 1 volledig afsluit dan zal het scharnierpunt volgens hetwelk elke staaf 15 aan de bak 13 verbonden is, il een stand staan die in de figuur 2 door het verwijzingscijfer 20 aangeduid is.

   De staven 15 zullen dan nagenoeg evenwijdig lopen aan de langsrichting van de opstaande profiellijsten van het kader 1. De pinnen 16 van deze 

 <Desc/Clms Page number 10> 

 staven bevinden zich dan zeer laag in de gleuven 18. De pinnen 17 komen daarentegen in deze stand van de staven tegen het deel van de nokken 6 dat het minst buiten het deksel 2 uitsteekt. In deze stand is de afstand tussen elke pin 17 en het uiteinde van het korte stuk buis gevormd door het kader 1 nagenoeg gelijk aan deze kleinste hoogte van een nok 6, Het deksel 2 zal dus dicht zijn wanneer het deksel 3 ook dicht is. Wanneer men nu het deksel 3 opent zullen de staven 15 en dus ook de pinnen   16   zich naar boven toe verplaatsen.

   De pinnen 17 zullen dit eveneens doen al- hoewel in een andere mate doordat de   stagen   15 tijdens hun om- hooggaande beweging ook een weinig wentelen rond hun pin 16. 



  Elke pin 17 zal   Zich   dan tegen het in hoogte toenemende deel van een nok 6 verplaatsen naar het deel van die nok dat het verst buiten het deksel 2 uitsteekt, toe. Deze pin 17 zal zichzelf verplaatsen tot op het terug een weinig   afnemende   deel van deze nok   6.   Elke pin 17 zal dan tijdens haar beweging een nok 6 weg- duwen waardoor het deksel 2 opengaat. Dit deksel 2 gaat bij voor- beeld open tot de stand bereikt wordt die in de figuren 1 en 2 voorgesteld is. Deze voorgestelde half open stand van het deksel 3 komt nagenoeg overeen met een van de hoogste standen van de staven 15 en de pinnen 16 en 17. Wanneer uitgaande van deze stand het deksel 3 nog verder opengewenteld wordt, verplaatsen de staven 15 en de pinnen 16 en 17 zich nu naar beneden toe.

   De pinnen 17 verplaatsen zich naar beneden toe langs de nok 6 waardoor het dek- sel 2 terug dichtgaat. Wanneer het deksel 3 volledig open   is,   dit is   wanneer   het ongeveer over 90    opengewenteld   werd, komen de   pinren   17 opnieuw tegenover het smalste deel van de nokken 6. Het deksel 2 is dan terug dicht. De pinnen 16 komen dan in deze volle- dig open stand tegen het onderste uiteinde van de gleuven]8. Tijdens deze open stand van het deksel 3 kan de vuilnis in de bak 13 ge-   worpen   worden. Daar het binnenste deksel 2 gesloten is kunnen na- 

 <Desc/Clms Page number 11> 

 genoeg geen ongewenste geuren uit de vuilniskoker in de keuken binnendringen.

   Wanneer nu het deksel 3 terug dicht gewenteld   wordt   gaan de pinnen 16 en 17 met hun staven 15 zich eerst naar boven toe bewegen. Eenmaal dat de pinnen 16 en 17 hun bovenste stand bereikt hebben, verschuiven ze terug naar beneden toe. Wanneer de pinnen 17 voldoende laag gekomen zijn, dit is wanneer ze het deel met grootste hoogte van de nokken 6 voorbij zijn, gaat het deksel 2 terug dicht. Voor het deksel 2 volledig dicht is staat het deksel 3 reeds in zulke stand dat de evenwijdig aan zijn ro- tatieas lopende schuin opstaande wand van de bak 13 met zijn van de bodem van de bak verwijderde rand naar beneden en naar de koker toe helt, waardoor de vuilnis uit de bak 13 in de vuilniskoker kan glijden. Door de vorm van de nokken 6 wentelt het deksel 2, wanneer het deksel 3 bijna dicht is bij een kleine wenteling van dit deksel 3, over een grote hoek.

   Wanneer het deksel 3 volledig dicht is is het deksel 2 eveneens volledig dicht. Het snel dicht- gaan van het deksel 2 gebeurt door het   gedicht   van dit deksel. 



   Door op het einde snel dicht te gaan heeft dit deksel voldoende   kracht     om   de schieter van het slot 7 wanneer de::e tegen het stuk 
8 komt, in te duwen. 



   De uitvinding is geenszins beperkt tot de hiervoor   beschreven   uitvoeringsvorm en binnen het   raam   van de   octrooiaanvrage   kunnen aan de beschreven uitvoeringsvorm vele   veranderingen   aangebracht worden onder meer wat betreft de vorm, de   samenstelling,   de schik- king en het aantal van de onderdelen die voor het   verwezenlijken   van de uitvinding gebruikt worden.

Claims (1)

  1. CONCLUSIES. l. Afsluitinrichting voor een vuilniskoker waarbij de in- richting een kader bevat dat een kort stuk buis vormt alsook twee deksels die aan het kader scharnierend verbonden zijn en die beide <Desc/Clms Page number 12> open kanten van dit buisvormige kader kunnen afsluiten en die van het kader weg kunnen openwentelen, m e t h e t kenmerk dat de rotatieassen van deze deksels ten opzichte van de opening omgeven door het kader tegen...over elkaar voorkomen, terwijl aan een deksel een staaf scharnierend verbonden is,
    waarbij een ge- deelte van die staaf geleid wordt door een geleiding die vast is aan het kader en waarbij een ander gedeelte van deze staaf voor minstens een stond van laatstgenoemd deksel die gelegen is tussen zijn volledig gesloten stand en een open stand met uitzondering van der.e twee laatste standen, het andere deksel van het kader wegduwt.
    2. Afsluitinrichting volgens de vorige conclusie, m e t h e t kenmerk dat de staaf die aan een deksel scharnierend ver- bonden is, in de vorm van een L loopt waarbij het uiteinde van het lange been van deze staaf scharnierend aan dit deksel verbon- den is terwijl het andere been van deze staaf naar het andere deksel gericht is.
    3. Afsluitinrichting volgens een van de vorige conclusies, m e t h e t kenmerk dat de geleiding die vast is aan het kader gevormd is door een gleuf terwijl een gedeelte van de staaf geleid wordt door tussenkomst van een pin die aan de staaf vast- gemaakt is en die met een uiteinde in die gleufkomt.
    4. Afsluitinrichting volgens de vorige conclusie, m e t h e t kenmerk dat deze pin op de L-vormige staaf voorkomt daar war de twee benen van deze staaf samenkomen.
    5. Afsluitinrichting volgens een van de vorige conclusies, m e t h e t kenmerk dat het gedeelte van de staaf dat voor minstens een stand van het deksel waaraan deze staaf verbonden is het andere deksel wegduwt, dit laatste deksel wegduwt door tussen- komst van een pin die aan de staaf vastgepakt is.
    6. Afsluitinrichting volgens de conclusies 2 on 5 en een van <Desc/Clms Page number 13> de conclusies 1,3 en 4, m e t h e t k e n a e r k dat de pin waarmee een gedeelte van de staaf het andere deksel wegduwt voor- komt nabij het uiteinde van het korte been van de L'vormige staaf.
    7. Afsluitinrichting volgens een van de vorige conclusies, m e t h e t kenmerk dat het gedeelte van de staaf dat voor minstens een stand van het ene deksel het andere deksel wegduwt tegen een nok duwt die op dit laatste deksel voorkomt.
    8. Afsluitinrichting volgens de vorige conclusie, m e t h e t , kenmerk dat deze nok een plaat is waarvan de hoogte lood- recht op het deksel gemeten waarop zij voorkomt naar de rotatieas van dit deksel toe eerst een weinig afneemt, dan sterk toeneemt om ten slotte terug een weinig af te nemen.
    9. Afsluitinridhting volgens een van de vorige conclusies, m e t h e t k e n m e r k dat op de naar het andere deksel gekeerde zijkant van het deksel waaraan de staaf scharnierend verbonden is een open bak komt die met zijn bodem aan dit laatst- genoemde deksel bevestigd is, wa,rbij de dichtst bij de rotutieas van dit laatstgenoemde deksel gelegen opstaande zijwand van die bak schuin van ditzelfde deksel weg naar de buitenkant van de bak toeloopt.
    10. Afsluitinrichting volgens de conclusie 9 en een van de conclusies 1 tot 8, m e t h e t k e n m e r k dat de staaf die scharnierend verbonden is aan een deksel aan dit laatste verbonden. is door tussenkomst van deze bak waaraan het uiteinde van de staaf dan scharnierend vastgemaakt is.
    11. Afsluitipricting volgens een van de vorige conclusies, m e t h e t k e n m e r k dat de hoger genoemde open stand van het deksel waaraan de staaf scharnierend verbonden is de maximale open stand van dit deksel is.
    12. Afsluitinrichting volgens een van de vorige conclusies, m e t h e t k e n m e r k dat hoger genoemde open stand van <Desc/Clms Page number 14> het deksel waaraan de staaf scharnierend verbonden is bekomen wordt na een wenteling van uit gesloten stand over een hoek van nagenoeg 90 .
    13, Afsluitinrichting volgens een van de vorige conclusies, m e t h e t kenmerk dat op beide deksels :nabij minstens een deel van de randen e en strook schuimrubber aangebracht is.
    14. Afsluitinrichting volgens een van de vorige conclusies, met h e t kenmerk dat beide deksels van minstens een springslot voorzien zijn.
    15. Afsluitinrichting zoals hiervoor beschreven of in de hieraan toegevoegde tekeningen voorgesteld.
BE705295D 1967-10-18 1967-10-18 BE705295A (nl)

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE705295 1967-10-18

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE705295A true BE705295A (nl) 1968-03-01

Family

ID=3851678

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE705295D BE705295A (nl) 1967-10-18 1967-10-18

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE705295A (nl)

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US6626317B2 (en) Opening device for a garbage can having two hinged lid segments
BE705295A (nl)
US1566545A (en) August b
US1652984A (en) Tool box
US1831687A (en) Garbage container
US2005198A (en) Automobile door
US544817A (en) Bin or sample-case
RU191227U1 (ru) Устройство для транспортировки корнеклубнеплодов
US1746307A (en) Closure fastener
US2811993A (en) Sanitary door and shelf for liquid dispensers
JP3208997U (ja) 物置タイプのゴミ保管庫
US1694347A (en) Inlet box
US1136050A (en) Mail-box.
CN220595897U (zh) 桶盖结构及垃圾桶
KR20150002898U (ko) 회전식 개폐문을 구비하는 쓰레기통
RU212793U1 (ru) Капюшон для крышки контейнера для сбора мусора
US3606145A (en) Coin box device
BE566984A (nl)
US4491213A (en) Coin mechanism for vending machine
US1276770A (en) Combined garbage-can and trap.
US1281029A (en) Mail-box.
US1684484A (en) Animal trap
JP6826546B2 (ja) 縦型ポスト
NL1007064C1 (nl) Zelfsluitend element voor bijvoorbeeld een opbergsysteem of dergelijke.
US904348A (en) Combined animal-trap and chicken-coop.