BE1027707A1 - Objectdrager - Google Patents

Abstract

De uitvinding heeft betrekking op een vlakke verpakking die is aangepast om een of meer voorwerpen te behouden, en in het bijzonder voor het vasthouden van containers zoals blikken. Verder heeft de uitvinding betrekking op een samenstel omvattende de verpakking volgens de uitvinding, dat een stel voorwerpen bevat.

Description

OBJECTDRAGER

TECHNISCHE GEBIED De uitvinding heeft betrekking op het technische gebied van (secundaire) verpakkingsmaterialen voor het vasthouden van meerdere voorwerpen, in het bijzonder voor het vasthouden van meerdere containers. Meer in het bijzonder heeft de uitvinding betrekking op secundaire verpakkingsmaterialen voor het vasthouden van drankblikken omvattende een uitsparing en / of een rand; wat in het geval van b.v. een drankblikje, wordt gevormd door zijn naad.

ACHTERGROND Dragers worden in winkelomgevingen gebruikt om een groep voorwerpen, zoals containers of recipiënten, te beveiligen, zodat ze als een enkele eenheid kunnen worden vastgegrepen en gedragen. Fabrikanten die containerdragers, zoals drinkwaarproducenten, gebruiken, kunnen verschillende containerdragers voor verpakking en distributieverspreiding van hun product wensen aan te schaffen. Terwijl lichtere producten kunnen worden gedragen met in hoofdzaak platte containerdragers, vereisen zwaardere producten, zoals grote containers met vloeistoffen, gewoonlijk containerdragers met driedimensionale ondersteuningsstructuren om hun gewicht te ondersteunen. Dergelijke containerdragers worden vaak op één locatie gefabriceerd en vervolgens naar een andere locatie verscheept voor het aanbrengen van de dragers op de containers. Het verpakken en verzenden van containerdragers met dergelijke driedimensionale structuren en hoogtes kan een uitdaging zijn om efficiënt te handelen, omdat hun toegenomen afmeting vaak resulteert in minder containerdragers per verzenddoos en hogere verzendkosten per containerdrager. Traditioneel worden dergelijke dragers gemaakt van karton. Dragers gemaakt van karton zijn echter vatbaar voor breuk of scheuren, vooral als ze nat zijn. Als alternatief (of in combinatie met papier / karton) wordt het gebruik van plastic sterk afgeraden voor secundaire verpakkingen, omdat het vaak verkeerd wordt weggegooid, waardoor vervuilingsproblemen ontstaan of toenemen (plastic ringen voor het bewaren van blikjes). Zelfs als ze een verkeerde opberging over het hoofd zien, komen niet-verwaarloosbare hoeveelheden plastic vaak op stortplaatsen terecht, nemen ze ruimte in en breken ze alleen af gedurende zeer lange perioden

(meerdere eeuwen). Wanneer ten slotte de plastic verpakking op de juiste manier wordt weggegooid, gescheiden van ander afval en gerecycled, moet worden opgemerkt dat recycling van plastic een inefficiënt proces is met hoge kosten en met zijn eigen verontreinigingsproblemen. Het is verder in dit licht dat de aanvrager de behoefte voelde om naar nieuwe oplossingen te zoeken. Afgezien van de bovengenoemde problemen, vereist het gebruik van kunststoffen als secundaire verpakking veel materialen in termen van volume; meer dan vaak gewenst is om structurele sterkte te waarborgen om de containers te houden. Er blijft in de techniek een behoefte aan verbeterde secundaire verpakking voor het houden van containers met een uitsparing en / of richel, radiaal uitstekende naadgedeelte of uitsparingsgedeelte dat, onder andere, beoogt de productie ervan te vergemakkelijken, materiaalverspilling te verminderen, evenals een verbeterd sterkte.

SAMENVATTING VAN DE UITVINDING In een eerste aspect heeft de uitvinding betrekking op een verpakking volgens de conclusies. In een tweede aspect heeft de uitvinding betrekking op een samenstel omvattende een of meer secundaire verpakkingsdragers volgens het eerste aspect van de uitvinding, en een aantal voorwerpen om te worden vastgehouden door de genoemde één of meerdere secundaire verpakkingsdragers. Verdere voordelen, kenmerken en voorbeelden van de onderhavige uitvinding zijn geopenbaard in de gedetailleerde beschrijving.

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE UITVINDING De uitvinding is samengevat in het overeenkomstige gedeelte hierboven. In wat volgt, wordt de uitvinding in detail beschreven, worden voorkeursuitvoeringsvormen besproken en wordt de uitvinding toegelicht aan de hand van voorbeelden.

In een bepaalde maar niet-exclusieve toepassing heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een secundaire verpakking voor het vasthouden van een aantal containers. Deze containers omvatten een breder gedeelte aan een eerste uiteinde van de container, en een onderliggende sectie onder de bredere sectie die ten minste gedeeltelijk uitgespaard is ten opzichte van de bredere sectie. Tenzij anderszins gedefinieerd hebben alle uitdrukkingen die worden gebruikt bij het openbaren van de uitvinding, inclusief technische en wetenschappelijke termen, de betekenis zoals algemeen wordt begrepen door een deskundige op het gebied waartoe deze uitvinding behoort. Door middel van verdere begeleiding zijn termdefinities opgenomen om de leer van de onderhavige uitvinding beter te waarderen.

Zoals hierin gebruikt, hebben de volgende termen de volgende betekenissen: "Het", "een" en "de" zoals hierin gebruikt verwijst naar zowel enkelvoudige als meervoudige referenties, tenzij de context duidelijk anders dicteert. Bij wijze van voorbeeld verwijst "een compartiment" naar één of meer dan één compartiment. "Ongeveer" zoals hierin gebruikt met verwijzing naar een meetbare waarde zoals een parameter, een hoeveelheid, een temporele duur en dergelijke, is bedoeld variaties van +/- 20% of minder, bij voorkeur +/- 10% of minder te omvatten, met meer voorkeur +/- 5% of minder, zelfs met meer voorkeur +/- 1% of minder, en met nog meer voorkeur +/- 0,1% of minder van en van de gespecificeerde waarde, voor zover dergelijke variaties geschikt zijn om in de geopenbaarde uitvinding. Het moet echter duidelijk zijn dat de waarde waarnaar de modificator "ongeveer" verwijst zelf ook specifiek is beschreven.

"Omvat", "omvattende" en "omvat" zoals hierin gebruikt zijn synoniemen met "inhouden", "bevatten", "bevat" of "bevattend", "inhoudend", "inhoudt" en zijn inclusief of open termen die de aanwezigheid van wat volgt specificeert, bijvoorbeeld component en sluit niet uit of sluit de aanwezigheid uit van aanvullende, niet- gereciteerde componenten, kenmerken, elementen, leden, stappen, bekend in de techniek of daarin geopenbaard. Het reciteren van numerieke bereiken op eindpunten omvat alle getallen en breuken die zijn opgenomen binnen dat bereik, evenals de genoemde eindpunten.

De term "container" verwijst naar een recipiënt of houder voor b.v. voedingsmiddelen en vloeistoffen voor consumptie, maar de uitvinding is evengoed van toepassing op containers die elk type product bevatten, waarbij een verbreed (naad) gedeelte aan of nabij de bovenkant wordt gevolgd door een inferieur gepositioneerd gedeelte met een lagere straal, die een of meer uitgespaarde delen definieert en / of richels.

Dergelijke containers kunnen blikken, glazen potten, flessen, stalen (of andere metalen) blikken zijn.

Hoewel de verwijzingen naar de containers in het algemeen worden gemaakt, rekening houdend met mogelijke variaties op vormen en ontwerpen, zijn de containers typisch radiaal symmetrisch, met een naadgedeelte met een constante straal en een lager gedeelte met een constante straal die lager is dan die van het naadgedeelte.

Over het algemeen bevindt dit naadgedeelte zich bovenaan en kan het een echte naad van het rollen van een blik zijn, maar het kan ook een deksel zijn dat verwijderbaar is of niet (zoals in glazen potten of flessen), of gewoon een verbrede sectie voor esthetische doeleinden.

De uitvinding beoogt specifiek voordeel te halen uit dit kenmerk dat aanwezig is in vrijwel elke container voor het opslaan van producten zoals voedsel en / of dranken (of vloeistoffen in het algemeen). De term "naadgedeelte" verwijst naar een radiaal uitstekende sectie van de container met een grotere straal dan de sectie daaronder.

Zoals vermeld zal dit in het algemeen aanwezig zijn aan het boveneinde van de container (bijvoorbeeld een dubbele naad gecreëerd door het inmaakproces), waardoor een praktisch opneemgedeelte van de container voor de uitvinding wordt verschaft, aangezien de zwaartekracht ervoor zorgt dat de containers beweeg niet naar boven, terwijl de drager zorgt voor neerwaartse retentie.

Het "gedeelte dat direct inferieur is langs de eerste richting naar het naadgedeelte" of "gedeelte dat direct inferieur is aan het naadgedeelte" verwijst naar een (het eerste) lokaal minimum in straal van de container onder het naadgedeelte.

Zoals hierboven vermeld, bevindt het naadgedeelte zich in het algemeen aan het boveneinde van de container (waar een container wordt geopend), en zo is het gedeelte direct inferieur aan het naadgedeelte.

In de meeste gevallen bevinden beide delen zich maximaal 1 tot 4 cm onder de bovenkant van de container, en vaak zelfs maximaal 0,5 cm van de bovenkant van de container, waarbij het naadgedeelte (een deel van) de top is. . "Retentielip" zoals hierin gebruikt, verwijst naar elke vasthoudinrichting die in de techniek bekend is, aangepast om een container te ontvangen en vast te houden.

Bij voorkeur is de genoemde retentielip een in hoofdzaak vlak uitsteeksel dat ten minste gedeeltelijk naar binnen uitsteekt vanaf de omtrek van de opening onder een eerste hoek ten opzichte van het onderoppervlak van de genoemde secundaire verpakking. De in hoofdzaak vlakke retentielip omvat een kruisend uiteinde dat proximaal ten opzichte van het bovenoppervlak van de secundaire verpakking is gelegen, een 5 boveneinde dat distaal ten opzichte van het bovenoppervlak van de secundaire verpakking is gelegen, een middenuiteinde dat zich bevindt tussen het elkaar kruisende einde en het bovenste uiteinde en op gelijke afstand van elkaar ligt vanaf het genoemde kruisende uiteinde en het genoemde bovenste uiteinde, en een raaklijn door het middenuiteinde naar het bovenste uiteinde van de genoemde retentielip. De "omtrek" van de opening is een opening met dezelfde algemene contour als het te behouden object. Dit betekent dat voor het houden van blikjes, containers, enz., De omtrek in het algemeen cirkelvormig of veelhoekig zal zijn. Voor 'afwijkende' objecten die behouden moeten blijven, kunnen echter ook andere openingen worden voorzien met een meer onregelmatige vorm. In een eerste aspect heeft de uitvinding betrekking op een verpakking voor het vasthouden van meerdere voorwerpen, bij voorkeur containers, waarbij de verpakking in hoofdzaak uit metaal bestaat en bij voorkeur uit metaal bestaat. De verpakking is in hoofdzaak vlak en omvat een plaat, waarbij de plaat is voorzien van een aantal openingen voor het vasthouden van de voorwerpen, welke openingen zich door de plaat uitstrekken, waarbij de openingen zijn voorzien in een roosterformatie die een longitudinale (X) richting en een dwarsrichting omvat (Y) richting, meer bij voorkeur waarbij genoemde openingen op gelijke afstand van elkaar liggen in zowel de longitudinale (X) als de transversale (Y) richting. Elk van de openingen omvat een omtrek en een of meer, bij voorkeur ten minste drie, veerkrachtige retentielippen zijn aangebracht aan de omtrek, die zich ten minste gedeeltelijk naar binnen uitstrekken vanaf de omtrek. De bovengenoemde verpakking verzekert structurele sterkte daarvan, terwijl de materiaaldikte zoveel mogelijk wordt beperkt.

In een voorkeursuitvoeringsvorm steken de retentielippen van een lege opening ten minste gedeeltelijk naar binnen uit vanaf de omtrek van elke opening onder een eerste hoek ten opzichte van de plaat van de verpakking. Genoemde retentielippen zijn aangepast om een ten minste gedeeltelijk elastische vervorming te ondergaan bij het inbrengen van de objecten, en waarbij de retentielippen van een opening die door een object wordt ingenomen, ten minste gedeeltelijk naar binnen uitsteken vanaf genoemde perimeter in een tweede hoek ten opzichte van de plaat van genoemde verpakking, bij voorkeur waarbij genoemde eerste en tweede hoek in hoofdzaak verschillend zijn. Het dient duidelijk te zijn dat de opening en retentielippen nabij zijn gedimensioneerd om doorgang van het object mogelijk te maken dat door de opening moet worden vastgehouden wanneer de retentielippen worden genegeerd, maar geen directe doorgang van het object in de aanwezigheid van de retentielippen mogelijk maken. Natuurlijk zijn de retentielippen aangepast om enige (ten minste gedeeltelijk elastische) vervorming toe te staan om te verzekeren dat het object kan worden geïntroduceerd.

In een uitvoeringsvorm die meer de voorkeur heeft, varieert de eerste hoek tussen 10 ° en 60 ° ten opzichte van de plaat, bij voorkeur tussen 20 ° en 55 °, meer bij voorkeur tussen 40 ° en 50 °. De tweede hoek ligt tussen 20 ° en 70 ° ten opzichte van de plaat, bij voorkeur tussen 30 ° en 65 °, meer bij voorkeur tussen 40 ° en 60 °, Opgemerkt wordt dat de elasticiteitsgrens van de retentielippen waarschijnlijk niet negatief wordt beïnvloed bij het ontvangen, vasthouden en vrijgeven van een houder, aldus een intensief gebruik van de verpakking mogelijk makend. "Elastische limiet" zoals hierin gebruikt, verwijst naar de maximale spanning of kracht per oppervlakte- eenheid binnen een vast materiaal dat kan ontstaan vóór het begin van permanente deformatie, bij voorkeur vóór het begin van ongeveer 0,1% permanente vervorming. In een voorkeursuitvoeringsvorm, varieert een verhouding van genoemde eerste hoek tot genoemde tweede hoek van een retentielip van 9: 1 tot 1: 9, met meer voorkeur gaat genoemde verhouding van 8: 1 tot 1: 8, met meer voorkeur gaat genoemde verhouding van 7 : 1 tot 1: 7, met meer voorkeur gaat de verhouding van 6: 1 tot 1: 6, met meer voorkeur gaat de verhouding van 5: 1 tot 1: 5, met meer voorkeur gaat de verhouding van 4: 1 tot 1: 4, meer bij voorkeur gaat de verhouding van 3: 1 tot 1: 3, met meer voorkeur gaat de verhouding van 2: 1 tot 1: 2, met de meeste voorkeur bedraagt de verhouding ongeveer 1: 1. Een verhouding van genoemde eerste hoek tot genoemde tweede hoek in het bereik van 9: 1 tot 1: 9 is gunstig voor het ontvangen en vervolgens vasthouden van een houder. Een verhouding van genoemde eerste hoek tot genoemde tweede hoek in het bereik van 3: 1 tot 1: 3 is voordeliger voor het ontvangen en vervolgens vasthouden van een houder. Een verhouding van genoemde eerste hoek tot genoemde tweede hoek van ongeveer 1: 1 is zelfs meer gunstig voor het ontvangen en vervolgens vasthouden van een houder.

In een voorkeursuitvoeringsvorm strekken de retentielippen zich uit vanaf de omtrek van de opening over een minimale afstand van 0,50 mm, bij voorkeur 1,0 mm, met meer voorkeur ten minste 1,25 mm.

In een voorkeursuitvoeringsvorm is de omtrek van de openingen veelhoekig, bij voorkeur regelmatig veelhoekig, waarbij de retentielippen zijn voorzien aan de randen van de in hoofdzaak veelhoekige omtrek.

Met verwijzing naar figuur 7 en in een voorkeursuitvoeringsvorm is elke retentielip voorzien van een of meer ingesprongen uitsparingssecties (26) die zijn aangebracht aan de niet-bevestigde zijde van elke retentielip, waarbij de ingesprongen uitsparingssectie naar de omtrek van de opening is ingesprongen; , waardoor een gehavende structuur in de retentielip wordt gevormd.

Opgemerkt wordt dat door het verschaffen van een of meer ingesprongen uitsparingensecties, zoals hierboven geconfigureerd, de objecten gemakkelijker kunnen worden ontvangen, vastgehouden en vrijgegeven uit een opening.

Deze verbeterde functionaliteit wordt deels veroorzaakt door een groter contactoppervlak tussen elk object en de retentielip.

Een groter contactoppervlak tussen het object en de verpakking, zorgt voor een meer delicate krachtverdeling over de openingen.

Door een of meer ingesprongen uitsparingssecties aan de niet-bevestigde zijde van een retentielip te verschaffen, kan de drempelwaarde voor ontvangen en vrijgeven dus worden verlaagd zonder de retentiecapaciteit van de openingen te beïnvloeden.

Bovendien wordt opgemerkt dat voorwerpen minder waarschijnlijk zijn beschadigd bij het inbrengen of vrijgeven van een verpakking geconfigureerd met ingesprongen uitsparingssecties zoals hierboven beschreven.

Zelfs verder wordt de vervorming van de retentielippen voor het passeren van het bredere deel van het object gereduceerd, zonder echter de sterkte waarmee de objecten in de verpakking worden gehouden te verminderen (in feite zelfs te versterken). In een voorkeursuitvoeringsvorm zijn de retentielippen gepositioneerd over regelmatige intervallen op de omtrek van de openingen, waarbij genoemde openingen zijn verschaft in een roosterformatie die een longitudinale (X) richting en een transversale (Y) richting omvat, meer bij voorkeur waarbij genoemde openingen zijn op gelijke afstand van elkaar in zowel de longitudinale (X) als de transversale (Y) richting, en waarbij elke opening geroteerd staat ten opzichte van elke aangrenzende opening gepositioneerd in zowel de longitudinale richting (X) als de dwarsrichting (Y), bij voorkeur waarbij elke opening wordt geroteerd over 180 ° gedeeld door het aantal retentielippen ten opzichte van elke aangrenzende opening.

Een dergelijke configuratie heeft het voordeel dat de afstand tussen elke aangrenzende opening wordt gemaximaliseerd zonder de omvang van de secundaire verpakking substantieel te vergroten. Een dergelijke werkwijze voorkomt bovendien slijtage of breuk en verlengt de levensduur van de secundaire verpakking.

In een voorkeursuitvoeringsvorm is rond ongeveer één, bij voorkeur alle openingen, de plaat voorzien van één of meer verzwakte lijnsecties of inkepingen in zones die grenzen aan de omtrek van genoemde opening, waarvan de retentielippen zich uitstrekken, bij voorkeur waardoor genoemde verzwakte lijnsecties of inkepingen definiëren een in het algemeen U- of V-vormige vorm, en waarbij de opening van de U- of V-vormige vorm naar de omtrek van de opening is gericht.

In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm worden de verzwakte lijnsecties gedefinieerd door een verminderde dikte van de plaat met ten minste 25%, bij voorkeur ten minste 50%, met meer voorkeur ten minste 75%, met de meeste voorkeur met 100% ten opzichte van de rest van de plaat.

In een voorkeursuitvoeringsvorm bestaat de plaat uit metaal, bij voorkeur aluminium en / of een aluminiumlegering.

In een voorkeursuitvoeringsvorm is de plaat voorzien van opgerolde randen over de omtrek van de plaat, waarbij genoemde gerolde randen bij voorkeur zich over ten minste 2 mm in hoogte vanaf de plaat uitstrekken.

In een voorkeursuitvoeringsvorm omvat de plaat twee vingerlussen die zich door de plaat uitstrekken en waarbij de plaat is voorzien van opgerolde randen over de omtrek van de vingerlussen, waarbij genoemde opgerolde randen bij voorkeur zich over ten minste 2 mm in hoogte vanaf de plaat uitstrekken.

In een voorkeursuitvoeringsvorm definiëren de retentielippen van een niet-bezette opening een ingeschreven lus die kleiner is dan de maximale dwarsdoorsnede van het te behouden object dat in de opening moet worden geïntroduceerd, terwijl de opening zonder de retentielippen een ingeschreven definieert lus die groter is dan die maximale dwarsdoorsnede. Om ervoor te zorgen dat de ontvangende openingen een object ontvangen, moet een gebruiker een kracht uitoefenen op het object of op de verpakking die een ontvangstdrempelwaarde overschrijdt. "Ontvangstdrempelwaarde" zoals hierin gebruikt, verwijst naar de kracht die nodig is om de retentielippen in hoofdzaak loodrecht op de plaat te vervormen. Door de retentielippen in hoofdzaak loodrecht te vervormen, is doorgang van het object toegestaan. Om ervoor te zorgen dat de openingen een object vrijgeven, moet een gebruiker een kracht uitoefenen die een drempelwaarde voor vrijgeven overschrijdt. "Vrijgavedrempelwaarde" zoals hierin gebruikt, verwijst naar de kracht die nodig is om de retentielippen in hoofdzaak loodrecht op de plaat te vervormen. Door de retentielippen in die richting te deformeren, wordt het object vrijgegeven. Bij voorkeur is de vrijgavedrempelwaarde groter dan de zwaartekracht uitgeoefend op een voorwerp bij het optillen van de verpakking. Bijvoorbeeld, in het geval dat een container ongeveer 400 g zou wegen, zou dit een kracht van ongeveer 4 N op de verpakking uitoefenen. Dientengevolge moet een gebruiker, om de openingen de container vrij te geven, een kracht uitoefenen op de container die aanzienlijk groter is dan 4 N. Bij voorkeur valt de vrijgavedrempelwaarde binnen een bereik van ongeveer 4 tot 23 N, bij voorkeur binnen een bereik van ongeveer 5 tot 22 N, bij voorkeur binnen een bereik van ongeveer 6 tot 21 N, bij voorkeur binnen een bereik van ongeveer 7 tot 20 N, bij voorkeur binnen een bereik van ongeveer 8 tot 19 N, bij voorkeur binnen een bereik van ongeveer 9 tot 18 N, bij voorkeur binnen een bereik van ongeveer 10 tot 17 N, bij voorkeur binnen een bereik van ongeveer 11 tot 16 N, met de meeste voorkeur binnen een bereik van ongeveer 12 tot 15 N. Opgemerkt wordt dat een vrijgavedrempelwaarde binnen een bereik van ongeveer 4 tot 23 N zorgen voor een gemakkelijke loskoppeling van de container.

In een mogelijke uitvoeringsvorm zijn de lippen niet-symmetrisch verschaft over de omtrek van de opening. Een dergelijke formatie kan bepaalde richtingen toestaan om een gemakkelijker vrijgave van het vastgehouden object mogelijk te maken wanneer kracht in een bepaalde richting wordt uitgeoefend. Er kunnen bijvoorbeeld meer en / of langere en / of bredere lippen worden verschaft over bepaalde gebieden (bij voorkeur in een dergelijk geval aan beide tegenoverliggende zijden van de perimeter) om een sterkere retentie te creëren, terwijl minder en / of kortere lippen in andere gebieden om zorgen voor een 'favoriete' richting van de release. In een bijzondere uitvoeringsvorm zijn meer en / of langere lippen voorzien in gebieden die zijn gepositioneerd rond het snijpunt van een lijn die het midden van de opening verbindt met het midden van de verpakking (of de dichtstbijzijnde vingerlus of andere grijpmiddelen) met de omtrek. Op deze manier zullen de objecten, wanneer ze worden gedragen, over het algemeen onder invloed van de zwaartekracht langs deze lijn kantelen, waardoor er meer druk wordt gecreëerd. De toegevoegde ondersteuning verhoogt de verzekering dat de objecten niet losraken. Omgekeerd is door het uitoefenen van kracht loodrecht op de bovenstaande lijn een eenvoudige vrijgave mogelijk.

Bovendien kan men meer en / of langere en / of bredere lippen aan de andere kant van de opening (ten opzichte van het midden van de verpakking) aanbrengen dan aan de dichte zijde van de opening. Op deze manier zullen de objecten bij het dragen van de verpakking voornamelijk rusten op de sterkere zijkanten aan de verre kant.

Wanneer een gebruiker een object wil losmaken, zal hij kracht uitoefenen om het voorwerp met zijn bodem weg van het midden te kantelen, waardoor de geringere retentiekracht van de lippen aan de binnenkant wordt overwonnen en eenvoudige ontkoppeling mogelijk is.

De verpakking is in hoofdzaak vlak en heeft een maximale dikte van 5,0 mm, bij voorkeur 2,5 mm. Een verpakking met een maximale dikte van ongeveer 5,0 mm is licht en dus gemakkelijk te gebruiken. Bij voorkeur heeft de verpakking een dikte in het bereik van ongeveer 0,1 mm tot 2,5 mm, met meer voorkeur een dikte in het bereik van ongeveer 0,2 mm tot 2,4 mm, met meer voorkeur een dikte in het bereik van ongeveer 0,3 mm tot 2,3 mm, met meer voorkeur een dikte in het bereik van ongeveer 0,4 mm tot 2,2 mm, met meer voorkeur een dikte in het bereik van ongeveer 0,5 mm tot 2,1 mm, met meer voorkeur een dikte in het bereik van ongeveer 0,6 mm tot 2,0 mm, met meer voorkeur een dikte in het bereik van ongeveer 0,7 mm tot 1,9 mm, met meer voorkeur een dikte in het bereik van ongeveer 0,8 mm tot 1,8 mm, met meer voorkeur een dikte in het bereik van ongeveer 0,9 mm tot 1,7 mm, met meer voorkeur een dikte in het bereik van ongeveer 1,0 mm tot 1,6 mm, met meer voorkeur een dikte in het bereik van ongeveer 1,1 mm tot 1,5 mm tot met de meeste voorkeur een dikte in het bereik van ongeveer 1,2 mm tot 1,4 mm.

In een voorkeursuitvoeringsvorm heeft de plaat van de verpakking een dikte die ligt tussen 0,05 mm en 2,50 mm. Bij voorkeur ligt de dikte tussen 0,075 mm en 2,25 mm, met meer voorkeur tussen 0,10 mm en 2,00 mm, met nog meer voorkeur tussen 0,15 mm en 1,50 mm; tussen 0,20 mm en 1,25 mm; tussen 0,25 mm en 1,00 mm; tussen 0,275 mm en 0,75 mm; tussen 0,30 mm en 0,50 mm; tussen 0,325 mm en 0,40 mm.

Bij voorkeur hebben retentielippen in hoofdzaak dezelfde dikte als de plaat van de verpakking. Een maximale dikte van 2,50 mm, bij voorkeur maximaal 1,0 mm, is gunstig voor het ontvangen en vasthouden van een houder. Een dikte in het bereik van ongeveer 0,1 mm tot 2,5 mm is gunstig omdat de verpakking niet zal buigen bij het vasthouden van een aantal containers. retentielippen met een maximale dikte van 5,0 mm, bij voorkeur 2,5 mm, verschaffen een ontvangende drempelwaarde die gemakkelijk overbrugd kan worden door een gebruiker, terwijl nog steeds een voldoende vrijgavedrempelwaarde wordt verschaft om de containers te houden bij het optillen van de verpakking. Bovendien merkte de aanvrager op dat retentielippen met een maximale dikte van 5,0 mm een voldoende hoge elasticiteitsgrens hebben om intensief gebruik van de retentielippen mogelijk te maken. De aanvrager merkte ook op dat die retentielippen met een maximale dikte van 2,5 mm een nog hogere elasticiteitsgrens mogelijk maken, waardoor een nog intensiever gebruik van de retentielippen mogelijk wordt gemaakt. Bovendien merkte de aanvrager ook op dat materialen met een dikte van minder dan 0,05 mm te broos zijn om als een verpakking of als een retentielip te worden gebruikt.

Bij voorkeur is de opening veelhoekig en omvat de in hoofdzaak veelhoekige omtrek 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 14, 15, 16, 17, 18, 19 of 20 hoekpunten. Bij voorkeur omvat de in hoofdzaak veelhoekige omtrek 4, 6 of 8 hoekpunten. Bij voorkeur omvat de in hoofdzaak veelhoekige omtrek 6 hoekpunten. Bij voorkeur is de in hoofdzaak veelhoekige omtrek regelmatig.

Bij voorkeur zijn de hoekpunten en / of de retentielippen van de in hoofdzaak veelhoekige omtrekken stomp. Bij voorkeur zijn de genoemde toppen en / of — zijranden gerolde randen. Stompe hoekpunten en / of randen hebben het voordeel dat een gebruiker niet in staat is zichzelf te snijden bij het plaatsen en / of vrijgeven van de containers. Bovendien hebben stompe hoekpunten het voordeel dat containers niet worden beschadigd wanneer ze worden ingebracht en / of vrijgegeven. Gerolde randen worden eenvoudig geproduceerd.

Bij voorkeur strekken de retentielippen zich uit over een lengte van ongeveer 5 tot 95% van de lengte van de randen van de in hoofdzaak veelhoekige omtrek van een opening, bij voorkeur strekken de retentielippen zich uit over een lengte van ongeveer 10 tot 90%, bij voorkeur strekken de retentielippen zich uit over een lengte van ongeveer 15 tot 85%, bij voorkeur strekken de retentielippen zich uit over een lengte van ongeveer 20 tot 80%, bij voorkeur strekken de retentielippen zich uit over een lengte van ongeveer 25 tot 75%, bij voorkeur strekken de retentielippen zich uit over een lengte van ongeveer 30 tot 70%, bij voorkeur strekken de retentielippen zich uit over een lengte van ongeveer 35 tot 65%, bij voorkeur strekken de retentielippen zich uit over een lengte van ongeveer 30 tot 60%. Retentielippen die zich uitstrekken over een lengte van ongeveer 5 tot 95% van de lengte van de randen van de in hoofdzaak polygonale omtrek van een opening vergemakkelijken het ontvangen en vrijgeven van objecten. De drempelwaarde voor ontvangen en vrijgeven kan dus worden verlaagd zonder de retentiecapaciteit van de openingen te beïnvloeden.

Volgens een specifieke uitvoeringsvorm zijn ten minste één of twee, bij voorkeur alle, retentielippen opgerold. Genoemde retentielippen zijn bij voorkeur opgerold in ten minste 2 omwentelingen. Met meer voorkeur in ten minste drie omwentelingen. De opgerolde retentielippen zijn in hoofdzaak buigbaar ten opzichte van de omtrek van de opening en zijn ingericht voor het ontvangen en vasthouden van een voorwerp bij zijn uitsparingen, onder een zijdelings uitstekend of uitstekend deel van het voorwerp. De retentielippen steken ten minste gedeeltelijk inwaarts uit ten opzichte van de genoemde omtrek onder een opgerolde hoek ten opzichte van het bovenoppervlak van de genoemde verpakking. Een gebruiker hoeft alleen maar op het object in het diafragma te klikken. Om de objecten uit de verpakking te verwijderen, hoeft de gebruiker de objecten eenvoudigweg uit de openingen te trekken. Gerolde retentielippen zijn eenvoudig te produceren, waarbij de uit metaal vervaardigde oprolbare uitsteeksels bijzonder voordelig zijn. Vanwege de eigenschappen van metalen en de opgerolde structuur van de retentielippen kunnen de lippen een elastische vervorming ondergaan, waardoor deze ten minste gedeeltelijk naar hun oorspronkelijke vorm kunnen terugkeren zodra het voorwerp uit de opening is verwijderd. Het voorgaande is voordelig omdat het resulteert in een hoge duurzaamheid van de verpakking, waardoor de verpakking meerdere keren kan worden hergebruikt, waardoor de milieu-impact van de verpakking wordt verminderd.

Onder verwijzing naar figuur 4 en volgens een verdere specifieke uitvoeringsvorm, omvat elke opgerolde retentielippen een randomtrek aan de buitenrand (23) en een randomtrek aan de binnenrand (24). Bij voorkeur is de verhouding van genoemde binnendiameter tot genoemde buitendiameter ten hoogste 0,9, bij voorkeur ten hoogste 0,8, meer hoogstens 0,7, met nog meer voorkeur ten hoogste 0,6. Bij voorkeur is de verhouding van genoemde binnendiameter tot genoemde buitendiameter ten minste 0,1, bij voorkeur ten minste 0,2, met meer voorkeur ten minste 0,3, met nog meer voorkeur ten minste 0,4. Opgemerkt wordt dat de bovengenoemde verhouding van ten minste 0,9 en ten minste 0,1 het mogelijk maakt dat de container wordt vastgehouden door de opgerolde retentielippen, terwijl de opgerolde retentielippen hun elastische vervormingsfunctionaliteit behielden. Volgens een verdere specifieke uitvoeringsvorm, is een vervorming van een niet- bezette positie van de retentielippen naar een positie van de retentielippen waardoor doorgang van het te behouden object mogelijk is, waarbij de retentielippen in hoofdzaak gelijk zijn vervormd, voor ten minste 10%, bij voorkeur 20 %, met meer voorkeur 30%, met nog meer voorkeur 40%, met nog meer voorkeur 50%, met nog meer voorkeur 60%, met nog meer voorkeur 70%, met nog meer voorkeur 80%, met nog meer voorkeur 90%, zelfs meer bij voorkeur 100%, een elastische vervorming. De aanvrager merkt op dat een elastische vervorming van ten minste 10% erin resulteert dat de opgerolde retentielippen van de opening opnieuw kunnen worden gebruikt, zonder dat de gebruiker handmatig de oorspronkelijke vorm van de opgerolde retentielippen moet terugsturen om hun functionaliteit te behouden.

Verder wordt opgemerkt dat een elastische vervorming van ten minste 40% de duurzaamheid van de verpakking verder aanzienlijk verhoogt.

Volgens een verdere specifieke uitvoeringsvorm die in figuur 4 is geopenbaard, omvat de opening (2) een midden en omvatten de opgerolde retentielippen (3) een apertuuruiteinde (21) dat zich radiaal proximaal ten opzichte van het midden van de opening in de plaat bevindt, en een distaal einde (19) dat zich radiaal distaal ten opzichte van het midden van de opening bevindt. Bij voorkeur is de loodrechte afstand tussen het apertuuruiteinde en het distale uiteinde van de opgerolde borglip ten minste 0,1 mm, bij voorkeur 0,2 mm, met meer voorkeur 0,3 mm, met nog meer voorkeur 0,4 mm, met nog meer voorkeur 0,5 mm, met nog meer voorkeur 0,6 mm ‚ met nog meer voorkeur 0,7 mm, met nog meer voorkeur 0,8 mm, met nog meer voorkeur 0,9 mm, met nog meer voorkeur 1 mm, in een niet-bezette opening. Bij voorkeur is de loodrechte afstand tussen de opening en het distale einde ten hoogste 20 mm, bij voorkeur 18 mm, met meer voorkeur 16 mm, met nog meer voorkeur 14 mm, met nog meer voorkeur 12 mm, met nog meer voorkeur 10 mm, met nog meer voorkeur 8 mm, met nog meer voorkeur 6 mm, in een niet-bezette opening. De loodrechte afstand tussen de opening en het distale uiteinde van ten minste 0,5 mm en ten hoogste 8 mm van de opgerolde retentielippen is in het bijzonder van voordeel voor het vasthouden van een of meer containers in de secundaire verpakking.

Volgens een verdere specifieke uitvoeringsvorm zijn de opgerolde retentielippen spiraalvormig gewonden rond een as. Bij voorkeur staat genoemde as in hoofdzaak loodrecht op de radiale richting afkomstig van genoemd vasthoudrandgedeelte en in hoofdzaak evenwijdig aan het vlak van de verpakking. Opgemerkt wordt dat door het spiraalvormig oprollen van de retentielippen de elasticiteit van de vervorming van de secties wordt verbeterd.

Bij voorkeur omvatten de opgerolde retentielippen een buiglijn.

Bij voorkeur staat de buiglijn in hoofdzaak loodrecht op de radiale richting die afkomstig is van de retentielippen en in hoofdzaak evenwijdig aan het vlak van de verpakking.

Volgens een specifieke uitvoeringsvorm van de uitvinding kan de secundaire verpakking een ander materiaal dan metaal, b.v. karton.

Volgens een andere specifieke uitvoeringsvorm van de uitvinding kan de secundaire verpakking uit kunststof bestaan.

Volgens een specifieke uitvoeringsvorm kunnen de buitenoppervlakken van de secundaire verpakking worden behandeld met behulp van elk metaaloppervlaktebehandelingsmiddel dat in de techniek bekend is.

Bij voorkeur worden de buitenoppervlakken behandeld met behulp van een coating.

Bij voorkeur is de bekleding een anti-oxiderende bekleding.

Volgens een specifieke uitvoeringsvorm kan de coating een pigment omvatten.

Volgens een verdere specifieke uitvoeringsvorm kan het buitenoppervlak van de secundaire verpakking een functionele verbeteringindicator omvatten. "Functionele verbeteringindicator", zoals hierin gebruikt, verwijst naar elke aan de gebruiker waarneembare indicatie of signaal dat de aandacht van de gebruiker vestigt op een functioneel te onderscheiden deel van de secundaire verpakking.

Een dergelijke functionele verbeteringindicator kan bijvoorbeeld de retentielippen of een versterkt gedeelte, bij voorkeur bestaande uit metaal, overal op de secundaire verpakking aangeven.

Secundaire verpakkingsmaterialen die in hoofdzaak uit metaal bestaan, kunnen eenvoudig opnieuw worden gebruikt.

Verpakkingsmaterialen die in hoofdzaak uit metaal bestaan, zijn minder gevoelig voor slijtage, scheurtjes of breuk, vergeleken met bijvoorbeeld karton of plastic verpakkingsmaterialen.

Bovendien, in het geval dat de containers b.v. metalen blikken, de productie ervan en de productie van de secundaire verpakking volgens de onderhavige uitvinding zouden met elkaar gecoördineerd kunnen worden, gebruikmakend van alle materiaalvoorraden die reeds gebruikt zijn voor het produceren van de containers zelf, die gewoonlijk, zo niet uit metaal bestaan, en specifiek aluminiumlegeringen.

Afgezien van het gebruik van de bestaande materiaalvoorraad, waardoor de efficiëntie en kosten worden verhoogd, is de keuze voor metaal ook ecologisch geïnspireerd, omdat metalen onderdelen veel gemakkelijker kunnen worden gerecycled dan kunststoffen die tot nu toe in secundaire verpakkingen zijn gebruikt.

In een voorkeursuitvoeringsvorm is de verpakking zelf in wezen vlak, met een beperkte dikte. Met de meeste voorkeur is de verpakking rechthoekig gevormd, bij voorkeur met afgeronde hoeken.

In een bijzonder geprefereerde uitvoeringsvorm, waarvan een voorbeeld is getoond in de figuren 10 en 11, in combinatie met figuur 5, is de verpakking voorzien van één of meer inkepingen (27) rond ten minste één opening, bij voorkeur rondom alle openingen. De inkepingen (27) zijn aangebracht op een of meer van de retentielippen bij de ten minste ene opening (2), bij voorkeur bij alle retentielippen. De inkepingen zijn verzwakte secties van de verpakking en kunnen worden gedrukt, gesneden, geperforeerd of verschaft via andere middelen, en strekken zich bij voorkeur uit in één richting, met een beperkte breedte (met de meeste voorkeur lineair of licht gekromd). De inkepingen kunnen worden verschaft in de vorm van een verminderde dikte van het verpakkingsmateriaal, met een minimale reductie van 25%, bij voorkeur minimaal 50% of zelfs 75%, maar kan ook volledige doorgaande opening ("volledige snede’) zijn. Het doel van deze inkepingen is om secties te verschaffen waar de verpakking kan buigen, om de vervorming te verdelen wanneer een container langs de retentielippen wordt geleid. Zonder de inkepingen zullen de retentielippen in het algemeen het grootste deel van de vervorming ondergaan. Door echter de inkepingen aan te brengen, zal het deel van de verpakking rond de opening (en meer precies, het gedeelte tussen de inkepingen en de retentielip) een deel van de vervorming die oorspronkelijk alleen door de retentielippen wordt gedragen, onderbrengen, waardoor de vervorming daarvan wordt verminderd, en verder zorgen voor elastische vervorming. Opgemerkt wordt dat een verdere vermindering van de dikte de herverdeling van krachten en vervorming kan verbeteren; met de beste resultaten bij een volledige inkeping.

In een uitvoeringsvorm met de meeste voorkeur vormen de kerf (en) een gecupt gedeelte tussen de inkepingen en de retentielip. Dit kan worden verkregen door de inkeping (en) die een "V" - of "U" -vorm vormt, met de opening van de "V" of "U" tegenover het retentielipje, en waarbij de "V" of "U" kan zijn gedefinieerd door afzonderlijke inkepingen (bijvoorbeeld, elk been van de V is een afzonderlijke inkeping, die ruimtelijk afstand heeft). Opgemerkt wordt dat een lineaire kerf tangentieel aan de opening, waar de retentielip aanwezig is maar ruimtelijk verwijderd daarvan, ook voordelig kan zijn, hoewel in mindere mate dan de voorgaande uitvoeringsvormen.

Verder wordt opgemerkt dat twee of meer stellen V, U en / of lineaire inkepingen radiaal na elkaar kunnen worden verschaft, om zelfs kracht en deformatie verder te verdelen. Een uitvoeringsvorm met twee inkepingen die een V-vormige verzwakte sectie vormen voor een retentielip, is te zien in de figuren 10 en 11. Verder wordt opgemerkt dat de inkepingen ook kunnen worden aangebracht op de opgerolde retentielippen.

Bij voorkeur zijn in het geval van meerdere inkepingen per retentielip (zie figuur 10), deze symmetrisch ten opzichte van elkaar verschaft, en strekken zich niet verder uit dan 2,0 cm vanaf het meest uitgebreide deel van de retentielip, bij voorkeur niet verder dan 1,0 cm en met de meeste voorkeur ten hoogste 0,75 cm. De inkepingen hebben een minimale breedte (in het vlak van de verpakkingsplaat) van 0,10 mm, bij voorkeur ten minste 0,20 of 0,25 mm. Bij voorkeur hebben de inkepingen een maximale breedte van 0,50 mm, met meer voorkeur ten hoogste 0,35 mm.

In een tweede aspect heeft de uitvinding betrekking op een samenstel omvattende een secundaire verpakking volgens de onderhavige uitvinding die meerdere objecten vasthoudt. Elk van de objecten omvat een richel en / of een uitgespaarde dwarsdoorsnede van een uitwendig gedeelte aan een eerste uiteinde van het object, waarbij de uitgespaarde uitwendig gedeelte ten minste gedeeltelijk, bij voorkeur geheel, naar binnen toe is uitgespaard ten opzichte van een aangrenzende uitwendig gedeelte die grenst aan het genoemde uitgespaarde uitwendig gedeelte, waarbij het aangrenzende uitwendig gedeelte proximaal is aan het eerste uiteinde van het object. De opening die is aangebracht in de plaat van de secundaire verpakking volgens de onderhavige uitvinding, zonder rekening te houden met de retentielippen, is aangepast om doorgang van de voorwerpen aan genoemd eerste einde mogelijk te maken, ten minste tot aan het uitgespaarde uitwendig gedeelte. De retentielippen, gepositioneerd op de omtrek van de openingen, strekken zich binnenwaarts over een afstand uit om zich allen uit te strekken in het uitgespaarde uitwendig gedeelte wanneer het object wordt ingebracht in de opening met het eerste uiteinde van het object. Dit maakt een eenvoudige opname en retentie achteraf van de objecten mogelijk.

Het uitgespaarde gedeelte kan het resultaat zijn van het object dat is voorzien van een randgedeelte, vergelijkbaar met de naad van een blik.

In een variatie heeft de uitvinding betrekking op een samenstel omvattende een eerste en een tweede secundaire verpakking en een aantal voorwerpen, waarbij de eerste en secundaire verpakking elk een verpakking zijn volgens het eerste aspect van de uitvinding. Elk van de objecten omvat een eerste en een tweede uitgespaarde dwarsdoorsnede van het uitwendige gedeelte aan tegenovergestelde uiteinden van de objecten, waarbij het genoemde eerste uitgespaarde uitwendige gedeelte althans gedeeltelijk, bij voorkeur geheel, naar binnen is uitgespaard ten opzichte van een eerste aangrenzende uitwendig gedeelte dat grenst aan het genoemde eerste uitgespaarde uitwendig gedeelte over de dwarsdoorsnede, genoemd eerste aangrenzend uitwendig gedeelte proximaal aan het eerste uiteinde van het object, en genoemd tweede uitgespaard uitwendig gedeelte ten minste gedeeltelijk, bij voorkeur geheel, naar binnen toe uitgespaard ten opzichte van een tweede aangrenzend uitwendig gedeelte grenzend aan genoemd tweede uitgespaard uitwendig gedeelte, genoemd tweede aangrenzend uitwendige gedeelte proximaal aan het tweede uiteinde van het object. De opening van de eerste secundaire verpakking zonder rekening te houden met de retentielippen daarvan is aangepast om doorgang van de objecten aan genoemd eerste uiteinde mogelijk te maken, ten minste tot aan het eerste uitgespaarde uitwendige gedeelte, en waarbij de retentielippen zich over een afstand naar binnen uitstrekken zodat deze zich alle uitstrekken in het eerste uitgespaarde het uitwendige gedeelte wanneer het object in de opening wordt gestoken met het eerste uiteinde van het object. De opening van de tweede secundaire verpakking zonder rekening te houden met de retentielippen daarvan is aangepast om doorgang van de voorwerpen aan genoemd tweede uiteinde mogelijk te maken, ten minste tot aan het tweede uitgespaarde uitwendige gedeelte, en waarbij de retentielippen zich over een afstand naar binnen uitstrekken zodat deze zich alle uitstrekken in het tweede uitgespaarde uitwendige gedeelte wanneer het object in de opening wordt gestoken met het tweede uiteinde van het object. In een specifieke uitvoeringsvorm van beide aspecten zijn de voorwerpen containers, zoals blikken of flessen. In een uitvoeringsvorm met de meeste voorkeur zijn de voorwerpen cilindrische containers, bij voorkeur blikken, omvattende een (dubbele) naad langs de omtrek van het eerste uiteinde van de container, waarbij genoemde (dubbele) naad functioneert als het aangrenzende uitwendige gedeelte proximaal van het eerste uiteinde van de container voorwerp. Bij voorkeur zijn de containers drankblikken. Bij voorkeur zijn de houders frisdrankblikken of bierblikken. Bij voorkeur zijn de genoemde containers bierblikken.

Bij voorkeur is het verschil tussen de straal van het aangrenzende uitwendige gedeelte en de straal van het uitgespaarde uitwendige gedeelte van de containers ten minste 0,05 mm, bij voorkeur is het verschil tussen genoemde stralen ten minste 0,10 mm, bij voorkeur is het verschil tussen genoemde stralen ten minste 0,15 mm, bij voorkeur is het verschil tussen genoemde stralen ten minste 0,20 mm, bij voorkeur is het verschil tussen genoemde stralen ten minste 0,25 mm, bij voorkeur is het verschil tussen genoemde stralen ten minste 0,30 mm, bij voorkeur is het verschil tussen genoemde stralen ten minste 0,35 mm bij voorkeur is het verschil tussen genoemde stralen ten minste ongeveer 0,40 mm, bij voorkeur is het verschil tussen genoemde stralen ten minste ongeveer 0,45 mm, bij voorkeur is het verschil tussen genoemde stralen ten minste ongeveer 0,50 mm. Bij voorkeur valt het verschil tussen de straal van het aangrenzende uitwendige gedeelte en de straal van het uitgespaarde uitwendige gedeelte binnen een bereik van ongeveer 0,05 tot 1,0 mm, bij voorkeur binnen een bereik van ongeveer 0,10 tot 0,95 mm, bij voorkeur binnen een bereik van ongeveer 0,15 tot 0,90 mm, bij voorkeur binnen een bereik van ongeveer 0,20 tot 0,85 mm, bij voorkeur binnen een bereik van ongeveer 0,30 tot 0,80 mm, bij voorkeur binnen een bereik van ongeveer 0,25 tot 0,80 mm, bij voorkeur binnen een bereik van ongeveer 0,30 tot 0,75 mm, bij voorkeur binnen een bereik van bereik van ongeveer 0,35 tot 0,70 mm, bij voorkeur binnen een bereik van ongeveer 0,40 tot 0,65 mm, bij voorkeur binnen een bereik van ongeveer 0,45 tot 0,60 mm, bij voorkeur binnen een bereik van ongeveer 0,45 tot 0,55 mm, met de grootste voorkeur is het verschil tussen genoemde radiussen ongeveer 0,5 mm. Containers waarbij het verschil tussen genoemde stralen ten minste 0,05 mm is, zijn op ruime schaal in de handel verkrijgbaar. De onderhavige uitvinding is niet beperkt tot enige eerder beschreven vorm van realisatie en modificaties kunnen worden toegevoegd zonder herwaardering van de bijgevoegde conclusies. De onderhavige uitvinding is bijvoorbeeld beschreven met verwijzing naar containers, b.v. drankcontainers, maar het is duidelijk dat de uitvinding kan worden toegepast op elke container of ontvanger die is voorzien van een richel of uitstekende naad bij of nabij de bovenkant waaronder een uitsparing aanwezig is (niet noodzakelijk in een teruggetrokken positie ten opzichte van lagere secties van de container), die kan worden gebruikt voor retentiedoeleinden. Verder is de uitstekende naad niet noodzakelijk aanwezig over de gehele omtrek van de container maar kan deze worden verschaft als afzonderlijke uitsteeksels waaronder een uitsparing aldus aanwezig is.

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE FIGUREN

Figuur 1 toont een perspectivisch aanzicht van een container 12 omvattende een uitgespaarde dwarsdoorsnede uitwendige sectie 16 en een daaroverheen liggende aangrenzende uitwendige gedeelte 13 met een grotere straal. Genoemd aangrenzend uitwendige gedeelte 13 beschrijft een omgeschreven cirkel met een straal groter dan de straal van de omgeschreven cirkel van het uitgespaarde uitwendige gedeelte 16 direct gepositioneerd onder genoemd aangrenzend uitwendige gedeelte 13. De container 12 omvat verder een distaal uiteinde 15 en een proximaal uiteinde 14. Figuur 2 toont een perspectivisch aanzicht van een uitvoeringsvorm van de verpakking 1 volgens de onderhavige uitvinding voor het vasthouden van meerdere voorwerpen, of in het bijzonder containers 12. De secundaire verpakking 1 omvat meerdere openingen 2 die zich afzonderlijk door het vlak van de verpakking 1 uitstrekken. Volgens de huidige uitvoeringsvorm zijn de openingen 2 verschaft in een roosterformatie omvattende een longitudinale richting (X) 5 en een dwarsrichting (Y)

6. Volgens de huidige uitvoeringsvorm zijn de openingen 2 op gelijke afstand van elkaar geplaatst in beide longitudinale banen. richting (X) 5 en dwarsrichting (Y) 6. Elke opening 2 wordt geroteerd ten opzichte van elke naburige opening 2 gepositioneerd in zowel de longitudinale richting (X) 5 als dwarsrichting (Y) 6. De openingen 2 van de huidige uitvoeringsvorm zes hoekpunten 9. Deze openingen 2 worden ongeveer 30 ° geroteerd ten opzichte van elke aangrenzende opening 2. De openingen 2 zijn voorzien van retentielippen 3 (niet getoond). De secundaire verpakking is verder voorzien van vingerlussen 4. Deze vingerlussen 4 strekken zich uit door het vlak van de secundaire verpakking 1 met een omtrek die verschillende vormen kan aannemen, waaronder cirkelvormig, hoekig of een combinatie daarvan.

Figuur 3 toont een uitvoeringsvorm van een samenstel volgens de onderhavige uitvinding. Figuur 4 toont een perspectivisch aanzicht van een dwarsdoorsnede van een opening 2 van een secundaire verpakking omvattende een of meer opgerolde retentielippen en een container 12, gepositioneerd onder de opening, omvattende een bredere sectie 13 (richel) en een uitgespaarde sectie 16 direct inferieur naar het bredere gedeelte 13, onder de opening. De opgerolde retentielip 3 omvat een distaal uiteinde 19, een boveneinde 20, een apertuuruiteinde 21, een ondereinde 22, een buitenrandomtrek 23, een binnenrandomtrek 24.

Figuren 5 en 6 tonen een bovenaanzicht van een uitvoeringsvorm van de secundaire verpakking 1 volgens de onderhavige uitvinding. Bij voorkeur omvat de secundaire verpakking 1 zes openingen 2. Bij voorkeur zijn de openingen 2 geplaatst in een 2 x 3 rooster. Bij voorkeur omvat elke opening 2 vier opgerolde retentielippen 3. Bij voorkeur omvat elke opgerolde retentielip 3 een distaal uiteinde 19 en een apertuuruiteinde 21. Bij voorkeur bepalen de opgerolde retentielippen 3, van een onbezette opening 2, een ingeschreven cirkel of lus. 7. Bij voorkeur omvat de secundaire verpakking twee vingerlussen 4.

Figuur 7 toont een gedetailleerd bovenaanzicht van een uitvoeringsvorm van de secundaire verpakking 1 volgens de onderhavige uitvinding. Deze uitvoeringsvorm is ook getoond in figuur 6. Elke retentielip zoals getoond in figuren 6 en 7 is voorzien van één ingesprongen uitsparingssectie 26, dat een lagere minimale afstand heeft tot de omtrek van de opening dan de direct omringende secties 25. Dergelijke uitsparingssecties 26 zijn aangebracht aan de niet-bevestigde zijde van elke retentielip. Dergelijke retentielippen zijn "kameelbultvormig", de twee bulten 25 grenzend aan het uitsparingsgedeelte 26, en verschaffen een groter contactoppervlak tussen elke container en elke vatopname-opening. De twee 'geklopte' secties 25 samen met de uitsparingssectie 26 zorgen voor een retentielip in deze uitvoeringsvorm. Merk op dat de uitsparingssectie 26 en de gehropte secties 25 overdreven zijn om de genoemde kenmerken duidelijk te tonen.

Figuren 8 en 9 tonen een gedetailleerd aanzicht in dwarsdoorsnede van een uitvoeringsvorm van de secundaire verpakking. Deze uitvoeringsvorm is bijvoorbeeld ook getoond in figuur 5. Het rechteruiteinde van de dwarsdoorsnede-aanzichten toont een opgerolde rand 9 aangebracht aan een retentielip. De retentielippen 3 van een onbezette opening 2 steken ten minste gedeeltelijk naar binnen uit vanaf de omtrek van elke opening 2 onder een eerste hoek ten opzichte van het onderoppervlak van de secundaire verpakking 1. De eerste hoek is geïllustreerd in figuur 8. De retentielippen 3 vorm grijpende bekken bij het opnemen en vasthouden van de container 12, waarbij de grijpbekken ten minste gedeeltelijk inwaarts vanuit de omtrek steken onder een tweede hoek ten opzichte van het onderoppervlak van de secundaire verpakking 1. De tweede hoek is geïllustreerd in figuur 9. De linkerzijde einde van het aanzicht in dwarsdoorsnede toont een opgerolde rand 9 aangebracht aan een zijrand van een in hoofdzaak rechthoekige secundaire verpakking. Een dergelijke verpakking wordt bijvoorbeeld getoond in figuur en 5.

Figuur 10 toont een gedetailleerd bovenaanzicht van een uitvoeringsvorm van de uitvinding waarbij inkepingen 27 zijn verschaft in een V-vorm in de verpakking 1 bij een retentielip 3.

Figuur 11 toont een algemeen bovenaanzicht van een uitvoeringsvorm van de secundaire verpakking volgens de uitvinding, waarbij V-vormige inkepingen 27 zijn aangebracht aan de retentielippen 3 van één van de openingen 2.

Aangenomen wordt dat de onderhavige uitvinding niet beperkt is tot de hierboven beschreven uitvoeringsvormen en dat enkele modificaties van of wijzigingen in de beschreven voorbeelden kunnen worden toegevoegd zonder heroverweging van de aangehechte conclusies.

Claims (16)

CONCLUSIES

1. Verpakking (1) voor het vasthouden van meerdere voorwerpen (12), bij voorkeur containers, welke verpakking in hoofdzaak vlak is en een plaat omvat; welke plaat is voorzien van een aantal openingen (2) voor het vasthouden van de voorwerpen, welke openingen zich door de plaat uitstrekken, waarbij de openingen zijn aangebracht in een roosterformatie in een longitudinale (X) richting en een transversale (Y) richting, bij verdere voorkeur waarbij genoemde openingen op gelijke afstand van elkaar liggen in zowel de longitudinale (X) als de transversale (Y) richting; waarbij elk van de openingen een omtrek omvat en één of meer, bij voorkeur ten minste drie, veerkrachtige retentielippen (3) zijn voorzien aan genoemde omtrek, zich ten minste gedeeltelijk naar binnen uitstrekkend vanaf genoemde omtrek; waarbij de verpakking (1) in hoofdzaak metaal omvat en bij voorkeur uit metaal bestaat.

2. Verpakking volgens de voorgaande conclusie 1, waarbij de retentielippen (3) van een lege opening (2) ten minste gedeeltelijk naar binnen uitsteken vanaf de omtrek van elke opening (2) onder een eerste hoek ten opzichte van de plaat van de verpakking (1); waarbij de genoemde retentielippen een ten minste gedeeltelijk elastische vervorming ondergaan bij het inbrengen van de objecten (12), en waarbij de retentielippen van een opening die door een object is bezet, ten minste gedeeltelijk naar binnen uitsteken vanaf de genoemde rand in een tweede hoek ten opzichte van de plaat van genoemde verpakking (1); bij voorkeur waarbij de eerste en tweede hoek in hoofdzaak verschillend zijn.

3. Verpakking volgens de voorgaande conclusie 2, waarbij de eerste hoek ligt tussen 10° en 60° ten opzichte van de plaat, bij voorkeur tussen 20° en 55°, meer bij voorkeur tussen 40° en 50°; en waarbij de tweede hoek varieert tussen 20° en 70° ten opzichte van de plaat, bij voorkeur tussen 30° en 65°, meer bij voorkeur tussen 40° en 60°.

4. Verpakking volgens een van de voorgaande conclusies 1 tot en met 3, waarbij de plaat een dikte heeft die ligt tussen 0,05 mm en 1,0 mm, bij voorkeur tussen 0,1 mm en 0,25 mm.

5. Verpakking volgens één van de voorgaande conclusies 1 tot en met 4, waarbij de retentielippen (3) zich uitstrekken vanaf de omtrek van de convexe omhullende van de omtrek van de opening over een minimale afstand van 0,50 mm, bij voorkeur 1,0 mm.

6. Verpakking volgens één van de voorgaande conclusies 1 tot en met 5, waarbij de omtrek van de openingen (2) veelhoekig is, bij voorkeur regelmatig veelhoekig, waarbij de retentielippen (3) zijn voorzien aan de randen van de in hoofdzaak veelhoekige omtrek.

7. Verpakking volgens één van de voorgaande conclusies 1 tot en met 6, waarbij elke retentielip (3) is voorzien van een of meer ingesprongen uitsparingssecties die zijn voorzien aan de niet-bevestigde zijde van elke retentielip (3), het ingesprongen uitsparingssecties naar de omtrek van de opening zijn ingesprongen, waardoor een gebochelde structuur in de retentielip wordt gevormd.

8. Verpakking volgens een der voorgaande conclusies 1 tot 7, waarbij de retentielippen over regelmatige tussenruimten op de omtrek van de openingen zijn gepositioneerd, waarbij die openingen zijn voorzien in een roosterformatie die een longitudinale (X) richting en een dwarsrichting omvat (Y) richting, meer bij voorkeur waarbij genoemde openingen op gelijke afstand van elkaar liggen in zowel de longitudinale (X) als de transversale (Y) richting, en waarbij elke opening geroteerd staat ten opzichte van elke aangrenzende opening gepositioneerd in beide longitudinale richting (X) en dwarsrichting (Y), bij voorkeur waarbij elke opening geroteerd staat over 180 ° gedeeld door het aantal retentielippen ten opzichte van elke aangrenzende opening.

9. Verpakking volgens een der voorgaande conclusies 1 tot 8, waarbij rondom ten minste één, bij voorkeur alle openingen (2), de plaat is voorzien van één of meer verzwakte lijnsecties bij zones die grenzen aan de omtrek van genoemde openingen. opening (2) waarvan de retentielippen zich uitstrekken,

bij voorkeur waarbij de genoemde verzwakte lijnsecties een in het algemeen U- of V-vormige vorm definiëren, en waarbij de opening van de U- of V- vormige vorm naar de omtrek van de opening (2) is gericht.

10.Verpakking volgens de voorgaande conclusie 9, waarbij de verzwakte lijnsecties zijn gedefinieerd door een verminderde dikte van de plaat met ten minste 25%, bij voorkeur ten minste 50%, met meer voorkeur ten minste 75%, met de meeste voorkeur met 100% met betrekking tot naar de rest van de plaat.

11. Verpakking volgens een der voorgaande conclusies 1 tot 10, waarbij de plaat uit metaal, bij voorkeur aluminium en / of een aluminiumlegering bestaat, en waarbij de plaat is voorzien van gerolde randen over de omtrek van de plaat, waarbij genoemde opgerolde randen bij voorkeur uitsteken over ten minste 2 mm in hoogte van de plaat.

12. Verpakking volgens één van de voorgaande conclusies 1-11, waarbij de plaat twee vingerlussen omvat die zich uitstrekken door de plaat en waarbij de plaat is voorzien van opgerolde randen over de omtrek van de vingerlussen, waarbij de gerolde randen zich bij voorkeur uitstrekken over ten minste 2 mm in de hoogte vanaf de plaat.

13.Verpakking volgens een der voorgaande conclusies 1-12, waarbij de verpakking bestaat uit metaal, bij voorkeur uit aluminium en / of een aluminiumlegering.

14. Samenstel omvattende een secundaire verpakking en een aantal voorwerpen, welke secundaire verpakking een verpakking volgens één van de voorgaande conclusies 1 tot 13 is; waarbij elk van de objecten een uitgespaard uitwendig gedeelte over de dwarsdoorsnede aan een eerste uiteinde van het object omvat, waarbij het uitgespaarde uitwendige gedeelte ten minste gedeeltelijk, bij voorkeur geheel, naar binnen toe uitgespaard is ten opzichte van een aangrenzend uitwendig gedeelte grenzend aan het uitgespaarde uitwendig gedeelte, het aangrenzende uitwendige gedeelte proximaal ten opzichte van het eerste uiteinde van het object; en waarbij de opening zonder rekening te houden met de retentielippen is aangepast om doorgang van de objecten aan het eerste uiteinde mogelijk te maken, ten minste tot aan het uitgespaarde uitwendige gedeelte, waarbij de retentielippen zich over een afstand naar binnen uitstrekken om zich allen in het uitgespaarde uitwendige gedeelte uit te strekken wanneer het object wordt met het eerste uiteinde van het object in de opening geplaatst.

15. Samenstel omvattende een eerste en een tweede secundaire verpakking en een aantal voorwerpen, waarbij de eerste en secundaire verpakking elk een verpakking volgens één van de voorgaande conclusies 1 tot 13 zijn; waarbij elk van de objecten een eerste en een tweede uitgespaard uitwendig gedeelte over de dwarsdoorsnede aan tegenover elkaar liggende einden van de voorwerpen omvat, waarbij het eerste uitgespaarde uitwendige gedeelte minstens gedeeltelijk, bij voorkeur geheel, naar binnen toe is uitgespaard ten opzichte van een eerste aangrenzend uitwendige gedeelte grenzend aan het eerste uitgespaard uitwendige gedeelte, het eerste aangrenzende uitwendige gedeelte proximaal aan het eerste uiteinde van het voorwerp, en het tweede uitgespaarde uitwendige gedeelte ten minste gedeeltelijk, bij voorkeur geheel, naar binnen toe uitgespaard ten opzichte van een tweede aangrenzend uitwendige gedeelte grenzend aan het tweede uitgespaarde uitwendige gedeelte, het tweede aangrenzend uitwendig gedeelte proximaal ten opzichte van het tweede uiteinde van het object; waarbij de opening van de eerste secundaire verpakking zonder rekening te houden met de retentielippen daarvan is aangepast om doorgang van de objecten aan genoemd eerste uiteinde mogelijk te maken, ten minste tot aan het eerste uitgespaarde uitwendige gedeelte, en waarbij de retentielippen zich over een afstand naar binnen uitstrekken zodat deze allemaal strekken zich uit in het eerste uitgespaarde uitwendige gedeelte wanneer het object wordt ingebracht in de opening met het eerste uiteinde van het object; waarbij de opening van de tweede secundaire verpakking zonder rekening te houden met de retentielippen daarvan is aangepast om doorgang van de objecten aan genoemd tweede uiteinde mogelijk te maken ten minste tot aan het tweede uitgespaarde uitwendige gedeelte, en waarbij de retentielippen zich over een afstand naar binnen uitstrekken zodat dit voor alle strekken zich uit in de tweede uitgespaarde uitwendige gedeelte wanneer het object wordt ingebracht in de opening met het tweede uiteinde van het object.

16.Samenstel volgens een der voorgaande conclusies 14 of 15, waarbij de objecten cilindrische containers zijn, bij voorkeur blikken, omvattende een dubbele naad langs de omtrek van het eerste uiteinde van de container, waarbij genoemde dubbele naad functioneert als het aangrenzende proximale uitwendig gedeelte naar het eerste uiteinde van het object.