BE1021043B1 - Dranghek - Google Patents

Dranghek Download PDF

Info

Publication number
BE1021043B1
BE1021043B1 BE2014/0689A BE201400689A BE1021043B1 BE 1021043 B1 BE1021043 B1 BE 1021043B1 BE 2014/0689 A BE2014/0689 A BE 2014/0689A BE 201400689 A BE201400689 A BE 201400689A BE 1021043 B1 BE1021043 B1 BE 1021043B1
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
crush
barrier
panel
support
barriers
Prior art date
Application number
BE2014/0689A
Other languages
English (en)
Inventor
Philippe Langsweirt
Gunnar Delrue
Original Assignee
DELRUE, Gunnar
Marchand de Fer Delrue sa
Global Technical Equipment Bvba
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by DELRUE, Gunnar, Marchand de Fer Delrue sa, Global Technical Equipment Bvba filed Critical DELRUE, Gunnar
Priority to BE2014/0689A priority Critical patent/BE1021043B1/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1021043B1 publication Critical patent/BE1021043B1/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01FADDITIONAL WORK, SUCH AS EQUIPPING ROADS OR THE CONSTRUCTION OF PLATFORMS, HELICOPTER LANDING STAGES, SIGNS, SNOW FENCES, OR THE LIKE
    • E01F13/00Arrangements for obstructing or restricting traffic, e.g. gates, barricades ; Preventing passage of vehicles of selected category or dimensions
    • E01F13/02Arrangements for obstructing or restricting traffic, e.g. gates, barricades ; Preventing passage of vehicles of selected category or dimensions free-standing; portable, e.g. for guarding open manholes ; Portable signs or signals specially adapted for fitting to portable barriers
    • E01F13/022Pedestrian barriers; Barriers for channelling or controlling crowds
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E01CONSTRUCTION OF ROADS, RAILWAYS, OR BRIDGES
    • E01FADDITIONAL WORK, SUCH AS EQUIPPING ROADS OR THE CONSTRUCTION OF PLATFORMS, HELICOPTER LANDING STAGES, SIGNS, SNOW FENCES, OR THE LIKE
    • E01F9/00Arrangement of road signs or traffic signals; Arrangements for enforcing caution
    • E01F9/60Upright bodies, e.g. marker posts or bollards; Supports for road signs
    • E01F9/70Storing, transporting, placing or retrieving portable devices

Abstract

Dranghek (1) omvattende een paneel (2) en twee steunen (3) die voorzien zijn om het paneel (2) schuin te positioneren ten opzichte van een ondergrond (12), waarbij elke steun (3) een eerste gedeelte (4) omvat, dat verbonden is met een respectievelijke zijrand (5) van het paneel (2), en een tweede gedeelte (6) omvat dat zich hoofdzakelijk naar achter uitstrekt en waarvan een eindvlak (7) voorzien is om op een afstand van het paneel (2) een contactvlak te vormen tussen de steun (3) en de ondergrond (12), waarbij de eerste gedeeltes (4) zich lateraal naast het paneel (2) uitstrekken en de hoogtes van de tweede gedeeltes (6) continu afnemen in de richting van het eindvlak (7).

Description

DRANGHEK
Deze uitvinding betreft enerzijds een dranghek voor het afschermen van mensen, omvattende een paneel en twee steunen, die voorzien zijn om het paneel schuin te positioneren ten opzichte van een ondergrond waarop het dranghek geplaatst wordt en die elk opgebouwd zijn uit één of meerdere staafvormige elementen, waarbij elke steun een eerste gedeelte omvat, dat verbonden is met een respectievelijke zijrand van het paneel, en een tweede gedeelte omvat dat zich hoofdzakelijk naar achter uitstrekt en waarvan een eindvlak voorzien is om op een afstand van het paneel een contactvlak te vormen tussen de steun en de ondergrond.
Deze uitvinding betreft ook een stapeling van meerdere van dergelijke dranghekken en een pallet voor het stapelen van dergelijke dranghekken.
Deze uitvinding betreft verder ook een samenstel van een dergelijk pallet en dergelijke dranghekken en een werkwijze voor het stapelen van dergelijke dranghekken op een dergelijk pallet.
Momenteel zijn er verschillende types dranghekken op de markt. Dranghekken worden vooral gebruikt om mensen te verhinderen (tijdelijk) een bepaald gebied te betreden. Zo worden dranghekken bijvoorbeeld gebruikt tijdens parades, stoeten en sportwedstrijden, zoals wielerwedstrijden, om het parcours af te schermen. Op deze manier kan het publiek zich dan moeilijk op het parcours begeven.
De meer klassieke dranghekken omvatten een draadpaneel dat onderaan ondersteund wordt door een voet die zich zowel naar achter toe uitstrekt als naar voor toe uitstrekt ten opzichte van het paneel. Gezien volgens de richting die dwars staat op het vlak waarin het draadpaneel zich hoofdzakelijk uitstrekt, zal de voet zich dus uitstrekken voorbij de voorzijde en de achterzijde van het paneel. Het nadeel hierbij is dat een gedeelte van de voet zich dus op het parcours bevindt. Degene die zich dan bijvoorbeeld op het door dranghekken afgesloten parcours bevindt, wordt door deze voet gehinderd en kan er zelfs door vallen.
Om dit probleem op te lossen bestaan er daarom verschillende dranghekken waarbij de achterzijde van het paneel verbonden is met een voet die zich naar achter toe uitstrekt, waarbij deze voet voorzien is om het paneel zo te ondersteunen dat het paneel wat schuin staat ten opzichte van het oppervlak waarop het dranghek wordt geplaatst. Gezien volgens de richting die dwars staat op het vlak waarin het draadpaneel zich hoofdzakelijk uitstrekt, zal de voet zich dus slechts uitstrekken voorbij de achterzijde van het paneel. Dergelijke dranghekken worden bijvoorbeeld gebruikt bij de start en aankomst van wielerwedstrijden. Dit omdat bij deze dranghekken de voeten zich niet gedeeltelijk bevinden op het parcours en de wielrenners er dan ook niet door kunnen vallen.
Een voorbeeld van dergelijk dranghek wordt weergegeven in de octrooipublicatie FR 2741092 Al. Het nadeel bij dit dranghek is dat meerdere van deze dranghekken niet compact stapelbaar zijn. Zo kan een dranghek slechts tegen de achterzijde van een voorliggend dranghek worden geschoven, indien het dranghek, gezien ten opzichte van het voorliggend dranghek, wat zijdelings opgeschoven is. Dit omdat de voeten van het voorliggend dranghek de toegang tot de achterzijde van het paneel hinderen.
Om het probleem van compacte stapeling op te lossen is, wordt de voet vaak zo verbonden met het paneel, dat deze kan roteren naar het vlak toe, waarin het paneel zich hoofdzakelijke uitstrekt, en terug van dit vlak weg. Op deze manier kan het dranghek dan twee posities innemen. Een eerste gebruikspositie waarbij het eindvlak of de eindvlakken van de steunen, die voorzien zijn om contact te maken met de ondergrond waarop het dranghek wordt geplaatst, zich op een afetand van het paneel bevinden en de voeten het paneel goed kunnen ondersteunen en een tweede compactere positie waarbij de voet zich hoofdzakelijk uitstrekt in het genoemde vlak waarin het paneel zich hoofdzakelijk uitstrekt of zich tegen het paneel bevindt. Zo kunnen verschillende dranghekken dan eenvoudig tegen elkaar of op elkaar gestapeld worden. Een voorbeeld hiervan wordt weergegeven in de octrooipublicatie US 6199833 BI. Dit is echter een complexe oplossing voor het probleem om tot een compactere stapeling van de dranghekken te komen. Het is namelijk niet eenvoudig om dergelijke dranghekken met roteerbare voeten te produceren. Ook moeten de voeten steeds geroteerd worden, wanneer men de dranghekken wenst te plaatsen of terug wenst op elkaar te stapelen.
Het is dan ook een doel van de uitvinding om een dranghek te vervaardigen omvattende een paneel en twee steunen, die voorzien zijn om het paneel schuin te positioneren ten opzichte van een ondergrond waarop het dranghek geplaatst wordt, waarbij dergelijke dranghekken eenvoudig en compact stapelbaar zijn zonder dat er complexe modificaties zijn aangebracht aan de dranghekken om de dranghekken compact te kunnen stapelen.
Dit doel wordt bereikt door te voorzien in een dranghek voor het afschermen van mensen, omvattende een paneel en twee steunen, die voorzien zijn om het paneel schuin te positioneren ten opzichte van een ondergrond waarop het dranghek geplaatst wordt en die elk opgebouwd zijn uit één of meerdere staafvormige elementen, waarbij elke steun een eerste gedeelte omvat, dat verbonden is met een respectievelijke zijrand van het paneel, en een tweede gedeelte omvat dat zich hoofdzakelijk naar achter uitstrekt en waarvan een eindvlak voorzien is om op een afstand van het paneel een contactvlak te vormen tussen de steun en de ondergrond, en waarbij de eerste gedeeltes zich lateraal naast het paneel uitstrekken, de hoogtes van de tweede gedeeltes continu afnemen in de richting van het eindvlak en dat elke steun zich hoofdzakelijk uitstrekt naast het vlak, dat zich, ter hoogte van de zijrand waarmee de genoemde steun verbonden is, dwars uitstrekt op het vlak waarin het paneel zich hoofdzakelijk uitstrekt.
Met de hoogtes van de tweede gedeeltes die continu afnemen in de richting van het eindvlak wordt aangeduid dat in de hoogterichting, gezien volgens de ondergrond waarop het dranghek voorzien is om geplaatst te worden, de hoogte van het tweede gedeelte continu afneemt naarmate men dichter bij het eindvlak komt. Met elke steun die zich hoofdzakelijk uitstrekt naast het vlak, dat zich, ter hoogte van de zijrand waarmee de genoemde steun verbonden is, dwars uitstrekt op het vlak waarin het paneel zich hoofdzakelijk uitstrekt, wordt aangeduid dat de steunen zich bevinden buiten de zone die zich tussen de twee vlakken uitstrekt, die zich elk ter hoogte van een genoemde zijrand van het paneel, dwars uitstrekken op het vlak waarin het paneel zich hoofdzakelijk uitstrekt. Wanneer men van langs achter gezien naar de achterzijde van het paneel toegaat, zal de toegang tot de volledige achterzijde van het paneel nagenoeg niet gehinderd worden door de steunen. De nagenoeg volledige achterzijde van het paneel is als het ware vrij van steunen.
Verder, doordat de hoogtes van de tweede gedeeltes continu afhemen in de richting van het eindvlak, kan een steun volledig geschoven worden tegen een andere steun zodat die ene steun over nagenoeg zijn volledige hoogte gelegen is tegen die andere steun. Op deze manier is het dus mogelijk om een genoemd dranghek volledig te schuiven tegen de achterzijde van een ander genoemd dranghek. De tegen elkaar geschoven panelen strekken zich hierbij hoofdzakelijk uit binnen de zone die zich uitstrekt tussen de twee vlakken, die zich elk ter hoogte van een genoemde zijrand van genoemd paneel, dwars uitstrekken op het vlak waarin het paneel zich hoofdzakelijk uitstrekt. De dranghekken zijn hier dus vormpassend, waardoor er meerdere dranghekken achter elkaar plaatsbaar zijn volgens een rechthoekig grondvlak. De dranghekken kunnen dus recht tegen elkaar gestapeld worden. Hierdoor wordt het mogelijk om deze dranghekken compact en eenvoudig tegen elkaar aan te stapelen. Wanneer het tweede gedeelte van de steun zich over een langere afetand horizontaal zou uitstrekken, ten opzichte van de ondergrond waarop het voorzien is om het dranghek te plaatsen, dus wanneer de hoogtes van de tweede gedeeltes niet continu zou afhemen, dan zou het niet mogelijk zijn om de steunen over hun volledige hoogte tegen elkaar aan te schuiven.
De afstand tussen de onderste rand van het paneel en de ondergrond, waarop het voorzien is om het dranghek te plaatsen is bij voorkeur minder dan 20 cm, nog meer bij voorkeur minder dan 10 cm. De volledige lengte van de onderste rand steunt bij voorkeur rechtstreeks of onrechtstreeks op de ondergrond waarop het voorzien is om het dranghek te plaatsen. Het dranghek steunt dan via de eindvlakken en de onderste rand van het paneel op de genoemde ondergrond.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat elk tweede gedeelte een voorste segment en een achterste segment, waarbij het achterste segment het genoemde eindvlak omvat, en waarbij de hellingsgraad van het voorste segment kleiner is dan de hellingsgraad van het achterste segment. Met de hellingsgraad wordt de helling aangeduid ten opzichte van de ondergrond waarop het voorzien is om het dranghek te plaatsen. Het voorste segment met de kleinere hellingsgraad creëert hier dan vooral afstand tot het paneel. In mindere mate zorgt het dan voor hoogteverschil. Het achterste segment zorgt er voor dat het eindvlak contact kan maken met de ondergrond waarop het voorzien is om het dranghek te plaatsen. Hierdoor kan het voorste segment zich op een zekere hoogte bevinden, wat bijdraagt tot de stevigheid van het dranghek. Hoe langer het voorste segment, hoe groter de afstand tussen het eindvlak en het paneel, dus hoe beter de ondersteuning van het paneel door de steunen zal zijn, dus hoe steviger het dranghek.
Verder bij voorkeur is een bovenste zone van het achterste segment verbonden met een onderste zone van het voorste segment. De verbinding kan bijvoorbeeld een knik of een bocht zijn. Het achterste segment kan hierdoor vloeiend overgaan in het voorste segment.
Verder bij voorkeur is ook een onderste zone van het eerste gedeelte verbonden met een bovenste zone van het voorste segment. De verbinding kan bijvoorbeeld een knik of een bocht zijn. Het voorste segment kan hierdoor vloeiend overgaan in het eerste gedeelte. Deze genoemde verbinding strekt zich verder bij voorkeur uit op een hoogte die minstens 25 procent uitmaakt van de totale hoogte van het dranghek gezien vanaf de ondergrond waarop het dranghek voorzien is om geplaatst te worden. Hoe hoger deze genoemde verbinding zich bevindt, hoe beter het paneel ondersteund wordt door de steunen en hoe moeilijker het is om het dranghek om te duwen.
Verder in een zeer voorkeurdragende uitvoeringsvorm omvat elke steun een eerste gedeelte, een voorste segment en een achterste segment, waarbij het achterste segment via een bocht overgaat in het voorste segment en het voorste segment via een bocht overgaat in het eerste gedeelte. Dergelijke steun zorgt voor voldoende ondersteuning van het dranghek en geeft voldoende stevigheid aan het dranghek met zo weinig mogelijk middelen. Het eerste gedeelte zorgt er hier dan voor dat de steun verbonden is met het paneel, het voorste segment creëert de afstand tussen het paneel en het eindvlak, en het achterste segment zorgt ervoor dat het eindvlak in contact kan komen met de ondergrond waarop het voorzien is om het dranghek te plaatsen.
Bij voorkeur, gezien in een vlak waarin het voorste segment van het tweede gedeelte zich hoofdzakelijk uitstrekt en dat dwars staat op het vlak waarin het paneel zich hoofdzakelijk uitstrekt, strekt het voorste segment zich hoofdzakelijk uit volgens een hoek met het vlak waarin het paneel zich hoofdzakelijk uitstrekt, waarbij de genoemde hoek gelegen is tussen 60° en 90°, bij voorkeur tussen 75° en 85°. Dit zorgt ervoor dat het voorste segment een goede hellingsgraad heeft en het voorste segment voldoende afstand kan creëren tussen het paneel en het eindvlak en er toch ook kan voor zorgen dat het hoogteverschil tussen de bovenste zone van het voorste segment en de onderste zone van het voorste segment voldoende is, zodat het achterste segment geen te groot hoogteverschil meer moet overwinnen om ervoor te zorgen dat het eindvlak contact kan maken met de ondergrond waarop het voorzien is om het dranghek te plaatsen.
In het vlak waarin het tweede segment van het tweede gedeelte zich hoofdzakelijk uitstrekt en dat dwars staat op het vlak waarin het paneel zich hoofdzakelijk uitstrekt, strekt het achterste segment van het tweede gedeelte zich bij voorkeur hoofdzakelijk uit volgens een hoek met het vlak waarin het paneel zich hoofdzakelijk uitstrekt, waarbij de genoemde hoek gelegen is tussen 5° en 45°, bij voorkeur tussen 10° en 30°. Hierdoor is de hellingsgraad van het achterste segment voldoende groot en kan het achterste segment ervoor zorgen dat het eindvlak in contact kan komen met de ondergrond waarop het voorzien is om het dranghek te plaatsen.
Bij voorkeur is, in een richting evenwijdig met de zijrand genomen, de verhouding van de afmeting van het eerste gedeelte tot de overeenkomstige afmeting van de zijrand waarmee het eerste gedeelte verbonden is, minstens 0,2, bij voorkeur minstens 0,3. Bij een verhouding van minstens 0,2 is de ondersteuning van het paneel ter hoogte van de zijranden zeer goed. Bij voorkeur maakt de hoogte van het tweede gedeelte, ter hoogte van het paneel, 25 procent uit, nog meer bij voorkeur 30 procent uit, van de totale hoogte van het dranghek gezien vanaf de ondergrond waarop het dranghek voorzien is om geplaatst te worden.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm is de onderzijde van de onderste rand van het paneel bekleed met één of meerdere profielen, waarbij deze één of meerdere profielen voorzien zijn om, bij plaatsing van het dranghek op een ondergrond, contact te maken met de ondergrond. De één of meerdere profielen beschermen de onderste rand waardoor de onderste rand minder slijtage zal ondervinden.
Verder bij voorkeur zijn de één of meerdere profielen hoekprofielen. De hoek van een genoemd profiel zal dan duwen in de ondergrond wanneer het dranghek geplaatst is op een ondergrond. Een dranghek is hierdoor ook stevig verankerbaar in bijvoorbeeld een niet-verharde ondergrond, een ruwe ondergrond, een oneffen ondergrond, enz.
Bij voorkeur strekt elke steun zich nagenoeg naar achter uit in één vlak waarbij dit vlak een hoek van nagenoeg 90° maakt met het vlak waarin het paneel zich hoofdzakelijk uitstrekt. De afstand tussen de twee eindvlakken van de steunen en de afstand tussen de twee eerste gedeeltes van de twee steunen is hier minimaal en nagenoeg gelijk, wat ervoor zorgt dat het dranghek zo compact mogelijk is. Dit dranghek is voorzien om met andere dergelijke dranghekken verbonden te worden tot een afscherming met een bepaalde afstand. Bij deze voorkeurdragende dranghekken is de afstand tussen de panelen van de met elkaar verbonden dranghekken minimaal. Dit doordat de tegenoverliggende eerste gedeeltes van naast elkaar gelegen dranghekken nagenoeg volledig tegen elkaar kunnen worden geplaatst.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm strekt het eerste gedeelte van een genoemde steun, gezien volgens de richting die zich dwars uitstrekt op het vlak waarin het paneel zich hoofdzakelijk uitstrekt, zich nagenoeg volledig uit binnen de dimensies van het paneel. Ter hoogte van het paneel vormt het eerste gedeelte in die genoemde richting geen uitstekend deel, daar het zich niet uitstrekt voorbij de afmeting van het paneel in die genoemde richting.
Verder bij voorkeur is de dwarsdoorsnede van een genoemde steun nagenoeg over zijn ganse lengte gelijk. Op deze manier wordt het mogelijk een genoemd dranghek, via zijn voorkant, tegen de achterkant van een ander genoemd dranghek te schuiven totdat de voorzijde van het paneel van het eerste genoemde paneel zich nagenoeg volledig bevindt tegen de achterzijde van het tweede genoemde paneel. De stapeling van de dranghekken is hierdoor zeer compact.
Het dranghek omvat bij voorkeur één of meerdere koppelelementen om het dranghek te koppelen aan andere dranghekken, waarbij elk genoemd koppelelement verbonden is met een genoemde steun. Het is gewenst dat tijdens het gebruik van de dranghekken, wanneer meerdere dranghekken naast elkaar zijn geplaatst om bijvoorbeeld een parcours of dergelijke af te schermen, de verschillende dranghekken ook gekoppeld zijn aan elkaar, omdat op deze manier de dranghekken een stevige en goede afscherming vormen die moeilijk omver kan worden geduwd.
Verder bij voorkeur is het genoemde koppelelement verbonden met het eerste gedeelte van de genoemde steun en strekt het zich hoofdzakelijk lateraal uit naast de genoemde steun. Het koppelelement verhindert dan niet dat de steunen tegen elkaar worden geschoven tijdens het tegen elkaar schuiven van de dranghekken om de dranghekken compact te stapelen.
Het dranghek omvat bij voorkeur één of meerdere houderelementen, waarin reclameborden plaatsbaar zijn, waarbij deze één of meerdere houderelementen zich bevinden ter hoogte van de voorzijde van het paneel. Het dranghek wordt zo ook een reclamemedium. Deze houderelementen kunnen zich bijvoorbeeld bevinden ter hoogte van de onderste rand van het paneel. Op deze manier wordt het mogelijk om reclameborden te plaatsen die bijna gans de voorzijde van het paneel bedekken. Indien het paneel een draadpaneel is, dragen dergelijk reclameborden bijkomend bij tot de veiligheid, daar deze reclameborden voorkomen dat mensen voorwerpen of lichaamsdelen tussen de spijlen van de draadpanelen steken. Hierdoor wordt vermeden dat degene, die zich bijvoorbeeld op een door dranghekken afgezet parcours bevindt, gehinderd wordt door toeschouwers.
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm is elke steun vervaardigd uit één geheel. Zo kan de steun bijvoorbeeld vervaardigd zijn uit een metalen staaf die dan geplooid is, zodat er een genoemd eerste gedeelte en tweede gedeelte ontstaat. Het voordeel van een steun die uit één geheel is vervaardigd, is dat deze sterker is dan bijvoorbeeld een steun die vervaardigd is uit meerdere staafvormige elementen die aan elkaar gelast zijn.
Bij voorkeur zijn de steunen voorzien om het dranghek zo op een ondergrond te positioneren dat het vlak, waarin het paneel zich hoofdzakelijk uitstrekt, een hoek maakt met de ondergrond gelegen tussen 60° à 80°, bij voorkeur gelegen tussen 65° en 75°. Onder deze hoek kunnen de steunen het paneel voldoende ondersteunen. Wanneer het dranghek zich bevindt op een ondergrond, bevinden de toeschouwers, die zich normaal gezien aan de achterzijde van het paneel bevinden, zich dan ook op een gepaste afstand van het gebied dat is afgezet met dranghekken.
Deze uitvinding betreft ook een stapeling van meerdere dranghekken waarbij de dranghekken, dranghekken zijn zoals hierboven beschreven en waarbij de dranghekken zo tegen elkaar geschoven zijn dat de voorzijde van het paneel van een eerste genoemd dranghek gelegen is tegenover de achterzijde van het paneel van een voorliggend tweede dranghek en dat elke genoemde steun van het eerste dranghek gelegen is tegenover een genoemde steun van het tweede dranghek, waarbij de vlakken waarin de panelen zich hoofdzakelijk uitstrekken zich nagenoeg evenwijdig naast elkaar uitstrekken en de tegenover elkaar gelegen zijranden zich hoofdzakelijk uitstrekken in een vlak dat dwars staat op de vlakken waarin de panelen zich hoofdzakelijk uitstrekken.
Met tegenover kan zowel worden aangeduid dat de dranghekken volledig tegen elkaar aan liggen, maar kan er ook zijn aangeduid dat de tegenover elkaar gelegen dranghekken zich nog op een bepaalde, bij voorkeur zo beperkt mogelijke, afstand van elkaar bevinden. De genoemde panelen bevinden zich hier recht achter elkaar en strekken zich uit binnen de zone die begrensd wordt door de genoemde vlakken waarin de tegenover elkaar gelegen zijranden zich hoofdzakelijk uitstrekken. Hierdoor bevinden ook de steunen zich recht achter elkaar. Dit is een zeer compacte stapeling.
Deze uitvinding betreft ook een pallet voor het stapelen van dranghekken zoals hierboven beschreven, waarbij het pallet draagelementen omvat, die twee tegenover elkaar liggende langwerpige vlakken omvatten waarop de steunen van de dranghekken plaatsbaar zijn en die dwarsliggers omvatten, die zich evenwijdig uitstrekken aan de genoemde langwerpige vlakken die voorzien zijn om de panelen van de dranghekken te ondersteunen. Zo kan het pallet bijvoorbeeld een pallet zijn met een rechthoekige vorm waarbij deze twee langwerpige vlakken zich ter hoogte van twee tegenover elkaar liggende zijden van de rechthoekige vorm bevinden. Met dergelijk pallet wordt het zeer eenvoudig om de dranghekken te transporteren.
Verder betreft deze uitvinding ook een stapeling van minstens twee palletten zoals hierboven omschreven waarbij deze stapeling staafvormige afstandhouders omvat, om de minstens twee palletten op een afstand van elkaar op elkaar te stapelen, waarbij een eerste genoemd pallet koppelelementen omvat die elk verbindbaar zijn met een eerste uiteinde van een genoemde afstandhouder en een tweede genoemd pallet koppelelementen omvat die elk verbindbaar zijn met een tweede uiteinde van een genoemde afstandhouder. Tussen twee op elkaar gestapelde palletten bevinden zich dan meerdere afstandhouders die ervoor zorgen dat er een bepaalde ruimte is tussen deze twee palletten. De hoogte van deze ruimte komt bij voorkeur nagenoeg overeen met de hoogte van de dranghekken zodat er zich ook dranghekken kunnen bevinden op het pallet dat zich onder een ander pallet bevindt.
Deze uitvinding betreft ook een samenstel van een pallet zoals hierboven beschreven en dranghekken zoals hierboven beschreven. De dranghekken zijn compact stapelbaar en kunnen ineens gestapeld worden op het pallet waardoor ze eenvoudig transporteerbaar zijn.
Anderzijds betreft deze uitvinding een werkwijze voor het stapelen van dranghekken, zoals hierboven omschreven, op een pallet, zoals hierboven omschreven, waarbij de steunen van elk dranghekken worden aangebracht op de langwerpige vlakken van het pallet en de dranghekken zo tegen elkaar geschoven worden dat de voorzijde van het paneel van een eerste genoemd dranghek gelegen is tegenover de achterzijde van het paneel van een voorliggend genoemd tweede dranghek en dat elke steun van het eerste dranghek gelegen is tegenover een genoemde steun van het tweede dranghek, waarbij de vlakken waarin de panelen zich hoofdzakelijk uitstrekken zich nagenoeg evenwijdig naast elkaar uitstrekken en de tegenover elkaar gelegen zijranden zich hoofdzakelijk uitstrekken in een vlak dat dwars staat op de vlakken waarin de panelen zich hoofdzakelijk uitstrekken. Dit is een zeer eenvoudige werkwijze om dranghekken compact te stapelen.
Deze uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van de hierna volgende gedetailleerde beschrijving van een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een dranghek en een pallet volgens deze uitvinding. De bedoeling van deze beschrijving is uitsluitend verduidelijkende voorbeelden te geven en om verdere voordelen en bijzonderheden van dit dranghek en dit pallet aan te duiden, en kan dus geenszins geïnterpreteerd worden als een beperking van het toepassingsgebied van de uitvinding of van de in de conclusies opgeëiste octrooirechten.
In deze gedetailleerde beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen, waarbij - figuur 1 een achteraanzicht is van een dranghek volgens de uitvinding; - figuur 2 een zijaanzicht is van het dranghek zoals weergegeven in figuur 1 ; - figuur 3 een bovenaanzicht is van het dranghek zoals weergegeven in figuren 1 en 2; - figuur 4 een zijaanzicht is van een steun van het dranghek zoals weergegeven in figuren 1 tot 3; - figuur 5 een perspectiefvoorstelling is van een pallet volgens de uitvinding; - figuur 6 een perspectiefvoorstelling is van dranghekken zoals weergegeven in figuren 1 tot 3, waarbij deze dranghekken gestapeld zijn op palletten zoals weergegeven in figuur 5.
Het dranghek (1) zoals weergegeven in figuren 1 tot 3 en figuur 6 omvat een paneel (2) en twee steunen (3) die voorzien zijn om het paneel (2) te ondersteunen en zo op een ondergrond (12) te positioneren dat het vlak, waarin het paneel (2) zich hoofdzakelijk uitstrekt, een hoek maakt met de ondergrond (12) die nagenoeg 70° is. Het paneel (2) is een draadpaneel omvattende een bovenste rand (20), een onderste rand (10) en twee zijranden (5), waarbij spijlen (21) zich uitstrekken tussen de bovenste rand (20) en de onderste rand (10). De genoemde randen (5, 10, 20) zijn buisvormige elementen. Deze buisvormige elementen kunnen bijvoorbeeld uit metaal vervaardigd worden.
Elke steun (3) is een metalen buis met een nagenoeg uniforme diameter, die op twee plaatsen geplooid is. Elke steun (3) omvat een eerste recht gedeelte (4), gevolgd door een eerste bocht (22), een voorste recht segment (8), een tweede bocht (23) en eindigt in een achterste recht segment (9) dat een eindvlak (7) omvat. Een bovenste zone van het achterste segment (9) gaat via de tweede bocht (23) over in een onderste zone van het voorste segment (8) en een onderste zone van het eerste gedeelte (4) gaat via de eerste bocht (22) over in een bovenste zone van het voorste segment (8). Het eerste gedeelte (4) is verbonden met een respectievelijke zijrand (5) van het paneel (2). De eerste bocht (22), de tweede bocht (23), het voorste segment (8) en het achterste segment (9) vormen samen een tweede gedeelte (6). Dit tweede gedeelte (6) strekt zich naar achter uit. Het eindvlak (7) van dit tweede gedeelte (6) is voorzien om op een afetand van het paneel (2) een contactvlak te vormen tussen de steun (3) en de ondergrond (12). Elke steun (3) strekt zich uit naast het vlak, dat zich, ter hoogte van de zijrand (5) waarmee de genoemde steun (3) verbonden is, dwars uitstrekt op het vlak waarin het paneel (2) zich hoofdzakelijk uitstrekt. Verder strekt het vlak waarin een genoemde steun (3) zich hoofdzakelijk uitstrekt, zich nagenoeg dwars uit op het vlak waarin het paneel (2) zich hoofdzakelijk uitstrekt.
De eerste gedeeltes (4) strekken zich lateraal naast het paneel (2) uit. De diameter van de steunen (3) komt nagenoeg overeen met de diameter van de zijranden (5) zodat, gezien volgens de richting die zich dwars uitstrekt op het vlak waarin het paneel (2) zich hoofdzakelijk uitstrekt, het eerste gedeelte (4) zich nagenoeg volledig uitstrekt binnen de dimensies van het paneel (2). In die genoemde richting vormt het eerste gedeelte (4) dan geen uitstekend deel van het dranghek (1). In een richting evenwijdig met de zijrand (5) genomen, is de verhouding van de afmeting van het eerste gedeelte (4) tot de overeenkomstige afmeting van de zijrand (5) hoger dan 0,3 en is deze nagenoeg 0,4. Het eerste gedeelte (4) is zo verbonden met de zijrand (5) dat een onderste zone van het eerste gedeelte (4) zich op een hoogte bevindt ten opzichte van de zijrand (5), in de richting evenwijdig met de zijrand (5) genomen, die gelegen is tussen 0,4 a 0,6 keer de totale afmeting van de zijrand (5) in de genoemde richting. Op deze manier wordt vooral een bovenste zone van het paneel (2) ondersteund door de steunen (3) waardoor een geplaatst dranghek (1) zeer stevig is en het moeilijk is om een geplaatst dranghek (1) om te duwen.
De hoogtes van de tweede gedeeltes (6) nemen continu afiiemen in de richting van het eindvlak (7). Gezien in een vlak waarin het voorste segment (8) van het tweede gedeelte (6) zich hoofdzakelijk uitstrekt en dat dwars staat op het vlak waarin het paneel (2) zich hoofdzakelijk uitstrekt -dus gezien in het vlak waarin de steun (3) zich hoofdzakelijk uitstrekt- strekt het voorste segment (8) zich hoofdzakelijk uit volgens een hoek met het vlak waarin het paneel (2) zich hoofdzakelijk uitstrekt. Deze genoemde hoek is nagenoeg 80°. Daar het vlak, waarin het paneel (2) zich hoofdzakelijk uitstrekt, een hoek van nagenoeg 70° maakt met de ondergrond (12), waarop het voorzien is om het dranghek (1) te plaatsen, is de hellingsgraad van het voorste segment (8), ten opzichte van die ondergrond (12) nagenoeg 30°.
Gezien in een vlak waarin het achterste segment (9) van het tweede gedeelte (6) zich hoofdzakelijk uitstrekt en dat dwars staat op het vlak waarin het paneel (2) zich hoofdzakelijk uitstrekt -dus gezien in het vlak waarin de steun (3) zich hoofdzakelijk uitstrekt- strekt het achterste segment (9) zich hoofdzakelijk uit volgens een hoek met het vlak waarin het paneel (2) zich hoofdzakelijk uitstrekt, waarbij de genoemde hoek nagenoeg 20° is. Daar het vlak, waarin het paneel (2) zich hoofdzakelijk uitstrekt, een hoek van nagenoeg 70° maakt met de ondergrond (12), waarop het voorzien is om het dranghek (1) te plaatsen, is de hellingsgraad van het achterste segment (9), ten opzichte van die ondergrond (12), nagenoeg 90°. Het achterste segment (9) omvat het eindvlak (7) waardoor het eindvlak (7) dan evenwijdig is met de ondergrond (12) waarop het voorzien is om het dranghek (1) te plaatsen, indien het een vlakke effen ondergrond (12) betreft.
Hoe langer het voorste segment (8), hoe groter de afstand tussen het eindvlak (7) en het paneel (2) en hoe steviger het geplaatste dranghek (1) is. Echter deze afetand mag niet te groot zijn, daar het dranghek (1) nog voldoend compact moet zijn.
De onderste rand (10) van het paneel (2) is bekleed met meerdere hoekprofielen (11), die voorzien zijn om, bij plaatsing van het dranghek (1) op een ondergrond (12), contact te maken met de ondergrond (12). Op deze manier beschermen de hoekprofielen (11) de onderste rand (10) tegen beschadiging. Bovendien zal de hoek van elk hoekprofiel (11) zich boren in de ondergrond (12), wanneer de ondergrond (12) bijvoorbeeld een niet verharde ondergrond (12) is, een kiezelstenen of grindstenen ondergrond enz. is, waardoor het geplaatste dranghek (1) stevig is.
Het dranghek (1) omvat vier koppelelementen (13a, 13b). Twee genoemde koppelelementen (13a) zijn verbonden met de ene steun (3) en strekken zich lateraal uit naast die ene steun (3), terwijl de andere twee genoemde koppelelementen (13b) verbonden zijn met de andere steun (3) en zich lateraal uitstrekken naast die andere steun (3). De koppelelementen (13a) die verbonden zijn met de ene steun (3), zijn lusvormige metalen koppelelementen (13a) en de koppelelementen (13b) die verbonden zijn met de andere steun (3) zijn haakvormige metalen koppelelementen (13b) die kunnen aangrijpen in de genoemde lusvormige koppelelementen (13a). Zo wordt het mogelijk om verschillende dranghekken (1) naast elkaar te plaatsen en met elkaar te verbinden tot één lang geheel door de overeenkomstige koppelelementen (13a, 13b) van de aanpalende dranghekken (1) met elkaar te verbinden.
Verder omvat het dranghek (1) ook nog meerdere gootvormige houderelementen (14), waarin reclameborden plaatsbaar zijn, waarbij deze één of meerdere houderelementen (14) zich bevinden ter hoogte van de voorzijde van het paneel (2).
Het dranghek (1) zoals weergegeven in figuren 1 tot 3 is door zijn specifieke vorm zeer compact stapelbaar. Het is namelijk zo dat een dranghek (1) nagenoeg volledig tegen de achterkant van een ander dergelijk dranghek (1) kan geschoven worden. Dit doordat elk steun (3) zich naast het vlak uitstrekt dat zich, ter hoogte van de zijrand (5) waarmee de genoemde steun (3) verbonden is, dwars uitstrekt op het vlak waarin het paneel (2) zich hoofdzakelijk uitstrekt. De volledige achterzijde van elk paneel (2) is hierdoor vrij van steunen (3). Het is dus mogelijk om een paneel (2) van een eerste dranghek (1) nagenoeg volledig tegen de achterkant van een paneel (2) van een tweede dranghek (1) te schuiven. Bovendien nemen de hoogtes van de tweede gedeeltes (6) continu af in de richting van het eindvlak (7) waardoor ook de steunen (3) nagenoeg volledig tegen elkaar kunnen worden geschoven over hun volledige hoogte. Op deze manier kan men deze dranghekken (1) nagenoeg volledig tegen elkaar schuiven. Bovendien bevinden de tegen elkaar geschoven dranghekken (1) zich volledig recht achter elkaar. De tegen elkaar geschoven dranghekken (1) hebben hier een rechthoekig grondvlak, de tegen elkaar aan gelegen steunen (3) strekken zich nagenoeg uit in hetzelfde vlak, de vlakken waarin de panelen (2) zich hoofdzakelijk uitstrekken strekken zich nagenoeg evenwijdig naast elkaar uit en de tegenover elkaar gelegen zijranden (5) strekken zich hoofdzakelijk uit in een vlak dat dwars staat op de vlakken waarin de panelen (2) zich hoofdzakelijk uitstrekken.
De tegen elkaar geschoven dranghekken (1) zijn dus eenvoudig stapelbaar op een pallet (19) met een rechthoekig vorm.
Om de gestapelde dranghekken (1) nog eenvoudiger te kunnen verplaatsten wordt er ook voorzien in een pallet (19) dat aangepast is aan deze dranghekken (1). Het pallet (19) omvat twee evenwijdig tegenover elkaar liggende langwerpige vlakken (15) waarop de steunen (3) van de dranghekken (1) plaatsbaar zijn. De vier hoeken van het pallet (19) zijn ondersteund door 4 voeten (18). Deze voeten (18) doen ook dienst als koppelelementen (zie verder). Verder omvat dit pallet (19) dwarsliggers (16), die zich evenwijdig uitstrekken aan de genoemde vlakken (15), die voorzien zijn om de panelen (2) van de dranghekken (1) te ondersteunen en die ook, samen met de voeten (18), het pallet (19) ondersteunen. De dwarsliggers (16) zijn holle balken waarin de vork van een vorkheftruck aanbrengbaar is, zodat met behulp van deze dwarsliggers (16) het pallet (19) eenvoudig transporteerbaar met behulp van een vorkheftruck.
Wanneer er meerdere dranghekken (1) op het pallet (19) zijn gestapeld, is het ook mogelijk om bovenop het pallet (19) met dranghekken (1) nog een tweede dergelijk pallet (19) te stapelen. Er wordt hiervoor gebruik gemaakt van vier afstandhouders (17). De voeten (18) omvatten zowel bovenaan als onderaan openingen. De uiteinden van de afstandhouders (17) zijn plaatsbaar in deze openingen, waarbij in elke genoemde bovenste opening van een voet (18) van het pallet (19) een afstandhouder (17) wordt geplaatst en de voeten (18) van een ander genoemd pallet (19) bovenaan op de afstandhouders (17) worden geplaatst, dit door de onderste openingen van de voeten (18) van die andere pallet (19) te plaatsen op de afstandhouders (17). Op deze manier kunnen twee of meerdere palletten (19) op elkaar worden geplaatst op een afstand van elkaar zodat er tussen de palletten (19) nog voldoende ruimte is voor gestapelde dranghekken (1).

Claims (22)

  1. CONCLUSIES
    1. Dranghek (1) voor het afschermen van mensen, omvattende een paneel (2) en twee steunen (3), die voorzien zijn om het paneel (2) schuin te positioneren ten opzichte van een ondergrond (12) waarop het dranghek (1) geplaatst wordt en die elk opgebouwd zijn uit één of meerdere staafvormige elementen, waarbij elke steun (3) een eerste gedeelte (4) omvat, dat verbonden is met een respectievelijke zijrand (5) van het paneel (2), en een tweede gedeelte (6) omvat dat zich hoofdzakelijk naar achter uitstrekt en waarvan een eindvlak (7) voorzien is om op een afstand van het paneel (2) een contactvlak te vormen tussen de steun (3) en de ondergrond (12), met het kenmerk dat de eerste gedeeltes (4) zich lateraal naast het paneel (2) uitstrekken, de hoogtes van de tweede gedeeltes (6) continu afnemen in de richting van het eindvlak (7) en dat elk steun (3) zich hoofdzakelijk uitstrekt naast het vlak, dat zich, ter hoogte van de zijrand (5) waarmee de genoemde steun (3) verbonden is, dwars uitstrekt op het vlak waarin het paneel (2) zich hoofdzakelijk uitstrekt.
  2. 2. Dranghek (1) volgens conclusie 1, met het kenmerk dat elk tweede gedeelte (6) een voorste segment (8) en een achterste segment (9) omvat, waarbij het achterste segment (9) het genoemde eindvlak (7) omvat, en waarbij de hellingsgraad van het voorste segment (8) kleiner is dan de hellingsgraad van het achterste segment (9).
  3. 3. Dranghek (1) volgens conclusie 2, met het kenmerk dat een bovenste zone van het achterste segment (9) verbonden is met een onderste zone van het voorste segment (8).
  4. 4. Dranghek (1) volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk dat een onderste zone van het eerste gedeelte (4) verbonden is met een bovenste zone van het voorste segment (8).
  5. 5. Dranghek (1) volgens één van de conclusies 2 tot 4, met het kenmerk dat, gezien in een vlak waarin het voorste segment (8) van het tweede gedeelte (6) zich hoofdzakelijk uitstrekt en dat dwars staat op het vlak waarin het paneel (2) zich hoofdzakelijk uitstrekt, het voorste segment (8) zich hoofdzakelijk uitstrekt volgens een hoek met het vlak waarin het paneel (2) zich hoofdzakelijk uitstrekt, waarbij de genoemde hoek gelegen is tussen 60° en 90°, bij voorkeur tussen 75° en 85°.
  6. 6. Dranghek (1) volgens één van de conclusies 2 tot 5, met het kenmerk dat, gezien in een vlak waarin het achterste segment (9) van het tweede gedeelte (6) zich hoofdzakelijk uitstrekt en dat dwars staat op het vlak waarin het paneel (2) zich hoofdzakelijk uitstrekt, het achterste segment (9) zich hoofdzakelijk uitstrekt volgens een hoek met het vlak waarin het paneel (2) zich hoofdzakelijk uitstrekt, waarbij de genoemde hoek gelegen is tussen 5° en 45°, bij voorkeur tussen 10° en 30°.
  7. 7. Dranghek (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat in een richting evenwijdig met de zijrand (5) genomen, de verhouding van de afmeting van het eerste gedeelte (4) tot de overeenkomstige afmeting van de zijrand (5) waarmee het eerste gedeelte (4) verbonden is, minstens 0,2 is, bij voorkeur minstens 0,3 is.
  8. 8. Dranghek (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de onderzijde van de onderste rand (10) van het paneel (2) bekleed is met één of meerdere profielen (11), waarbij deze één of meerdere profielen (11) voorzien zijn om, bij plaatsing van het dranghek (1) op een ondergrond (12), contact te maken met de ondergrond (12).
  9. 9. Dranghek (1) volgens conclusie 8, met het kenmerk dat de één of meerdere profielen (11) hoekprofielen zijn.
  10. 10. Dranghek (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat elke steun (3) zich nagenoeg naar achter uitstrekt in één vlak en dit vlak een hoek van nagenoeg 90° maakt met het vlak waarin het paneel (2) zich hoofdzakelijk uitstrekt.
  11. 11. Dranghek (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het eerste gedeelte (4) van een genoemde steun (3), gezien volgens de richting die zich dwars uitstrekt op het vlak waarin het paneel (2) zich hoofdzakelijk uitstrekt, zich nagenoeg volledig uitstrekt binnen de dimensies van het paneel (2).
  12. 12. Dranghek (1) volgens conclusie 11, met het kenmerk dat de dwarsdoorsnede van een genoemde steun (3) nagenoeg over zijn ganse lengte gelijk is.
  13. 13. Dranghek (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het dranghek (1) één of meerdere koppelelementen (13a, 13b) omvat om het dranghek (1) te koppelen aan een ander dranghek (1), waarbij elk genoemd koppelelement (13a, 13b) verbonden is met een genoemde steun (3).
  14. 14. Dranghek (1) volgens conclusie 13, met het kenmerk dat het genoemde koppelelement (13a, 13b) verbonden is met het eerste gedeelte (4) van de genoemde steun (3) en zich hoofdzakelijk lateraal uitstrekt naast de genoemde steun (3).
  15. 15. Dranghek (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat het dranghek (1) één of meerdere houderelementen (14) omvat, waarin reclameborden plaatsbaar zijn, waarbij deze één of meerdere houderelementen (14) zich bevinden ter hoogte van de voorzijde van het paneel (2).
  16. 16. Dranghek (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat elke steun (3) vervaardigd is uit één geheel.
  17. 17. Dranghek (1) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de steunen (3) voorzien zijn om het dranghek (1) zo op een ondergrond te positioneren dat het vlak, waarin het paneel (2) zich hoofdzakelijk uitstrekt, een hoek maakt met de ondergrond gelegen tussen 60° à 80°, bij voorkeur gelegen tussen 65° en 75°.
  18. 18. Stapeling van meerdere dranghekken (1) met het kenmerk dat de dranghekken (1), dranghekken (1) zijn volgens één van de conclusies 1 tot 17 en dat de dranghekken (1) zo tegen elkaar geschoven zijn dat de voorzijde van het paneel (2) van een eerste genoemd dranghek (1) gelegen is tegenover de achterzijde van het paneel (2) van een voorliggend tweede dranghek (1) en dat elke genoemde steun (3) van het eerste dranghek (1) gelegen is tegenover een genoemde steun (3) van het tweede dranghek (1), waarbij de vlakken waarin de panelen (2) zich hoofdzakelijk uitstrekken zich nagenoeg evenwijdig naast elkaar uitstrekken en de tegenover elkaar gelegen zijranden (5) zich hoofdzakelijk uitstrekken in een vlak dat dwars staat op de vlakken waarin de panelen (2) zich hoofdzakelijk uitstrekken.
  19. 19. Pallet (19) voor het stapelen van dranghekken (1) volgens één van de conclusies 1 tot 17, waarbij het pallet (19) draagelementen omvat met het kenmerk dat de draagelementen twee tegenover elkaar liggende langwerpige vlakken (15) omvatten waarop de steunen (3) van de dranghekken (1) plaatsbaar zijn en dwarsliggers (16) omvatten, die zich evenwijdig uitstrekken aan de genoemde langwerpige vlakken (15) en die voorzien zijn om de panelen (2) van de dranghekken (1) te ondersteunen.
  20. 20. Stapeling van minstens twee palletten (19), met het kenmerk dat de palletten (19), palletten (19) zijn volgens conclusie 19 en de stapeling staafVormige afstandhouders (17) omvat, om de minstens twee palletten (19) op een afstand van elkaar op elkaar te stapelen, waarbij een eerste genoemd pallet (19) koppelelementen (18) omvat die elk verbindbaar zijn met een eerste uiteinde van een genoemde afstandhouder (17) en een tweede genoemd pallet (19) koppelelementen (18) omvat die elk verbindbaar zijn met een tweede uiteinde van een genoemde afstandhouder (17).
  21. 21. Samenstel van een pallet (19) en dranghekken (1), met het kenmerk dat het pallet (19) een pallet (19) is volgens conclusie 19 en de dranghekken (1), dranghekken (1) zijn volgens één van de conclusies 1 tot 17.
  22. 22. Werkwijze voor het stapelen van dranghekken (1) op een pallet (19), met het kenmerk dat de dranghekken (1), dranghekken (1) zijn volgens één van de conclusies 1 tot 17 en het pallet (19) een pallet (19) is volgens conclusie 19 waarbij de steunen (3) van elk dranghekken (1) worden aangebracht op de langwerpige vlakken (15) van het pallet (19) en de dranghekken (1) zo tegen elkaar geschoven worden dat de voorzijde van het paneel (2) van een eerste genoemd dranghek (1) gelegen is tegenover de achterzijde van het paneel (2) van een voorliggend genoemd tweede dranghek (1) en dat elke steun (3) van het eerste dranghek (1) gelegen is tegenover een genoemde steun (3) van het tweede dranghek (1), waarbij de vlakken waarin de panelen (2) zich hoofdzakelijk uitstrekken zich evenwijdig naast elkaar uitstrekken en de tegenover elkaar gelegen zijranden (5) zich hoofdzakelijk uitstrekken in een vlak dat dwars staat op de vlakken waarin de panelen (2) zich hoofdzakelijk uitstrekken.
BE2014/0689A 2014-09-15 2014-09-15 Dranghek BE1021043B1 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2014/0689A BE1021043B1 (nl) 2014-09-15 2014-09-15 Dranghek

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2014/0689A BE1021043B1 (nl) 2014-09-15 2014-09-15 Dranghek

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1021043B1 true BE1021043B1 (nl) 2016-03-16

Family

ID=52573551

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2014/0689A BE1021043B1 (nl) 2014-09-15 2014-09-15 Dranghek

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE1021043B1 (nl)

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0861943A2 (en) * 1997-02-26 1998-09-02 Tenax S.p.A. Barrier for delimiting spaces, indicating paths, pointing out dangers and the like
SE525810C2 (sv) * 2004-05-27 2005-05-03 Joergen Appelkvist Lastpallssystem för barriärelement
GB2478193A (en) * 2010-02-24 2011-08-31 Betafence Ltd Barrier panel for crowd control
BE1020379A3 (nl) * 2012-02-16 2013-08-06 Robert Paeleman Bvba Dranghek.

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0861943A2 (en) * 1997-02-26 1998-09-02 Tenax S.p.A. Barrier for delimiting spaces, indicating paths, pointing out dangers and the like
SE525810C2 (sv) * 2004-05-27 2005-05-03 Joergen Appelkvist Lastpallssystem för barriärelement
GB2478193A (en) * 2010-02-24 2011-08-31 Betafence Ltd Barrier panel for crowd control
BE1020379A3 (nl) * 2012-02-16 2013-08-06 Robert Paeleman Bvba Dranghek.

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US9670632B2 (en) Shovel assembly and method of assembly thereof
US20210238817A1 (en) Panic barrier for modular fences
JP2008095493A (ja) 細長いエッジング・アセンブリ
BE1021043B1 (nl) Dranghek
US8662548B1 (en) Multifunction lawn and garden device
FR2925007A1 (fr) Chariot de transport
FR3018423A1 (fr) Dispositif de protection contre les gasteropodes terrestres
NL1005325C2 (nl) Profiel-element.
WO2020136687A1 (en) Barrier element with retractable anti-rollover device
USD622873S1 (en) Multi-bollard barrier
FR2647823A1 (fr) Moyens de liaison pour la jonction de deux pieces de voirie
US20170002529A1 (en) Roadside barrier
AU2012307080A1 (en) Vehicle separation barrier
BE1004359A5 (fr) Ensemble d'elements pour la construction de rayonnages demontables.
US20110227015A1 (en) Snow plow barrier systems
US20120051837A1 (en) Barricade For Crowd Control
FR3044271A1 (fr) Dispositif d'assistance au franchissement d'un obstacle par un vehicule
GB2507251B (en) Barrier assembly
NO20220815A1 (en) A mobile or movable barrier
FR2479301A1 (fr) Bordure de protection munie d'au moins un longeron de glissiere
WO2024019622A1 (en) A mobile or movable barrier
RU2792499C2 (ru) Организующий барьер для модульных ограждений
BE1020379A3 (nl) Dranghek.
AU2012216650A1 (en) Wheelbarrow
FR2669655A1 (fr) Moyens de liaison pour pieces de voirie, et piece de voirie correspondante.