BE1025400B1

BE1025400B1 - Vitrinekast voorzien van een polymeer dichting

Info

Publication number: BE1025400B1
Application number: BE2017/6006A
Authority: BE
Inventors: Bavo VERHOEVEN
Original assignee: Meyvaert Glass Engineering NV
Priority date: 2017-12-28
Filing date: 2017-12-28
Publication date: 2019-02-06

Abstract

Een vitrinekast voor opslag en weergave van objecten in een beschermende omgeving, omvattende een basis en panelen, die een afgesloten, interne ruimte vormen waarbij minstens één van de panelen doorzichtig is, en waarbij de interne ruimte toegankelijk is via een opengaand paneel of deelmodule, waarbij een flexibele polymeer dichting voorzien is aan de langszijde van het opengaand paneel of deelmodule en/of de langszijde van het aansluitend vaste deel, met het kenmerk, dat de dichting een bol- of koepelvormig lichaam omvat, verbonden aan een steunelement dat zich uitstrekt in de breedterichting van het bol-of koepelvormig lichaam.

Description

VITRINEKAST VOORZIEN VAN EEN POLYMEER DICHTING

TECHNISCH DOMEIN

De uitvinding heeft betrekking op vitrinekast voor het tentoonstellen van objecten, bijvoorbeeld in musea.

STAND DER TECHNIEK

Vitrinekasten in musea bieden een beveiligde, afgesloten ruimte voor de bewaring en het tentoonstellen van kunstobjecten. Het spreekt voor zich dat deze vitrinekasten de objecten uiteraard tot primair doel hebben om de objecten op een zo optimaal mogelijke manier tentoon te stellen aan het publiek, maar daarnaast is het tevens van cruciaal belang dat de bewaarcondities in de kasten optimaal zijn zodat de tentoongestelde objecten geen schade kunnen oplopen. Belangrijke voorwaarden hierbij zijn dat de kasten een stof- en luchtdichte omgeving waarborgen. Met name voor vitrinekasten die een opengaand paneel bevatten, zoals een deur, is dit een belangrijk pijnpunt. Immers, deze opengaande onderdelen, indien niet goed afsluitbaar, kunnen een belangrijke oorzaak zijn van het binnendringen van stof, contaminanten en lucht in de vitrinekast. Dit dient vermeden te worden.

In de huidige stand der techniek wordt getracht dit probleem op te lossen door het voorzien van een dichting langsheen de langszijde van het opengaand wandgedeelte of het vaste kader tegenover dit wandgedeelte, opdat eventuele openingen goed afgesloten zouden worden. Deze dichtingen worden veelal verlijmd met de panelen, of voorzien in een profiel. Echter, de huidige gekende dichtingen blijken nog altijd te kort te schieten en bieden geen goede afdichting. Bovendien blijkt dat deze door de belasting op de dichting bij gebruik van de vitrinekast het risico vertonen dat de dichtingen loskomen van de panelen, en hierdoor opnieuw de stof- en luchtdichtheid van de vitrinekast gecompromitteerd wordt.

De huidige uitvinding beoogt een oplossing te vinden voor tenminste enkele van bovenvermelde problemen.

BE2017/6006

Er is nood aan een verbeterde dichting voor vitrinekasten die de belasting uitgeoefend op de dichting kan weerstaan en bijgevolg een stof- en luchtvrije omgeving waarborgt voor tentoongestelde, waardevolle objecten.

SAMENVATTING VAN DE UITVINDING

De uitvinding betreft een vitrinekast volgens conclusie 1 of 2. De specifieke opbouw van de dichting voorzien langsheen het opengaand paneel/deelmodule en/of het hierop aansluitende vaste deel van de kast voorziet een dichting die een stofvrije en luchtdichte omgeving waarborgt en de luchtuitwisseling per dag minimaliseert, waarbij de dichting tevens beter bestand is tegen de belastingen die uitgeoefend worden op de dichting. Bijgevolg wordt het risico tot loskomen van de dichting sterk verlaagd.

BESCHRIJVING VAN DE FIGUREN

Figuur 1 toont een dwarsdoorsnede van mogelijke uitvoeringsvormen van een dichting voor een vitrinekast

Figuur 2 toont een dwarsdoorsnede van de uitvoeringsvormen van figuur 1 voorzien in een profiel.

Figuur 3A toont een dichting voorzien aan een vitrinekast volgens de stand der techniek. Figuren 3B en 3C tonen een uitvoeringsvorm volgens onderhavige uitvinding.

Figuren 4A tot 4C tonen een mogelijke uitvoeringsvorm van een vitrinekast voorzien van een dichting volgens onderhavige uitvinding.

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING

De uitvinding betreft een vitrinekast voor het bewaren en tentoonstellen van objecten, zoals in musea.

Tenzij anders gedefinieerd hebben alle termen die gebruikt worden in de beschrijving van de uitvinding, ook technisch en wetenschappelijke termen, de

BE2017/6006 betekenis zoals ze algemeen begrepen worden door de vakman in het technisch veld van de uitvinding. Voor een betere beoordeling van de beschrijving van de uitvinding, worden de volgende termen expliciet uitgelegd.

Een, de en het refereren in dit document naar zowel het enkelvoud als het meervoud tenzij de context duidelijk anders veronderstelt. Bijvoorbeeld, een segment betekent een of meer dan een segment.

Wanneer ongeveer of rond in dit document gebruikt wordt bij een meetbare grootheid, een parameter, een tijdsduur of moment, en dergelijke, dan worden variaties bedoeld van +/-20% of minder, bij voorkeur +/-10% of minder, meer bij voorkeur +/-5% of minder, nog meer bij voorkeur +/-1% of minder, en zelfs nog meer bij voorkeur +/-0.1% of minder dan en van de geciteerde waarde, voor zoverre zulke variaties van toepassing zijn in de beschreven uitvinding. Hier moet echter wel onder verstaan worden dat de waarde van de grootheid waarbij de term ongeveer of rond gebruikt wordt, zelf specifiek wordt bekendgemaakt.

De termen omvatten, omvattende, bestaan uit, bestaande uit, voorzien van, bevatten, bevattende, behelzen, behelzende, inhouden, inhoudende zijn synoniemen en zijn inclusieve of open termen die de aanwezigheid van wat volgt aanduiden, en die de aanwezigheid niet uitsluiten of beletten van andere componenten, kenmerken, elementen, leden, stappen, gekend uit of beschreven in de stand der techniek.

Het citeren van numerieke intervallen door de eindpunten omvat alle gehele getallen, breuken en/of reële getallen tussen de eindpunten, deze eindpunten inbegrepen.

In een eerste aspect betreft de uitvinding een vitrinekast voor opslag en weergave van objecten in een beschermende omgeving, omvattende een basis en panelen, die de wanden en optioneel het dak vormen, waarbij in een voorkeursvorm minstens een deel van deze panelen zich uitstrekken in een verticale richting, weg van de basis, waarbij een afgesloten, interne ruimte gevormd wordt en waarbij minstens één van de panelen doorzichtig is, en waarbij de interne ruimte toegankelijk is via een opengaand, bij voorkeur scharnierend paneel, waarbij een flexibele polymeer dichting voorzien is tussen het opengaand paneel en het aansluitend vaste deel. In een andere uitvoeringsvorm betreft de uitvinding een vitrinekast voor opslag en weergave van objecten in een beschermende omgeving,

BE2017/6006 omvattende een basis en panelen, die een afgesloten, interne ruimte vormen waarbij minstens één van de panelen doorzichtig is, en waarbij de interne ruimte toegankelijk is via een opengaande deelmodule, waarbij een flexibele polymeer dichting voorzien is aan de omtrekszijde van de opengaande deelmodule of het hieraan aansluitend vaste deel.

In het bijzonder zal de dichting in beide beschreven uitvoeringsvormen een bol- of koepelvormig lichaam omvatten, verbonden aan een steunelement dat zich uitstrekt in de breedterichting van het bol-of koepelvormig lichaam.

Door het voorzien van een polymeer dichting aan het opengaand paneel , deelmodule of het hierop aansluitend vast deel bestaande uit bol- of koepelvormig lichaam verbonden aan een steunelement, beiden gemaakt uit het flexibele polymeer, wordt een betere afsluiting gevormd en wordt verhinderd dat contaminaties zoals stof, maar ook lucht, binnendringen in de vitrinekast wanneer deze in gesloten toestand is.

Meer bepaald zorgt het steunelement voor een extra stevigheid aan de dichting en zal deze hierdoor beter de belasting of compressie die uitgeoefend wordt op de dichting kunnen weerstaan.

In het bijzonder zal de dichting bevestigd worden aan de langszijde van het opengaand paneel of het aansluitend vaste paneel. In de tweede uitvoeringsvorm wordt de dichting voorzien aan één of meerdere omtrekszijden van het de opengaande deelmodule of aan het overeenkomstig vaste deel op een locatie die aansluit op de omtrekszijden van de opengaande module wanneer de kast in gesloten toestand is.

Deze bevestiging kan middels directe verlijming op deze langszijde; bijvoorbeeld een twee-componenten lijm of een polymeerlijm. In een andere uitvoeringsvorm kan de dichting bevestigd worden via een adhesieve strip, bij voorkeur een dubbelzijdig adhesieve strip.

Hierbij zal het steunelement met zijn vlakke zijde bevestigd worden aan de langszijde van het paneel, de omtreksrand van de deelmodule of op een vlakke locatie van het vaste deel.

In een andere uitvoeringsvorm zal de dichting voorzien zijn in een metalen of polymeer profiel, dat kan bevestigd worden aan de langszijde van het opengaand

BE2017/6006 paneel en/of de langszijde van het aansluitend paneel. Deze bevestiging kan eveneens gebeuren middels verlijming, of middels dubbelzijdige adhesieve strips. Hierbij zal het profiel dusdanig ontworpen zijn dat het steunelement van de dichting kan ontvangen en omklemmen.

In beide uitvoeringsvormen zorgt bevestiging via het steunelement voor een stabiele en langdurige connectie met het paneel, waarbij het risico dat de dichting loskomt van het paneel door de belasting dat het dient te ondergaan geminimaliseerd wordt.

In een uitvoeringsvorm zal het bol-of koepelvormige lichaam hol zijn. Het bol-en koepelvormig lichaam is verantwoordelijk voor de afdichting van de panelen. De holle vorm biedt extra soepelheid, flexibiliteit, vervormingsmogelijkheid en compressiecapaciteit aan de dichting, en zorgt voor een goede afdichting wanneer de panelen gesloten zijn.

In een uitvoeringsvorm zal de gemiddelde breedte van het steunelement groter zijn dan de gemiddelde diameter van het bol-of koepelvormig lichaam en zich aan weerszijden van het genaamde lichaam uitstrekken. Dit kan noodzakelijk zijn indien een voldoende groot steunoppervlak beoogd wordt, bijvoorbeeld wanneer brede panelen worden gebruikt, of wanneer er veel belasting op de opengaande panelen wordt uitgeoefend.

In een andere uitvoeringsvorm zal de gemiddelde breedte van het steunelement kleiner of gelijk zijn aan de gemiddelde diameter van het bol-of koepelvormig lichaam. In het bijzonder zal het lichaam zich bevinden ter hoogte van het midden van het steunelement.

Het steunelement kan meerdere vormen aannemen. In een uitvoeringsvorm is het steunelement plaatvormig. In een andere uitvoeringsvorm is het steunelement rechthoekig of trapeziumvormig. De keuze van de vorm is afhankelijk van de aard van de vitrinekast alsook de aard van de panelen. In een voorkeursvorm zal een dichting met trapeziumvormig steunelement gebruikt worden bij een tafelvitrine waarbij het bovenste paneel kan geopend worden, terwijl een plaatvormig of rechthoekig element eerder zal worden gebruikt bij opstaande kastvitrines. In een verdere uitvoeringsvorm kan het steunelement hol zijn.

In een uitvoeringsvorm zal het bol - of koepelvormig lichaam rechtstreeks rusten op het steunelement, bij voorkeur in het midden van dit element. In een andere

BE2017/6006 uitvoeringsvorm zal zich tussen het bol- of koepelvormig lichaam en het steunelement een verbindingsstuk bevinden.

In het bijzonder zal de dichting volledig gemaakt zijn uit een flexibel polymeer. De keuze van het polymeer hangt af van het specifieke gebruik en de opbouw van de kast. Desgewenst kunnen weekmakers voorzien worden aan de polymeren, zoals ftalaten. Geschikte polymeren zijn onder meer polypropyleen, polyethyleen, PLA, polyvinylchloride, neopreen, rubber of silicone. In een voorkeursvorm is de dichting integraal vervaardigd uit silicone.

Bij voorkeur zal de dichting verkregen worden middels extrusie.

Zoals hierboven vermeld zal in een voorkeursvorm het bol- of koepelvormig element hol zijn, en opgebouwd uit een dunwandig polymeer zoals silicone. De gemiddelde dikte van de (vrijliggende) wand van het bol- of koepelvormig element zal bij voorkeur gelegen zijn tussen 0.1 en 3 mm, meer bij voorkeur tussen 0.25 en 2 mm, meer bij voorkeur tussen 0.1 en 1.5 mm, zoals 1 mm.

De dichting volgens onderhavige uitvinding is toepasbaar bij allerlei soorten vitrines, zoals tafelvitrines, muurvitrines en kastvitrines. Tafelvitrines worden gekenmerkt door het feit dat ze laag zijn en een bovenpaneel hebben dat doorzichtig is. Deze zijn bij uitstek geschikt voor het presenteren van kleine voorwerpen zoals munten, maar ook boeken en documenten. De toeschouwer kan deze objecten van bovenaf bezichtigen. Bij tafelvitrines is het vaak het bovenvlak dat kan worden geopend middels een tilruit. In een andere uitvoeringsvorm bevatten tafelvitrines een deelmodule die (scharnierend) opengaat ten opzichte van een vast deel. De dichting zal hierbij langsheen de tilruit, de omtreksrand van de deelmodule of het aansluitend vaste deel worden bevestigd.

Kastvitrines kunnen in allerlei soorten uitvoeringsvormen worden voorzien men worden gekenmerkt door een langwerpig design. Eventueel kunnen legplanken worden voorzien waarop de objecten worden tentoon gesteld. Bij kastvitrines zal het publiek de objecten vanaf voor- of zijaanzicht kunnen bewonderen. De kastvitrines kunnen toegankelijk zijn via een opengaand, al dan niet scharnierend paneel. In deze uitvoeringsvormen zullen één of meerdere dichtingen volgens onderhavige uitvinding bevestigd worden langsheen de langszijde van het opengaand paneel of het aansluitend vast paneel.

BE2017/6006

Muurvitrines worden zoals de naam zelf aangeeft bevestigd aan de muur en bevatten een opengaande deelmodule ten opzichte van een vast, aan de muur bevestigd gedeelte. Net als bij tafelvitrines kan de dichting volgens onderhavige uitvinding bevestigd worden aan de omtrekszijde van de opengaande module of aan het aansluitende vaste paneel.

De vitrinekasten volgens onderhavige uitvinding worden opgebouwd uit panelen, al dan niet ondersteund door middel van een raamwerk waaraan de panelen kunnen worden bevestigd. De panelen kunnen zowel de zijwanden, als basis en plafonddeel van de vitrinekasten vormen. In een uitvoeringsvorm bevatten de vitrinekasten een separate basis waarop de panelen gemonteerd worden. In een andere of verdere uitvoeringsvorm bevatten de vitrinekasten een separaat plafonddeel.

In een andere uitvoeringsvorm kan de vitrinekast ingewerkt zijn in een meubel, zoals een wandkast.

De vitrinekasten volgens onderhavige uitvinding hebben uiteraard tot doel om objecten tentoon te stellen aan het publiek. Hiertoe zal minstens één van de panelen transparant zijn. In een andere of verdere uitvoeringsvorm, zullen meerdere panelen transparant zijn, opdat de objecten vanuit verschillende hoeken kunnen worden bewonderd. In een verdere uitvoeringsvorm zullen alle zijwanden transparant zijn. Optioneel kan ook het bovenpaneel transparant zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval bij vitrinekasten, waarbij zoals hierboven al werd beschreven de tilruit transparant kan zijn.

Bij voorkeur zullen de transparante panelen vervaardigd zijn uit glas. Dit kan helder glas zijn, dat optioneel ontspiegeld werd of een behandeling heeft ondergaan om een extra helderheid te krijgen. Vanuit veiligheidsoverweging kan gekozen worden voor het gebruik van gelaagd of gehard veiligheidsglas.

Verlichtingssystemen zoals LED verlichting of optische vezels kunnen worden voorzien om de tentoongestelde objecten van een extra verlichting te voorzien en de presentatie ervan te verbeteren.

Hoewel de onderhavige uitvinding tot doel heeft om een stof- en luchtdichte vitrinekast te bieden middels een aangepaste dichting, kan de vitrinekast tevens voorzien worden van additionele technische ondersteuning. In een uitvoeringsvorm kan een passief of actief klimaatsysteem geïntegreerd worden om een constante temperatuur en relatieve vochtigheidsgraad te verkrijgen in de vitrinekast. Diverse

BE2017/6006 filters kunnen de schadelijke stoffen in de lucht uit de vitrine houden en het materiaalgebruik kan specifiek worden aangepast voor de conservatiedoeleinden.

In wat volgt, wordt de uitvinding beschreven a.d.h.v. niet-limiterende figuren die de uitvinding illustreren, en die niet bedoeld zijn of geïnterpreteerd mogen worden om de omvang van de uitvinding te limiteren.

FIGUURBESCHRIJVING

Figuren IA tot en met 1D tonen een dwarsdoorsnede van mogelijke uitvoeringsvormen van dichtingen 1 volgens onderhavige uitvinding. In Figuur IA wordt een dichting met koepelvormig lichaam 2 getoond en een plaatvormig steunelement 3. Het koepelvormig lichaam 2 is hol en verbonden met het steunelement 3 middels een verbindingsstuk 4. De breedte van het plaatvormig steunelement 3 in figuur IA is gelijk aan de diameter/breedte van het koepelvormig lichaam 2. Het spreekt echter voor zich dat deze breedte onder bepaalde omstandigheden ook groter of zelfs kleiner kan zijn.

Figuren 1B en 1C tonen een variant met een bolvormig, hol lichaam 2, die rechtstreeks op het plaatvormig steunelement 3 steunen, zonder verbindingsstuk.

Figuur 1D toont een andere variant, waarbij een koepelvormig lichaam 2 middels een verbindingsstuk 4 verbonden is aan een trapeziumvormig steunelement 3. Zowel koepelvormig lichaam 2 als steunelement 3 zijn hierbij hol. Het koepelvormig lichaam 2 is op het buitenoppervlak voorzien van hoornvormige uitsteeksels 12 die zich uitstrekken weg van het koepelvormig lichaam. Het voorzien van uitsteeksels zorgt voor geconcentreerde contactpunten die kunnen optreden als extra barrières. De dichting 1 uit figuur 1D is specifiek geschikt voor gebruik bij tafelvitrines en het afdichten van tilruiten.

Middels de vlakke onderzijde van het steunelement 3 kunnen de dichtingen 1 bevestigd worden aan de langszijde van één van de panelen van de vitrinekast. Dit kan middels verlijming, of middels het voorzien van een adhesieve strip (niet getoond).

BE2017/6006

Figuren 2A tot en met 2D tonen de dichtingen 1 uit figuur 1 waarbij de dichtingen 1 voorzien zijn in een profiel 5, bij voorbeeld een aluminium profiel. Dit profiel 5 zal de dichting ter hoogte van het steunelement 3 omklemmen. Via de vlakke onderzijde kan het profiel 5 met dichting 1 bevestigd worden aan de langszijde van één van de panelen van de vitrine. Deze bevestiging kan middels verlijming of middels een adhesieve strip.

Figuur 3A toont een dichting 1 voorzien aan een vast paneel 7, aansluitend aan een opengaand paneel 8 volgens de stand der techniek. De dichting 1 bezit geen additioneel steunelement. Het is gebleken dat dergelijke dichtingen makkelijk loskomen nadat ze enige belasting hebben moetend doorstaan, waardoor het risico op contaminaties verhoogd wordt.

Figuren 3B en 3C tonen een uitvoeringsvorm waarbij een dichting volgens onderhavige uitvinding wordt gebruikt, waarbij de dichting voorzien is van een steunelement 3. In het voorbeeld wordt een plaatvormig steunelement 3 met bolvormig lichaam 2 gebruikt maar het zal duidelijk zijn dat ook andere vormen tot de mogelijkheid horen.

Figuur 3B toont de situatie waarbij de dichting 1 middels de vlakke onderzijde van het steunelement 3 wordt bevestigd aan de langszijde van een vast paneel 7. Het opengaand paneel 8 zal hierbij aansluiten op het vast paneel 7 en meer bepaald aansluiten op het bolvormig lichaam 2 van de dichting. Dit bolvormig lichaam 2 zal hierbij vervormen en een compressie ondervinden, die duidelijk weergegeven is in de figuur. Door het voorzien van het steunelement 3 zal de dichting 1 - ondanks de belasting die plaatsvindt op de dichting 1- toch stevig bevestigd blijven aan het paneel 7.

Figuur 3C toont de situatie waarbij de dichting 1 met het steunelement vervat zit in een profiel 5, dat op zijn beurt met de vlakke onderzijde van het profiel 1 bevestigd is aan de langszijde van het vaste paneel 7 dat aansluit op het opengaand paneel 8. Een adhesieve strip 11 voorzien aan de onderzijde van eht profiel 5 bewerkstelligt de bevestiging aan het paneel 7. Opnieuw zorgt het steunelement 3 voor een goede verankering en extra steun aan het bolvormig lichaam 2.

Figuur 4A is een voorbeeld van een kastvitrine 6, voorzien van een dichting 1 volgens onderhavige uitvinding waarbij de dichting 1 voorzien is langs de langszijde

BE2017/6006 van het vaste paneel 7 dat aansluit bij het opengaand paneel 8. In figuur 3 is de vitrinekast 6 voorzien van een basis 9 en een plafonddeel 10. De wanden van de vitrinekast 6 worden gevormd door panelen 7,8 die allen vervaardigd zijn uit glas. Het spreekt voor zich dat in andere uitvoeringsvormen ook niet-transparante panelen kunnen worden gebruikt. De inzetfiguur bij figuur 3 toont een dwarsdoorsnede van het opengaand paneel 7 en aansluitend vast paneel 8, waarbij de dichting 1 middels profiel 5 en een adhesieve strip 11 langsheen de langszijde van het aansluitend vaste paneel 8 wordt bevestigd. In figuur 3 wordt gebruik gemaakt van een bolvormige dichting zoals getoond in figuur 2B en 2C. Het spreekt voor zich dat ook andere dichtingen volgens onderhavige beschrijving tot de mogelijkheden behoren.

Figuren 4B en 4C tonen een alternatieve vitrinekast. Figuur 4B is een muurvitrine waarbij een deelmodule 12 zich opent ten opzichte van een vast deel dat aan een muur bevestigd is. Figuur 4C toont een tafelvitrine. Gelijkaardig aan de muurvitrine bevat deze tafelvitrine een opengaand deelmodule 12. In deze uitvoeringsvormen zal de dichting volgens onderhavige uitvinding voorzien worden aan de omtrekszijden van de opengaande module en aldus in gesloten stand contact maakt met het vaste deel. In een andere uitvoeringsvorm worden de dichting voorzien aan het vaste deel, op een locatie die aansluit op de omtrekszijden van de opengaande module wanneer de kast in gesloten toestand is.

Het is verondersteld dat de huidige uitvinding niet beperkt is tot de uitvoeringsvormen die hierboven beschreven zijn en dat enkele aanpassingen of veranderingen aan de beschreven voorbeelden kunnen toegevoegd worden zonder de toegevoegde conclusies te herwaarderen.

Claims

CONCLUSIES

1. Een vitrinekast voor opslag en weergave van objecten in een beschermende omgeving, omvattende een basis en panelen, die een afgesloten, interne ruimte vormen waarbij minstens één van de panelen doorzichtig is, en waarbij de interne ruimte toegankelijk is via een opengaand paneel, waarbij een flexibele polymeer dichting voorzien is aan de langszijde van het opengaand paneel of aan de langszijde van het aansluitend vaste deel, met het kenmerk, dat de dichting een bol- of koepelvormig lichaam omvat, verbonden aan een steunelement dat zich uitstrekt in de breedterichting van het bol-of koepelvormig lichaam.
2. Een vitrinekast voor opslag en weergave van objecten in een beschermende omgeving, omvattende een basis en panelen, die een afgesloten, interne ruimte vormen waarbij minstens één van de panelen doorzichtig is, en waarbij de interne ruimte toegankelijk is via een opengaande deelmodule, waarbij een flexibele polymeer dichting voorzien is aan de omtrekszijde van de opengaande deelmodule of het hieraan aansluitend vaste deel, met het kenmerk, dat de dichting een bol- of koepelvormig lichaam omvat, verbonden aan een steunelement dat zich uitstrekt in de breedterichting van het bol-of koepelvormig lichaam.
3. Vitrinekast volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat het bol-of koepelvormige lichaam hol is.
4. Vitrinekast volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het steunelement een gemiddelde breedte heeft die groter is dan de gemiddelde diameter van het bol-of koepelvormig lichaam en zich aan weerszijden van het genaamde lichaam uitstrekt.
5. Vitrinekast volgens één der voorgaande conclusies 1 tot 4, met het kenmerk, dat de gemiddelde breedte van het steunelement kleiner of gelijk is aan de gemiddelde diameter van het bol-of koepelvormig lichaam.
6. Vitrinekast volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het steunelement plaatvormig is.
7. Vitrinekast volgens één der voorgaande conclusies 1 tot 5, met het kenmerk, dat het steunelement rechthoekig of trapeziumvormig is.
8. Vitrinekast volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat het steunelement hol is.

BE2017/6006
9. Vitrinekast volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat zich tussen het bol- of koepelvormig lichaam en het steunelement een verbindingsstuk bevindt.
10. Vitrinekast volgens één der voorgaande conclusies 1 tot 9, met het

5 kenmerk, dat zich het bol- of koepelvormig lichaam rechtstreeks rust op het steunelement.
11. Vitrinekast volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de dichting verlijmd wordt met het opengaand paneel en/of het aansluitend vaste deel van de vitrinekast.

10 12. Vitrinekast volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de dichting voorzien is in een metalen of polymeer profiel, waarbij het profiel bevestigd is aan het opengaand paneel of deelmodule en/of het aansluitend vaste deel van de vitrinekast en waarbij het profiel het steunelement van de dichting omklemd.
15 13. Vitrinekast volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de vitrinekast een tafel-, muur-, of kastvitrine is.