NL1024895C2

NL1024895C2 - Meetinrichting voor een trainingsapparaat, alsmede trainingsapparaat met een dergelijke meetinrichting.

Info

Publication number: NL1024895C2
Application number: NL1024895A
Authority: NL
Inventors: Johannis Van Groningen
Original assignee: Enraf Nonius B V
Priority date: 2003-11-27
Filing date: 2003-11-27
Publication date: 2005-05-30

Description

Meetinrichtipg voor een trainingsapparaat, alsmede trainings-apparaat met een dergelijke meetinrichting «

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het meten van herhaalde trainingsbewegingen bij een trainingsapparaat, voorzien van een sensor voor het detecteren van een beweging van een bij gebruik voor training bewegend onderdeel 5 van het trainingsapparaat, welke sensor bij detectie van een beweging een detectiesignaal afgeeft, een verwerkingseenheid voor het verwerken van detectiesignalen tot een trainingsre-sultaat en een display voor het weergeven van een trainingsre-sultaat.

10 Een dergelijke inrichting is bekend uit US-B-6 342 028. Deze bekende inrichting is uitgevoerd als inrichting voor het tellen van herhaalde trainingsbewegingen, waarbij op het frame van het trainingsapparaat een magnetische sensor is aan- t gebracht, terwijl op de gewichtenstapel van het trainingsappa-15 raat een permanente magneet is gemonteerd. Deze bekende inrichting heeft het bezwaar, dat het aantal bewegingen alleen correct wordt geregistreerd, indien de gebruiker van het trainingsapparaat erop let, dat bij elke trainingsbeweging de permanente magneet de magnetische sensor passeert, bij voorbeeld 20 door een hiervoor geschikte positie ten opzichte van het trainingsapparaat in te nemen. De bekende inrichting heeft als het ware een vast referentiepunt ten opzichte waarvan de beweging wordt gemeten. De bekende inrichting heeft voorts het nadeel dat twee verschillende onderdelen op het trainingsapparaat 25 moeten worden gemonteerd.

De uitvinding beoogt een inrichting van de bovengenoemde soort te verschaffen, waarbij uit de trainingsbewegingen eén trainingsresultaat kan worden bepaald zonder toepassing van een vast referentiepunt.

30 Volgens de uitvinding heeft de inrichting hiertoe het kenmerk dat de sensor is uitgevoerd als optische sensor, die is uitgerust met een lichtbron en een lens, waarbij de lichtbundel op een oppervlak van het bewegende onderdeel is gericht en de sensor het belichte oppervlak waarneemt, waarbij het de- 1024895 ♦ 2 tectiesignaal overeenkomt met de verplaatsing van het oppervlak ten opzichte van de sensor.

Op deze wijze wordt een inrichting verkregen, die eenvoudig op een trainingsapparaat kan worden gemonteerd, doordat 5 de sensor uit een geheel bestaat en geen tweede onderdeel op het trainingsapparaat behoeft te worden gemonteerd. Uit het detectiesignaal kunnen verschillende parameters worden afgeleid, waardoor met een sensor verschillende relevante trai-ningsresultaten kunnen worden bepaald. De optische sensor 10 heeft voorst het voordeel dat op ieder willekeurig oppervlak van een bewegend onderdeel van het trainingsapparaat beweging kan worden waargenomen.

Volgens de uitvinding kan de verwerkingseenheid zijn ingericht voor het detecteren van de omkering van de bewe-15 gingsrichting van het onderdeel, waarbij de verwerkingseenheid bij een bewegingsomkering een bewegingsherhaling telt. Op deze wijze wordt als het ware een variabel referentiepunt verkregen en is het tellen van de trainingsbewegingen niet afhankelijk van een vast referentiepunt, zoals bij de bekende inrichting.

20 De gebruiker kan tijdens de training zijn aandacht geheel op de oefening richten en op elke door hem gewenste plaats ten opzichte van het trainingsapparaat kan staan.

Volgens een gunstige variant van de uitvinding is de verwerkingseenheid ingericht voor het meten van de lengte van 25 de trainingsbeweging, waarbij de verwerkingseenheid uit de lengte van de trainingsbeweging de snelheid en eventueel de versnelling van de beweging afleidt. Hierdoor kan de verwerkingseenheid als trainingsresultaat bijvoorbeeld het bij de training geleverde vermogen bepalen en weergeven.

30 De uitvinding wordt hierna nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin een uitvoeringsvoorbeeld van de inrichting volgens de uitvinding schematisch is weergegeven.

Fig. 1 geeft schematisch een trainingsapparaat weer, waarbij een uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uit-35 vinding is weergegeven.

Fig. 2 toont een deel II van de inrichting uit Fig. 1 op grotere schaal.

Fig. 3 is een schematisch weergegeven vooraanzicht van het deel II uit Fig. 2.

1024895 3

In Fig. 1 is bij wijze van voorbeeld een zogenaamde pulley als trainingsapparaat weergegeven voor het trainen van arm- en schouderspieren. Hierbij moet de gebruiker een aantal malen en gewichtenstapel 1 op-en-neer bewegen door het bedie-5 nen van handvatten 2. De handvatten 2 zijn met de gewichtenstapel 1 verbonden door een in Fig. 1 niet-weergegeven koord. In Fig. 2 is het koord 3 gedeeltelijk weergegeven, welk koord 3 over een wiel 4 is geleid. Dit wiel 4 is gemonteerd op een in Fig. 1 schematisch aangeduid framedeel 5 van het 10 trainingsapparaat.

Het wiel 4 is op het framedeel 5 bevestigd door een draagbeugel 6, die tevens een sensorhuis 7 draagt. De bevestiging van de draagbeugel 6 op het framedeel 5 kan bijvoorbeeld door middel van een permanente magneet plaatsvinden. Uiteraard 15 zijn ook andere bevestigingsmiddelen mogelijk.

In het sensorhuis 7 is een zogenaamde optische sensor 8 aangebracht, bijvoorbeeld een optische muissensor van het type Agilent ADNS-2030 van Agilent Technologies. Deze sensor 8 omvat een lichtbron 9 en een optische sensor 10, die door het 20 oppervlak van het wiel 4 gereflecteerd licht van de lichtbron 9 ontvangt via een lens 11. De werking'van een dergelijke optische sensor 8 is op zichzelf bekend en behoeft hier niet in detail te worden beschreven.

De sensor 8 omvat een beeldverwerkingsysteem en een 25 digitale signaalprocessor, welke uit de met het beeldverwerkingsysteem verkregen beelden van het oppervlak van het wiel 4 verplaatsingsignalen afleidt, waaruit een niet nader weergegeven, als microprocessor uitgevoerde verwerkingseenheid de omkering van de bewegingsrichting van het wiel 4 kan afleiden.

30 Bij elke omkering van de bewegingsrichting telt de verwerkingseenheid een trainingsbeweging en het telresultaat wordt op een display 12 aan de gebruiker getoond.

Het display 12 kan zijn uitgerust met bedieningsorga-nen, waarmee de gebruiker desgewenst een aantal uit te voeren 35 trainingsbewegingen kan invoeren, waarbij de verwerkingseenheid vanaf deze beginstand aftelt. Voorts kan de verwerkingseenheid zijn ingericht voor het afgeven van een alarmsignaal, wanneer het gewenste aantal trainingsbewegingen is bereikt.

1024895 4

De beschreven inrichting heeft het voordeel, dat trai-ningsbewegingèn kunnen worden geteld onafhankelijk van een vast referentiepunt. Dit betekent dat de gebruiker een gewenste stand ten opzichte van het trainingsapparaat kan innemen 5 voor het uitvoeren van de training. Het gewichtenpakket 1 behoeft niet telkens in de ruststand terug te komen voor het tellen van een trainingsbeweging. Bovendien kan de inrichting eenvoudig op een trainingsapparaat worden gemonteerd, doordat op ieder willekeurig oppervlak van een bij het trainen bewe-10 gend onderdeel van het trainingsapparaat beweging kan worden waargenomen, zodat geen montage van een speciaal door een sensor waar te nemen onderdeel op een gewichtenpakket nodig is. Opgemerkt wordt dat hoewel bij het beschreven uitvoeringsvoor-beeld de optische sensor het oppervlak van het wiel waarneemt 15 de sensor ook het oppervlak van andere bij trainen bewegende onderdelen kan waarnemen voor het detecteren van een trainingsbeweging.

De sensor 8 signaleert elke verplaatsing van het wiel 4, waarbij de verwerkingseenheid zodanig kan zijn ingericht, 20 dat een omkering van de beweging alleen wordt geteld, indien de lengte van de trainingsbeweging een vooraf bepaalde drempelwaarde overschrijdt. Het meten van de lengte van de trainingsbeweging maakt het mogelijk dat de verwerkingseenheid de snelheid van de beweging en eventueel tevens de versnelling 25 bepaalt. Uit de snelheid en het gewicht dat de gebruiker verplaatst kan de verwerkingseenheid eenvoudig het geleverde vermogen berekenen en op het display 12 weergeven. Opgemerkt wordt dat de verwerkingseenheid desgewenst alleen de parameters snelheid en/of versnelling bepaalt voor het bepalen van 30 een trainingsresultaat zonder het aantal bewegingen te tellen.

De uitvinding is niet beperkt tot het in het voorgaande beschreven uitvoeringsvoorbeeld, dat binnen het kader van de conclusies op verschillende manieren kan worden gevarieerd.

1024895

Claims

1. Inrichting voor het meten van herhaalde trai-ningsbewegingen bij een trainingsapparaat, voorzien van een sensor voor het detecteren van een beweging van een bij gebruik voor training bewegend onderdeel van het trainingsappa-5 raat, welke sensor bij detectie van een beweging een detectie-signaal afgeeft, een verwerkingseenheid voor het verwerken van detectiesignalen tot een trainingsresultaat en een display voor het weergeven van een trainingsresultaat, met het kenmerk, dat de sensor is uitgevoerd als optische sensor, die is 10 uitgerust met een lichtbron en een lens, waarbij'de lichtbundel op een oppervlak van het bewegende onderdeel is gericht en de sensor het belichte oppervlak waarneemt, waarbij het detec-tiesignaal overeenkomt met de verplaatsing van het oppervlak ten opzichte van de sensor.

2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de ver werkingseenheid is ingericht voor het detecteren van de omkering van de bewegingsrichting van het onderdeel, waarbij de verwerkingseenheid bij een bewegingsomkering een bewegingsher-haling telt.

3. Inrichting volgens conclusie 2, waarbij de ver werkingseenheid tevens is ingericht voor het meten van de lengte van de trainingsbeweging en de verwerkingseenheid alleen een bewegingsherhaling telt, indien de lengte van de trainingsbeweging groter is dan een drempelwaarde.

4. Inrichting volgens conclusie 3, waarbij de ver werkingseenheid uit de lengte van de trainingsbeweging de snelheid en eventueel de versnelling van de beweging afleidt.

5. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de verwerkingseenheid is ingericht voor het meten van de lengte van 30 de trainingsbeweging, waarbij de verwerkingseenheid uit de lengte van de trainingsbeweging de snelheid en eventueel de versnelling van de beweging afleidt.

6. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het bewegende onderdeel een wiel is, waarover een 35 koord van het trainingsapparaat kan worden geleid. 1024895 ♦

7. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies,, waarbij de inrichting met het bewegende onderdeel op het trai-ningsapparaat bevestigbaar is door middel van een magneet.

8. Trainingsapparaat voorzien van een inrichting 5 voor het meten van herhaalde trainingsbewegingen volgens één der voorgaande conclusies. 102 488 S