BE1028571A1 - Luchtdesinfectie-inrichting en werkwijze voor het desinfecteren van lucht - Google Patents

Luchtdesinfectie-inrichting en werkwijze voor het desinfecteren van lucht Download PDF

Info

Publication number
BE1028571A1
BE1028571A1 BE20215718A BE202105718A BE1028571A1 BE 1028571 A1 BE1028571 A1 BE 1028571A1 BE 20215718 A BE20215718 A BE 20215718A BE 202105718 A BE202105718 A BE 202105718A BE 1028571 A1 BE1028571 A1 BE 1028571A1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
air
disinfection device
disinfected
filter
outlet
Prior art date
Application number
BE20215718A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1028571B1 (nl
Inventor
Frank Dreef
Marcus Willem Boers
Original Assignee
Frank Dreef
Marcus Willem Boers
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Frank Dreef, Marcus Willem Boers filed Critical Frank Dreef
Publication of BE1028571A1 publication Critical patent/BE1028571A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1028571B1 publication Critical patent/BE1028571B1/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F8/00Treatment, e.g. purification, of air supplied to human living or working spaces otherwise than by heating, cooling, humidifying or drying
    • F24F8/20Treatment, e.g. purification, of air supplied to human living or working spaces otherwise than by heating, cooling, humidifying or drying by sterilisation
    • F24F8/22Treatment, e.g. purification, of air supplied to human living or working spaces otherwise than by heating, cooling, humidifying or drying by sterilisation using UV light
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F8/00Treatment, e.g. purification, of air supplied to human living or working spaces otherwise than by heating, cooling, humidifying or drying
    • F24F8/10Treatment, e.g. purification, of air supplied to human living or working spaces otherwise than by heating, cooling, humidifying or drying by separation, e.g. by filtering
    • F24F8/108Treatment, e.g. purification, of air supplied to human living or working spaces otherwise than by heating, cooling, humidifying or drying by separation, e.g. by filtering using dry filter elements
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F8/00Treatment, e.g. purification, of air supplied to human living or working spaces otherwise than by heating, cooling, humidifying or drying
    • F24F8/30Treatment, e.g. purification, of air supplied to human living or working spaces otherwise than by heating, cooling, humidifying or drying by ionisation
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F8/00Treatment, e.g. purification, of air supplied to human living or working spaces otherwise than by heating, cooling, humidifying or drying
    • F24F8/80Self-contained air purifiers

Abstract

Luchtdesinfectie-inrichting voor het desinfecteren van lucht in een voor personen toegankelijke ruimte, omvattende een behuizing met een luchtinlaat, een luchtuitlaat, en luchtdesinfectiemiddelen, waarbij de luchtdesinfectiemiddelen zijn ingericht om lucht te desinfecteren die door de behuizing van de luchtinlaat naar de luchtuitlaat stroomt, teneinde gedesinfecteerde lucht te verkrijgen, en luchtverplaatsingsmiddelen voor het verplaatsen van lucht vanaf de luchtinlaat naar de luchtuitlaat, waarbij de luchtverplaatsingsmiddelen zodanig zijn ingericht dat de luchtdesinfectie-inrichting werkt volgens het luchtverdringingsprincipe, waarbij een luchtuitstroomsnelheid van de gedesinfecteerde lucht uit de luchtuitlaat zodanig is ingesteld dat de lucht uit de luchtuitlaat gelijkmatig wordt verspreid (i.e. dat de luchttoevoer aan de ruimte gelijkmatig is) en vermenging van de gedesinfecteerde lucht met omgevingslucht wordt geminimaliseerd, en bij voorkeur vermeden. Alsmede waarbij in de ruimte een opwaartse luchtstroom wordt bewerkstelligd.

Description

LUCHTDESINFECTIE-INRICHTING EN WERKWIJZE VOOR HET DESINFECTEREN
VAN LUCHT De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een luchtdesinfectie-inrichting voor het desinfecteren van lucht in een voor personen toegankelijke ruimte. Voorts heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een werkwijze voor het desinfecteren van lucht in een voor personen toegankelijke ruimte. Het desinfecteren van lucht wordt volgens de stand der techniek doorgaans bereikt door het aanzuigen van lucht in een ruimte, het filteren van de aangezogen lucht, en het vervolgens uitblazen van de gefilterde lucht in de ruimte. Een nadeel van luchtdesinfectie volgens de stand der techniek is dat de uitgeblazen, gefilterde lucht zich met de omgevingslucht, i.e. de lucht in de ruimte, vermengt, waardoor vervuilingen in de omgevingslucht door de ruimte worden verspreid. Dit is met name ongewenst wanneer deze vervuilingen organismen zoals ziekteverwekkers zijn, bijvoorbeeld bacteriën, virussen, micro- organismen, schimmels, gisten, parasieten, en dergelijke. Weliswaar zal de concentratie aan vervuilingen in de omgevingslucht afnemen door de filtering. Echter, organismen, en in het bijzonder ziekteverwekkers, kunnen zichzelf vermenigvuldigen wanneer zij bijvoorbeeld worden ingeademd door een persoon. Derhalve is er zelfs bij een lage concentratie aan vervuilingen een gezondheidsrisico voor personen die zich in de ruimte bevinden. Het is het doel van de onderhavige uitvinding om ten minste het bovenstaande nadeel van de stand der techniek te ondervangen, dat wil zeggen een luchtdesinfectie-inrichting en —werkwijze te verschaffen die de gezondheidsrisico’s van personen ten gevolge van luchtvervuilingen, in het bijzonder organismen zoals ziekteverwekkers, mitigeert. Daartoe voorziet de onderhavige uitvinding volgens een eerste aspect daarvan in een luchtdesinfectie-inrichting van de in de aanhef vermelde soort, gekenmerkt door het omvatten van cen behuizing met cen luchtinlaat, een luchtuitlaat, en luchtdesinfectiemiddelen, waarbij de luchtdesinfectiemiddelen zijn ingericht om lucht te desinfecteren die door de behuizing van de luchtinlaat naar de luchtuitlaat stroomt, teneinde gedesinfecteerde lucht te verkrijgen, en luchtverplaatsingsmiddelen voor het verplaatsen van lucht vanaf de luchtinlaat naar de luchtuitlaat, waarbij de luchtverplaatsingsmiddelen zodanig zijn ingericht dat de luchtdesinfectie-inrichting werkt volgens het luchtverdringingsprincipe, waarbij een luchtuitstroomsnelheid van de gedesinfecteerde lucht uit de luchtuitlaat zodanig is ingesteld dat de lucht uit de luchtuitlaat gelijkmatig wordt verspreid (i.e. dat de luchttoevoer aan de ruimte gelijkmatig is) en vermenging van de gedesinfecteerde lucht met omgevingslucht wordt geminimaliseerd, en bij voorkeur althans nagenoeg wordt vermeden door een gelijkmatige toevoer.
Door gebruik van het verdringingsprincipe, dat hieronder nader wordt toegelicht, wordt de gedesinfecteerde lucht zo min mogelijk vermengd met de omgevingslucht, zijnde de lucht in de voor personen toegankelijke ruimte. De gedesinfecteerde lucht verdringt de omgevingslucht, ofwel ‘vervuilde lucht’, weg van de luchtuitlaat richting en uiteindelijk naar de luchtinlaat, alwaar de vervuilde lucht door de luchtinlaat wordt aangezogen om vervolgens te worden gedesinfecteerd.
Dientengevolge kan de luchtdesinfectie-inrichting volgens de uitvinding de on-gedesinfecteerde lucht, i.e. de vervuilde lucht, verdringen naar een deel van de ruimte waar personen in de ruimte deze niet of nauwelijks inademen. Vervuilingen, in het bijzonder kleine organismen zoals ziekteverwekkers, worden tezamen met de vervuilde lucht verdrongen, zodat de gezondheidsrisico’s voor personen in de ruimte ten gevolge van deze vervuilingen effectief wordt gemitigeerd. Dit is met name voordelig wanneer ziekteverwekkers zich als aerosolen kunnen verspreiden, zoals het geval bij bepaalde virussen.
Het luchtverdringingsprincipe, ook wel verdringingsventilatie genoemd, is een wijze van luchtdistributie in een ruimte waarbij lucht (bij voorbeeld koele lucht) met een lage stroomsnelheid (en bij voorkeur nabij een vloer van de ruimte) wordt toegevoerd. De toegevoerde lucht verzamelt zich vervolgens op het niveau van de toevoer (i.e. de luchtuitlaat), en dus bij voorkeur nabij de vloer van de ruimte. Middels convectie en/of drijfvermogenskrachten, bijvoorbeeld door warmtebronnen in de ruimte (zoals apparatuur en/of personen) en/of de dichtheid van de toegevoerde lucht, beweegt de toegevoerde lucht zich opwaarts (of in voorkomend geval neerwaarts), bij voorkeur richting het plafond van de ruimte. Door de lage stroomsnelheid en gelijkmatige toevoer van de toegevoerde lucht vermengt deze zo min mogelijk met de in de ruimte aanwezige lucht. Dit verdringingseffect wordt nog eens vergroot door het luchtdrukverschil veroorzaakt door het hoge mogelijke circulatievoud als gevolg van de luchtverplaatsingsmiddelen.
Bij voorkeur geschiedt de circulatie van lucht in de ruimte in beginsel zonder menging van lucht van buiten de ruimte, zodat de onderhavige luchtfiltratie-inrichting relatief weinig energie verbruikt. Bij voorkeur voert de luchtfiltratie-inrichting gefilterde lucht via de luchtuitlaat aan de ruimte toe met een temperatuur althans nagenoeg gelijk aan een temperatuur van de verontreinigde lucht in de ruimte. Met andere woorden wordt de lucht door de luchtfiltratie-inrichting bij voorkeur niet gekoeld of verwarmd.
Gedesinfecteerde lucht wordt door de onderhavige luchtdesinfectie-inrichting via de luchtuitlaat daarvan aan de ruimte toegevoerd op een wijze waarbij vermenging van toegevoerde, gedesinfecteerde lucht en in de ruimte aanwezige vervuilde lucht tot een minimum is beperkt. Dit geschiedt door gedesinfecteerde lucht via de luchtuitlaat (bij voorkeur in een lager gebied in de ruimte, en bij verdere voorkeur nabij een vloer van de ruimte) bij voorkeur gelijkmatig en met lage snelheid aan de ruimte toe te voeren en tegelijkertijd vervuilde lucht via de luchtinlaat (bij voorkeur in een hoger gebied in de ruimte, bij verdere voorkeur nabij een plafond van de ruimte, en bij nog verdere voorkeur op een hoogte van ten minste 1,80 meter) uit de ruimte af te voeren naar de behuizing van de luchtdesinfectie-inrichting.
Volgens een uitvoeringsvorm van de luchtdesinfectie-inrichting is de luchtuitlaat onder de luchtinlaat opgesteld, en bij voorkeur op een vloerhoogte van de ruimte. Hierdoor wordt middels het luchtverdringingsprincipe de vervuilde lucht in de ruimte opwaarts richting het plafond van de ruimte verdrongen. Bij voorkeur wordt de vervuilde lucht naar een minimale hoogte van 1,80 m verdrongen, zodat de gemiddelde persoon de vervuilde lucht niet inademt. Bij verdere voorkeur wordt de vervuilde lucht naar een hoogte van 2 m of meer verdrongen, zodat het merendeel van de personen de vervuilde lucht niet inademt. Volgens een verdere uitvoeringsvorm van de luchtdesinfectie-inrichting bedraagt een verticale afstand tussen de luchtinlaat en de luchtuitlaat ten minste 1,5 m, bij voorkeur ten minste 1,8 m, en bij verdere voorkeur meer dan 2 m. Hierdoor wordt middels het luchtverdringingsprincipe in de ruimte een luchtkolom tussen de luchtinlaat en de luchtuitlaat verzorgd, welke luchtkolom hoofdzakelijk bestaat uit gedesinfecteerde lucht. Personen welke in deze luchtkolom verblijven, ademen derhalve geen vervuilde lucht in, die bijvoorbeeld organismen zoals ziekteverwekkers kan omvatten. Volgens een verdere uitvoeringsvorm van de luchtdesinfectie-inrichting is een luchtuitstroomrichting van de gedesinfecteerde lucht uit de luchtuitlaat in hoofdzaak horizontaal. Horizontaal moet hierbij worden gelezen als in hoofdzaak evenwijdig aan cen vloer van een ruimte, ofwel in hoofdzaak haaks op de zwaartekrachtrichting. Door de horizontale uitstroom van gedesinfecteerde lucht wordt deze zo gelijkmatig mogelijk door de ruimte verdeeld, en ontstaat een laag, ofwel kolom, van gedesinfecteerde lucht door de gehele ruimte. Dientengevolge zorgt de onderhavige uitvoeringsvorm voor een zo gelijkmatig mogelijke luchtkwaliteit in de gehele ruimte. Dat wil zeggen dat de luchtkwaliteit op een bepaalde hoogte op een eerste positie in de ruimte in hoofdzaak gelijk is aan de luchtkwaliteit op een eenzelfde hoogte op een tweede positie in de ruimte. Bij voorkeur is de luchtuitlaat voorts voorzien van een verdelingsscherm, dat er voor zorgt dat de lucht die uit de luchtuitlaat stroomt evenredig wordt verdeeld. In andere woorden, de lucht die uit de luchtuitlaat stroomt wordt over het gehele dwarsdoorsnedeoppervlak van de luchtuitlaat evenredig uitgestoten. Bij voorkeur omvat het verdelingsscherm een luchtdoorlatend textiel, en/of cen geperforeerde plaat.
Volgens een verdere uitvoeringsvorm van de luchtdesinfectie-inrichting ligt de luchtuitstroomsnelheid in het bereik van 0,2 m/s tot 2 m/s, bij voorkeur in het bereik van 0,4 m/s tot 2 m/s, en bij verdere voorkeur 0,5 m/s tot 2 m/s. Uit testen met de luchtdesinfectie-inrichting is gebleken dat bij deze uitstroomsnelheden, en in het bijzonder bij een uitstroomsnelheid tussen de 0,5en 2 m/s, een uitstekend resultaat wordt bereikt. Dat wil zeggen dat de vervuilde lucht effectief wordt verdrongen vanaf de luchtuitlaat in richting van de luchtinlaat door de gehele ruimte. Volgens een verdere uitvoeringsvorm van de luchtdesinfectie-inrichting omvatten de luchtverplaatsingsmiddelen een debietcapaciteit van 300 m?/uur tot 4000 m?/uur. De debietcapaciteit, i.e. de hoeveelheid lucht per tijdseenheid die kan worden gedesinfecteerd door de luchtdesinfectie-inrichting, kan worden ingesteld, bijvoorbeeld in afhankelijkheid van het volume van de ruimte, en/of een wettelijk en/of wenselijk circulatievoud. Het circulatievoud is het aantal keer dat een ruimte-inhoud van de ruimte per uur wordt ververst met gedesinfecteerde lucht door de luchtdesinfectie-inrichting. Het circulatievoud van de luchtdesinfectie-inrichting is bij voorkeur ten minste tweevoudig, en bij verdere voorkeur gelijk aan of hoger dan het wettelijk verplichte circulatievoud. Het wettelijk verplichte circulatievoud kan verschillen per jurisdictie en/of het type ruimte (e.g. operatiekamer van een ziekenhuis, cen concertzaal, cen horeca-etablissement, et cetera). Als voorbeeld voorziet een debietcapaciteit van 300 m?/uur in een tweevoudig circulatievoud in een ruimte of zone met een vloeroppervlak van circa 50 tot 60 m2, bij een — ruimtehoogte van circa 2,5 tot 3 m. Als verder voorbeeld voorziet een debietcapaciteit van 4000 m?/uur in een viervoudig tot zesvoudig circulatievoud bij een vloeroppervlak van circa 220 m? (ruimtehoogte van circa 3 meter, en zesvoudig circulatievoud), tot een vloeroppervlak van 400 m? (ruimtehoogte 2,5 meter, en viervoudig circulatievoud).
Volgens een verdere uitvoeringsvorm van de luchtdesinfectie-inrichting omvatten de luchtdesinfectiemiddelen een ionisator en/of een UV-lichtbron. Bij voorkeur straalt de UV- lichtbron UV-C-licht uit, bij voorkeur met een golflengte van 200 nm tot 300 nm, bij verdere voorkeur met een golflengte van 240 nm tot 280 nm, en bij nog verdere voorkeur met een golflengte van circa 254 nm. Een ionisator is bijvoorbeeld een apparaat dat hoog voltage gebruikt om luchtatomen en -moleculen te ioniseren, i.e. om deze elektrische lading te geven. De ionisator omvat bij voorkeur tevens een elektrostatisch positief (of negatief) geladen plaat waarmee deeltjes,
bijvoorbeeld onder andere bacteriën en virussen, uit de lucht kunnen worden gevangen na ionisatie. Aanvullend of als alternatief kan de ionisator ozon genereren. Ozon is sterk reactief, en kan derhalve chemicaliën en geuren uit de lucht filteren. Een UV-lichtbron genereert licht in het UV- (ultraviolet) spectrum, dat een golflengte omvat tussen circa 10 nm en 400 nm. De UV-lichtbron 5 7endt bij voorkeur UV-C-licht uit, dat een golflengte omvat van tussen 100 nm en 300 nm, en dat bekend staat als sterk desinfecterend. UV-C-licht kan bijvoorbeeld bacteriën, virussen, en eencelligen (zoals protozoa) vernietigen. De UV-lichtbron is bijvoorbeeld een lage-druk kwiklamp, cen hoge-druk kwiklamp, een LED-lamp, een excimeerlamp, of een combinatie daarvan. Door gebruik van de luchtdesinfectiemiddelen wordt vervuilde lucht uit de ruimte effectief gedesinfecteerd, waardoor gezondheidsrisico’s voor personen in de ruimte worden gemitigeerd. De vervuilde lucht kan bijvoorbeeld vervuilingen zoals organismen (e.g. bacteriën, eencelligen, virussen, parasieten, et cetera) bevatten, welke vervuilingen, en in het bijzonder organismen, effectief door de luchtdesinfectiemiddelen worden geneutraliseerd.
Volgens een verdere uitvoeringsvorm van de luchtdesinfectie-inrichting omvat deze voorts een in de behuizing opgenomen luchtfilter dat is ingericht om lucht te filteren die door de behuizing van de luchtinlaat naar de luchtuitlaat stroomt. Bij voorkeur omvat het luchtfilter ten minste één van cen EPA-filter, een HEPA- (high-efficiency particulate air) filter, een koolfilter, een geplisseerd (pleat) filter en/of een zakkenfilter. Een EPA- of HEPA-filter is een zeer efficiënt filter dat tussen minimaal 85% en maximaal circa 99,999995% van stofdeeltjes van 0,3 um afvangt, afhankelijk van de HEPA-klasse van het filter (volgens Europese norm 1822:2009 van de EU) dat van E10 (>85%) tot U17 (>99,999995%) loopt. Een of meerdere luchtfilters kunnen stroomopwaarts van de luchtdesinfectiemiddelen, stroomafwaarts van de luchtdesinfectiemiddelen, of stroomopwaarts en stroomafwaarts van de luchtdesinfectiemiddelen worden voorzien. Bij voorkeur omvat het luchtfilter een actief koolstoffilter, i.e. een koolfilter. Bij voorkeur bevat het filterelement een actief koolstoffilter in combinatie met een of meer andere filters, welke alle in het bijzonder zijn uitgevoerd als plaatfilters. Bij verdere voorkeur omvat het filter een geplisseerd (pleat) filter of zakkenfilter, bijvoorbeeld als voorfilter. Het geplisseerde (pleat) filter of zakkenfilter is bijvoorbeeld een F5-, F6-, F7-, F8-, of F9- filter.
Bij voorkeur is het luchtfilter stroomafwaarts van de luchtdesinfectiemiddelen, en in het bijzonder de UV-lichtbron, in de behuizing opgenomen. Daardoor worden deeltjes uit de lucht, bijvoorbeeld onder andere bacteriën en virussen, die door het luchtfilter worden gevangen, bijvoorbeeld langer blootgesteld aan het UV-licht dat de UV-lichtbron uitstraalt, waarbij het UV-licht bij voorkeur UV- C-licht is. Bij voorkeur is tevens een voorfilter opgenomen in de behuizing, stroomopwaarts van de UV-lichtbron, waarbij het voorfilter bijvoorbeeld een grof filter is. Bij nog verdere voorkeur is stroomafwaarts van de luchtdesinfectiemiddelen en het luchtfilter een koolfilter aangebracht in de behuizing, waarmee bij voorbeeld deeltjes zoals ozon kunnen worden opgevangen.
Bij nog verdere voorkeur zijn in de behuizing de volgende componenten aangebracht, in volgorde van stroomafwaarts van de luchtinlaat naar stroomopwaarts van de luchtuitlaat: een voorfilter, een UV- lichtbron, een luchtfilter (zoals een HEPA of E10 filter), en een koolfilter.
Als alternatief op, of additioneel aan het luchtfilter kan tevens een elektrostatisch luchtfilter zijn aangebracht in de behuizing.
In het algemeen omvat een elektrostatisch luchtfilter een ionisatiesectie, waar deeltjes in de lucht zich door een ioniserend veld verplaatsen en elektrostatisch worden geladen, en een collectiesectie, met platen met een onderling potentiaalverschil, waardoor de geladen deeltjes worden aangetrokken en opgevangen.
Bij voorkeur vormt de luchtdesinfectie-inrichting een op zichzelf staande eenheid die op het lichtnet kan worden aangesloten, bijvoorbeeld middels een voedingskabel, zoals een snoer en stekker die op een stopcontact kan worden aangesloten.
In andere woorden is de luchtdesinfectie- inrichting bij voorkeur een afzonderlijke eenheid, bij voorkeur verplaatsbaar, welke stekkerklaar is uitgevoerd.
Derhalve vormt de afzonderlijke eenheid een “plug-and-play”-apparaat.
Volgens een tweede aspect van de onderhavige uitvinding voorziet deze in een werkwijze voor het desinfecteren van lucht in een voor personen toegankelijke ruimte omvattende de stappen van: - het door middel van luchtverplaatsingsmiddelen aanzuigen van lucht door een luchtinlaat, - het door middel van luchtdesinfectiemiddelen desinfecteren van de aangezogen lucht, - het door middel van de luchtverplaatsingsmiddelen uitblazen van de gedesinfecteerde lucht door een luchtuitlaat, waarbij het uitblazen van de gedesinfecteerde lucht geschiedt volgens het luchtverdringingsprincipe, waarbij een luchtuitstroomsnelheid van de gedesinfecteerde lucht uit de luchtuitlaat zodanig is ingesteld dat vermenging van de gedesinfecteerde lucht met omgevingslucht wordt geminimaliseerd.
De werkwijze heeft ten minste dezelfde voordelen als de voordelen genoemd met betrekking tot de luchtdesinfectie-inrichting volgens het eerste aspect van de onderhavige uitvinding.
Volgens een verdere uitvoeringsvorm van de werkwijze vindt het aanzuigen van lucht nabij een plafond van de ruimte plaats.
Hierdoor wordt de vervuilde lucht in de ruimte richting het plafond gezogen, waardoor personen aanwezig in de ruimte deze vervuilde lucht niet of minder inademen.
Volgens een verdere uitvoeringsvorm van de werkwijze vindt het uitblazen van gedesinfecteerde lucht nabij een vloer van de ruimte plaats. Hierdoor wordt middels het luchtverdringingsprincipe de vervuilde lucht gelijkmatig opwaarts in de ruimte richting het plafond van de ruimte verdrongen. Bij voorkeur wordt de vervuilde lucht naar een minimale hoogte van 1,80 m verdrongen, zodat de gemiddelde persoon de vervuilde lucht niet inademt. Bij verdere voorkeur wordt de vervuilde lucht naar een hoogte van 2 m of meer verdrongen, zodat het merendeel van de personen de vervuilde lucht niet inademt. Volgens een verdere uitvoeringsvorm van de werkwijze wordt het desinfecteren van de aangezogen lucht bereikt middels het beschijnen van de aangezogen lucht met UV-licht, bij voorkeur UV-C-licht, en/of middels het ioniseren van de aangezogen lucht. Door gebruik van de UV-licht en/of ionisatie wordt vervuilde lucht uit de ruimte effectief gedesinfecteerd, waardoor gezondheidsrisico’s voor personen in de ruimte worden gemitigeerd. De vervuilde lucht kan bijvoorbeeld vervuilingen zoals organismen (e.g. bacteriën, eencelligen, virussen, parasieten, et cetera) bevatten, welke vervuilingen, en in het bijzonder organismen, effectief door het UV-licht en/of ionisatie worden geneutraliseerd. Volgens een derde aspect van de onderhavige uitvinding voorziet deze in een ruimte, zoals een kamer, voorzien van een luchtdesinfectie-inrichting volgens het eerste aspect van de uitvinding, en/of één of meerdere uitvoeringsvormen daarvan. Bij voorkeur is de luchtinlaat nabij een plafond van de ruimte (e.g. kamer) opgesteld, en is de luchtuitlaat nabij een vloer van de ruimte opgesteld. De onderhavige uitvinding zal hieronder nader worden toegelicht onder verwijzing naar de aangehechte figuren, waarbij: - Figuur 1 een luchtdesinfectie-inrichting voor het desinfecteren van lucht in een voor personen toegankelijke ruimte toont; en - Figuur 2 een schetsmatige principeweergave van luchtstromen in relatie tot de luchtdesinfectie-inrichting toont.
In Figuur 1 is een luchtdesinfectie-inrichting 1 voor het desinfecteren van lucht in een voor personen toegankelijke ruimte getoond. De luchtdesinfectie-inrichting 1 omvat een behuizing 2 met een luchtinlaat 3, een luchtuitlaat 4 en luchtdesinfectiemiddelen 5. Door de luchtinlaat 3 heen kan lucht vanuit de ruimte de behuizing 2 instromen. Lucht die door de behuizing 2 van de luchtinlaat 3 naar de luchtuitlaat 4 stroomt, wordt gedesinfecteerd door de luchtdesinfectiemiddelen 5, zoals UV-C-lampen. Door de luchtuitlaat 4 heen kan gedesinfecteerde lucht de behuizing 2 uitstromen, waarbij de uitstroomrichting van de gedesinfecteerde lucht uit de luchtuitlaat 4 in hoofdzaak horizontaal is.
Figuur 1 toont verder luchtverplaatsingsmiddelen 6 voor het verplaatsen van lucht vanaf de luchtinlaat 3 door de behuizing 2 naar de luchtuitlaat 4. Luchtverplaatsingsmiddelen 6 kunnen onder andere ventilatoren, balgen, en andere voor de vakman bekende luchtverplaatsingsmiddelen 6 zijn.
De luchtverplaatsingsmiddelen 6 zijn stroomafwaarts van de filters 7,8,9 en de desinfectiemiddelen 5 voorzien.
Bijkomend voordeel van het zo ver mogelijk stroomafwaarts plaatsen van de luchtverplaatsingsmiddelen 6 is dat de luchtverplaatsingsmiddelen 6 minder snel vervuild raken, daar de lucht reeds is gefilterd door de luchtfilters 7,8,9 en gedesinfecteerd door de luchtdesinfectiemiddelen 5. Verder bijkomend voordeel van het zo ver mogelijk stroomafwaarts plaatsen van de luchtverplaatsingsmiddelen 6 is dat de stroomvoeding (niet getoond) van de luchtverplaatsingsmiddelen 6 eveneens onderin de behuizing 2 kan worden geplaatst, waardoor een eventuele stekkeraansluiting (niet getoond) van de luchtdesinfectie-inrichting 1 zich nagenoeg op vloerhoogte 10 van de ruimte bevindt, alwaar zich in veel gebouwen ook stopcontacten bevinden.
Een eerste luchtfilter 7, ofwel voorfilter 7, voor het filteren van lucht bij de luchtinlaat 3, een tweede luchtfilter 8, en een derde luchtfilter 9 voor het filteren van lucht bij de luchtuitlaat 4 zijn ingericht om lucht te filteren die door de behuizing 2 van de luchtinlaat 3 naar de luchtuitlaat 4 stroomt.
Het eerste luchtfilter 7, het tweede luchtfilter 8, en het derde luchtfilter 9 kunnen bijvoorbeeld een koolstoffilter en/of een HEPA-filter en/of een zakkenfilter omvatten.
Het is tevens denkbaar dat slechts het eerste filter 7 of het tweede filter 8 of het derde filter 9 (of een combinatie daarvan) in de luchtdesinfectie-inrichting 1 zijn voorzien.
Het is tevens denkbaar dat verdere filters (niet getoond) worden verschaft in of op de behuizing 2. De filters 7,8,9 kunnen uitneembaar in de behuizing 2 worden opgenomen, zodat deze eenvoudig kunnen worden vervangen.
De luchtdesinfectie-inrichting 1 kan tevens zijn voorzien van indicators, zoals lampen, geluidssignaalgenerators, of een display, waarmee bijvoorbeeld kan worden aangegeven wanneer de filters 7,8,9 dienen te worden vervangen, bijvoorbeeld na een bepaald volume lucht dat door de inrichting 1 is gedesinfecteerd of na een bepaalde bedrijfstijdspanne van de inrichting 1. Bij voorkeur is het voorfilter 7 een geplisseerd filter of een zakkenfilter, zoals een F5-, F6-, F7-, F8-, of F9-filter.
Een dergelijk filter is bijvoorbeeld geschikt als voorfilter 7, om stof (vaste deeltjes) uit de lucht te filteren alvorens de lucht wordt gedesinfecteerd door de luchtdesinfectiemiddelen 5, en eventueel wordt gefilterd door de verdere filters 8,9. Het tweede filter 8 is bij voorkeur een EPA- of een HEPA-filter, en het derde filter 9 is bij voorkeur een koolfilter.
In Figuur 2 zijn luchtstromen door pijlen schetsmatig weergegeven.
De luchtverplaatsingsmiddelen
6 verplaatsen lucht vanaf de luchtinlaat 3 door de behuizing 2 naar de luchtuitlaat 4. De uitstroomrichting van door de luchtdesinfectiemiddelen 5 gedesinfecteerde lucht uit de luchtuitlaat
4 is in hoofdzaak horizontaal. Hierdoor verdringt de gedesinfecteerde lucht uit de luchtuitlaat 4 de omgevingslucht van onderaf volgens het verdringingsprincipe, waarbij een luchtuitstroomsnelheid van de gedesinfecteerde lucht uit de luchtuitlaat 4 zodanig is ingesteld dat vermenging van de gedesinfecteerde lucht met in de ruimte aanwezige omgevingslucht wordt geminimaliseerd. De omgevingslucht die van onderaf volgens het verdringingsprincipe door de gedesinfecteerde lucht verdrongen wordt, wordt richting de luchtinlaat 3 geduwd, die op een verticale afstand van de luchtuitlaat 4 is opgesteld. Bij voorkeur is de verticale afstand minimaal 1,80 meter, waarbij de luchtuitlaat 4 bij verdere voorkeur nabij een vloer van de ruimte is opgesteld. Door de luchtinlaat 3 heen kan omgevingslucht, die bij voorkeur minimaal vermengd is met gedesinfecteerde lucht, de behuizing 2 instromen. Met andere woorden wordt de gedesinfecteerde lucht bij voorkeur op vloerhoogte 10 uitgeblazen door de luchtuitlaat 4 van de inrichting 1, waarna de lucht in de ruimte richting het plafond van de ruimte wordt verdrongen, en vervolgens in een hoogtezone van de ruimte van bij voorkeur boven 1,8 meter wordt ingezogen door de luchtinlaat 3.
Dein Figuren 1 en 2 getoonde luchtdesinfectie-inrichtingen 1 zijn bij voorkeur op zichzelf staande, eventueel verplaatsbare, eenheden. In een niet getoonde uitvoeringsvorm kan een luchtdesinfectie- inrichting 1 worden voorzien van verplaatsingsmiddelen (niet getoond), zoals (zwenk)wielen die bijvoorbeeld onder de behuizing 2 worden geplaatst, ofwel op een of meerdere zijkanten van de behuizing 2 wanneer deze bijvoorbeeld 90 graden moet worden gekanteld voor transport. Bij voorkeur is de luchtdesinfectie-inrichting 1 voorzien van een stroomvoeding alsook een daaraan aangesloten voedingskabel en stekker. De stekker kan bij voorkeur in een standaard stopcontact worden opgenomen, om zodoende de luchtdesinfectie-inrichting 1 van stroom te voorzien. Bij voorkeur worden de luchtverplaatsingsmiddelen 6 en de luchtdesinfectiemiddelen 5 door dezelfde stroomvoeding van stroom voorzien. Het is tevens denkbaar dat meerdere luchtdesinfectie- inrichtingen 1 aan elkaar kunnen worden gekoppeld ofwel afzonderlijk van elkaar in de ruimte worden voorzien, teneinde een grotere debietcapaciteit te kunnen verschaffen voor een bepaalde ruimte.
Opgemerkt wordt dat de uitvinding niet is beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvormen en zich tevens uitstrekt tot andere uitvoeringsvormen vallend binnen het bereik van de aangehechte conclusies.

Claims (14)

Conclusies
1. Luchtdesinfectie-inrichting voor het desinfecteren van lucht in een voor personen toegankelijke ruimte, omvattende: cen behuizing met een luchtinlaat, een luchtuitlaat, en luchtdesinfectiemiddelen, waarbij de luchtdesinfectiemiddelen zijn ingericht om lucht te desinfecteren die door de behuizing van de luchtinlaat naar de luchtuitlaat stroomt, teneinde gedesinfecteerde lucht te verkrijgen, waarbij de luchtdesinfectiemiddelen een UV-lichtbron omvatten welke UV- C-licht uitstraalt; en luchtverplaatsingsmiddelen voor het verplaatsen van lucht vanaf de luchtinlaat naar de luchtuitlaat, waarbij de luchtverplaatsingsmiddelen zodanig zijn ingericht dat de luchtdesinfectie-inrichting werkt volgens het luchtverdringingsprincipe, waarbij een luchtuitstroomsnelheid van de gedesinfecteerde lucht uit de luchtuitlaat zodanig is ingesteld dat de lucht uit de luchtuitlaat gelijkmatig wordt verspreid en vermenging van de gedesinfecteerde lucht met omgevingslucht wordt geminimaliseerd, waarbij de luchtuitlaat onder de luchtinlaat is opgesteld, en bij voorkeur op een vloerhoogte van de ruimte, en waarbij de luchtdesinfectie-inrichting een afzonderlijke op zichzelf staande cenheid vormt die op het lichtnet kan worden aangesloten, bijvoorbeeld middels een voedingskabel.
2. Luchtdesinfectie-inrichting volgens conclusie 1, waarbij de behuizing is voorzien van verplaatsingsmiddelen, zoals zwenkwielen, teneinde de luchtdesinfectie-inrichting te kunnen verplaatsen.
3. Luchtdesinfectie-inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij een verticale afstand tussen de luchtinlaat en de luchtuitlaat ten minste 1,5 m bedraagt, bij voorkeur ten minste 1,8 m, en bij verdere voorkeur meer dan 2 m.
4. Luchtdesinfectie-inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij een luchtuitstroomrichting van de gedesinfecteerde lucht uit de luchtuitlaat in hoofdzaak horizontaal is.
5. Luchtdesinfectie-inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de luchtuitstroomsnelheid in het bereik van 0,2 m/s tot 2 m/s ligt, bij voorkeur in het bereik van 0,4 m/s tot 2 m/s, en bij verdere voorkeur 0,5 m/s tot 2 m/s.
6. Luchtdesinfectie-inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de luchtverplaatsingsmiddelen een debietcapaciteit van 300 m3/uur tot 4000 m?/uur omvatten.
7. Luchtdesinfectie-inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de luchtdesinfectiemiddelen voorts een ionisator omvatten.
8. Luchtdesinfectie-inrichting volgens conclusie 7, waarbij het UV-C-licht een golflengte heeft van 200 nm tot 300 nm, 240 nm tot 280 nm, of circa 254 nm.
9. Luchtdesinfectie-inrichting volgens een der voorgaande conclusies, voorts omvattende een in de behuizing opgenomen luchtfilter dat is ingericht om lucht te filteren die door de behuizing van de luchtinlaat naar de luchtuitlaat stroomt.
10. Luchtdesinfectie-inrichting volgens conclusie 9, waarbij het luchtfilter ten minste één van een EPA-filter, cen HEPA-filter, een geplisseerd filter, een zakkenfilter, en een koolfilter omvat.
11. Luchtdesinfectie-inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de luchtuitlaat voorts is voorzien van cen verdelingsscherm, dat er voor zorgt dat de lucht die uit de luchtuitlaat stroomt evenredig wordt verdeeld, bij voorkeur waarbij het verdelingsscherm een luchtdoorlatend textiel, en/of een geperforeerde plaat omvat.
12. Kamer, omvattende een luchtdesinfectie-inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de luchtinlaat nabij een plafond van de kamer is opgesteld, en de luchtuitlaat nabij een vloer van de kamer is opgesteld.
13. Werkwijze voor het desinfecteren van lucht in een voor personen toegankelijke ruimte, omvattende de stappen van: het door middel van luchtverplaatsingsmiddelen aanzuigen van lucht door een luchtinlaat, waarbij het aanzuigen van lucht nabij een plafond van de ruimte plaatsvindt; het door middel van luchtdesinfectiemiddelen desinfecteren van de aangezogen lucht, waarbij het desinfecteren van de aangezogen lucht wordt bereikt middels het beschijnen van de aangezogen lucht met UV-C-licht; en het door middel van de luchtverplaatsingsmiddelen uitblazen van de gedesinfecteerde lucht door een luchtuitlaat, waarbij het uitblazen van gedesinfecteerde lucht nabij een vloer van de ruimte plaatsvindt, en waarbij het uitblazen van de gedesinfecteerde lucht geschiedt volgens het luchtverdringingsprincipe, waarbij een luchtuitstroomsnelheid van de gedesinfecteerde lucht uit de luchtuitlaat zodanig is ingesteld dat vermenging van de gedesinfecteerde lucht met omgevingslucht wordt geminimaliseerd.
14. Werkwijze volgens conclusie 13, waarbij het desinfecteren van de aangezogen lucht tevens wordt bereikt middels het ioniseren van de aangezogen lucht.
BE20215718A 2020-09-15 2021-09-14 Luchtdesinfectie-inrichting en werkwijze voor het desinfecteren van lucht BE1028571B1 (nl)

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2026466A NL2026466B1 (nl) 2020-09-15 2020-09-15 Luchtdesinfectie-inrichting en werkwijze voor het desinfecteren van lucht

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1028571A1 true BE1028571A1 (nl) 2022-03-23
BE1028571B1 BE1028571B1 (nl) 2022-08-23

Family

ID=72802124

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20215718A BE1028571B1 (nl) 2020-09-15 2021-09-14 Luchtdesinfectie-inrichting en werkwijze voor het desinfecteren van lucht

Country Status (3)

Country Link
BE (1) BE1028571B1 (nl)
DE (1) DE202021104983U1 (nl)
NL (1) NL2026466B1 (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN114562788A (zh) * 2022-02-25 2022-05-31 苏州捷康人工智能科技有限公司 一种消杀及机器人的风道

Family Cites Families (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
AU2003208300A1 (en) * 2002-02-14 2003-09-04 Henrik Hendriksen Air disinfection unit
JP5859960B2 (ja) * 2009-07-17 2016-02-16 テクニカル ユニバーシティ オブ デンマークTechnical University Of Denmark 微生物及び空気中の健康有害物質の広がりを低減するための並びに/又は微生物及び空気中の健康有害物質から保護するための装置及び方法
US11268710B2 (en) * 2009-12-31 2022-03-08 David J. Carpenter Displacement ventilation systems for enclosed spaces
US10767879B1 (en) * 2014-02-13 2020-09-08 Gregg W Burnett Controlling and monitoring indoor air quality (IAQ) devices
DE102015004831A1 (de) * 2015-04-14 2016-10-20 Peter Fuchs Funktionseinheit zur Herstellung von keimfreier Luft im Innenbereich von geschlossenen technischen Lagersystemen

Also Published As

Publication number Publication date
BE1028571B1 (nl) 2022-08-23
DE202021104983U1 (de) 2021-10-25
NL2026466B1 (nl) 2022-05-16

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5656242A (en) Air purifier device
US5616172A (en) Air treatment system
US6736133B2 (en) Air filtration and sterilization system for a fireplace
US8562913B2 (en) Air filtration and purification system
US6503458B1 (en) Air purifier
US20060150819A1 (en) Electro-optical air purifier with ionizer
WO2001036068A1 (en) A system for cleaning air and method for using same
US20050175512A1 (en) Electro-optical air sterilizer with ionizer
CN111727348A (zh) 空气灭菌器单元
BE1028571B1 (nl) Luchtdesinfectie-inrichting en werkwijze voor het desinfecteren van lucht
KR102446938B1 (ko) 복합살균식 공기 살균기
US20150202107A1 (en) Air purification system for operating theatres
US20210396408A1 (en) Anti-viral and antibacterial air filtration system
JP2006006923A (ja) ナノ電子光学式空気滅菌器、及びイオン化装置を備えた新鮮空気生成器
KR20230038284A (ko) 공기 정화 장치
JP3051083B2 (ja) 空気清浄機
DE202020004562U1 (de) Luftreiniger mit Sterilisationsunterstützung
US20220047767A1 (en) Device containing air detection, filtering, disinfecting and conditioning elements with display
US20220203284A1 (en) Air filtration system
CN215412352U (zh) 一种高辐照剂量紫外线空气净化系统
TW201111718A (en) Air purifier
KR102575939B1 (ko) 살균혼합공기 확산공급장치
US20060008391A1 (en) Nano electro-optical air sterilizer and fresh air maker with ionizer
KR20210091072A (ko) 공기청정기
CN112739388B (zh) 用于处理空气的设备以及处理单元

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20220823