BE1023548B1 - Sluitmechanisme voor een raam of deur - Google Patents

Sluitmechanisme voor een raam of deur Download PDF

Info

Publication number
BE1023548B1
BE1023548B1 BE2015/5696A BE201505696A BE1023548B1 BE 1023548 B1 BE1023548 B1 BE 1023548B1 BE 2015/5696 A BE2015/5696 A BE 2015/5696A BE 201505696 A BE201505696 A BE 201505696A BE 1023548 B1 BE1023548 B1 BE 1023548B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
closing
pin
locking
connecting element
guide profile
Prior art date
Application number
BE2015/5696A
Other languages
English (en)
Other versions
BE1023548A1 (nl
Inventor
PARYS Emmanuel Diederich Camille VAN
Original Assignee
PARYS Emmanuel Diederich Camille VAN
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by PARYS Emmanuel Diederich Camille VAN filed Critical PARYS Emmanuel Diederich Camille VAN
Priority to BE2015/5696A priority Critical patent/BE1023548B1/nl
Priority to ES16002232.3T priority patent/ES2661001T3/es
Priority to PL16002232T priority patent/PL3162993T3/pl
Priority to PT160022323T priority patent/PT3162993T/pt
Priority to EP16002232.3A priority patent/EP3162993B1/en
Application granted granted Critical
Publication of BE1023548B1 publication Critical patent/BE1023548B1/nl
Publication of BE1023548A1 publication Critical patent/BE1023548A1/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05CBOLTS OR FASTENING DEVICES FOR WINGS, SPECIALLY FOR DOORS OR WINDOWS
    • E05C9/00Arrangements of simultaneously actuated bolts or other securing devices at well-separated positions on the same wing
    • E05C9/008Arrangements of simultaneously actuated bolts or other securing devices at well-separated positions on the same wing mounted in an elongate casing on the surface of the wing
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05BLOCKS; ACCESSORIES THEREFOR; HANDCUFFS
    • E05B15/00Other details of locks; Parts for engagement by bolts of fastening devices
    • E05B15/16Use of special materials for parts of locks
    • E05B15/1635Use of special materials for parts of locks of plastics materials
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05CBOLTS OR FASTENING DEVICES FOR WINGS, SPECIALLY FOR DOORS OR WINDOWS
    • E05C9/00Arrangements of simultaneously actuated bolts or other securing devices at well-separated positions on the same wing
    • E05C9/04Arrangements of simultaneously actuated bolts or other securing devices at well-separated positions on the same wing with two sliding bars moved in opposite directions when fastening or unfastening
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05CBOLTS OR FASTENING DEVICES FOR WINGS, SPECIALLY FOR DOORS OR WINDOWS
    • E05C9/00Arrangements of simultaneously actuated bolts or other securing devices at well-separated positions on the same wing
    • E05C9/18Details of fastening means or of fixed retaining means for the ends of bars
    • E05C9/1825Fastening means
    • E05C9/1833Fastening means performing sliding movements
    • E05C9/185Fastening means performing sliding movements parallel with actuating bar
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05CBOLTS OR FASTENING DEVICES FOR WINGS, SPECIALLY FOR DOORS OR WINDOWS
    • E05C9/00Arrangements of simultaneously actuated bolts or other securing devices at well-separated positions on the same wing
    • E05C9/20Coupling means for sliding bars, rods, or cables
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05CBOLTS OR FASTENING DEVICES FOR WINGS, SPECIALLY FOR DOORS OR WINDOWS
    • E05C9/00Arrangements of simultaneously actuated bolts or other securing devices at well-separated positions on the same wing
    • E05C9/22Guides for sliding bars, rods or cables
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05CBOLTS OR FASTENING DEVICES FOR WINGS, SPECIALLY FOR DOORS OR WINDOWS
    • E05C9/00Arrangements of simultaneously actuated bolts or other securing devices at well-separated positions on the same wing
    • E05C9/18Details of fastening means or of fixed retaining means for the ends of bars
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E05LOCKS; KEYS; WINDOW OR DOOR FITTINGS; SAFES
    • E05CBOLTS OR FASTENING DEVICES FOR WINGS, SPECIALLY FOR DOORS OR WINDOWS
    • E05C9/00Arrangements of simultaneously actuated bolts or other securing devices at well-separated positions on the same wing
    • E05C9/18Details of fastening means or of fixed retaining means for the ends of bars
    • E05C9/1808Keepers

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Wing Frames And Configurations (AREA)
  • Connection Of Plates (AREA)
  • Operating, Guiding And Securing Of Roll- Type Closing Members (AREA)

Abstract

Sluitmechanisme voor een raam of een deur (1) met een beweegbare vleugel (3) aangebracht in een vast kader (2) en te bedienen met een slot (8) met minstens één in- en uitschuifbare bedieningsstift (9), waarbij het sluitmechanisme (5) een met de bedieningsstift (9) axiaal verplaatsbare sluitstang (13) bevat met aan zijn uiteinde een sluitpin (10) om de beweegbare vleugel (3) in gesloten positie van het raam of deur (1) te kunnen blokkeren ten opzichte van het vast kader (2), daardoor gekenmerkt dat de sluitstang (13) is samengesteld uit een metalen sluitpin (10) die axiaal verplaatsbaar is aangebracht in een hol geleidingsprofiel (17) en die met een voornoemde bedieningsstift (9) van het slot (8) is verbonden of verbonden kan worden door middel van een verbindingselement (11) dat in axiale richting (X-X') elastisch samendrukbaar is en dat bedoeld is om door bediening van het slot (8) de sluitpin (10) axiaal te kunnen verschuiven tussen een vergrendelingspositie en een ontgrendelingspositie.

Description

Sluitmechanisme voor een raam of deur.
De huidige uitvinding heeft betrekking op een sluitmechanisme voor een raam of deur.
De uitvinding is in het bijzonder gericht op een inbraakvertragend sluitmechanisme voor een schuifdeur, alhoewel de uitvinding daar niet toe beperkt is.
Men kent reeds inbraakvertragende sluitmechanismen voor de vergrendeling in de gesloten positie van de beweegbare vleugel van een raam of deur ten opzichte van het vast kader van het raam of deur door middel van een inbouwslot.
Bij de bekende sluitmechanismen wordt gebruik gemaakt van schuiflatten die door de bediening van het voornoemde slot verschuifbaar zijn aangebracht in groeven langs de omtrek van de beweegbare vleugel van het raam of deur, waarbij de schuiflatten op verschillende punten zijn voorzien van paddenstoelvormige sluitpinnen die door de schuifbeweging van de schuiflatten kunnen samenwerken met overeenstemmende sluitplaatjes, sluitstukken of met een overeenstemmende sluitlat aangebracht op het vast kader van het raam of deur en die voorzien zijn van een ondersneden groef waarin een sluitpin zich kan vasthaken tegen ongewenste ontgrendeling.
De sluitpinnen zijn op zich niet voldoende sterk om een inbraak te verhinderen, maar door toepassing van een veelvoud van dergelijke sluitpinnen kan een inbraak ernstig vertraagd worden, waardoor inbrekers meestal hun inbraakpoging vroegtijdig opgeven om de hulpdiensten niet te tijd te geven hen op heterdaad te betrappen.
Een eerste nadeel bestaat erin dat dergelijke bekende sluitmechanismen meestal op maat gemaakt worden en zijn samengesteld uit veel onderdelen, waardoor zij relatief duur zijn en de montage in een raam of deur veel tijd in beslag neemt.
Een ander nadeel is dat de sluitpinnen bij een openstaande deur naar de deuropening toe uitsteken, waar ze een gevaar vormen voor kwetsuren van personen die erlangs passeren of voor accidenteel blijven haken met kleren of andere zaken en die zo beschadigd kunnen raken. Deze sluitpinnen ontsieren bovendien het uitzicht van het raam of deur.
Een ander type van sluitmechanisme is bekend waarbij twee massieve stangen in een verticale stijl van de beweegbare vleugel zijn ingebouwd, waarbij de stangen door middel van een slot axiaal beweegbaar zijn tussen een in de stijl teruggetrokken positie en een vergrendelingspositie waarbij de stangen met een uiteinde in overeenstemmende gaten steken, respectievelijk in het bovenste en in het onderste horizontale profiel van het vast kader van het raam of deur. Op die manier wordt een ongewenste opening van het raam of deur belemmerd.
Het inbouwen van een dergelijk sluitmechanisme vergt heel wat tijd en vakmanschap.
Om in te breken proberen de inbrekers één na één de massieve stangen te bereiken en uit het gat in het kader te forceren en daarbij de stangen te buigen of te breken. Hierbij wordt heel wat schade toegebracht aan de deur of raam. Eenmaal dat gelukt is voor één stang, wordt de volgende stang onder handen genomen.
Dergelijk sluitmechanisme is relatief gemakkelijk en snel te kraken, waardoor dergelijk type van sluitmechanisme doorgaans niet voldoet aan de vigerende anti-inbraak normen, waardoor bijvoorbeeld een inbraakklasse RC2 volgens norm EN 1627 van 2011 moeilijk haalbaar is.
Men kent reeds zulke sluitmechanismen die wel een .inbraakklasse RC2 kunnen halen, maar deze sluitmechanismen hebben het nadeel dat zij enkel toepasbaar zijn op deuren of ramen met speciaal daarvoor ontwikkelde profielen. Daarvoor moeten echter de deur- of raamconstructeurs extra specifieke profielen in voorraad hebben.
Een ander nadeel van dergelijke sluitmechanismen is dat de stangen met veel moeite en demontagewerk gedemonteerd kunnen worden.
Een ander bekend probleem bij schuifdeuren en schuiframen in het algemeen is dat er extra anti-inbraak voorzieningen moeten getroffen worden tegen het uitheffen van de verschuifbare vleugel.
Tevens wordt voor het verhogen van de inbraakveiligheid meestal een extra metalen lat voorzien die op het kader van de deur of raam wordt vastgeschroefd met extra sterke vijzen om de afstand tussen de beweegbare vleugel en het kader te verkleinen om de kans te verminderen dat een hefboom of dergelijke ertussen wordt gewrongen. Dat betekent natuurlijk een extra kost aan extra materiaal en onderdelen.
De huidige uitvinding heeft tot doel aan één of meer van de voornoemde en andere nadelen een oplossing te bieden met een kostenefficiënte uitvoering van een sluitmechanisme dat sterk inbraakvertragend is en dat niet duurder is dan een klassiek niet-inbraakwerend sluitmechanisme en dat in zijn meest voorkeurdragende uitvoeringsvorm kan voldoen aan de strenge weerstandsklasse RC2 volgens norm EN 1627 van 2011 of 2-sterren klasse volgens NEN 5089 van 2009.
Hiertoe betreft de uitvinding een sluitmechanisme voor een raam of deur met een beweegbare vleugel, aangebracht in een vast kader en te bedienen met een slot met minstens één inen uitschuifbare bedieningsstift, waarbij het sluitmechanisme een met de bedieningsstift axiaal verplaatsbare sluitstang bevat met aan zijn uiteinde een sluitpin om de beweegbare vleugel in gesloten positie van het raam of deur te kunnen blokkeren ten opzichte van het vast kader, met als kenmerk dat de sluitstang is samengesteld uit een metalen sluitpin die axiaal verplaatsbaar is aangebracht in een hol geleidingsprofiel en die met voornoemde bedieningsstift van het slot is verbonden of verbonden kan worden door middel van een verbindingselement dat in axiale richting elastisch samendrukbaar is en dat bedoeld is om door bediening van het slot de sluitpin axiaal te kunnen verschuiven tussen een vergrendelingspositie en een ontgrendelingspositie.
Een voordeel van een dergelijk sluitmechanisme volgens de uitvinding is dat het niet ingebouwd hoeft te worden en dat, na aanpassing van de lengte van het geleidingsprofiel en van de sluitstang, eenvoudig tegen de beweegbare vleugel te monteren is.
Het volstaat verder in principe om de sluitstang te verbinden met de bedieningsstif t van het slot en in het vast kader een gat te voorzien dat, bij een gesloten deur of raam, dienst kan doen als zitting voor de sluitpin in haar vergrendelingspositie.
De lengte is bovendien op eenvoudige manier traploos aan te passen aan de afmetingen van iedere willekeurige deur of raam. Dat kan met één enkele zaagsnede wanneer de sluitstang gemonteerd is in het geleidingsprofiel, waarbij zij dan samen op maat kunnen worden gezaagd.
Nog een voordeel is dat het mechanisme uit weinig onderdelen is samengesteld, waardoor de kosten van stockage en de logistieke kosten lager kunnen gehouden worden dan bij bekende sluitmechanismen met veel meer onderdelen.
Een voordeel dat gekoppeld is aan het feit dat de sluitstang een elastisch samendrukbaar gedeelte bevat dat gevormd wordt door het verbindingselement, is dat bij inbraakpogingen waarbij getracht wordt de sluitpin uit het kader te forceren, de inbreker op het probleem botst dat de sluitpin telkens terugveert wanneer hij ze loslaat en dat de krachten, die op de sluitpin uitgeoefend worden, deels of geheel door het verbindingselement worden geabsorbeerd. Dat maakt het moeilijker om de sluitstang te forceren en in te breken waardoor ook de berokkende schade aan het raam of deur sterk wordt beperkt ten opzichte van de bekende systemen.
Bij voorkeur worden twee sluitpinnen toegepast, één bovenaan en één onderaan de beweegbare vleugel, waarbij de sluitpinnen elk met het slot zijn verbonden door middel van een elastisch verbindingselement in een geleidingsprofiel.
Bij voorkeur wordt voor beide sluitpirmen eenzelfde geleidingsprofiel voorzien dat in dwarsrichting voorzien is van een uitsparing voor het slot, waarbij de uitsparing het geleidingsprofiel in twee takken verdeelt, elk met een sluitpin en een verbindingselement.
Een voordeel van twee sluitpinnen, elk met een elastisch verbindingselement, is dat na elke poging om de sluitpin uit het kader te forceren, de sluitpin terugschiet en in het kader terugtrekt. Dat biedt het voordeel dat de inbreker zich op de twee sluitpinnen tegelijkertijd moet concentreren, dat in tegenstelling tot de bekenden sluitsystemen met twee sluitstangen waarbij de inbreker de pennen één na één afzonderlijk kan aanpakken. Het spreekt voor zich dat dit het inbreken nog meer bemoeilijkt en meer tijd in beslag neemt, vooral in het geval van een deur waar de sluitpinnen ver uit elkaar liggen.
Op deze manier kan op eenvoudige wijze elke klassieke deur of raam die is samengesteld uit klassieke profielen worden omgevormd tot een deur of raam die voldoet aan inbraakklasse RC2.
Bij voorkeur is het elastisch verbindingselement uitgevoerd als een flexibele stang uit kunststof.
Dat biedt het voordeel dat de sluitstangen van een gemonteerd raam of deur met een sluitmechanisme volgens de uitvinding met flexibele sluitstangen zonder veel moeite en demontagewerk kunnen vervangen worden. Het volstaat immers dat het slot wordt gedemonteerd om de flexibele stangen via de voornoemde uitsparing voor het slot in het geleidingsprofiel te verwijderen en terug te plaatsen.
Nog een voordeel is dat een sluitstang met een kunststof gedeelte doorgaans goedkoper is dan een vol metalen stang uit gehard metaal en tevens gemakkelijker op maat te brengen is.
Het geleidingsprofiel is bij voorkeur vervaardigd uit aluminium of een ander metaal om de kunststof stang te beschermen tegen inbraakpogingen.
Op de binnenwand van het holle geleidingsprofiel kunnen uitsparingen voorzien worden die een lichte buiging van het verbindingselement toelaten bij het inbreken waardoor een dergelijke buiging kan bijdragen tot het absorberen van de krachten die door de inbreker op de sluitpin uitgeoefend worden.
Volgens een bijzonder aspect is de voornoemde kunststof stang hol, wat het voordeel biedt dat hierdoor een gemakkelijke verbinding mogelijk wordt met de sluitpin die daartoe voorzien kan worden van een schroef waarmee de sluitpin in het verbindingselement kan vastgeschroefd worden.
Op dezelfde manier kan een koppelstuk voorzien worden voor het koppelen van het verbindingselement met het slot, waarbij het koppelstuk eveneens van een schroef kan worden voorzien waarmee het koppelstuk in de holle stang kan vastgeschroefd worden.
Voor de montage van het geleidingsprofiel tegen de stijl van de beweegbare vleugel van het raam of deur kunnen bij voorkeur vijzen worden gemonteerd die doorheen doorgangen in het geleidingsprofiel in de betreffende stijl worden vastgeschroefd, waarbij de kop van de vijzen verzonken zit in een verdiepte zitting die verscholen is achter de sluitstang. Dat biedt het voordeel dat de schroeven bij een inbraakpoging moeilijk bereikbaar zijn voor een inbreker.
Volgens een ander aspect van de uitvinding is het sluitmechanisme volgens de uitvinding voorzien van afstandhouders die tussen het geleidingsprofiel en de stijl van de beweegbare vleugel worden gemonteerd, waarbij de afstandhouders een dikte hebben die aangepast is aan de vorm en het type van het stijlprofiel waarop het sluitmechanisme gemonteerd moet worden, zodat het geleidingsprofiel gemonteerd kan worden op deuren en ramen van meerdere leveranciers, elk met hun eigen specifieke profielen.
Met deze af standhouders kan eveneens de plaats van het geleidingsprofiel eenvoudig worden aangepast aan de inbouwdiepte van een bepaald slot in de stijl.
Bij voorkeur zijn deze afstandhouders op een klipsbare manier te bevestigen op het geleidingsprofiel zodat ze gemakkei:i.jk en snel tijdelijk gepositioneerd kunnen worden en ze dus niet op hun plaats moeten gehouden worden tijdens het vastschroeven, van het gel eidingsprof iel op de vleugel van de deur of raam en hiervoor dus geen extra paar handen nodig is.
Een extra metalen lat tussen de vleugel en het kader voor het voorzien van sluitpunten is overbodig in het geval van de uitvinding aangezien een sluitmechanisme volgens de uitvinding met enkel twee sluitpinnen voldoende is om een inbraakklasse RC2 te kunnen halen zonder extra sluitpunten op de verticale stijlen van de deur of raam.
Bij voorkeur is het sluitmechanisme voorzien van een sluitplaatje uit metaal met een doorgang voor een voornoemde sluitpin en van middelen om het sluitplaatje te bevestigen op het vast kader, zodat de doorgang die voor de sluitpin rechtstreeks in het vast kader is aangebracht door boren of dergelijke, professioneler is afgewerkt en ook wordt versterkt.
Bijkomend wordt bij voorkeur ook een extra tussenplaatje voorzien uit elastisch samendrukbaar materiaal dat bedoeld is om tussen het voornoemde sluitplaatje en het kader gemonteerd te worden en dat ervoor zorgt dat bij een inbraak het sluitsysteem wel kan vervormd worden maar niet kan breken waardoor het moeilijk is om de sluitpin uit het sluitplaatje te krijgen.
Dergelijk sluitplaatje met tussenplaatje wordt bij voorkeur zowel in het bovenste als in het onderste profiel van het kader gemonteerd.
De uitvinding heeft tevens betrekking op een beslag voor een sluitmechanisme voor een deur of raam zoals hiervoor beschreven, dat bestaat uit een set van één of meer van de volgende onderdelen of een combinatie: - een slot; - een op maat te brengen geleidingsprofiel; - één of twee sluitpinnen; - een op maat te brengen verbindingselement tussen de sluitpinnen en het slot; - één of twee koppelstuken voor de verbinding van het verbindingselement met het slot; een hulpstuk om het geleidingsprofiel en verbindingselement tijdelijk ten opzichte van elkaar te kunnen fixeren om met één beweging beide elementen samen op maat te kunnen brengen; - in dikte aanpasbare afstandhouders of een reeks van in dikte variërende afstandhouders ; “ één of twee in dikte aanpasbare houders voor de sluitpinnen of een reeks van in dikte variërende houders ; - één of twee sluitplaatjes ; - één of twee tussenplaatjes ; - een aantal vijzen.
Zulk beslag heeft het voordeel dat het aanpasbaar is aan veel types van deuren en ramen met verschillende profielen waaruit deze deuren en ramen zijn samengesteld.
De uitvinding heeft eveneens betrekking op een deur of raam voorzien van een sluitmechanisme volgens de uitvinding.
Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen, is hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, een voorkeurdragende uitvoeringsvorm beschreven van een sluitmechanisme volgens de uitvinding, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin: figuur 1 schematisch een schuifdeur volgens de uitvinding weergeeft; figuur 2 een praktische uitvoering weergeeft van een sluitmechanisme volgens de uitvinding; figuur 3 een uiteengenomen zicht van het sluitmechanisme weergeeft van figuur 2 zoals bedoeld voor montage in de deur van figuur 1 eveneens weergegeven in uiteengenomen toestand; figuur 4 het gedeelte weergeeft dat in figuur 3 met F4 is aangeduid; figuur 5 het gedeelte weergeeft dat in figuur 4 met het kader F5 is aangeduid; figuur 6 een doorsnede weergeeft volgens lijn VI-VI in figuur 2; figuur 7 het gedeelte toont dat in figuur 3 door F7 is aangeduid, doch van een ander gezichtspunt; figuur 8 een vooraanzicht weergeeft van het element dat in figuur 7 door F8 is aangeduid; figuur 9 een doorsnede weergeeft volgens lijn IX-IX in figuur 7, doch in gemonteerde toestand; figuur 10 een doorsnede weergeeft volgens lijn X~X in figuur 1; de figuren 11 en 12 een doorsnede weergeven zoals deze van figuur 10, doch voor variante uitvoeringen van een deur met andere profielen; figuur 13 op grotere schaal het gedeelte toont dat in figuur 3 door F13 is aangeduid; figuur 14 de onderdelen van figuur 13 toont in gemonteerde toestand; figuur 15 op grotere schaal het gedeelte toont dat in figuur 3 door F15 is aangeduid; figuur 16 de onderdelen van figuur 15 toont in gemonteerde toestand en van onderuit gezien; figuur 17 een doorsnede toont van de linker benedenhoek van de schuifdeur van figuur 1 volgens de lijn XVII-XVII in figuur 10; figuur 18 een doorsnede weergeeft volgens lijn XVIII- XVIII in figuur 17; figuur 19 een hulpstuk weergeeft, gebruikt bij de montage van een sluitmechanisme volgens de uitvinding.
De schuifdeur 1, die in figuur 1 bij wijze van voorbeeld weergegeven is, is opgebouwd uit een vast kader 2 en een daarin verschuifbare vleugel 3 die in dit geval door middel van de bediening van een cilinderslot 4 kan vergrendeld worden in de gesloten positie zoals weergegeven.
Voor de vergrendeling van de schuifdeur 1 wordt gebruik gemaakt van een sluitmechanisme 5 volgens de uitvinding zoals weergegeven in figuur 2 en dat in de schuifdeur 1 wordt ingebouwd zoals weergegeven in figuur 3 tussen een verticale stijl 6 van het vast kader 2 en een verticale stijl 7 van de vleugel 3, waardoor het sluitmechanisme 5 in de gesloten toestand van de schuifdeur niet zonder geweld bereikbaar is voor een inbreker of dergelijke.
Het sluitmechanisme is voorzien van een klassiek slot 8 dat, zoals bekend en zoals weergegeven in figuur 5, is voorzien van twee bedieningsstiften 9 die door middel van het voornoemde cilinderslot 4 kunnen bediend worden om in verticale richting van elkaar weg of naar elkaar toe bewogen te kunnen worden om de schuifdeur te vergrendelen of te ontgrendelen.
Het sluitmechanisme is verder voorzien van twee sluitpinnen, respectievelijk een onderste en een bovenste sluitpin uit roestvrij staal of dergelijke, die elk door middel van een verbindingselement 11 en een koppelstuk 12 verbonden zijn met de voornoemde bedieningsstiften 9 van het slot 8, het geheel zijnde samengesteld als twee sluitstangen 13 die in dit geval over gans hun lengte een constante doormeter hebben.
Het koppelstuk 12 is aan de uiteinden voorzien van een dwarspin 14 die in een dwarsopening 15 van een bedieningsstift 9 past voor koppeling met deze laatste.
Volgens een kenmerk van de uitvinding is het verbindingselement 11 in de axiale richting van de sluitstang 13 in zekere zin elastisch samendrukbaar en is daartoe bijvoorbeeld vervaardigd uit kunststof, bijvoorbeeld PVC dat een warmtebehandeling heeft ondergaan om in rusttoestand een maatvastheid te bekomen binnen een temperatuursbereik van -20°C tot 60°C.
Volgens een bijzonder kenmerk van de uitvinding wordt voor het verbindingselement 11 gebruik gemaakt van een holle flexibele stang uit voornoemd materiaal.
In dat laatste geval kunnen de sluitpinnen 10 en de koppelstukken 12 aan een uiteinde voorzien worden van een zich axiaal uitstrekkende schroef 16 waarmee zij in het verlengde van het verbindingselement 11 in de holle stang kunnen geschroefd worden.
Het sluitmechanisme 5 is verder voorzien van een hol buisvormig geleidingsprofiel 17 zoals weergegeven in figuur 4 dat in dwarse richting is voorzien van een uitsparing 18 voor het slot 8 met zijn bedieningsstiften 9, waarbij de uitsparing 18 het geleidingsprofiel 17 in twee takken verdeelt die elk voorzien zijn voor de geleiding van een voornoemde sluitstang 13 in axiale richting X~X'.
Verder zijn er middelen voorzien om het geleidingsprofiel 17 tegen de stijl 7 van de vleugel 3 te monteren, waartoe in het geleidingsprofiel in dwarsrichting en op een afstand van elkaar doorgangen 19 en 20 zijn geboord waar doorheen, zoals weergegeven in de figuren 7 en 9, vijzen 21 kunnen gestoken worden die in de stijl 7 kunnen geschroefd worden.
De doorgangen 19 in de zijde 22, die van de stijl 7 afgekeerd zijn, hebben een diameter A die ongeveer overeenstemt met de diameter van de kop van de vijzen 21, terwijl de doorgangen 20 in de tegenoverliggende zijde 23 een kleinere diameter B vertonen die ongeveer overeenstemt met de diameter van de schacht van de vijzen 21.
De doorgangen 20 zijn langs de binnenwand van het geleidingsprofiel 17 voorzien van een verdoken zitting 24 voor de kop van de voornoemde vijzen 21, zodat in gemonteerde toestand van het sluitmechanisme 5, de kop van vijzen 21 op een onbereikbare manier achter de sluitstang 13 in het geleidingsprofiel 17 verborgen zit zoals getoond in figuur 9.
Tussen het geleidingsprof iel 17 en de stijl 7 van de vleugel 3 kunnen, naargelang de vorm en afmetingen van de stijl 7 en van het slot 8, afstandhouders 25 worden voorzien met een aangepaste dikte C. De afstandhouders 25 kunnen ofwel bij de montage op dikte worden gebracht of er kan als alternatief een keuze gemaakt worden uit een reeks van afstandhouders met verschillende dikte.
De figuren 10, 11 en 12 illustreren verschillende mogelijke montages van het geleidingsprofiel 17 tegen stijlen van een andere vorm of type, met in de drie gevallen een afstandhouder 25 van verschillende dikte C of, in het geval van figuur 11, zonder afstandhouder 25.
De afstandhouders 25 zijn in het voorbeeld uitgevoerd als een ring of bus die de dikte C bepaalt en die is uitgerust met twee veerkrachtig gebogen benen 27 waarmee de afstandhouders 27 tegen het geleidingsprofiel 17 kunnen bevestigd worden door het inklipsen van de benen 27 in de daartoe voorziene gleuven 28 in de zijde 23 van het geleidingsprofiel 17.
Verwijzend naar figuur 6 zijn sluitstangen 13 met een zekere speling opgenomen in het geleidingsprofiel 17, waarbij in de binnenwand 29 van het holle geleidingsprofiel 17 uitsparingen 30 zijn voorzien die langs de omtrek van de sluitstangen 13 plaatselijk een speling definiëren tussen de sluitstangen 13 en het geleidingsprofiel 17 zodat aan het verbindingselement 11 ruimte wordt gegeven het iet of wat te buigen en uit te zetten.
De voornoemde uitsparingen 30 strekken zich langs de voornoemde omtrek uit over twee sectoren die ten opzichte van elkaar over ongeveer een kwart cirkel verdraaid zijn zoals ook blijkt uit figuur 6, hoewel andere configuraties niet uitgesloten zijn.
De sluitpinnen 10 worden verder in axiale richting geleid door houders 31 die haaks op het geleidingsprofiel 17 tegen de onderzijde, .respectievelijk bovenzijde, van de vleugel zijn bevestigd, bijvoorbeeld zoals getoond in de figuren 15 tot 17 door middel van bouten 32 die dwars doorheen de horizontale profielen 33 van het kader van de vleugel 3 zijn vastgeschroefd in metalen versterkingsplaatjes 34 aan de binnenzijde van het kader of alternatief door middel van schroeven die, indien mogelijk, rechtstreeks in de horizontale profielen 33 vastgeschroefd kunnen worden zonder tussenkomst van een versterkingsplaatje 34.
De houders 31 zijn voorzien van een doorgang 35 voor de sluitpin 10 die in het verlengde is gemonteerd van het geleidingsprofiel 17 zodat de sluitpinnen 10 niet enkel door het geleidingsprofiel 17 op hun plaats worden gehouden, maar ook door de houders 31, zodat wanneer een inbreker er in zou slagen het geleidingsprof iel 17 los te maken, de sluitpinnen 10 nog steeds op hun plaats worden gehouden. Dat zal de inbraakpoging aanzienlijk vertragen aangezien hij dan ook nog de houders 31 zal moeten kunnen forceren om succes te boeken.
De dikte D van de houders wordt gekozen in functie van afmetingen en vorm van de profielen van het kader 2 en van de vleugel 3 en worden zodanig aangepast dat zij de bewegingsvrijheid in de hoogte van de vleugel 3 in het vast kader 2 beperkt, zodat het voor een inbreker onmogelijk is om de vleugel 3 uit het vast kader 2 te lichten zonder dat hiervoor extra voorzieningen moeten genomen worden. De dikte D van de houders is bij voorkeur zodanig dat er in verticale richting weinig speling is tussen de houder 31 en het kader 2.
De houders 31 zijn b.ij voorkeur gemakkelijk op dikte te brengen. Alternatief kan een reeks van houders 31 worden voorzien met verschillende diktes D waaruit een houder 31 met gepaste dikte D kan gekozen worden.
Bij voorkeur sluit het geleidingsprofiel 17 met zijn uiteinden nauw aan tegen de houders 31 om een inbreker geen mogelijkheid te bieden er een lange schroevendraaier of andere hefboom tussen te wringen. Hiertoe is het nodig het geleidingsprofiel 17 op lengte te maken.
Dat kan op eenvoudige manier gebeuren met een inkortzaag waarbij het mogelijk is om het geleidingsprofiel 17 en het flexibel verbindingselement 11 samen met één beweging op maat te zagen. Daartoe kan een hulpstuk 43 worden gebruikt zoals afgebeeld in figuur 19 dat tijdens het zagen het verbindingselement 11 in het geleidingsprofiel 17 op zijn ' plaats houdt.
Zoals geïllustreerd met figuur 15 kunnen de houders 31 voorzien zijn van paspennen 44 waarmee zij in dwarsrichting op een correcte manier uitgelijnd kunnen worden ten opzichte van het geleidingsprofiel 17, waartoe dit geleidingsprofiel 17 voorzien is van overeenstemmende gleuven 45 zoals best afgebeeld in figuur 6.
Om de schuifdeur 1 in haar gesloten toestand te kunnen vergrendelen, zijn er in het onderste en in het bovenste horizontaal profiel 37 van het vast kader 2 openingen 36 voorzien die zich in het verlengde van de sluitpinnen 10 bevinden wanneer de vleugel 3 in het kader 2 naar zijn gesloten toestand is verschoven.
Om de vleugel 3 in gesloten toestand van de schuifdeur 1 te vergrendelen ten opzichte van het vast kader 2, volstaat het om het cilinderslot 4 te bedienen om de bedieningsstiften 9 en de daarmee verbonden sluitstangen 13 en sluitpinnen 10 uit elkaar te bewegen, zodat de sluitpinnen 10 zich bovenaan en onderaan in de daartoe voorziene openingen 36 blokkeren.
Ter versterking van de voornoemde opening 36 kan, zoals weergegeven in de figuren 13, 14 en 17 een sluitplaatje 38 worden toegepast dat door middel van vijzen 40 tegen het kader 2 wordt aangeschroefd, bij voorkeur met een tussenliggend tussenplaatje 41 uit elastisch samendrukbaar materiaal.
Om de schuifdeur te ontgrendelen volstaat het om het slot te bedienen om de sluitpinnen 10 uit het sluitplaatje 38 terug te trekken tot in de houders 31, waardoor de vleugel 3 ongehinderd kan opengeschoven worden.
Wanneer men zou trachten het slot 8 te bedienen met de schuifdeur 1 in open stand, dan zullen bij de minste verdraaiing van het slot 8 de sluitpinnen 10 onmiddellijk tegen de rail 42 van het bovenste en onderste horizontaal profiel 37 van het kader 2 botsen, gezien de korte afstand tussen de sluitpinnen 10 en deze rails, waardoor de gebruiker onmiddellijk aanvoelt dat hij met een foute bediening bezig is, wat niet het geval is bij de bekende schuifdeuren.
Het is duidelijk dat een sluitmechanisme met slechts één enkele sluitstang tot de mogelijkheden van de uitvinding behoort.
In plaats van een holle stang als verbindingselement 11 kunnen ook andere elastische middelen worden aangewend zoals een sterke veer met een lange koers of een metalen profiel voorzien van lokale verzwakkingen om samendrukbaar te zijn om ervoor te zorgen dat de kracht die men nodig heeft om de sluitpinnen 10 te bewegen groot genoeg is om een inbraakpoging te vertragen, maar toch ook niet te groot om te voorkomen dat de onderdelen van de sluitstangen 13 of van het slot 8 zouden afbreken.
Een verbindingselement 11 moet zodanig zijn dat het zonder buitensporige krachten slechts beperkt in axiale richting X-X' samendrukbaar is over een afstand die niet groter mag zijn dan de lengte E van de sluitpin waarmee deze in vergrendelde toestand in het kader 2 steekt. Dat geldt overigens evenzeer voor de uitvoering van het verbindingselement 11 in de vorm van een stang uit kunststof.
Het spreekt voor zich dat het sluitmechanisme 5 zowel los in de vorm van een beslag met losse onderdelen als in gemonteerde vorm in een deur of raam tot de uitvinding behoort.
Vanzelfsprekend moet een sluitmechanisme in de vorm van een beslag niet noodzakelijk alle hierboven beschreven componenten bevatten zoals een slot 8, afstandhouders 25, vijzen en bouten, en dergelijke meer.
Het sluitmechanisme volgens de uitvinding is niet beperkt tot schuifdeuren maar is ook toepasbaar op andere types van deuren, bijvoorbeeld dubbele draaideuren of dergelijke.
De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvorm, doch een sluitingsmechanisme volgens de uitvinding kan in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (18)

Conclusies .
1. - Sluitmechanisme voor een raam of deur (1) met een beweegbare vleugel (3) aangebracht in een vast kader (2) en te bedienen met een slot (8) met minstens één in- en uitschuifbare bedieningsstift (9), waarbij het sluitmechanisme (5) een met de bedieningsstift (9) axiaal verplaatsbare sluitstang (13) bevat met aan zijn uiteinde een sluitpin (10) om de beweegbare vleugel (3) in gesloten positie van het raam of deur (1) te kunnen blokkeren ten opzichte van het vast kader (2), daardoor gekenmerkt dat de sluitstang (13) is samengesteld uit een metalen sluitpin (10) die axiaal verplaatsbaar is aangebracht in een hol geleidingsprofiel (17) en die met een voornoemde bedieningsstift (9) van het slot (8) is verbonden of verbonden kan worden door middel van een verbindingselement (11) dat in axiale richting (X-X') elastisch samendrukbaar is en dat bedoeld is om door bediening van het slot (8) de sluitpin (10) axiaal te kunnen verschuiven tussen een vergrendelingspositie en een ontgrendelingspositie.
2. - Sluitmechanisme volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat het is voorzien van een slot (8) met twee bedieningsstiften (9) die van elkaar weg en naar elkaar toe beweegbaar zijn en die elk met een voornoemde sluitpin (10) zijn verbonden of verbonden kunnen worden door middel van een in axiale richting (X-X') elastisch samendrukbaar verbindingselement (11).
3. - Sluitmechanisme volgens conclusie 2, daardoor gekenmerkt dat het geleidingsprofiel (17) in dwarsrichting voorzien is van een uitsparing (18) voor het slot (8) met zijn bedieningselementen, waarbij de uitsparing (18) het geleidingsprofiel (17) in twee takken verdeelt met elk een sluitpin (10) en een verbindingselement (11).
4. - Sluitmechanisme volgens één van voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het verbindingselement (11) is uitgevoerd als een flexibele stang uit kunststof.
5. - Sluitmechanisme volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat het verbindingselement (11) is vervaardigd uit PVC dat een warmtebehandeling heeft ondergaan om in rusttoestand een maatvastheid te bekomen binnen een temperatuursbereik van -20°C tot 60°C.
6. - Sluitmechanisme volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het verbindingselement (11) is uitgevoerd als een holle flexibele stang uit kunststof en dat de sluitpin (10) voorzien is van een schroef waarmee de sluitpin (10) in het verbindingselement (11) kan vastgeschroefd worden.
7. - Sluitmechanisme volgens conclusie 6, daardoor gekenmerkt dat de sluitpin (10) zich in het verlengde van het verbindingselement (11) uitstrekt en eenzelfde dwarsdoorsnede bezit als dit verbindingselement (11).
8. - Sluitmechanisme volgens één van de conclusies 4 tot 7, daardoor gekenmerkt dat in de binnenwand (29) van het holle geleidingsprofiel (17) uitsparingen (30) zijn voorzien die langs de omtrek van het verbindingselement (11) plaatselijk een speling definiëren tussen het verbindingselement (11) en het geleidingsprofiel (17).
9. - Sluitmechanisme volgens conclusie 8, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde uitsparingen (30) zich langs de voornoemde omtrek uitstrekken over twee sectoren die ten opzichte van elkaar over ongeveer een kwart cirkel verdraaid zijn.
10. - Sluitmechanisme volgens één van voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de bedieningsstiften (9) zijn voorzien van een dwarsopening (15) en dat voor de verbinding van een bedieningsstift (9) met een verbindingselement (11) gebruik gemaakt wordt van een koppelstuk (12) dat aan één uiteinde voorzien is van een schroef waarmee het koppelstuk (12) in het verbindingselement (11) kan vastgeschroefd worden en aan het andere uiteinde is voorzien van dwarspin (14) die in een voornoemde dwarsopening (15) past voor koppeling met een betreffende bedieningsstift (9) van het slot (8).
11. - Sluitmechanisme volgens één van voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het is voorzien van voorzieningen om het geleidingsprof iel (17) tegen een stijl (7) van de beweegbare vleugel (3) te kunnen monteren die worden gevormd door doorgangen (19, 20) die op een afstand van elkaar dwars doorheen het geleidingsprofiel (17) zijn aangebracht van één zijde (22) van het geleidingsprofiel (17) naar een overliggende zijde (23), waarbij de doorgang (19) in één zijde (22) groter is dan de doorgang (20) in de andere zijde (23) , zodat het gelei.dingsprofiel kan vastgezet worden door middel van vijzen met een kop met een diameter die kleiner is dan die van de grootste doorgang (20) maar groter is dan de diameter van de kleinste doorgang (19).
12. - Sluitmechanisme volgens conclusie 11, daardoor gekenmerkt dat de doorgang (20) met de kleinste diameter langs de binnenwand (29) van het geleidingsprofiel (17) is voorzien van een verdoken zitting (24) voor de kop van de voornoemde vijzen.
13. - Sluitmechanisme volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het is voorzien van een metalen sluitplaatje (38) met een doorgang (39) voor een voornoemde sluitpin (10) en van middelen om het sluitplaatje (38) te bevestigen op het vast kader (2).
14. - Sluitmechanisme volgens conclusie 13, daardoor gekenmerkt dat het tevens voorzien is van een tussenplaatje (41) uit elastisch samendrukbaar materiaal dat bedoeld is om tussen het voornoemde sluitplaatje (38) en het vast kader (2) gemonteerd te worden.
15. - Sluitmechanisme volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het is voorzien van een houder (31) voor de sluitpin (10) met een doorgang (35) voor de sluitpin (10), waarbij deze houder (31) bedoeld is om haaks op het geleidingsprofiel (17) onder of boven de beweegbare vleugel (3) bevestigd te worden en die het uiteinde van de sluitpin (10) minstens deels omsluit.
16. - Siuitmechanisme volgens conclusie 15, daardoor gekenmerkt dat de dikte van de houder (31) of houders aanpasbaar is aan de profielen van de deur of raam (1) om ervoor te zorgen dat de beweegbare vleugel (3) in gemonteerde toestand slechts beperkt kan opgelicht worden.
17, - Beslag voor een siuitmechanisme van een raam of deur volgens één van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het bestaat uit een set van één of meer van de volgende onderdelen of een combinatie: - een slot ( 8 ) ; - een op maat te brengen geleidingsprofiel (1.7); - één of twee sluitpinnen (10); - een op maat te brengen verbindingselement (11) voor de verbinding tussen de sluitpinnen (10) en het slot (8) ; - één of twee koppelstukken (12) voor de verbinding van het verbindingselement (11) met het slot (8); - een hulpstuk om het geleidingsprofiel (17) en het verbindingselement (11) tijdelijk ten opzichte van elkaar te kunnen fixeren om met één beweging beide elementen samen op maat te kunnen brengen; - in dikte aanpasbare afstandhouders (25) of een reeks van in dikte variërende afstandhouders (25); - één of twee in dikte aanpasbare houders (31) voor de sluitpinnen (10) of een reeks van in dikte variërende houders ( 31); - één of twee sluitplaatjes (38); - één of twee tussenplaatjes (41); - een aantal vijzen en/of bouten.
18.-~ Raam of deur voorzien van een sluitmechanisme (5) volgens één van de voorgaande conclusies 1 tot 16.
BE2015/5696A 2015-10-28 2015-10-28 Sluitmechanisme voor een raam of deur BE1023548B1 (nl)

Priority Applications (5)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2015/5696A BE1023548B1 (nl) 2015-10-28 2015-10-28 Sluitmechanisme voor een raam of deur
ES16002232.3T ES2661001T3 (es) 2015-10-28 2016-10-18 Mecanismo de cierre para una ventana o puerta
PL16002232T PL3162993T3 (pl) 2015-10-28 2016-10-18 Mechanizm blokujący dla okna lub drzwi
PT160022323T PT3162993T (pt) 2015-10-28 2016-10-18 Mecanismo de bloqueio para janela ou porta
EP16002232.3A EP3162993B1 (en) 2015-10-28 2016-10-18 Locking mechanism for a window or door

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2015/5696A BE1023548B1 (nl) 2015-10-28 2015-10-28 Sluitmechanisme voor een raam of deur

Publications (2)

Publication Number Publication Date
BE1023548B1 true BE1023548B1 (nl) 2017-05-02
BE1023548A1 BE1023548A1 (nl) 2017-05-02

Family

ID=54849056

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2015/5696A BE1023548B1 (nl) 2015-10-28 2015-10-28 Sluitmechanisme voor een raam of deur

Country Status (5)

Country Link
EP (1) EP3162993B1 (nl)
BE (1) BE1023548B1 (nl)
ES (1) ES2661001T3 (nl)
PL (1) PL3162993T3 (nl)
PT (1) PT3162993T (nl)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
ES1221728Y (es) 2018-11-12 2019-03-04 Sist Tecnicos Del Accesorio Y Componentes S L Mecanismo de apertura o cierre para puertas y/o ventanas detipo oscilobatiente
PL4215702T3 (pl) 2022-01-21 2024-05-06 Gretsch-Unitas GmbH Baubeschläge Urządzenie ryglujące

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0457014A2 (de) * 1990-05-14 1991-11-21 ZARGES Leichtbau GmbH Türverriegelung und mit dieser ausgestatteter Schrankwagen
US5709111A (en) * 1995-12-04 1998-01-20 Henao; Jose Gabriel Lock system
EP0955432A2 (en) * 1998-05-08 1999-11-10 Surelock McGill Limited Lock mechanism
WO2012003104A1 (en) * 2010-07-01 2012-01-05 Adams Rite Manufacturing Co. Single and multi-point door lock

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
SE505730C2 (sv) * 1994-03-31 1997-10-06 Volvo Ab Mekanism för låsning av en lucka samt förfarande för tillverkning av mekanismen
DE10231329A1 (de) * 2002-07-11 2004-01-29 Huf Hülsbeck & Fürst Gmbh & Co. Kg Verschluss mit zwei Riegelstangen, insbesondere für Fahrzeuge
JP4542865B2 (ja) * 2004-10-06 2010-09-15 株式会社パイオラックス リッド開閉装置及びその製造方法

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0457014A2 (de) * 1990-05-14 1991-11-21 ZARGES Leichtbau GmbH Türverriegelung und mit dieser ausgestatteter Schrankwagen
US5709111A (en) * 1995-12-04 1998-01-20 Henao; Jose Gabriel Lock system
EP0955432A2 (en) * 1998-05-08 1999-11-10 Surelock McGill Limited Lock mechanism
WO2012003104A1 (en) * 2010-07-01 2012-01-05 Adams Rite Manufacturing Co. Single and multi-point door lock

Also Published As

Publication number Publication date
BE1023548A1 (nl) 2017-05-02
PL3162993T3 (pl) 2018-06-29
EP3162993A1 (en) 2017-05-03
PT3162993T (pt) 2018-01-30
EP3162993B1 (en) 2018-01-17
ES2661001T3 (es) 2018-03-27

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP2899351A1 (en) Support bracket for sliding doors with side locking and adjustment
BE1023548B1 (nl) Sluitmechanisme voor een raam of deur
RU2453671C2 (ru) Система безопасности для предотвращения взлома дверных или оконных рам
EP2048311B1 (en) Shock absorbing stopping device for sliding panels and doors
DE102009031035A1 (de) Einbruchsicherung
DE102004012637A1 (de) Türschließer
US20160032631A1 (en) Door security reinforcement system
DE102019216524B4 (de) Beschlaganordnung für einen parallelabstellbaren Flügel und Verschlussanordnung für eine Gebäudeöffnung
DE102016015376A1 (de) Öffnungsbegrenzungseinrichtung
DE9407569U1 (de) Einbruchsicherung
GB2233035A (en) Espagnolette type locking device
DE102012020025A1 (de) Einbruchsicherung für ein Fenster oder eine Türe
EP2058469A2 (en) Opening grating
BE1030136B1 (nl) Hoekoverbrenging voor raambeslag
EP2871306B1 (de) Anordnung mit einem Riegelstangenbeschlag an einem Rahmenholm
EP0617752A1 (en) Armoured roller blind for windows and the like
NL1030044C2 (nl) Inrichting voor het afsluiten van een beweegbaar paneel in een wand en een glasdeur voorzien van een dergelijke inrichting.
AU2018250450A1 (en) Barrier apparatus
DE102017007613B4 (de) Ladensystem für Gebäudeöffnungen
EP2886735B1 (en) Centering element, particularly for front posts for in-wall frames of retractable sliding doors
NL2012953B1 (nl) Vergrendeling voor een raam of deur.
DE29516537U1 (de) Aushebesicherung für Fenster oder Türen
DE102020001873A1 (de) Modulare Tür- oder Fenstersicherung
EP2574716A2 (de) Schmale Lueftungsvorrichtung fuer einen Schiebefluegel und Arbeitsverfahren
EP2886775A1 (en) Rear post for in-wall frames of retractable sliding doors

Legal Events

Date Code Title Description
FG Patent granted

Effective date: 20170502

MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20181031