BE1028158B1 - Inhalatie-inrichting - Google Patents

Inhalatie-inrichting Download PDF

Info

Publication number
BE1028158B1
BE1028158B1 BE20205187A BE202005187A BE1028158B1 BE 1028158 B1 BE1028158 B1 BE 1028158B1 BE 20205187 A BE20205187 A BE 20205187A BE 202005187 A BE202005187 A BE 202005187A BE 1028158 B1 BE1028158 B1 BE 1028158B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
aerosol
laser
liquid
dispensing tube
wavelength
Prior art date
Application number
BE20205187A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1028158A1 (nl
Inventor
Guillaume Coigniez
Peter Cogniez
Original Assignee
Coigniez Walraevens Bvba
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Coigniez Walraevens Bvba filed Critical Coigniez Walraevens Bvba
Priority to BE20205187A priority Critical patent/BE1028158B1/nl
Priority to US17/913,027 priority patent/US20230173200A1/en
Priority to CA3172438A priority patent/CA3172438A1/en
Priority to PCT/IB2021/052306 priority patent/WO2021191756A1/en
Priority to EP21717529.8A priority patent/EP4126137A1/en
Publication of BE1028158A1 publication Critical patent/BE1028158A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1028158B1 publication Critical patent/BE1028158B1/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61MDEVICES FOR INTRODUCING MEDIA INTO, OR ONTO, THE BODY; DEVICES FOR TRANSDUCING BODY MEDIA OR FOR TAKING MEDIA FROM THE BODY; DEVICES FOR PRODUCING OR ENDING SLEEP OR STUPOR
    • A61M15/00Inhalators
    • A61M15/02Inhalators with activated or ionised fluids, e.g. electrohydrodynamic [EHD] or electrostatic devices; Ozone-inhalators with radioactive tagged particles
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61MDEVICES FOR INTRODUCING MEDIA INTO, OR ONTO, THE BODY; DEVICES FOR TRANSDUCING BODY MEDIA OR FOR TAKING MEDIA FROM THE BODY; DEVICES FOR PRODUCING OR ENDING SLEEP OR STUPOR
    • A61M11/00Sprayers or atomisers specially adapted for therapeutic purposes
    • A61M11/02Sprayers or atomisers specially adapted for therapeutic purposes operated by air or other gas pressure applied to the liquid or other product to be sprayed or atomised
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61MDEVICES FOR INTRODUCING MEDIA INTO, OR ONTO, THE BODY; DEVICES FOR TRANSDUCING BODY MEDIA OR FOR TAKING MEDIA FROM THE BODY; DEVICES FOR PRODUCING OR ENDING SLEEP OR STUPOR
    • A61M11/00Sprayers or atomisers specially adapted for therapeutic purposes
    • A61M11/06Sprayers or atomisers specially adapted for therapeutic purposes of the injector type
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61MDEVICES FOR INTRODUCING MEDIA INTO, OR ONTO, THE BODY; DEVICES FOR TRANSDUCING BODY MEDIA OR FOR TAKING MEDIA FROM THE BODY; DEVICES FOR PRODUCING OR ENDING SLEEP OR STUPOR
    • A61M15/00Inhalators
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61MDEVICES FOR INTRODUCING MEDIA INTO, OR ONTO, THE BODY; DEVICES FOR TRANSDUCING BODY MEDIA OR FOR TAKING MEDIA FROM THE BODY; DEVICES FOR PRODUCING OR ENDING SLEEP OR STUPOR
    • A61M2210/00Anatomical parts of the body
    • A61M2210/10Trunk
    • A61M2210/1025Respiratory system
    • A61M2210/1039Lungs

Landscapes

  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Biomedical Technology (AREA)
  • Heart & Thoracic Surgery (AREA)
  • Hematology (AREA)
  • Anesthesiology (AREA)
  • Animal Behavior & Ethology (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • Veterinary Medicine (AREA)
  • Bioinformatics & Cheminformatics (AREA)
  • Pulmonology (AREA)
  • Medicinal Preparation (AREA)
  • Pharmaceuticals Containing Other Organic And Inorganic Compounds (AREA)

Abstract

Deze uitvinding betreft een inrichting (1) voor het produceren van een aerosol voor inhalatie door een persoon, omvattende een vloeistofreservoir (2) voor een vloeistof, een vernevelelement (3) voorzien om de vloeistof uit het vloeistofreservoir (2) om te zetten in een aerosol en een afgeefbuis (4) met een uitvoeropening (5) waarlangs het geproduceerde aerosol afgeefbaar is zodat het door een persoon kan geïnhaleerd worden, waarbij de inrichting (1) verder een laser (6) omvat voorzien voor het genereren van een lichtbundel geschikt om het aerosol te bestralen tijdens zijn traject doorheen de afgeefbuis (4).

Description

INHALATIE-INRICHTING Deze uitvinding betreft enerzijds een inrichting voor het produceren van een aerosol voor inhalatie door een persoon, omvattende een vloeistofreservoir voor een vloeistof, een vernevelelement voorzien om de vloeistof uit het vloeistofreservoir om te zetten in een aerosol en een afgeefbuis met een uitvoeropening waarlangs het geproduceerde aerosol afgeefbaar is zodat het door een persoon kan geïnhaleerd worden. Deze inrichting betreft in het bijzonder een inrichting voor het behandelen van acute en chronische longaandoeningen.
Anderzijds betreft deze uitvinding een werkwijze voor het bekomen van een aerosol geschikt voor het behandelen van acute en chronische longaandoeningen. Momenteel bestaan er reeds diverse manieren om acute en chronische longaandoeningen te behandelen, enerzijds met behulp van medicamenten (antibiotica, corticoïden, antihistaminica, antitussiva, enz...) die via perorale therapie, inhalatie therapie of parenterale therapie worden toegediend. En anderzijds via mechanische methodes, zoals bijv. ademhalingskiné, tapotage, autogene drainage.
Aerosol therapie waarbij een medicament bevattende vloeistof in aerosol-vorm wordt toegediend, aan zowel kinderen als volwassenen bij astma of ontstekingen aan de luchtwegen is algemeen bekend. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een zogenaamde vernevelaar die een medicijnoplossing omzet in een nevel of mist. De gevormde nevel kan vervolgens via een mondstuk (of een neus/mondmasker) ingeademd worden waardoor het vernevelde medicijn makkelijk in de luchtwegen komt. Vaak gebruikte medicijnen die verneveld kunnen worden zijn onder meer onstekingsremmers, slijmoplossers, luchtwegverwijders en antibiotica.
Deze aanvraag is gebaseerd op het principe van aerosol therapie waarbij de aanvrager op verrassende wijze heeft vastgesteld dat een vernevelaar kan omgevormd worden tot een inrichting voor het produceren van een aerosol welk aerosol een positief effect heeft op de gezondheid van de gebruiker, en dit bij voorkeur voor het behandelen van acute en chronische longaandoeningen.
Deze uitvinding heeft daarom tot doel een inrichting te verschaffen voor het produceren van een aerosol voor inhalatie door een persoon die in het bijzonder gebruikt kan worden door personen met acute en/of chronische longaandoeningen. Het doel van de uitvinding wordt bereikt door te voorzien in een inrichting voor het produceren van een aerosol voor inhalatie door een persoon, omvattende een vloeistofreservoir voor een vloeistof, een vernevelelement voorzien om de vloeistof uit het vloeistofreservoir om te zetten in een aerosol en een afgeefbuis met een uitvoeropening waarlangs het geproduceerde aerosol afgeefbaar is zodat het door een persoon kan geïnhaleerd worden, waarbij de inrichting verder een laser omvat voorzien voor het genereren van een lichtbundel geschikt om het aerosol te bestralen tijdens zijn traject doorheen de afgeefbuis. Door het door het vernevelelement geproduceerd aerosol, bij voorkeur een mengsel van vloeistofdeeltjes in een gas, te bestralen met laserlicht, zal het aerosol een deel van de energie uit het laserlicht opnemen. Wanneer het aldus behandeld aerosol vervolgens wordt ingeademd zal het in contact komen met de slijmvlieslaag waar het onder meer weefselherstel zal bevorderen.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding is de laser voorzien om een lichtbundel te genereren met een golflengte gelegen tussen 500 nm. en 1000 nm. Bij voorkeur is de laser voorzien om een lichtbundel te genereren met een golflengte gelegen tussen 550 nm. en 850 nm. Meer in het bijzonder is de laser voorzien om een lichtbundel te genereren met een golflengte van 650 nm. of 808 nm. Een golflengte van 650 nm. behoort tot het zichtbare lichtspectrum en heeft het voordeel dat er een kleiner risico is op oogletsel wanneer iemand bijvoorbeeld via de afgeefbuis, in de richting van de laser zou kijken. Daarnaast is er het voordeel dat, bij gelijke intensiteit, bestraling van het aerosol met een lagere golflengte, een hogere energetische respons t.h.v het weefsel genereert waarmee het aerosol in contact komt. De laser is bij voorkeur een diodelaser. De diodelaser omvat bij voorkeur twee laserdiodes met een vermogen van elke diode van 5 mW.
Bij een meer voorkeurdragende uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding heeft de afgeefbuis een lengte gelegen tussen 100 mm. en 200 mm. Bij voorkeur zal de afgeefbuis convergeren in de richting van de uitvoeropening. Bij voorkeur omvat de afgeefbuis een verjongd deel waarbij de uitvoeropening voorzien is in het verjongd deel. Door het uiteinde verjongd uit te voeren wordt het mogelijk om binnenin de buis, met name ter hoogte van de overgang naar het verjongd deel van de buis, een turbulente stroming van het aerosol te creëren, waardoor de aerosol nevel langer wordt opgehouden en dus langer bestraald kan worden.
In een bijzondere uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding omvat de afgeefbuis een toevoerkanaal voor aerosol en een opneemkanaal geschikt voor het opnemen van de laser. Het toevoer- en opneemkanaal bevinden zich bij voorkeur in het eerste deel, aan het begin van de afgeefbuis. Het betreffend eerste deel kan integraal deel uitmaken van de afgeefbuis of uitgevoerd zijn als een apart onderdeel (opzetstuk) dat geplaatst kan worden op een tweede buisvormig deel. Beide delen vormen samen de afgeefbuis. Het toevoer- en opneemkanaal bevinden zich op nagenoeg dezelfde hoogte in de afgeefbuis, hierbij 1s het toevoerkanaal boven (of onder) het opneemkanaal voorzien. In de praktijk zal het toevoerkanaal zich bovenaan bevinden omdat hierdoor het aerosol beter verdeeld zal worden in de afgeefbuis. Ter hoogte van het toevoer- en opneemkanaal, zal de afgeefbuis een binnendiameter hebben van 40 à 42 mm, en ter hoogte van de uitvoeropening zal dit 34 à 36 mm. bedragen.
Het vernevelelement werkt op basis van perslucht, hiertoe omvat de inrichting volgens een bijzondere uitvoeringsvorm een persluchtbron, een persluchtleiding om perslucht vanuit de persluchtbron te transporteren naar het vloeistofreservoir en een aanzuigleiding voor het aanzuigen van omgevingslucht. Bij een meest bijzondere uitvoeringsvorm omvat de inrichting overeenkomstig de uitvinding een behuizing met daarin een filterkamer voor het filteren van de aangezogen omgevingslucht. De filterkamer is bij voorkeur geschikt voor het opnemen van een (verwisselbare) luchtfilter. Een ander onderwerp van deze uitvinding betreft een werkwijze voor het bekomen van een aerosol geschikt voor het behandelen van acute en chronische longaandoeningen, waarbij de werkwijze de volgende stappen omvat: - omzetten van een vloeistof in een aerosol; - het bestralen van het gevormd aerosol met laserlicht dat een golflengte heeft gelegen tussen 500 nm. en 1000 nm.
Een dergelijk behandeld aerosol, bij voorkeur een mengsel van vloeistofdeeltjes in een gas, is in het bijzonder geschikt voor het behandelen van acute en chronische longziekten. De genoemde vloeistof is bij voorkeur fysiologisch serum, omdat een dergelijke vloeistof neutraal is voor het menselijk lichaam.
Volgens een voorkeurdragende werkwijze wordt het gevormd aerosol bestraald met laserlicht die een golflengte heeft gelegen tussen 550 nm. en 850 nm. De werkwijze overeenkomstig de uitvinding is in het bijzonder geschikt om toegepast te worden met behulp van de inrichting overeenkomstig deze uitvinding. Deze uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van de hierna volgende gedetailleerde beschrijving van een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een inrichting en werkwijze volgens deze uitvinding. De bedoeling van deze beschrijving is uitsluitend verduidelijkende voorbeelden te geven en om verdere voordelen en bijzonderheden ervan aan te duiden, en kan dus geenszins geïnterpreteerd worden als een beperking van het toepassingsgebied van de uitvinding of van de in de conclusies opgeëiste octrooirechten.
In deze gedetailleerde beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen 5 naar de hierbij gevoegde tekeningen waarbij:
- figuur 1: een perspectiefvoorstelling toont van de inrichting volgens de uitvinding;
- figuur 2: een linkerzijaanzicht is van de in figuur 1 afgebeelde inrichting;
- figuur 3: een rechterzijaanzicht is van de in figuur 1 afgebeelde inrichting;
- figuur 4: een achteraanzicht is van de in figuur 1 afgebeelde inrichting;
- figuur 5: de binnenruimte toont van de in figuur 1 afgebeelde inrichting;
- figuur 6: het eerste deel toont van de afgeefbuis waarin het toevoerkanaal voor aerosol en het opneemkanaal geschikt voor het opnemen van de laser is voorzien;
- figuur 7: een bovenaanzicht toont van het in figuur 6 getoonde deel;
- figuur 8: een voorstelling is van een laser geschikt voor het genereren van een lichtbundel waarmee een aerosol in de afgeefbuis bestraald wordt;
- figuur 9: een voorstelling is van het tweede deel van de afgeefbuis;
- figuur 10: een doorsnede toont van het vloeistofreservoir met vernevelelement.
Deze uitvinding betreft een inrichting (1) voor het produceren van een aerosol voor inhalatie door een persoon waarbij gebruik gemaakt wordt van de zogenaamde aerosollasertherapie.
Bij deze therapie zal men met laserlicht, bij voorkeur rood laserlicht, bestraald genebuliseerd fysiologisch serum gaan inhaleren.
Uit de kwantumfysica weten we dat laserlicht uit het rode en infrarode gebied (en dus ook de hieraan verbonden energie) wordt geabsorbeerd door waterdamp.
Waterdamp wordt gebruikt als vehikel om laserenergie in te ademen, net zoals bij inhalatiemedicatie.
De geïnhaleerde ‘verrijkte’ waterdamp slaat neer op de mucosa van de luchtwegen waardoor ook de geabsorbeerde laserenergie in contact komt met de slijmvlieslaag.
Vanaf hier zal het effect analoog zijn aan het effect na rechtstreekse bestraling met infraroodlaser: op moleculair vlak zullen door energetische stimulatie atomen en moleculen in aangeslagen toestand worden gebracht. Bij het weervinden van de stabiele toestand zal de opgeslagen energie terug vrijkomen en een naburig gelegen atoom of molecule in aangeslagen toestand brengen. Zo ontstaat een kettingreactie waarbij de vrijgekomen energie telkens kan worden aangewend voor het afronden van inflammatie en weefselherstel. Naast het aanleveren van rechtstreeks bruikbare energie ontstaat er capillaire dilatatie die zowel de immuniteitsreactie als het weefselherstel bevordert.
De inrichting (1) volgens de uitvinding wordt afgebeeld op figuur 1 en omvat een vloeistofreservoir (2) geschikt voor het tijdelijk opslaan van een vloeistof. De gebruikte vloeistof is bij voorkeur fysiologisch serum. In het vloeistofreservoir (2) is zoals getoond op figuur 10 een vernevelelement (3) voorzien om de vloeistof uit het vloeistofreservoir op een bekende manier om te zetten in een aerosol. Het vloeistofreservoir (2) vormt samen met een op basis van luchtstroming functionerend vernevelelement (3) een vernevelinrichting (13). De betreffende vernevelinrichting (13) wordt geplaatst op een daartoe voorziene steun (14) in de behuizing (15) van de inrichting (1). De steun (14) wordt gevormd door twee uitsparingen waarin een deel van de vernevelinrichting (13) geplaatst kan worden. De inrichting (1) is verder uitgerust met een afgeefbuis (4) die aansluit op de vernevelinrichting (13). De afgeefbuis (4) heeft een uitvoeropening (5) waarlangs het geproduceerde aerosol de inrichting (1) verlaat zodat het door een persoon geïnhaleerd kan worden. In de afgeefbuis (4) wordt het aerosol bestraald met laserlicht afkomstig van een laser (6). De laser is een diodelaser en omvat in een voorkeurdragende uitvoeringsvorm twee laserdioden (7) met elk een vermogen van 5 mW, in de praktijk zal een laserstraal gegenereerd worden met een golflengte van 650 nm. Vanzelfsprekend kan de golflengte van de laserstraal wijzigen. Voorkeur wordt gegeven aan een golflengte gelegen tussen 500 nm. en 1000 nm.
Het vloeistofreservoir (2) is vervaardigd uit hoogwaardig PVC en heeft een capaciteit van 10 (+ 0.5) ml. Het vernevelelement (3) zal de in het vloeistofreservoir (2) voorziene vloeistof op de gekende wijze gaan vernevelen met behulp van gecomprimeerde lucht. De vernevelde vloeistof (aerosol) zal het vloeistofreservoir via een uitlaat (20) verlaten. Om de vloeistof te kunnen vernevelen omvat de inrichting (1) zoals blijkt uit figuur 5, een in de behuizing (15) voorziene persluchtbron (11) en een persluchtleiding (12) om perslucht vanuit de persluchtbron (11) te transporteren naar het vloeistofreservoir (2). De persluchtbron, kan bijv. een standaard olievrije piston compressor (druk 150 KPa, debiet > 10 L/min) zijn. Vanzelfsprekend is er in de behuizing (15) ook een aanzuigleiding (16) voor omgevingslucht aanwezig. De omgevingslucht komt de behuizing (15) binnen via een filterkamer (17) waarin een (verwisselbare) luchtfilter (18) geplaatst is om te vermijden dat stofdeeltjes of andere onzuiverheden in de compressor komen. In de behuizing (15) zijn tevens ook verschillende ventilatieopeningen (19) aangebracht.
Op de uitlaat (20) van het vloeistofreservoir (2) wordt de afgeefbuis (4) geplaatst zodat het gevormde aerosol onmiddellijk in de afgeefbuis (4) stroomt. De afgeefbuis heeft een lengte gelegen tussen 100 mm. en 200 mm. en zal licht convergeren in de richting van de uitvoeropening. In de praktijk heeft de afgeefbuis (4) in het begin een diameter van ongeveer 45 mm. en aan zijn uiteinde (ter hoogte van de uitvoeropening) een diameter van ongeveer 38 mm. De afgeefbuis (4) kan ééndelig zijn uitgevoerd of kan opgebouwd zijn uit meerdere delen (21; 22). In de afgebeelde inrichting is de afgeefbuis (4) opgebouwd uit twee delen, met name een eerste deel (21) waarlangs het gevormde aerosol binnenkomt en een tweede deel (22) waarin de uitvoeropening (5) is voorzien. Om het eerste deel (21) met het tweede deel (22) te verbinden kan het uiteinde van het eerste deel (21) zoals getoond op figuur 6, voorzien worden van een schroefdraad. Het aerosol komt binnen in de afgeefbuis (4) via het eerste deel (21). Hiertoe omvat het eerste deel (21) een toevoerkanaal (9) (zie figuur 7). Het eerste deel (21) omvat verder een opneemkanaal (10) waarin de laser (module) geplaatst kan worden. Dit opneemkanaal (10) bevindt zich bij voorkeur onder (kan er echter ook boven zijn) het toevoerkanaal (9). Het eerste deel (21) is korter dan het tweede deel. Het eerste deel (21) heeft standaard een lengte van 7 à 8 cm. Het tweede deel (22) van de afgeefbuis (4) is langer uitgevoerd, de lengte van het tweede deel (22) is ongeveer 14 cm. à 17 cm. Het is voornamelijk in het tweede deel (22) van de afgeefbuis (4) dat het aerosol bestraald zal worden met laserlicht. Het tweede deel (22) omvat tevens een verjongd deel (8). In het verjongd deel (8) is de uitvoeropening (5) van de afgeefbuis (4) voorzien. Door het uiteinde, bijv. de laatste 3 cm. van het tweede deel (22) verjongd uit te voeren wordt het mogelijk om binnenin de buis, met name ter hoogte van de overgang naar het verjongd deel (8) een turbulente stroming van het aerosol te creëren waardoor de aerosol nevel langer wordt opgehouden en dus langer bestraald kan worden. Nadat het met laserlicht bestraald aerosol de afgeefbuis (4) verlaat kan het door een gebruiker geïnhaleerd worden. De inrichting volgens de uitvinding, met name de behuizing (15), omvat verder nog een besturingseenheid (27) om de persluchtbron (11) (compressor) aan te sturen, een aanraak bedieningspaneel (23), een voeding voor de lasermodule, een stekkeraansluiting (24), een USB poort (28) en een aan/uit schakelaar (25). De inrichting (1) kan tevens uitgerust worden met een RFID module (26) die gebruikt kan worden om te vermijden dat onbevoegden het toestel zouden gebruiken. In plaats van een RFID module (26) kan ook gebruikt gemaakt worden van een sleutelslot. De inrichting (1) volgens de uitvinding biedt een brede waaier aan toepassingsmogelijkheden, met name voor het behandelen van:
1. Astma bronchiale;
2. Postinfectieuse hoest;
3. Small airways disease;
4. Allergisch astma;
5. COPD twa roken;
6. Bronchiëctasieën;
7. Emfyseem;
8. Virale tracheo-bronchitis;
9. Bacteriële bronchitis;
10. Eradicatie van multiresistente bacteriën uit sputum;
11. Longsarcoidose;
12. Mucoviscidose;
13. Herstel van beschadigd longweefsel na longontsteking (b.v. COVID-19) Deze lijst is niet exhaustief. Zij is illustratief voor de diversiteit van het spectrum van longaandoeningen waarin de techniek en inrichting een toepassing vindt. Theoretisch mag men een positief effect verwachten bij elke longaandoening die gepaard gaat met inflammatie en/of sputumproductie.
1. Astma bronchiale. Het effect op astma bronchiale kan worden begrepen als het losweken van wandstandig sputum, waarbij daarna de inflammatie geleidelijk wordt onderdrukt tot uiteindelijk de aanmaak van sputum wordt gereduceerd naar normale proportie. Al dan niet in combinatie met een langwerkend B2- mimeticum, terwijl inhalatiecorticoïden worden gestopt, leidt dit aanvankelijk tot het terugdringen van ademnood en hoestbuien. Door het terugdringen van de inflammatie is er minder sputumproductie, wat leidt tot minder opstoten en dus ook minder surinfecties. Spirometrie toont toename van FVC, FEVI en Tiffenau-waarde.
Een inhalatiecorticoid-dependente patiënte met een medische contra-indicatie tot het nemen van inhalatiecorticoïden b.v. is na stop inhalatiecorticoïd met een 60-tal behandelingen per jaar aanvalsvrij en is dit inmiddels al 26 maanden lang.
2. Postinfectieuse hoest. Analoog aan het effect op astma bronchiale wordt wandstandig sputum losgeweekt, terwijl de inflammatie geleidelijk wordt onderdrukt tot uiteindelijk de aanmaak van sputum wordt gereduceerd tot normale proportie.
3. Small airways disease. Analoog aan het effect op astma bronchiale wordt wandstandig sputum losgeweekt, terwijl de inflammatie geleidelijk wordt onderdrukt tot uiteindelijk de aanmaak van sputum wordt gereduceerd tot normale proportie
4. Allergisch astma. Ook op het niveau van allergisch astma heeft aërosollasertherapie haar nut al kunnen bewijzen. Op spirometrie leidt dit tot betere resultaten dan met combinatie van inhalatiecorticoïden en B2- mimeticum.
Op basis van anti-imflammatoir effect wordt de aan astma inherente imflammatoire reactie geminimaliseerd en blijven wheezing, hoesten en dyspnoe onderdrukt.
5. COPD twa roken. COPD-patiënten lijden aan hyperproductie van sputum. Aërosollasertherapie heeft een ‘wassend’ effect op het aanwezige sputum, waarna sputumproductie afneemt. Spirometrie toont toename van FVC, FEVI en Tiffenau-waarde.
Tevens zal dit het aantal exacerbaties inperken.
6. Bronchiëctasieën.
Patiënten met bronchiëctasieën (gekend als irreversibel), waarbij delen van de longen constant verwijd en geïrriteerd zijn, zijn onderhevig aan recidiverende infecties. Zij ondervinden vooral nut van de behandeling door een effect van broncho-lavage. De verminderde hoeveelheid residueel sputum leidt achtereenvolgens tot minder exacerbaties en dus minder nood aan antibiotica. Niet alleen het inflammatie-
afrondend effect heeft belang, daar bovenop lijkt het weefselherstellend en -genezend effect ook tot merkbaar resultaat te leiden. Zo worden bij patiënte die reeds meer dan 12 jaar bekend staat met bronchiëctasieën, na 30 sessies van 30 minuten aërosollaser, op CT Thorax met hoge resolutie de bronchiëctasieën door de radioloog, in vergelijking met een hoge resolutue CT van
2.5 jaar eerder, als niet bestaande geprotocoleerd, terwijl de Prof pneumologie ze als beperkt omschrijft. Bij een patiënt waarbij bijna 12 jaar eerder op hoogresolutie CT sprake is van duidelijke bronchiëctasieën, werden, na 30 sessies van 30 minuten aërosollasertherapie, in het protocol van een recent uitgevoerde HRCT, de bronchieëctasieën als minimaal beschreven. Het lijkt niet uitgesloten dat het weefselherstellend effect van de op de mucosa neergeslagen laserenergie hier een aandeel in heeft.
7. Longemfyseem. Langdurige behandeling om reden van uitgesproken blijvende indichting t.h.v. een longkwab na pneumonie leidde tot het verdwijnen van de zogenaamd irreversibele emfysemateuse bullae. Na een 80 tal behandelingen van 1 uur werd het emfyseem op HRCT nog slechts als minimaal geprotocoleerd.
8. Virale tracheo-bronchitis. Om te bepalen of aërosollasertherapie mag voortgezet dan wel dient onderbroken te worden indien er zich een virale luchtweginfectie voordoet tijdens de behandeling, werd de proef op de som genomen. Een virale bronchitis was volledig onderdrukt na 2 dagen (zonder enige vorm van medicatie).
9. Bacteriële bronchitis. Om te bepalen of aërosollasertherapie mag voortgezet worden dan wel dient onderbroken te worden indien er zich een bacteriële luchtweginfectie voordoet tijdens de behandeling, werd tevens de proef op de som genomen.
Een bacteriële bronchitis was volledig genezen na 8 dagen (zonder enige vorm van medicatie).
10. Eradicatie van multiresistente /ziekenhuisbacteriën uit sputum.
Patiënten ondervinden veel nut van de behandeling door het effect van broncho- lavage. Hierdoor wordt geleidelijk aan geïnfecteerde voedingsbodem opgehoest, waarna de inflammatie verder wordt onderdrukt. In combinatie met een langwerkend B2- mimeticum, zonder inhalatiecorticoiden noch antibiotica, leidt dit tot het terugdringen van ademnood. Hoestbuien nemen af in intensiteit, duur en frequentie.
Sputumbrokken worden alsmaar kleiner en minder taai tot uiteindelijk de aanmaak van sputum wordt gereduceerd naar normale proportie. De O2-saturatie neemt terug toe. Het weefselherstellend effect van de op de mucosa neergeslagen laserenergie laat toe de inflammatoire processen tot een minimum te herleiden.
11. Longsarcoïdose.
Een patiënte met longsarcoidose die ondanks gebruik van B2-mimeticum en inhalatiecorticoïd zich aanhoudend beklaagde over dyspnoe en een Oz-saturatie tussen 90-93% vertoonde, evolueerde naar een toestand van amper dyspnoe en een O--saturatie tussen rond 97-98% zonder B2-mimeticum noch inhalatiecorticoïd.
12. Mucoviscidose. De werkzaamheid bij mucopatiënten is nog niet bewezen, maar uit de eerdere ervaringen mag gerust worden verwacht dat de effecten bij mucoviscidosepatiënten gelijkaardig zullen zijn. De productie van taai sputum op congenitale basis zal natuurlijk niet veranderen, mogelijks wordt echter wel minder taai sputum aangemaakt. Maar of taai sputum het gevolg is van mucoviscidose of een andere oorzaak heeft kan niet van invloed zijn op de capaciteit tot het ophoesten en evacueren ervan. Er is geen reden om aan te nemen dat capillaire dilatatie na behandeling met aërosollaser zal uitblijven wat dus mogelijk niet alleen een genezend effect op de mucosa heeft, maar het sputum misschien ook vloeibaarder en dus minder taai zal maken.
13. Herstel van beschadigd longweefsel na longontsteking (bv. COVID-19) In dit specifieke geval is de werkzaamheid op de acute fase van de COVID-19 pneumonie inmiddels ook bewezen. Het resultaat is zondermeer zeer duidelijk te noemen en leidt reeds na een eerste behandeling van 30 minuten tot een merkbar verschil, zowel door patiënt ervaren (makkelijker ademen, minder bevangen voelen, uitgesproken milderen van de hoest, spontaan melden van goede nachtrust) (subjectief) als bij auscultatie door behandelend geneesheer (objectief). Daarnaast is geweten dat enorm restletsel na longontsteking dat door de pneumoloog als blijvend werd voorspeld, na intensieve behandeling volledig werd geresobeerd met normalisatie van het longparenchym op HRCT als gevolg. In dit specifieke geval was er op spirometrie een volumetoename wat betreft geforceerde vitale capaciteit van 33x het resultaat van de geldende medicamenteuse gouden standaard. Er is geen reden waarom de resultaten in het geval van longschade na COVID-19 pneumonie anders zouden zijn. Besluit: Ondanks de reeds brede waaier aan longaandoeningen waarvoor de techniek van aërosollaser inzetbaar is, mag men, zoals reeds eerder gesteld, een positief effect verwachten bij elke longaandoening die gepaard gaat met inflammatie en/of sputumproductie. Wetende dat aërosollasertherapie zonder gebruik van antibiotica in staat is bacteriële infecties te genezen en bij chronisch gebruik het aantal exacerbaties drastisch wordt ingeperkt, is de waarschijnlijkheid groot dat het aantal hospitalisaties voor exacerbaties ook wordt teruggedrongen.
Niet alleen op het niveau van de chronische longpatiënt (groter welbevinden, minder exacerbaties, minder medicatie, minder complicaties) maar evenzeer op gezondheidseconomisch vlak (minder antibiotica, minder ligdagen, mogelijkheid tot bestrijden van chronische infecties met multiresistente ziekenhuismicroben, minder intensieve zorg, minder of uitstel van longtransplantaties...) lijkt de aërosollasertherapie, die bovendien goedkoop is, in staat om een belangrijke impact op het gezondheidsbudget te kunnen realiseren.

Claims (12)

CONCLUSIES
1. Inrichting (1) voor het produceren van een aerosol voor inhalatie door een persoon, omvattende een vloeistofreservoir (2) voor een vloeistof, een vernevelelement (3) voorzien om de vloeistof uit het vloeistofreservoir (2) om te zetten in een aerosol en een afgeefbuis (4) met een uitvoeropening (5) waarlangs het geproduceerde aerosol afgeefbaar is zodat het door een persoon kan geïnhaleerd worden, met het kenmerk dat de inrichting (1) verder een laser (6) omvat voorzien voor het genereren van een lichtbundel geschikt om het aerosol te bestralen tijdens zijn traject doorheen de afgeefbuis (4).
2. Inrichting (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de laser (6) voorzien is om een lichtbundel te genereren met een golflengte gelegen tussen 500 nm. en 1000 nm.
3. Inrichting (1) volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat de laser (6) voorzien is om een lichtbundel te genereren met een golflengte gelegen tussen 550 nm. en 850 nm.
4. Inrichting (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de laser (6) een diodelaser is.
5. Inrichting (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de afgeefbuis (4) een lengte heeft gelegen tussen 100 mm. en 200 mm.
6. Inrichting (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de afgeefbuis (4) een verjongd deel (8) omvat waarbij de uitvoeropening (5) voorzien is in het verjongd deel (8).
7. Inrichting (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de afgeefbuis (4) een toevoerkanaal (9) voor aerosol omvat en een opneemkanaal (10) geschikt voor het opnemen van de laser (6) omvat.
8. Inrichting (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de inrichting (1) een persluchtbron (11), een persluchtleiding (12) om perslucht vanuit de persluchtbron (10) te transporteren naar het vloeistofreservoir (2) en een aanzuigleiding (16) voor het aanzuigen van omgevingslucht, omvat.
9. Inrichting (1) volgens conclusie 8, met het kenmerk dat de inrichting (1) een behuizing (15) omvat met daarin een filterkamer (17) voor het filteren van de aangezogen omgevingslucht.
10. Werkwijze voor het bekomen van een aerosol geschikt voor het behandelen van acute en chronische longaandoeningen, met het kenmerk dat de werkwijze de volgende stappen omvat: - omzetten van een vloeistof in een aerosol; - het bestralen van het gevormd aerosol met laserlicht dat een golflengte heeft gelegen tussen 500 nm. en 1000 nm.
11. Werkwijze volgens conclusie 10, met het kenmerk dat de genoemde vloeistof fysiologisch serum is.
12. Werkwijze volgens conclusie 10 of 11, met het kenmerk dat het gevormd aerosol bestraald wordt met laserlicht die een golflengte heeft gelegen tussen 550 nm. en 850 nm.
BE20205187A 2020-03-23 2020-03-23 Inhalatie-inrichting BE1028158B1 (nl)

Priority Applications (5)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20205187A BE1028158B1 (nl) 2020-03-23 2020-03-23 Inhalatie-inrichting
US17/913,027 US20230173200A1 (en) 2020-03-23 2021-03-19 Inhalation Device
CA3172438A CA3172438A1 (en) 2020-03-23 2021-03-19 Inhalation device
PCT/IB2021/052306 WO2021191756A1 (en) 2020-03-23 2021-03-19 Inhalation device
EP21717529.8A EP4126137A1 (en) 2020-03-23 2021-03-19 Inhalation device

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE20205187A BE1028158B1 (nl) 2020-03-23 2020-03-23 Inhalatie-inrichting

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1028158A1 BE1028158A1 (nl) 2021-10-15
BE1028158B1 true BE1028158B1 (nl) 2021-10-18

Family

ID=70109984

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE20205187A BE1028158B1 (nl) 2020-03-23 2020-03-23 Inhalatie-inrichting

Country Status (5)

Country Link
US (1) US20230173200A1 (nl)
EP (1) EP4126137A1 (nl)
BE (1) BE1028158B1 (nl)
CA (1) CA3172438A1 (nl)
WO (1) WO2021191756A1 (nl)

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5603314A (en) * 1995-03-22 1997-02-18 Bono; Michael Aerosol filtration device and inhalation apparatus containing same
US8387895B2 (en) * 2006-11-30 2013-03-05 Pari Pharma Gmbh Inhalation nebulizer
WO2020002351A1 (en) * 2018-06-27 2020-01-02 Breath Therapeutics Gmbh Inhalable compositions comprising macrocyclic immunosuppressants

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5603314A (en) * 1995-03-22 1997-02-18 Bono; Michael Aerosol filtration device and inhalation apparatus containing same
US8387895B2 (en) * 2006-11-30 2013-03-05 Pari Pharma Gmbh Inhalation nebulizer
WO2020002351A1 (en) * 2018-06-27 2020-01-02 Breath Therapeutics Gmbh Inhalable compositions comprising macrocyclic immunosuppressants

Also Published As

Publication number Publication date
EP4126137A1 (en) 2023-02-08
CA3172438A1 (en) 2021-09-30
WO2021191756A1 (en) 2021-09-30
US20230173200A1 (en) 2023-06-08
BE1028158A1 (nl) 2021-10-15

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US10034996B2 (en) Inhalation systems, breathing apparatuses, and methods
US8387895B2 (en) Inhalation nebulizer
US8336545B2 (en) Methods and systems for operating an aerosol generator
US9566399B1 (en) Deep lung alveolar aerosol targeted drug delivery
JP2017526503A (ja) 吸入可能な薬剤の熱調節
JP5548769B2 (ja) エアロゾル薬品供給装置及びエアロゾル薬品供給装置を含むキット
US20130034534A1 (en) Method for treatment of patients with cystic fibrosis
CN106420676B (zh) 作为气溶胶团的伊洛前列素的给药
BE1028158B1 (nl) Inhalatie-inrichting
ES2315382T3 (es) Procedimiento para el tratamiento de la constriccion bronquial y el broncoespasmo.
JP6228220B2 (ja) エアロゾル化イロプロストの投与
Voelker et al. Resolution of recurrent atelectasis in spinal cord injury patients with administration of recombinant human DNase
JP5537434B2 (ja) コルチコステロイド製剤を投与する方法
PL179734B1 (pl) do dróg oddechowych ssaków oraz preparat w postaci aerozolu do podawania lekudo dróg oddechowych ssaków PL PL PL
Liu et al. Bi‐directional nasal drug delivery systems: A scoping review of nasal particle deposition patterns and clinical application
RU2362592C1 (ru) Способ лечения заболеваний околоносовых пазух
CA2701388A1 (en) Calcium glycerophosphate for treating and preventing respiratory diseases or conditions
Denk et al. Lung delivery of a new tobramycin nebuliser solution (150 mg/1.5 ml) by an investigational eFlow® nebuliser is equivalent to TOBI® but in a fraction of time
RU160029U1 (ru) Устройство для интраоперационной доставки ингаляционных лекарственных препаратов в легкие
Abraham Nebulized Drug Delivery: A Contemporary Review
Meek et al. Selection of aerosol delivery device
DAVIS Inhalation of penicillin and streptomycin in office practice
Plus et al. Nebulizer therapy technique. Nebulizer therapy in the practice of a therapist
Dennis et al. A New Inhaled Asthma Drug
Passàli et al. Atomized nasal douche: our experience

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20211018