BE1018804A3

BE1018804A3 - Maaswijdtemeter voor visnetten.

Info

Publication number: BE1018804A3
Application number: BE2009/0392A
Authority: BE
Original assignee: Marelec Nv
Priority date: 2009-07-01
Filing date: 2009-07-01
Publication date: 2011-09-06

Abstract

Deze uitvinding betreft een maaswijdtemeter (7) voor het op een herhaalbare manier meten van de maaswijdte (8) van een visnet (9), die de volgende onderdelen omvat: * een vaste bek (1) * een losse bek (2) die verschuifbaar is uitgevoerd ten opzichte van de vaste bek (1) * aandrijfmiddelen (5) voor aandrijven van de verschuiving van de losse bek (2) ten opzichte van de vaste bek (1), * een krachtmeter (6) voor bepalen van de kracht die op de vaste bek (1) en/of op de losse bek (2) wordt uitgeoefend; * middelen voor het elektronisch opmeten van verschuiving van de losse bek (2) ten opzichte van de vaste bek (1).

Description

MAASWIJDTEMETER VOOR VISNETTEN

Deze uitvinding betreft een maaswijdtemeter voor het meten van de grootte van de mazen van een visnet.

De maaswijdte bepaalt de selectiviteit van het visnet. Bij te kleine maaswijdte wordt immers te veel kleine vis gevangen, wat schadelijk kan zijn voor het visbestand op korte en langere termijn. De wetgever heeft deze maaswijdte historisch steeds in bepaalde gevallen beperkt. Een nauwkeurige bepaling van de maaswijdte is in dit kader dan ook van het grootste belang.

De tot nu gebruikte klassieke maaswijdtemeter bestaat uit een trapeziumvormige metalen plaat die met de hand in de maas wordt gedrukt. De maximale diepte waarop de plaat kan worden ingedrukt is een maat voor de maaswijdte. Op de zijkant van de plaat staat een meetschaal en wordt volgens overeenkomst de maat afgelezen. Het resultaat hierbij is echter afhankelijk van de drukkracht die de gebruiker uitoefent. Deze drukkracht is niet objectief en geeft aanleiding tot verschillende resultaten bij verschillende gebruikers. Dit gaf in het verleden (en nog steeds) aanleiding tot juridische geschillen en de mogelijkheid tot willekeur in de metingen en meetcontroles aan boord van vissersvaartuigen en aan land.

In een recent Europees project werd onderzoek verricht naar de mogelijkheid van het elektronisch opmeten van de maaswijdte. Met een dergelijke elektronische maaswijdtemeter zou het mogelijk worden om de maaswijdte op een objectieve manier te bepalen. Het genoemde project leidde tot een standaard meting voor nog te ontwikkelen elektronische maaswijdtemeters, die per 1 september 2009 van kracht wordt binnen de Europese Gemeenschap. De maas wordt bij deze vastgelegde standaard meting met een constante drukkracht open gedrukt en de met deze drukkracht corresponderende maasopening wordt elektronisch gemeten. De richting waarin de maas open gedrukt wordt is afgebeeld in figuur 1. De pijl in deze figuur geeft de richting aan waarin de maas volgens deze standaard meting open gedrukt dient te worden onder een bepaalde drukkracht om de maaswijdte te bepalen.

De bedrijven Marelec NV uit België en Observator bv uit Nederland hebben meegewerkt aan dit project. Door de samenwerking van beide bedrijven is nu een nieuwe elektronische maaswijdtemeter uitgewerkt

Het doel van deze uitvinding was dan ook het voorzien in een maaswijdtemeter waarmee de nieuwe standaard meting uitgevoerd kan worden.

Dit doel wordt bereikt door te voorzien in een maaswijdtemeter voor het meten van de maaswijdte van een visnet, waarbij deze de volgende onderdelen omvat: - een vaste bek; - een losse bek die verschuifbaar is uitgevoerd ten opzichte van de vaste bek, - aandrijfmiddelen voor aandrijven van de verschuiving van de losse bek ten opzichte van de vaste bek, - een krachtmeter voor bepalen van de kracht die op de vaste bek en/of op de losse bek wordt uitgeoefend; - middelen voor het elektronisch opmeten van de verschuiving van de losse bek ten opzichte van de vaste bek.

Bij voorkeur is bij een dergelijke maaswijdtemeter volgens de uitvinding de losse bek minstens gedeeltelijk in de vaste bek verschuifbaar uitgevoerd.

De krachtmeter is hierbij bij voorkeur een trekkrachtopnemer.

De aandrijfmiddelen omvatten bij voorkeur een motor, waarbij dan de krachtmeter de kracht bepaalt op basis van de motorstroom.

Bij voorkeur omvatten de middelen voor het elektronisch opmeten van de verschuiving een elektronische rekeneenheid.

Wanner de aandrijfmiddelen een motor omvatten, omvatten de middelen voor het elektronisch opmeten van de verschuiving bij voorkeur een toerentalmeter voor het bepalen van het toerental van de motor.

Bij een specifieke uitvoeringsvorm van een dergelijke maas wij dtemeter volgens deze uitvinding, omvat deze maaswijdtemeter een spindel, die met de aandrijfmiddelen aangedreven wordt, waarbij de losse bek verdraaibaar ten opzichte van de spindel is aangebracht, op een zodanige manier dat bij verdraaien van de spindel de losse bek ten opzichte van de vaste bek verschoven wordt.

Nog meer specifiek is de spindel minstens gedeeltelijk voorzien van een uitwendige schroefdraad, en omvat de maaswij dtemeter een holle as, die voorzien is van een inwendige schroefdraad die corresponderend met de uitwendige schroefdraad van de spindel is uitgevoerd, waarbij de holle as verdraaibaar op deze spindel is aangebracht en waarbij de losse bek is aangebracht op het uiteinde van deze holle as.

De middelen voor het elektronisch opmeten van de verschuiving omvatten bij een dergelijke maaswij dtemeter met spindel bij voorkeur een elektronische rekeneenheid waarmee de verschuiving van de losse bek ten opzichte van de vaste bek berekend wordt als product van de spoed en het aantal omwentelingen van de spindel.

Deze uitvinding wordt nu nader toegelicht aan de hand van de hierna volgende gedetailleerde beschrijving van een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een maaswij dtemeter volgens deze uitvinding. De bedoeling van deze beschrijving is uitsluitend verduidelijkende voorbeelden te geven en om verdere voordelen en bijzonderheden van deze maaswij dtemeter aan te duiden, en kan dus geenszins geïnterpreteerd worden als een beperking van het toepassingsgebied van de uitvinding of van de in de conclusies opgeëiste octrooirechten.

In deze gedetailleerde beschrijving wordt door middel van referentiecijfers verwezen naar de hierbij gevoegde tekeningen, waarbij in - figuur 1 een detail van een visnet is afgebeeld waarbij drie mazen zichtbaar zijn; - figuur 2 de voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een maas wij dtemeter volgens deze uitvinding in doorsnede is afgebeeld.

Figuur 2 toont de opbouw van de maas wij dtemeter (7). Deze maaswij dtemeter (7) omvat een vaste bek (1) en een losse bek (2). Hierbij is de losse bek (2) verschuifbaar in de vaste bek (1). De losse bek (2) wordt bij deze afgebeelde maaswijdtemeter (7) elektrisch aangedreven met behulp van een motor (5). De draaiende beweging van de motor drijft een spindel (4) aan. Op deze spindel (5) is een holle as (5) verdraaibaar aangebracht. De spindel (4) is hiertoe minstens gedeeltelijk voorzien van een uitwendige schroefdraad, en de holle as (5) is voorzien van een met deze uitwendige schroefdraad corresponderende inwendige schroefdraad. De losse bek (2) is op een uiteinde van de holle as (5) aangebracht, zodanig dat bij aandrijven van de spindel (4) met de motor (5) de beweging van de losse bek (2) ten opzichte van de vaste bek (1) aangedreven wordt.

Deze maaswijdtemeter (7) is verder voorzien van een trekkrachtopnemer (6) om de kracht in de vaste bek (1) op te meten. Deze trekkrachtopnemer (6) kan uitgevoerd zijn met rekstroken, piezo-elektrisch, capacitief, enz. Bij het aandrijven van de motor (5) wordt tegelijk de kracht opgemeten met deze trekkrachtopnemer (6). Bij bereiken van de kracht waarbij de maaswij dte (8) volgens de nieuwe standaard meting bepaald kan worden, stopt deze motor (5).

De verschuiving van de losse bek (2) ten opzichte van de vaste bek (1) wordt berekend uit metingen van het aantal omwentelingen van de motor (5), vermenigvuldigd met de spoed van de schroefdraad van de spindel (4). De omwentelingen van de motor (5) kunnen bijvoorbeeld via elektromagnetische sensoren, via lichtsensoren of via hallsensoren worden gemeten.

Om nu de maaswijdte met deze maaswijdtemeter (7) te bepalen, worden de vaste bek (1) en de losse bek (2) naar hun nulpositie gestuurd. Deze nulpositie is de positie waarbij de vaste bek (1) en de losse bek (2) tegen elkaar geklemd zijn. Deze maaswijdte stemt overeen met een verschuiving van 0 mm.

De bekken (1,2) worden samen in de maas aangebracht, in een richting zoals met de pijl aangegeven op figuur 1. De motor (5) wordt in werking gezet, zodat de losse bek (2) weg van de vaste bek (1) bewogen wordt. Tegelijk wordt de kracht op de vaste bek (1) gemeten. Ook wordt het toerental van de motor (5) bijgehouden. Wanneer deze gemeten kracht een bepaalde vooringestelde kracht bereikt, stopt de motor (5). Een elektronische rekeneenheid berekent de verschuiving van de losse bek (2) ten opzichte van de vaste bek (1) als product van de spoed en het aantal omwentelingen van de spindel (4).

Claims

1. Maas wij dtemeter (7) voor het meten van de maaswijdte (8) van een visnet (9), met het kenmerk dat deze de volgende onderdelen omvat: - een vaste bek (1); een losse bek (2), die verschuifbaar is uitgevoerd ten opzichte van de vaste bek (1), aandrijfmiddelen (5) voor aandrijven van de verschuiving van de losse bek (2) ten opzichte van de vaste bek (1), een krachtmeter (6) voor bepalen van de kracht die op de vaste bek (1 ) en/of op de losse bek (2) wordt uitgeoefend; - middelen voor het elektronisch opmeten van de verschuiving van de losse bek (2) ten opzichte van de vaste bek (1).

2. Maaswij dtemeter (7) volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de losse bek (2) minstens gedeeltelijk in de vaste bek (1) verschuifbaar is uitgevoerd.

3. Maaswij dtemeter (7) volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat de krachtmeter (6) een trekkrachtopnemer is.

4. Maaswij dtemeter (7) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de aandrijfmiddelen (5) een motor omvatten en dat de krachtmeter (6) de kracht bepaalt op basis van de motorstroom.

5. Maaswij dtemeter (7) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de middelen voor het elektronisch opmeten van de verschuiving een elektronische rekeneenheid omvatten.

6. Maaswijdtemeter (7) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de aandrijfiniddelen (5) een motor omvatten en dat de middelen voor het elektronisch opmeten van de verschuiving een toerentalmeter voor het bepalen van het toerental van de motor omvat.

7. Maaswijdtemeter (7) volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat deze een spindel (4) omvat, die met behulp van de aandrijfmiddelen (5) aangedreven wordt, waarbij de losse bek (2) verdraaibaar ten opzichte van de spindel (4) is aangebracht, op een zodanige manier dat bij verdraaien van de spindel (4) de losse bek (2) ten opzichte van de vaste bek (1) verschoven wordt.

8. Maaswijdtemeter (7) volgens conclusie 7, met het kenmerkt dat de spindel (4) minstens gedeeltelijk voorzien is van een uitwendige schroefdraad, dat de maaswijdtemeter (7) een holle as (3) omvat, die voorzien is van een inwendige schroefdraad die corresponderend met de uitwendige schroefdraad van de spindel (4) is uitgevoerd, waarbij de holle as (3) verdraaibaar op deze spindel (4) is aangebracht en dat de losse bek (2) is aangebracht op het uiteinde van deze holle as (3).

9. Maaswijdtemeter (7) volgens conclusie 5 en 6 en 7 of 8, met het kenmerk dat de middelen voor het elektronisch opmeten van de verschuiving een elektronische rekeneenheid omvatten waarmee de verschuiving van de losse bek (2) ten opzichte van de vaste bek (1) berekend wordt als product van de spoed en het aantal omwentelingen van de spindel (4).