BE1029222A1

BE1029222A1 - Proces voor de productie van een laminaat

Info

Publication number: BE1029222A1
Application number: BE20215212A
Authority: BE
Inventors: Benny Schacht; Bernard Thiers; Veronique Hoflack; Benjamin Clement; De Populiere Caroline Van; Christof Vandevoorde
Original assignee: Flooring Ind Ltd Sarl
Priority date: 2021-03-22
Filing date: 2021-03-22
Publication date: 2022-10-14
Also published as: WO2022200890A1; CA3207670A1; BE1029222B1; US20240165941A1; EP4313592A1; CN117042970A

Abstract

Decorpapier van een rol decorpapier wordt in een continue persbewerking onder druk en verhoogde temperatuur door middel van een aminoplast hars, bij voorkeur een melamine hars, op papier gelamineerd. De rol decorpapier bevat serieel verschillende decors. Na de continue persbewerking kan het laminaat in vellen opgesplitst worden. Er wordt ook een proces beschreven voor het impregneren met aminoplast hars van decorpapier dat serieel verschillende decors bevat.

Description

Proces voor de productie van een laminaat De uitvinding heeft betrekking op de productie van laminaat. Laminaatvellen worden bijvoorbeeld in de meubelindustrie op panelen gekleefd om het decoratieve en functionele oppervlak van deze panelen te vormen. De uitvinding heeft verder betrekking op het impregneren van decorpapier met aminoplast hars, bijvoorbeeld met melamine hars. Dit geïmpregneerde decorpapier kan ingezet worden voor de productie van laminaat.

Voorbeelden van laminaatvellen zijn High Pressure Laminates (HPL) of Continuous Pressure Laminates (CPL). Bij Continuous Pressure Laminates wordt een continue persbewerking tussen twee persbanden uitgevoerd, waarna de continu geproduceerde lengte laminaat in opeenvolgende vellen opgesplitst kan worden.

US4466847A en WO97/31775A1 bijvoorbeeld beschrijven een proces waarbij in een continue persbewerking tussen twee persbanden laminaat geproduceerd wordt. Produceren van laminaatvellen door middel van een continue persbewerking zoals in het Continuous Pressure Laminate (CPL) proces laat toe om met hoge productiviteit laminaatvellen te produceren. Dit proces is uitermate geschikt om grote volumes laminaatvellen met het zelfde decor te produceren. WO99/12736A1 beschrijft een proces dat toelaat de productiviteit van een continue persbewerking voor het maken van laminaat nog te verhogen. De verhoogde productiviteit wordt bekomen door verschillende laminaten tegelijk te persen, met er tussen een separatie folie. Dergelijk proces verhoogt weliswaar de productiviteit, maar laat niet toe om korte loten van laminaten te produceren.

Eris een grote verscheidenheid aan klantenvragen voor laminaatvellen, zowel met betrekking tot verscheidenheid in decors als met betrekking tot functionele eigenschappen van de laminaatvellen. Er zijn twee types decors. Enerzijds zijn er decors die ontstaan door het bedrukken waarbij een figuratief decor gevormd wordt, bijvoorbeeld een imitatie van hout. Anderzijds zijn er decors waarbij het oppervlak een uniforme kleur heeft. Zowel bij de bedrukte decors als bij de uniform gekleurde decors is er een grote verscheidenheid en een ruime vraag naar diverse decors. Om dergelijke decors te kunnen aanbieden in laminaatvellen, is een grote voorraad nodig van de verschillende decors. Dit betekent een enorme complexiteit en belangrijke financiële middelen die in deze voorraad vastgelegd zijn. Het is een doelstelling van de uitvinding om op heel flexibele manier kleine hoeveelheden laminaat — bijvoorbeeld kleine hoeveelheid laminaatvellen - van een bepaald decor en/of met bepaalde functionaliteit op efficiënte manier te produceren. Het is een doelstelling van de uitvinding om op heel flexibele en snelle manier bestellingen van laminaatvellen met verschillende decors en/of met verschillende functionaliteit te kunnen produceren, bij voorkeur ook wanneer deze bestellingen kleine hoeveelheden laminaatvellen betreffen. Het is een verdere doelstelling om de reeds vermelde doelstellingen te realiseren met minimale voorraad aan grondstoffen en minimale voorraad aan halfproduct. Het is een verdere doelstelling om de reeds vermelde doelstellingen te realiseren met hoge efficiëntie van de gebruikte productieprocessen.

Het eerste aspect van de uitvinding betreft een proces voor de productie van geïmpregneerd decorpapier, bij voorkeur van geïmpregneerd decorpapier voor gebruik in de productie van laminaat, bij voorbeeld in de productie van High Pressure Laminate of Continuous Pressure Laminate.

Optioneel bevat dit proces de stap van serieel samenvoegen van verschillende decors op een rol papier. Dit proces bevat de stappen: - impregneren met een aminoplast hars, bij voorkeur met een melamine hars, van het papier van een rol decorpapier die serieel verschillende decors bevat en drogen van het geïmpregneerde papier.

- optioneel coaten van de decoratieve zijde van het papier met een thermohardend hars, bij voorkeur met een acrylaat, of met polyurethaan acrylaat of met een polyester hars,

- oprollen van het geïmpregneerde decorpapier waarbij een met het aminoplast hars geïmpregneerde rol decorpapier bekomen wordt, waarbij dit geïmpregneerd decorpapier serieel verschillende decors bevat, waarbij deze decors elk uit een decoratieve bedrukking en/of uit een uniforme aanverving bestaan; of waarbij na impregnatie het geïmpregneerde decorpapier in vellen gesneden of gekapt wordt.

Het is een voordeel van het eerste aspect van de uitvinding dat het mogelijk wordt om kleine lengtes van geïmpregneerd decorpapier met een specifiek decor te produceren die efficiënt verder verwerkt kunnen worden in een laminaat in een continue persbewerking.

Ditis mogelijk omdat op één rol geimpregneerd decorpapier opeenvolgend korte lengtes van steeds één decor beschikbaar zijn; deze rol kan dan in een continue persbewerking tot laminaat verwerkt worden. Het wordt ook mogelijk om geïmpregneerd decorpapier te produceren nodig voor een specifieke bestelling van laminaat, zelfs als deze bestelling laminaat met verschillende decors en/of structuren vergt, waarbij dit geïmpregneerd decorpapier serieel de decors bevat nodig om te voldoen aan de bestelling. Het wordt ook mogelijk om met dit geïmpregneerd decorpapier voor een specifieke bestelling van laminaat met verschillende decors de volledige bestelling laminaat opeenvolgend te produceren, zelfs in een continue persbewerking (bijvoorbeeld in een CPL-proces). Dit wil zeggen dat tussendoor geen laminaat voor een andere bestelling geproduceerd wordt.

Dit laat toe de productiviteit van een continue persbewerking optimaal te benutten, zelfs als kleine bestellingen van laminaat met zelfde decor of bestellingen van laminaat met verschillende decors gevraagd wordt. Het eerste aspect van de uitvinding laat ook toe om voorraden van tussenproducent te beperken in de volledige productieketting van laminaat.

Bij voorkeur heeft het decorpapier een niet-geïmpregneerd gewicht tussen 40 en 130 gram per vierkante meter, bij hogere voorkeur tussen 50 en 100 gram per vierkante meter, bijvoorbeeld 70 gram per vierkante meter. Het geïmpregneerd gewicht van dit decorpapier bedraagt bij voorkeur tussen 100 en 300 gram per vierkante meter, bij hogere voorkeur tussen 100 en 220 gram per vierkante meter, bijvoorbeeld 150 gram per vierkante meter.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het eerste aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het geïmpregneerde decorpapier op een rol gewikkeld wordt, waarbij deze papierrol een lengte papier bevat van ten minste 300 meter.

Inuitvoeringsvormen van het eerste aspect van de uitvinding waarbij na impregnatie het geïmpregneerde papier in vellen gesneden of gekapt wordt, bedraagt de lengte van deze vellen bij voorkeur meer dan twee meter, bijvoorbeeld 2.15 meter of 3.05 meter.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het eerste aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat er op de rol papier die geïmpregneerd wordt tussen de serieel op elkaar volgende decors tussenruimtes zonder decor voorzien zijn. Dergelijke uitvoeringsvormen hebben het voordeel dat de decors efficiënt via digitaal bedrukken geproduceerd kunnen worden. In bepaalde gevallen vragen decorwissels bij digitaal bedrukken enige tijd voor het opladen van het nieuwe decor. Bij continu doorlopen van het decorpapier door de productielijn voor het digitaal drukken wordt dit het meest efficiënt opgelost door een lengte papier zonder bedrukking, dus zonder dat decor gevormd wordt over deze lengte papier. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het eerste aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat er op de rol papier die geimpregneerd wordt er geen tussenruimtes zonder decor voorzien zijn tussen de serieel op elkaar volgende decors. Dit laat toe om er voor te zorgen dat er minimaal of geen verlies is aan materiaal tussen laminaatvellen die geproduceerd worden in het proces voor het maken van het laminaat. Dit vermindert niet alleen de materiaalkosten, maar beperkt productieafval tot een minimum.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het eerste aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de verschillende decors zich in de rol papier die geïmpregneerd wordt op een continue lengte papier, zonder naad, bevinden; bij voorkeur waarbij de decors door digitaal drukken gerealiseerd werden. Aangezien een naad een zwakke plaats in een papierrol is, zorgen deze uitvoeringsvormen voor een beperking van het risico van productieonderbrekingen bij de impregnatie van de rol papier en bij de verdere verwerking van de geïmpregneerde rol papier.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het eerste aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de rol papier die geimpregneerd wordt serieel verschillende decors bevat, waarbij ten minste een aantal van de serieel verschillende decors — en bij voorkeur alle 5 verschillende decors - zich elk op een afzonderlijke lengte decorpapier bevinden, waarbij elk van deze lengtes decorpapier serieel aan elkaar verbonden zijn. Dergelijke uitvoeringsvormen laten toe om lengtes decorpapier van rollen met verschillende decors te selecteren en serieel aan elkaar te zetten. Dit betekent dat de opeenvolging van decors in de rol decorpapier zo samengesteld kan worden dat per bestelling van laminaat of laminaatvellen reeds de te produceren decors op elkaar volgen. Dit betekent dat het proces voor het maken van het laminaat volgens de bestellingen kan gebeuren. Dit betekent ook dat de voorraad aan geïmpregneerd decorpapier en aan geproduceerd laminaat minimaal mogelijk kan gehouden worden.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het eerste aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de breedte van de verschillende decors niet constant is en/of waarbij de verschillende decors decors bevatten waarbij over de breedte van het papier meerdere decors geplaatst zijn (bij voorkeur ten minste twee verschillende decors), bij voorkeur waarbij tussen de meerdere decors over de breedte van het papier een zone zonder decor geplaatst is. Dergelijke uitvoeringsvormen laten toe laminaat en laminaatvellen op breedte te maken van de klantenwens. Het decor voor een laminaatvel nodig voor een deur van een kastje kan bijvoorbeeld direct op de juiste breedte voorzien worden; waarbij meerdere decors parallel over de breedte voorzien kunnen worden, zelfs verschillende decors. Dit laat toe naar wens van de klant te produceren. Dit betekent ook dat afval bij het gebruik van het laminaat beperkt kan worden. Dergelijke uitvoeringsvormen kunnen gerealiseerd worden door middel van digitaal bedrukken van het papier, waarbij bij het drukken de klantenbestellingen al in overweging genomen worden.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het eerste aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het papier van de rol papier een inkjet ontvangstlaag bevat, bij voorkeur een primer die het papier geschikt maakte voor digitaal drukken. Deze uitvoeringsvorm zorgt er voor dat een digitaal gedrukt decor met optimale kwaliteit op het papier aanwezig is.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het eerste aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat bepaalde van de decors — en bij voorkeur alle decors - ten minste gedeeltelijk, en bij voorkeur volledig, door digitaal drukken gerealiseerd zijn. Deze uitvoeringsvorm laat toe om de productieplanning voor het maken van laminaat en laminaatvellen voor specifieke bestellingen — zelfs al bevat een bestelling meerdere laminaatvellen met verschillend decor — te verschuiven naar het proces van het bedrukken van papier. Dit laat toe om de gedrukte rol papier dan te impregneren, waarna deze rol papier dan in een continue persbewerking gebruikt wordt om opeenvolgende laminaatvellen te maken in de volgorde — en met de aantallen, met de lengte en breedte afmetingen - zoals nodig voor het voldoen aan de bestellingen. Hierdoor kan de continue persbewerking efficiënt gebruikt worden, en zijn er minimale voorraden van halfproduct en van geproduceerde laminaatvellen.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het eerste aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat bepaalde van de verschillende decors — en bij voorkeur alle decors - elk uit één uniform kleur bestaan. Decors met uniforme kleur kunnen bekomen worden door in de massa inkleuren of inverven van papier. Deze uitvoeringsvorm heeft het voordeel dat geen voorraad van lengtes geïmpregneerd papier van de verschillende kleuren beschikbaar moet zijn, maar dat volgens de productieplanning voor het maken van laminaatvellen een rol papier met de verschillende decors samengesteld kan worden. Dit samenstellen kan gebeuren door de opeenvolgende lengtes papier met verschillend decor met een naad of las samen te voegen. Deze rol kan dan in een continue bewerking met hars geïmpregneerd worden. De geïmpregneerde rol kan dan in een continue persbewerking tot laminaat en laminaatvellen gelamineerd worden. De planning wordt dus verschoven naar de samenstelling van opeenvolgende decors op de rol papier die geïmpregneerd zal worden. Dit zorgt voor vermindering van voorraden en voor optimale efficiënte van het impregnatieproces en van het continue proces voor de productie van laminaat. Er dient te worden vermeld dat in een dergelijke rol papier, voor, tussen of na serieel opeenvolgende decors met uniforme kleur, er ook bedrukte decors gevoegd kunnen worden.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het eerste aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het papier van de rol papier met een melamine hars geïmpregneerd wordt, waarbij het melamine hars “etherified” hars bevat en/of acrylaten en/of een polyurethaan dispersie, en/of andere modificatoren om het geïmpregneerde papier gemakkelijker te kunnen oprollen. Deze uitvoeringsvorm biedt het voordeel dat laminaat geproduceerd met dergelijk geïmpregneerd decorpapier gemakkelijker opgerold kan worden. Laminaat geproduceerd met dergelijk geïmpregneerd decorpapier kan ook gemakkelijker over een kleine radius gebogen worden bij lamineren van het laminaat op een substraat, bijvoorbeeld voor de productie van een meubel.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het eerste aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat op de rol decorpapier de lengtes — en bij voorkeur ook de breedtes - van de verschillende decors op de rol decorpapier dusdanig zijn, dat rekening gehouden wordt met rek van het decorpapier die optreedt tijdens het proces van impregnatie met het aminoplast hars, zodat de gewenste lengte — en bij voorkeur ook de breedte - voor elke decor geïmpregneerd decorpapier bekomen wordt zoals nodig voor de productie van de gewenste lengte laminaatvel of laminaatvellen voor elk van de decors. Deze selectie kan gebeuren bij digitaal bedrukken van het papier en/of bij het selecteren van lengte papier die serieel samengevoegd worden door middel van een naad of las. Deze uitvoeringsvorm laat toe er voor te zorgen dat de geschikte lengte geproduceerd wordt, zodat er geen te korte lengtes geproduceerd worden die tot uitval zouden leiden; maar ook dat er geen te lange lengtes laminaat of laminaatvellen geproduceerd worden die voor productieafval zouden zorgen. Dit zorgt ook voor de efficiëntie van de continue persbewerking waarin de rol geïmpregneerd decorpapier tot laminaat verwerkt wordt.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het eerste aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het geimpregneerde decorpapier bestemd is voor het maken van laminaat - bij voorkeur voor het maken van High Pressure Laminate of Continuous Pressure Laminate — bij voorkeur in een continu persproces; waarbij de rol decorpapier die in het impregnatieproces ingevoerd wordt markeringen bevat die aangeven waar het laminaat in vellen gesneden of gekapt moet worden na een continu persproces voor het maken van het laminaat; of die aangeven waar de rol geïmpregneerd papier in vellen gesneden of gekapt moet worden voor gebruik in een discontinu of in een continu persproces voor het maken van het laminaat.

Deze uitvoeringsvorm laat toe de bedrijfszekerheid en de efficiëntie van het proces van het maken van laminaatvellen te optimaliseren.

Uitval wordt op deze manier voorkomen, tevens wordt er voor gezorgd dat de productie van opeenvolgende laminaatvellen correct kan gebeuren volgens bestellingen.

Hierdoor kan leverbetrouwbaarheid geoptimaliseerd worden, zodat de klanten in hun proces ook optimaal kunnen werken.

Bij voorkeur wordt het proces waarin het decorpapier met aminoplast hars geïmpregneerd en nadien gedroogd wordt zo aangestuurd dat de snijmarkeringen op het geproduceerde geimpregneerde decorpapier op de correcte positie en afstand van elkaar staan zodat bij het snijden of kappen van het laminaat geproduceerd in een continue persbewerking met het geïmpregneerde decorpapier het gebruik van de snijmarkeringen om het laminaat in vellen te snijden of te kappen leidt tot de gewenste lengte van de vellen laminaat.

In een continu persproces voor het produceren van laminaat wordt onder verhoogde temperatuur en druk het decorpapier verperst waarbij het aminoplast hars uithardt.

Aansluitend wordt het geperste laminaat in het zelfde continue proces gekoeld, bijvoorbeeld door gebruik te maken van koelwalsen.

Bij deze afkoeling treedt een krimp op van het geproduceerde laminaat.

Nadien kan het laminaat in dit continue proces in vellen gesneden of gekapt worden, waarbij gebruik gemaakt wordt van de snijmarkeringen die op het decorpapier opgebracht werden om correct te snijden, bijvoorbeeld door op de snijmarkeringen te snijden of te kappen.

Om vellen met de juiste lengte te produceren, moeten de snijmarkeringen na de continue persbewerking (inclusief na het koelen van het laminaat) op de juiste posities staan.

Dit gebeurt in deze uitvoeringsvorm door enerzijds de snijmarkering correct aan te brengen op het decorpapier (bijvoorbeeld door middel van digitaal printen), maar anderzijds ook door het impregnatieproces — met inbegrip van het drogen na impregnatie van het decorpapier - zo te sturen dat de snijmarkeringen op de juiste positie en afstand komen op het geïmpregneerde en gedroogde decorpapier, zodat, rekening houdend met de krimp die optreedt bij de continue persbewerking en de afkoeling van het laminaat, de snijmarkeringen op de juiste posities en onderlinge afstand op het laminaat staan, zodat gebruik van de snijmarkeringen bij het kappen of snijden resulteert in de gewenste lengte laminaatvel.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het eerste aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het geïmpregneerde decorpapier bestemd is voor het maken van laminaat - bij voorkeur voor het maken van High Pressure Laminate of Continuous Pressure Laminate — bij voorkeur in een continu persproces; waarbij in het proces van het maken van laminaat opeenvolgende discrete laminaatvellen geproduceerd worden; waarbij de opeenvolgende discrete laminaatvellen in bestellingen — hetzij interne of externe bestellingen - ingedeeld worden, waarbij elke bestelling een aantal direct opeenvolgend geproduceerde laminaatvellen bevat, al of niet met verschillende decors, waarbij de rol decorpapier die in het impregnatieproces ingevoerd wordt over zijn lengte markeringen bevat die aangeven waar een bestelling begint en/of eindigt.

Dit laat toe om op de meest efficiënte manier de laminaatvellen te produceren, vermindert het risico op vergissingen, en beperkt het risico op afval en uitval.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het eerste aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de rol decorpapier die 1n het impregnatieproces ingevoerd wordt over zijn lengte markeringen bevat gelinkt aan decors, waarbij deze markeringen gecodeerde informatie bevatten voor het verder verwerken van de lengte decorpapier die volgt op, of die voorafgaat aan of die hoort bij de markering; bijvoorbeeld procesinformatie met betrekking tot het impregnatie proces, of informatie met betrekking tot een proces waarin de rol decorpapier tot laminaat verwerkt zal worden.

Deze uitvoeringsvorm vermindert de kans op fouten en laat toe de productieprocessen optimaal en met optimale efficiëntie te laten verlopen.

Bij voorkeur worden de markeringen via digitaal bedrukken op de rol papier opgebracht, bij hogere voorkeur in een proces waarbij de decors via digitaal bedrukken op de rol papier aangebracht zijn.

Dit laat toe de markeringen samen aan te brengen met het drukken van de decors.

Dit vermijdt fouten en verhoogt de efficiëntie van de productieprocessen.

Bij voorkeur kunnen de markeringen optisch gelezen worden en met behulp van een controller gedecodeerd, bij hogere voorkeur waarbij deze markeringen QR-codes zijn. Het gebruik van QR-codes en/of het optisch lezen van markeringen laat een optimale integratie met het ERP (Enterprise Resource Planning) system toe, en zorgt voor de optimale efficiëntie van de productieprocessen. Het tweede aspect van de uitvinding betreft een rol geïmpregneerd decorpapier, gekenmerkt doordat de rol geïmpregneerd decorpapier bekomen wordt in een proces zoals in om het even dewelke uitvoeringsvorm van het eerste aspect van de uitvinding.

Het is een voordeel van de rollen geïmpregneerd decorpapier van het tweede aspect van de uitvinding dat in een lamineer proces met continue persbewerking (bijvoorbeeld in een CPL-proces) kleine aantallen laminaatvellen met een zelfde decor gemaakt kunnen worden, en laminaatvellen voor een zelfde bestelling — zelfs al bevatten deze verschillende decors — opeenvolgend gemaakt kunnen worden. De productieplanning verschuift naar het produceren van de rol geïmpregneerd decorpapier in plaats van bij het proces voor het maken van het laminaat. Dit verhoogt de efficiënte van het proces voor het maken van het laminaat, en laat tevens toe om voorraden van tussenproducten te beperken.

Het derde aspect van de uitvinding betreft een proces voor het produceren van een laminaat, waarbij in een continue persbewerking een rol decorpapier aangevoerd wordt waarbij het decorpapier van de rol decorpapier in de continue persbewerking onder druk en verhoogde temperatuur door middel van een aminoplast hars, bij voorkeur door middel van een melamine hars, op papier gelamineerd wordt. Het proces van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de rol decorpapier serieel verschillende decors bevat, waarbij deze decors elk uit een decoratieve bedrukking en/of een uniforme aanverving bestaan.

Het derde aspect van de uitvinding laat toe met optimale efficiëntie gebruik te maken van een continue persbewerking voor het produceren van laminaat, waarbij opeenvolgend laminaat met verschillende decors en/of verschillende textuur geproduceerd kan worden. Tevens is het mogelijk om voor bestellingen die laminaatvellen met verschillende decors bevatten, de laminaatvellen zo te produceren dat alle laminaatvellen voor een zelfde bestelling — zelfs als deze laminaatvellen met verschillend decor bevat - sequentieel te produceren. Hierdoor kan met optimale efficiëntie geproduceerd worden, en wordt de productiekost beperkt door het beperkt houden van voorraden halfproduct en geproduceerd laminaat.

Optioneel wordt in het proces van het derde aspect van de uitvinding een rol geïmpregneerd decorpapier aangevoerd, geproduceerd met een proces zoals in om het even dewelke uitvoeringsvorm van het eerste aspect van de uitvinding, of een rol geïmpregneerd decorpapier zoals in om het even dewelke uitvoeringsvorm van het tweede aspect van de uitvinding. In uitvoeringsvormen van het derde aspect van de uitvinding is het decorpapier bij voorkeur met een melamine hars geïmpregneerd waarbij het decorpapier voor impregnatie een gewicht heeft tussen 40 en 130 gram per vierkante meter. Bij hogere voorkeur is het decorpapier met een melamine hars geïmpregneerd waarbij het decorpapier voor impregnatie een gewicht heeft tussen 50 en 100 gram per vierkante meter. Voorkeur uitvoeringsvormen van het derde aspect van de uitvinding worden gekenmerkt doordat de rol decorpapier serieel ten minste twee verschillende decors bevat, waarbij deze ten minste twee decors digitaal gedrukt zijn. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de breedte van de verschillende decors niet constant is en/of waarbij de rol decorpapier ten minste bepaalde lengtes decorpapier bevat waarbij over de breedte van het decorpapier ten minste twee verschillende decors geplaatst zijn, bij voorkeur waarbij tussen de verschillende decors over de breedte van het papier een zone zonder decor geplaatst is. Dergelijke uitvoeringsvormen laten toe laminaat en laminaatvellen op breedte te maken volgens de klantenwens. Het decor voor een laminaatvel nodig voor een deur van een kastje kan bijvoorbeeld direct op de juiste breedte voorzien worden; waarbij meerdere decors parallel over de breedte voorzien kunnen worden, zelfs verschillende decors. Dit laat toe naar wens van de klant te produceren. Dit betekent ook dat afval bij het gebruik van het laminaat beperkt kan worden. Dergelijke uitvoeringsvormen kunnen gerealiseerd worden door middel van digitaal bedrukken van het papier, waarbij bij het drukken de klantenbestellingen al in overweging genomen worden.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de continue persbewerking een CPL (Continuous Pressure Laminate) proces is. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat in de continue persbewerking een High Pressure Laminate (HPL) of een CPL (Continuous Pressure Laminate) geproduceerd wordt. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het decorpapier en/of het papier waarop het decorpapier gelamineerd wordt, geïmpregneerd is met een aminoplast hars, bij voorkeur met melamine hars. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het decorpapier van de rol decorpapier met een aminoplast hars geïmpregneerd werd, bij voorkeur met een melamine hars, bij hogere voorkeur met een melamine hars dat één of meerdere bevat van “etherified” hars, van een acrylaat, van een polyurethaan dispersie, of andere modificatoren om het geïmpregneerde papier gemakkelijker te kunnen oprollen. Deze uitvoeringsvormen met specifieke melamine harsen bieden het voordeel dat laminaat geproduceerd met dergelijk geïmpregneerd decorpapier gemakkelijker opgerold kan worden. Laminaat geproduceerd met dergelijk geïmpregneerd decorpapier kan ook gemakkelijker over een kleine radius gebogen worden bij lamineren van het laminaat op een substraat, bijvoorbeeld voor de productie van een meubel. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het aminoplast hars — bij voorkeur het melamine hars - waarmee het papier van de rol decorpapier geïmpregneerd is, constant is voor de serieel verschillende decors.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het papier van ten minste twee seriële decors op de rol decorpapier met een verschillend recept aminoplast hars — bij voorkeur met een verschillend recept melamine hars — geïmpregneerd werden. Dit kan bijvoorbeeld gerealiseerd worden door het aan elkaar zetten, door middel van een las, van verschillende geïmpregneerde decors of verschillend opbrengen met applicator die snel vliegend wisselen van recept toelaat. Deze uitvoeringsvormen laten toe om de continue persbewerking met optimaal rendement uit te voeren. Dit laat ook toe om laminaatvellen voor een zelfde bestelling opeenvolgend te produceren, zelfs als deze bestelling laminaatvellen met verschillende decors of verschillende recepten aminoplast bevat. Dit laat toe de kosten te verminderen door tussenvoorraden en voorraad afgewerkt product te beperken. Dit vermijdt tevens afval en uitval. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de rol decorpapier door droge verpersing in de continue persbewerking op papier gelamineerd wordt. Dit laat toe om bij de continue persbewerking het decorpapier continu te laten doorlopen, terwijl andere lagen van het laminaat gewisseld kunnen worden. Dit gaat gemakkelijker dan het wisselen van decorpapier. Als decorpapier digitaal bedrukt is, kunnen er problemen ontstaan tijdens de impregnatie met aminoplast hars door verschillen in hoeveelheid inkt op het papier bij de verschillende decors. Deze problemen worden vermeden door het decorpapier niet met aminoplast hars te impregneren, maar droog te verpersen. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding waarbij de rol decorpapier door droge verpersing in het proces op papier gelamineerd wordt, wordt gekenmerkt doordat het papier van de rol decorpapier zoals het in de continue persbewerking ingevoerd wordt geen aminoplast hars bevat, en dus ook geen melamine hars bevat.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding waarbij de rol decorpapier door droge verpersing in het proces op papier gelamineerd wordt, wordt gekenmerkt doordat het decorpapier een gewicht per vierkante meter heeft tussen 25 en

60 gram per vierkante meter. Bij voorkeur is dit decorpapier 100% cellulose papier, bij hogere voorkeur waarbij het decorpapier asgehalte nul heeft of een verwaarloosbaar asgehalte. Het gebruik van dergelijk papier met laag gewicht heeft het voordeel dat met betere kwaliteit droog verperst kan worden, bijvoorbeeld tussen twee papierlagen die wel met aminoplast hars geïmpregneerd werden. Dergelijk papier laat tijdens de persbewerking goede vloei toe in het decorpapier van hars van papierlagen waartussen het decorpapier verperst wordt. Hierdoor wordt het risico van delaminatie of van splitsen van het decorpapier in het laminaat sterk beperkt.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding waarbij de rol decorpapier door droge verpersing in het proces op papier gelamineerd wordt, wordt gekenmerkt doordat het decorpapier in de continue persbewerking gelamineerd wordt tussen twee met aminoplast hars — bij voorkeur met melamine hars — geïmpregneerde lagen papier; bij voorkeur waarbij het papier dat boven op het decorpapier gelamineerd wordt een niet-geimpregneerd gewicht heeft tussen 25 en 60 gram per vierkante meter. Volgens deze uitvoeringsvorm zorgt het aminoplast hars van deze papierlagen bij de persbewerking voor vloei in het decorpapier en aldus voor het lamineren van de papierlagen. Het niet-geimpregneerde lage gewicht van de papierlaag boven de papierlaag is voordelig voor de helderheid van het decor, aangezien een meer doorzichtige laag bekomen wordt boven op het decorpapier.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding waarbij de rol decorpapier door droge verpersing in het proces op papier gelamineerd wordt, wordt gekenmerkt doordat het decorpapier van de rol decorpapier met zijn onderkant op een - al dan niet gecoate - papierlaag gelamineerd wordt die in de massa geverfd is en/of die een asgehalte bevat van meer dan 20%. Deze uitvoeringsvorm heeft het kenmerk dat vooral bij gebruik van decorpapier met een laag gewicht per eenheid van oppervlakte — bijvoorbeeld decorpapier met gewicht tussen 25 en 60 gram per vierkante meter —, en vooral als dit decorpapier niet met hars geïmpregneerd werd, het decorpapier mogelijks niet opaak is. De specifieke onderliggende laag papier in deze uitvoeringsvorm zorgt dan voor de opaciteit van het decor dat zichtbaar is in het laminaat. Dit kan mede bekomen worden door geschikte keuze van de kleur van de papierlaag onder het decorpapier, zodat er geen contrast optreedt veroorzaakt door het niet opaak zijn van het decorpapier.

Asgehaltes van meer dan 20% van het papier kunnen bijvoorbeeld bekomen worden doordat het papier bijvoorbeeld titaniumdioxide, en/of calciumcarbonaat en/of 1jzeroxides bevat.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding waarbij de rol decorpapier door droge verpersing in het proces op papier gelamineerd wordt, wordt gekenmerkt doordat het proces de stap bevat van het decoratief bedrukken van het decorpapier door middel van digitaal bedrukken, waarbij de stap van het decoratief bedrukken in lijn uitgevoerd wordt met de continue persbewerking. Deze uitvoeringsvorm heeft een aantal voordelen. De productieplanning kan direct op de perslijn uitgevoerd worden. Hierdoor zijn er geen voorraden van bedrukt decorpapier. Tevens is het mogelijk in het proces zelf aanpassingen aan de lengte en de breedte van de decors aan te brengen, bijvoorbeeld voor correctie voor de rek van het papier. Dit door het bijsturen van het proces van het digitaal bedrukken.

Het is mogelijk het digitaal bedrukken single-pass uit te voeren. Dit laat toe de volle productiesnelheid van de continue persbewerking te gebruiken. Het is hierbij mogelijk de single-pass digitale drukinstallatie zo te engineeren dat ze de volle productiesnelheid van de continue persbewerking mogelijk maakt. Het is hierbij ook mogelijk om de single- pass bedrukking zo uit te voeren dat er geen onderbreking in decoratieve bedrukking is tussen verschillende decors die elkaar in het decorpapier opvolgen.

Het is mogelijk het digitaal bedrukken multi-pass uit te voeren. Dit vergt een lagere investering dan in een single-pass digitale drukinstallatie. Ook hier kan de multi-pass installatie geselecteerd en geïnstalleerd worden zodat de volle productiecapaciteit van de continue persbewerking gehaald kan worden. Tevens kan de multi-pass digitale bedrukking uitgevoerd worden zonder onderbreking in decoratieve bedrukken tussen verschillende decors die elkaar in het decorpapier opvolgen.

Bij voorkeur volgen in-lijn digitaal gedrukte serieel opeenvolgende verschillende decors elkaar zonder overgangszone. Dit heeft het voordeel dat het papier maximaal gebruikt wordt, zodat er optimaal gebruik is van de grondstoffen bij productie van laminaat.

Een voorkeursuitvoering van het derde aspect van de uitvinding waarbij het decorpapier digitaal met het decor bedrukt wordt in lijn met de continue persbewerking en waarbij de rol decorpapier door droge verpersing in het proces op papier gelamineerd wordt, wordt gekenmerkt doordat in de continue persbewerking door middel van invoeren van een getextureerde release folie of door middel van een getextureerde persband een textuur in het oppervlak geperst wordt. Een eerste camerasysteem bepaalt de positie van het digitaal gedrukte decor van het digitaal bedrukte decorpapier aan de invoer of aan de uitvoer van de continue persbewerking. Een camerasysteem aan de uitvoer van de continue persbewerking bepaalt de positie van de textuur in het geperste laminaat. Als het eerste camerasysteem de positie van het digitaal gedrukte decor aan de uitvoer van de continue persbewerking bepaalt, kan dit eerste camerasysteem ook aangewend worden om de textuur in het geperst laminaat bepalen. Het is ook mogelijk dat een tweede camerasysteem aan de invoer van de continue persbewerking de positie van de textuur van de ingevoerde getextureerde release folie of van de textuur op de getextureerde persband bepaalt. De opgemeten posities van het gedrukte decor en van textuur worden in een controller verwerkt voor het aansturen van het digitaal drukken van het decor of van de decors zodat de textuur in register met de digitaal gedrukte decors in het laminaat geperst wordt.

Bij deze uitvoeringsvorm is de rol decorpapier serieel niet noodzakelijk voorzien van verschillende decors, maar kan een zelfde decor herhaald worden over de lengte van het decorpapier.

Deze uitvoeringsvormen zorgen er voor dat de textuur in register met de digitaal gedrukte decors in het laminaat geperst is. Enerzijds wordt de positie van het gedrukte decor gemeten, en anderzijds de positie van de textuur in het laminaat of de positie van de texturering in de persband of in de getextureerde release folie. Door verrekening van deze gemeten posities kan vervolgens het digitaal drukken aangestuurd worden zodat het decor op de juiste posities gedrukt wordt zodat bij de continue persbewerking het digitaal gedrukte decor van het decorpapier in register ingevoerd wordt met het invoeren van de textuur van de getextureerde release folie of van de getextureerde persband. Op deze manier wordt door gebruik te maken van een terugkoppeling regelkring een textuur in register met het gedrukte decor bekomen in het geproduceerde laminaat.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat in de continue persbewerking een slijtlaag aangevoerd wordt, waarbij deze slijtlaag een laag papier bevat die met een aminoplast hars — bij voorkeur met melamine hars — geïmpregneerd is, waarbij deze slijtlaag in de continue persbewerking onder druk en verhoogde temperatuur boven op het decorpapier gelamineerd wordt, waarbij een doorzichtige of doorschijnende toplaag gevormd wordt. Bij voorkeur bevat deze slijtlaag partikels die de slijtweerstand van het laminaat verhogen. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding waarbij in de continue persbewerking een slijtlaag aangevoerd wordt, wordt gekenmerkt doordat de slijtlaag voor ten minste twee verschillende elkaar serieel opeenvolgende decors verschillende kenmerken bevat, bijvoorbeeld met betrekking tot ongeïmpregneerd papiergewicht, recept van aminoplast gebruikt bij het impregneren, hoeveelheid aminoplast waarmee deze slijtlaag geïmpregneerd werd, al dan niet aanwezigheid of hoeveelheid partikels die de slijtweerstand van het high pressure laminate verhogen. Deze uitvoeringsvormen laten toe het decorpapier continu te laten doorlopen in de continue persbewerking zodat optimum rendement van de continue persbewerking bekomen wordt. De operator kan dan de gewenste slijtlaag per decor laten inlopen in de continue persbewerking, ofwel kunnen de nodige lengtes slijtlaag aan elkaar gezet worden voor de continue persbewerking en kan dit dan continu ingevoerd worden in de continue persbewerking. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat in de continue persbewerking één of meerdere lagen substraat — bij voorkeur één of meerdere lagen met hars geïmpregneerd papier, bij voorbeeld met hars geïmpregneerd kraftpapier — aangevoerd worden waarop het decorpapier in de continue persbewerking onder druk en verhoogde temperatuur gelamineerd wordt.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat in de continue persbewerking in het laminaat een meervoud van met fenol hars geïmpregneerde vellen papier — bij voorkeur met fenol hars geïmpregneerde vellen kraftpapier — gelamineerd worden, bij voorkeur waarbij in het laminaat deze meervoud van met fenol hars geïmpregneerde vellen papier elkaar opvolgende lagen vormen in het laminaat.

Er kunnen bijvoorbeeld drie lagen met fenol hars geïmpregneerde lagen kraftpapier ingevoerd worden.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding waarbij in de continue persbewerking in het laminaat een meervoud van met fenol hars geïmpregneerde vellen papier — bij voorkeur kraftpapier — gelamineerd worden, wordt gekenmerkt doordat het meervoud van met fenol hars geimpregneerde vellen papier voor ten minste twee verschillende elkaar serieel opeenvolgende decors verschillende kenmerken bevat, bijvoorbeeld met betrekking tot aan- of afwezigheid van dergelijke vellen papier, het aantal lagen dergelijk papier en de kenmerken van deze lagen papier.

Deze uitvoeringsvorm laat toe om met optimum rendement de continue persbewerking uit te voeren, aangezien het decorpapier continu kan doorlopen, en afhankelijk van de gewenste fenol hars geïmpregneerde vellen papier, kunnen deze op het juiste ogenblik gesynchroniseerd met de decors van het decorpapier in de continue persbewerking ingevoerd worden.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding waarbij in de continue persbewerking in het laminaat een meervoud van met fenol hars geïmpregneerde vellen papier — bij voorkeur kraftpapier — gelamineerd wordt, wordt gekenmerkt doordat voor ten minste één decor van de seriële decors tussen het meervoud van met fenolhars geïmpregneerde vellen papier enerzijds en het decorpapier anderzijds in de continue persbewerking een tussenlaag gelamineerd wordt, bijvoorbeeld een metaalfolie — bijvoorbeeld een aluminiumfolie -, een glasvezel nonwoven, of een al dan niet met hars geïmpregneerde papierlaag.

Deze uitvoeringsvorm laat toe om met optimum rendement de continue persbewerking uit te voeren, aangezien het decorpapier continu kan doorlopen, en afhankelijk van de gewenste tussenlaag, kan deze op het juiste ogenblik gesynchroniseerd met de decors van het decorpapier in de continue persbewerking ingevoerd worden. Voor verschillende van de seriële decors kan de tussenlaag verschillend zijn, waarbij bedoeld wordt dat er voor sommige decors wel een tussenlaag geplaatst wordt en voor andere niet; en/of dat er voor verschillende decors verschillende tussenlagen geplaatst worden. Dit kan uitgevoerd worden terwijl de invoer van het decorpapier in de continue persbewerking continu doorgaat. Deze uitvoeringsvorm laat toe de productie van laminaatvellen direct opeenvolgend per bestelling uit te voeren, zelfs als deze bestelling laminaatvellen bevat met verschillende decors en verschillende samenstelling met betrekking tot laagopbouw. Hierdoor kunnen voorraden halfproduct en voorraad geproduceerde laminaatvellen beperkt gehouden worden voor het voldoen aan bestellingen laminaatvellen. Hierdoor worden de productiekosten beperkt. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat aan de onderkant van het laminaat voor ten minste één van de serieel geschikte decors, maar bij voorkeur niet bij alle serieel geschikte decors, in de continue persbewerking een balanslaag gevormd wordt door invoeren van een vel niet- geïmpregneerd papier, bij voorkeur niet geïmpregneerd kraftpapier. Deze uitvoeringsvorm laat toe in de continue persbewerking laminaat te maken met verschillende eigenschappen en verschillende decors, terwijl de invoer van het decorpapier in de continue persbewerking continu gebeurt. Hierdoor kan de continue persbewerking met optimaal rendement ingezet worden. Deze uitvoeringsvorm laat toe de productie van laminaatvellen direct opeenvolgend per bestelling uit te voeren, zelfs als deze bestelling laminaatvellen met verschillende decors en verschillende samenstelling met betrekking tot laagopbouw bevat. Hierdoor kunnen voorraden halfproduct en voorraad geproduceerde laminaatvellen beperkt gehouden worden voor het voldoen aan bestellingen laminaatvellen. Hierdoor worden de productiekosten beperkt.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de ingevoerde rol decorpapier bij ten minste één van de decors — maar bij voorkeur niet bij alle decors van de serieel verschillende decors — een uitgeharde laklaag bevat, waarbij bij voorkeur de rol decorpapier waar deze dergelijke laklaag bevat, aan de onderkant een hars of lijmlaag bevat, of waarbij een bijkomende laag in de continue persbewerking ingevoerd wordt, waarbij het hars, de lijmlaag of de bijkomende laag voor het lamineren in de continue persbewerking van het decorpapier in het laminaat zorgt daar waar de decors een uitgeharde laklaag bevatten.

Deze uitvoeringsvorm laat toe om voor de continue persbewerking de oppervlakte eigenschappen van het laminaat in te stellen.

Een hoge mate van matheid van het oppervlak kan bijvoorbeeld bekomen worden als de laklaag door middel van excimer straling uitgehard werd, bijvoorbeeld door gebruik te maken van een excimer lamp.

Het is dus niet de oppervlaktetextuur van de persband of een releasefolie die op deze manier de textuur en de glansgraad van het oppervlak van het laminaat bepaalt.

Door op het decorpapier opeenvolgend decors te voorzien met verschillende textuur en/of glansgraad van de uitgeharde laklaag, is het mogelijk de continue persbewerking met continue invoer van het decorpapier uit te voeren, terwijl toch laminaatvellen met verschillende textuur en/of glansgraad bekomen worden.

Bij voorkeur is of bevat de uit uitgeharde laklaag een acrylaat laklaag, een polyurethaan laklaag of een polyester laklaag.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat over de lengte van het laminaat een textuurpatroon in het oppervlak van het laminaat geperst wordt, bijvoorbeeld waarbij gebruik gemaakt wordt van een persband in de continue persbewerking die een textuur in het oppervlak van het laminaat perst.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat in de continue persbewerking een textuur in het laminaat geperst wordt, waarbij bij ten minste twee verschillende decors die elkaar in serie opvolgen in de rol decorpapier een verschillende textuur geperst wordt, bij voorkeur doordat bij deze ten minste twee verschillende decors die elkaar in serie opvolgen textuur in het decorpapier geperst wordt door gebruik te maken van releasefolies met verschillende textuur.

Deze releasefolies die substantieel het negatief van de textuur bevatten die in het oppervlak van het laminaat geperst wordt, worden in de continue persbewerking tussen het bovenoppervlak van de lagen van het te produceren laminaat en één van de persbanden van de continue persbewerking ingevoerd. Deze uitvoeringsvorm laat toe om het decorpapier continue te laten inlopen, waarbij het rendement van de continue persbewerking optimaal is, en toch opeenvolgende laminaten te produceren met verschillende oppervlaktetextuur, bijvoorbeeld om laminaatvellen voor een zelfde bestelling allemaal direct na elkaar te produceren, zelfs als het laminaatvellen met verschillende decors en verschillende oppervlaktetextuur betreft. Bij voorkeur worden de verschillende texturen die in het laminaat geperst worden bij de ten minste twee verschillende decors die elkaar in serie in de rol decorpapier opvolgen, bekomen door gebruik te maken van een lengte release film die substantieel het negatief van deze verschillende texturen bevat, waarbij de film geen naad bevat tussen het substantiële negatief van deze verschillende texturen; bij voorkeur waarbij het substantiële negatief van de verschillende texturen door middel van digitale technieken op of in de release film aangebracht is. Dit laat toe de efficiëntie van de continue persbewerking te verhogen. Bij voorkeur wordt voor ten minste één van de ten minste twee verschillende decors, en bij voorkeur bij beide van de ten minste twee verschillende decors, de textuur in register met het decor aangebracht wordt.

Bij hogere voorkeur worden bij deze ten minste twee verschillende decors die elkaar in serie in de rol decorpapier opvolgen de texturen in register met het gedrukte decor aangebracht, bij hogere voorkeur doordat de releasefolie die de textuur in het laminaat perst gepositioneerd wordt zodat de textuur in register met het gedrukte decor aangebracht wordt. Dergelijke uitvoeringsvormen laten toe om de continue persbewerking met optimaal rendement uit te voeren en de capaciteit van de continue persbewerking maximaal te benutten. Dit laat toe om voor bestellingen die laminaatvellen met verschillende decors met telkens een textuur in register met the decor bevatten, de laminaatvellen opeenvolgend per bestelling te produceren. Dit betekent dat opeenvolgend alle laminaatvellen voor één bestelling geproduceerd kunnen worden, waarna opeenvolgend alle laminaatvellen voor een tweede bestelling geproduceerd kunnen worden.

Om dergelijke uitvoeringsvormen optimaal uit te kunnen voeren, bevat de rol decorpapier bij voorkeur één of meerdere markeringen die toelaten om de releasefolie die de textuur in het laminaat perst te positioneren ten opzichte van de rol decorpapier.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het decorpapier continu ingevoerd wordt, waarbij op het decorpapier één of meerdere markeringen aangebracht zijn, waarbij de releasefolie één of meerdere markeringen bevat, waarbij een eerste camerasysteem de één of meerdere markeringen op de releasefolie detecteert, waarbij een tweede camerasysteem de één of meerdere markeringen op het decorpapier detecteert, waarbij een regelsysteem gebruik maakt van de posities van de markeringen bepaald door het eerste camerasysteem en door het tweede camerasysteem om de releasefolie zodanig te positioneren ten opzichtige van het decorpapier bij de invoer in de continue persbewerking zodat de textuur in register met het decor van het decorpapier in het laminaat geperst wordt. Op deze manier kan voor verschillende elkaar opeenvolgende decors in de continue lengte decorpapier een textuur in register met het decor bekomen worden; dit door gebruik te maken van discontinue lengtes releasefolie. De releasefolies met de gepaste lengte en de gewenste textuur worden ingevoerd zodat telkens een textuur in register met het decor bekomen wordt.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat over een bepaalde lengte van de rol decorpapier of over de volledige lengte van de rol decorpapier bij de continue persbewerking geen textuur in het laminaat geperst wordt. Bij werken met releasefolies die textuur in het laminaat persen zoals beschreven in bepaalde uitvoeringsvormen, kan dit bereikt worden door over een bepaalde lengte geen dergelijke releasefolie in te voeren. Alternatief is het ook mogelijk om over een bepaalde lengte releasefolie in te voeren die geen textuur bevat. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de rol decorpapier geen lassen bevat tussen de verschillende decors, bij voorkeur waarbij de rol decorpapier geen lassen bevat. Dergelijke uitvoeringsvorm vermijdt productieproblemen aan de lassen. Dergelijke rol decorpapier kan bekomen worden door middel van digitaal bedrukken met opeenvolgende verschillende decors. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat ten minste twee opeenvolgende verschillende decors op de papierrol zich elk op een verschillend vel decorpapier bevinden, waarbij deze twee vellen decorpapier aan elkaar gelast of bevestigd zijn, bij voorkeur waarbij tussen elke twee opeenvolgende verschillende decors de rol decorpapier een las bevat. Deze uitvoeringsvorm kan uitgevoerd worden door de opeenvolgende lengtes decorpapier met verschillend decor met een naad of las samen te voegen. Deze rol kan dan in een continue persbewerking tot laminaat en laminaatvellen gelamineerd worden. De planning wordt dus verschoven naar de samenstelling van opeenvolgende decors op de rol decorpapier die geïmpregneerd is. Dit zorgt voor vermindering van voorraden en voor optimale efficiënte van de continue persbewerking voor de productie van laminaat. Er dient te worden vermeld dat in een dergelijke rol decorpapier, voor, tussen of na serieel opeenvolgende decors met uniforme kleur, er ook bedrukte decors gevoegd kunnen worden.

Bij voorkeur zijn elk van deze twee verschillende vellen decorpapier die elkaar onmiddellijk opvolgen en een verschillend decor bevatten met aminoplast hars — bij voorkeur met melamine hars — geïmpregneerd, waarbij het aminoplast hars van één of van beide van deze twee verschillende vellen decorpapier voor de hechting in de las tussen deze twee vellen decorpapier zorgt. Deze las kan bij voorbeeld een overlap van de aan elkaar gelaste vellen decorpapier bevatten.

In een uitvoeringsvorm zorgt het aminoplast hars van één of van beide van deze twee verschillende vellen decorpapier voor de hechting tussen deze twee vellen decorpapier door middel van ultrasoon lassen of door middel van thermisch lassen.

In een uitvoeringsvorm bevat deze las of bevestiging een — al dan niet bijkomende - lijmverbinding. Op deze manier worden sterke verbindingen gecreëerd, die niet zullen breken tijdens de verwerking van de rol decorpapier, zodat de rol decorpapier betrouwbaar en met hoge efficiënte verwerkt kan worden in de continue persbewerking voor het produceren van laminaat.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat na de continue persbewerking het geperste laminaat in vellen gesneden of gekapt wordt, waarbij ten minste gesneden of gekapt wordt tussen de verschillende decors, waarbij dit snijden of kappen in lijn met de continue persbewerking gebeurt.

Deze uitvoeringsvormen laten toe met hoge efficiëntie laminaatvellen te produceren, waarbij per bestelling opeenvolgend de gevraagde laminaatvellen geproduceerd worden die nodig zijn voor het voldoen aan de bestelling, zelfs als deze bestelling laminaatvellen met verschillend decor of op andere manier verschillende samenstelling bevat.

Dit laat toe de continue persbewerking efficiënt te gebruiken, optimaal te voldoen aan bestelling, en voorraden aan halfproduct en geproduceerde laminaatvellen beperkt te houden.

Optioneel kan na kappen of snijden van het laminaat in vellen in lijn met de continue persbewerking, off line nog een nasnijden of nakappen van de laminaatvellen gebeuren om correcties aan te brengen aan de lengte van de geproduceerde vellen laminaat.

Bij voorkeur bevat de ingevoerde rol decorpapier markeringen die aan de invoer of aan de uitvoer van de continue persbewerking automatisch gedetecteerd worden, zodat het snij- of kapmechanisme automatisch geactiveerd wordt op de juiste positie.

Dit laat toe het productieproces voor het maken van laminaatvellen verder te optimaliseren en te automatiseren, en tevens te voorkomen dat fouten gemaakt worden bij het snijden van laminaatvellen en het indelen van de laminaatvellen volgens bestellingen.

De markeringen zijn bij voorkeur gedrukte markeringen, bij voorbeeld QR-codes.

Bedrukte markeringen kunnen bij voorkeur aangebracht worden in het drukproces waarbij de decoratieve bedrukking op het decorpapier aangebracht wordt.

Bij hogere voorkeur gebeurt dit door middel van digitaal drukken.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het laminaat aan de uitvoer van de continue persbewerking in vellen voor verschillende bestellingen gesneden of gekapt wordt, waarbij elke bestelling bestaat uit een aantal opeenvolgend geproduceerde vellen, waarbij elke bestelling kan bestaan uit vellen met het zelfde decor of uit vellen die niet alle het zelfde decor bevatten. Dit laat toe het ganse productieproces te optimaliseren, en voorraden halfproduct en geproduceerd laminaat tot een minimum te beperken. Dit vermindert de productiekost. Tevens wordt voorkomen dat fouten gemaakt worden bij het samenstellen van de laminaatvellen voor specifieke bestellingen. Bij voorkeur bevat de ingevoerde rol decorpapier markeringen die aan de invoer of aan de uitvoer van de continue persbewerking automatisch gedetecteerd worden, zodat aan de uitgang van de continue persbewerking de geproduceerde vellen per bestelling gegroepeerd worden, bij voorkeur door vellen voor de zelfde bestelling op een zelfde drager — bijvoorbeeld een pallet — te leggen; bij hogere voorkeur gebeurt dit automatisch. Dergelijke uitvoeringsvormen laten toe het productieproces nog verder te optimaliseren. De markeringen zijn bij voorkeur gedrukte markeringen, bij voorbeeld QR-codes. Bedrukte markeringen kunnen bij voorkeur aangebracht worden in het drukproces waarbij de decoratieve bedrukking op het decorpapier aangebracht wordt. Bij hogere voorkeur gebeurt dit door middel van digitaal drukken. Bij voorkeur worden de markeringen door bedrukken aangebracht in het zelfde proces als waarbij het decorpapier met de decors bedrukt wordt. Dit vereenvoudigt het productieproces.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het derde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de rol decorpapier gedrukte decors bevat, waarbij het papier van de rol decorpapier — over ten minste een deel van zijn lengte en bij voorkeur over de volledige lengte - voor impregnatie een gewicht heeft tussen 25 en 60 gram per vierkante meter; waarbij het papier van de rol decorpapier met een aminoplast hars — bij voorkeur met melamine hars — geïmpregneerd is; waarbij in de continue persbewerking het decorpapier over ten minste een deel van zijn lengte op een geverfd papier geïmpregneerd met een aminoplast hars — bij voorkeur geïmpregneerd met melamine hars — gelamineerd wordt. Deze uitvoeringsvorm laat toe een achtergrond te vormen — bij voorkeur een niet contrasterende achtergrond — voor het gedrukte decor. Wegens het lichte gewicht voor impregnatie van het decorpapier kan dit lokaal doorzichtig of doorschijnend zijn.

Het vierde aspect van de uitvinding betreft een proces voor het produceren van laminaat — bij voorkeur van High Pressure Laminate (HPL) of van Continuous Pressure Laminate (CPL) - waarbij het proces een continue persbewerking bevat waarbij het laminaat geproduceerd wordt. Het proces wordt gekenmerkt doordat in de continue persbewerking opeenvolgende vellen decorpapier van discrete lengte ingevoerd worden, bij voorkeur waarbij ten minste twee opeenvolgende vellen decorpapier met een verschillend gedrukt en/of geverfd decor voorzien zijn, waarbij in de continue persbewerking een continue lengte substraat ingevoerd wordt, bij voorkeur waarbij het substraat één of meerdere lagen papier bevat geïmpregneerd met hars, bij voorkeur geïmpregneerd met fenol formaldehyde hars; waarbij in de continue persbewerking de verschillende opeenvolgende vellen decorpapier door middel van een hars opeenvolgend — eventueel met tussenruimtes tussen de opeenvolgende vellen decorpapier - op de continue lengte substraat gelamineerd worden, bij voorkeur waarbij in het continue persproces een releasefolie ingevoerd wordt, die zorgt voor het persen van een textuur in het laminaat geproduceerd met de verschillende opeenvolgende vellen decorpapier, waarbij de verschillende opeenvolgende vellen decorpapier bij de invoer in het continue persproces dusdanig op het substraat gelegd worden zodat deze vellen op en samen met het substraat in de continue persbewerking ingevoerd worden en zodat de releasefolie in de continue persbewerking de textuur in register met de bedrukking op de vellen decorpapier perst.

Bij voorkeur bevatten de opeenvolgende vellen decorpapier over hun lengte slechts één decor. Elk van de opeenvolgende vellen decorpapier van discrete lengte kan na de continue persbewerking waarbij laminaat geproduceerd wordt resulteren in één vel laminaat, maar kan ook resulteren in meerdere vellen laminaat, door het snijden of kappen in lengte en/of breedte richting in verschillende vellen laminaat. Optioneel betreft het vierde aspect van de uitvinding een proces zoals in om het even dewelke uitvoeringsvormen van het derde aspect van de uitvinding, Optioneel is de continue persbewerking van het vierde aspect van de uitvinding een CPL- proces.

In een voorbeeld worden de opeenvolgende vellen decorpapier van discrete lengte bekomen door snijden of kappen van vellen van een rol decorpapier, bijvoorbeeld van een rol decorpapier zoals in om het even dewelke uitvoeringsvorm van het tweede aspect van de uitvinding of zoals bekomen in een proces zoals in om het even dewelke uitvoeringsvorm van het eerste aspect van de uitvinding. Het vierde aspect van de uitvinding laat toe laminaatvellen — zelfs als deze verschillende decors hebben — voor een zelfde bestelling opeenvolgend te produceren, waarbij ook texturen in register met het decor op het decorpapier gerealiseerd kunnen worden. Dit laat toe dergelijke laminaatvellen in een continue persbewerking te produceren, waarbij een hoge productiviteit bekomen kan worden. Tevens kan door het gevolgde proces de voorraad aan halfproduct en aan laminaatvellen beperkt gehouden worden.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vierde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de opeenvolgende vellen decorpapier met melamine hars geimpregneerd zijn, bij voorkeur waarbij het decorpapier een niet-geïmpregneerd gewicht heeft tussen 40 en 130 gram per vierkante meter, bij voorkeur tussen 50 en 100 gram per vierkante meter. Bij voorkeur bedraagt het geïmpregneerd gewicht van het decorpapier tussen 100 en 300 gram per vierkante meter, bij hogere voorkeur tussen 100 en 220 gram per vierkante meter.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vierde aspect van de uitvinding waarbij de opeenvolgende vellen decorpapier met melamine hars geïmpregneerd zijn, wordt gekenmerkt doordat het melamine hars “etherified” hars bevat en/of acrylaten en/of een polyurethaan dispersie, en/of andere modificatoren om het geïmpregneerde papier over een kleinere radius te kunnen vouwen. Dergelijk laminaat geproduceerd volgens deze uitvoeringsvorm kan gemakkelijker over een kleine radius gebogen worden bij lamineren van het laminaat op een substraat, bijvoorbeeld voor de productie van een meubel.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vierde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat op de releasefolie markeringen aangebracht zijn die toelaten om de opeenvolgende vellen decorpapier correct te positioneren bij de invoer van de continue persbewerking zodat de releasefolie in de continue persbewerking de textuur in register met de bedrukking op de vellen decorpapier perst. Dit laat toe de continue persbewerking te optimaliseren, zodat er geen uitval van laminaatvellen 1s.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vierde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat op de vellen decorpapier markeringen aangebracht zijn die toelaten om de opeenvolgende vellen decorpapier correct te positioneren bij de invoer van de continue persbewerking zodat de releasefolie in de continue persbewerking de textuur in register met de bedrukking op de vellen decorpapier perst. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vierde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat zowel op de vellen decorpapier als op de releasefolie markeringen aangebracht zijn die toelaten om de opeenvolgende vellen decorpapier correct te positioneren bij de _ invoer van de continue persbewerking zodat de releasefolie in de continue persbewerking de textuur in register met de bedrukking op de vellen decorpapier perst. Dit laat toe om de opeenvolgende discrete vellen decorpapier steeds correct te positioneren ten opzichte van de releasefolie, zodat de textuur correct in register met het decor in opeenvolgende vellen decorpapier geperst wordt.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vierde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat aan de invoer van de continue persbewerking één of meerdere camera’s geïnstalleerd zijn die gebruikt worden voor het correct invoeren van de opeenvolgende vellen decorpapier zodat de releasefolie in de continue persbewerking de textuur in register met de bedrukking op de vellen decorpapier perst. In deze uitvoeringsvorm wordt het correct positioneren van de discrete vellen decorpapier verder geoptimaliseerd. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vierde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de releasefolie continue ingevoerd wordt, waarbij op de releasefolie één of meerdere markeringen aangebracht zijn, waarbij op de vellen decorpapier één of meerdere markeringen aangebracht zijn, waarbij een eerste camerasysteem de één of meerdere markeringen op de releasefolie detecteert, waarbij een tweede camerasysteem de één of meerdere markeringen op de vellen decorpapier detecteert, waarbij een regelsysteem gebruik maakt van de posities van de markeringen bepaald door het eerste camerasysteem en door het tweede camerasysteem om de opeenvolgende vellen decorpapier dusdanig te positioneren ten opzichtige van de releasefolie bij de invoer in de continue persbewerking zodat de textuur in register met het decor van de vellen decorpapier in het laminaat geperst wordt. Deze uitvoeringsvorm is zeer voordelig wanneer opeenvolgende decors een zelfde tekening bevatten, maar uitgevoerd in een verschillend kleur. De vellen decorpapier kunnen dan correct gepositioneerd worden ten opzichte van de continu doorlopende releasefolie, zodat steeds een textuur in register met het decor bekomen wordt.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vierde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat in de continue persbewerking een slijtlaag aangevoerd wordt, waarbij deze slijtlaag een laag papier bevat dat met een aminoplast hars — bij voorkeur met melamine hars - geïmpregneerd is, waarbij deze slijtlaag in de continue persbewerking onder druk en verhoogde temperatuur boven op het decorpapier gelamineerd wordt, waarbij een doorzichtige of doorschijnende toplaag gevormd wordt, bij voorkeur bevat deze slijtlaag partikels die de slijtweerstand van het laminaat verhogen.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vierde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het laminaat na de continue persbewerking in discrete laminaatvellen gesneden of gekapt wordt, zodat discrete laminaatvellen bekomen worden die elk decorpapier bevatten.

Bij hogere voorkeur worden de opeenvolgende discrete laminaatvellen in bestellingen ingedeeld, waarbij elke bestelling een aantal direct opeenvolgende geproduceerde discrete laminaatvellen bevat, al of niet met verschillende decors.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vierde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het decorpapier een inkjet ontvangstlaag bevat, bij voorkeur een primer die het papier geschikt maakte voor digitaal drukken.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vierde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de decors van ten minste bepaalde van de opeenvolgende vellen decorpapier ten minste gedeeltelijk, en bij voorkeur volledig, door digitaal drukken gerealiseerd zijn.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vierde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het proces de kenmerkende kenmerken bevat van om het even dewelke uitvoeringsvorm van het eerste, het tweede en/of het derde aspect van de uitvinding. Het vijfde aspect van de uitvinding betreft een rol geïmpregneerd decorpapier, waarbij het papier van de rol decorpapier met een aminoplast hars, bij voorkeur met een melamine hars geïmpregneerd is, gekenmerkt doordat het decorpapier van de rol decorpapier serieel verschillende decors bevat.

Het is een voordeel van het vijfde aspect van de uitvinding dat kleine lengtes van geïmpregneerd decorpapier van een specifiek decor beschikbaar zijn die efficiënt in een continue persbewerking verder verwerkt kunnen worden in de productie van een laminaat. Het wordt ook mogelijk om geïmpregneerd decorpapier beschikbaar te stellen nodig voor een specifieke bestelling van laminaat, zelfs als deze bestelling laminaat met verschillend decors vraagt, waarbij dit geïmpregneerd decorpapier serieel de decors bevat nodig om te voldoen aan de bestelling. Het wordt ook mogelijk om met dit geïmpregneerd decorpapier voor een specifieke bestelling van laminaat met verschillende decors de volledige bestelling laminaat opeenvolgend te produceren, zelfs in een continue persbewerking (bijvoorbeeld in een CPL-proces). Dit wil zeggen dat tussendoor geen laminaat voor een andere bestelling geproduceerd wordt. Dit laat toe de productiviteit van een continue persbewerking optimaal te benutten, zelfs als kleine bestellingen van laminaat met zelfde decor of bestellingen van laminaat met verschillende decors gevraagd wordt. Het vijfde aspect van de uitvinding laat ook toe om voorraden van tussenproducent te beperken in de volledige productieketting van laminaat.

De rol geïmpregneerd decorpapier kan bij voorkeur gebruikt worden in de productie van laminaat, bij voorbeeld in de productie van High Pressure Laminate (HPL) of van Continuous Pressure Laminate (CPL).

Bij voorkeur is de decoratieve zijde van het geïmpregneerde decorpapier met een thermohardend hars gecoat, bij hogere voorkeur met een acrylaat, of met polyurethaan acrylaat of met een polyester hars.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vijfde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat deze rol geïmpregneerd decorpapier een lengte geïmpregneerd decorpapier bevat van ten minste 300 meter. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vijfde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat er op de rol geïmpregneerd decorpapier tussen de serieel op elkaar volgende decors tussenruimtes zonder decor voorzien zijn, of dat er op de rol geïmpregneerd decorpapier geen tussenruimtes zonder decor voorzien zijn tussen de serieel op elkaar volgende decors. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vijfde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de verschillende decors zich in de rol geïmpregneerd decorpapier op een continue lengte papier, zonder naad, bevinden; bij voorkeur waarbij de decors door digitaal drukken gerealiseerd werden. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vijfde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de rol geïmpregneerd decorpapier serieel verschillende decors bevat, waarbij ten minste een aantal van de serieel verschillende decors — en bij voorkeur alle verschillende decors - zich elk op een afzonderlijke lengte decorpapier bevinden, waarbij elk van deze lengtes decorpapier serieel aan elkaar verbonden zijn. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vijfde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de breedte van de verschillende decors niet constant is en/of waarbij de verschillende decors decors bevatten waarbij over de breedte van het papier ten minste twee verschillende decors geplaatst zijn, bij voorkeur waarbij tussen de verschillende decors over de breedte van het papier een zone zonder decor geplaatst is. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vijfde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het papier van de rol geïmpregneerd decorpapier een inkjet ontvangstlaag bevat, bij voorkeur een primer die het papier geschikt maakte voor digitaal drukken. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vijfde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat bepaalde van de decors — en bij voorkeur alle decors - ten minste gedeeltelijk, en bij voorkeur volledig, door digitaal drukken gerealiseerd zijn. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vijfde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat bepaalde van de verschillende decors — en bij voorkeur alle decors — decors zijn die uit één uniform kleur bestaan.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vijfde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het papier van de rol geïmpregneerd decorpapier met een melamine hars geïmpregneerd werd, waarbij het melamine hars “etherified” hars bevat en/of acrylaten en/of een polyurethaan dispersie, en/of andere modificatoren om het geimpregneerde decorpapier gemakkelijker te kunnen oprollen. Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vijfde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het geïmpregneerde decorpapier markeringen bevat die aangeven waar het laminaat in vellen gesneden of gekapt moet worden na een continu persproces voor het maken van het laminaat; of die aangeven waar de rol geïmpregneerd papier in vellen gesneden of gekapt moet worden voor gebruik in een discontinu of continu persproces voor het maken van het laminaat. Deze uitvoeringsvorm laat toe de bedrijfszekerheid en de efficiëntie van het proces van het maken van laminaatvellen te optimaliseren. Uitval wordt op deze manier voorkomen, tevens wordt er voor gezorgd dat de productie van opeenvolgende laminaatvellen correct kan gebeuren volgens bestellingen. Hierdoor kan leverbetrouwbaarheid geoptimaliseerd worden, zodat de klanten in hun proces ook optimaal kunnen werken.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vijfde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het geimpregneerde decorpapier bestemd is voor het maken van laminaat - bij voorkeur voor het maken van High Pressure Laminate of Continuous Pressure Laminate — bij voorkeur in een continu persproces;, waarbij in het proces van het maken van laminaat opeenvolgende discrete laminaatvellen geproduceerd worden; waarbij de opeenvolgende discrete laminaatvellen in bestellingen — hetzij interne of externe bestellingen - ingedeeld worden, waarbij elke bestelling een aantal direct opeenvolgend geproduceerde laminaatvellen bevat, al of niet met verschillende decors, waarbij de rol geïmpregneerd decorpapier over zijn lengte markeringen bevat die aangeven waar een bestelling begint en/of eindigt. Dit laat toe om op de meest efficiënte manier de laminaatvellen te produceren, vermindert het risico op vergissingen, en beperkt het risico op afval en uitval.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vijfde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de rol geïmpregneerd decorpapier over zijn lengte markeringen bevat gelinkt aan decors, waarbij deze markeringen gecodeerde informatie bevatten voor het verder verwerken van de lengte decorpapier die volgt op, of die voorafgaat aan of die hoort bij de markering; bijvoorbeeld procesinformatie met betrekking tot een proces waarin de rol papier tot laminaat verwerkt zal worden. Bij voorkeur kunnen deze markeringen optisch gelezen worden. Bij voorkeur zijn deze markeringen QR-codes.

Een voorkeur uitvoeringsvorm van het vijfde aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de markeringen via digitaal bedrukken op de rol papier opgebracht werden, bij voorkeur in een proces waarbij de decors via digitaal bedrukken op de rol papier aangebracht zijn. Dit laat toe de markeringen samen aan te brengen met het drukken van de decors. Dit vermijdt fouten en verhoogt de efficiëntie van de productieprocessen.

Bij voorkeur kunnen de markeringen optisch gelezen worden en met behulp van een controller gedecodeerd, bij voorkeur zijn deze markeringen QR-codes.

Het zesde aspect van de uitvinding betreft een proces zoals in om het even dewelke uitvoeringsvorm van het derde aspect of van het vierde aspect van de uitvinding, gekenmerkt doordat in plaats van een continue persbewerking een persbewerking in een kurztaktpers of in een multi-etage pers uitgevoerd wordt. Deze processen laten toe om laminaatvellen te produceren voor bestellingen die laminaatvellen bevatten met verschillende decors en/of verschillende opbouw, terwijl de voorraad aan halfproduct en aan geproduceerd laminaat sterk beperkt kan worden. Het zevende aspect van de uitvinding betreft een rol laminaat, waarbij het laminaat decorpapier bevat gelamineerd op papier door middel van een aminoplast hars; gekenmerkt doordat het laminaat serieel verschillende decors bevat, waarbij deze decors elk uit een decoratieve bedrukking en/of een uniforme aanverving bestaan. De rol laminaat van het zevende aspect van de uitvinding laat toe op efficiënte wijze gebruik van te maken van een proces waarbij een continue persbewerking uitgevoerd wordt voor het maken van een bestelling laminaat die verschillende decors bevat. De verschillende opeenvolgende decors kunnen op de rol laminaat na elkaar geschikt worden, rekening houdend met de volgorde dat het laminaat verwerkt zal worden. Dit laat toe om voorraden laminaat beperkt te houden.

Bij voorkeur is het decorpapier op papier gelamineerd door middel van een melamine hars. Bij voorkeur heeft het decorpapier een niet-geïmpregneerd gewicht tussen 40 en 130 gram per vierkante meter, bij hogere voorkeur heeft het decorpapier een niet- geïmpregneerd gewicht tussen 50 en 100 gram per vierkante meter.

Met een rol laminaat wordt bedoeld een continue lengte laminaat in opgerolde vorm, al of niet op een kern gerold. Een voorkeursuitvoering van het zevende aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het laminaat van de rol laminaat serieel ten minste twee verschillende decors bevat, waarbij deze ten minste twee verschillende decors digitaal gedrukt zijn.

Een voorkeursuitvoering van het zevende aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de breedte van de verschillende decors niet constant is en/of waarbij de rol laminaat ten minste bepaalde lengtes laminaat bevat waarbij over de breedte van het laminaat ten minste twee verschillende decors geplaatst zijn. Bij voorkeur is er tussen de verschillende decors over de breedte van het laminaat een zone zonder decor. Dit laat toe niet alleen over de lengte van het laminaat op de rol laminaat, maar ook over de breedte van de rol laminaat, meerdere decors — en ook verschillende decors — te hebben. Hierdoor kan het laminaat op de rol laminaat volgens de noden van de klant gemaakt worden. Bijvoorbeeld kunnen twee verschillende decors parallel geplaatst zijn, elk decor in de juiste oppervlakte nodig bijvoorbeeld voor een deur van een kastje. Een voorkeursuitvoering van het zevende aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het laminaat een High Pressure Laminate (HPL) of een CPL (Continuous Pressure Laminate) is.

Een voorkeursuitvoering van het zevende aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het decorpapier van de rol decorpapier met een aminoplast hars geïmpregneerd werd, bij voorkeur met een melamine hars, bij hogere voorkeur met een melamine hars dat één of meerdere bevat van “etherified” hars, van een acrylaat, van een polyurethaan dispersie, of andere modificatoren om het laminaat gemakkelijker te kunnen oprollen. Een voorkeursuitvoering van het zevende aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het decorpapier een gewicht heeft tussen 25 en 60 gram per vierkante meter, bij voorkeur waarbij het decorpapier 100% cellulose papier is, bij voorkeur waarbij het decorpapier asgehalte nul heeft of een verwaarloosbaar asgehalte. Bij voorkeur is het decorpapier gelamineerd tussen twee met aminoplast hars — bij voorkeur met melamine hars — geïmpregneerde lagen papier. Bij hogere voorkeur heeft het papier dat boven op het decorpapier gelamineerd wordt een niet-geïmpregneerd gewicht tussen 25 en 60 gram per vierkante meter.

Een voorkeursuitvoering van het zevende aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het decorpapier van de rol decorpapier met zijn onderkant op een - al dan niet gecoate -papierlaag gelamineerd wordt, waarbij deze papierlaag in de massa geverfd is en/of die een asgehalte bevat van meer dan 20%. Deze uitvoeringsvorm heeft het kenmerk dat vooral bij gebruik van decorpapier met een laag gewicht per eenheid van oppervlakte — bijvoorbeeld decorpapier met gewicht tussen 25 en 60 gram per vierkante meter —, en vooral als dit decorpapier niet met hars geïmpregneerd werd, het decorpapier mogelijks niet opaak is.

De specifieke onderliggende laag papier bij deze uitvoeringsvorm zorgt dan voor de opaciteit van het decor dat zichtbaar is in het laminaat.

Dit kan mede bekomen worden door geschikte keuze van de kleur van de papierlaag onder het decorpapier, zodat er geen contrast optreedt veroorzaakt door het niet opaak zijn van het decorpapier.

Asgehaltes van meer dan 20% van het papier kunnen bijvoorbeeld bekomen worden doordat het papier bijvoorbeeld titaniumdioxide, en/of calciumcarbonaat en/of ijzeroxides bevat.

Een voorkeursuitvoering van het zevende aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het laminaat een doorzichtige of doorschijnende slijtlaag bevat.

Bij voorkeur bevat deze slijtlaag een laag papier die met een aminoplast hars- bij voorkeur met melamine hars- geïmpregneerd werd.

Bij hogere voorkeur bevat deze slijtlaag partikels die de slijtweerstand van het laminaat verhogen.

Bij voorkeur bevat de slijtlaag voor ten minste twee verschillende elkaar serieel opeenvolgende decors verschillende kenmerken, bijvoorbeeld met betrekking tot ongeïmpregneerd papiergewicht, recept van aminoplast dat deze slijtlaag bevat, hoeveelheid aminoplast waarmee deze slijtlaag geïmpregneerd werd, al dan niet aanwezigheid of hoeveelheid partikels die de slijtweerstand van het high pressure laminate verhogen.

Dergelijke rol laminaat laat toe op efficiënte wijze gebruik van te maken van een proces waarbij een continue persbewerking uitgevoerd wordt voor het maken van een bestelling laminaat die slijtlagen met verschillende eigenschappen bevat.

Dit kan bereikt worden door een rol decorpapier continu in de continue persbewerking te lagen inlopen, waarbij een slijtlaag naar wens ingevoerd wordt. Er kan tijdens de continue persbewerking van slijtlaag gewisseld worden, door de invoer van een eerste rol slijtlaag (dit wil zeggen met melamine geïmpregneerd papier) te beëindigen en slijtlaag van een andere rol in te voeren in de continue persbewerking.

Een voorkeursuitvoering van het zevende aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het laminaat één of meerdere lagen substraat bevat. Bij voorkeur bevat of bestaat dit substraat uit één of meerdere lagen met hars geïmpregneerd papier, bij voorbeeld met hars geïmpregneerd kraftpapier.

Een voorkeursuitvoering van het zevende aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het laminaat een meervoud van met fenol hars geïmpregneerde vellen papier — bij voorkeur kraftpapier — bevat, bij voorkeur waarbij in het laminaat deze meervoud van met fenol hars geïmpregneerde vellen papier elkaar opvolgende lagen vormen in het laminaat. Een voorkeursuitvoering van het zevende aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het meervoud van met fenol hars geimpregneerde vellen papier voor ten minste twee verschillende elkaar serieel opeenvolgende decors verschillende kenmerken bevat, bijvoorbeeld met betrekking tot aan- of afwezigheid van dergelijke vellen papier, het aantal lagen dergelijk papier en/of de kenmerken van deze lagen papier. Dit kan gerealiseerd worden door op het juiste moment in de continue persbewerking de invoer van één of meerdere lagen met fenol hars geïmpregneerd papier te beëindigen en één of meer dan één andere lagen met fenol hars geïmpregneerd papier in te voeren.

Een voorkeursuitvoering van het zevende aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het laminaat voor ten minste één decor van de seriële decors tussen het meervoud van met fenolhars geïmpregneerde vellen papier enerzijds en het decorpapier anderzijds een tussenlaag bevat, bijvoorbeeld een metaalfolie — bijvoorbeeld een aluminiumfolie -, een glasvezel nonwoven, of een al dan niet met hars geïmpregneerde papierlaag.

Bij voorkeur is voor verschillende van de seriële decors de tussenlaag verschillend, waarbij bedoeld wordt dat er voor sommige decors wel een tussenlaag aanwezig is en voor andere niet, en/of dat er voor verschillende decors verschillende tussenlagen aanwezig zijn. Dit kan gerealiseerd worden door bij de continue invoer van het decorpapier in de continue persbewerking op het juiste ogenblik de gewenste tussenlaag in te voeren, zodat deze in het laminaat ingebonden wordt. Invoer van een tussenlaag kan ook weer beëindigd worden, en als dit gewenst is kan een andere tussenlaag ingevoerd worden.

Een voorkeursuitvoering van het zevende aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het laminaat aan de onderkant voor ten minste één van de serieel geschikte decors, maar bij voorkeur niet bij alle serieel geschikte decors, een balanslaag bevat, gevormd door een vel niet-geïmpregneerd papier, bij voorkeur niet geimpregneerd kraftpapier.

Een voorkeursuitvoering van het zevende aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat over de lengte van het laminaat aan het oppervlak van het laminaat een textuurpatroon herhaald wordt.

Een voorkeursuitvoering van het zevende aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het oppervlak van het laminaat een textuur bevat, waarbij het laminaat van ten minste twee verschillende decors die elkaar in serie opvolgen in de rol laminaat een verschillende textuur bevatten. Dit kan gerealiseerd worden door bij de ten minste twee verschillende decors telkens de gewenste releasefolie in het continue persproces in te voeren, waarbij de releasefolies dan de gewenste textuur in het laminaat persen. Dit is mogelijk door discrete vellen releasefolie van de juiste lengte te gebruiken, die in register met het decor neergelegd worden aan de invoer van de continue persbewerking en onmiddellijk na de continue persbewerking afgenomen worden van het geperste laminaat. Het in register neerleggen kan bijvoorbeeld gebeuren door gebruik te maken van één of meerdere camera’s die markeringen op het decorpapier en op de releasefolie detecteren, zodat door gebruik te maken van deze detecties de releasefolie in register met het decor neergelegd kan worden. Het is ook mogelijk om release folies vooraf aan elkaar te lassen of om release folies in line met de persbewerking aan elkaar te lassen en deze aan elkaar gelaste release folies in de continue persbewerking in te voeren. Bij voorkeur wordt bij ten minste één van de ten minste twee verschillende decors, en bij voorkeur bij beide van de ten minste twee verschillende decors, de textuur in register met het decor aangebracht. Dit kan bereikt worden door decorpapier en de releasefolie in register in de continue persbewerking in te voeren. Een voorkeursuitvoering van het zevende aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de rol laminaat geen lassen bevat tussen de verschillende decors, bij voorkeur waarbij het decorpapier in de rol laminaat continu zonder lassen doorloopt in het decorpapier. Een voorkeursuitvoering van het zevende aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat voor ten minste twee opeenvolgende verschillende decors op de rol laminaat de decors zich elk op een verschillend vel decorpapier bevinden. Een voorkeursuitvoering van het zevende aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het laminaat gedrukte decors bevat, waarbij het papier van het decorpapier — over ten minste een deel van de lengte van het laminaat en bij voorkeur over de volledige lengte van het laminaat — een niet-geïmpregneerd gewicht heeft tussen 25 en 60 gram per vierkante meter; waarbij in het laminaat het decorpapier over ten minste een deel van zijn lengte zich onmiddellijk boven een geverfd papier bevindt dat geïmpregneerd is met een aminoplast hars — bij voorkeur dat geïmpregneerd is met een melamine hars.

Een voorkeursuitvoering van het zevende aspect van de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het decorpapier over de afgerolde lengte van de rol laminaat als discrete vellen decorpapier aanwezig is, waarbij er in het laminaat tussenruimtes aanwezig zijn zonder decor tussen de vellen decorpapier.

Bij voorkeur hebben ten minste twee opeenvolgende vellen decorpapier in het laminaat een verschillend decor.

Bij voorkeur hebben ten minste twee opeenvolgende vellen decorpapier in het laminaat een verschillend decor, waarbij het laminaat bij deze twee opeenvolgende vellen decorpapier die een verschillend decor hebben een textuur in register met deze decors bevat. Het achtste aspect van de uitvinding betreft een laminaatvel, waarbij het laminaatvel een papierlaag bevat die een gedrukt decor bevat, gekenmerkt doordat de papierlaag die het gedrukt decor bevat een niet-geïmpregneerd gewicht heeft tussen 25 en 60 gram per vierkante meter; waarbij het papier van de papierlaag die een gedrukt decor bevat een aminoplast hars bevat — bij voorkeur een melamine hars —, en waarbij de papierlaag die een gedrukt decor bevat gelamineerd is op een geverfd papier geimpregneerd met een aminoplast hars. Bij voorkeur is dit geverfd papier geïmpregneerd met melamine hars. Wanneer laminaatvellen vermeld worden bij de verschillende aspecten van de uitvinding, betreft dit bij voorkeur laminaatvellen met een lengte van minstens 2 meter, en bij voorkeur van minder dan 6 meter. Bijvoorbeeld laminaatvellen met lengte 3.05 meter. Met melamine hars wordt een hars bedoeld dat melamine bevat. Voorbeelden van dergelijke melamine harsen zijn melamine formaldehyde harsen en melamine ureum formaldehyde harsen. Melamine harsen kunnen ook additieven bevatten. Met fenol hars wordt een hars bedoeld dat fenol bevat, een voorbeeld van fenol hars dat in de uitvinding gebruikt kan worden is fenol formaldehyde hars.

Waar digitaal bedrukken vermeld wordt, wordt — tenzij anders vermeld — bedoeld dat het digitaal bedrukken door middel van single pass ofwel door middel van multi pass digitaal bedrukken gerealiseerd kan worden. Bij multi pass drukken kan zonder tussenzone van één decor naar een ander decor overgegaan worden. Single pass drukken is mogelijk bij veel hogere productiesnelheden dan multi pass drukken.

Waar beschreven is dat vellen gesneden kunnen worden, wordt ook bedoeld dat de vellen gekapt kunnen worden. Waar beschreven is dat het geproduceerde laminaat na de continue persbewerking onder verhoogde druk en temperatuur in vellen laminaat gesneden of gekapt wordt, moet begrepen worden dat dit kappen of snijden bij voorkeur gebeurt na een aantal nabewerkingen die in het continue persproces na de persbewerking op het geproduceerde laminaat uitgevoerd worden. In de eerste plaats betreffen deze nabewerkingen het afkoelen van het geproduceerde laminaat, bijvoorbeeld door middel van koelwalsen. Daarnaast kan het oppervlak van het laminaat geschuurd worden en/of kanten gesneden. Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin: figuur 1 in zijaanzicht een rol decorpapier toont zoals gebruikt kan worden in de uitvinding; figuur 2 in bovenaanzicht decorpapier toont van een rol decorpapier zoals gebruikt kan worden in de uitvinding; figuur 3 toont een voorbeeld van een proces voor de impregnatie van een rol decorpapier; figuur 4 toont een voorbeeld van een proces volgens de uitvinding waarbij in een continue persbewerking laminaat wordt geproduceerd; figuren 5, 6 en 7 tonen voorbeelden van laminaten die volgens de uitvinding gemaakt kunnen worden; figuur 8 toont een voorbeeld van een proces volgens de uitvinding waarbij in een continue persbewerking laminaat wordt geproduceerd; en figuur 9 toont een voorbeeld van een proces volgens de uitvinding waarbij in een continue persbewerking laminaat wordt geproduceerd.

Figuur 1 toont in zijaanzicht een rol decorpapier 10 zoals gebruikt kan worden in de uitvinding. Serieel bevat deze rol decorpapier 10 verschillende decors A, B, C. Deze rol decorpapier kan geproduceerd worden door middel van digitaal bedrukken van een rol decorpapier met achtereenvolgens de verschillende decors.

Alhoewel niet getoond in figuur 1, is het mogelijk om tussen de verschillende bedrukte decors A, B; C een tussenruimte te laten zonder decors.

Het is echter ook mogelijk om tussen de verschillende decors geen ruimte zonder decor te laten op de rol decorpapier.

Het is ook mogelijk om een rol decorpapier zoals in figuur 1 te produceren door de benodigde lengte papier van elk decor van afzonderlijke rollen decorpapier — elke met één bepaald decor — te halen, en deze lengtes papier aan elkaar te zetten, bijvoorbeeld door het maken van een lasnaad, bijvoorbeeld met behulp van een adhesief.

Deze manier kan vooral nuttig aangewend worden voor decorpapier met verschillende elkaar opvolgende uni decors.

Met uni decor wordt bedoeld dat het decor uit één kleur bestaat, zoals bekomen wordt bij aanverven in de massa van papier.

De rol decorpapier van figuur 1 kan vervolgens met aminoplasthars, bijvoorbeeld met melamine hars, geïmpregneerd worden; waarbij een gelijkaardige rol bekomen wordt met decorpapier dat met aminoplast hars geïmpregneerd werd.

Figuur 2 toont in bovenaanzicht decorpapier van een rol decorpapier 10 zoals gebruikt kan worden in de uitvinding.

Het decorpapier bevat niet alleen over zijn lengte, maar ook over zijn breedte verschillende decors A1, B1, B2, C1, C2 en C3. Deze decors kunnen via digitaal bedrukken van een continue lengte papier bekomen worden.

Tevens bevat dit decorpapier in één of in beide technische zones markeringen 90 - bijvoorbeeld QR- codes die samen met de decors bij het digitaal bedrukken bekomen kunnen worden — die informatie bevatten over de positie van de decors in de lengte decorpapier.

Deze QR- codes (of markeringen in andere vorm) kunnen verder nog gecodeerde informatie bevatten, bijvoorbeeld over de bestelling laminaat waarvoor de betreffende lengte decorpapier bestemd is.

Dit digitaal bedrukken kan door middel van een single pass digitaal bedrukken of door middel van een multi pass digitaal bedrukken uitgevoerd zijn.

Figuur 3 toont een voorbeeld van een proces voor de impregnatie van een rol decorpapier, proces zoals gebruikt kan worden in de uitvinding, meer specifiek in het eerste aspect van de uitvinding.

Een rol decorpapier 10 — in de uitvinding een rol decorpapier die over zijn lengte serieel verschillende decors bevat - wordt afgewikkeld.

Het papier van deze rol decorpapier wordt door een bad 20 met aminoplast hars (bijvoorbeeld melamine hars) geleid en uitgeperst tussen perswalsen 22. Dit geïmpregneerde decorpapier wordt vervolgens in een oven 24 gedroogd waarna het geïmpregneerde decorpapier opgerold wordt.

Aldus wordt een rol geïmpregneerd decorpapier geproduceerd dat serieel verschillende decors bevat.

Optioneel kan voor het oprollen de decoratieve zijde van het papier met een thermohardend hars gecoat worden, bij voorkeur met een acrylaat, of met polyurethaan acrylaat of met een polyester hars.

Figuur 4 toont een voorbeeld van een proces 30 volgens de uitvinding waarbij in een continue persbewerking 40 laminaat wordt geproduceerd.

Van drie rollen 32 met fenolhars geïmpregneerd papier wordt telkens het papier afgerold.

Van rol 10 — die een rol geïmpregneerd decorpapier bevat, wordt het papier afgerold en op de lagen met fenolhars geïmpregneerd papier gelegd.

De rol decorpapier bevat serieel verschillende decors.

Van rol 34 wordt een slijtlaag afgerold.

Deze slijtlaag is een met melamine hars geïmpregneerde papierlaag.

Hierop wordt van een rol 36 een releasefolie 37 afgerold.

Deze releasefolie bevat een textuur.

De verschillende lagen worden in een continue persbewerking 40 onder verhoogde temperatuur en druk samengeperst, waarbij de harsen uit de verschillende papierlagen uitharden.

Hierbij wordt een laminaat 50 geproduceerd.

De releasefolie 37 perst een textuur in het oppervlak van het laminaat.

De releasefolie wordt vervolgens weer opgewikkeld.

Na de persbewerking kan het laminaat gekoeld worden, geschuurd en de randen afgesneden.

Optioneel kan een kap- of snijwerktuig 42 het geproduceerde laminaat 50 in vellen kappen of snijden.

Deze laminaatvellen kunnen dan volgens bestelling gestapeld worden.

Het is gewenst om de laminaatvellen voor een specifieke bestelling alle direct na elkaar te produceren, zelfs als deze bestelling laminaatvellen met verschillende decors bevat.

Deze laminaatvellen 50 kunnen per bestelling bijvoorbeeld op een pallet gelegd worden.

Het is ook mogelijk tijdens de continue persbewerking waarbij een rol geïmpregneerd decorpapier 10 verwerkt wordt, de invoer van andere lagen te wijzigen.

Bijvoorbeeld kan over een bepaalde lengte nog een tussenlaag tussen de lagen met fenolhars geïmpregneerd papier en het decorpapier ingevoerd worden.

Het is bijvoorbeeld ook mogelijk om het aantal lagen met fenolhars geïmpregneerd papier te wijzigen tijdens de continue persbewerking waarbij een rol geïmpregneerd decorpapier 10 verwerkt wordt.

Dit kan bijvoorbeeld bekomen worden door de invoer van een bepaalde invoerrol te stoppen door het papier van deze rol door te snijden; en papier van een andere rol in te voeren. Hiertoe kan de productielijn voorzien zijn van bijkomende units voor het afrollen van rollen papier of andere lagen voor invoer in de continue persbewerking.

In plaats van het laminaat na de continue persbewerking in vellen te snijden of te kappen, is het ook mogelijk om het laminaat op te rollen. Hierbij kan een rol laminaat bekomen worden die over zijn lengte — en mogelijks ook over de breedte — verschillende decors bevat.

Figuur 5 toont een voorbeeld van een laminaat 60 dat volgens de uitvinding gemaakt kan worden. Dit laminaat bevat drie lagen met fenolhars geïmpregneerd kraftpapier 63. Het is mogelijk om andere aantallen dan drie lagen met fenolhars geimpregneerd kraftpapier te gebruiken. Het laminaat bevat een decorlaag 65; gevormd door een met melamine hars geïmpregneerd bedrukt vel papier. Er boven op bevat het laminaat nog een doorschijnende slijtlaag 66, gevormd door een met melamine hars geimpregneerde laag papier. Het geheel werd in een continue persbewerking onder druk en verhoogde temperatuur tot een laminaat geperst, waarbij de harsen uitgehard werden.

Figuur 6 toont een voorbeeld van een laminaat 61 dat volgens de uitvinding gemaakt kan worden. Dit laminaat bevat drie lagen met fenolhars geïmpregneerd kraftpapier 63. Het is mogelijk om andere aantallen dan drie lagen met fenolhars geimpregneerd kraftpapier te gebruiken.

Het laminaat bevat een decorlaag 80; gevormd door een bedrukt vel papier dat niet met hars geïmpregneerd werd. Dit bedrukte papier heeft bij voorkeur een gewicht tussen 25 en 60 gram per vierkante meter en is bij voorkeur 100% cellulose papier. Dit niet-geimpregneerde decorpapier bevindt zich tussen twee lagen 81, 82 met melamine hars geïmpregneerde lagen papier. Bij de continue persbewerking onder verhoogde temperatuur en druk zal melamine hars van de twee lagen 81, 82 met melamine hars geïmpregneerde lagen papier gaan vloeien en bij uitharding voor een goede hechting zorgen van het decorpapier met de papierlaag onder en boven de decorlaag.

Figuur 7 toont een voorbeeld van een laminaat 62 dat volgens de uitvinding gemaakt kan worden.

De referentiecijfers in figuur 7 hebben de zelfde betekenis als in figuur 5. In het laminaat 62 van figuur 7 wordt een bijkomende laag of tussenlaag 70 ingevoerd die bij de continue persbewerking onder verhoogde temperatuur en druk in het laminaat ingebonden wordt.

Deze tussenlaag kan bijvoorbeeld metaalfolie — bijvoorbeeld een aluminiumfolie -, een glasvezel nonwoven, of een al dan niet met hars geimpregneerde papierlaag zijn.

Figuur 8 toont een voorbeeld van een proces volgens het vierde aspect van de uitvinding waarbij in een continue persbewerking laminaat 50 wordt geproduceerd.

Opeenvolgend worden vellen geïmpregneerd decorpapier 11 van discrete lengte ingevoerd, bij voorbeeld door snijden of kappen van vellen van een rol geimpregneerd decorpapier, optioneel een rol geïmpregneerd decorpapier zoals in om het even dewelke uitvoeringsvorm van het tweede aspect van de uitvinding of zoals bekomen in een proces zoals in om het even dewelke uitvoeringsvorm van het eerste aspect van de uitvinding, bij voorkeur waarbij ten minste twee opeenvolgende vellen decorpapier met een verschillend gedrukt en/of geverfd decor voorzien zijn.

Van rol 34 wordt een slijtlaag afgerold.

Deze slijtlaag is een met melamine hars geïmpregneerde papierlaag.

Hierop wordt van een rol 36 een releasefolie 37 afgerold.

Deze releasefolie bevat een textuur.

De verschillende opeenvolgende vellen decorpapier 11 worden bij de invoer in het continue persproces dusdanig op de lagen met fenolhars geimpregneerd papier gelegd zodat deze vellen op en samen met het substraat in de continue persbewerking ingevoerd worden en zodat de releasefolie in de continue persbewerking de textuur in register met de bedrukking op de vellen decorpapier zal persen.

Hierbij wordt een laminaat 50 geproduceerd.

De releasefolie 37 perst een textuur in het oppervlak van het laminaat in register met de bedrukking op de vellen decorpapier.

De releasefolie wordt vervolgens weer opgewikkeld.

Optioneel kan een kap- of snijwerktuig 42 het geproduceerde laminaat 50 in vellen kappen of snijden,

waarbij de lengte laminaat zonder decor uitgesneden en verwijderd wordt. Deze laminaatvellen kunnen dan volgens bestelling gestapeld worden. Het is gewenst om de laminaatvellen voor een specifieke bestelling alle direct na elkaar te produceren, zelfs als deze bestelling laminaatvellen met verschillende decors bevat.

Figuur 9 toont een voorbeeld van een proces 30 volgens de uitvinding waarbij in een continue persbewerking 40 laminaat wordt geproduceerd. Van drie rollen 32 met fenolhars geimpregneerd papier wordt telkens het papier afgerold. Rol 92 bevat papier geïmpregneerd met aminoplast hars (bij voorkeur papier geïmpregneerd met melamine hars), dat van de rol 92 afgerold wordt en op de lagen met fenolhars geïmpregneerd papier gelegd wordt. Rol 90 bevat niet-geïmpregneerd papier dat in lijn digitaal met decors bedrukt wordt in het apparaat 91. Hierbij kunnen serieel verschillende decors op het niet-geimpregneerde papier gedrukt worden. Het is ook mogelijk over de breedte van het decorpapier verschillende decors te drukken. Dit digitaal bedrukte papier wordt gelegd op de laag papier geïmpregneerd met aminoplast hars dat van rol 92 afgerold werd. Van rol 34 wordt een slijtlaag afgerold. Deze slijtlaag is een met melamine hars geïmpregneerde papierlaag. Hierop wordt van een rol 36 een releasefolie 37 afgerold. Deze releasefolie bevat een textuur. De verschillende lagen worden in een continue persbewerking 40 onder verhoogde temperatuur en druk samengeperst, waarbij de harsen uit de verschillende papierlagen uitharden. Hierbij wordt een laminaat 50 geproduceerd. Bij het persen wordt het digitaal bedrukte en niet geïmpregneerde decorpapier droog verperst. Door het persen onder verhoogde temperatuur en druk zal het hars van de papierlaag onder en de papierlaag boven het niet geïmpregneerde decorpapier gaan vloeien en indringen in het niet geïmpregneerde decorpapier. Bij vernetting van de harsen, wordt dan de hechting bekomen tussen de verschillende lagen in het laminaat, inclusief de hechting tussen het decorpapier en de onmiddellijk onderliggende laag en de onmiddellijk bovenliggende laag. De releasefolie 37 perst een textuur in het oppervlak van het laminaat. De releasefolie wordt vervolgens weer opgewikkeld. Na de persbewerking kan het laminaat gekoeld worden, geschuurd en de randen afgesneden. Optioneel kan een kap- of snijwerktuig 42 het geproduceerde laminaat 50 in vellen kappen of snijden. Deze laminaatvellen kunnen dan volgens bestelling gestapeld worden. Het is gewenst om de laminaatvellen voor een specifieke bestelling alle direct na elkaar te produceren, zelfs als deze bestelling laminaatvellen met verschillende decors bevat. Deze laminaatvellen 50 kunnen per bestelling bijvoorbeeld op een pallet gelegd worden.

Inplaats van het laminaat na de continue persbewerking in vellen te snijden of te kappen, is het ook mogelijk om het laminaat op te rollen. Hierbij kan een rol laminaat bekomen worden die over zijn lengte — en mogelijks ook over de breedte — verschillende decors bevat.

Claims

Conclusies

1.- Proces voor de productie van geimpregneerd decorpapier, bij voorkeur voor gebruik in de productie van laminaat, bij voorbeeld voor gebruik in de productie van High Pressure Laminate of Continuous Pressure Laminate, waarbij het proces optioneel de stap bevat van serieel samenvoegen van verschillende decors op een rol papier, waarbij het proces de stappen bevat van: -impregneren met een aminoplast hars, bij voorkeur met een melamine hars, van het papier van een rol decorpapier die serieel verschillende decors bevat en drogen van het geïmpregneerde papier, - optioneel coaten van de decoratieve zijde van het papier met een thermohardend hars, bij voorkeur met een acrylaat, of met polyurethaan acrylaat of met een polyester hars, - oprollen van het geïmpregneerde decorpapier waarbij een met het aminoplast hars geïmpregneerde rol decorpapier bekomen wordt, waarbij dit geïmpregneerd decorpapier serieel verschillende decors bevat, waarbij deze decors elk uit een decoratieve bedrukking en/of uit een uniforme aanverving bestaan; of waarbij na impregnatie het geïmpregneerde decorpapier in vellen gesneden of gekapt wordt.

2.- Proces zoals in conclusie 1, gekenmerkt doordat het geimpregneerde decorpapier op een rol gewikkeld wordt, gekenmerkt doordat deze papierrol een lengte papier bevat van ten minste 300 meter.

3.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat er op de rol papier die geïmpregneerd wordt tussen de serieel op elkaar volgende decors tussenruimtes zonder decor voorzien zijn, of dat er op de rol papier die geïmpregneerd wordt er geen tussenruimtes zonder decor voorzien zijn tussen de serieel op elkaar volgende decors.

4- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat de verschillende decors zich in de rol papier die geïmpregneerd wordt op een continue lengte papier, zonder naad, bevinden; bij voorkeur waarbij de decors door digitaal drukken gerealiseerd werden.

5.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 1 — 3, gekenmerkt doordat de rol papier die geimpregneerd wordt serieel verschillende decors bevat, waarbij ten minste een aantal van de serieel verschillende decors — en bij voorkeur alle verschillende decors - zich elk op een afzonderlijke lengte decorpapier bevinden, waarbij elk van deze lengtes decorpapier serieel aan elkaar verbonden zijn.

6.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat de breedte van de verschillende decors niet constant is en/of waarbij de verschillende decors decors bevatten waarbij over de breedte van het papier meerdere decors geplaatst zijn — bij voorkeur ten minste twee verschillende decors geplaatst zijn - ‚ bij voorkeur waarbij tussen de meerdere decors over de breedte van het papier een zone zonder decor geplaatst is.

7.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat het papier van de rol papier een inkjet ontvangstlaag bevat, bij voorkeur een primer die het papier geschikt maakte voor digitaal drukken.

8- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat bepaalde van de decors — en bij voorkeur alle decors - ten minste gedeeltelijk, en bij voorkeur volledig, door digitaal drukken gerealiseerd zijn.

9.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 1 - 6, gekenmerkt doordat bepaalde van de verschillende decors — en bij voorkeur alle decors - elk uit één uniform kleur bestaan.

10.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat het papier van de rol papier met een melamine hars geïmpregneerd wordt,

waarbij het melamine hars “etherified” hars bevat en/of acrylaten en/of een polyurethaan dispersie, en/of andere modificatoren om het geimpregneerde papier gemakkelijker te kunnen oprollen.

11.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat op de rol decorpapier de lengtes — en bij voorkeur ook de breedtes - van de verschillende decors op de rol decorpapier dusdanig zijn, dat rekening gehouden wordt met rek van het decorpapier die optreedt tijdens het proces van impregnatie met het aminoplast hars, zodat de gewenste lengte — en bij voorkeur ook de breedte - voor elke decor geïmpregneerd decorpapier bekomen wordt zoals nodig voor de productie van de gewenste lengte laminaatvel of laminaatvellen voor elk van de decors.

12.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat het geimpregneerde decorpapier bestemd is voor het maken van laminaat - bij voorkeur voor het maken van High Pressure Laminate of Continuous Pressure Laminate — bij voorkeur in een continu persproces; waarbij de rol decorpapier die in het impregnatieproces ingevoerd wordt markeringen bevat die aangeven waar het laminaat in vellen gesneden of gekapt moet worden na een continu persproces voor het maken van het laminaat; of die aangeven waar de rol geïmpregneerd papier in vellen gesneden of gekapt moet worden voor gebruik in een discontinu of continu persproces voor het maken van het laminaat, bij voorkeur waarbij het proces waarin het decorpapier met aminoplast hars geïmpregneerd en nadien gedroogd wordt zo aangestuurd wordt dat de snijmarkeringen op het geproduceerde geïmpregneerde decorpapier op de correcte positie en afstand van elkaar staan zodat bij het snijden of kappen van het laminaat geproduceerd in een continue persbewerking met het geïmpregneerde decorpapier het gebruik van de snijmarkeringen om het laminaat in vellen te snijden of te kappen leidt tot de gewenste lengte van de vellen laminaat.

13.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat het geimpregneerde decorpapier bestemd is voor het maken van laminaat - bij voorkeur voor het maken van High Pressure Laminate of Continuous Pressure Laminate

— bij voorkeur in een continu persproces; waarbij in het proces van het maken van laminaat opeenvolgende discrete laminaatvellen geproduceerd worden; waarbij de opeenvolgende discrete laminaatvellen in bestellingen ingedeeld worden, waarbij elke bestelling een aantal direct opeenvolgend geproduceerde laminaatvellen bevat, al of niet met verschillende decors, waarbij de rol papier die in het impregnatieproces ingevoerd wordt over zijn lengte markeringen bevat die aangeven waar een bestelling begint en/of eindigt. 14- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies, gekenmerkt doordat de rol decorpapier die in het impregnatieproces ingevoerd wordt over zijn lengte markeringen bevat gelinkt aan decors, waarbij deze markeringen gecodeerde informatie bevatten voor het verder verwerken van de lengte decorpapier die volgt op, of die voorafgaat aan of die hoort bij de markering; bijvoorbeeld procesinformatie met betrekking tot het impregnatie proces, of informatie met betrekking tot een proces waarin de rol decorpapier tot laminaat verwerkt zal worden.

15.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 12 - 14, gekenmerkt doordat de markeringen via digitaal bedrukken op de rol papier opgebracht werden, bij voorkeur in een proces waarbij de decors via digitaal bedrukken op de rol papier aangebracht zijn.

16.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 12 - 15, gekenmerkt doordat de markeringen optisch gelezen kunnen worden en met behulp van een controller gedecodeerd, bij voorkeur waarbij deze markeringen QR-codes zijn.

17.- Rol geïmpregneerd decorpapier, gekenmerkt doordat de rol geïmpregneerd decorpapier bekomen wordt in een proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 1 — 16.

18- Proces voor het produceren van een laminaat, waarbij in een continue persbewerking een rol decorpapier aangevoerd wordt - optioneel een rol geïmpregneerd decorpapier geproduceerd met een proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 1 — 16 of een rol geimpregneerd decorpapier zoals in conclusie 17 - waarbij het decorpapier van de rol decorpapier in de continue persbewerking onder druk en verhoogde temperatuur door middel van een aminoplast hars, bij voorkeur door middel van een melamine hars, op papier gelamineerd wordt, gekenmerkt doordat de rol decorpapier serieel verschillende decors bevat, waarbij deze decors elk uit een decoratieve bedrukking en/of een uniforme aanverving bestaan; bij voorkeur waarbij het decorpapier met een melamine hars geïmpregneerd is waarbij het decorpapier voor impregnatie een gewicht heeft tussen 40 en 130 gram per vierkante meter — en bij hogere voorkeur waarbij het decorpapier met een melamine hars geïmpregneerd is waarbij het decorpapier voor impregnatie een gewicht heeft tussen 50 en 100 gram per vierkante meter.

19.- Proces zoals in conclusie 18, gekenmerkt doordat de rol decorpapier serieel ten minste twee verschillende decors bevat, waarbij deze ten minste twee decors digitaal gedrukt zijn.

20.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 18 - 19, gekenmerkt doordat de breedte van de verschillende decors niet constant is en/of waarbij de rol decorpapier ten minste bepaalde lengtes decorpapier bevat waarbij over de breedte van het decorpapier ten minste twee verschillende decors geplaatst zijn, bij voorkeur waarbij tussen de verschillende decors over de breedte van het papier een zone zonder decor geplaatst is.

21.- Proces zoals in om het even dewelke van de conclusies 18 - 20, gekenmerkt doordat de continue persbewerking een CPL (Continuous Pressure Laminate) proces is.

22.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 18 - 21, gekenmerkt doordat in de continue persbewerking een High Pressure Laminate (HPL) of een CPL (Continuous Pressure Laminate) geproduceerd wordt.

23.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 18 — 22, gekenmerkt doordat het decorpapier en/of het papier waarop het decorpapier gelamineerd wordt geïmpregneerd is met een aminoplast hars, bij voorkeur met melamine hars.

24- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 18 - 23, gekenmerkt doordat het decorpapier van de rol decorpapier met een aminoplast hars geïmpregneerd werd, bij voorkeur met een melamine hars, bij hogere voorkeur met een melamine hars dat één of meerdere bevat van “etherified” hars, van een acrylaat, van een polyurethaan dispersie, of andere modificatoren om het geïmpregneerde papier gemakkelijker te kunnen oprollen.

25.- Proces zoals in conclusie 24, gekenmerkt doordat het aminoplast hars — bij voorkeur het melamine hars - waarmee het papier van de rol decorpapier geïmpregneerd is constant is voor de serieel verschillende decors.

26.- Proces zoals in conclusie 24, gekenmerkt doordat het papier van ten minste twee seriële decors op de rol decorpapier met een verschillend recept aminoplast hars — bij voorkeur met een verschillend recept melamine hars — geïmpregneerd werden.

27- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 18 - 23, gekenmerkt doordat de rol decorpapier door droge verpersing in de continue persbewerking op papier gelamineerd wordt.

28- Proces zoals in conclusie 27, gekenmerkt doordat het papier van de rol decorpapier zoals het in de continue persbewerking ingevoerd wordt geen aminoplast hars bevat, en dus ook geen melamine hars bevat.

29.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 27 - 28, gekenmerkt doordat het decorpapier een gewicht heeft tussen 25 en 60 gram per vierkante meter, bij voorkeur waarbij het decorpapier 100% cellulose papier is, bij voorkeur waarbij het decorpapier asgehalte nul heeft of een verwaarloosbaar asgehalte.

30.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 27 - 29, gekenmerkt doordat het decorpapier in de continue persbewerking gelamineerd wordt tussen twee met aminoplast hars — bij voorkeur met melamine hars — geïmpregneerde lagen papier; bij voorkeur waarbij het papier dat boven op het decorpapier gelamineerd wordt een niet-geïmpregneerd gewicht heeft tussen 25 en 60 gram per vierkante meter.

31.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 27 - 30, gekenmerkt doordat het decorpapier van de rol decorpapier met zijn onderkant op een - al dan niet gecoate - papierlaag gelamineerd wordt die in de massa geverfd is en/of die een asgehalte bevat van meer dan 20%.

32.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 27 — 31, gekenmerkt doordat het proces de stap bevat van het decoratief bedrukken van het decorpapier door middel van digitaal bedrukken, waarbij de stap van het decoratief bedrukken in lijn uitgevoerd wordt met de continue persbewerking.

33.- Proces zoals in conclusie 32, gekenmerkt doordat dit digitaal bedrukken een single-pass digitaal bedrukken is.

34- Proces zoals in conclusie 32, gekenmerkt doordat dit digitaal bedrukken een multi-pass digitaal bedrukken is.

35.- Proces zoals in om het even dewelke van de conclusies 32 - 34, gekenmerkt doordat de serieel verschillende decors elkaar direct zonder overgangszone opvolgen.

36.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 32 — 35, gekenmerkt doordat in de continue persbewerking door middel van invoeren van een getextureerde release folie of door middel van een getextureerde persband een textuur in het oppervlak geperst wordt, waarbij een eerste camerasysteem de positie van het digitaal gedrukte decor van het digitaal bedrukte decorpapier bepaalt aan de invoer of aan de uitvoer van de continue persbewerking,

waarbij een camerasysteem aan de uitvoer van de continue persbewerking de positie bepaalt van de textuur in het geperste laminaat of waarbij een tweede camerasysteem aan de invoer van de continue persbewerking de positie bepaalt van de textuur van de ingevoerde getextureerde release folie of van de textuur op de getextureerde persband, waarbij de opgemeten posities in een controller verwerkt worden voor het aansturen van het digitaal drukken van het decor of van de decors zodat de textuur in register met de digitaal gedrukte decors in het laminaat geperst wordt.

37.- Proces zoals in conclusie 36, waarbij in tegenstelling tot conclusie 18 de rol decorpapier serieel niet voorzien is van verschillende decors, maar waarbij een zelfde decor herhaald wordt over de lengte van het decorpapier.

38.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 18 - 37, gekenmerkt doordat in de continue persbewerking een slijtlaag aangevoerd wordt, waarbij deze slijtlaag een laag papier bevat dat met een aminoplast hars — bij voorkeur met melamine hars — geïmpregneerd is, waarbij deze slijtlaag in de continue persbewerking onder druk en verhoogde temperatuur boven op het decorpapier gelamineerd wordt, waarbij een doorzichtige of doorschijnende toplaag gevormd wordt, bij voorkeur bevat deze slijtlaag partikels die de slijtweerstand van het laminaat verhogen.

39.- Proces zoals in conclusie 38, gekenmerkt doordat de slijtlaag voor ten minste twee verschillende elkaar serieel opeenvolgende decors verschillende kenmerken bevat, bijvoorbeeld met betrekking tot ongeïmpregneerd papiergewicht, recept van aminoplast gebruikt bij het impregneren, hoeveelheid aminoplast waarmee deze slijtlaag geïmpregneerd werd, of al dan niet aanwezigheid of hoeveelheid partikels die de slijtweerstand van het high pressure laminate verhogen.

40.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusie 18 - 39, gekenmerkt doordat in de continue persbewerking één of meerdere lagen substraat — bij voorkeur één of meerdere lagen met hars geïmpregneerd papier, bij voorbeeld met hars geïmpregneerd kraftpapier — aangevoerd worden waarop het decorpapier in de continue persbewerking onder druk en verhoogde temperatuur gelamineerd wordt.

41.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 18 - 40, gekenmerkt doordat in de continue persbewerking in het laminaat een meervoud van met fenol hars geïmpregneerde vellen papier — bij voorkeur met fenol hars geïmpregneerde vellen kraftpapier — gelamineerd worden, bij voorkeur waarbij in het laminaat deze meervoud van met fenol hars geïmpregneerde vellen papier elkaar opvolgende lagen vormen in het laminaat.

42.- Proces zoals in conclusie 41, gekenmerkt doordat het meervoud van met fenol hars geïmpregneerde vellen papier voor ten minste twee verschillende elkaar serieel opeenvolgende decors verschillende kenmerken bevat, bijvoorbeeld met betrekking tot aan- of afwezigheid van dergelijke vellen papier, het aantal lagen dergelijk papier en de kenmerken van deze lagen papier.

43.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 35 - 42, gekenmerkt doordat voor ten minste één decor van de seriële decors tussen het meervoud van met fenolhars geïmpregneerde vellen papier enerzijds en het decorpapier anderzijds in de continue persbewerking een tussenlaag gelamineerd wordt, bijvoorbeeld een metaalfolie — bijvoorbeeld een aluminiumfolie -, een glasvezel nonwoven, of een al dan niet met hars geimpregneerde papierlaag.

44- Proces zoals in conclusie 43, gekenmerkt doordat voor verschillende van de seriële decors de tussenlaag verschillend is, waarbij bedoeld wordt dat er voor sommige decors wel een tussenlaag gebruikt geplaatst wordt en voor andere niet; en/of dat er voor verschillende decors verschillende tussenlagen geplaatst worden.

45.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 18 - 44, gekenmerkt doordat aan de onderkant van het laminaat voor ten minste één van de serieel geschikte decors, maar bij voorkeur niet bij alle serieel geschikte decors, in de continue persbewerking een balanslaag gevormd wordt door invoeren van een vel niet- geïmpregneerd papier, bij voorkeur niet geïmpregneerd kraftpapier.

46.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 18 - 45, gekenmerkt doordat de ingevoerde rol decorpapier bij ten minste één van de decors — maar bij voorkeur niet bij alle decors van de serieel verschillende decors — een uitgeharde laklaag bevat, - bij voorkeur een acrylaat laklaag, een polyurethaan laklaag of een polyester laklaag —, waarbij bij voorkeur de rol decorpapier waar deze dergelijke laklaag bevat, aan de onderkant een hars of lijmlaag bevat, of waarbij een bijkomende laag in de continue persbewerking ingevoerd wordt, waarbij het hars, de lijmlaag of de bijkomende laag voor het lamineren in de continue persbewerking van het decorpapier in het laminaat zorgt daar waar de decors een uitgeharde laklaag bevatten.

47.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 18 - 46, gekenmerkt doordat over de lengte van het laminaat een textuurpatroon in het oppervlak van het laminaat geperst wordt, bijvoorbeeld waarbij gebruik gemaakt wordt van een persband in de continue persbewerking die een textuur in het oppervlak van het laminaat perst.

48- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 18 - 45, gekenmerkt doordat in de continue persbewerking een textuur in het laminaat geperst wordt, waarbij bij ten minste twee verschillende decors die elkaar in serie opvolgen in de rol decorpapier een verschillende textuur geperst wordt, bij voorkeur doordat bij deze ten minste twee verschillende decors die elkaar in serie opvolgen textuur in het decorpapier geperst wordt door gebruik te maken van releasefolies met verschillende textuur.

49.- Proces zoals in conclusie 48, gekenmerkt doordat de verschillende texturen die in het laminaat geperst worden bij de ten minste twee verschillende decors die elkaar in serie in de rol decorpapier opvolgen, bekomen worden door gebruik te maken van een lengte release film die substantieel het negatief van deze verschillende texturen bevat, waarbij de film geen naad bevat tussen het negatief van deze verschillende texturen; bij voorkeur waarbij het negatief van de verschillende texturen door middel van digitale technieken op of in de release film aangebracht is.

50.- Proces zoals in conclusie 48 of 49, gekenmerkt doordat voor ten minste één van deten minste twee verschillende decors, en bij voorkeur bij beide van de ten minste twee verschillende decors, de textuur in register met het decor aangebracht wordt.

51.- Proces zoals in conclusie 50, gekenmerkt doordat bij deze ten minste twee verschillende decors die elkaar in serie opvolgen in de rol decorpapier de texturen in register met het gedrukte decor aangebracht worden, bij voorkeur doordat releasefolie die de textuur in het laminaat perst gepositioneerd wordt zodat de textuur in register met het gedrukte decor aangebracht wordt.

52.- Proces zoals in conclusie 51, waarbij de rol decorpapier één of meerdere markeringen bevat die toelaten om de releasefolie die de textuur in het laminaat perst te positioneren ten opzichte van de rol decorpapier.

53.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 51 - 52, gekenmerkt doordat het decorpapier continu ingevoerd wordt, waarbij op het decorpapier één of meerdere markeringen aangebracht zijn, waarbij de releasefolie één of meerdere markeringen bevat, waarbij een eerste camerasysteem de één of meerdere markeringen op de releasefolie detecteert, waarbij een tweede camerasysteem de één of meerdere markeringen op het decorpapier detecteert, waarbij een regelsysteem gebruik maakt van de posities van de markeringen bepaald door het eerste camerasysteem en door het tweede camerasysteem om de releasefolie zodanig te positioneren ten opzichtige van het decorpapier bij de invoer in de continue persbewerking zodat de textuur in register met het decor van het decorpapier in het laminaat geperst wordt.

54.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 18 - 53, gekenmerkt doordat over een bepaalde lengte van de rol decorpapier of over de volledige lengte van de rol decorpapier bij de continue persbewerking geen textuur in het laminaat geperst wordt.

55.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 18 - 54, gekenmerkt doordat de rol decorpapier geen lassen bevat tussen de verschillende decors, bij voorkeur waarbij de rol decorpapier geen lassen bevat.

56.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 18 - 54, gekenmerkt doordat ten minste twee opeenvolgende verschillende decors op de papierrol zich elk op een verschillend vel decorpapier bevinden, waarbij deze twee vellen decorpapier aan elkaar gelast of bevestigd zijn, bij voorkeur waarbij tussen elke twee opeenvolgende verschillende decors de rol decorpapier een las bevat.

57.- Proces zoals in conclusie 56, gekenmerkt doordat elk van deze twee verschillende vellen decorpapier die elkaar onmiddellijk opvolgen en een verschillend decor bevatten met aminoplast hars — bij voorkeur met melamine hars — geïmpregneerd zijn, waarbij het aminoplast hars van één of van beide van deze twee verschillende vellen decorpapier voor de hechting in de las tussen deze twee vellen decorpapier zorgt; bij voorbeeld waarbij deze las een overlap van de aan elkaar gelaste vellen decorpapier bevat.

58.- Proces zoals in conclusie 57, gekenmerkt doordat het aminoplast hars van één of van beide van deze twee verschillende vellen decorpapier voor de hechting tussen deze twee vellen decorpapier zorgt door middel van ultrasoon lassen of door middel van thermisch lassen.

59.- Proces zoals in conclusie 56, gekenmerkt doordat de las of de bevestiging een — al dan niet bijkomende - lijmverbinding bevat.

60.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 18 - 59, gekenmerkt doordat na de continue persbewerking het geperste laminaat in vellen gesneden of gekapt wordt, waarbij ten minste gesneden of gekapt wordt tussen de verschillende decors, waarbij dit snijden of kappen gebeurt in lijn met de continue persbewerking.

61.- Proces zoals in conclusie 60, gekenmerkt doordat de ingevoerde rol decorpapier markeringen bevat — bij voorkeur gedrukte markeringen -; bij voorbeeld QR-codes; die aan de invoer of aan de uitvoer van de continue persbewerking automatisch gedetecteerd worden, zodat het snij- of kapmechanisme automatisch op de juiste positie geactiveerd wordt.

62.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 18 - 61, gekenmerkt doordat het laminaat aan de uitvoer van de continue persbewerking in vellen voor verschillende bestellingen gesneden of gekapt wordt, waarbij elke bestelling bestaat uit een aantal opeenvolgend geproduceerde vellen, waarbij elke bestelling kan bestaan uit vellen met het zelfde decor of uit vellen die niet alle het zelfde decor bevatten.

63.- Proces zoals in conclusie 61, gekenmerkt doordat de ingevoerde rol decorpapier markeringen bevat — bij voorkeur gedrukte markeringen - ; bij voorbeeld QR-codes; die aan de invoer of aan de uitvoer van de continue persbewerking automatisch gedetecteerd worden, zodat aan de uitgang van de continue persbewerking de geproduceerde vellen per bestelling gegroepeerd worden, bij voorkeur door vellen voor de zelfde bestelling op een zelfde drager — bijvoorbeeld een pallet — te leggen; bij voorkeur gebeurt dit automatisch; bij voorkeur worden de markering door bedrukken aangebracht in het zelfde drukproces als waarbij het decorpapier met de decors bedrukt wordt.

64.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 18 - 63, gekenmerkt doordat de rol decorpapier gedrukte decors bevat, waarbij het papier van de rol decorpapier — over ten minste een deel van zijn lengte en bij voorkeur over de volledige lengte - voor impregnatie een gewicht heeft tussen 25 en 60 gram per vierkante meter; waarbij het papier van de rol decorpapier met een aminoplast hars — bij voorkeur met melamine hars — geïmpregneerd is; waarbij in de continue persbewerking het decorpapier over ten minste een deel van zijn lengte gelamineerd wordt op een geverfd papier geïmpregneerd met een aminoplast hars, bij voorkeur geïmpregneerd met melamine hars.

65.- Proces voor het produceren van laminaat — bij voorkeur van High Pressure Laminate (HPL) of van Continuous Pressure Laminate (CPL) -, optioneel een proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 18 — 64, waarbij het proces een continue persbewerking bevat — bij voorkeur een CPL-proces - waarbij het laminaat geproduceerd wordt, gekenmerkt doordat in de continue persbewerking opeenvolgende vellen decorpapier van discrete lengte ingevoerd worden, bij voorbeeld door snijden of kappen van vellen van een rol decorpapier, optioneel een rol decorpapier zoals in conclusie 17 of zoals bekomen in een proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 1 — 16; bij voorkeur waarbij ten minste twee opeenvolgende vellen decorpapier met een verschillend gedrukt en/of geverfd decor voorzien zijn, waarbij in de continue persbewerking een continue lengte substraat ingevoerd wordt, bij voorkeur waarbij het substraat één of meerdere lagen papier bevat geïmpregneerd met hars, bij voorkeur geïmpregneerd met fenol formaldehyde hars; waarbij in de continue persbewerking de verschillende opeenvolgende vellen decorpapier door middel van een hars opeenvolgend — eventueel met tussenruimtes tussen de opeenvolgende vellen decorpapier - op de continue lengte substraat gelamineerd worden, waarbij in het continue persproces een releasefolie — bij voorkeur continu - ingevoerd wordt, die zorgt voor het persen van een textuur in het laminaat geproduceerd met de verschillende opeenvolgende vellen decorpapier, waarbij de verschillende opeenvolgende vellen decorpapier bij de invoer in het continue persproces dusdanig op het substraat gelegd worden zodat deze vellen op en samen met het substraat in de continue persbewerking ingevoerd worden en zodat de releasefolie in de continue persbewerking de textuur in register met de bedrukking op de vellen decorpapier perst.

66.- Proces zoals in conclusie 65, gekenmerkt doordat de opeenvolgende vellen decorpapier met melamine hars geïmpregneerd zijn, bij voorkeur waarbij het decorpapier een niet-geïmpregneerd gewicht heeft tussen 40 en 130 gram per vierkante meter, bij voorkeur tussen 50 en 100 gram per vierkante meter; bij voorkeur bedraagt het geïmpregneerd gewicht van het decorpapier tussen 100 en 300 gram per vierkante meter, bij hogere voorkeur tussen 100 en 220 gram per vierkante meter.

67.- Proces zoals in conclusie 66, gekenmerkt doordat het melamine hars “etherified” hars bevat en/of acrylaten en/of een polyurethaan dispersie, en/of andere modificatoren om het geimpregneerde papier over een kleinere radius te kunnen vouwen.

68.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 65 - 67, gekenmerkt doordat op de releasefolie markeringen aangebracht zijn die toelaten om de opeenvolgende vellen decorpapier correct te positioneren bij de invoer van de continue persbewerking zodat de releasefolie in de continue persbewerking de textuur in register met de bedrukking op de vellen decorpapier perst.

69.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 65 — 68, gekenmerkt doordat op de vellen decorpapier markeringen aangebracht zijn die toelaten om de opeenvolgende vellen decorpapier correct te positioneren bij de invoer van de continue persbewerking zodat de releasefolie in de continue persbewerking de textuur in register met de bedrukking op de vellen decorpapier perst.

70.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 65 — 69, gekenmerkt doordat zowel op de vellen decorpapier als op de releasefolie markeringen aangebracht zijn die toelaten om de opeenvolgende vellen decorpapier correct te positioneren bij de invoer van de continue persbewerking zodat de releasefolie in de continue persbewerking de textuur in register met de bedrukking op de vellen decorpapier perst.

71.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 65 — 70, gekenmerkt doordat aan de invoer van de continue persbewerking één of meerdere camera’s geïnstalleerd zijn die gebruikt worden voor het correct invoeren van de opeenvolgende vellen decorpapier zodat de releasefolie in de continue persbewerking de textuur in register met de bedrukking op de vellen decorpapier perst.

72.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 65 — 71, gekenmerkt doordat de releasefolie continue ingevoerd wordt, waarbij op de releasefolie één of meerdere markeringen aangebracht zijn, waarbij op de vellen decorpapier één of meerdere markeringen aangebracht zijn, waarbij een eerste camerasysteem de één of meerdere markeringen op de releasefolie detecteert, waarbij een tweede camerasysteem de één of meerdere markeringen op de vellen decorpapier detecteert, waarbij een regelsysteem gebruik maakt van de posities van de markeringen bepaald door het eerste camerasysteem en door het tweede camerasysteem om de opeenvolgende vellen decorpapier dusdanig te positioneren ten opzichtige van de releasefolie bij de invoer in de continue persbewerking zodat de textuur in register met het decor van de vellen decorpapier in het laminaat geperst wordt.

73.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 65 — 72, gekenmerkt doordat in de continue persbewerking een slijtlaag aangevoerd wordt, waarbij deze slijtlaag een laag papier bevat dat met een aminoplast hars- bij voorkeur met melamine hars- geïmpregneerd is, waarbij deze slijtlaag in de continue persbewerking onder druk en verhoogde temperatuur boven op het decorpapier gelamineerd wordt, waarbij een doorzichtige of doorschijnende toplaag gevormd wordt, bij voorkeur bevat deze slijtlaag partikels die de slijtweerstand van het laminaat verhogen.

74.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 65 — 73, gekenmerkt doordat het laminaat na de continue persbewerking in discrete laminaatvellen gesneden of gekapt wordt, zodat discrete laminaatvellen bekomen worden die elk decorpapier bevatten.

75.- Proces zoals in conclusie 74, waarbij de opeenvolgende discrete laminaatvellen in bestellingen ingedeeld worden, waarbij elke bestelling een aantal direct opeenvolgend geproduceerde discrete laminaatvellen bevat, al of niet met verschillende decors.

76.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 65 — 75, gekenmerkt doordat het decorpapier een inkjet ontvangstlaag bevat, bij voorkeur een primer die het papier geschikt maakte voor digitaal drukken.

77.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 65 - 76, gekenmerkt doordat de decors van ten minste bepaalde van de opeenvolgende vellen decorpapier ten minste gedeeltelijk, en bij voorkeur volledig, door digitaal drukken gerealiseerd zijn.

78.- Proces voor het produceren van een laminaat zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 65 - 77, daardoor gekenmerkt dat het proces de kenmerkende kenmerken bevat van om het even dewelke van de voorgaande conclusies 1 — 16 of 18 -

64.

79.- Proces zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 18 - 78, gekenmerkt doordat in plaats van een continue persbewerking een persbewerking in een kurztaktpers of in een multi-etage pers uitgevoerd wordt.

80.- Rol geïmpregneerd decorpapier, bij voorkeur voor gebruik in de productie van laminaat, bij voorbeeld voor gebruik in de productie van High Pressure Laminate of Continuous Pressure Laminate, waarbij het papier van de rol decorpapier met een aminoplast hars, bij voorkeur met een melamine hars geïmpregneerd is, gekenmerkt doordat het decorpapier van de rol decorpapier serieel verschillende decors bevat.

81- Rol geïmpregneerd decorpapier zoals in conclusie 80, gekenmerkt doordat de decoratieve zijde van het geïmpregneerde papier met een thermohardend hars, bij voorkeur met een acrylaat, of met polyurethaan acrylaat of met een polyester hars gecoat is.

82- Rol geïmpregneerd decorpapier zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 80 — 81, gekenmerkt doordat deze rol geimpregneerd decorpapier een lengte geïmpregneerd decorpapier bevat van ten minste 300 meter.

83.- Rol geïmpregneerd decorpapier zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 80 — 82, gekenmerkt doordat er op de rol geimpregneerd decorpapier tussen de serieel op elkaar volgende decors tussenruimtes zonder decor voorzien zijn, of dat er op de rol geïmpregneerd decorpapier geen tussenruimtes zonder decor voorzien zijn tussen de serieel op elkaar volgende decors.

84- Rol geïmpregneerd decorpapier zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 82 — 83, gekenmerkt doordat de verschillende decors zich in de rol geïmpregneerd decorpapier op een continue lengte papier, zonder naad, bevinden; bij voorkeur waarbij de decors door digitaal drukken gerealiseerd werden.

85.- Rol geïmpregneerd decorpapier zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 80 — 84, gekenmerkt doordat de rol geïmpregneerd decorpapier serieel verschillende decors bevat, waarbij ten minste een aantal van de serieel verschillende decors — en bij voorkeur alle verschillende decors - zich elk op een afzonderlijke lengte decorpapier bevinden, waarbij elk van deze lengtes papier serieel aan elkaar verbonden zijn.

86- Rol geïmpregneerd decorpapier zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 80 — 85, gekenmerkt doordat de breedte van de verschillende decors niet constant is en/of waarbij de verschillende decors decors bevatten waarbij over de breedte van het decorpapier ten minste twee verschillende decors geplaatst zijn, bij voorkeur waarbij tussen de verschillende decors over de breedte van het decorpapier een zone zonder decor geplaatst is.

87.- Rol geïmpregneerd decorpapier zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 80 — 86, gekenmerkt doordat het papier van de rol geïmpregneerd decorpapier een inkjet ontvangstlaag bevat, bij voorkeur een primer die het papier geschikt maakte voor digitaal drukken.

88.- Rol geïmpregneerd decorpapier zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 80 — 87, gekenmerkt doordat bepaalde van de decors — en bij voorkeur alle decors - ten minste gedeeltelijk, en bij voorkeur volledig, door digitaal drukken gerealiseerd zijn.

89.- Rol geïmpregneerd decorpapier zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 80 — 88, gekenmerkt doordat bepaalde van de verschillende decors — en bij voorkeur alle decors — decors zijn die uit één uniform kleur bestaan.

90- Rol geïmpregneerd decorpapier zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 80 — 89, gekenmerkt doordat het papier van de rol geïmpregneerd decorpapier met een melamine hars geïmpregneerd werd, waarbij het melamine hars “etherified” hars bevat en/of acrylaten en/of een polyurethaan dispersie, en/of andere modificatoren om het geimpregneerde decorpapier gemakkelijker te kunnen oprollen.

91.- Rol geïmpregneerd decorpapier zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 80 — 90, gekenmerkt doordat het geimpregneerde decorpapier markeringen bevat die aangeven waar het laminaat in vellen gesneden of gekapt moet worden na een continu persproces voor het maken van het laminaat; of die aangeven waar de rol geïmpregneerd papier in vellen gesneden of gekapt moet worden voor gebruik in een continu of discontinu persproces voor het maken van het laminaat.

92.- Rol geïmpregneerd decorpapier zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 80 — 91, gekenmerkt doordat het geïmpregneerde decorpapier bestemd is voor het maken van laminaat - bij voorkeur voor het maken van High Pressure Laminate of Continuous Pressure Laminate — bij voorkeur in een continu persproces; waarbij in het proces van het maken van laminaat opeenvolgende discrete laminaatvellen geproduceerd worden; waarbij de opeenvolgende discrete laminaatvellen in bestellingen ingedeeld worden, waarbij elke bestelling een aantal direct opeenvolgend geproduceerde laminaatvellen bevat, al of niet met verschillende decors, waarbij de rol geïmpregneerd decorpapier over zijn lengte markeringen bevat die aangeven waar een bestelling begint en/of eindigt.

93.- Rol geïmpregneerd decorpapier zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 80 — 92, gekenmerkt doordat de rol geïmpregneerd decorpapier over zijn lengte markeringen bevat gelinkt aan decors, waarbij deze markeringen gecodeerde informatie bevatten voor het verder verwerken van de lengte decorpapier die volgt op, of die voorafgaat aan of die hoort bij de markering; bijvoorbeeld procesinformatie met betrekking tot een proces waarin de rol geïmpregneerd decorpapier tot laminaat verwerkt zal worden.

94- Rol geïmpregneerd decorpapier zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 91 - 93, gekenmerkt doordat de markeringen via digitaal bedrukken op de rol papier opgebracht werden, bij voorkeur in een proces waarbij de decors via digitaal bedrukken op de rol decorpapier aangebracht zijn.

95- Rol geïmpregneerd decorpapier zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 91 - 94, gekenmerkt doordat de markeringen optisch gelezen kunnen worden en met behulp van een controller gedecodeerd, bij voorkeur waarbij deze markeringen QR-codes zijn.

96- Rol laminaat, waarbij het laminaat decorpapier bevat gelamineerd door middel van een aminoplast hars, bij voorkeur door middel van een melamine hars, op papier, bij voorkeur waarbij het decorpapier een niet-geïmpregneerd gewicht heeft tussen 40 en 130 gram per vierkante meter, bij hogere voorkeur waarbij het decorpapier een niet- geïmpregneerd gewicht heeft tussen 50 en 100 gram per vierkante meter; gekenmerkt doordat het laminaat serieel verschillende decors bevat, waarbij deze decors elk uit een decoratieve bedrukking en/of een uniforme aanverving bestaan.

97.- Rol laminaat zoals in conclusie 96, gekenmerkt doordat het laminaat van de rol laminaat serieel ten minste twee verschillende decors bevat, waarbij deze ten minste twee verschillende decors digitaal gedrukt zijn.

98.- Rol laminaat zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 96 - 97, gekenmerkt doordat de breedte van de verschillende decors niet constant is en/of waarbij de rol laminaat ten minste bepaalde lengtes laminaat bevat waarbij over de breedte van het laminaat ten minste twee verschillende decors geplaatst zijn, bij voorkeur waarbij er tussen de verschillende decors over de breedte van het laminaat een zone zonder decor is.

99.- Rol laminaat zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 96 — 96, gekenmerkt doordat het laminaat een High Pressure Laminate (HPL) of een CPL (Continuous Pressure Laminate) is.

100.- Rol laminaat zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 96 — 99, gekenmerkt doordat het decorpapier van de rol decorpapier met een aminoplast hars geïmpregneerd werd, bij voorkeur met een melamine hars, bij hogere voorkeur met een melamine hars dat één of meerdere bevat van “etherified” hars en/of van een acrylaat en/of van een polyurethaan dispersie, en/of andere modificatoren om het laminaat gemakkelijker te kunnen oprollen.

101.- Rol laminaat zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 96 — 100, gekenmerkt doordat het decorpapier een gewicht heeft tussen 25 en 60 gram per vierkante meter, bij voorkeur waarbij het decorpapier 100% cellulose papier is, bij voorkeur waarbij het decorpapier asgehalte nul heeft of een verwaarloosbaar asgehalte.

102.- Rol laminaat zoals in conclusie 101, gekenmerkt doordat het decorpapier gelamineerd is tussen twee met aminoplast hars — bij voorkeur met melamine hars — geïmpregneerde lagen papier; bij voorkeur waarbij het papier dat boven op het decorpapier gelamineerd wordt een niet-geïmpregneerd gewicht heeft tussen 25 en 60 gram per vierkante meter.

103.- Rol laminaat zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 96 — 102, gekenmerkt doordat het decorpapier van de rol decorpapier met zijn onderkant op een - al dan niet gecoate - papierlaag gelamineerd wordt, waarbij deze papierlaag in de massa geverfd is en/of een asgehalte bevat van meer dan 20%.

104.- Rol laminaat zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 96 — 103, gekenmerkt doordat het laminaat een doorzichtige of doorschijnende slijtlaag bevat, bij voorkeur een slijtlaag die een laag papier bevat dat met een aminoplast hars — bij voorkeur met melamine hars — geïmpregneerd werd, bij voorkeur bevat deze slijtlaag partikels die de slijtweerstand van het laminaat verhogen.

105.- Rol laminaat zoals in conclusies 104, gekenmerkt doordat de slijtlaag voor ten minste twee verschillende elkaar serieel opeenvolgende decors verschillende kenmerken bevat, bijvoorbeeld met betrekking tot ongeïmpregneerd papiergewicht, recept van aminoplast die deze slijtlaag bevat, hoeveelheid aminoplast waarmee deze slijtlaag geïmpregneerd werd, al dan niet aanwezigheid of hoeveelheid partikels die de slijtweerstand van het high pressure laminate verhogen.

106.- Rol laminaat zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 96 — 105, gekenmerkt doordat het laminaat één of meerdere lagen substraat — bij voorkeur één of meerdere lagen met hars geïmpregneerd papier, bij voorbeeld met hars geïmpregneerd kraftpapier — bevat.

107.- Rol laminaat zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 96 — 106, gekenmerkt doordat het laminaat een meervoud van met fenol hars geïmpregneerde vellen papier — bij voorkeur kraftpapier — bevat, bij voorkeur waarbij in het laminaat deze meervoud van met fenol hars geïmpregneerde vellen papier elkaar opvolgende lagen vormen in het laminaat.

108.- Rol laminaat zoals in conclusie 107, gekenmerkt doordat het meervoud van met fenol hars geïmpregneerde vellen papier voor ten minste twee verschillende elkaar serieel opeenvolgende decors verschillende kenmerken bevat, bijvoorbeeld met betrekking tot aan- of afwezigheid van dergelijke vellen papier, het aantal lagen dergelijk papier en/of de kenmerken van deze lagen papier.

109.- Rol laminaat zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 107 - 108, gekenmerkt doordat het laminaat voor ten minste één decor van de seriële decors tussen het meervoud van met fenolhars geïmpregneerde vellen papier enerzijds en het decorpapier anderzijds een tussenlaag bevat, bijvoorbeeld een metaalfolie — bijvoorbeeld een aluminiumfolie - een glasvezel nonwoven, of een al dan niet met hars geïmpregneerde papierlaag.

110.- Rol laminaat zoals in conclusie 109, gekenmerkt doordat voor verschillende van de seriële decors de tussenlaag verschillend is, waarbij bedoeld wordt dat er voor sommige decors wel een tussenlaag aanwezig is en voor andere niet; en/of dat er voor verschillende decors verschillende tussenlagen aanwezig zijn.

111.- Rol laminaat zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 96 — 110, gekenmerkt doordat het laminaat aan de onderkant voor ten minste één van de serieel geschikte decors, maar bij voorkeur niet bij alle serieel geschikte decors, een balanslaag bevat, gevormd door een vel niet-geïmpregneerd papier, bij voorkeur niet geïmpregneerd kraftpapier.

112.- Rol laminaat zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 96 — 111, gekenmerkt doordat over de lengte van het laminaat aan het oppervlak van het laminaat een textuurpatroon herhaald wordt.

113.- Rol laminaat zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 96 — 111, gekenmerkt doordat het oppervlak van het laminaat een textuur bevat, waarbij het laminaat bij ten minste twee verschillende decors die elkaar in serie opvolgen in de rol laminaat een verschillende textuur bevatten.

114- Rol laminaat zoals in conclusie 113, gekenmerkt doordat bij ten minste één van de ten minste twee verschillende decors, en bij voorkeur bij beide van de ten minste twee verschillende decors, de textuur in register met het decor aangebracht wordt.

115.- Rol laminaat zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 96 — 114, gekenmerkt doordat de rol laminaat geen lassen bevat tussen de verschillende decors, bij voorkeur waarbij het decorpapier in de rol laminaat continu doorloopt zonder lassen in het decorpapier.

116.- Rol laminaat zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 96 — 114, gekenmerkt doordat voor ten minste twee opeenvolgende verschillende decors op de rol laminaat de decors zich elk op een verschillend vel decorpapier bevinden.

117.- Rol laminaat zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 96 — 116, gekenmerkt doordat het laminaat gedrukte decors bevat, waarbij het papier van het decorpapier — over ten minste een deel van de lengte van het laminaat en bij voorkeur over de volledige lengte van het laminaat — een niet-geïmpregneerd gewicht heeft tussen 25 en 60 gram per vierkante meter; waarbij in het laminaat het decorpapier over ten minste een deel van zijn lengte zich onmiddellijk boven een geverfd papier bevindt dat geïmpregneerd is met een aminoplast hars, bij voorkeur dat geïmpregneerd is met een melamine hars.

118.- Rol laminaat zoals in om het even dewelke van de voorgaande conclusies 96 — 117, gekenmerkt doordat het decorpapier over de afgerolde lengte van de rol laminaat als discrete vellen decorpapier aanwezig is, waarbij er in het laminaat tussenruimtes aanwezig zijn zonder decor tussen de vellen decorpapier.

119.- Rol Laminaat zoals in conclusie 118, gekenmerkt doordat ten minste twee opeenvolgende vellen decorpapier in het laminaat een verschillend decor hebben.

120.- Rol laminaat zoals in conclusie 118 of 119, gekenmerkt doordat ten minste twee opeenvolgende vellen decorpapier in het laminaat een verschillend decor hebben, en waarbij het laminaat bij deze twee opeenvolgende vellen decorpapier die een verschillend decor hebben een textuur in register met deze decors bevat.

121.- Laminaatvel, waarbij het laminaatvel een papierlaag bevat die een gedrukt decor bevat, gekenmerkt doordat de papierlaag die het gedrukt decor bevat een niet- geimpregneerd gewicht heeft tussen 25 en 60 gram per vierkante meter; waarbij het papier van de papierlaag die een gedrukt decor bevat een aminoplast hars bevat — bij voorkeur een melamine hars —, waarbij de papierlaag die een gedrukt decor bevat gelamineerd is op een geverfd papier geïmpregneerd met een aminoplast hars, bij voorkeur geïmpregneerd met melamine hars.