BE1027202B1

BE1027202B1 - Hvac regelsysteem voor dynamische temperatuurregeling

Info

Publication number: BE1027202B1
Application number: BE20195266A
Authority: BE
Inventors: Brabander Gino De
Original assignee: Niko Nv
Priority date: 2019-04-19
Filing date: 2019-04-19
Publication date: 2020-11-17
Also published as: EP3730856A1; BE1027202A1

Abstract

De huidige uitvinding verschaft een HVAC-regelsysteem (10) voor het regelen van de temperatuur in ten minste één gebied van een gebouw. Het HVAC-regelsysteem (10) omvat ten minste één gebruikersinvoerinterface (2) voor het ontvangen van een instelling van ten minste één bewoner, ten minste één temperatuurregelmiddel (1) voor het regelen van de temperatuur in het ten minste één gebied, en een regel- en communicatie-eenheid (3) omvattende een verwerkingseenheid (4) voor het regelen van het ten minste één temperatuurregelmiddel (1) om een aanwezigheidstemperatuurinstelling (TPRES) en een afwezigheidstemperatuurinstelling (TAWAY) in te stellen respectievelijk voor wanneer de ten minste één bewoner aanwezig is in het ten minste één gebied of niet aanwezig is in het ten minste één gebied. Het HVAC-regelsysteem (10) omvat verder een middel (6) voor het volgen van activiteit door de ten minste één bewoner in het ten minste één gebied, en de verwerkingseenheid (4) is verder ingericht om automatisch een signaal naar het temperatuurregelmiddel (1) te zenden om de aanwezigheidstemperatuurinstelling (TPRES) aan te passen aan ten minste één activiteit_hoog temperatuurinstelling (TACT_HIGH) bij het ontvangen van een signaal dat indicatief is voor activiteit in het ten minste één gebied, of aan een activiteit_laag temperatuurinstelling (TACT_LOW) bij het niet langer ontvangen van een signaal dat representatief is voor activiteit van het middel (6) voor het detecteren van activiteit.

Description

HVAC REGELSYSTEEM VOOR DYNAMISCHE TEMPERATUURREGELING Technisch gebied van de uitvinding De huidige uitvinding heeft betrekking op een HVAC-regelsysteem. Meer in het bijzonder heeft de huidige uitvinding betrekking op een HCAC-regelsysteem dat dynamische temperatuurregeling mogelijk maakt.

Achtergrond van de uitvinding Tegenwoordig wordt alles slim, van slimme telefoons tot slimme HVAC-regelsystemen, bv. slimme thermostaten, tot slimme gebouwen en zelfs slimme steden. Deze evolutie is een direct gevolg van de opkomst van het Internet of Things (loT), dat, in combinatie met een groeiend milieubewustzijn, geleid heeft tot de identificatie van het potentieel van ICT voor het verbeteren van de energie-efficiëntie van, bijvoorbeeld, apparaten of gebouwen.

Ook een efficiënt gebruik van energie wordt steeds belangrijker in de huidige maatschappij. Het introduceren van intelligentie in apparaten door hun gebruik te modelleren, het creëren van zogenaamde intelligente of slimme producten, is één manier om energiebesparingen te realiseren. Voorbeelden hiervan zijn slimme thermostaten, reeds een aantal concepten bestaan.

Slimme thermostaten moeten eenmaal geprogrammeerd worden en kunnen zich vervolgens automatisch aanpassen aan de ingestelde temperaturen, afhankelijk van het feit of er al dan niet mensen in een huis of gebouw aanwezig zijn, om energie te besparen.

EP 2 769 277 beschrijft een slimme thermostaat. Uitvoeringen van EP 2 769 277 beschrijven thermostaten die geconfigureerd kunnen worden om in één modus te werken wanneer het huis bezet is en om in een tweede modus te werken wanneer het huis niet bezet is. Wanneer het huis bijvoorbeeld bezet is, kunnen apparaten geconfigureerd worden om gebruikersinterfaces te activeren, bepaalde niveaus van temperatuur en/of vochtigheid te handhaven. Aan de andere kant, wanneer het huis niet bezet is, kunnen apparaten geconfigureerd worden om gebruikersinterfaces uit te schakelen, energie te besparen door normale niveaus van vochtigheid te veranderen, apparaten uit te schakelen, en op andere manieren het energieverbruik van het huis te verminderen wanneer er niemand is. Daarom omvat de thermostaat één of meer temperatuursensoren voor het bepalen van een omgevingsluchttemperatuur. Verder omvat de thermostaat ten minste één bezettingssensor in operationele communicatie met een verwerkingssysteem. De thermostaat omvat een afwezigheidstoestandkenmerk waarbij de thermostaat in een afwezigheidstoestand- werkingsmodus gaat na een bepaling door het verwerkingssysteem op basis van uitlezingen verkregen door de ten minste één bezettingssensor dat voldaan werd aan een afwezigheidstoestandsvoorwaarde, indicatief voor een niet-bezettingsvoorwaarde voor een behuizing waarin de thermostaat geïnstalleerd werd. De afwezigheidstandstoestand- bedrijfsmodus omvat een automatische instelpunt-temperatuur-terugstelmodus. Het verwerkingssysteem is geconfigureerd om automatisch te bepalen, zonder gebruikersinvoer te vereisen, of het afwezigheidstoestandkenmerk voor de behuizing waarin de thermostaat geïnstalleerd werd, geactiveerd moet worden.

De in EP 2 769 277 beschreven thermostaat kan enkel worden ingesteld in een afwezigheidstoestand en een bezettingstoestand, d.w.z. een temperatuurinstelpunt voor het geval dat er niemand in de woning of het gebouw is en een temperatuurinstelpunt voor het geval wanneer er ten minste één persoon aanwezig is in de woning of het gebouw. Echter, indien bijvoorbeeld een temperatuurinstelpunt voor bezetting op avonden ingesteld is op 21°, gebeurt het dat een persoon die in het gebouw of woning op dat moment rondloopt, bijv. voor het schoonmaken van het huis. Op dat moment kan 21° te hoog zijn voor die persoon en moet hij of zij de temperatuur handmatig aanpassen, d.w.z. de temperatuur verlagen. Aan de andere kant kan de persoon op een andere avond in de stoel zitten en televisie kijken. Op dat moment kan 21° te laag zijn, en wederom moet hij of zij de temperatuur handmatig aanpassen, in dat geval de temperatuur verhogen.

Samenvatting van de uitvinding Het is een doel van uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding om een HVAC-regelsysteem te verschaffen dat voorziet in dynamische temperatuurregeling tijdens gebruik, gebaseerd op activiteitsdetectie.

Het bovenstaande doel wordt bereikt door een inrichting volgens uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding.

Een HVAC-regelsysteem voor het regelen van de temperatuur in ten minste één gebied van een gebouw. Het HVAC-regelsysteem omvat ten minste één gebruikersinvoerinterface voor het ontvangen van een instelling van ten minste één bewoner, ten minste één temperatuur- regelmiddel voor het regelen van de temperatuur in het ten minste één gebied, en een regel- en communicatie-eenheid omvattende een verwerkingseenheid voor het regelen van het ten minste één temperatuurregelmiddel om een aanwezigheidstemperatuurinstelling en een afwezigheidstemperatuurinstelling in te stellen respectievelijk voor wanneer de ten minste één bewoner aanwezig is in het ten minste één gebied of niet aanwezig is in het ten minste één gebied.

Het HVAC-regelsysteem omvat verder een middel voor het volgen van activiteit door de ten minste één bewoner in het ten minste één gebied, en de verwerkingseenheid is verder ingericht om automatisch een signaal naar het temperatuurregelmiddel te zenden om de aanwezigheidstemperatuurinstelling aan te passen aan ten minste één activiteit_hoog temperatuurinstelling bij het ontvangen van een signaal dat indicatief is voor activiteit in het ten minste één gebied, of aan een activiteit _laag temperatuurinstelling bij het niet langer ontvangen van een signaal dat representatief is voor activiteit van het middel voor het detecteren van activiteit, waarbij de activiteit_hoog temperatuurinstelling natuurlijk lager is dan de activiteit laag temperatuurinstelling, maar nog steeds hoger is dan de afwezigheidstemperatuurinstelling.

Een HVAC-regelsysteem volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding heeft twee mogelijke modi, d.w.z. een afwezigheidsmodus en een aanwezigheidsmodus en heeft ten minste drie mogelijke temperatuurinstelpunten, d.w.z. een afwezigheidstemperatuurinstelling, een activiteit _hoog temperatuurinstelling en een activiteit_laag temperatuurinstelling.

Daarom kan een HVAC-systeem volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding het energieverbruik verlagen in vergelijking met bestaande HVAC-systemen.

Dit is omdat, wanneer een bewoner bijvoorbeeld rondloopt of schoonmaakt of iets dergelijks, de temperatuur lager kan zijn dan wanneer deze bewoner bijvoorbeeld op een stoel of in een zetel zit, anders kan het te warm worden.

Door het HVAC-systeem volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding te maken, zodat het de temperatuur automatisch kan aanpassen naar een lagere waarde wanneer er activiteit gaande is, kan er veel bespaard worden op energieverbruik.

De regel- en communicatie-eenheid kan een regel- en communicatie-eenheid op afstand zijn die zich op afstand van het temperatuurregelmiddel bevindt en die verbonden is met het ten minste één temperatuurregelmiddel.

Volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding is aldus de intelligentie die nodig is voor het regelen van de apparaten die deel uitmaken van het HVAC-regelsysteem voor het regelen van de temperatuur in ten minste één gebied van een gebouw, geen deel van het temperatuurregelmiddel, maar is gelegen op een, bij voorkeur centrale, locatie weg van het temperatuurregelmiddel.

De verwerkingseenheid kan ingericht zijn voor het ontvangen van invoer voor het instellen van de aanwezigheidstemperatuurinstelling en de afwezigheidstemperatuurinstelling via het ten minste één gebruikersinvoerinterface.

Volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding kan het HVAC-regelsysteem verder een middel omvatten voor het detecteren van aanwezigheid van ten minste één bewoner, en de verwerkingseenheid kan ingericht zijn voor het ontvangen van invoer van het middel voor het detecteren van de aanwezigheid van de ten minste één bewoner en voor het zenden, bij het ontvangen van een signaal dat representatief is voor de aanwezigheid van ten minste één bewoner, van een signaal naar het ten minste één temperatuurregelmiddel voor het aanpassen van de temperatuur aan een aanwezigheidstemperatuurinstelling en, wanneer niet langer het signaal dat representatief is voor de aanwezigheid van ten minste één bewoner, ontvangen wordt, het zenden van een signaal naar het ten minste één temperatuurregelmiddel voor het aanpassen van de temperatuur aan een afwezigheidstemperatuurinstelling.

Het HVAC-systeem kan verder een verwerkingseenheidgeheugen omvatten voor het opslaan van afwezigheids/aanwezigheids/activiteitscurven, bepaald door historische instellingen van de afwezigheidstemperatuurinstellingen, de aanwezigheidstemperatuurinstellingen, de activiteit laag temperatuurinstellingen en de activiteit hoog temperatuurinstellingen, gemaakt door een gebruiker of bepaald door de verwerkingseenheid.

Volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding kan de verwerkingseenheid verder ingericht zijn voor het voorspellen van toekomstige afwezigheids/aanwezigheids/activiteitscurve uit historische instellingen, bepaald door een gebruiker bepaald door de verwerkingseenheid. Het middel voor het volgen van activiteit in het ten minste één gebied kan, volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding, er ten minste één zijn van een mobiel apparaat, zoals bijv. een mobiele telefoon, een activiteitsvolger of een slim horloge, ten minste één activiteitsmetende sensor of een camera die, bijvoorbeeld, geactiveerd kunnen worden door een signaal van het middel voor het detecteren van aanwezigheid van ten minste één bewoner.

Volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding kan het middel voor het detecteren van aanwezigheid van de ten minste één bewoner een CO:-sensor, middelen voor het detecteren van het openen of sluiten van een deur, middelen voor het detecteren van de aanwezigheid van WiFi of Bluetooth, of dergelijke, omvatten.

De gebruikersinvoerinterface kan deel uitmaken van het temperatuurregelmiddel of kan gevormd worden door een wandbeeldscherm, een tablet of een slimme telefoon.

De regel- en communicatie-eenheid kan een gateway zijn of is geïntegreerd in één van een beeldscherm, een tablet, een TV, een settopbox of een slimme telefoon. 5 Het temperatuurregelmiddel kan ten minste één van een thermostaat, ten minste één thermostatische klep of ten minste één sensor omvatten.

Korte beschrijving van de tekeningen Opgemerkt moet worden dat dezelfde verwijzingstekens in de verschillende figuren verwijzen naar dezelfde, soortgelijke of analoge elementen.

Fig. 1 illustreert een afwezigheids/aanwezigheidscurve voor HVAC-regelsystemen volgens de stand van de techniek.

Fig. 2 illustreert schematisch een HVAC-regelsysteem volgens uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding.

Fig. 3 illustreert een afwezigheids/aanwezigheidscurve voor een HVAC-regelsysteem volgens uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding.

Fig. 4 illustreert schematisch het werkingsprincipe van een HVAC-regelsysteem volgens uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding.

Beschrijving van illustratieve uitvoeringsvormen In de beschrijving zullen verschillende uitvoeringsvormen gebruikt worden om de uitvinding te beschrijven.

Daarom zal verwezen worden naar verschillende tekeningen.

Het moet duidelijk zijn dat deze tekeningen als niet-beperkend bedoeld zijn, waarbij de uitvinding alleen door de conclusies beperkt wordt.

De tekeningen zijn dus voor illustratieve doeleinden, waarbij de afmetingen van sommige van de elementen in de tekeningen kunnen overdreven zijn ter wille van de duidelijkheid.

De term "omvattende" mag niet worden geïnterpreteerd als zijnde op enigerlei wijze beperkend voor de uitvinding.

De term "omvattende", die in de conclusies gebruikt wordt, is niet bedoeld om beperkend te zijn op de middelen die daarna beschreven worden; het sluit andere elementen, onderdelen of stappen niet uit.

De term "verbonden" zoals deze in de conclusies en in de beschrijving gebruikt wordt, mag, tenzij anders aangegeven, niet geïnterpreteerd worden als zijnde beperkt tot directe verbindingen. Onderdeel A dat verbonden is met onderdeel B is dus niet beperkt tot onderdeel A dat in direct contact staat met onderdeel B, maar omvat ook indirect contact tussen onderdeel A en onderdeel B, met andere woorden omvat ook het geval waarbij tussenliggende onderdelen aanwezig zijn tussen onderdeel A en onderdeel B.

Niet alle uitvoeringsvormen van de uitvinding omvatten alle kenmerken van de uitvinding. In de volgende beschrijving en conclusies kan elk van de geclaimde uitvoeringsvormen in elke combinatie worden gebruikt.

Zoals hierboven reeds beschreven is, kunnen momenteel bestaande HVAC-regelsystemen of thermostaten alleen een temperatuur instellen voor wanneer niemand thuis is en een temperatuur voor wanneer iemand thuis is. Dit wordt geïllustreerd in Fig. 1, die een afwezigheids/aanwezigheidscurve van een HVAC-regelsysteem toont volgens de stand van de techniek, dat de afwezigheidstemperatuurinstelling Taway en de aanwezigheidstemperatuurinstelling Trees illustreert. Het moet duidelijk zijn dat de afwezigheidstemperatuurinstelling Taway ook de temperatuur 's nachts aangeeft wanneer de bewoner(s) slaapt/slapen. De afwezigheidstemperatuurinstelling Tawar en de aanwezigheidstemperatuurinstelling Tpres kan door een gebruiker geprogrammeerd worden of kan geactiveerd worden door, bijv. aanwezigheidsdetectie. Echter, wanneer een bewoner het warm krijgt omdat hij veel activiteit ontplooit (schoonmaken, rondlopen, …) of het koud krijgt omdat hij geen activiteit ontplooit (zittend op een stoel of in een zetel, …), moet de temperatuur altijd handmatig ingericht worden. Daarom verschaft de huidige uitvinding een HVAC-regelsysteem voor het regelen van de temperatuur in ten minste één gebied of kamer van een gebouw. Het HVAC-regelsysteem omvat ten minste één gebruikersinvoerinterface voor het ontvangen van een instelling van ten minste één bewoner van het gebied, ten minste één temperatuurregelmiddel voor het regelen van de temperatuur in het ten minste één gebied, en een regel- en communicatie- eenheid omvattende een verwerkingseenheid voor het regelen van het ten minste één temperatuurregelmiddel om respectievelijk een aanwezigheidstemperatuurinstelling en een afwezigheidstemperatuurinstelling in te stellen voor wanneer de ten minste één bewoner aanwezig is in het ten minste één gebied en voor wanneer de ten minste één bewoner niet aanwezig is in het ten minste één gebied. Volgens de uitvinding omvat het HVAC- regelsysteem verder een middel voor het volgen van activiteit door de ten minste één bewoner in het ten minste één gebied, en is de verwerkingseenheid verder ingericht om de aanwezigheidstemperatuurinstelling automatisch aan te passen aan ten minste één activiteit_hoog temperatuurinstelling bij het ontvangen van een signaal dat indicatief is voor activiteit in het ten minste één gebied, of een activiteit laag temperatuurinstelling bij het niet langer ontvangen van een signaal dat representatief is voor activiteit van het middel voor het detecteren van activiteit.

De activiteit_hoog temperatuurinstelling is lager dan de activiteit laag temperatuurinstelling, maar is nog steeds hoger dan de afwezigheidstemperatuurinstelling.

Het HVAC-regelsysteem volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding heeft twee mogelijke modi, d.w.z. een afwezigheidsmodus en een aanwezigheidsmodus en heeft ten minste drie mogelijke temperatuurinstelpunten, d.w.z. een afwezigheidstemperatuurinstelling, een activiteit _hoog temperatuurinstelling en een activiteit_laag temperatuurinstelling.

Dit is omdat, wanneer een bewoner, bijvoorbeeld, rondloopt of schoonmaakt of iets dergelijks, de temperatuur lager mag zijn dan wanneer deze bewoner bijvoorbeeld op een stoel of in een zetel zit, anders kan het te warm worden.

Door het HVAC-systeem volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding te maken, zodat het de temperatuur automatisch kan aanpassen naar een lagere waarde wanneer er activiteit ontplooit wordt, kan er veel bespaard worden op energieverbruik.

De huidige uitvinding zal hierna beschreven worden door middel van verschillende uitvoeringsvormen.

Het moet duidelijk zijn dat deze uitvoeringsvormen alleen bedoeld zijn om de uitvinding te begrijpen en niet bedoeld zijn om de uitvinding op enigerlei wijze te beperken.

Een HVAC-regelsysteem 10 volgens uitvoeringsvormen van de huidige uitvinding is geïllustreerd in Fig. 2. Het HVAC-regelsysteem 10 omvat ten minste één temperatuurregelmiddel 1. Het temperatuurregelmiddel 1 kan, bijvoorbeeld, ten minste één thermostaat zijn, ten minste één thermostatische klep, ten minste één sensor, elk ander geschikt middel voor het regelen van de temperatuur zoals bekend aan een vakman, of een combinatie daarvan.

Het HVAC-regelsysteem 10 omvat ook een gebruikersinvoerinterface 2 via hetwelke een bewoner van het ten minste één gebied een instelling kan invoeren, d.w.z. een voorkeurstemperatuur.

Het invoerinterface 2 kan, volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding, bijvoorbeeld deel uitmaken van het temperatuurregelmiddel 1, bijv. thermostaat,

of kan gevormd worden door een wandbeeldscherm, een tablet, een slimme telefoon of iets dergelijks.

Het HVAC-regelsysteem 10 omvat verder een regel- en communicatiemiddel 3. Volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding kan het regel- en communicatiemiddel 3, bijvoorbeeld, een gateway zijn of kan geïntegreerd worden in één van een beeldscherm, een tablet, een TV, een settopbox, een schakelaar, een sensor, een slimme telefoon of iets dergelijks.

De controle- en communicatie-eenheid 4 kan, draadloos of door draden, verbonden zijn met het ten minste één temperatuurregelmiddel 1. Volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding kan het regel- en communicatiemiddel 3 een regel- en communicatiemiddel op afstand zijn, d.w.z. het regel- en communicatiemiddel 3 kan zich op afstand van het temperatuurregelmiddel 1 bevinden.

Of met andere woorden, het temperatuurregelmiddel 1 en het regel- en communicatiemiddel 3 kunnen geïmplementeerd zijn als twee verschillende apparaten.

Het regel- en communicatiemiddel 3 kan bij voorkeur op een vaste centrale locatie in het gebouw gelegen zijn.

Dit kan, bijvoorbeeld in het geval van een gateway, in een kast zijn.

En volgens een ander voorbeeld, in het geval dat het regel- en communicatiemiddel 3 bijv. een beeldscherm is, kan dit verschaft worden op een wand in een kamer van het gebouw.

Echter, de locatie van het regel- en communicatiemiddel 3 is niet noodzakelijk gefixeerd.

Inderdaad, wanneer het regel- en communicatiemiddel 3 een slimme telefoon is, kan deze zich overal in het huis bevinden of kan deze gedragen worden door een bewoner van de kamer, bijv. in zijn zakken.

Het regel- en communicatiemiddel 3 omvat een verwerkingseenheid 4 voor het regelen van het ten minste één temperatuurregelmiddel 1 om een aanwezigheidstemperatuurinstelling Tees en een afwezigheidstemperatuurinstelling Tawar in te stellen.

Met aanwezigheidstemperatuurinstelling Trres wordt bedoeld een voorkeurstemperatuur die wordt ingesteld wanneer ten minste één bewoner aanwezig is in een gebied of kamer in een gebouw.

Met afwezigheidstemperatuurinstelling Taway wordt bedoeld een gewenste temperatuur die moet worden ingesteld wanneer er niemand aanwezig is in het ten minste één gebied of kamer.

Volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding kan de verwerkingseenheid 4 ingericht worden voor het ontvangen van invoer voor het instellen van de aanwezigheidstemperatuurinstelling Tpres en de afwezigheidstemperatuurinstelling Taway via de ten minste één gebruikersinvoerinterface 2. In een dergelijk geval kan de aanwezigheidstemperatuurinstelling Tpres en de afwezigheidstemperatuurinstelling Taway handmatig door de gebruiker gedaan worden. Dit kan worden gedaan door het HVAC- regelsysteem 10 te programmeren met de gewenste temperatuurinstellingen Tpres en Taway als een functie van tijd. Met andere woorden, de gewenste temperatuurinstellingen Tpres en Taway worden op het geprogrammeerde uur geactiveerd.

Volgens andere uitvoeringsvormen kan het programmeren van het HVAC-regelsysteem 10 zodanig zijn dat activering van de gewenste temperatuurinstellingen Tpges en Taway kan worden gekoppeld aan het detecteren van de aanwezigheid van een bewoner. Daarom kan het HVAC-regelsysteem verder een middel 5 omvatten voor het detecteren van de aanwezigheid van ten minste één bewoner. Een dergelijk middel 5 om de aanwezigheid van ten minste één bewoner te detecteren, kan, volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding, een CO:-sensor, middelen voor het detecteren van het openen of sluiten van een deur, middelen voor het detecteren van de aanwezigheid van WiFi of Bluetooth, een PIR-sensor, een lichtmeetsensor, of elk ander geschikt middel omvatten voor het detecteren van de aanwezigheid van een persoon in een gebied, bijv. kamer of ruimte, van een gebouw. Verder kan de verwerkingseenheid 4 volgens dergelijke uitvoeringsvormen ingericht zijn voor het ontvangen van invoer van het middel 5 voor het detecteren van de aanwezigheid van de ten minste één bewoner. Deze invoer is een signaal dat representatief is voor de aanwezigheid van ten minste één bewoner in het gebied of de kamer. Bij het ontvangen van een dergelijk signaal, zal de verwerkingseenheid 4 een signaal naar het ten minste één temperatuurregelmiddel 1 zenden voor het aanpassen van de temperatuur aan de aanwezigheidstemperatuurinstelling Tpres. Wanneer de bewoner het gebied of de kamer verlaat, zal het middel 5 voor het detecteren van aanwezigheid niet langer een bewoner detecteren en zal het stoppen met het zenden van het signaal dat representatief is voor de aanwezigheid van ten minste één bewoner naar de verwerkingseenheid 4. Wanneer de verwerkingseenheid 4 niet langer het signaal ontvangt dat representatief is voor de aanwezigheid van ten minste één bewoner van het middel 5 voor het detecteren van aanwezigheid, zal de verwerkingseenheid 4 een signaal zenden naar het ten minste één temperatuurregelmiddel 1 voor het aanpassen van de temperatuur aan de afwezigheidstemperatuurinstelling Tawav. Volgens deze uitvoeringsvorm kan het energieverbruik worden verlaagd ten opzichte van de eerste uitvoeringsvorm, waarbij het HVAC-regelsysteem 10 geprogrammeerd is om de temperatuur aan te passen aan de aanwezigheidstemperatuurinstelling Tpres of de afwezigheidstemperatuurinstelling Tawav bij vooraf bepaalde, geprogrammeerde tijdkaders.

Een HVAC-regelsysteem 10 volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding kan zelfs nog meer het energieverbruik verminderen, omdat het het mogelijk maakt om de aanwezigheidstemperatuurinstelling Trres verder aan te passen tot ten minste twee verschillende waarden, d.w.z. een activiteit_laag temperatuurinstelling Tact tow en een activiteit _hoog temperatuurinstelling TACT HIGH, waarbij de activiteit_hoog temperatuurinstelling Tact men daardoor lager is dan de activiteit_laag temperatuurinstelling Tact 1ow, maar nog steeds hoger is dan de afwezigheidstemperatuurinstelling Taway.

Daarom moet het HVAC-regelsysteem 10 weten of de bewoner actief is of niet.

Aldus omvat het HVAC-regelsysteem 10 verder een middel 6 voor het volgen van activiteit door de ten minste één bewoner in het ten minste één gebied of kamer.

Het middel 6 voor het volgen van activiteit kan, volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding, ten minste één sensor voor het volgen van een activiteit omvatten, zoals bijv. een akoestische sensor, een radarsensor of andere geschikte sensoren die zich, bijvoorbeeld, in een schakelaar of sensor in een wand of plafond bevinden, omvatten.

Volgens een andere uitvoeringsvorm kan het middel 6 voor het volgen van activiteit verder ten minste één van een mobiel apparaat omvatten, zoals, bijvoorbeeld, een mobiele telefoon, een slim horloge of een activiteitsvolger zoals bijv. een fitnessuitrusting, of een camera.

In het geval van een camera kan de camera, bijvoorbeeld, geactiveerd worden door een signaal van een sensor, zoals een aanwezigheidsdetectiesensor, aanwezig in het gebied of de kamer.

Volgens dergelijke uitvoeringsvormen zal de verwerkingseenheid 4, bij het ontvangen van een signaal dat indicatief is voor activiteit in het ten minste één gebied of kamer van het middel 6 voor het volgen van activiteit, automatisch een signaal zenden naar het temperatuurregelmiddel 1 om de aanwezigheidstemperatuurinstelling Trees aan te passen aan de activiteit_hoog temperatuurinstelling Tact nicx.

Als reactie op dat signaal zal het temperatuurregelmiddel 1 de temperatuur verlagen totdat deze de geprefereerde, voorgeprogrammeerde activiteit_hoog temperatuurinstelling Tact mcn bereikt.

Het middel 6 voor het volgen van activiteit zal continu informatie zenden naar de verwerkingseenheid 4, elk klein verschil of variatie in inactiviteit zal worden verzonden.

In de verwerkingseenheid 4 zal een algoritme continu de informatie evalueren die ontvangen wordt van het middel 6 voor het volgen van activiteit.

Afhankelijk van de uitkomst van dit algoritme zal de verwerkingseenheid 4 al dan niet een signaal naar het temperatuurregelmiddel 1 zenden voor het veranderen van de temperatuurinstelling.

Wanneer evaluatie door het algoritme bijvoorbeeld resulteert in een lage of geen activiteitsdetectie gedurende ten minste tussen 10 en 30 minuten, bijv. gedurende ten minste 15 minuten, het zal stoppen met het zenden van signalen naar de verwerkingseenheid 4. Het inlassen van een dergelijke tijdsperiode kan nodig zijn om te voorkomen dat de temperatuur te vaak schakelt tussen Tacriow en Tact His.

Standaardinstellingen kunnen bijvoorbeeld ingesteld worden op 15 minuten, maar een gebruiker kan dit aanpassen tot elke waarde die geschikt is voor een specifieke situatie of deze kan automatisch worden aangepast door de verwerkingseenheid 4 op basis van gedetecteerde patronen.

Nadat het algoritme aldus heeft vastgesteld dat er gedurende de vooraf ingestelde tijd geen activiteit meer is, zal de verwerkingseenheid 4 een signaal naar de temperatuurregelmiddel 1 zenden voor het instellen van de temperatuur op de geprefereerde, voorgeprogrammeerde activiteit_laag temperatuurinstelling Tact row, of met andere woorden, het zal een signaal naar het temperatuurregelmiddel 1 zenden voor het verhogen van de temperatuur tot de activiteit_laag temperatuurinstelling Tactiow.

Een voorbeeld hiervan is geïllustreerd in Fig. 3, dat een afwezigheids/aanwezigheids/activiteitscurve 8 (volle lijn) van een HVAC-regelsysteem 10 volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding toont.

Het moet duidelijk zijn dat dit slechts een voorbeeld is voor het illustreren van de uitvinding en niet bedoeld is om de uitvinding op enigerlei wijze te beperken.

De afwezigheids/aanwezigheids/activiteitscurve 8 toont in feite temperatuurinstellingen Tawav, Tres, Tact ow en Tact non gedurende een hele dag.

Uit deze curve 8 blijkt dat in de vroege ochtend, wanneer iedereen nog in bed ligt, de temperatuur op Taway ingesteld is, zoals ook het geval is 's nachts, bijv. na 11 uur 's avonds.

Deze Taway, evenals de Tpres, kan volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding handmatig geprogrammeerd worden in het HVAC-regelsysteem 10, op een manier zoals eerder werd beschreven, of kan worden verbonden met aanwezigheidsmetingen door middel van een middel 5 voor het meten van aanwezigheid van een bewoner, zoals ook al eerder beschreven werd.

Trres kan bijvoorbeeld worden ingesteld om 07.00 uur, op hetzelfde moment als de wekker van de bewoner ingesteld is.

Dus, om 07.00 uur activeert de verwerkingseenheid het temperatuurregelmiddel 1 om de temperatuur op Trees in te stellen.

Wanneer de bewoner uit bed komt, zal de activiteit worden bijgehouden.

Dit kan al in de slaapkamer zijn, indien daar een middel 6 voor het volgen van activiteiten voorzien is.

Volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding kan in elke kamer een middel 6 voor het volgen van activiteit voorzien worden.

Echter, volgens andere uitvoeringsvormen kan een middel 6 voor het volgen van activiteit alleen voorzien worden in de woonkamer, of in de badkamer en de woonkamer, of in enige andere kamer waar dit noodzakelijk geacht wordt.

Dus wanneer bijvoorbeeld, zoals hierboven vermeld, een middel 6 voor het volgen van activiteit voorzien is in de slaapkamer, badkamer, woonkamer en keuken, zodra een bewoner wakker wordt en uit bed komt, wordt het middel 6 voor het volgen van activiteit geactiveerd, bepaalt de activiteit, en zendt een signaal naar de verwerkingseenheid 4. Wanneer de bewoner bijvoorbeeld naar de badkamer gaat, blijft activiteit gevolgd, en aldus zendt de verwerkingseenheid een signaal naar het temperatuurregelmiddel om de temperatuur in te stellen bij de activiteit_hoog temperatuurinstelling Tac mis.

Zodra de bewoner klaar is om te eten, gaat hij of zij naar de keuken en gaat aan de keukentafel zitten.

Zoals hierboven beschreven, wanneer evaluatie van de signalen, verzonden door het middel 6 voor het volgen van activiteit, aangeeft dat er geen is voor tussen 10 en 30 minuten, bijv. gedurende ongeveer 15 minuten, zal de verwerkingseenheid 4 een signaal zenden naar het temperatuurregelmiddel 1 om de temperatuur in te stellen op de activiteit-laag temperatuurinstelling Tact row.

Aldus zal de temperatuur overeenkomstig toenemen, zoals te zien is in Fig. 3. Daarna, wanneer iedereen weg is naar het werk of school, moet de temperatuur dalen naar de afwezigheidstemperatuurinstelling Tawav.

Dit kan worden verkregen door middel van de geprogrammeerde voorkeur in het HVAC-regelsysteem 10 of kan een gevolg zijn van het feit dat evaluatie van de signalen, ontvangen van het middel 6 voor het detecteren van aanwezigheid, aangeeft dat er niemand meer in het gebouw aanwezig is.

De afwezigheidstemperatuurinstelling Tawav blijft dan actief totdat een ander geprogrammeerd tijdskader bereikt wordt of totdat aanwezigheid opnieuw gedetecteerd wordt door middel 5 voor het detecteren van aanwezigheid wanneer een bewoner het gebouw binnengaat.

Op dat moment zal het middel 6 voor het volgen van activiteit ook activiteit volgen en zal een signaal zenden dat representatief is voor die activiteit naar de verwerkingseenheid 4, die op zijn beurt een signaal zal zenden naar het temperatuurregelmiddel 1 voor het instellen van de temperatuur op de activiteit_hoog temperatuurinstelling Tact icn.

Wanneer activiteit gemeten wordt gedurende minder dan tussen 10 en 30 minuten, bijv. gedurende minder dan 15 minuten, zal het signaal, ontvangen door de verwerkingseenheid 4, aangeven dat er geen activiteit meer is en de temperatuur zal ingesteld worden op de activiteit laag temperatuurinstelling Tact row. In het voorbeeld gegeven in Fig. 3 wordt eerst activiteit gemeten, zodat de temperatuur ingesteld wordt op Tact ism gedurende een bepaalde tijdsduur totdat geen activiteit meer gemeten wordt. Vervolgens wordt de temperatuur ingesteld op Tact ow. Op een vooraf bepaald tijdstip of wanneer er geen activiteit en geen aanwezigheid meer gedetecteerd wordt, zal de temperatuur dalen naar Taway voor de nacht.

Het bovenstaande voorbeeld kan echter ook een combinatie zijn van beide uitvoeringsvormen. In dat geval worden voorgeprogrammeerde voorkeurstemperaturen en tijdskaders gedaan door een bewoner. Maar daarnaast is ook een middel 5 voor aanwezigheidsdetectie aanwezig in het gebied of de kamer. Volgens deze uitvoeringsvormen is het middel 5 voor aanwezigheidsdetectie van ten minste één bewoner dominant over de voorprogrammatie. Dit betekent dat wanneer aanwezigheid gedetecteerd wordt door het middel 5 voor het detecteren van aanwezigheid van een bewoner, zelfs indien het tijdskader voor het instellen van Tpres nog niet aangekomen is, een signaal zal worden verzonden door de verwerkingseenheid naar het temperatuurregelmiddel om Trres in te stellen, en dan, afhankelijk van of er activiteit is of niet, kan de verwerkingseenheid verder een signaal naar het temperatuurregelmiddel zenden voor het instellen van de temperatuur op respectievelijk Tacrt HIGH Of Tact Low.

Voor vergelijkingsdoeleinden geeft de stippellijn de afwezigheids/aanwezigheidscurve weer voor een HVAC-regelsysteem volgens de stand van de techniek. Volgens HVAC-regelsystemen volgens de stand van de techniek kan er geen onderscheid worden gemaakt tussen verschillende niveaus van activiteit, ofwel is er iemand daar, ofwel is er niemand daar. Dit betekent dat, zelfs indien iemand gedurende een lange periode actief is, de temperatuur altijd dezelfde zal blijven als wanneer deze persoon op een stoel of in een zetel zou zitten in dezelfde periode. Hierdoor gaat veel energie verloren, omdat tijdens activiteit de temperatuur niet zo hoog zou moeten zijn.

Bovenstaand en met betrekking tot Fig. 3 werd een afwezigheids/aanwezigheids/- activiteitscurve 8 van een HVAC-regelsysteem 10 volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding beschreven en besproken. Een dergelijke afwezigheids/aanwezigheids/activi- teitscurve 8 kan vele verschillende instellingen hebben, hetzij voorgeprogrammeerd in combinatie met middel 6 voor het volgen van activiteit of bepaald door een combinatie van middel 5 voor aanwezigheidsdetectie en middel 6 voor het volgen van activiteit.

Deze afwezigheids/aanwezigheids/activiteitscurven met hun overeenkomstige instellingen kunnen, volgens uitvoeringsvormen, opgeslagen worden in een geheugen 7 van de verwerkingseenheid 4. Dergelijke opgeslagen afwezigheids/aanwezigheids/activiteitscurve 8 verschaft aldus historische instellingen van afwezigheidstemperatuurinstellingen Taway, aanwezigheidstemperatuurinstellingen Tpres, activiteit-hoog temperatuurinstellingen Tac HIGH en activiteit_laag temperatuurinstellingen Tact Low van het HVAC-regelsysteem 10, ingesteld door een gebruiker of bepaald door de verwerkingseenheid 4. Volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding kunnen deze historische temperatuurinstellingen Tawav, Trres, Tact row en Tact mcn gebruikt worden om toekomstige afwezigheids/aanwezigheids/activiteitscurve 8 van het HVAC-regelsysteem 10 te voorspellen.

Dit betekent dat het HVAC-regelsysteem 10 zelflerend kan zijn.

Met zelflerend wordt bedoeld dat het HVAC-regelsysteem 10 volgens uitvoeringsvormen van de uitvinding in staat is gedragspatronen te detecteren en de temperatuurinstelling volgens deze gedragspatronen kan aanpassen.

Ook feedback van gebruikers aan het HVAC-systeem 10 in het geval dat de temperatuurinstelling te hoog of te laag is, verschaft informatie om deze berekende/voorspelde gedragspatronen aan te passen.

Aldus begint het HVAC-regelsysteem 10 met een basisgegevensbank die vooraf ingestelde scenario's omvat.

Deze vooraf ingestelde scenario's kunnen worden voorgeprogrammeerd tijdens de fabricage van het HVAC-regelsysteem 10, of kunnen worden geprogrammeerd door een installateur of een gebruiker bij het eerste gebruik van het HVAC-regelsysteem 10. De (voor)geprogrammeerde scenario's kunnen vervolgens worden aangepast met de invoer die het HVAC-regelsysteem 10 ontvangt van een gebruiker of de invoer die ontvangen wordt van het middel 5 voor het detecteren van de aanwezigheid van ten minste één bewoner.

Wanneer gedragspatronen terugkeren, leert het HVAC-systeem 10 deze patronen.

Na, bijvoorbeeld, een paar dagen zullen alle invoeren en gedragspatronen geanalyseerd worden door een leeralgoritme dat aanwezig is in de verwerkingseenheid 4 van het HVAC-systeem 10 en op basis van deze analyse zal het HVAC-systeem 10 in staat zijn om te bepalen welke temperatuurinstelling overeenkomt met een bepaalde hoeveelheid activiteit, en zal daarna automatisch de instellingen van deze bijbehorende temperatuurinstelling aanpassen.

Wanneer een systeem voor het eerst gebruikt wordt, bevat het ofwel vooraf ingestelde scenario's of een installateur of een gebruiker programmeert het HVAC-systeem 10 met een eerste reeks scenario's.

Dit wordt aangegeven door tseri tot tsers.

Deze instellingen omvatten de tijdsinstellingen wanneer de temperatuurinstellingen Tawav, Tact ies en Tacriow moeten worden ingesteld.

Als een resultaat van aanwezigheidsdetectie door het middel 5 voor het detecteren van de aanwezigheid van ten minste één bewoner, kan het systeem 10 de voorgeprogrammeerde instellingen aanpassen naar instellingen die meer geschikt zijn voor de gewoonten van de gebruiker.

Dit wordt aangegeven door Atpges.

Verder kunnen ook de voorkeurstemperatuurinstellingen worden (voor) geprogrammeerd.

Tijdens gebruik kan de gebruiker feedback geven door de temperatuurinstelling handmatig aan te passen.

Dit wordt aangegeven in Fig. 4 door ATrs.

Na een bepaalde periode heeft het systeem de gewenste temperatuur van de gebruiker zelf geleerd en past het automatisch de temperatuurinstellingen aan volgens de nieuwe voorkeurstemperatuurinstellingen.

Op die manier kan het verschil ATacr tussen de nieuwe instellingen Tact HıcH en Tact row lager of hoger worden dan het aanvankelijk geprogrammeerde verschil.

Op die manier verschaft de huidige uitvinding een adaptief HVAC-systeem 10 dat rekening houdt met de activiteit van een gebruiker en dat in staat is om een voorkeurstemperatuurinstelling te verschaffen op basis van het volgen van activiteit.

Claims

CONCLUSIES

1.- Een HVAC-regelsysteem (10) voor het regelen van de temperatuur in ten minste één gebied van een gebouw, waarbij het HVAC-regelsysteem (10) omvat: - ten minste één gebruikersinvoerinterface (2) voor het ontvangen van een instelling van ten minste één bewoner, - ten minste één temperatuurregelmiddel (1) voor het regelen van de temperatuur in het ten minste één gebied, en - een regel- en communicatie-eenheid (3) omvattende een verwerkingseenheid (4) voor het regelen van het ten minste één temperatuurregelmiddel (1) om een aanwezigheidstemperatuurinstelling (Tpres) en een afwezigheidstemperatuurinstelling (Tawav) in te stellen respectivelijk voor wanneer de ten minste één bewoner aanwezig is in het ten minste één gebied of niet aanwezig is in het ten minste één gebied, met het kenmerk, dat het HVAC-regelsysteem (10) verder een middel (6) omvat voor het volgen van activiteit van de ten minste één bewoner in het ten minste één gebied, en dat de verwerkingseenheid (4) verder ingericht is om automatisch een signaal naar het temperatuurregelmiddel (1) te zenden om de aanwezigheidstemperatuurinstelling (Tes) aan te passen aan ten minste één activiteit hoog temperatuurinstelling (Tacr en) bij het ontvangen van een signaal dat indicatief is voor activiteit in het ten minste één gebied, of aan een activiteit_laag temperatuurinstelling (Tact Low) bij het niet langer ontvangen van een signaal dat representatief is voor activiteit van het middel (6) voor het detecteren van activiteit.

2.- HVAC-regelsysteem (10) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de regel- en communicatie-eenheid (3) een regel-en communicatie-eenheid op afstand is die zich op afstand van het temperatuurregelmiddel (1) bevindt en die verbonden is met het ten minste één temperatuurregelmiddel (1).

3.- HVAC-regelsysteem (10) volgens conclusies 1 of 2, waarbij de verwerkingseenheid (4) ingericht is voor het ontvangen van invoer voor het instellen van de aanwezigheidstemperatuurinstelling (Trres) en de afwezigheidstemperatuurinstelling (Tawav) via de ten minste één gebruikersinvoerinterface (2).

4- HVAC-regelsysteem (10) volgens conclusies 1 of 2, waarbij het HVAC-regelsysteem (10) verder een middel (5) omvat voor het detecteren van aanwezigheid van ten minste één bewoner, en de verwerkingseenheid (4) ingericht is voor het ontvangen van invoer van het middel (5) voor het detecteren van de aanwezigheid van de ten minste één bewoner en voor, bij het ontvangen van een signaal dat representatief is voor de aanwezigheid van ten minste één bewoner, het zenden van een signaal naar het ten minste één temperatuurregelmiddel (1) voor het aanpassen van de temperatuur aan de aanwezigheidstemperatuurinstelling (Tpres) en, wanneer niet langer het signaal dat representatief is voor de aanwezigheid van ten minste één bewoner ontvangen wordt, het zenden van een signaal naar het ten minste één temperatuurregelmiddel (1) voor het aanpassen van de temperatuur tot een afwezigheidstemperatuurinstelling (Tawav).

5.- HVAC-regelsysteem (10) volgens één van de voorgaande conclusies, verder omvattende een verwerkingseenheidgeheugen (7) voor het opslaan van afwezigheids/aanwezigheids/activiteitscurven (8), bepaald door historische instellingen van de afwezigheidstemperatuurinstellingen (Tawav), de aanwezigheidstemperatuurinstellingen (Trres), de activiteit_laag temperatuurinstellingen (Tact tow) en de activiteit hoog temperatuurinstellingen (Tact Hin) gemaakt door een gebruiker of bepaald door de verwerkingseenheid (4).

6.- HVAC-regelsysteem (10) volgens conclusie 5, waarbij de verwerkingseenheid verder ingericht is voor het voorspellen van toekomstige afwezigheids/aanwezig- heids/activiteitscurve uit historische instellingen bepaald door een gebruiker bepaald door de verwerkingseenheid (4).

7.- HVAC-regelsysteem (10) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het middel (6) voor het volgen van activiteit in het ten minste één gebied er ten minste één is van een mobiel apparaat, ten minste één activiteitsmetende sensor of een camera.

8.- HVAC-regelsysteem (10) volgens één van de conclusies 4 tot 7, waarbij het middel (5) voor het detecteren van aanwezigheid van de ten minste één bewoner een CO:- sensor, middelen voor het detecteren van het openen of sluiten van een deur, middelen voor het detecteren van de aanwezigheid van WiFi of Bluetooth, of dergelijke omvat.

9.- HVAC-regelsysteem (10) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de gebruikersinvoerinterface (2) deel uitmaakt van het temperatuurregelmiddel (1) of gevormd is door een wandbeeldscherm, een tablet of een slimme telefoon.

10.- HVAC-regelsysteem (10) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de regel- en communicatie-eenheid (3) een gateway is of geïntegreerd is in één van een beeldscherm, een tablet, een TV, een settopbox, een schakelaar, een sensor, een slimme telefoon of iets dergelijks.

11.- HVAC-regelsysteem (10) volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het temperatuurregelmiddel (1) ten minste één van een thermostaat, ten minste één thermostatische klep of ten minste één sensor omvat.