BE1018790A3 - Frame voor het monteren van zonnepanelen. - Google Patents

Abstract

De uitvinding heeft betrekking op een voor-geassembleerd vouwbaar frame voor het monteren van een zonnepaneel, bestaande uit drie benen, waarbij de hoek tussen twee benen aanpasbaar is. De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkijze voor het monteren van een zonnepaneel op oppervlak of basisframe door middelvan een dergelijk voor-geassembleerd vouwbaar frame en het gebruik ervan.

Description

FRAME VOOR HET MONTEREN VAN ZONNEPANELEN

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een voor-geassembleerd montageframe (of chassis) voor het installeren van zonnepanelen, in het bijzonder op daken of muren.

Zonnepanelen of fotovoltaische panelen moeten optimaal in de richting van de zon worden gemonteerd. Verder moeten de panelen stevig en stabiel gemonteerd worden. Het monteren van genoemde panelen is een tijdrovend werk, niet in het minst omdat ervoor gezorgd moet worden dat de panelen correct worden gepositioneerd.

Er zijn verscheidene soorten frames voor zonnepanelen bekend in het vakgebied.

DE2020060019837 (EP1783440) beschrijft een driehoekig chassis dat drie met elkaar verbonden benen omvat, waarbij één opstaand been telescopisch is. Dit is eveneens het geval in W02010/014754 en bovendien wordt daar het gebruik van een actuator beschreven om de hoek aan te passen.

DE9003220 beschrijft een constructie waarbij een tussenbeen wordt gemonteerd ergens middenin de twee andere benen.

W002073703 beschrijft een vouwbaar chassis dat drie benen omvat, één been aan de onderzijde en twee benen vouwbaar in een 90° positie.

DE202009007516 beschrijft een vouwbaar chassis dat drie afzonderlijke benen en een specifieke scharnier omvat voor het monteren van genoemde benen in een driehoekig frame. Het scharnier heeft echter een tamelijk gecompliceerde structuur.

FR2890725 beschrijft een voor-geassembleerd vouwbaar chassis voor zonnepanelen, omvattende drie gedeelten met twee permanente scharnieren en één openingsschamier, te monteren in een enkel driehoekig vaste-positie-chassis.

De bovengenoemde bekende systemen voor het monteren van zonnepanelen bezitten alle het nadeel dat hetzij slechts één vaste positie kan worden ingenomen, hetzij gebruik moet worden gemaakt van een telescopisch been, wat een zwak en extra gecompliceerd onderdeel in de constructie is. Deze ene vaste positie resulteert in slechts één vaste hoekpositie van het zonnepaneel. Er zijn geen middelen voor het aanpassen van de positie aan de hoek van het soort van oppervlak of in de richting van de zon.

FR2494408 beschrijft een hoekaanpassing door het ene been te klemmen op het andere met een bout met twee schroefuiteinden. Een variant gebruikt een motor voor de hoekaanpassing. Dit zijn enerzijds onhandige en anderzijds complexere uitvoeringen.

DE29610516 beschrijft een inrichting voor het monteren van zonnepanelen bestaande uit een onderplaat met opstaande wand en een opklapbaar been links en rechts daarvan dat opgehouden wordt door een derde been, waarbij het opklapbaar been in de hoek kan aangepast door de positie van het derde been in verschillende gaten. Het geheel is echter niet compact door de onderplaat.

Het is daarom een doel van de onderhavige uitvinding om te voorzien in een eenvoudig en sterk frame dat toch aanpasbaar is aan verschillende hoekposities voor het optimaal monteren van het zonnepaneel in de richting van de zon en rekening houdend met het montageoppervlak.

Daartoe verschaft de onderhavige uitvinding een voor-geassembleerd vouwbaar frame voor het monteren van een zonnepaneel op een oppervlak of basisframe, omvattende drie benen, waarbij één uiteinde van een tweede en één uiteinde van een derde been vouwbaar op respectievelijk het eerste en tweede uiteinde van een eerste been zijn gemonteerd, waarbij genoemd tweede en derde been ten opzichte van elkaar vastzetbaar zijn, met het kenmerk dat het uiteinde van genoemd derde been vastzetbaar is ten opzichte van genoemd tweede been over ten minste een gedeelte van de lengte van genoemd tweede been, zo dat de hoek tussen genoemd tweede en eerste been aanpasbaar is.

De term “aanpasbaar” betekent dat de constructie ervoor zorgt dat de hoek tussen het eerste en tweede been in verschillende hoeken instelbaar is, door aanpassing van de positie van de verbinding tussen het tweede en derde been.

In één uitvoeringsvorm is het derde been vastzetbaar ten opzichte van genoemd tweede been door middel van een aanpasbare verbinding.

In een andere uitvoeringsvorm wordt het uiteinde van genoemd derde been ten opzichte van genoemd tweede been vastgezet door middel van een schuifbare constructie langs genoemd tweede been. In een voorkeursuitvoeringsvorm wordt het uiteinde van genoemd derde been permanent aangebracht of verbonden binnen de geleidingsmiddelen van genoemde schuifbare constructie.

Het uiteinde van genoemd derde been is vastzetbaar ten opzichte van genoemd tweede been op discrete of continue posities.

In één uitvoeringsvorm is het derde been vastzetbaar ten opzichte van genoemd tweede been in discrete posities of gaten die zijn verpreid over ten minste een gedeelte van de lengte van genoemd tweede been. In een andere uitvoeringsvorm is het derde been vastzetbaar in continue posities (of in elke positie) ten opzichte van genoemd tweede been door een middel dat wrijving uitoefent tussen het uiteinde van genoemd derde been en genoemd tweede been. Andere middelen voor positionering onder elke hoek kunnen eveneens van toepassing zijn.

In één uitvoeringsvorm is het eerste been een basisbeen dat monteerbaar is op genoemd oppervlak of basisframe. In een andere uitvoeringsvorm is het tweede been een basisbeen dat monteerbaar is op genoemd oppervlak of basisframe.

In één uitvoeringsvorm kan het derde been telescopisch zijn. In een andere uitvoeringsvorm is erin voorzien dat genoemd derde been verschillende lengtes heeft voor het voorzien in verschillende hoekbereiken. In een voorkeursuitvoering is de hoek tussen genoemd tweede en eerste been aanpasbaar in stappen van 10°, bij voorkeur 5°. Bij voorkeur is de hoek tussen genoemd tweede en eerste been 15°, 20°, 25° of 30°.

In één uitvoeringsvorm zijn het tweede en derde been vouwbaar op genoemd eerste been gemonteerd door middel van permanente assen. Het tweede en derde been zijn bij voorkeur vastzetbaar door middel van een as, moer en bout of popnagel.

In een specifieke uitvoeringsvorm omvat het basisbeen steunen over ten minste een gedeelte van de lengte van genoemd basisbeen voor het vastzetten op genoemd oppervlak of basisframe.

In een tweede aspect voorziet de onderhavige uitvinding in een werkwijze voor het monteren van een zonnepaneel op een oppervlak of basisframe door middel van een voor-geassembleerd vouwbaar frame zoals hierboven beschreven, omvattende de stappen: a) monteren van het eerste been op het oppervlak of basisframe, b) uitvouwen van het tweede en derde been, en c) ten opzichte van elkaar vastzetten van het tweede en derde been in een positie waarbij de hoek van het eerste en tweede been wordt aangepast aan de oriëntatie van de zon; waarbij stappen a) en b) kunnen worden verwisseld.

In een alternatieve uitvoeringsvorm voorziet de onderhavige uitvinding in een werkwijze voor het monteren van een zonnepaneel op een oppervlak of basisframe door middel van een voor-geassembleerd vouwbaar frame zoals hierboven beschreven, omvattende de stappen: a) monteren van het tweede been op het oppervlak of basisframe, b) uitvouwen van het eerste en derde been, en c) ten opzichte van elkaar vastzetten van het tweede en derde been in een positie waarbij de hoek van het eerste en tweede been wordt aangepast aan de oriëntatie van de zon; waarbij stappen a) en b) kunnen worden verwisseld.

In een derde aspect voorziet de onderhavige uitvinding in het gebruik van een frame zoals hierin gespecificeerd voor het monteren van zonnepanelen op een horizontale, verticale of hellende structuur.

Het frame van de onderhavige uitvinding is in het bijzonder voordelig voor het monteren van een zonnepaneel op een vlak of enigszins hellend oppervlak, zoals een dak of muur. De hellingshoek is aanpasbaar aan de helling van het dak en de optimale positionering in de richting van de zon.

Specifieke uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding zullen nu worden beschreven bij wijze van voorbeeld, met verwijzing naar de begeleidende figuren:

Figuur 1 is een voorstelling van een voor-geassembleerd montageframe van de uitvinding in (a) uitgevouwen en (b) gevouwen positie.

Figuur 2 is een voorstelling van een basisprofiel van een voor-geassembleerd montageframe volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding voor het aanbrengen van het frame op een oppervlak.

Figuur 3 is een voorstelling van een montageprofiel van een voor-geassembleerd montageframe volgens een uitvoeringsvorm van de uitvinding, waarop een zonnepaneel kan worden aangebracht.

Figuur 4 is een voorstelling van een tussenprofiel van een voor-geassembleerd montageframe volgens drie specifieke uitvoeringsvormen (a: 15°, b: 20°, c: 30°) van de uitvinding.

Figuur 5 is een voorstelling van een voor-geassembleerd montageframe volgens een specifieke uitvoeringsvorm van de uitvinding.

Figuur 6 is een voorstelling van een voor-geassembleerd montageframe volgens een specifieke uitvoeringsvorm van de uitvinding onder een hoekpositie van 25°.

Figuur 7 is een voorstelling van een voor-geassembleerd montageframe volgens een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding, waarbij de aanpasbare constructie wordt aangebracht op het basisprofiel.

Figuur la stelt een voor-geassembleerd montageframe volgens een eerste aspect van de uitvinding voor. Het frame omvat een basisprofiel (1) voor het op een oppervlak aanbrengen van het frame, een montageprofiel (2) om een zonnepaneel op aan te brengen en een tussenprofiel (3) voor het regelen van de hoek tussen het basisprofiel en het montageprofiel.

Het montageprofiel (of “tweede” been) (2) en het tussenprofiel (of “derde” been) (3) zijn voor-geassembleerd op het basisprofiel (of “eerste” been) door een bevestigingsmiddel, bijv. een bout en moer, aangebracht door openingen (4) aan de uiteinden van de profielen. Tussen de twee moeren in kan de bout worden ingevoegd in een buisvormig element dat extra sterkte verschaft en voorkomt dat het bout- en moersysteem boven de deformatie van het profiel wordt aangehaald. Andere bevestigingsmiddelen zijn popnagels.

De andere uiteinden (5) van het montageprofiel (2) en het tussenprofiel (3) zijn met elkaar verbindbaar via een aanpasbare constructie.

De profielen (1, 2, 3) zijn op zodanige wijze gedimensioneerd dat het tussenprofiel (3) op het basisprofiel (1) kan worden gevouwen en het montageprofiel (2) op het tussenprofiel (3) kan worden gevouwen voor gemakkelijke en compacte behandeling en transport. In gevouwen positie neemt het voor-geassembleerde frame de afmetingen aan van het basisprofiel (1) met een extra dikte van de andere twee, aan de bovenzijde opgevouwen profielen (2, 3), zoals getoond in figuur lb.

In een voorkeursuitvoering zijn de profielen (1, 2, 3) U-vormig. De afmetingen van de U-profielen zijn zodanig dat deze bovenop elkaar kunnen worden gestapeld voor een compact opvouwen via de opvouwbare constructies voor verbinding met elkaar. Hiertoe zijn de verbindingen zodanig dat een volledige compacte opvouwing wordt bereikt. Dit kan worden bereikt door een correcte uitlijning van de openingen voor het aanbrengen van de bevestigingsmiddelen.

De U-profielen hebben bij voorkeur een eenvoudig, quasi-recht randeind. Gaten of openingen zijn aangebracht in de twee kortere benen van de U-vorm, d.w.z. aan de zijde van de U-profielen.

Wanneer het frame op een oppervlak of basisframe wordt gemonteerd, kan het basisprofiel (1) eerst bijvoorbeeld door middel van schroeven worden gemonteerd, waarna andere profielen (2, 3) worden uitgevouwen.

Na het uitvouwen wordt het tussenprofiel (3) met het montageprofiel (2) verbonden, bijvoorbeeld door middel van een door openingen (6, 7) in de profielen aangebrachte bout en moer.

Uitvouwen betekent eerst uitvouwen van het montageprofiel (2) en daarna uitvouwen van het tussenprofiel (3) vanuit het basisprofiel (1). In een andere uitvoeringsvorm, waarbij het tussenprofiel (3) aan de bovenzijde van het montageprofiel (2) is gevouwen, betekent uitvouwen eerst uitvouwen van het tussenprofiel (3) en daarna van het montageprofïel (2).

Op een alternatieve manier kunnen de profielen (2,3) eerst worden uitgevouwen en met elkaar verbonden en kan daarna het basisprofiel (1) op een oppervlak of basisframe worden aangebracht.

Zoals in figuur 2 wordt getoond, omvat het basisprofiel (1) zijsteunen (10) over de lengte van het profiel voor het stevig op een oppervlak of basisframe aanbrengen van het frame. Het basisframe wordt dan eerst op de dak- of muurstructuur gemonteerd, terwijl het frame volgens de uitvinding op het basisframe wordt gemonteerd. In één uitvoeringsvorm neemt het basisframe de vorm aan van een rechthoekig frame.

Figuur 3 en 4 illustreren respectievelijk een uitvoeringsvorm van een montageprofiel (2) en een tussenprofiel (3). Figuur 3 illustreert een montageprofiel (2) dat drie openingen (7) omvat voor het aanpassen van de verbinding met het tussenprofiel (3) aan drie verschillende hoeken van 15°, 20° en 30°.

In een specifieke uitvoeringsvorm van een frame volgens de uitvinding is voorzien in openingen (6) aan het uiteinde van het tussenprofiel (3). Meervoudige openingen (7) zijn in discrete posities langs ten minste een gedeelte van de lengte van het montageprofiel (2) aangebracht. Elke opening komt overeen met een verschillende hoekpositie van het montageprofiel (2) en aldus het daarop gemonteerde zonnepaneel.

Figuur 5 is een specifieke uitvoeringsvorm van een onder een hoek van 30° staande positie van het montageframe. Figuur 6 geeft een voor-geassembleerd montageframe van de uitvinding weer in een specifiek onder een hoek van 25° staande positie.

Behalve moeren en bouten kunnen ook andere bevestigingsmiddelen worden gebruikt, zoals bijv. een klikmiddel dat op één been is bevestigd en klikbaar is in een opneemmiddel in het andere been. Het klikmiddel kan zelfs onder verschillende hoeken positioneerbaar zijn.

Zoals getoond in figuur 3, omvat het montageprofiel (2) vastzetmiddelen, bijv. openingen (11) voor het bevestigen van een zonnepaneel. Hierbij kunnen kooimoeren gebruikt worden. Kooimoeren zijn moeren die in een verende behuizing (kooi) zijn vastgeklemd en die vanwege de vorm van de kooi ingeklemd kunnen worden in een opening (11). Eenmaal in de opening gedrukt is het plaatmateriaal voorzien van schroefdraad.

Het montageprofiel (2) omvat verder elementen (12) aan het uiteinde (4) voor montage op het basisprofiel. Deze elementen (12) zijn zodanig gedimensioneerd dat in de verbinding met het basisprofiel (1) wordt voorzien, waarbij de bredere afmetingen van het eigenlijke montageprofiel (2) op genoemd basisprofiel (1) kan worden gevouwen.

Het basisprofiel (1) en tussenprofiel (3) omvatten verder één of meer uitsparingen (8) en afdeklippen (9) die op verschillende posities zijn aangebracht voor het erop aanbrengen van ballast of ander materiaal.

Zoals getoond in de figuren 4a t/m c kan het tussenprofiel (3) ter beschikking worden gesteld in verschillende lengtes, teneinde voor-geassembleerde frames te verschaffen die zijn aangepast aan verschillende hoekbereiken. Een langer tussenprofiel kan voorzien in een bereik van grotere hoeken in vergelijking met een korter tussenprofiel. De keuze van de lengte van tussenprofiel (3) kan afhangen van de toepassing, die kan zijn voor daken, platte en/of hellende, of muren.

De profielen zijn bij voorkeur gemaakt door ponsen in een matrijs van een metaal, zoals roestvrij staal of aluminium.

Een voor-geassembleerd montageffame volgens een specifieke uitvoeringsvorm van de uitvinding omvat een tussenprofiel (3) dat schuifbaar (of glijdbaar) in het montageprofiel (2) is aangebracht, d.w.z. het tussenprofiel (3) is vastzetbaar ten opzichte van het montageprofiel (2) over ten minste een gedeelte van de lengte van het montageprofiel (2), bij voorkeur in de richting van het open uiteinde van genoemd montageprofiel (2). Daartoe omvat het montageprofiel (2) geleidingsmiddelen voor het geleiden van het uiteinde van het tussenprofiel (3) langs het montageprofiel (2), waardoor het uiteinde van het tussenprofiel (3) schuifbaar verbonden wordt. Als zodanig blijft het uiteinde van het tussenprofiel (3) in de geleidingsmiddelen gepositioneerd, zowel in gevouwen als in uitgevouwen positie. Dit maakt assemblage ter plaatse gemakkelijker, daar de profielen geen open of loshangende uiteinden omvatten. Alle uiteinden zijn op de een of andere wijze met elkaar verbonden. De montage van het frame kan gebeuren met één hand.

Voor het eigenlijke vastmaken van het tussenprofiel (3) met het montageprofiel (2) kan worden voorzien door een bout-en-moersysteem in discrete openingen zoals in het voorgaande uiteengezet.

In een schuifbare inrichting waarin het tussenprofiel (3) schuifbaar langs het montageprofiel (2) is aangebracht, brengen uitvouwmiddelen het montageprofiel omhoog waarbij het tussenprofiel (3) in dezelfde beweging omhoog wordt gebracht. Dit is het toegevoegde voordeel van een schuifbare uitvoeringsvorm. Montage is erg gemakkelijk en zou kunnen worden uitgevoerd in één omhooggaande beweging en één verbindende beweging, waarbij het uiteinde van het tussenprofiel (3) op het montageprofiel (1) wordt bevestigd door middel van bijv. een kliksysteem. Een moer en bout kunnen worden toegevoegd als additionele bevestigingsmiddelen.

Het schuif- en kliksysteem kan bijvoorbeeld uitgevoerd zijn als een langsgleuf die gedeeltelijk is aangebracht in de korte benen van een U-vormig profiel. Het uiteinde van been (3) kan dan via een uitsteeksel bewegen (schuiven of glijden) in de langsggleuf. Het uitsteeksel kan niet loskomen uit de gleuf. De gleuf kan verder voorzien zijn van inkepingen op vaste posities waarin het uitsteeksel van been (3) kan ingeklikt of ingezet worden. Aldus zal telkens een andere hoek kunnen verkregen worden. De zwaartekracht en het gewicht van de zonnepanelen houdt de uitsteeksels ingeklikt in de inkepingen. Desnoods kunnen moren en bouten gebruikt worden om vast te maken.

In een ander voorbeeld kan het langste been (2) een C- vorm hebben. De C-vorm is eigenlijk een U-vorm waarin de korte beentjes een extra slag naar binnen toe krijgen. In die slag kan het kortere been (3) met een uiteinde/uitsteeksel glijden en omhoog getrokken kan worden. Het langste been moet dan wel iets breder gemaakt worden zodat het nog toegeplooid kan worden. Hierdoor is er een nog betere plaatsing mogelijk van de panelen en verstevigt het been ook.

In een verdere specifieke uitvoeringsvorm voor het verbinden van het tussenprofiel (3) met het montageprofiel (2) kan zijn voorzien in een continue vastzetting. In plaats van het aanbrengen van openingen op discrete afstanden, kan een vastzetmiddel dat is gebaseerd op wrijving bijv. zo worden aangebracht dat het montageprofiel (2) door het tussenprofiel (3) continu in elke willekeurige hoek kan worden gepositioneerd.

Een voor-geassembleerd montageframe volgens een tweede aspect van de uitvinding, zoals getoond in figuur 7, voorziet in een aanpasbare constructie van het voorgeassembleerde frame via naar het oppervlakprofiel.

Op gelijke wijze als hierboven beschreven omvat het montageframe twee benen (2 en 3) die via uiteinden (4) met een eerste been (1) zijn verbonden. In deze uitvoeringsvorm neemt het “eerste been” (1) van de drie voor-geassembleerde benen echter de functie in van het montageprofiel en neemt het “tweede” been (2) de functie in van het basisprofïel. Het “derde” been (3) is het tussenprofiel dat in een aanpasbare constructie met het “tweede” been verbindbaar is. Hiertoe omvat het basisprofiel (2) op verschillende posities openingen (7) voor het opnemen van het tussenprofiel (3) en het opstellen van het montageprofiel (1) in verschillende hoekposities.

De profielen (1, 2, 3) zijn op zodanige wijze aangebracht dat het tussenprofiel (3) op het montageprofiel (1) kan worden gevouwen en het samenstel van deze twee profielen op het basisprofiel (2) kan worden gevouwen voor gemakkelijke en compacte behandeling en transport. In opgevouwen positie neemt het voorgeassembleerde frame weer de afmetingen aan van het basisprofiel (2) met een extra dikte van de andere twee aan de bovenzijde opgevouwen profielen (1,3).

In deze uitvoeringsvorm omvat het basisprofiel (2) of “tweede” been zijsteunen (10) over de lengte van het profiel voor het stevig aanbrengen van het frame op het oppervlak. Bij montage op een oppervlak of basisframe, bij voorkeur een vlak oppervlak, kan het basisprofiel (2) eerst op het oppervlak of basisframe worden aangebracht door middel van bijvoorbeeld schroeven, waarna de andere profielen (1, 3) worden uit gevouwen.

Na het uitvouwen wordt het tussenprofiel (3) met het basisprofiel (2) verbonden door middel van een door openingen (6, 7) in de profielen aangebrachte bout en moer.

Uitvouwen betekent hier omhoog brengen van het montageprofiel (1), waarbij het tussenprofiel (3) gelijk met deze beweging omhoog wordt gebracht.

Op gelijke wijze als hierboven beschreven voor het eerste aspect van de uitvinding, kan het tussenprofiel (3) schuifbaar zijn aangebracht over ten minste een gedeelte van de lengte van het basisprofiel (2). Eveneens kunnen beide profielen (2, 3) verbindbaar met elkaar zijn door middel van hetzij discrete verbindingspunten (bijv. openingen en moeren en bouten), hetzij door middel van continue vastzetting (bijv. gebaseerd op wrijving).

In een schuifbare constructie, waarin het tussenprofiel (3) schuifbaar langs het basisprofiel (2) is aangebracht, is montage erg gemakkelijk en zou kunnen worden uitgevoerd in één omhooggaande beweging en één verbindende beweging, waarbij het uiteinde van het tussenprofiel (3) aan het basisprofiel (2) wordt bevestigd door middel van bijv. een kliksysteem. Een moer en bout kunnen worden toegevoegd als additionele bevestigingsmiddelen.

Claims (15)

1. Voor-geassembleerd vouwbaar frame voor het monteren van een zonnepaneel op een oppervlak of basisframe, omvattende drie benen, waarbij één uiteinde (4) van een tweede (2) en één uiteinde (4) van een derde been (3) vouwbaar op respectievelijk het eerste en tweede uiteinde (4) van een eerste been (1) zijn gemonteerd, waarbij genoemd tweede (2) en derde been (3) ten opzichte van elkaar vastzetbaar zijn, met het kenmerk dat het uiteinde (5) van genoemd derde been (3) vastzetbaar is ten opzichte van genoemd tweede been (2) over ten minste een gedeelte van de lengte van genoemd tweede been (2) zo dat de hoek tussen genoemd tweede (2) en eerste been (1) aanpasbaar is.

2. Frame volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het uiteinde (5) van genoemd derde been (3) vastzetbaar is ten opzichte van genoemd tweede been (2) door middel van een aanpasbare verbinding.

3. Frame volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat het uiteinde (5) van genoemd derde been (3) met genoemd tweede been (2) is verbonden door middel van een schuifbare constructie over ten minste een gedeelte van de lengte van genoemd tweede been.

4. Frame volgens conclusie 3, met het kenmerk dat het uiteinde (5) van genoemd derde been (3) permanent is aangebracht of verbonden binnen de geleidingsmiddelen van genoemde schuifbare constructie.

5. Frame volgens conclusie 2 t/m 4, met het kenmerk dat het uiteinde (5) van genoemd derde been (3) vastzetbaar is ten opzichte van genoemd tweede been (2) op discrete of continue posities.

6. Frame volgens conclusie 5, met het kenmerk dat genoemd derde been (3) vastzetbaar is ten opzichte van genoemd tweede been (2) in discrete posities of gaten (7) gedistribueerd over ten minste een gedeelte van de lengte van genoemd tweede been (2).

7. Frame volgens conclusie 5, met het kenmerk dat genoemd derde been (3) vastzetbaar is in continue posities aan genoemd tweede been (2) door een middel dat wrijving uitoefent tussen het uiteinde (5) van genoemd derde been (3) en genoemd tweede been (2).

8. Frame volgens één van de conclusies 1 t/m 7, met het kenmerk dat genoemd eerste been (1) een op genoemd oppervlak of basisffame monteerbaar basisbeen is.

9. Frame volgens één van de conclusies 1 t/m 7, met het kenmerk dat genoemd tweede been (2) een op genoemd oppervlak of basisffame monteerbaar basisbeen is.

10. Frame volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat genoemd derde been (3) wordt verschaft in verschillende lengten voor het voorzien in verschillende hoekbereiken.

11. Frame volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de hoek tussen genoemd tweede (2) en eerste been (1) aanpasbaar is in stappen van 10°, bij voorkeur 5°.

12. Frame volgens één van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de hoek tussen genoemd tweede (2) en eerste been (1) 15°, 20°, 25° of 30° is.

13. Werkwijze voor het monteren van een zonnepaneel op een oppervlak of basisffame door middel van een voor-geassembleerd vouwbaar frame volgens één van de conclusies 1 t/m 12, omvattende de stappen van: a. monteren van het eerste been (1) op het oppervlak of basisframe, b. uitvouwen van het tweede (2) en derde been (3), en c. ten opzichte van elkaar vastzetten van het tweede (2) en derde been (3) in een positie waarbij de hoek van het eerste (1) en tweede been (2) worden aangepast aan de oriëntatie van de zon; waarbij stap a en b kunnen worden omgewisseld.

14. Werkwijze voor het monteren van een zonnepaneel op een oppervlak of basisframe door middel van een voor-geassembleerd vouwbaar frame volgens één van de conclusies 1 t/m 12, omvattende de stappen van: a. monteren van het tweede been (2) op het oppervlak, b. uitvouwen van het eerste (1) en derde been (3), en c. ten opzichte van elkaar vastzetten van het tweede (2) en derde been (3) in een positie waarbij de hoek van het eerste (1) en tweede been (2) worden aangepast aan de oriëntatie van de zon; waarbij stap a en b kunnen worden omgewisseld.

15. Gebruik van een frame volgens conclusies 1 t/m 12 voor het monteren van zonnepanelen op een horizontaal, verticaal of hellend oppervlak of horizontale, verticale of hellende structuur.