BE1027088B1

BE1027088B1 - Verbeterd reinigingsinstrument voor voertuigen

Info

Publication number: BE1027088B1
Application number: BE20195139A
Authority: BE
Inventors: Jan Bensch; Steven Palstermans; Armand Develter
Original assignee: Bp Prec Airline Services Bvba
Priority date: 2019-03-06
Filing date: 2019-03-06
Publication date: 2020-10-05
Also published as: ES2969611T3; EP3934819C0; BE1027088A1; WO2020178424A1; EP3934819A1; EP3934819B1; US20220135252A1

Abstract

Reinigingsinstrument voor een voertuig omvattende: een reinigingskop omvattende een behuizing, waarbij de behuizing een aanbrengzijde en een uitsparing aan de aanbrengzijde omvat; een wachtholte voor reinigingsvloeistof; een aanvoerbuis die is geconfigureerd voor het voorzien van de wachtholte met reinigingsvloeistof;een sproeikop omvattende een doorgang voor stroming van de reinigingsvloeistof van de wachtholte naar de uitsparing.

Description

VERBETERD REINIGINGSINSTRUMENT VOOR VOERTUIGEN

GEBIED VAN DE UITVINDING De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het reinigen van voertuigen. De uitvinding kan daarom betrekking hebben op IPC B60S 3/04 en/of IPC BO8B 1/00.

ACHTERGROND US 6 134 734 beschrijft een apparaat en werkwijzen voor het uitvoeren van onderhoudsprocedures zoals wassen, reinigen, en verven van een luchtvaartuig. Het document beschrijft ook een apparaat en werkwijze voor het traceren of volgen van de omtrek van het luchtvaartuig door het bieden van het gewicht van de controle van het onderhoudsinstrument grenzend aan het luchtvaartuig en het verminderen van de problemen en risico's die zijn geassocieerd met het gebruik van een arm van het type met lange giek die zich naar buiten uitstrekt vanuit hangarwanden of - daken voor het bieden van de onderhoudsfuncties.

Het document vermeldt verder een onderhoudsapparaat en -werkwijze voor luchtvaartuigen met verhoogde graden van bewegingsvrijheid voor beweging van een onderhoudsinstrument in de X-, Y- en Z-vlakken. Het apparaat heeft bij voorkeur een verplaatsbare basis met een veelvoud aan wielelementen voor het toelaten dat de verplaatsbare basis wordt verplaatst langs oppervlakken en een veelvoud aan steunoppervlakregistratie-elementen voor het registreren van de verplaatsbare basis naar een steunoppervlak voor het afremmen van verplaatsing van het veelvoud aan wielelementen. Het apparaat heeft bij voorkeur ook een giekelement dat een proximaal einddeel heeft dat roterend is gemonteerd op de verplaatsbare basis en dat kan worden verplaatst tussen een ingetrokken positie en een uitgetrokken positie en een onderhoudsinstrument voor luchtvaartuigen dat roterend is verbonden met een distaal einddeel van het giekelement.

US 2007/0 119 005 beschrijft een systeem voor het reinigen van het buitenste omhulsel van luchtvaartuigen van alle types, waarbij het systeem een reinigingskop omvat. De reinigingskop is vastgemaakt aan een arm, die is gemonteerd op een systeemsteun, bijvoorbeeld, op een vrachtwagen met laag bed. De reinigingskop omvat rollers die voorzien zijn van borstharen.

US 5 588 176 beschrijft een waterrecuperatieborstel voor de carwashindustrie en meer in het bijzonder voor een wassysteem voor voertuigen dat milieuvriendelijker is. De waterafdichting wordt bereikt door het gebruik van een flexibele schuimring. Er blijft nood in het domein aan een verbeterd water- of reinigingsvloeistofrecuperatiesysteem en een hogere reinigingsefficiëntie, zowel in termen van tijd als van vuilverwijdering. Bovendien is het nog steeds noodzakelijk het waterafval verder te verminderen. Er is ook nog steeds het probleem van het milieuvriendelijker en ecologisch duurzamer maken van het reinigingsinstrument voor voertuigen. Bovendien merkt de aanvrager op dat de gebruiksvriendelijkheid van een reinigingsinstrument voor voertuigen, in het bijzonder voor het reinigen van een luchtvaartuig, moet worden verbeterd.

SAMENVATTING VAN DE UITVINDING De onderhavige uitvinding en uitvoeringsvormen daarvan willen een oplossing bieden voor een of meerdere van de bovengenoemde nadelen. Daartoe heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een reinigingsinstrument voor voertuigen volgens conclusie 1.

De onderhavige uitvinding heeft ook betrekking op een werkwijze voor het reinigen van een voertuig volgens conclusie 22. Een reinigingsinstrument omvattende een reinigingskop, een wachtholte, een aanvoerbuis en een sproeikop kan een hogere reinigingsefficiëntie bereiken, zowel in termen van tijd als van vuilverwijdering, vergeleken met de bekende reinigingsinstrumenten voor voertuigen. De uitvinding is voordelig voor het reinigen van enig buitenste oppervlak van een voertuig. De belangrijkste voordelen ervan liggen echter in het reinigen van luchtvaartuigen, rekening houdend met het feit dat het oppervlak van een luchtvaartuig significant groter is vergeleken met het oppervlak van een auto of een vrachtwagen. Verdere voordelen, kenmerken en voorbeelden van de onderhavige uitvinding worden beschreven in de gedetailleerde beschrijving.

BESCHRIJVING VAN DE FIGUREN De hiernavolgende beschrijving van de figuren van specifieke uitvoeringsvormen van de uitvinding is louter illustratief van aard en is niet bedoeld voor het beperken van de onderhavige beschrijving, de toepassing of gebruiken ervan. Op de figuren geven overeenkomstige referentienummers gelijkaardige of overeenkomstige delen en kenmerken aan.

Figuur 1 toont een schematische voorstelling van een perspectiefzicht van een uitvoeringsvorm van een reinigingskop van een reinigingsinstrument voor een voertuig volgens de onderhavige uitvinding. Deze figuur wordt meer in detail beschreven in voorbeeld 1.

Figuur 2 toont een schematische voorstelling van een uitvoeringsvorm van een aanbrengzijde van een reinigingskop van een reinigingsinstrument voor een voertuig volgens de onderhavige uitvinding. Deze figuur wordt meer in detail beschreven in voorbeeld 2.

Figuur 3 toont een schematische voorstelling van een uitvoeringsvorm van een aanbrengzijde van een reinigingskop van een reinigingsinstrument voor een voertuig volgens de onderhavige uitvinding. Deze figuur wordt meer in detail beschreven in voorbeeld 2.

Figuur 4 toont een schematische voorstelling van een uitvoeringsvorm van een reinigingsinstrument voor een voertuig volgens de onderhavige uitvinding, omvattende een antizwaartekrachtarm en een reinigingskop die daarop is gemonteerd. Deze figuur wordt meer in detail beschreven in voorbeeld 3.

Figuur 5 toont een schematische voorstelling van een uitvoeringsvorm van een substation van een reinigingsinstrument voor een voertuig volgens de onderhavige uitvinding. Deze figuur wordt meer in detail beschreven in voorbeeld 4.

Figuur 6 toont een schematische voorstelling van een uitvoeringsvorm van een substation van een reinigingsinstrument voor een voertuig volgens de onderhavige uitvinding. Deze figuur wordt meer in detail beschreven in voorbeeld 5.

Figuur 7 toont een schematische voorstelling van een uitvoeringsvorm van een lucht-vloeistofscheider van een reinigingsinstrument voor een voertuig volgens deonderhavige uitvinding. Deze figuur wordt meer in detail beschreven in voorbeeld

6. Figuur 8 toont een schematische voorstelling van een uitvoeringsvorm van een grondstation van een reinigingsinstrument voor een voertuig volgens de onderhavige uitvinding. Deze figuur wordt meer in detail beschreven in voorbeeld

7.

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING VAN DE UITVINDING In een eerste aspect heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een reinigingsinstrument voor een voertuig. Het reinigingsinstrument voor het voertuig omvat een grondstation, een substation, een antizwaartekrachtarm, een reinigingskop of een combinatie daarvan. Het reinigingsinstrument voor het voertuig kan aangepast zijn voor het recupereren en/of hergebruiken van een reinigingsvloeistof. Hoewel de belangrijkste voordelen van de onderhavige uitvinding betrekking hebben op het gebied van het reinigen van het buitenste oppervlak van een luchtvaartuig, is het reinigingsinstrument voor het voertuig ook geschikt voor het reinigen van enig type voertuig omvattende een auto, een vrachtwagen, een boot of schip, enz. De uitvinding is niet beperkt tot het reinigen van voertuigen, het is ook geschikt voor het reinigen van vensters of verschillende glasoppervlakken (bijv. glazen wolkenkrabbers). Tenzij anders gedefinieerd hebben alle termen die zijn gebruikt in de beschrijving van de uitvinding, inclusief technische en wetenschappelijke termen, de betekenis die algemeen wordt begrepen door een vakman in het gebied waarop deze uitvinding betrekking heeft. Verder zijn de definities van de termen opgenomen om de beschrijving van de onderhavige uitvinding beter te begrijpen. Zoals hier gebruikt, hebben de volgende termen de volgende betekenis: “Een”, “de” en “het” zoals hier gebruikt, verwijzen zowel naar het enkelvoud als het meervoud, tenzij de context anders aangeeft. “Een compartiment” verwijst, bij wijze van voorbeeld, naar één of meer dan één compartiment.

“Ongeveer” zoals hier gebruikt, dat verwijst naar een meetbare waarde zoals een parameter, een hoeveelheid, een tijdsduur en dergelijke, is bedoeld om variaties te omvatten van +/-20% of minder, bij voorkeur +/-10% of minder, meer bij voorkeur

+/-5% of minder, zelfs meer bij voorkeur +/-1% of minder, en nog meer bij voorkeur +/-0,1% of minder van de gespecificeerde waarde, voor zover dergelijke variaties geschikt zijn om uit te voeren in de beschreven uitvinding. Het zal echter duidelijk zijn dat de waarde waarop de modificeerder “ongeveer” betrekking heeft, 5 zelf ook specifiek beschreven wordt. “Omvatten”, “omvattende” en “omvat” en “bestaande uit” zoals hier gebruikt, zijn synoniem met “bevatten”, “bevattende” of “bevat” en zijn inclusieve of open termen die de aanwezigheid specificeren van wat volgt bijv. een component en sluiten de aanwezigheid van aanvullende, niet-genoemde componenten, kenmerken, elementen, delen, stappen, die welbekend zijn in de stand der techniek of daarin beschreven zijn, niet uit.

“Antizwaartekrachtarm” zoals hier gebruikt, verwijst naar enig systeem dat de trekkracht van de zwaartekracht tegenwerkt, en daarom ten minste gedeeltelijk het gewicht van een object dat is gemonteerd op of gekoppeld met het systeem ondersteunt. Het systeem werkt bij voorkeur de trekkracht van de zwaartekracht tegen.

“Aanbrengzijde” zoals hier gebruikt, verwijst naar een zijde van een component van het reinigingsinstrument voor het voertuig dat is georiënteerd naar een oppervlak van een voertuig tijdens het reinigingsproces.

Verder worden de termen eerste, tweede, derde en dergelijk in de beschrijving en in de conclusies gebruikt om een onderscheid te maken tussen gelijkaardige elementen en niet noodzakelijk om een achtereenvolgende of chronologische volgorde te beschrijven, tenzij anders gespecificeerd. Het zal duidelijk zijn dat de termen die aldus gebruikt zijn, onderling verwisselbaar zijn onder geschikte omstandigheden en dat de uitvoeringsvormen van de uitvinding die hier beschreven zijn, in andere opeenvolgingen kunnen worden gebruikt dan hier beschreven of geïllustreerd.

Het citeren van numerieke bereiken door eindpunten omvat alle getallen en breuken die zijn opgenomen binnen dat bereik, evenals de genoemde eindpunten.

De uitdrukking “% in gewicht”, “gewichtsprocent”, “%gew.” of “gew.%” verwijst, hier en doorheen de beschrijving tenzij anders gedefinieerd, naar het relatievegewicht van de respectievelijke component gebaseerd op het totale gewicht van de formule. Terwijl de term “een of meerdere” of “ten minste één”, zoals een of meerdere of ten 5 minste één element(en) van een groep elementen, per se duidelijk is, door middel van verdere voorbeelden, omvat de term onder andere een referentie naar enige één van de genoemde elementen, of naar enige twee of meerdere van de genoemde elementen, zoals bijv. enige 23, 24, 25, 26 of 27 enz. van de genoemde elementen, en maximum alle genoemde elementen.

Referenties doorheen deze specificatie naar “één uitvoeringsvorm” of “een uitvoeringsvorm” betekent dat een bepaald kenmerk, een bepaalde structuur, of een bepaald kenmerk dat is beschreven in verband met de uitvoeringsvorm opgenomen is in ten minste één uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding. Het voorkomen van de uitdrukkingen “in één uitvoeringsvorm” of “in een uitvoeringsvorm” op verschillende plaatsen doorheen deze specificatie verwijzen dus niet noodzakelijk allemaal naar dezelfde uitvoeringsvorm, maar kunnen dat doen. Verder kunnen de bijzondere functies, structuren of kenmerken gecombineerd worden op enige geschikte manier, zoals duidelijk zal zijn voor een vakman op basis van deze beschrijving, in een of meerdere uitvoeringsvormen. Verder, terwijl sommige uitvoeringsvormen die hier beschreven zijn, sommige, maar niet andere functies omvatten die zijn opgenomen in andere uitvoeringsvormen, zijn combinaties van functies van verschillende uitvoeringsvormen bedoeld om te vallen binnen het bereik van de uitvinding, en vormen ze verschillende uitvoeringsvormen, zoals duidelijk zal zijn voor de vakman. In de hiernavolgende conclusies kunnen eender welke van de beschreven uitvoeringsvormen bijvoorbeeld gebruikt worden in eender welke combinatie. In een meest voorkeur dragende uitvoeringsvorm omvat het reinigingsinstrument voor het voertuig een reinigingskop. De reinigingskop omvat bij voorkeur een behuizing. De behuizing omvat bij voorkeur een aanbrengzijde. De reinigingskop is bij voorkeur geconfigureerd om gepositioneerd te zijn op of in de dichte nabijheid van een oppervlak van een voertuig. De behuizing omvat bij voorkeur ook een uitsparing. De uitsparing bevindt zich bij voorkeur aan de aanbrengzijde. Het reinigingsinstrument voor het voertuig omvat verder bij voorkeur een wachtholte. De wachtholte wordt bij voorkeur gebruikt voor reinigingsvloeistof. Het reinigingsinstrument voor het voertuig omvat bij voorkeur een aanvoerbuis. De aanvoerbuis is bij voorkeur geconfigureerd voor het aanvoeren vanreinigingsvloeistof naar de wachtholte. Het reinigingsinstrument voor het voertuig omvat bij voorkeur een sproeikop. De sproeikop omvat bij voorkeur een doorgang voor stroming van de reinigingsvloeistof van de wachtholte naar de uitsparing. De sproeikop kan verwijderbaar zijn vastgemaakt aan het reinigingsinstrument. De sproeikop is bij voorkeur geconfigureerd om te roteren. De combinatie van de reinigingskop, de wachtholte, de aanvoerbuis en de sproeikop is in het bijzonder voordelig. In reinigingssystemen, die geschikt zijn voor het reinigen van voertuigen, wordt een reinigingsvloeistof enkel geleverd door een aanvoerbuis naar de aanbrengzijde van een reinigingskop. Dit is om verschillende redenen voordelig. Gewoonlijk pompt een pomp de reinigingsvloeistof door de aanvoerbuis naar de reinigingskop. Afhankelijk van de bochten die aanwezig zijn in de aanvoerbuis en de hoogte van de reinigingskop kan de snelheid waarmee de reinigingsvloeistof wordt geleverd aan de reinigingskop variëren doorheen het reinigingsproces. Als gevolg daarvan is het mogelijk dat de reinigingsvloeistof niet uniform tijdig wordt geleverd aan de aanbrengzijde, hetgeen kan resulteren in inefficiënt reinigen. Het reinigen van een voertuigoppervlak kan langer duren omwille van de variabiliteit in de toediening van de reinigingsvloeistof. In geval dat het reinigingsinstrument zwaar is, zou het nadeel niet enkel liggen in de — tijdsinefficiéntie van de reiniging, maar ook in de gebruiksvriendelijkheid van het reinigingsinstrument. Een tweede nadeel heeft betrekking op de bereikte verwijdering van vuil. Bij het reinigen is de snelheid waarmee het water een oppervlak van een voertuig raakt, belangrijk. Als de watersnelheid variabel is, zal de efficiëntie van de verwijdering van het vuil dalen. Hierbij zou de properheid van een voertuig niet het enige probleem zijn, ook het gebruik van vers water en reinigingsmiddel zou niet geoptimaliseerd zijn. Hoewel deze nadelen aanwezig zijn bij het reinigen van eender welk soort voertuig, zijn ze in het bijzonder relevant voor het reinigen van luchtvaartuigen aangezien het oppervlak van een luchtvaartuig aanzienlijk groter is dan het oppervlak van een auto of een vrachtwagen. De genoemde combinatie laat toe snelheidsvariaties te elimineren bij de aanvoer van de reinigingsvloeistof naar het toepassingsvlak van de reinigingskop, en daarom ook naar een oppervlak van een voertuig. De doeltreffendheid van het reinigen is hierbij significant verhoogd.

De wachtholte is in het bijzonder voordelig voor de mechanische overgang tussen de aanvoerbuis en de roterende delen van de reinigingskop. De wachtholte verbetert de stabiliteit van de overgang, waarbij het zorgt voor de goede werking van het reinigingsinstrument.

Door de sproeikop verwijderbaar vast te maken aan het reinigingsinstrument van het voertuig, zouden verschillende sproeikopuitlaten kunnen worden gemonteerd op het reinigingsinstrument van het voertuig.

De snelheid waarmee de reinigingsvloeistof uit de sproeikop komt, is afhankelijk van de geometrische aspecten van de sproeikop.

Afhankelijk van de reinigingsspecificatie kan het voordelig zijn de snelheid en het volume per eenheidstijd van de vloeistof te verhogen of te verlagen.

De mogelijkheid om verschillende sproeikoppen te gebruiken kan de reiniging daarom optimaliseren volgens de vereiste reinigingsspecificaties.

In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm omvat het reinigingsinstrument voor het voertuig een sensor.

De sensor is bij voorkeur geconfigureerd voor het meten van de afstand tussen een oppervlak van een voertuig en de reinigingskop.

Het reinigingsinstrument van het voertuig kan verder andere sensoren omvatten, bijv. vloeistofdruksensoren.

De toevoeging van een sensor die is geconfigureerd voor het meten van de afstand tussen de reinigingskop en een oppervlak van het voertuig is voordelig.

Een vaak voorkomend probleem met reinigingsinstrumenten, die geschikt zijn voor het reinigen van voertuigen, is dat ze veel water verspillen.

Waterverspilling heeft verschillende negatieve gevolgen voor het milieu, en moet zoveel mogelijk worden vermeden.

Bovendien moet de verspilling van reinigingsmiddel (bijv. zeep of detergent) op de grond ook zoveel mogelijk geminimaliseerd worden om verschillende milieu- en ecologische redenen.

De toevoeging van een sensor laat de schoonmaker de weten wanneer het reinigingsinstrument zich te ver van het oppervlak bevindt, en daarom niet meer doeltreffend reinigt (waarbij de reinigingsvloeistof wordt verspild en het reinigingsmiddel wordt gemorst op de grond). In geval de reinigingskop is geconfigureerd om te worden geplaatst op een oppervlak van een voertuig, zou de sensor de schoonmaker kunnen informeren dat de reinigingskop losgekomen is van het oppervlak, en de reiniging daarom niet uitvoert zoals het was geconfigureerd.

In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm omvat het reinigingsinstrument voor het voertuig een klepsysteem.

Het klepsysteem kan zich aan of vlakbij een uiteinde van de aanvoerbuis bevinden.

Het genoemde uiteinde bevindt zich bij voorkeur het dichtst bij de wachtholte.

Het klepsysteem is bij voorkeur geconfigureerd voor het aanpassen van de fluïdumtoevoer van de aanvoerbuis naar de wachtholte.

Hetklepsysteem kan aangepast zijn voor het openen of sluiten van de vloeistofstroom door de aanvoerbuis. Het klepsysteem kan bij voorkeur een solenoïde klepsysteem zijn.

Het afsluiten van de toevoer van reinigingsvloeistof van het reinigingsinstrument voor het voertuig gebeurt gewoonlijk door het afsluiten van de toevoer aan het begin van de aanvoerbuis hetgeen manueel of automatisch kan gebeuren (de toevoer kan automatisch worden afgesloten na een vooraf bepaalde tijdsperiode). Wanneer luchtvaartuigen gereinigd worden, ligt het begin van de aanvoerbuis ver weg van de reinigingskop. Bijgevolg kan er water worden verspild omwille van de noodzaak om fysiek naar het begin van de aanvoerbuis te gaan en de toevoer van vloeistof daar af te sluiten. In dit proces wordt er veel reinigingsvloeistof verspild. Wanneer de toevoer automatisch wordt afgesloten, zal een significante hoeveelheid vloeistof die aanwezig is in de lange aanvoerbuis nog steeds voldoende kinetische energie hebben en daarom verder blijven stromen. Hoewel de verspilling beperkt is, is er nog steeds een significante hoeveelheid vloeistof die wordt verspild. Het positioneren van een klepsysteem aan of vlakbij een uiteinde van de aanvoerbuis zal de verspilling minimaliseren, de vloeistoftoevoer zal onmiddellijk vlakbij de reinigingskop worden afgesloten. Op deze manier zal minder water voldoende kinetische energie hebben om uit het reinigingsinstrument voor het voertuig door de sproeikop naar buiten te komen. Door de positionering van het klepsysteem zal het bovendien gemakkelijker zijn voor de schoonmaker om de vloeistoftoevoer af te sluiten wanneer dit nodig is, waardoor een significante hoeveelheid reinigingsvloeistof kan worden bespaard.

In een bijzonder voorkeur dragende uitvoeringsvorm kan het reinigingsinstrument voor het voertuig zowel een sensor als een klepsysteem omvatten. Het reinigingsinstrument voor het voertuig is bij voorkeur geconfigureerd voor het afsluiten van het genoemde uiteinde van de aanvoerbuis via het klepsysteem wanneer de afstand tussen de reinigingskop en het oppervlak van het voertuig een vooraf gedefinieerde limiet overschrijdt.

De combinatie van de genoemde sensor en het genoemde klepsysteem is in het bijzonder voordelig. Door te detecteren wanneer de reinigingskop is verwijderd van het oppervlak of wanneer de reinigingskop zich te ver van het oppervlak bevindt, kan het klepsysteem rechtstreeks worden afgesloten. De afsluiting gebeurt hetzij automatisch hetzij manueel. Hierbij is het reinigingsinstrument duurzamer voor het milieu en op ecologisch vlak.

In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm kan de reinigingskop een circumferentiële afdichtingsborstel omvatten. De circumferentiële afdichtingsborstel bevindt zich bij voorkeur aan de aanbrengzijde en aan of vlakbij de circumferentie van de uitsparing van de reinigingskop. In een zelfs meer voorkeur dragende uitvoeringsvorm omvat de reinigingskop ten minste twee gespreide circumferentiële afdichtingsborstels. De afdichtingsborstels bevinden zich bij voorkeur aan de aanbrengzijde en aan of vlakbij de circumferentie van de uitsparing van de reinigingskop. In een zelfs meer voorkeur dragende uitvoeringsvorm kunnen de genoemde ten minste twee gespreide circumferentiële afdichtingsborstels twee gespreide circumferentiële afdichtingsborstels zijn. De een of meerdere afdichtingsborstels kunnen al dan niet verwijderbaar vastgemaakt zijn aan de reinigingskop.

Tijdens het reinigen van een oppervlak is het niet gewenst de reinigingsvloeistof te morsen. Water besparen tijdens het reinigen van een oppervlak van een voertuig is even belangrijk als water besparen door het optimaliseren van de afsluiting van het vloeistofaanvoersysteem. Door water binnen de waskop te houden, kan de vloeistof worden gerecupereerd. De afdichting van de reinigingsvloeistof binnen de reinigingskop is verder voordelig voor het minimaliseren van de mogelijkheid dat het reinigingsmiddel (bijv. zeep of detergent) op de grond wordt gemorst. Hierbij is het reinigingsinstrument duurzaam voor het milieu en op ecologisch vlak. Een ander voordeel heeft betrekking op de grootte van de reinigingsvloeistofaanvoer. Door de vloeistof te recycleren, heeft de schoonmaker geen groot vloeistofreservoir nodig.

Dit maakt het eenvoudiger om het reinigingsinstrument van het voertuig op een zodanige manier aan te passen dat het verplaatsbar is en geen externe waterbronnen nodig heeft. Bijgevolg zou het reinigingsinstrument van het voertuig kunnen worden gebruikt in elke omgeving. Dit is in het bijzonder voordelig voor het schoonmaken van luchtvaartuigen. Door borstels als een afdichtingsmechanisme te gebruiken, kan bovendien een flexibele afdichting worden bereikt, die gemakkelijk kan worden vast- en losgemaakt van het oppervlak en zichzelf kan aanpassen aan verschillende geometrieën van oppervlakken. De borstels laten ook toe de reinigingskop te verplaatsen van één oppervlaksectie naar een ander zonder de reinigingsborstel van het oppervlak te moeten losmaken.

In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm omvat de reinigingskop ten minste twee gespreide circumferentiële afdichtingsborstels die zich bevinden aan de aanbrengzijde en aan of vlakbij de circumferentie van de uitsparing van deii reinigingskop. De afstand tussen de twee gespreide circumferentiële afdichtingsborstels ligt bij voorkeur tussen 0,1 mm en 4 cm, meer bij voorkeur tussen 0,1 mm en 2 cm, zelfs meer bij voorkeur tussen 0,5 mm en 2 cm, zelfs meer bij voorkeur tussen 0,5 mm en 18 mm, zelfs meer bij voorkeur tussen 1 mm en 18 mm, zelfs meer bij voorkeur tussen 1 mm en 9 mm. De afstand tussen de twee gespreide circumferentiële afdichtingsborstels bedraagt bij voorkeur maximum 4 cm, meer bij voorkeur maximum 3,5 cm, zelfs meer bij voorkeur maximum 3 cm, zelfs meer bij voorkeur maximum 2,5 cm, zelfs meer bij voorkeur maximum 2 cm, zelfs meer bij voorkeur maximum 1,8 cm zelfs meer bij voorkeur maximum 1,6 cm, zelfs meer bij voorkeur maximum 1,4 cm, zelfs meer bij voorkeur maximum 1,2 cm, zelfs meer bij voorkeur maximum 1 cm, zelfs meer bij voorkeur maximum 9 mm zelfs meer bij voorkeur maximum 5 mm. De afstand tussen de twee gespreide circumferentiële afdichtingsborstels bedraagt bij voorkeur ten minste 1,5 mm, zelfs meer bij voorkeur ten minste 2 mm, zelfs meer bij voorkeur ten minste 2,5 mm, zelfs meer bij voorkeur ten minste 3 mm. De afstand tussen de twee gespreide circumferentiële afdichtingsborstels ligt bij voorkeur tussen 3 mm en 4 mm.

De aanvrager heeft opgemerkt dat een afstand van 0,5 mm tussen de twee gespreide circumferentiële afdichtingsborstels reeds voordelig was voor het recupereren van de reinigingsvloeistof. Door de afstand nog meer te vergroten, heeft de reinigingsvloeistof minder energie om zichzelf door de tweede afdichtingsborstellaag te duwen. Daarom wordt er zelfs nog meer vloeistof gerecupereerd. De aanvrager merkt op dat een afstand tussen 3 mm en 4 mm reeds voldoende was om de reinigingsvloeistof volledig te recupereren. Deze afstand was ook reeds voordelig voor de optimalisatie van de afmetingen van de reinigingskop. In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm kunnen de circumferentiële afdichtingsborstels flexibel zijn. De borstelhaartjes van de circumferentiële afdichtingsborstel omvatten bij voorkeur een materiaal dat is gekozen uit de groep omvattende polyamide, dierenhaar, veren, planten of een combinatie daarvan. Meer bij voorkeur omvatten de borstelhaartjes van de circumferentiële afdichtingsborstel polyamide. Zelfs meer bij voorkeur omvatten de borstelhaartjes van de circumferentiële afdichtingsborstel polyamide 6.

De aanvrager heeft opgemerkt dat door de borstelhaartjes van de afdichtingsborstels flexibel te maken, er een doeltreffendere afdichting wordt verkregen. Deze borstelhaartjes passen zich gemakkelijk aan verschillende geometrieën aan. Daarom kunnen verschillende, meer uitdagende, geometrieëniz even gemakkelijk worden gereinigd als een vlak oppervlak.

Een enkel reinigingsinstrument kan worden gebruikt om het volledige oppervlak van eender welk voertuig te reinigen zonder dat de reinigingskop van het voertuigoppervlak moet worden verwijderd.

Bijgevolg wordt de reiniging van een voertuig veel doeltreffender in tijd.

Flexibele afdichtingsborstelhaartjes zijn ook voordelig voor het verplaatsen van de reinigingskop van één oppervlaksectie naar een ander zonder de reinigingskop van het oppervlak van een voertuig te moeten losmaken.

In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm zijn de borstelhaartjes van de circumferentiële afdichtingsborstels gepositioneerd in een hoek tussen 5° en 40°, bij voorkeur tussen 10° en 35°, meer bij voorkeur tussen 15° en 30°, zelfs meer bij voorkeur 20° en 25°, vergeleken met de normaal van de aanbrengzijde.

In een nog meer voorkeur dragende uitvoeringsvorm zijn de borstelhaartjes van de circumferentiële afdichtingsborstels gepositioneerd in een hoek van 23° vergeleken met de normaal van de aanbrengzijde.

De hoek van de borstelhaartjes van de een of meerdere afdichtingsborstels is bij voorkeur gericht in de richting van de wijzers van de klok of tegen de richting van de wijzers van de klok in.

De aanvrager heeft opgemerkt dat het implementeren van haartjes van de borstels in een hoek vergeleken met de normaal van de aanbrengzijde heeft geresulteerd in een betere bewegingsflexibiliteit van de reinigingskop.

De aanvrager merkt op dat in het bijzonder een hoek tussen 20° en 25° heeft geresulteerd in een betere bewegingsflexibiliteit.

Bovendien heeft de aanvrager opgemerkt dat het plaatsen van de borstelhaartjes in een hoek tussen 20° en 25° ook de afdichting van de vloeistof in de waskop heeft bevorderd.

In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm omvat de reinigingskop een circumferentiële steunborstel.

De circumferentiële steunborstel bevindt zich bij voorkeur aan de aanbrengzijde en aan of vlakbij de circumferentie van de uitsparing van de reinigingskop.

De steunborstel kan een verschillende haardikte hebben vergeleken met de een of meerdere afdichtingsborstels.

De haartjes van de steunborstel kunnen dikker zijn vergeleken met de haartjes van de afdichtingsborstel.

De steunborstel kan een verschillende haarlengte hebben vergeleken met de haarlengte van de afdichtingsborstel.

De haarlengte van de steunborstel kan langer, korter of gelijk zijn vergeleken met de haarlengte van de afdichtingsborstel.

De borstelhaartjes van de steunborstel omvatten bij voorkeur een materiaal dat is gekozen uit de groep omvattende polyamide, dierenhaar,

veren, planten of een combinatie daarvan. De steunborstel kan al dan niet verwijderbaar vastgemaakt zijn aan de reinigingskop. De aanvrager heeft opgemerkt dat de toevoeging van haarborstels voordelig is. De steunborstel kon het gewicht van de reinigingskop en/of de duwkracht van de schoonmaker houden. In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm omvat de reinigingskop een borstelschijf. Bij voorkeur bevindt de borstelschijf zich in de uitsparing. De borstelschijf omvat bij voorkeur een schijfaanbrengzijde. De borstelschijf omvat bij voorkeur een of meerdere borstels, die zich aan de schijfaanbrengzijde bevinden. De borstelschijf is bij voorkeur geconfigureerd om te roteren. De borstelhaartjes van de borstel omvatten bij voorkeur een materiaal dat is gekozen uit de groep omvattende polyamide, dierenhaar, veren, planten of een combinatie daarvan. De borstelhaartjes van de borstel omvatten meer bij voorkeur polyamide 6 of varkenshaar. Een borstelschijf die is geconfigureerd om te roteren en een of meerdere borstels omvat, is in het bijzonder voordelig voor de reinigingsefficiëntie. De borstels kunnen, samen met de reinigingsvloeistof, gemakkelijker vuil verwijderen van een oppervlak, en daardoor de efficiëntie van het reinigen verhogen. De aanvrager heeft vastgesteld dat varkenshaar de kans op krassen zou kunnen elimineren. Verder heeft de aanvrager opgemerkt dat borstels met varkenshaar een enorme schuimcapaciteit hebben, waardoor een dieptereiniging wordt gecreëerd.

In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm omvat de schijfaanbrengzijde een veelvoud aan zones en een opening die zich aan of vlakbij het midden van de borstelschijf bevindt. Ten minste één van de zones omvat bij voorkeur een of meerdere borstels, en ten minste één van de zones omvat geen borstels. Bij voorkeur zijn een aantal van ten minste twee zones omvattende borstels gespreid, meer bij voorkeur angulair gespreid, met hetzelfde aantal zones zonder borstels. De schijfaanbrengzijde omvat bij voorkeur ten minste 2, zelfs meer bij voorkeur ten minste 4, zelfs meer bij voorkeur ten minste 6, zelfs meer bij voorkeur ten minste 8 zones. De schijfaanbrengzijde omvat bij voorkeur maximum 20, meer bij voorkeur maximum 18, zelfs meer bij voorkeur maximum 16, zelfs meer bij voorkeur maximum 14, zelfs meer bij voorkeur maximum 12, zelfs meer bij voorkeur maximum 10, zelfs meer bij voorkeur maximum 8 zones. De zones zonder borstels kunnen kleiner zijn in oppervlak vergeleken met de zones omvattende een ofmeerdere borstels. Als alternatief kunnen de zones zonder borstels gelijk of groter zijn in oppervlak vergeleken met de zones omvattende een of meerdere borstels. Het hebben van zones die borstels omvatten en zones die geen borstels omvatten, is voordelig voor de vernieuwing van de reinigingsvloeistof. Het hebben van doorgangen (zones die niet één of meerdere borstels omvatten) voor de vuile of gebruikte reinigingsvloeistof laat aan de reinigingskop toe de gebruikte vloeistof snel te verwijderen, waarbij de vloeistof wordt verwijderd door een of meerdere openingen die de sproeikop niet omvatten. De aanvrager merkt op dat hoe sneller de verandering is, hoe doeltreffender de reiniging wordt, zowel in termen van tijd als in termen van de hoeveelheid vuil die is verwijderd. De aanvrager merkt verder op dat in het bijzonder in een configuratie waarbij de zones zonder borstels afgewisseld zijn met zones met een borstel, de reinigingsvloeistof snel wordt veranderd.

In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm omvat de reinigingskop een of meerdere groeven. De groeven zijn bij voorkeur kanalen die zich in de reinigingskopbehuizing en onder de een of meerdere afdichtingsborstels bevinden. De een of meerdere groeven bevinden zich bij voorkeur ongeveer aan de schijfaanbrengzijde. De groefopening bevindt zich bij voorkeur aan het begin van de uitsparing van de reinigingskop. De een of meerdere groeven zijn bij voorkeur geconfigureerd voor het geleiden van de reinigingsvloeistof weg uit de uitsparing. De circumferentie van de groef kan al dan niet veranderen doorheen de lengte van de groef. De circumferentie van de groef kan geleidelijk groter of kleiner worden doorheen de lengte van de groef. Elke groef omvat bij voorkeur een opening voor het verwijderen van vloeistof. De opening voor het verwijderen van vloeistof is bij voorkeur gepositioneerd aan het distale uiteinde van de groef ten opzichte van de groefopening. De opening voor het verwijderen van vloeistof is bij voorkeur geconfigureerd voor het verwijderen van de reinigingsvloeistof uit de reinigingskop. De reinigingskop omvat bij voorkeur ten minste 2, meer bij voorkeur ten minste 4, groeven. De reinigingskop omvat bij voorkeur maximum 20, meer bij voorkeur maximum 18, zelfs meer bij voorkeur maximum 16, zelfs meer bij voorkeur maximum 14, zelfs meer bij voorkeur maximum 12, zelfs meer bij voorkeur maximum 10, zelfs meer bij voorkeur maximum 8, zelfs meer bij voorkeur maximum 6, zelfs meer bij voorkeur maximum 4 groeven. De openingen van de ten minste twee groeven zijn bij voorkeur symmetrisch gepositioneerd. De openingen voor het verwijderen van vloeistof van de ten minste tee groeven zijn bij voorkeursymmetrisch gepositioneerd ten opzichte van de geometrie van de behuizing van de reinigingskop. De combinatie waarbij de borstel zowel ten minste twee groeven, omvattende een opening voor het verwijderen van vloeistof, als ten minste twee zones zonder borstel omvat, is in het bijzonder voordelig. De aanvrager heeft opgemerkt dat de combinatie heeft geresulteerd in een bijzonder doeltreffend systeem voor het verwijderen van reinigingsvloeistof. Als een lading reinigingsvloeistof in de groeven geveegd wordt, wordt een plug vloeistof gevormd in de smalle kanalen. Als deze plug is gevormd aan alle kanalen tegelijkertijd, wordt de negatieve druk tijdelijk vergroot omwille van het tekort aan luchtstroom.

In een meer voorkeur dragende uitvoeringsvorm omvat de groef een kromming. De kromming kan een richting met de klok mee hebben. Als alternatief kan de kromming een richting tegen de klok in hebben.

De aanvrager merkt op dat de plaatsing van de een of meerdere groeven, omvattende de opening voor het verwijderen van vloeistof en een kromming, doeltreffender is voor het verwijderen van de reinigingsvloeistof uit de reinigingskop in geval de vloeistof, die gevangen zit in de reinigingskop, wordt geroteerd. De aanvrager merkt op dat de vloeistof de krachtvector niet moet veranderen die reeds op zijn plaats is omwille van de rotatie, daarom gaat de vloeistof gemakkelijker in de groeven omvattende een kromming.

In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm omvat het reinigingsinstrument een of meerdere zuigsproeikoppen. De zuigsproeikoppen zijn bij voorkeur vastgemaakt op de tegenoverliggende zijde van de aanbrengzijde aan elke opening voor het verwijderen van vloeistof.

In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm heeft de reinigingskop een cirkelvormige circumferentie.

De reinigingskop en de borstelschijf die een cirkelvormige circumferentie hebben, is voordelig om verschillende redenen. In de eerste plaats laat de bijzondere cirkelvormige geometrie toe dat de afmetingen van het reinigingsinstrument en de componenten ervan geminimaliseerd worden. Ten tweede kan de borstelschijf perfect passen in de reinigingskop en roteren rond het midden ervan, terwijl de afmetingen geoptimaliseerd blijven. Als laatste heft de aanvrager opgemerkt dathet volledige systeem voor het verwijderen van reinigingsvloeistof verder is geoptimaliseerd. In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm omvat het reinigingsinstrument een motor. De motor is bij voorkeur geconfigureerd voor het roteren van de borstelschijf en/of de sproeikop. De sproeikop kan een sproeikopopening omvatten aan een onderste oppervlak of aan een zijoppervlak. In een uitvoeringsvorm omvat het reinigingsinstrument voor het voertuig een antizwaartekrachtarm. De antizwaartekrachtarm omvat bij voorkeur de reinigingskop. De antizwaartekrachtarm omvat bij voorkeur een distaal uiteinde, waarbij het distale uiteinde het uiteinde is dat zich het dichtst bij een oppervlak van een voertuig bevindt. De reinigingskop bevindt zich bij voorkeur aan het distale uiteinde van de antizwaartekrachtarm. De antizwaartekrachtarm kan al dan niet deel zijn van een draagbaar systeem. Een reinigingskop kan extreem zwaar zijn, hetgeen het een uitdaging maakt voor een schoonmaker om het gewicht ervan te blijven ondersteunen tijdens het reinigingsproces. De antizwaartekrachtarm ondersteunt het gewicht van de reinigingskop op elke positie waarin het is geplaatst, hetgeen het reinigingsinstrument gebruiksvriendelijker maakt. De schoonmaker moet enkel een fysieke inspanning doen voor het verplaatsen van de reinigingskop naar een andere oppervlaksectie. Na het verplaatsen van de reinigingskop wordt het gewicht van de kop opnieuw ondersteund door de antizwaartekrachtarm. De antizwaartekrachtarm ondersteunt ook het gewicht van de reinigingskop tijdens de verplaatsing van de reinigingskop van één oppervlaksectie naar de andere. In een uitvoeringsvorm omvat het reinigingsinstrument een substation. Het substation omvat bij voorkeur en vloeistof-luchtscheider.

De aanvrager heeft opgemerkt dat de verwijdering van lucht uit het reinigingsinstrument voor een voertuig extreem belangrijk is opdat het instrument correct zou te werken, in het bijzonder in een reinigingsinstrument waarbij de reinigingsvloeistof wordt gerecupereerd en hergebruikt. Het gerecupereerde water moet kunnen terugstromen naar een reinigingsvloeistofreservoir en de vloeistof in het reservoir moet worden gepompt naar het uiteinde van het reinigingsinstrument voor het voertuig dat zich het dichtst bij een oppervlak van een voertuig bevindt.

De aanwezigheid van overtollige lucht zou de vloeistofstroom kunnen hinderen, hetgeen de toevoeging van een vloeistof-waterscheider extreem voordelig maakt. In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm omvat de vloeistof-luchtscheider een vloeistof-luchtinlaat, een vloeistofuitlaat, een luchtuitlaat, of een combinatie daarvan. De vloeistof-luchtscheider omvat bij voorkeur een eerste kamer. De vloeistof-luchtinlaat leidt de vloeistof-luchtstroom bij voorkeur naar de eerste kamer. De eerste kamer is bij voorkeur geconfigureerd voor het uitzetten van het vloeistof-luchtvolume.

De aanvrager merkt op dat door het volume van het vloeistof-luchtmengsel eenvoudig uit te zetten, een significante hoeveelheid lucht wordt gescheiden uit de reinigingsvloeistof.

In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm omvat de vloeistof-luchtscheider een tweede kamer. De eerste en de tweede kamer zijn bij voorkeur verbonden door een kameropening. De tweede kamer is bij voorkeur parallel met de eerste kamer gepositioneerd. De kameropening is bij voorkeur gepositioneerd aan een distaal uiteinde van de eerste kamer vergeleken met de vloeistof-luchtinlaat. De tweede kamer kan worden verbonden met hetzij een vloeistofuitlaat, een luchtuitlaat hetzij beide.

De aanvrager heeft vastgesteld dat door het toevoegen van een tweede kamer, er een betere scheiding van de lucht en de vloeistof kon worden bereikt, door de toevoeging van abrupte veranderingen in de stroomrichting van het vloeistof- luchtmengsel.

In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm omvat de tweede kamer een poreus materiaal. Het poreuze materiaal kan al dan niet verwijderbaar en/of verplaatsbaar zijn. Het poreuze materiaal neemt bij voorkeur tussen 1% en 99% van het volume van de tweede kamer in. Het poreuze materiaal neemt bij voorkeur ten minste 2% meer bij voorkeur 5%, zelfs meer bij voorkeur 10% zelfs meer bij voorkeur 15%, zelfs meer bij voorkeur 20% zelfs meer bij voorkeur 25%, zelfs meer bij voorkeur 30%, zelfs meer bij voorkeur 35%, van het volume van de tweede kamer in. Het poreuze materiaal neemt bij voorkeur maximum 98% meer bij voorkeur 95%, zelfs meer bij voorkeur 90% zelfs meer bij voorkeur 85%, zelfs meer bij voorkeur 80% zelfs meer bij voorkeur 75%, zelfs meer bij voorkeur 70%, zelfs meer bij voorkeur

65%, van het volume van de tweede kamer in. Het poreuze materiaal is bij voorkeur een schuim. De aanvrager heeft opgemerkt dat door een schuim toe te voegen aan de tweede kamer, er nog meer lucht kon worden afgescheiden uit het vloeistof-luchtmengsel. In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm omvat het substation een blazer, een pomp en/of een veiligheidsklep.

De aanvrager heeft opgemerkt dat de toevoeging van een blazer een negatieve druk zou kunnen plaatsen op de vloeistof-luchtscheider, hetgeen ervoor zorgt dat de vloeistof-luchtmengseldruk naar de vloeistof-luchtscheider stroomt. De vloeistof blijvend laten stromen is belangrijk om de gerecupereerde vloeistof te hergebruiken.

In een voorkeur dragende uitvoeringsvorm is het substation verplaatsbaar en/of draagbaar. In een meer voorkeur dragende uitvoeringsvorm is het substation gemonteerd op een platform. Het platform is bij voorkeur een component van een hoogtesysteem dat is geconfigureerd voor het verhogen of verlagen van de hoogte van het platform. Het hoogtesysteem omvat bij voorkeur een of meerdere vouwarmen. De een of meerdere vouwarmen zijn bij voorkeur geconfigureerd voor het aanpassen van de hoogte van het platform.

Het substation in de hoogte verplaatsbaar maken samen met de schoonmaker is voordelig voor het doeltreffend verwijderen van de reinigingsvloeistof uit de reinigingskop.

In een uitvoeringsvorm omvat het reinigingsinstrument van het voertuig een antizwaartekrachtarm die is verbonden met een substation. Het substation omvat bij voorkeur een schuifbaar element. De antizwaartekrachtarm is bij voorkeur verbonden met het schuifbare element.

Het verbinden van de antizwaartekracht door een schuifbaar element met het substation laat aan de schoonmaker toe de voordelen van de antizwaartekrachtarm te ervaren, terwijl de arm op een schuifbaar element blijft rusten. De schoonmaker kan de hoogte van de antizwaartekrachtarm gemakkelijk en zonder inspanning aanpassen door de arm eenvoudig naar boven of naar beneden op het schuifbare element te schuiven.

In een uitvoeringsvorm omvat het grondstation een hoofdtank en een zeeptank. De hoofdtank is bij voorkeur geconfigureerd om ervoor te zorgen dat de reinigingsvloeistof niet wordt geëxtraheerd uit het laatste punt van de tank. Het grondstation is bij voorkeur geconfigureerd voor het van tijd tot tijd bepalen van de zeepconcentratie van de reinigingsvloeistof. De tijdstippen waarop de vloeistof gepeild wordt, kan al dan niet vooraf bepaald zijn. Het grondstation omvat bij voorkeur een vulkring die is geconfigureerd voor het toevoegen van water aan de hoofdtank. Het grondstation kan al dan niet een sensor omvatten voor het bepalen van de hoeveelheid actieve zeep in de reinigingsvloeistof. De vloeistofstroom in de hoofdtank is bij voorkeur lager vergeleken met de vloeistofstroom door de aanvoerbuis.

Door de hoofdtank van de zeeptank te scheiden, kan de toevoeging van zeep worden gecontroleerd, zonder dat de Zeep manueel moet worden toegevoegd aan de reinigingsvloeistof. Afhankelijk van de noodzaak zou meer zeep kunnen worden toegevoegd aan de reinigingsvloeistof. Het meten met een sensor van de hoeveelheid zeep die aanwezig is in de reinigingsvloeistof zou toelaten het gebruik van de zeep te optimaliseren. Door de vloeistofstroom in de hoofdtank laag te houden kan het zwaardere solide materiaal zinken tot de bodem, en gescheiden worden van de vloeistofstroom.

In een uitvoeringsvorm omvat het grondstation een of meerdere filters die zijn geconfigureerd voor het verwijderen van solide materiaal uit de reinigingsvloeistof.

De uitvinding zal verder beschreven worden aan de hand van de volgende niet- limitatieve voorbeelden die de uitvinding verder illustreren, en die niet zijn bedoeld, en niet mogen worden geïnterpreteerd als zijnde een beperking van het bereik van de uitvinding.

In een tweede aspect heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het reinigen van een voertuig. De werkwijze omvat bij voorkeur ten minste één van de volgende stappen: e Het pompen van een reinigingsvloeistof via een aanvoerbuis in een wachtholte; e Het uitwerpen van de reinigingsvloeistof uit de wachtholte naar een reinigingskop door een sproeikop, waarbij de reinigingskop een of meerdereopeningen omvat voor het verwijderen van vloeistof en is geconfigureerd voor het recupereren van de reinigingsvloeistof; en e Het reinigen van een oppervlak van een voertuig met de reinigingskop en de reinigingsvloeistof, waarbij de reinigingsvloeistof continu wordt verwijderd uit de reinigingskop door de een of meerdere openingen voor het verwijderen van vloeistof, en waarbij de reinigingsvloeistof wordt vervangen door verse reinigingsvloeistof.

De werkwijze omvat bij voorkeur: e Het brengen van de reinigingsvloeistof door een klepsysteem dat zich aan of vlakbij de wachtholte bevindt, bij voorkeur stroomopwaarts van de wachtholte; e Het bepalen of een afstand tussen de reinigingskop en een oppervlak van een voertuig een vooraf bepaalde waarde overschrijdt; en e En het afsluiten van het klepsysteem in geval de afstand de vooraf bepaalde waarde overschrijdt.

Voorbeelden De onderhavige uitvinding zal nu verder geïllustreerd worden met verwijzing naar de volgende voorbeeld(en). De onderhavige uitvinding is in geen geval beperkt tot de gegeven voorbeelden of tot de uitvoeringsvormen die op de figuren zijn voorgesteld.

Example 1: Een uitvoeringsvorm van het reinigingsinstrument voor een voertuig

Voor een betere illustratie wordt er verwezen naar FIG. 1, die het reinigingsinstrument voor het voertuig toont omvattende een reinigingskop (1), vier zuigsproeikoppen (2), een sensor (3) die is vastgemaakt aan de reinigingskop door een plaatje omvattende een hoek van ongeveer 90° (4), een klepsysteem (5), een motor (6), een wachtholte (7), een aanvoerbuis (8). De reinigingskop omvat bij voorkeur een versnellingsbak (9). De reinigingskop is bij voorkeur geconfigureerd om geplaatst te zijn op of in de heel dichte nabijheid van een oppervlak van een voertuig.

Elke zuigsproeikop is bij voorkeur verbonden met een opening voor het verwijderen van de vloeistof die aanwezig is in de behuizing van de reinigingskop.

De opening voor het verwijderen van vloeistof is bij voorkeur geconfigureerd voor het verwijderen van de reinigingsvloeistof uit de reinigingskop.

Een reinigingsvloeistof wordt gepompt vanuit een grondstation door de aanvoerbuis (8) naar de reinigingskop (1). Hierbij gaat de reinigingsvloeistof door het klepsysteem (5). Het klepsysteem wordt bij voorkeur afgesloten als de afstand van een oppervlak van een voertuig tot de sensor een vooraf gedefinieerde limiet overschrijdt.

Als de reinigingskop onopzettelijk wordt opgetild van het oppervlak, zal de verspilling van de reinigingsvloeistof beperkt zijn.

De vloeistof gaat verder door de wachtholte (7). De holte wordt gevuld met de reinigingsvloeistof.

De reinigingsvloeistof gaat door een sproeikop vanuit de wachtholte naar de aanbrengzijde van de reinigingskop.

Example 2: Aanbrengzijde Er wordt verwezen naar FIG 2 en FIG 3, die de aanbrengzijde van de reinigingskop toont, waarbij de reinigingskop is geconfigureerd voor het recupereren van de reinigingsvloeistof.

De reinigingskop heeft bij voorkeur een cirkelvormige circumferentie.

FIG 2 illustreert de aanbrengzijde met de borstelschijf, terwijl FIG 3 de aanbrengzijde zonder de borstelschijf illustreert.

Er wordt verwezen naar FIG. 2 waarop de aanbrengzijde een borstelschijf (16) omvat, omvattende vier zones omvattende een borstel (12). De aanbrengzijde omvat bij voorkeur een eerste borstelgroef voor de plaatsing van een steunborstel (13) en een tweede borstelgroef voor de plaatsing van een eerste afdichtingsborstel (14). De aanbrengzijde omvat bij voorkeur een derde borstelgroef voor de plaatsing van een tweede afdichtingsborstel (15). De zones omvattende een borstel (12) zijn bij voorkeur symmetrisch geplaatst.

Er wordt verwezen naar FIG. 3, de behuizing van de reinigingskop omvat een behuizingsopening (201), de tweede borstelgroef voor de plaatsing van een eerste afdichtingsborstel (14), en de derde borstelgroef voor de plaatsing van een tweede afdichtingsborstel (15). De behuizing omvat bij voorkeur de eerste borstelgroef voor de plaatsing van een steunborstel (13). De behuizing omvat bij voorkeur vier groeven (202) elk omvattende een opening voor het verwijderen van vloeistof (203). De groeven bevinden zich bij voorkeur ongeveer aan de aanbrengzijde van de borstelschijf.

De groeven hebben bij voorkeur een symmetrische positionering.

Elke opening voor het verwijderen van vloeistof is bij voorkeur verbonden met een zuigsproeikop (2).

De sproeikop komt in de uitsparing van de reinigingskop door de behuizingsopening (201) en de opening (11). De reinigingsvloeistof wordt bij voorkeur verdeeld in de uitsparing door de sproeikop.

Wanneer de borstelschijf roteert, wordt de vloeistof bij voorkeur verplaatst in een richting naar buiten omwille van de centrifugale kracht.

De zones zonder borstel van de borstelschijf cumuleren bij voorkeur de reinigingsvloeistof.

De geaccumuleerde reinigingsvloeistof stroomt bij voorkeur in de tangentiële groeven, waarbij het in de groefopening stroomt en zal worden verwijderd uit de reinigingskop door een of meerdere kanalen.

Example 3: Antizwaartekrachtarm

Er wordt verwezen naar FIG. 4. De antizwaartekrachtarm omvat een veer (301), een distaal uiteinde (302) geconfigureerd voor het vastmaken van een reinigingskop aan de antizwaartekrachtarm, een proximaal uiteinde (305) geconfigureerd voor het vastmaken van de antizwaartekrachtarm aan een ondersteuningssysteem (306), een balk (304) omvattende een bovenkant, een onderkant en vier zijvlakken die het distale en het proximale uiteinde verbinden, een veerondersteuningssysteem.

De antizwaartekrachtarm omvat bij voorkeur twee stijve parallelle draden (303) die het distale en het proximale uiteinde verbinden, een veerondersteuningssysteem.

De balk (304) en/of de twee stijve parallelle draden (303) zijn bij voorkeur roterend verbonden met het distale en het proximaal uiteinde.

Bij voorkeur roteert het ondersteuningssysteem en/of is het verplaatsbaar.

De ondersteuningssysteem kan al dan niet een draagbaar systeem zijn.

Het veerondersteuningssysteem omvat een centraal punt (307), een eerste arm (308) die het centrale punt verbindt met het proximale uiteinde, een tweede arm (309) die het centrale punt verbindt met de twee langwerpige zijvlakken van de balk, een derde arm omvattende de veer (301) die het centrale punt verbindt met de bovenzijde van de balk, of een combinatie daarvan.

De eerste, de tweede en de derde arm zijn bij voorkeur roterend vastgemaakt aan respectievelijk het proximale uiteinde, de twee langwerpige zijvlakken van de balk en de bovenzijde van de balk.

Example4: Verplaatsbaar substationsysteem Er wordt verwezen naar FIG. 5, waar een substation (104) bij voorkeur is gemonteerd op een platform (105). Het platform is bij voorkeur gemonteerd op een of meerdere vouwarmen (106). De vouwarmen zijn bij voorkeur geconfigureerd voor het aanpassen van de hoogte van het substation.

De vouwarmen zijn bijvoorkeur gemonteerd op een verplaatsbaar systeem (107). Het verplaatsbare systeem omvat bij voorkeur twee of meerdere wielen (108). Het platform omvat bij voorkeur een schuifbaar element (100). Het schuifbare element omvat bij voorkeur een eerste balk (109), is roteerbaar ten opzichte van het schuifbare element.

De hoogte waarop de eerste balk op het schuifbare element is geplaatst, is bij voorkeur aanpasbaar.

De eerste balk omvat bij voorkeur een tweede balk (110). De tweede balk is bij voorkeur roteerbaar ten opzichte van de eerste balk.

De tweede balk omvat bij voorkeur een antizwaartekrachtarm (103). De antizwaartekrachtarm is bij voorkeur roteerbaar ten opzichte van de tweede balk.

De antizwaartekrachtarm omvat bij voorkeur een reinigingskop (102). De reinigingskop (102) omvat bij voorkeur een stang (101). De stang is bij voorkeur geconfigureerd voor het toelaten aan de schoonmaker om de reinigingskop te verplaatsen van één positie naar een andere.

De combinatie van alle componenten op FIG. 5 optimaliseert de gebruiksvriendelijkheid van het reinigingsinstrument.

Het volledige gewicht van de reinigingskop wordt ondersteund door het systeem.

Het schoonmaker moet de reinigingskop enkel verplaatsen van één positie naar een andere positie, waarbij het schoonmaker zich niet in een uitzonderlijke fysieke vorm dient te bevinden om een voertuig schoon te maken.

Het systeem laat aan de schoonmaker verder toe een hoogte te bereiken die nodig is voor het schoonmaken van het bovenste oppervlak van een luchtvaartuig, terwijl het ook oppervlakken kan schoonmaken die zich in de dichte nabijheid van de grond bevinden.

Example 5: Substation omvattende een vloeistof-luchtscheider Er wordt verwezen naar FIG. 6 en FIG. 7. Het substation omvat een vloeistof- luchtscheider (405). Het substation omvat bij voorkeur verder een blazer (402), een veiligheidsklep (401), een cyclone filter (403), een pomp (407), een vloeistof- luchtscheider (406), een vloeistofuitlaat (404) of een combinatie daarvan.

De scheider omvat een eerste kamer (504), een tweede kamer (505), een kameropening (506), een vloeistof-luchtmengselinlaat (501), een vloeistofuitlaat (502), een schuim (503), of een combinatie daarvan.

Het schuim bevindt zich bij voorkeur in de tweede kamer.

Het schuim neemt bij voorkeur een deel van het tweede kamervolume op.

Er kan bijvoorbeeld nog steeds plaats zijn voor de vloeistof om zonder problemen uit de vloeistofuitlaat te stromen onder het schuim.

Het substation is bij voorkeur geconfigureerd voor het pompen van water terug naar een grondstation. De blazer (402) plaatst de volledige vloeistof-luchtscheider (405) bij voorkeur op een negatieve druk. De negatieve energie zuigt het vloeistof- luchtmengsel bij voorkeur uit de reinigingskop naar het substation. De vloeistof- luchtscheider (405) is bij voorkeur geconfigureerd voor het scheiden van lucht uit de reinigingsvloeistof die uit de reinigingskop komt. De afgescheiden lucht wordt bij voorkeur door de cyclone filter geduwd. De cyclone filter verwijdert bij voorkeur vloeistofresten die nog aanwezig zijn in de afgescheiden lucht. De luchtstroom wordt bij voorkeur door de blazer getrokken. De lucht wordt bij voorkeur vrijgegeven aan de omgeving. De reinigingsvloeistof bevindt zich bij voorkeur aan de onderkant in de vloeistof-luchtscheider en wordt teruggepompt naar het grondstation. Het vloeistof-luchtmengsel gaat bij voorkeur in de vloeistof-luchtscheider door de eerste kamer (504). Het volume van het vloeistof-luchtmengsel wordt bij voorkeur vergroot in de eerste kamer, waarbij de vloeistof-luchtstroom vertraagd wordt.

Gezien er minder energie is, is het moeilijker voor het water om te blijven drijven, hetgeen resulteert in een eerste scheiding van vloeistof en lucht. Het vloeistof- luchtmengsel stroomt bij voorkeur naar de tweede kamer door de kameropening. De stroom van het vloeistof-luchtmengsel maakt bij voorkeur twee abrupte bochten terwijl het in de tweede kamer gaat. Omwille van de hogere inertie van de watermoleculen zal een deel daarvan botsen met de wanden van de eerste en/of tweede kamer. De snelheid ervan zal dalen tot nul en dan zullen ze op de bodem van de filter vallen, waardoor een verdere scheiding wordt verkregen. Een deel van of het volledige vloeistof-luchtmengsel stroomt bij voorkeur door het schuim. Schuim werkt als een maasstructuur waardoor de lucht vrij gemakkelijk kan stromen, de watermoleculen zullen het echter moeilijker hebben om zo vaak en zo snel van richting te veranderen zodat ze zullen botsen met de schuimstructuur en naar beneden zullen druppelen. Example 6: Grondstation Er wordt verwezen naar FIG. 8. Het grondstation omvat een zeeptank (603), een hoofdtank (601), ten minste één filter (602), een pomp (604), of een combinatie daarvan. De zeeptank omvat bij voorkeur zuiver reinigingsmiddel. Het reinigingsmiddel is bij voorkeur een zeep of een detergent.

De hoofdtank bevat bij voorkeur de grootste hoeveelheid reinigingsvloeistof in het reinigingsinstrument voor het voertuig. Aan het begin van een werkshift is dereinigingsvloeistof bij voorkeur reeds gemengd met een vooraf bepaalde hoeveelheid zeep.

Aangezien het water gerecirculeerd wordt, vermindert de hoeveelheid actieve zeep in de loop van de tijd.

De zeeptank levert bij voorkeur van tijd tot tijd extra reinigingsmiddel aan de hoofdtank.

De stroom reinigingsvloeistof in de hoofdtank is bij voorkeur lager vergeleken met de vloeistofstroom in de aanvoerbuis.

Het zwaardere solide materiaal zal bij voorkeur zinken, en worden afgescheiden van de vloeistofstroom.

Zwaarder solide materiaal wordt bij voorkeur afgescheiden van de vloeistofstroom door de reinigingsvloeistof niet te extraheren aan het laagste punt van de hoofdtank.

Het water stroomt bij voorkeur door een pomp.

De pomp levert bij voorkeur voldoende druk om de reinigingsvloeistof doorde een of meerdere filters, en naar de reinigingskop te duwen.

Claims

CONCLUSIES

1. Reinigingsinstrument voor een voertuig omvattende: e een reinigingskop omvattende een behuizing, waarbij de behuizing een aanbrengzijde en een uitsparing aan de aanbrengzijde omvat; e een wachtholte voor reinigingsvloeistof; e een aanvoerbuis die is geconfigureerd voor het voorzien van de wachtholte met reinigingsvloeistof; e een sproeikop omvattende een doorgang voor stroming van de reinigingsvloeistof van de wachtholte naar de uitsparing.

2, Reinigingsinstrument voor een voertuig volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het reinigingsinstrument voor het voertuig een sensor omvat die is geconfigureerd voor het meten van de afstand tussen een oppervlak van een voertuig en de reinigingskop.

3. Reinigingsinstrument voor een voertuig volgens een der voorgaande conclusies 1 tot 2, met het kenmerk dat het reinigingsinstrument voor het voertuig een klepsysteem omvat aan of vlakbij een uiteinde van de aanvoerbuis, waarbij het klepsysteem is geconfigureerd voor het aanpassen van fluïdumtoevoer van de aanvoerbuis naar de wachtholte.

4. Reinigingsinstrument voor een voertuig volgens een der voorgaande conclusies 2 en 3, met het kenmerk dat het reinigingsinstrument voor het voertuig is bij voorkeur geconfigureerd voor het afsluiten van het genoemde uiteinde van de aanvoerbuis via het klepsysteem wanneer de afstand tussen de reinigingskop en het oppervlak van het voertuig een vooraf gedefinieerde limiet overschrijdt.

5. Reinigingsinstrument voor een voertuig volgens een der voorgaande conclusies 1 tot 4, met het kenmerk dat de reinigingskop een circumferentiële afdichtingsborstel omvat die zich bevindt aan de aanbrengzijde en aan of vlakbij de circumferentie van de uitsparing van de reinigingskop, waarbij de reinigingskop bij voorkeur ten minste twee gespreide circumferentiële afdichtingsborstels omvat die zich bevinden aan de aanbrengzijde en aan of vlakbij de circumferentie van de uitsparing van de reinigingskop, meer bij voorkeur waarbij de genoemde ten minste tweegespreide circumferentiële afdichtingsborstels twee gespreide circumferentiële afdichtingsborstels zijn.

6, Reinigingsinstrument voor een voertuig volgens een der voorgaande conclusies 1 tot 5, waarbij de reinigingskop bij voorkeur ten minste twee gespreide circumferentiële afdichtingsborstels omvat die zich bevinden aan de aanbrengzijde en aan of vlakbij de circumferentie van de uitsparing van de reinigingskop, met het kenmerk dat de afstand tussen circumferentiële afdichtingsborstels ligt tussen 0,1 mm en 2 cm, bij voorkeur tussen 0,5 mm en 18 mm, meer bij voorkeur tussen 1 mm en 9 mm.

7. Reinigingsinstrument voor een voertuig volgens een der voorgaande conclusies 5 en 6, met het kenmerk dat de borstelhaartjes van de circumferentiële afdichtingsborstels flexibel zijn, waarbij de borstelhaartjes van de afdichtingsborstels bij voorkeur polyamide omvatten.

8. Reinigingsinstrument voor een voertuig volgens een der voorgaande conclusies 5 tot 7, met het kenmerk dat de circumferentiële afdichtingsborstels een veelvoud aan haartjes omvatten, waarbij de haartjes zijn gepositioneerd in een hoek tussen 5° en 40°, bij voorkeur tussen 20° en 30°, meer bij voorkeur tussen 20° en 25°, zelfs meer bij voorkeur in een hoek van 23° vergeleken met de normaal van de aanbrengzijde.

9, Reinigingsinstrument voor een voertuig volgens een der voorgaande conclusies 1 tot 8, met het kenmerk dat de reinigingskop een circumferentiële steunborstel omvat die zich bevindt aan de aanbrengzijde en aan of vlakbij de circumferentie van de uitsparing van de reinigingskop, geconfigureerd voor het ondersteunen van het gewicht van de reinigingskop.

10.Reinigingsinstrument voor een voertuig volgens een der voorgaande conclusies 1 tot 9, waarbij de reinigingskop een borstelschijf omvat die zich in de uitsparing bevindt, waarbij de borstelschijf een schijfaanbrengzijde omvat, waarbij de schijfaanbrengzijde een of meerdere borstels omvat, en waarbij de borstelschijf is geconfigureerd om te roteren.

11. Reinigingsinstrument voor een voertuig volgens de voorgaande conclusie 10, met het kenmerk dat de schijfaanbrengzijde een veelvoud aan zones en een opening die zich bevindt aan of vlakbij het midden van de borstelschijfomvat, waarbij ten minste één van de zones een of meerdere borstels omvat, en waarbij ten minste één van de zones geen borstels omvat, waarbij bij voorkeur een aantal van ten minste twee zones omvattende borstels zijn verspreid, bij voorkeur angulair verspreid, met hetzelfde aantal zones zonder borstel.

12.Reinigingsinstrument voor een voertuig volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de reinigingskop een of meerdere groeven omvat, waarbij de een of meerdere groeven zich bij benadering aan de schijfaanbrengzijde bevinden, en waarbij de een of meerdere groeven een groefopening omvatten die is geconfigureerd voor het recupereren van de reinigingsvloeistof.

13. Reinigingsinstrument voor een voertuig volgens conclusie 11 en 12.

14. Reinigingsinstrument voor een voertuig volgens de voorgaande conclusies 12 en 13, met het kenmerk dat de groef een kromming omvat, en bij voorkeur waarbij de kromming een richting met de klok mee of tegen de klok in kan hebben.

15.Reinigingsinstrument voor een voertuig volgens een der voorgaande conclusies 12 tot 14, waarbij het reinigingsinstrument een of meerdere zuigsproeikoppen omvat, die zijn vastgemaakt aan de tegenoverliggende zijde van de aanbrengzijde tegenover elke groefopening.

16.Reinigingsinstrument voor een voertuig volgens een der voorgaande conclusies 1 tot 15 waarbij de reinigingskop een cirkelvormige buitenste circumferentie heeft aan de aanbrengzijde.

17.Reinigingsinstrument voor een voertuig volgens een der voorgaande conclusies 1 tot 16 waarbij het reinigingsinstrument voor het voertuig een motor omvat die is geconfigureerd voor het roteren van de borstelschijf.

18. Reinigingsinstrument volgens een der voorgaande conclusies 1 tot 17, met het kenmerk dat het reinigingsinstrument voor het voertuig een antizwaartekrachtarm omvat, omvattende een veer, waarbij de antizwaartekrachtarm is geconfigureerd voor het ten minste gedeeltelijk ondersteunen van het gewicht van de reinigingskop.

19. Reinigingsinstrument voor een voertuig volgens de voorgaande conclusie 18, met het kenmerk dat het reinigingsinstrument voor het voertuig omvat: e een substation dat is gemonteerd op een platform, waarbij het platform is gemonteerd op een in de hoogte verstelbaar systeem omvattende een of meerdere vouwarmen, en waarbij het in de hoogte verstelbare systeem wielen omvat; en e een schuifbaar element dat is geconfigureerd voor het aanpassen van de antizwaartekrachtarm.

20. Reinigingsinstrument voor een voertuig volgens de voorgaande conclusie 19, met het kenmerk dat het substation een vloeistof-luchtscheider omvat, waarbij de genoemde vloeistof-luchtscheider een eerste kamer omvat die is geconfigureerd voor het uitzetten van het volume van een vloeistof- luchtmengsel; een tweede kamer die is verbonden met de eerste kamer door een kameropening, waarbij de tweede kamer een poreus materiaal omvat, en bij voorkeur waarbij het poreuze materiaal een schuim is.

21. Reinigingsinstrument voor een voertuig volgens een der conclusies 1 tot 20, waarbij het voertuig een luchtvaartuig is.

22. Werkwijze voor het reinigen van een voertuig omvattende de volgende stappen: a. het pompen van een reinigingsvloeistof via een aanvoerbuis in een wachtholte; b. het uitwerpen van de reinigingsvloeistof uit de wachtholte naar een reinigingskop door een sproeikop, waarbij de reinigingskop een of meerdere openingen omvat voor het verwijderen van vloeistof en is geconfigureerd voor het recupereren van de reinigingsvloeistof; en c. het reinigen van een oppervlak van een voertuig met de reinigingskop en de reinigingsvloeistof, waarbij de reinigingsvloeistof continu wordt verwijderd uit de reinigingskop door de een of meerdere openingen voor het verwijderen van vloeistof, en waarbij de reinigingsvloeistof wordt vervangen door verse reinigingsvloeistof.

23. Werkwijze volgens de voorgaande conclusie 22, waarbij de reinigingsvloeistof door een klepsysteem gaat dat zich bevindt aan of vlakbij de wachtholte, bij voorkeur stroomopwaarts van de wachtholte, omvattendede stappen: het bepalen of een afstand tussen de reinigingskop en een oppervlak van een voertuig een vooraf bepaalde waarde overschrijdt; en het afsluiten van het klepsysteem in geval de afstand de vooraf bepaalde waarde overschrijdt.