BE1026447B1

BE1026447B1 - Handgreep voor secundaire verpakkingen

Info

Publication number: BE1026447B1
Application number: BE20185475A
Authority: BE
Inventors: Keenan Thompson; Wim Dekocker
Original assignee: Anheuser Busch Inbev Sa
Priority date: 2018-07-06
Filing date: 2018-07-06
Publication date: 2020-02-03
Also published as: AR115715A1; EP3817623A1; BE1026447A1; US20210122517A1; CA3105749A1; KR20210040381A; CN112804913B; CN112804913A; BR112020027096A2; MX2021000121A; JP2021530279A

Abstract

De onderhavige openbaring verschaft een handgreep met versoepelde randen. De handgreep omvat een hoofdgedeelte dat gevormd is uit een langwerpig stuk materiaal mat een paar zijranden die een breedte van het hoofdgedeelte definiëren. Het hoofdgedeelte omvat een grijpgebied dat zich uitstrekt naar en/of tussen een eerste bevestigingsgebied en/of een tweede gebevestigingsgebied. Verder heeft elke van de zijranden van het grijpgebied een snij-index die lager is dan een snij-index van het resterende gedeelte van het grijpgebied zodat het grijpgebied zacht en comfortabel is aan de randen die de gebruiker moet vasthouden.

Description

Handgreep voor secundaire verpakkingen

TECHNISCH GEBIED

De onderhavige openbaring heeft over het algemeen betrekking op handgrepen voor secundaire verpakkingen, en heeft meer specifiek betrekking op comfortabel vast te grijpen handgrepen.

ACHTERGROND

De voorbije jaren werd er steeds meer gebruik gemaakt van verschillende soorten secundaire verpakkingen zoals draagzakken en/of kartonnen dozen en/of dergelijke om het dragen van goederen uit de kleinhandelszaak, zoals supermarkten, kleinhandels, en dergelijke, te vergemakkelijken. Verder worden er steeds meer diverse soorten kartonnen dozen gebruikt voor het verpakken van meerdere containers die vloeibare voedingsstoffen omvatten, zoals, bijvoorbeeld, water, bier, dranken, enz. Dergelijke zakken en kartonnen dozen worden verschaft met verschillende soorten handgrepen om het tillen van deze verpakkingen te vergemakkelijken.

Dienovereenkomstig werden, zoals hoger beschreven, diverse soorten handgreepstructuren ontwikkeld voor dergelijke verpakkingen, waaronder draagzakken, kartonnen dozen, en dergelijke. Deze handgreepstructuren omvat diverse handgrepen op basis van een riem, integrale handgrepen op basis van een flap, papieren handgrepen, op elementen scharnierende middelen die bevestigd zijn aan de wanden van de verpakking, en/of

BE2018/5475 verschillende soorten afzonderlijke handgreepelementen die bevestigd zijn aan de kartonnen dozen/zakken, en dergelijke.

Hoewel alle momenteel bekende handgrepen een of ander voordeel verschaffen, is er de algemene tekortkoming wanneer deze handgrepen worden gebruikt voor het dragen van verpakkingen die zwaar geladen zijn, of vooral wanneer ze over grote afstanden moeten worden gedragen. In dergelijke gevallen hebben deze handgrepen over het algemeen scherpe en/of onregelmatige randen die ongemak veroorzaken aan de hand/vinger/handpalm van een gebruiker die na tamelijk korte tijd pijnlijk kunnen worden. Verder kunnen deze sneden en andere soorten letsel veroorzaken aan de hand/vingers van de gebruiker.

Dienovereenkomstig was het wenselijk om handgrepen te verschaffen die sterk en comfortabel om vast te grijpen zijn. Verder moet, vanwege kosten en milieuoverwegingen, dergelijke handgrepen worden gevormd uit zo min mogelijk materiaal en zo weinig mogelijk verspilling veroorzaken van de materialen waaruit ze zijn gevormd. Daarom werden reeds diverse pogingen ondernomen om handgrepen te produceren met de hogervermelde kenmerken.

In sommige gevallen werden integraal gegoten handgrepen die gevormd werden uit plastic/thermoplastic met over het algemeen zachte/gekromde/versoepelde randen verschaft. Hoewel dergelijke handgrepen op basis van plastic met gegoten randen reeds lang worden gebruikt, verdienen ze, om milieugerelateerde redenen en recycleerbaarheid, geen voorkeur meer en verschuift de

BE2018/5475 neiging naar handgrepen op basis van recyclebaar papier/karton.

Daarom werden recent diverse alternatieven ontworpen die het probleem van scherpe randen bij handgrepen op basis van papier/karton hebben proberen te elimineren. Bij sommige ontwikkelingen, zoals geopenbaard in het Amerikaanse octrooischrift. nr. 3.912.140, werden verschillende soorten handgrepen gesuggereerd, die wanneer aangebracht op de papieren handgrepen een gebruiker in staat stellen de handgrepen vast te grijpen zonder het ongemak van scherpe randen. Dit kan echter kostelijk, ongemakkelijk en lastig om aan te brengen zijn. Verder blijven dergelijke handgrepen niet aan de handgrepen van de verpakking bevestigd, wat resulteert in verplaatsing ervan.

Bij sommige andere ontwikkelingen, zoals geopenbaard in het Amerikaanse octrooischrift. nr. 6.796.002, werd een bufferkussen gesuggereerd dat, wanneer bevestigd aan een bodemgedeelte van de handgreep, zachte handgrepen verschaft. Dit lost echter het probleem niet op van scherpe randen en verdient dus geen voorkeur.

In nog andere ontwikkelingen, in het bijzonder waarbij handgrepen integraal zijn gevormd met de kartonnen doos en vouwkarton wordt gebruikt, werden enkele technieken verschaft om het probleem van scherpe randen te voorkomen. In sommige gevallen, zoals geopenbaard in het Amerikaanse octrooischrift nr. 4.538.759, is de handgreep uit karton gevormd uit een structuur met meerdere plooien die twee of meer panelen omvat in overlappende verhouding met een handgreepgleuf voor het vasthouden van de handgreep. Doordat een dergelijke

BE2018/5475 handgreep echter vereist dat een gebruiker zijn of haar hand in de gevormde gleuven steekt, zijn ze oncomfortabel voor gebruik en dientengevolge moeilijk aan te wenden. In andere gevallen, zoals geopenbaard in het Europese octrooi nr. 2.102.073, kan de handgreep een veelheid aan handgreepflappen omvatten die gedeeltelijk van de handgreep kunnen worden gescheiden teneinde comfortabele grijpoppervlakken te verschaffen voor de hand van een gebruiker. Omdat een dergelijk vouwkarton alleen van toepassing is op verpakkingen die vervaardigd zijn uit vouwkarton, is het niet van toepassing op andere soorten verpakkingen. Verder hebben deze flappen/op meerdere plooien gebaseerde handgrepen de neiging om te bewegen in een verticale positie wanneer ze worden gebruikt om zware gewichten op te tillen, zodat de scherpe randen verticaal zijn gepositioneerd. In deze positie snijden de scherpe randen in de vingers en handpalm van de gebruiker, wat zeer oncomfortabel is.

Dienovereenkomstig lost, zoals men kan afleiden uit de bovenstaande beschrijving, geen van de bestaande oplossingen het probleem van ongemak als gevolg van scherpe randen volledig op en is er nog steeds nood aan een verbeterde handgreep die, terwijl deze kosteneffectief en sterk is, het probleem van scherpe randen elimineert en op een comfortabele manier kan worden gebruikt voor het dragen van zware ladingen zolang men dit wenst.

SAMENVATTING

In één aspect van de onderhavige openbaring wordt een handgreep verschaft die een hoofdgedeelte omvat

BE2018/5475 dat gevormd is uit een langwerpig stuk materiaal met een paar zijranden die een breedte van het hoofdgedeelte definiëren. Het hoofdgedeelte omvat een grijpgebied dat zich uitstrekt naar en/of tussen een eerste bevestigingsgebied en/of een tweede bevestigingsgebied. Verder heeft elke van de zijranden van het grijpgebied een snij-index die lager is dan een snij-index van het resterende gedeelte van het grijpgebied, zodat het grijpgebied zacht en comfortabel is aan de randen die de gebruiker moet vasthouden. Een dergelijke snij-index is bekend in het vakgebied zoals uiteengezet in US6866906 B2 (International Paper Co)

In één bepaalde uitvoeringsvorm is een handgreep met versoepelde randen verschaft waarbij elke van de zijranden van het grijpgebied een soepelheid heeft die groter is dan de soepelheid van het resterende gedeelte van het grijpgebied zodat het grijpgedeelte zacht en comfortabel is aan de randen die de gebruiker moet vasthouden.

In een andere uitvoeringsvorm kan elk van de zijranden van het grijpgebied een oppervlakteruwheid hebben die lager is dan een oppervlakteruwheid van het resterende gedeelte van het grijpgebied zodat het grijpgebied zacht en comfortabel is aan de randen die de gebruiker moet vasthouden.

In een uitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding hebben de zijranden aan het grijpgebied van het hoofdgedeelte een dikte die substantieel kleiner is dan de dikte van de zijranden aan elk bevestigingsgebied van het hoofdgedeelte.

BE2018/5475

In een andere uitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding kunnen de zijranden van het grijpgebied hellen naar het resterende gedeelte van het grijpgebied.

Meer specifiek kunnen de zijranden van het grijpgebied een over het algemeen recht-trapeziumvormige vorm hebben in dwarsdoorsnede.

Alternatief hebben de zijranden van het grijpgebied een over het algemeen halfcirkelvormige vorm in dwarsdoorsnede.

Over het algemeen is het grijpgedeelte een enkellaagse structuur, of kan dit een meerlaagse structuur zijn.

Het grijpgebied omvat mogelijk handinsteekgebied dat zich uitstrekt tussen een paar uitstekende voelbare kenmerken, waarbij elk van de voelbare kenmerken is aangepast om preventie van verplaatsing van de hand van de gebruiker weg van het grijpgebied te vergemakkelijken.

Optioneel omvat het grijpgebied een bufferkussen dat is vastgemaakt op een onderoppervlak daarvan en dat is aangepast om een bufferimpact te verschaffen wanneer het wordt vastgehouden door de gebruiker.

Het grijpgebied omvat alternatief een polymeer dat gecoat is op het onderoppervlak daarvan en is aangepast om een bufferimpact te verschaffen wanneer het wordt vastgehouden door de gebruiker. De secundaire verpakking kan een kartonnen doos en/of een zak zijn die gevormd is uit een materiaal gekozen uit een of meer van, maar niet beperkt tot, alle soorten papier, bordpapier,

BE2018/5475 vezelbord, karton, geribbeld karton, vouwkarton, weefsels, plastic, en dergelijke.

Verder kan het hoofdgedeelte van de handgreep vervaardigd zijn uit elk materiaal gekozen uit, maar niet beperkt tot, een enkellaagse of een meerlaagse structuur van alle soorten papier, bordpapier, karton, vezelbord, geribbeld karton, plastic, en dergelijke.

In een ander aspect van de uitvinding wordt een werkwijze verschaft voor het produceren van een handgreep met over het algemeen versoepelde randen. De werkwijze omvat het opnemen van een hoofdgedeelte van de handgreep met een grijpgebied dat zich uitstrekt naar en/of tussen een eerste bevestigingsgebied en/of een tweede bevestigingsgebied. De werkwijze omvat verder versoepeling van elk van de zijranden aan het grijpgedeelte door middel van een of meer mechanische mechanismen zodat het grijpgebied zacht en comfortabel is aan de randen die door een gebruiker moeten worden vastgehouden.

Over het algemeen omvat de werkwijze het bevestigen van de handgreep op een secundaire verpakking aan elk bevestigingsgebied ervan.

Optioneel omvat de werkwijze een additionele stap van het coaten van een onderoppervlak van het grijpgebied met een polymeermateriaal dat is aangepast om een bufferimpact te verschaffen wanneer het wordt vastgehouden door de gebruiker.

Verder optioneel kan het polymeermateriaal worden gekozen uit een of meer van, maar niet beperkt tot, de groep van polyethyleen, met name polyethyleen met lage dichtheid, polypropyleen, polyester, in het bijzonder zijn

BE2018/5475 polyalkyleentereftalaten en een of meer polymeren gekozen uit polymeer van voornoemde elastomere film gekozen uit de groep bestaande uit poly(ethyleen-buteen), poly (ethyleen-hexeen), poly(ethyleen-octeen), poly (ethyleen-propyleen), poly(styreen-butadieenstyreen), poly(styreen-isopreen-styreen), poly(styreenethyleen-butyleen-styreen), poly(ester-ether), poly(ether-amide), poly(ethyleen-vinylacetaat), poly(ethyleen-methylacrylaat), poly(ethyleen-acrylzuur), poly(ethyleen-butylacrylaat), polyurethaan, poly(ethyleen-propyleen-dieen), en ethyleen-propyleen rubber, EPM (ethyleen-propyleen rubber, een copolymeer van ethyleen en propyleen) en EPDM-rubber (ethyleenpropyleen-dieen rubber, een terpolymeer van ethyleen, propyleen en een dieen-component), epichloorhydrine rubber (ECO), polyacryl rubber (ACM, ABR), siliconen rubber (SI, Q, VMQ), fluorosilicone rubber (FVMQ), fluorelastomeren (FKM en FEPM) Viton, Tecnoflon, Fluorel, Aflas en Dai-El

De werkwijze omvat verder mogelijk een stap van het vormen van een paar uitstekende voelbare kenmerken, elk op een zijde van een handinsteekgebied.

Het paar voelbare kenmerken kan verder mogelijk worden gevormd door coating met een voelbaar materiaal gekozen uit een of meer lakken en/of diverse voelbare coatingsamenstellingen met een mengsel van materialen gekozen uit een of meer, maar niet beperkt tot, berubberd materiaal, silica, een of meer bindmiddelen, een of meer epoxyfunctionele groepen die acrylaatmonomeer bevatten en het silicone-macromonomeer, vinylmonomeren zoals het vinylstyreen, vinylacetaat, vinylpropionaat,

BE2018/5475 vinylbenzoaat, vinyltolueen, en diverse andere geschikte polymeren.

Het mechanische mechanisme voor het versoepelen van de zijranden kan mogelijk gekozen zijn uit een of meer van, maar niet beperkt tot, verbrijzelen en/of kroppen en/of stempelen en/of reliëfdrukken en/of dergelijke.

Optioneel kan elk van de stappen van de werkwijze in elke gewenste volgorde worden uitgevoerd.

In een ander aspect van de uitvinding wordt een secundaire verpakking verschaft waarin een handgreep wordt aangewend met over het algemeen versoepelde randen. De secundaire verpakking omvat een veelheid aan wanden, waaronder een bovenwand, een bodemwand en meerdere zijwanden die een die daarin een binnenoppervlak definiëren. De secundaire verpakking omvat verder een of meer handgrepen die daarop zijn geconfigureerd voor het stevig en comfortabel vastgrijpen en/of dragen van de verpakking.

De secundaire verpakking is over het algemeen een doos gevormd uit het materiaal gekozen uit, maar niet beperkt tot, bordpapier, bordkarton, plastic, papier, hybridemateriaal, en elke combinatie daarvan. Alternatief kan de secundaire verpakking een open zak zijn, gevormd uit een materiaal gekozen uit, maar niet beperkt tot, bordpapier, bordkarton, plastic, papier, hybridemateriaal, en elke combinatie daarvan.

Met de meeste voorkeur omvat de secundaire verpakking een kartonnen doos en/of een zak gevormd uit een materiaal gekozen uit papier, bordpapier, vezelbord, bordkarton, of geribbeld karton, zodat de verpakking

BE2018/5475 inclusief de handgreep volledig op basis van papier bestaat.

De secundaire verpakking kan mogelijk elke geschikte geometrische vorm hebben zoals semikubusvormig, kubusvormig, bolvormig, cirkelvormig, en dergelijke.

Optioneel omvat de secundaire verpakking een of meer handgreepopeningen die geconfigureerd zijn op een of meer van de meerdere wanden.

Verder optioneel kan de handgreep worden geïnstalleerd in een binnenoppervlak van de secundaire verpakking zodat deze toegankelijk is door een of meer handgreepopeningen.

Alternatief kan de handgreep bevestigd zijn op een buitenoppervlak van de secundaire verpakking.

De details van een of meer uitvoeringen zijn weergegeven in de begeleidende tekeningen en onderstaande beschrijving. Andere aspecten, eigenschappen en voordelen van het hierin geopenbaarde onderwerp worden duidelijk uit de beschrijving, de tekeningen en de conclusies.

KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENINGEN

FIG. 1 illustreert een blokdiagram dat een handgreep voorstelt volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring;

FIG. 2 illustreert een kenschetsende secundaire verpakking met een of meer handgrepen volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring;

BE2018/5475

FIG. 3 illustreert een andere kenschetsende secundaire verpakking met een of meer handgrepen volgens een andere uitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring;

FIG. 4 illustreert een bovenaanzicht van een handgreep met versoepelde randen volgens een voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring;

FIG. 5a illustreert een blokdiagram dat een vorm in dwarsdoorsnede weergeeft van een handgreep met versoepelde randen volgens een kenschetsende uitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring;

FIG. 5b illustreert een blokdiagram dat een vorm in dwarsdoorsnede weergeeft van een handgreep met versoepelde randen volgens een andere kenschetsende uitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring;

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING

Zoals vereist is hierin een schematische, louter kenmerkende uitvoeringsvorm van de onderhavige aanvrage geopenbaard; het dient echter vermeld dat de geopenbaarde uitvoeringsvorm louter kenschetsend is voor de onderhavige openbaring, die kan worden uitgevoerd in diverse en/of alternatieve vormen. Specifieke hierin geopenbaarde structurele en functionele details mogen niet worden geïnterpreteerd als zijnde beperkend, maar louter als basis voor de conclusies en als representatieve basis om de ervaren deskundige in het vakgebied te leren de onderhavige openbaring op diverse manieren aan te wenden in nagenoeg elke gepaste gedetailleerde structuur.

Aspecten, voordelen en/of eigenschappen van de kenschetsende uitvoeringsvorm van de openbaring worden

BE2018/5475 duidelijk met het oog op de volgende gedetailleerde beschrijving, die diverse niet-beperkende uitvoeringsvormen van de uitvinding openbaart. In de beschrijving van kenschetsende uitvoeringsvormen wordt voor de duidelijkheid specifieke terminologie aangewend. De uitvoeringsvormen zijn echter niet bedoeld om beperkt te zijn tot deze specifieke terminologie. Het dient vermeld dat elk specifiek gedeelte alle technische equivalenten omvat die op een gelijkaardige manier werken om een gelijkaardige doelstelling te verwezenlijken.

Kenschetsende uitvoeringsvormen kunnen worden aangepast voor vele verschillende doeleinden en zijn niet bedoeld als zijnde beperkt tot de hierin opgenomen specifieke kenschetsende doeleinden. Eenieder die onderlegd is in het vakgebied zou in staat moeten zijn de louter kenschetsende uitvoeringsvorm van de onderhavige openbaring aan te passen, afhankelijk, bijvoorbeeld, van het beoogde gebruik van de aangepaste uitvoeringsvorm. Bovendien zijn hieronder vermelde voorbeelden en beperkingen die daarmee verband houden bedoeld als zijnde illustratief en niet exclusief. Andere beperkingen van het gerelateerde vakgebied worden duidelijk voor de ervaren deskundige in het vakgebied na het lezen van de volgende specificatie en bestudering van de gerelateerde figuren.

De onderhavige aanvrage openbaart een handgreep met versoepelde randen voor gebruik met een of meer secundaire verpakkingen zoals zakken en/of kartonnen dozen. De handgreep is, hoewel deze draagbaar en sterk is, comfortabel om te worden vastgehouden door een gebruiker om gedurende langere tijd zware ladingen van de secundaire verpakkingen te dragen zonder daarbij ongemak te ervaren

BE2018/5475 aan de hand van de gebruiker. Er dient te worden begrepen dat uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding kunnen worden toegepast in combinatie met een ander type van verpakkingen, ongeacht hun grootte, vorm en materialen, die gebruikt worden in de drankenindustrie. Verder kan de onderhavige uitvinding in elke andere industrie worden gebruikt voor het vergemakkelijken van vlotte hantering van een of meer verpakkingen, items gegroepeerd in een enkele verpakking, zonder daarbij af te wijken van het toepassingsgebied van de uitvinding.

FIG. 1 toont een blokdiagram dat de basiscomponenten van de handgreep van de onderhavige openbaring weergeeft. Zoals geïllustreerd in FIG. 1 verschaft de onderhavige openbaring een handgreep voor gebruik van een secundaire verpakking [niet weergegeven] die is aangepast voor het vasthouden van een veelheid aan items zoals drankcontainers, voedingsitems, huishoudartikelen, en dergelijke. De handgreep 100 omvat een hoofdgedeelte 110. Het hoofdgedeelte 110 is gevormd uit een langwerpig stuk materiaal dat zich uitstrekt tussen een proximaal uiteinde Ep en een distaal uiteinde Ed, en een paar zijranden 112 en 114 heeft die een breedte wb daarvan definiëren. Het hoofdgedeelte 110 omvat een grijpgebied 122 dat zich uitstrekt naar en/of tussen een eerste bevestigingsgebied 124 en/of een tweede bevestigingsgebied 126. Elk van de bevestigingsgebieden 124, 126 is aangepast om te worden bevestigd en/of op een vergrendelende manier te worden opgenomen in een wand van de secundaire verpakking. Elk van de zijranden 112 en 114 van het grijpgebied 122 heeft een snij-index lager dan een snij-index van het resterende

BE2018/5475 gedeelte van de grijpgebieden zodat, wanneer getild door een gebruiker, het grijpgebied 122 zacht en comfortabel is aan de randen 112, 114 die door de gebruiker moeten worden vastgehouden.

Elk van de zijranden 112 en 114 van het grijpgebied 122 kan een soepelheid hebben die hoger is dan een soepelheid van het resterende gedeelte van de grijpgebieden zodat, wanneer getild door een gebruiker, het grijpgebied 122 zacht en comfortabel is aan de randen 112, 114 die door de gebruiker moeten worden vastgehouden.

Verder kan elk van de zijranden 112 en 114 van het grijpgebied 122 een oppervlakteruwheid hebben die lager is dan een oppervlakteruwheid van het resterende gedeelte van de grijpgebieden zodat, wanneer getild door een gebruiker, het grijpgebied 122 zacht en comfortabel is aan de randen 112, 114 die door de gebruiker moeten worden vastgehouden.

De handgreep 100 van de onderhavige openbaring is over het algemeen geconfigureerd om te worden geïnstalleerd in de secundaire verpakking door rechtstreekse bevestiging op een van de wanden ervan door middel van geschikte bevestigingsmiddelen. Alternatief kan de handgreep 100 in combinatie worden gebruikt in een handgreepsamenstel [nu weergegeven], over het algemeen op basis van een zak, dat vervolgens kan worden geïnstalleerd in de secundaire verpakking.

In de beschrijving van de FIG. 2-3 hieronder hebben elementen die gemeenschappelijk zijn voor het schematisch systeem dezelfde nummertoekenning, tenzij anders vermeld. In een eerste uitvoeringsvorm, zoals

BE2018/5475 geïllustreerd in Fig. 2, wordt een secundaire verpakking 280 verschaft waarbij een handgreep 200 wordt aangewend. In een voorkeursuitvoeringsvorm omvat secundaire verpakking 280 een doos 281 met een veelheid aan zijwanden 282 die zich uitstrekken tussen een bovenwand 283 en een bodemwand 284, waardoor daarin een binnenoppervlak 285 wordt gedefinieerd.

Het dient vermeld dat hoewel de geopenbaarde secundaire verpakking een kartonnen doos 281 is die over het algemeen is gevormd uit een materiaal gekozen uit een of meer van, maar niet beperkt tot, elk gewenst materiaal zoals omvattende alle soorten papier, vezelbord, geribbeld karton, vouwkarton, plastic, hybridemateriaal, of elke combinatie daarvan, elke bekende behuizing gevormd door elk bekend mechanisme en geschikt voor gebruik volgens de onderhavige openbaring, zonder daardoor af te wijken daarvan, kan worden gebruikt. Verder dient het duidelijk te zijn dat de secundaire verpakking 280 kan worden gevormd in elke gewenste vorm zoals diverse verschillend gevormde containers, bolvormige houders, ronde dozen, enz. Bijvoorbeeld, in sommige uitvoeringsvormen kan de secundaire verpakking 280 een open zak zijn die bekend is in het vakgebied en wordt gebruikt voor het daarin vasthouden van meerdere items. Over het algemeen omvat, in dergelijke uitvoeringsvormen, de secundaire verpakking 280 meer dan een handgreep 200, en bij voorkeur twee handgrepen 200, elk geïnstalleerd op een tegenoverstaande zijwand 282 van de secundaire verpakking 280.

Verder kunnen de vorm en grootte, inclusief de hoogte van de secundaire verpakking 280, worden gevarieerd

BE2018/5475 afhankelijk van de ontwerpbeperkingen en -eisen voor de toepassing ervan. Bijvoorbeeld, in de gevallen waarin de secundaire verpakking een kartonnen doos is 281 die is aangepast voor het opnemen van twaalf containers in één laag in een 3x4 opstelling is de afmeting van de kartonnen doos dienovereenkomstig. Verder kan, in andere gevallen, de secundaire verpakking 280 een grootte en vorm hebben om dezelfde en/of verschillende items vast te houden in een enkele laag, meer dan twee lagen, en/of in verschillende rij-/kolomopstellingen

Zoals eerder geopenbaard omvat de handgreep 200 een hoofdgedeelte 210. Het hoofdgedeelte 210 is gevormd uit een langwerpig stuk materiaal dat zich uitstrekt tussen een proximaal uiteinde Ep en een distaal uiteinde Ed en omvattende een paar zijranden 212 en 214 die een breedte wb van het hoofdgedeelte 210 definiëren. Het hoofdgedeelte 210 omvat een grijpgebied 222 dat zich uitstrekt naar en/of tussen een eerste bevestigingsgebied 224 en/of een tweede bevestigingsgebied 226.

In een voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding kan het grijpgebied 222 van het hoofdgedeelte 210 over het algemeen een strookvormige, enkellaagse/meerlaagse structuur zijn die aangepast is om te worden vastgehouden door de gebruiker.

Elk van de zijranden 212 en 214 van het grijpgedeelte 222 heeft een soepelheid die hoger is dan een soepelheid van het resterende gedeelte van de grijpgebieden. Een dergelijke hogere soepelheid aan de zijranden 212, 214 wordt verkregen door middel van elk geschikt mechanisch mechanisme dat reeds bekend is in het

BE2018/5475 vakgebied. Het mechanische mechanisme omvat het verbrijzelen van de zijranden 212, 214. Men heeft vastgesteld dat door het verbrijzelen het op papier gebaseerd materiaal van de zijranden van het grijpgebied, de zijranden worden versoepeld en/of een lagere oppervlakteruwheid verkrijgen, en zodoende ook een lagere snij-index verkrijgen. In andere uitvoeringsvormen kan het mechanische mechanisme echter krimpen, stempelen en reliëfdrukken omvatten. Dienovereenkomstig kunnen de zijranden 212, 214 worden versoepeld zodat een dikte Tg ervan, of ten minste een bovengedeelte T ervan, is verminderd aan het grijpgebied 222 en dus lager is dan een dikte Ta aan het resterende gedeelte van het grijpgebied of aan de een of meer bevestigingsgebieden 224, 226.

Dienovereenkomstig heeft, als gevolg van de versoepelingsoperatie, elk van de zijranden 212, 214 een vorm in dwarsdoorsnede Sg die aan de zijranden van grijpgebied 222 anders is dan aan het resterende gedeelte van het grijpgebied en/of de bevestigingsgebieden 224, 226. In een voorkeursuitvoeringsvorm, zoals geïllustreerd in Fig. 5a, is de vorm Sg een over het algemeen recht-trapeziumvormige vorm in dwarsdoorsnede. Alternatief is, zoals weergegeven in Fig. 5b, de vorm Sg een over het algemeen halfcirkelvormige D-vormige vorm in dwarsdoorsnede van de zijranden 212, 214. Over het algemeen hebben deze vormen van de zijranden 212, 214 aan het grijpgebied 222 een inclinatie of een helling van de zijranden naar het resterende gedeelte van het grijpgebied, dat op zijn beurt versoepelde randen vergemakkelijkt die comfortabel en gemakkelijk vast te grijpen zijn zonder pijn/ongemak aan

BE2018/5475 de hand van de gebruiker te veroorzaken. In andere uitvoeringsvormen kunnen de zijranden 212, 214 elke mogelijke vorm in dwarsdoorsnede Sg hebben, afhankelijk van het gebruikte mechanische mechanisme. In nog andere uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding kunnen de zijranden 212, 214 van het grijpgedeelte 222 worden versoepeld in elke gewenste vorm zoals, bijvoorbeeld, in een vorm van vingergrepen, en dergelijke. In al dergelijke uitvoeringsvormen dient de vorm Sg echter van dien aard te zijn dat deze versoepelde randen die comfortabel en gemakkelijk vast te grijpen zijn, vergemakkelijkt.

In een uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding, zoals geïllustreerd in Fig. 4, omvat het grijpgebied 222 een handinsteekgebied 228 dat zich uitstrekt tussen een paar uitstekende voelbare kenmerken 229. De voelbare kenmerken 229 zijn over het algemeen een verhoogde driedimensionale structuur die geconfigureerd is op een bovengedeelte van het grijpgebied 222 en over het algemeen om preventie van beweging van de hand van de gebruiker weg van het grijpgebied 222 en naar de bevestigingsgebieden 224, 226 te vergemakkelijken. In een voorkeursuitvoeringsvorm kan het voelbare kenmerk 229 worden gevormd door het aanbrengen van een of meer lakken in een patroon van verhoogde kenmerken van dezelfde of verschillende hoogtes die volstaan om de beweging van de handen daardoor te beperken. Alternatief kan het voelbare kenmerk 229 worden gevormd door coating van een voelbare polymeersamenstelling met een mengsel van materialen zoals gewenst in overeenstemming met de kenmerken. Bijvoorbeeld, in een uitvoeringsvorm is het voelbare coatingmateriaal

BE2018/5475 een mengsel van berubberd materiaal (voor buffer en gevoel), silica (voor vochtbeheersing), en dergelijke. Verder kan de samenstelling een of meer bindmiddelen omvatten om het voelbare kenmerk duurzaam en robuust te maken. De voelbare polymeersamenstelling kan verder een of meer polymeren en/of copolymeren omvatten die gevormd zijn uit diverse epoxyfunctionele groepen die acrylaatmonomeer en het silicone macromonomeer, vinylmonomeren zoals het vinylstyreen, vinylacetaat, vinylpropionaat, vinylbenzoaat, vinyltolueen, en diverse andere polymeren bevatten die geschikt zijn voor gebruik in overeenstemming met de kenmerken zoals vereist door het voelbare kenmerk.

In sommige uitvoeringsvormen kan het grijpgebied 222 en/of het handinsteekgebied 228 aan een onderoppervlak 227 worden gecoat met een polymeermateriaal dat is aangepast om een bufferimpact te verschaffen voor de hand van de gebruiker. Het polymeermateriaal kan gekozen zijn uit een of meer van polymeermateriaal met over het algemeen verzachtende eigenschappen gekozen uit een of meer van, maar niet beperkt tot, de groep van polyethyleen, met name polyethyleen met lage dichtheid, polypropyleen, polyester, in het bijzonder zijn polyalkyleentereftalaten en een of meer polymeren gekozen uit polymeer van voornoemde elastomere film gekozen uit de groep bestaande uit poly(ethyleen-buteen), poly(ethyleen-hexeen), poly(ethyleen-octeen), poly (ethyleen-propyleen), poly(styreen-butadieen-styreen), poly(styreen-isopreenstyreen), poly(styreen-ethyleen-butyleen-styreen), poly(ester-ether), poly(ether-amide), poly(ethyleen

BE2018/5475 vinylacetaat), poly(ethyleen-methylacrylaat), poly(ethyleen-acrylzuur), poly(ethyleen-butylacrylaat), polyurethaan, poly (ethyleen-propyleen-dieen), en ethyleen-propyleen rubber, EPM (ethyleen-propyleen rubber, een copolymeer van ethyleen en propyleen) en EPDMrubber (ethyleen-propyleen-dieen rubber, een terpolymeer van ethyleen, propyleen en een dieen-component), epichloorhydrine rubber (ECO), polyacryl rubber (ACM, ABR), siliconen rubber (SI, Q, VMQ), fluorosilicone rubber (FVMQ), fluorelastomeren (FKM en FEPM) Viton, Tecnoflon, Fluorel, Aflas en Dai-El.

Alternatief omvat, in sommige andere uitvoeringsvormen, het onderoppervlak 227 een bufferkussen dat daarop is vastgemaakt en is aangepast om een bufferimpact te verschaffen wanneer vastgehouden door de gebruiker.

In gebruik kan de handgreep 200 worden bevestigd aan en/of op een vergrendelende manier worden opgenomen in een van de wanden 282 aan de bevestigingsgebieden 224, 226 ervan, door middel van een of meer bevestigingsmechanismen [niet weergegeven]. Het bevestigingsmechanisme in dergelijke uitvoeringsvormen kan gekozen zijn als een of meer van, maar niet beperkt tot, een verbindingsmechanisme op basis van een zak, een verbindingsmechanisme op basis van een inkeping, nieten, lijmen, hechtpleisters, borglippen, nietjes, rivetten, en elk ander geschikt mechanisch bevestigingsmechanisme dat conventioneel bekend is in het vakgebied en geschikt is voor gebruik in de onderhavige uitvinding zonder af te wijken van het toepassingsgebied daarvan.

BE2018/5475

Terwijl de geïllustreerde uitvoeringsvormen een grijpgedeelte 222 weergeven dat zich uitstrekt tussen twee bevestigingsgebieden, namelijk het eerste bevestigingsgebied 224 en het tweede bevestigingsgebied 226, dient vermeld dat in sommige uitvoeringsvormen de handgreep 200 een enkel bevestigingsgebied omvat dat zich uitstrekt naar het grijpgebied 222 dat is aangepast om te worden bevestigd/op een vergrendelende manier te worden opgenomen in de secundaire verpakking 280.

In een modificatie van de eerste uitvoeringsvorm is de handgreep 200 niet rechtstreeks bevestigd aan de secundaire verpakkingen 280 maar aangebracht in een handgreepsamenstel 300, zoals geïllustreerd in Fig. 3, dat verder kan worden gebruikt om hantering van een of meer secundaire verpakkingen 280 te vergemakkelijken. De gewijzigde uitvoeringsvorm verdient een bijzondere voorkeur voor gebruik in toepassingen waarbij de secundaire verpakking is aangepast om items met een zwaargewicht vast te houden. Een dergelijke uitvoeringsvorm verdeelt verder de lading op de wanden 282 van de secundaire verpakking 280.

Het handgreepsamenstel 300 omvat een basisgedeelte 310 met een paar handgreepzakken 312 en 314 geconfigureerd op een bovenoppervlak 313 ervan. De handgreep 200 is bevestigd aan het handgreepsamenstel 300 aan de bevestigingsgebieden 212, 214 ervan, zodat elk van de handgreepzakken op een glijdende en vergrendelende manier een van de bevestigingsgebieden 212, 214 opneemt.

Dienovereenkomstig heeft elk van de bevestigingsgebieden 212, 214, in dergelijke

BE2018/5475 uitvoeringsvormen een vorm die complementair is aan de vorm van elk van de zakken 312 en 314 van het handgreepsamenstel 300. In gebruik, wanneer de gebruiker de handgreep 200 optilt, strekt het grijpgebied 222 zich op een glijdende manier uit en trekt zich terug wanneer het wordt losgelaten door de gebruiker.

Verder is, in dergelijke uitvoeringsvormen, de secundaire verpakking 280 voorzien van een of meer handgreepopeningen [niet weergegeven] die geconfigureerd zijn in een of meer van de veelheid aan wanden 282. Het handgreepsamenstel 300 is over het algemeen aangepast om te worden opgenomen en gepositioneerd in het binnenoppervlak 285 zodat het zichtbaar toegankelijk is vanuit de een of meer handgreepopeningen.

In de voorkeursuitvoeringsvorm is de secundaire verpakking 280, inclusief het handgreepsamenstel 300 en de handgreep 200, gevormd uit een enkellaags of een meerlaags langwerpig stuk van een recycleerbaar materiaal gekozen uit, maar niet beperkt tot, een of meer van alle soorten papier, vezelbord, geribbeld karton, en elke soort hybridemateriaal, en dergelijke.

FIG. 2 en 3 tonen schematisch de opstelling van de basiscomponenten van de secundaire verpakking 280 die de handgreep 200 gebruikt van de onderhavige openbaring. Bij de constructie van commerciële functionele eenheden kunnen echter secundaire componenten zoals koppelingen, connectoren, steunstructuur en andere functionele componenten die bekend zijn bij eenieder die is onderlegd in het vakgebied van verpakking en meer specifiek de hantering van verpakking, worden opgenomen in de secundaire verpakking 280. Dergelijke commerciële

BE2018/5475 opstellingen zijn in de onderhavige uitvinding opgenomen zolang de hierin geopenbaarde structurele componenten en opstellingen aanwezig zijn.

De secundaire verpakking 280, zoals geïllustreerd in Fig. 2 en 3, is een kenschetsende semikubusvormige kartonnen doos 281 volgens een voorkeursuitvoering van de onderhavige openbaring. In andere uitvoeringsvormen kan de kartonnen doos 281 elke andere vorm hebben en elk aantal zijwanden en/of handgreepopeningen op elke wand, zoals gewenst zonder daarbij af te wijken van het toepassingsgebied van de uitvinding.

In sommige uitvoeringsvormen is de handgreep 200 rechtstreeks aan de doos 281 bevestigd door middel van een of meer bevestigingsmechanismen gekozen uit, maar niet beperkt tot, een verbindingsmechanisme op basis van een zak, een verbindingsmechanisme op basis van een inkeping, nieten, lijmen, hechtpleisters, borglippen, nietjes, rivetten, en elk ander geschikt mechanisch bevestigingsmechanisme.

In andere uitvoeringsvormen is de handgreep 200 bevestigd op het handgreepsamenstel 300 dat op zijn beurt is gepositioneerd in het binnenoppervlak 285 van de kartonnen doos 281 zodat het grijpgedeelte 222 van de handgreep 200 toegankelijk is vanuit de handgreepopening/langwerpige gleuven van de kartonnen doos 281. Verder kan in dergelijke uitvoeringsvormen, in sommige gevallen, het handgreepsamenstel 300 worden bevestigd op het binnenoppervlak van de wand van de kartonnen doos 282 door middel van een bevestigingsmechanisme zoals reeds geopenbaard. In andere

BE2018/5475 uitvoeringsvormen kan het handgreepsamenstel 300 eenvoudigweg worden geplaatst bovenop items die geplaatst zijn in de kartonnen doos 281.

Zoals blijkt uit de hierboven beschreven werkwijze wordt de handgreep 200 met versoepelde randen 212, 214, eerst gevormd en vervolgens gemonteerd in de secundaire verpakkingen 280. In sommige uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding wordt de handgreep echter eerst gemonteerd in de secundaire verpakking 280 door middel van een werkwijze zoals geopenbaard in stap 708. Daarna worden de zijranden 212, 214 van het grijpgebied 222 versoepeld door middel van een werkwijze zoals geopenbaard in stap 606.

In nog andere uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvindingen kan elk van de stappen van de werkwijze 700 in elke gewenste volgorde, sequentieel en/of tegelijkertijd, worden uitgevoerd.

INDUSTRIËLE TOEPASBAARHEID

De onderhavige openbaring heeft betrekking op een handgreep 200 met versoepelde randen om comfortabel en gemakkelijk vasthouden van een secundaire verpakking 280, die diverse items omsluit en op een veilige manier draagt, zoals voedingsitems, huishouditems en elke andere groep items die samen zijn verpakt als een groep, te vergemakkelijken. De secundaire verpakking wordt in de eerste plaats gebruikt voor het vasthouden van drankcontainers, zoals bier, wijn, cider, zwaardere likeur (bv., gedistilleerde drank, geestrijke drank,

BE2018/5475 likeur, zwaardere alcohol, enz.), frisdrank (bv., cola, limonade, pop, tonic, seltzer), ice tea, koolzuurhoudend water en andere types van koolzuurhoudende/nietkoolzuurhoudende dranken. De handgreep is kostenefficiënt en draagbaar, en kan heel snel en eenvoudig door eindklanten of detailhandelaars worden gemonteerd, en verschaft een gemakkelijke maar comfortabele verzending, behandeling en transport van verpakkingen met elke vorm, grootte of variëteit van configuraties. Hoewel secundaire verpakking 280 in de eerste plaats is beschreven voor het vasthouden en dragen van drankcontainers, wordt het ook voor een vakman beschouwd dat de secundaire verpakking 280 van de huidige openbaring kan worden toegepast in verschillende industrieën zoals de voedselindustrie, kleinhandelindustrie, transportindustrie, huishoudapparatenindustrie bij het transport van elke soort product of groep van producten met elke vorm, grootte of variëteit van configuraties, zonder deze te beperken tot de drankenindustrie.

Zoals duidelijk zal zijn maakt de realisatie van een dergelijke handgreep 200 voor de secundaire verpakkingen het mogelijk dat de eindconsument de dozen/draagzakken die meerdere items bevatten veilig, gemakkelijk en comfortabel kan optillen en dragen. Verder verschaft de uitvinding, doordat de handgreep 200 is gevormd met momenteel bestaande handgrepen door versoepeling van het grijpgebied 222, en doordat de handgreep 200 een meerlaagse structuur kan zijn, een verhoogde sterkte van de handgreep zonder nood aan harde randen die ongemak veroorzaken voor de gebruiker. Additioneel voorkomt de aanwezigheid van uitstekende

BE2018/5475 voelbare kenmerken 228 elke mogelijkheid tot accidentele beweging van de handen van de gebruiker naar het hardgerande oppervlak van de handgreep 200 en voorkomt zodoende elk type van ongemak voor de gebruiker tijdens het dragen van secundaire verpakking 280 met behulp van de handgrepen 200 van de onderhavige openbaring.

Hoewel de flexibele handgreep 200 van de huidige openbaring is geopenbaard onder verwijzing naar de secundaire verpakking 280 van de huidige openbaring, kan deze ook worden gebruikt als een onafhankelijke zelfvoorzienende eenheid. Verder kan hij worden geïntegreerd met verschillende geschikte containers/kartonnen dozen/zakken die in de techniek bekend zijn, waaronder verschillende kartonnen dozen die zijn gevormd uit vouwkarton en kartonnen dozen die zijn geconstrueerd uit materialen zoals weefsel, geweven materiaal, niet-geweven materiaal, geweven metaalweefsel dat ferro- of non-ferrometalen kan omvatten, enz., of elk ander geschikt materiaal. Ook in dergelijke uitvoeringsvormen kan de handgreep 200 van de huidige openbaring worden gebruikt voor het veilig dragen van de secundaire verpakking 280 zonder af te wijken van het toepassingsgebied van de huidige openbaring.

Verder moet er rekening mee worden gehouden dat, hoewel de huidige geïllustreerde kenschetsende secundaire verpakking een enkele handgreep openbaart, elk aantal handgrepen, op elke wand van de secundaire verpakking inclusief de bovenwand en de bodemwand kan worden gerealiseerd in overeenstemming met de ontwerpbeperkingen zonder af te wijken van het toepassingsgebied van de huidige openbaring. Bijvoorbeeld, in geval van papieren

BE2018/5475

-27 zakken kan de handgreep 200 worden bevestigd aan tegenoverstaande zijwanden om comfortabel vastgrijpen en dragen van de zakken te vergemakkelijken.

Claims

Ik/Wij claimen:

1. - Een secundaire verpakking omvattende een handgreep; de secundaire verpakking omvattende een kartonnen doos en/of een zak die is gevormd uit een materiaal gekozen uit papier, bordpapier, vezelbord, karton, geribbeld karton;

de handgreep omvattende:

een hoofdgedeelte dat gevormd is uit een stuk materiaal met een paar zijranden die een breedte daarvan definiëren, het hoofdgedeelte omvattende:

een grijpgebied dat zich uitstrekt naar en/of tussen een eerste bevestigingsgebied en/of een tweede bevestigingsgebied, waarbij het eerste en/of tweede bevestigingsgebied geschikt zijn om bevestigd te worden op en/of op een vergrendelende manier te worden opgenomen in een wand van de secundaire verpakking;

waarbij elk van de zijranden van het grijpgebied een snij-index heeft die lager is dan de snij-index van het resterende gedeelte van het grijpgebied, waarbij de zijranden een dikte hebben die substantieel kleiner is dan de dikte van het resterende gedeelte van het grijpgebied, en waarbij de zijranden versoepeld zijn door verbrijzelen.
2. - De secundaire verpakking volgens conclusie 1, waarbij de zijranden van het grijpgebied een soepelheid hebben die hoger is dan de soepelheid van het resterende gedeelte van het grijpgebied.
3. - De secundaire verpakking volgens conclusie 1 of conclusie 2, waarbij de zijranden van het grijpgebied een oppervlakteruwheid hebben die lager is dan

BE2018/5475 de oppervlakteruwheid van het resterende gedeelte van het grijpgebied.
4. - De secundaire verpakking volgens conclusie 1, waarbij de zijranden van het grijpgebied kunnen hellen naar het resterende gedeelte van het grijpgebied.
5. - De secundaire verpakking volgens conclusie 4, waarbij de zijranden van het grijpgebied een over het algemeen recht-trapeziumvormige vorm hebben in dwarsdoorsnede.
6. - De secundaire verpakking volgens conclusie 4, waarbij de zijranden van het grijpgebied een over het algemeen halfcirkelvormige vorm hebben in dwarsdoorsnede.
7. - De secundaire verpakking volgens conclusie 1, waarbij het grijpgebied een handinsteekgebied omvat dat zich uitstrekt tussen een paar uitstekende voelbare kenmerken die aangepast zijn om preventie van beweging van de hand van een gebruiker weg van het grijpgebied te vergemakkelijken.
8. - De secundaire verpakking volgens conclusie 7, waarbij het voelbare kenmerk een uitstekende structuur omvat die gevormd is door coating met een vooraf bepaald materiaal gekozen uit een of meer van, maar niet beperkt tot, een of meer lakken en/ of een voelbare polymeersamenstelling.
9. - De secundaire verpakking volgens conclusie 1, waarbij de zijranden van het grijpgebied zijn versoepeld door verbrijzelen of krimpen.
10. - De secundaire verpakking volgens conclusie 1, waarbij het hoofdgedeelte is vervaardigd uit

BE2018/5475 een materiaal gekozen uit, maar niet beperkt tot, alle soorten papier, bordkarton, karton, vezelbord, geribbeld karton, en dergelijke.
11. - Een werkwijze voor het produceren van een handgreep voor een secundaire verpakking, de werkwijze omvattende:

het opnemen van een stuk materiaal dat een hoofdgedeelte van de handgreep definieert, waarbij het hoofdgedeelte een grijpgebied omvat dat zich uitstrekt naar en/of tussen een eerste bevestigingsgebied en/of een tweede bevestigingsgebied het versoepelen van elke van de zijranden van het grijpgedeelte door middel van een of meer mechanische mechanismen zodat het grijpgebied zacht en comfortabel is aan de randen die door een gebruiker moeten worden vastgehouden, waarbij de één of meer mechanische mechanismen verbrijzelen omvat, waarbij de zijranden een dikte hebben die substantieel kleiner is dan de dikte van het resterende gedeelte van het grijpgebied, en waarbij de zijranden versoepeld zijn door verbrijzelen.
12. - De werkwijze volgens conclusie 11, waarbij het mechanische mechanisme verder krimpen, stempelen of reliëfdrukken kan zijn.