BE1026402B1 - Kleminrichting voor onderschuiflaadkleppen - Google Patents
Kleminrichting voor onderschuiflaadkleppen Download PDFInfo
- Publication number
- BE1026402B1 BE1026402B1 BE20185426A BE201805426A BE1026402B1 BE 1026402 B1 BE1026402 B1 BE 1026402B1 BE 20185426 A BE20185426 A BE 20185426A BE 201805426 A BE201805426 A BE 201805426A BE 1026402 B1 BE1026402 B1 BE 1026402B1
- Authority
- BE
- Belgium
- Prior art keywords
- clamping device
- chassis
- clamping
- loading
- guide
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60P—VEHICLES ADAPTED FOR LOAD TRANSPORTATION OR TO TRANSPORT, TO CARRY, OR TO COMPRISE SPECIAL LOADS OR OBJECTS
- B60P1/00—Vehicles predominantly for transporting loads and modified to facilitate loading, consolidating the load, or unloading
- B60P1/44—Vehicles predominantly for transporting loads and modified to facilitate loading, consolidating the load, or unloading having a loading platform thereon raising the load to the level of the load-transporting element
- B60P1/4485—Attaching the complete loading platform unit to the vehicle
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B60—VEHICLES IN GENERAL
- B60P—VEHICLES ADAPTED FOR LOAD TRANSPORTATION OR TO TRANSPORT, TO CARRY, OR TO COMPRISE SPECIAL LOADS OR OBJECTS
- B60P1/00—Vehicles predominantly for transporting loads and modified to facilitate loading, consolidating the load, or unloading
- B60P1/44—Vehicles predominantly for transporting loads and modified to facilitate loading, consolidating the load, or unloading having a loading platform thereon raising the load to the level of the load-transporting element
- B60P1/4414—Vehicles predominantly for transporting loads and modified to facilitate loading, consolidating the load, or unloading having a loading platform thereon raising the load to the level of the load-transporting element and keeping the loading platform parallel to the ground when raising the load
- B60P1/445—Vehicles predominantly for transporting loads and modified to facilitate loading, consolidating the load, or unloading having a loading platform thereon raising the load to the level of the load-transporting element and keeping the loading platform parallel to the ground when raising the load the loading platform, when not in use, being stored under the load-transporting surface
Landscapes
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Transportation (AREA)
- Mechanical Engineering (AREA)
- Body Structure For Vehicles (AREA)
- Fluid-Damping Devices (AREA)
Abstract
De uitvinding betreft een kleminrichting voor het blokkeren van een onderschuiflaadklep, de onderschuiflaadklep omvattende een geleiding waarmee de onderschuiflaadklep aan het voertuig kan worden bevestigd en een in- uitschuifbaar laadklepframe met een in de hoogte beweegbaar platform, daardoor gekenmerkt dat de kleminrichting een excentriek klemwiel omvat met een minstens deels vertande omtrek die zich door een rotatie om zijn as bij een impact op de onderschuiflaadklep vastklemt in het chassis. De uitvinding betreft eveneens een verbeterde onderschuiflaadklep bestaande uit een geleiding en een in en uitschuifbaar laadklepframe met een in de hoogte beweegbaar platform voorzien van een dergelijke kleminrichting.
Description
Kleminrichting voor onderschuiflaadkleppen.
De huidige uitvinding heeft betrekking op een kleminrichting voor onderschuiflaadkleppen op het chassis van een vrachtwagen of een oplegger/aanhangwagen.
Onderschuiflaadkleppen bestaan uit een geleiding die aan een voertuig kan bevestigd worden. In deze geleiding zit een in- en uitschuifbaar laadklepframe. Eenmaal dit laadklepframe is uitgeschoven, kan een door middel van hefarmen aan het laadklepframe verbonden platform op en neer bewogen worden om zo lasten of personen in of uit het voertuig te brengen.
Onderschuiflaadkleppen bestaan uit een platform dat al of niet dubbelgevouwen kan zijn.
In rijpositie zit het platform veilig opgeborgen onder het chassis van het voertuig en heeft de chauffeur vrije toegang tot de laadruimte binnen in het voertuig.
In werkpositie biedt het platform voldoende werkoppervlak om rolkarren, palletten, witte en bruine goederen, colli's enz. te laden en te lossen.
Om deze laadklep licht, eenvoudig en budgetvriendelijk te houden, kan het platform met de hand in- en uitgeschoven worden.
BE2018/5426
In een sterkere en meer robuuste uitvoering wordt de laadklep hydraulisch in- en uitgeschoven.
Commerciële voertuigen zoals vrachtwagens, opleggers en aanhangwagens moeten uitgerust worden met een wettelijk gekeurde bumper, RUPD of RUP genoemd (rear underrun protection device).
Wanneer een laadklep aan de achterzijde van dergelijke commerciële voertuigen gemonteerd wordt, wordt de originele bumper van het voertuig weggelaten of gedemonteerd. De laadklep neemt dan de functie van RUPD of bumper over.
Specifiek voor de onderschuiflaadklep doet de achterkant van het gevouwen platform dienst als RUPD en moet de gehele constructie van platform, hefarmen en cilinders, laadklep frame, schuifplaten, schuifbuizen, eindstop van de schuifplaten in de schuifbuizen en ophanging aan het chassis voldoende sterk zijn om de voorgeschreven krachten van de internationale regelgeving op RUPD op te vangen bij een impact.
Naast de structurele sterkte van platform en hefmechanisme, zijn de volgende twee punten een uitdaging: een stopinrichting die ervoor zorgt dat het schuivende laadklepframe bij impact aan de voorzijde niet uit de schuifbuizen gestampt wordt (eindstop) en een voldoende klemming tussen de schuifbuizen en het voertuigchassis, die ervoor zorgt dat de schuifbuizen bij impact niet naar voren schuiven op het chassis.
BE2018/5426
Bestaande systemen voorzien in een klemming tussen de schuifbuizen en het voertuigchassis, om de laadklep met zijn schuifbuizen bij impact in positie te houden en eventuele vervorming of verschuiving binnen de opgelegde parameters te beperken.
De toekomstige wetgeving schrijft echter veel hogere testkrachten voor (+40%), waardoor de bestaande klemming tussen schuifbuis en chassis niet meer volstaat om het opschuiven van de laadklep tijdens de bumpertest of bij een zwaar accident te vermijden.
Sommige constructeurs voorzien een gelaste of geschroefde eindstop die voor de voorzijde van de schuifbuis gemonteerd wordt. Meestal is dit om de juiste montagepositie van de laadklep voor vlot werken in de werkplaats te bepalen, maar dezelfde eindstop kan ook gebruikt worden om het opschuiven van de schuifbuizen bij impact of bumpertest te vermijden.
Een nadeel van het gelaste blok is dat die door de chassisbouwer gemonteerd moet worden in meerwerk. Dit kan bovendien leiden tot een verkeerde montage.
Een ander nadeel is de verminderde flexibiliteit voor de carrosserie- of chassisbouwer. De gelaste of geschroefde blok moet op een verschillende afstand gemonteerd worden voor verschillende merken en is verder afhankelijk van een aantal parameters zoals o.a. de gekozen platformlengte en de armlengte.
Bijkomende blokkeringsmethodes zijn noodzakelijk.
BE2018/5426
De huidige uitvinding heeft tot doel aan minstens één van de voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden.
Hiertoe betreft de uitvinding een kleminrichting voor het blokkeren van een onderschuiflaadklep, de onderschuiflaadklep omvattende een geleiding (in de vorm van schuifbuizen) waarmee de onderschuiflaadklep aan het voertuig kan worden bevestigd en een in- en uitschuifbaar laadklepframe met een in de hoogte beweegbaar platform, daardoor gekenmerkt dat de kleminrichting een excentriek klemwiel omvat met een minstens deels vertande omtrek die zich door een rotatie om zijn as bij een impact op de onderschuiflaadklep vastklemt in het chassis.
Hierdoor blijft de onderschuiflaadklep geklemd bij een eventuele impact.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een kleminrichting volgens de uitvinding zal de vertanding van 20 het excentrieke klemwiel in normale montage zich reeds vastbijten in het chassis van het voertuig.
In een andere uitvoeringsvorm van een kleminrichting volgens de uitvinding is de kleminrichting verder voorzien 25 van een trekveer. De trekveer wordt bij voorkeur gemonteerd tussen het klemwiel en de ophangbeugel.
In een optionele uitvoeringsvorm van een kleminrichting volgens de uitvinding wordt de vertanding van het klemwiel 30 middels een trekveer vastgetrokken en op voorspanning gebracht tegen het chassis van het voertuig.
BE2018/5426
Dit heeft als voordeel dat de vergrendeling van de onderschuiflaadklep aan het chassis stabiel is en niet kan loskomen.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een kleminrichting volgens de uitvinding is de vertanding voorzien aan minstens een deel van de buitenomtrek van het klemwiel zodat dit zich verder vastklemt in het chassis bij een impact op de onderschuiflaadklep.
Zodoende zal de kleminrichting niet enkel voldoende vergrendelen aan het chassis tijdens de normale functie van het voertuig, maar tevens bij een eventuele impact tegen de laadklep zelf.
In een bijzonder voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een kleminrichting volgens de uitvinding is de kleminrichting voorgemonteerd aan de geleiding.
Voordelen zijn dat de kleminrichting in één geheel met de onderschuiflaadklep gemonteerd wordt op een chassis. De kleminrichting wordt op voorhand met kennis van zaken gemonteerd aan de laadklep. Er is geen namontage meer vereist door de chassisbouwer.
De inrichting betreft een oplossing die onafhankelijk is van enige voorbereiding door de voertuigconstructeur. Er zijn geen nabewerkingen nodig zoals het eerst monteren van de onderschuiflaadklep en nadien het klemblok. Tevens is het niet meer mogelijk om het klemblok verkeerd te monteren, gezien het geheel in voorfabricage gebeurt.
BE2018/5426
Bovendien is de kleminrichting universeel inzetbaar op een zeer breed gamma van verschillende voertuigen.
De inrichting volgens de uitvinding is ook inzetbaar op zogenaamde stocktrailers zonder lakretouche, aangezien er geen laswerken nodig zijn. De verbinding tussen de onderschuiflaadklep en het chassis is conform de wetgeving R58, revisie 2, inclusief amendementen 1-4.
In een specifieke uitvoeringsvorm van een kleminrichting volgens de uitvinding is het excentriek klemwiel draaibaar opgesteld waardoor een grote en een kleine afstand van zijn omtrek tot zijn draaipunt wordt gevormd, waarbij de vertanding zich bevindt aan de omtrek met de grote afstand, waarbij het klemwiel en de voorgespannen trekveer zodanig gemonteerd worden dat een eerste deel van de omtrek met vertanding net vastgrijpt in het chassis en de rest van de omtrek met vertanding zich dieper kan vastgrijpen in het chassis wanneer bij een impact de geleiding of ophangbeugel tot tegen het klemwiel wordt geduwd,
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een kleminrichting volgens de uitvinding wordt het klemwiel via een ophangbeugel aan de voorzijde van de geleiding gemonteerd.
In een andere voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een kleminrichting volgens de uitvinding heeft het klemwiel eender welke excentrische vorm.
BE2018/5426
In een bijzonder voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een kleminrichting volgens de uitvinding doet de achterkant van het gevouwen platform dienst als bumper (RUPD).
Een impact van achteraan het voertuig betekent dus een impact tegen de laadklep die als bumper fungeert. Via de kleminrichting is de laadklep beschermd tegen loskomen of verschuiven ten opzichte van het chassis en aldus biedt de bumper een bescherming van het voertuig waaronder de laadklep is gemonteerd.
In een specifieke uitvoeringsvorm van een kleminrichting volgens de uitvinding is het klemwiel verticaal of horizontaal gepositioneerd en wordt het klemwiel vastgetrokken via de vertanding, respectievelijk tegen de onderzijde of tegen de zijkant (van de onderflens) van het chassis of van een ophangconsole die gemonteerd is aan het chassis. De figuren verduidelijken enkele mogelijke posities van het klemwiel in een kleminrichting volgens de uitvinding.
In een specifieke uitvoeringsvorm van een kleminrichting volgens de uitvinding wordt de geleiding aan het chassis gemonteerd via een onderflens of via ophangconsoles.
In een specifieke uitvoeringsvorm van een kleminrichting volgens de uitvinding is het voertuig een oplegger/aanhangwagen of vrachtwagen.
Zowel bij een oplegger/aanhangwagen als bij een vrachtwagen gebeurt de geleiding ofwel in ondermontage van het chassis
BE2018/5426 en wordt het klemwiel verticaal of horizontaal gepositioneerd ofwel in zijmontage van het chassis en wordt het klemwiel verticaal gepositioneerd bij voorkeur via ophangconsoles.
De inrichting kan verder uitgerust zijn met een rubberen strook (bijvoorbeeld 4 mm) tussen de schuifbuis en het chassis of de ophangconsoles om de frictie tussen de schuifbuis en de onderkant van het chassis te verhogen en aldus het opschuiven van de schuifbuis bij impact achteraan tegen te gaan. Dergelijke tussenstrook werkt niet alleen bij ondermontage, zoals in het geval van een oplegger/aanhangwagen, maar ook bij zijmontage zoals in het geval van een vrachtwagen.
De uitvinding betreft eveneens een verbeterde onderschuiflaadklep voor montage op een voertuig, bestaande uit een geleiding (of schuifbuizen) waarmee de onderschuiflaadklep aan het voertuig kan worden bevestigd en een in- en uitschuifbaar laadklepf rame met een in de hoogte beweegbaar platform, welke geleiding voorzieningen omvat voor het blokkeren van de onderschuiflaadklep, waarbij deze voorzieningen een kleminrichting omvatten zoals hiervoor beschreven.
In een specifieke uitvoeringsvorm van een verbeterde onderschuiflaadklep volgens de uitvinding is de klemming van de geleiding tegen het chassis verder voorzien van een bevestigingsklem, voorzien van tanden die zich in het chassis vastbijten. Hierdoor is de bevestiging van de
BE2018/5426 geleiding aan het chassis nog extra verstevigd tegen verschuiven.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, is hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende uitvoeringsvorm beschreven van een kleminrichting volgens de uitvinding, met verwijzing naar de bijgaande tekening, waarin:
figuur 1 schematisch een bestaande blokkeerinrichting voor een onderschuiflaadklep weergeeft;
figuur 2 | schematisch | een | onderschuiflaadklep met |
verticaal | gepositioneerde | kleminrichting weergeeft, | |
gemonteerd | onderaan | het chassis van een | |
oplegger/aa | nhangwagen; | ||
figuur 3 | schematisch | (A) | een geleiding van een |
onderschuiflaadklep weergeeft met voorgemonteerde kleminrichting en (B) het deel van een onderschuiflaadklep weergeeft dat te monteren is in de geleiding;
figuur 4 schematisch een basisuitvoering van een kleminrichting weergeeft in normale werking en na een impact (pijl) op de onderschuiflaadklep;
figuur 5 schematisch een alternatieve basisuitvoering van een kleminrichting weergeeft in normale werking en na een impact (pijl) op de onderschuiflaadklep;
BE2018/5426 figuur 6 schematisch nog een alternatieve basisuitvoering van een kleminrichting weergeeft in normale werking en na een impact (pijl) op de onderschuiflaadklep;
figuur 7 schematisch een kleminrichting met trekveer weergeeft in normale werking (A) en na een impact (B) op de onderschuiflaadklep;
figuur 8 schematisch een achteraanzicht (A) en een bovenaanzicht (B) weergeeft van een horizontaal gepositioneerde kleminrichting in ondermontage;
figuur 9 schematisch een klemming volgens de uitvinding weergeeft van een geleiding van een onderschuiflaadklep aan een chassis;
figuur 10 schematisch een onderschuiflaadklep met kleminrichting weergeeft, gemonteerd aan de zijkant van een vrachtwagenchassis; en figuur 11 schematisch een achteraanzicht (Ά) en een zijaanzicht (B) weergeeft van een kleminrichting in zijmontage.
Figuur 1 geeft een bestaande blokkeer- of kleminrichting 2 weer voor een onderschuif laadklep 1 in de vorm van een gelaste of geschroefde eindstop 3 aan het chassis 4 ter hoogte van de voorzijde van de schuifbuis of geleiding 5. De geleiding kan hierdoor niet voorbij de eindstop schuiven in de richting van de voorkant van het voertuig.
BE2018/5426
Ter vervanging van de gelaste stop of eindstop kan een geklemde stop gebruikt worden.
Figuur 2 toont een uitvoeringsvorm van een onderschuiflaadlkep 1 volgens de uitvinding in ondermontage, die gemonteerd is onderaan een chassis 4 of via een onderflens. Dit is typisch voor een oplegger/aanhangwagen 11. De geleiding 5 van de onderschuiflaadklep 1 is uitgevoerd met een kleminrichting 2 volgens de uitvinding.
De geleiding 5 wordt ook wel een schuifbuis genoemd. Zo zijn er minstens twee schuifbuizen 5 voorzien links en rechts onderaan het voertuig 11 voor het dragen van de onderschuiflaadklep 1.
Een eerste variant betreft een klemming tegen de onderkant van het chassis 4 (of een onderflens 18) door middel van een verticaal gepositioneerd excentriek klemwiel 14.
Een tweede variant is een klemming tegen de zijkant van de onderflens van het chassis 4 (of een onderflens 18) door middel van een excentriek klemwiel 14.
Figuur 3 toont schematisch (A) een geleiding 5 van een onderschuiflaadklep 1 met voorgemonteerde kleminrichting 2 en (B) het deel van een onderschuif laadklep 1 dat te monteren is in de geleiding 5.
Zoals weergegeven in figuur 2 wordt de onderschuiflaadklep 1 onderaan het chassis 4 van bijvoorbeeld een
BE2018/5426 oplegger/aanhangwagen 11 gemonteerd via een klemming, bijvoorbeeld via bouten 6 en standaard klemmen.
De onderschuiflaadklep 1 bestaat uit een in de hoogte beweegbaar platform 7 , enkel gevouwen in dit voorbeeld, dat via hefarmen 8 en cilinders 9 bevestigd is aan een frame 10. De hefarmen 8 worden aangedreven door de hydraulische cilinders 9 en worden gebruikt om het platform 7 omhoog of omlaag te bewegen.
De onderschuiflaadklep 1 is schuifbaar opgesteld in een geleiding 5 die in een vaste positie onderaan het voertuigchassis 4 gemonteerd wordt via bouten 6.
Hiertoe is het frame 10 van de laadklep 1 voorzien van schuifplaten 12 die via rollers 13 schuifbaar zijn opgesteld in de schuifbuizen 5 van de geleiding. Op die manier kan het platform 7 onder het chassis 4 schuiven in voorwaartse richting (ingeschoven tijdens het rijden) of in achterwaartse richting (uitgeschoven om de laadcabine van het voertuig te laden via het op en neer bewegend platform).
Ter vervanging van rollers 13 kunnen bijvoorbeeld ook kunststoffen geleidingsblokken gebruikt worden.
Met voorwaartse richting wordt de normale rijrichting bedoeld.
Er dient een voldoende klemming voorzien te worden tussen de schuifbuizen 5 en het voertuigchassis 4. Deze zorgt
BE2018/5426 ervoor dat de schuifbuizen bij een impact niet schuiven op het chassis.
Specifiek voor de onderschuiflaadklep 1 doet de achterkant van het gevouwen platform 7 dienst als RUPD of bumper. Bij een botsing tegen de achterkant van het voertuig zal de impact zich dus doorzetten op de onderschuiflaadklep 1.
De gehele constructie van platform 7, hefarmen 8, cilinders 9, laadklep frame 10, schuifplaten 12, schuifbuizen 5, eindstop 3 van de schuifplaten in de schuifbuizen en ophanging aan het chassis 4 moet voldoende sterk zijn om de voorgeschreven krachten op te vangen.
Op het ene uiteinde van de schuifbuizen 5 is bij voorkeur een eindstop 3 voorzien voor de schuifplaten 12. Deze stopinrichting zorgt ervoor dat het schuivende laadklepframe bij impact aan de voorzijde van het voertuig niet uit de schuifbuizen gestampt wordt.
Ter vervanging van de eindstop kan ook een bout gebruikt worden die dwars door de schuifbuis gaat.
Volgens de uitvinding is er op het ene einde van de schuifbuis 5 een blokkeringssysteem of kleminrichting 2 voorzien in de vorm van een excentriek klemwiel 14 met scherpe vertanding 15. Het klemwiel 14 wordt via een ophangbeugel 16 aan de voorzijde van de schuifbuis 5 gemonteerd.
Het excentrieke klemwiel 14 wordt gemonteerd met de getande boog 22 een paar mm boven het bovenvlak van de schuifbuis
BE2018/5426
5. Bij montage en vastklemmen van de schuifbuis 5 tegen de onderflens 18 van het chassis 4, bijt de vertanding 22 zich al vast in de onderflens 18. Bij impact achteraan tegen het platform 7, klemt het excentrieke klemwiel 14 zich verder vast door rotatie rond de as 21.
De ophangbeugel 16 kan een aparte beugel zijn, bijvoorbeeld een stalen beugel gemonteerd op een aluminium schuifbuis of een inrichting die vast geïncorporeerd zit in een stalen schuifbuis.
De combinatie van beide is ook mogelijk, namelijk een verticaal gepositioneerd en een horizontaal gepositioneerd klemwiel.
Bij een sterke impact tegen het platform 7 zal het voorwaarts opschuiven van de gehele laadklep 1 vermeden worden door een vastbijten van de vertanding 15 van de klemwielen 14, respectievelijk in de onderzijde of in de zijkant van de onderflens 18 van het chassis 4.
De blokkering door het klemwiel 14 ontstaat door het feit dat de vertanding 15 zich bij een impact tegen het platform 7 achteraan steeds dieper in de onderflens vastbijt. Door de impact ontstaat immers een voorwaartse druk op de schuifbuis 5 die het excentrieke wiel doet roteren rond zijn as. Hierdoor ontstaat een klemming van de schuifbuis 5 tegen de onderkant 18 van het chassis 4.
Het klemwiel 14, de ophangbeugel 16 en de montagecomponenten zijn voldoende sterk gedimensioneerd om
BE2018/5426 aan de voorgeschreven krachten te weerstaan.
Figuur 4 toont een kleminrichting 2 in normale werking en na een impact (zie pijl) op de onderschuiflaadklep 1. Dit betreft een basisuitvoeringsvorm van de kleminrichting 2 volgens de uitvinding.
Figuren 5 en 6 tonen alternatieve basisuitvoeringen van een kleminrichting in normale werking en na een impact (zie pijl) op de onderschuiflaadklep, voorzien van een excentriek klemwiel 14 in de vorm van een verdraaibare klemnok.
Figuur 5 toont een uitvoeringsvorm waarbij het excentrieke klemwiel 14 zich bevindt in het verlengde van de centrale as van de geleiding 5. In de uitvoeringsvormen van figuur 4 bevindt het klemwiel 14 zich aan de buitenste zijkant van de geleiding 5. In de uitvoeringsvorm van figuur 6 bevindt het klemwiel zich aan buitenste binnenkant van de geleiding
5.
Figuur 7 toont een kleminrichting met trekveer 17 in normale werking (A) en na een impact (B) op de onderschuiflaadklep.
Het klemwiel 14 is optioneel voorzien van een trekveer 17. De trekveer 17 is aan de ene zijde vastgemaakt aan het excentrieke deel van het klemwiel 14 en aan de andere zijde vastgemaakt aan de ophangbeugel 16.
De vertanding 15 van het klemwiel 14 wordt middels de
BE2018/5426 trekveer 17 vastgetrokken en op voorspanning gebracht respectievelijk tegen de onderzijde van de onderflens 18 van het chassis, in de uitvoeringsvorm van het verticaal gepositioneerde klemwiel 14, of tegen de zijkant van de 5 onderflens 18 van het chassis 4 in de uitvoeringsvorm van het horizontaal gepositioneerde klemwiel 14.
Het excentriek klemwiel 14 is draaibaar opgesteld via een excentriek centerpunt 21. De vertanding 15 bevindt zich aan 10 de omtrek met de grootste afstand tot het centerpunt 21.
Het klemwiel 14 en de voorgespannen trekveer 17 worden gemonteerd zodat een eerste deel van de omtrek met vertanding 22 net vastgrijpt in het chassis 4 en de rest van de omtrek met vertanding 23 zich dieper kan vastgrijpen 15 in het chassis 4 wanneer bij een impact de geleiding 5 of ophangbeugel 16 tot tegen het klemwiel 14 wordt geduwd.
Na een impact dient het klemwiel 14 opnieuw gemonteerd te worden met voorgespannen trekveer 17.
Figuur 8 toont een achteraanzicht (A) en een bovenaanzicht (B) van een horizontaal gepositioneerde kleminrichting in ondermontage.
Een eerste variant betreft een klemming tegen de onderkant van het chassis 4 (of een onderflens 18) door middel van het excentriek klemwiel 14.
Een tweede variant is een klemming tegen de zijkant van het chassis 4 (of een onderflens 18) door middel van een excentriek klemwiel 14.
BE2018/5426
Een derde variant is elke van deze apart of gecombineerd. In die zin zouden montagebeugels 24 enkel een verticale component of enkel een horizontale component kunnen bevatten of zoals voorgesteld op de tekening een hoek van 90° vormen om in beide vlakken een klemwiel 14 te voorzien.
Figuur 8B toont aldus een horizontaal gepositioneerd klemwiel 14.
Figuur 9 toont een bijzondere klemming van een geleiding 5 van een onderschuiflaadklep 1 aan een chassis 4, waarbij een verbeterde bevestigingsklem 25 van de schuifbuis 5 voorzien is van tanden 26 die zich in de onderflens 18 van het chassis 4 vastbijten. De bevestigingsklem wordt vastgeklemd via bouten 6. Aldus wordt de verschuiving van de schuifbuizen 5 bij impact door een ander voertuig achteraan vermeden.
De praktische uitwerking van de uitvinding verschilt voor een oplegger/aanhangwagen chassis (ondermontage) versus een vrachtwagenchassis (zijmontage).
Figuur 10 toont een onderschuiflaadklep met kleminrichting gemonteerd aan de zijkant van een vrachtwagen. Figuur 11 geeft een achteraanzicht (A) en een zijaanzicht (B) weer van een kleminrichting in zijmontage.
In analogie met een onderschuiflaadklep 1 voor opleggers/aanhangwagens en de kleminrichting 2 in figuur 2, is de onderschuiflaadklep 1 voor vrachtwagens schuifbaar gemonteerd in de geleiders 5.
BE2018/5426
De geleiders 5 worden nu zijdelings aan het vrachtwagen chassis 4 gemonteerd via ophangconsoles 27 die aan de zijkant van het chassis 4 bevestigd zijn. De ophangconsoles 27 hebben een L-vorm, waarbij het ene been aan het chassis is bevestigd en het andere been een horizontaal vlak voorziet waaronder de geleiders 5 kunnen worden gemonteerd.
De geleiders 5 worden aan de onderkant van deze ophangconsoles 27 geschroefd. Het excentrieke klemwiel 14 wordt middels een ophangbeugel 16 tussen de ophangconsole 27 en de geleider 5 gemonteerd.
Bij sterke impact tegen het platform zal het voorwaarts opschuiven van de gehele laadklep vermeden worden door het vastbijten van de klemwielen 14 tegen de onderzijde van de ophangconsoles 27.
De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch een kleminrichting volgens de uitvinding zoals gedefinieerd door de conclusies, kunnen volgens allerlei varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.
Claims (14)
- Conclusies .1. - Kleminrichting 2 voor het blokkeren van een onderschuiflaadklep 1, de onderschuiflaadklep 1 omvattende een geleiding 5 waarmee de onderschuiflaadklep 1 aan het voertuig kan worden bevestigd en een in- en uitschuifbaar laadklepframe 10 met een in de hoogte beweegbaar platform 7, daardoor gekenmerkt dat de kleminrichting 2 een excentriek klemwiel 14 omvat met een minstens deels vertande omtrek 15 die zich door een rotatie om zijn as 21 bij een impact op de onderschuiflaadklep 1 vastklemt in het chassis 4 .
- 2. - Kleminrichting 2 volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de vertanding 22 van het excentrieke klemwiel 14 in normale montage zich reeds vastbijt in het chassis 4 van het voertuig 11.
- 3. - Kleminrichting 2 volgens conclusie 1 of 2, daardoor gekenmerkt dat het klemwiel 14 is voorgemonteerd aan de geleiding 5.
- 4. - Kleminrichting 2 volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het klemwiel 14 via een ophangbeugel 16 aan de voorzijde van de geleiding 5 wordt gemonteerd.
- 5. - Kleminrichting 2 volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het klemwiel 14 eender welke vorm heeft.BE2018/5426
- 6. - Kleminrichting 2 volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de kleminrichting 2 verder voorzien is van een trekveer 17 die de vertanding 15 van het klemwiel 14 op voorspanning brengt tegen het chassis 4.
- 7. - Kleminrichting 2 volgens conclusie 6, daardoor gekenmerkt dat de trekveer 17 wordt gemonteerd tussen het klemwiel 14 en de ophangbeugel 16.
- 8. - Kleminrichting 2 volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de achterkant van het (gevouwen) platform 7 dienst doet als bumper (RUPD).
- 9. - Kleminrichting 2 volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het klemwiel 14 verticaal of horizontaal gepositioneerd is en wordt vastgeklemd, respectievelijk tegen de onderzijde of tegen de zijkant van het chassis 4.
- 10. - Kleminrichting 2 volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de geleiding 5 aan het chassis wordt gemonteerd via een onderflens 18 of via ophangconsoles 27.
- 11. - Kleminrichting 2 volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat een rubberen strook is aangebracht tussen de schuifbuis en het chassis of de ophangconsoles.BE2018/5426
- 12. - Kleminrichting 2 volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het voertuig 11 een oplegger/aanhangwagen of vrachtwagen is.
- 13. - Verbeterde onderschuiflaadklep 1 voor montage op een voertuig 11, bestaande uit een geleiding 5 waarmee de onderschuiflaadklep 1 aan het voertuig kan worden bevestigd en een in- en uitschuifbaar laadklepframe 10 met een in de hoogte beweegbaar platform 7, welke geleiding 5 voorzieningen omvat voor het blokkeren van de onderschuiflaadklep 1, daardoor gekenmerkt dat deze voorzieningen een kleminrichting 2 omvatten volgens één van de voorgaande conclusies.
- 14. - Verbeterde onderschuiflaadklep 1 volgens conclusie 13, daardoor gekenmerkt dat de klemming van de geleiding 5 tegen het chassis 4 verder voorzien is van een bevestigingsklem 25 met tanden 26 die zich in het chassis 4 vastbijten.
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE20185426A BE1026402B1 (nl) | 2018-06-20 | 2018-06-20 | Kleminrichting voor onderschuiflaadkleppen |
Applications Claiming Priority (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
BE20185426A BE1026402B1 (nl) | 2018-06-20 | 2018-06-20 | Kleminrichting voor onderschuiflaadkleppen |
Publications (2)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
BE1026402A1 BE1026402A1 (nl) | 2020-01-22 |
BE1026402B1 true BE1026402B1 (nl) | 2020-01-30 |
Family
ID=62975786
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
BE20185426A BE1026402B1 (nl) | 2018-06-20 | 2018-06-20 | Kleminrichting voor onderschuiflaadkleppen |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
BE (1) | BE1026402B1 (nl) |
Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US4465413A (en) * | 1982-03-18 | 1984-08-14 | Np Marketing Corporation | Cargo retainer |
EP0941896A1 (de) * | 1998-03-12 | 1999-09-15 | Bär, Gerd | Hubladebühne mit höhenverstellbarem mitfahrenden Unterfahrschutz |
EP1127738A1 (en) * | 2000-02-23 | 2001-08-29 | Jan Jozef Prudence Dhollander | Device for loading and unloading cargo vehicles |
DE102010062576A1 (de) * | 2010-12-08 | 2012-06-14 | Robert Bosch Gmbh | Antriebseinrichtung, insbesondere für eine Scheibenwischvorrichtung in einem Fahrzeug |
-
2018
- 2018-06-20 BE BE20185426A patent/BE1026402B1/nl not_active IP Right Cessation
Patent Citations (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US4465413A (en) * | 1982-03-18 | 1984-08-14 | Np Marketing Corporation | Cargo retainer |
EP0941896A1 (de) * | 1998-03-12 | 1999-09-15 | Bär, Gerd | Hubladebühne mit höhenverstellbarem mitfahrenden Unterfahrschutz |
EP1127738A1 (en) * | 2000-02-23 | 2001-08-29 | Jan Jozef Prudence Dhollander | Device for loading and unloading cargo vehicles |
DE102010062576A1 (de) * | 2010-12-08 | 2012-06-14 | Robert Bosch Gmbh | Antriebseinrichtung, insbesondere für eine Scheibenwischvorrichtung in einem Fahrzeug |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
BE1026402A1 (nl) | 2020-01-22 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
EP1753641B1 (en) | Arrangement for a vehicle side fairing, and a vehicle comprising such a side fairing | |
US10173621B2 (en) | Retractable under-guard for vehicles and equipment | |
US2649308A (en) | Bumper and step and trailer-hitch unit | |
US5542807A (en) | Vehicle mounted, variable length hook hoist | |
US6648391B1 (en) | Truck bed extension device | |
KR102226953B1 (ko) | 하강 가능한 적재함을 구비한 트럭 | |
CA2701933C (en) | Impact absorbing tailgate | |
CN208085653U (zh) | 后部撞击防护装置和车辆 | |
US4861221A (en) | Vehicle lifting and towing attachment | |
US5033931A (en) | Hinged trailer | |
US20150224907A1 (en) | Loading module configured to accommodate two vehicles | |
US20040156706A1 (en) | Wheel-lift assembly for wreckers | |
US20010030431A1 (en) | Safety compliant rear underride bumper | |
US7736105B2 (en) | Pickup truck window, bed, and cab protector | |
US7524157B2 (en) | Vehicle with loading boxes or loading surfaces | |
BE1026402B1 (nl) | Kleminrichting voor onderschuiflaadkleppen | |
US3310344A (en) | Vehicle mud flap construction | |
US5052601A (en) | Truck-mounted rack for cargo holders | |
ZA200303363B (en) | Two sided system for loading trucks. | |
GB2095630A (en) | Vehicle underride protective device | |
US3841509A (en) | Apparatus for transporting one vehicle by another | |
US11858763B2 (en) | Vehicle leveler with safety features | |
US10640164B1 (en) | Gooseneck trailer | |
EP1044848B1 (de) | Heckeinstiegauftritt für ein Strassentransportfahrzeug | |
US4198096A (en) | Trailer with a dumping bottom |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
FG | Patent granted |
Effective date: 20200130 |
|
MM | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20200630 |