BE1018435A3 - Ladderbeveiliging. - Google Patents

Ladderbeveiliging. Download PDF

Info

Publication number
BE1018435A3
BE1018435A3 BE2007/0277A BE200700277A BE1018435A3 BE 1018435 A3 BE1018435 A3 BE 1018435A3 BE 2007/0277 A BE2007/0277 A BE 2007/0277A BE 200700277 A BE200700277 A BE 200700277A BE 1018435 A3 BE1018435 A3 BE 1018435A3
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
ladder
support
supports
protection
shows
Prior art date
Application number
BE2007/0277A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Missotten Marc
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Missotten Marc filed Critical Missotten Marc
Priority to BE2007/0277A priority Critical patent/BE1018435A3/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1018435A3 publication Critical patent/BE1018435A3/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06CLADDERS
    • E06C7/00Component parts, supporting parts, or accessories
    • E06C7/42Ladder feet; Supports therefor
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E06DOORS, WINDOWS, SHUTTERS, OR ROLLER BLINDS IN GENERAL; LADDERS
    • E06CLADDERS
    • E06C7/00Component parts, supporting parts, or accessories
    • E06C7/42Ladder feet; Supports therefor
    • E06C7/46Non-skid equipment

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Ladders (AREA)

Abstract

Ladderbeveiliging (11) voor een ladder (14), waarbij de ladder (14) voorzien is om ondersteund door een grondvlak schuin tegen een steunvlak geplaatst te worden, met een kenmerk dat de ladderbeveiliging (11) een aan de ladder (14) monteerbare steun (12) omvat, waarbij de steun (12) zich schuin ten opzichte van de ladder (14) in de richting van het grondvlak uitstrekt naar het steunvlak om het grondvlak te raken.

Description

Ladderbeveiliainq
Deze uitvinding heeft betrekking op eenladderbeveiliging zoals beschreven in de aanhef van de eerste conclusie.
Het gebruik van ladders voor het bereiken vanhoge plaatsen is reeds lange tijd bij deskundigen bekend. De ladders wordenhiertoe schuin tegen een opstaand steunvlak, bijvoorbeeld een opstaandeconstructie zoals een gevel of wand, een paal, boom, enz., geplaatst terwijl deladder ondersteund wordt door een ondergrond. Afhankelijk van de klimhoek,de hoek tussen de ladder en een horizontale, het gewicht van de persoon dieop de ladder staat en het materiaal van de gevel, ondergrond en de ladderontstaat echter het risico dat de ladder weg van de gevel schuift. Daar eendergelijke beweging van de ladder een aanzienlijk gevaar met zich meebrengtvoor de persoon op de ladder en/of eventuele personen onder ladder, moet ditwegschuiven vermeden worden en vormt dit mogelijk wegschuiven van deladder een probleem bij het gebruik van de ladder. Om dit probleem op telossen is het reeds bekend dat naast de persoon die zich op de ladder bevindteen tweede persoon onderaan de ladder achterblijft om het wegschuiven vande ladder te verhinderen. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren door een kracht tegenhet onderuiteinde van de ladder uit te oefenen die inwerkt tegen de kracht diehet wegschuiven van de ladder over de ondergrond veroorzaakt. Eendergelijke oplossing is echter niet wenselijk daar er per persoon op de laddereen tweede persoon onderaan de ladder moet achterblijven waardoor vooreenzelfde taak dubbel zoveel personeel nodig wordt.
De huidige uitvinding heeft dan ook als doel hetwegschuiven van de ladder te vermijden.
Dit doel wordt bereikt door middel van detechnische kenmerken van het kenmerk van de eerste conclusie.
Hiertoe heeft de ladderbeveiliging volgens deuitvinding het kenmerk dat de ladderbeveiliging een aan de laddermonteerbare steun omvat, waarbij de steun zich schuin ten opzichte van deladder in de richting van het grondvlak uitstrekt naar het steunvlak om hetgrondvlak te raken.
Door het aanbrengen van een dergelijke steunaan de ladder wordt verhinderd dat de ladder van het steunvlak wegschuift. Bijhet wegschuiven van de ladder wordt immers een roterende beweginggemaakt door de ladder, waarbij het bovenuiteinde van de ladder naarbeneden beweegt en het onderuiteinde van de ladder weg van het steunvlakbeweegt. De uitvinder ondervond dat door op een dergelijke manier de steunaan te brengen, de steun de roterende beweging verhindert en daarmee dusook het wegschuiven van de ladder.
Figuur 1a toont een vooraanzicht van een laddervoorzien van een ladderbeveiliging volgens de uitvinding in een eerstevoorkeursuitvoeringsvorm.
Figuur 1b toont de ladder van figuur 1a in eenperspectiefzicht waarbij de ladderbeveiliging zich in een eerste positie bevindt.
Figuur 1c toont de ladder van figuur 2 waarbij deladderbeveiliging zich in een tweede positie bevindt.
Figuur 1d toont een steun van de ladderbeveiliging van figuur 1a.
Figuur 2a toont een perspectiefaanzicht van eenladder voorzien van een ladderbeveiliging volgens de uitvinding in een tweedevoorkeursuitvoeringsvorm.
Figuur 2b toont de montage van deladderbeveiliging van figuur 2a.
Figuur 2c toont een steun van de ladderbeveiliging van figuur 2a in een achteraanzicht.
Figuur 2d toont een steun van de ladderbeveiliging van figuur 2a in een vooraanzicht.
Figuur 2e toont een steun van de ladderbeveiliging van figuur 2a in een zijaanzicht.
Figuur 3a toont een steun van de ladderbeveiliging volgens de uitvinding in een derde uitvoeringsvorm.
Figuur 3b toont de montage van de steun van figuur 3a.
Figuur 3c toont de ladderbeveiliging van de steunvan figuur 3a nadat deze volledig gemonteerd werd aan de ladder.
Figuur 3d toont de ladderbeveiliging van figuur 3c in een opgeplooide toestand.
Figuur 4a toont de ladderbeveiliging volgens deuitvinding in een vierde voorkeursuitvoeringsvorm.
Figuur 4b toont de ladderbeveiliging van figuur 4a in een ingeklapte positie.
Figuur 4c toont een steun van deladderbeveiliging van figuur 4a in een perspectiefzicht.
Figuur 4d toont de steun van figuur 4c in een zijaanzicht.
Figuur 4e toont de steun van figuur 4c in een vooraanzicht.
De ladderbeveiliging 11 getoond in figuren 1 a - domvat twee in- en uitklapbare steunen 12, 13, die eenmaal opengeklapt, eenladder 14 voorzien van twee ladderbomen 15, 16 met daartussen ten minsteéén sport, bij voorkeur meerdere evenwijdige sporten, bij voorkeur onder eenklimhoek van tussen 60° en 80° met de ondergrond plaatsen, bij meervoorkeur tussen 65° en 75° en bij meeste voorkeur 70°. De klimhoek werdbijvoorbeeld aangeduid in figuur 1c en figuur 4a en bedraagt daar 70° hoewelelke andere hoek tussen 60° en 80° mogelijk is. De uitvinder ondervond datdergelijke klimhoeken de ladder een goede stabiliteit verschaffen en tevensdat de steunen 12, 13 onder deze hoek het wegschuiven van de ladder 14 hetmeest efficiënt kunnen vermijden. De klimhoek is echter niet noodzakelijk voorde goede werking van de uitvinding en kan verder bepaald worden door dedeskundige. Figuur 1b toont één open steun en figuur 1c twee geopendesteunen.
Hoewel twee steunen 12, 13 , bij voorkeur éénsteun per ladderboom 15, 16, de voorkeur wegdragen, kunnen ook meer ofminder steunen 12, 13 voorzien worden aan de ladder 14. Zo kan één steun12 gemonteerd aan de ladder 14 reeds een grote verbetering van de veiligheidvoor gebruikers van de ladder 14 bieden. Door de ladder 14 van twee steunen12, 13 te voorzien wordt de kans dat de ladder 14 wegschuift verkleind enworden ook rotaties van de ladder 14 rond een longitudinale as vermeden.Ook kunnen meer dan twee steunen 12,13 voorzien worden aan de ladder 14.
Het aantal steunen 12, 13 is echter niet kritisch voor de uitvinding en kanbepaald worden door de deskundige.
Bij voorkeur worden de steunen 12, 13 zo vermogelijk uit elkaar gemonteerd aan de ladder 14 daar de uitvinder ondervonddat een dergelijke montage van de steunen 12, 13 een verhoogde veiligheidmet zich meebrengt. De steunen 12, 13 worden bij meer voorkeur aan deladderbomen 15, 16 gemonteerd, daar de uitvinder ondervond dat eendergelijke montage gemakkelijk te verwezenlijken was zonder de veiligheidgeboden door de steunen 12, 13 in het gedrang te brengen. Dergelijkgemonteerde steunen 12,13 worden getoond in figuren 1b, 2b, 3b en 4a.
De steunen 12, 13 hoeven ook niet in- enuitklapbaar gemonteerd te worden aan de ladder 14 en kunnen bijvoorbeeldook vast of wegneembaar gemonteerd worden. Een scharnierbare in- enuitklapbare opstelling heeft het voordeel dat steunen 12, 13 steeds bij deladder 14 kunnen blijven zonder transport van de ladder 14 te bemoeilijken. Dewegneembare steunen 12, 13 hebben het voordeel dat de steunen 12, 13 hetgewicht van de ladder 14 niet blijvend groter maken en de steunen 12, 13 dusweggenomen kunnen worden wanneer een lichter gewicht van de ladder 14gewenst is, bijvoorbeeld bij het dragen van de ladder 14. De vast aan deladder 14 gemonteerde steunen 12, 13 hebben het voordeel dat de ladder 14steeds veilig gebruikt wordt en niet meer zonder steunen 12, 13 gebruikt kanworden. De montage van de steunen 12, 13 aan de ladder 14 is echter nietkritisch voor de uitvinding en verdere uitvoeringsvormen van de steunen 12, 13zullen verder besproken worden.
Bij voorkeur is de montage van de steun 12gebaseerd op een driehoeksverbinding waarbij de steun 12 met tweehechtingspunten aan de ladder 14 bevestigd wordt en een derde steunpunt incontact met de ondergrond komt. De uitvinder ondervond dat bij een dergelijkeopstelling de veiligheid geboden door de steun 12 aanzienlijk toeneemt.Andere bevestigingen van de steun 12 aan de ladder 14 zijn echter mogelijken kunnen door de deskundige bepaald worden.
De scharnierbaar opgestelde steunen 12, 13omvatten bij voorkeur scharnieren 1 teneinde openklapbaar te zijn zoalsgetoond op figuur 1c. Bij een dergelijke opstelling van de scharnieren 1 zijn de steunen 12, 13 roteerbaar rond een rotatieas die evenwijdig loopt met deladderbomen 15, 16. Andere middelen bekend bij de deskundige die eenscharnierende opstelling toelaten, zijn echter ook mogelijk. Bij meer voorkeuromvat elke steun 12, 13 twee scharnieren 1, aangebracht zoals getoond infiguren 1b en 1c. Door te voorzien in twee scharnieren 1 ontstaat eendriehoeksverbinding gevormd door de twee scharnieren 1 en het punt waar desteun de ondergrond raakt, zoals getoond in figuur 1c.
De ladderbeveiliging 11 zoals getoond in figuur 1a - d, is vast scharnierbaar gemonteerd aan de ladder 14 en sluit in eenopgeklapte positie de onderste laddertrede af zoals getoond op figuur 1awaardoor men de ladder 14 niet kan beklimmen vooraleer de steunen 12, 13naar buiten te plooien, zoals getoond op figuur 1c. Dit heeft als voordeel datde gebruiker aangemoedigd wordt de ladderbeveiliging 11 daadwerkelijk tegebruiken, want dichtgeklapt wordt de onderste laddertrede geblokkeerd doorde steunen 12, 13, waardoor de persoon de ladder 14 niet eenvoudig kanbeklimmen.
De steunen 12, 13 omvatten bij voorkeur eensteunpoot 2 aan het deel van de steun 12, 13 dat in contact komt met degrond. Bij meer voorkeur is de steunpoot 2 in de hoogte verstelbaar teneindede positie van de steunpoot 2 ten opzichte van de steun 12, 13 te wijzigenbijvoorbeeld afhankelijk van de positie van de ladder 14 ten opzichte van hetsteunvlak en/of het grondvlak en van de eigenschappen van de ladder 14. Hetverstellen van de steunpoot 2 kan bijvoorbeeld gebeuren met behulp van eenschroef 3. Bij meer voorkeur door middel van een stelschroef.
Bij voorkeur omvat het samenstel van ladder 14en steun 12, 13 van de ladderbeveiliging 11 tevens grendelmiddelen 4 dietoelaten dat de steunen 12, 13 in hun uitgeklapte toestand vergrendeldworden. Op deze manier wordt de uitgeklapte positie van de steunen 12, 13verzekerd zodat de kans dat de ladder 14 wegschuift verder verkleint en deveiligheid van de gebruiker verder verhoogt.
Het materiaal van de steunen 12, 13 is nietessentieel voor de uitvinding en kan bepaald worden door de deskundige. Bijvoorkeur omvatten de steunen ferro-metalen, non-ferro metalen, of kunststof.Maar ook andere materialen zoals hout zijn mogelijk.
De dikte en grootte van de steunen 12, 13kunnen bepaald worden door de deskundige en zijn onder andere afhankelijkvan de gewenste stevigheid, de grootte en de functie van de ladder, enz.
Hoewel de ladderbeveiliging 11 getoond in figuur1a-d vast gemonteerd is op de ladder 14, kan de ladderbeveiliging 11 ooklosneembaar gemonteerd worden op de ladder 14, zoals getoond op figuur 2b.Hiertoe omvat de steun 12 een montage hulpstuk 5. Het hulpstuk 5 kanscharnierbaar verbonden zijn aan de rest van de steun 12, 13 of kan vastverbonden zijn aan de rest van de steun 12, 13. Figuur 2c toont een steun 12,13 die een scharnierbaar opgesteld montage hulpstuk 5 omvat.
Bij voorkeur omvat de steun 12 middelen 6 om nahet monteren de steun 12 additioneel te bevestigen aan de ladder 14 teneindede veiligheid geboden door de steunen 12 nog verdere toe te laten nemen. Demiddelen ter additionele bevestiging van de steun aan de ladder 14 kunneneen bout en moer omvatten die door de steun 12 en de ladderboom 15gedreven wordt nadat de steun 12 gemonteerd is (tekening figuur 2a).
Bij voorkeur heeft het hulpstuk 5 onder- enbovenaan een uitsparing 7 die aansluiten met de laddersporten (figuur 2a en2b). Terwijl men de steun 12 schuin houdt, bijvoorbeeld ± 45°, schuift men deonderste uitsparing over de onderste laddersport, daarna klapt men de steun12 omhoog, zodat de bovenste uitsparing 7 in de daarboven liggendeladdersport haakt. De uitvinder ondervond dat een dergelijk montage hulpstuk5 een eenvoudige montage toelaat zonder de veiligheid die door de steun 12geboden wordt te verminderen. Een dergelijke montage maakt ook gebruikvan een driehoeksverbinding waarbij de twee uitsparingen de hechtingspuntenvormen.
Hoewel de steun 12 bij voorkeur tussen deonderste twee sporten van de ladder 14 wordt gemonteerd, is het ook mogelijkde steun 12 tussen bovenliggende sporten te monteren. Dit is echterafhankelijk van de afstand tussen de sporten en de gewenste klimhoek en kanbepaald worden door de deskundige.
Een volgende uitvoeringsvorm van eenlosneembare steun 12 voor de ladderbeveiliging 11 volgens de uitvindingwordt getoond in figuur 3a. Hierbij wordt de onderste uitsparing 7 vervangen door een holle voet 8. De steun 12 wordt dan niet meer tussen twee sportengemonteerd maar onderaan de ladder 14, bij voorkeur onderste sport van deladder 14 waarbij de ladderboom 15 in de holle voet 8 wordt geplaatst, zoalsgetoond in figuur 3b en 3c. Deze montage heeft het voordeel dat de steun 12kleiner en minder zwaar gemaakt kan worden en daardoor verhoudingsgewijsgemakkelijker gebruikt kan worden bij kleine ladders.
Een dergelijke montage maakt ook gebruik vaneen driehoeksverbinding waarbij de bovenste uitsparing 7 en de holle voet 8samen de twee hechtingspunten vormen. De holle voet 8 wordt bijvoorbeeldbevestigd door middel van een bout en een moer 9 aan de ladderboom 15,zoals getoond in figuur 3c.
In een volgende voorkeursuitvoeringsvorm omvatde steun 12 een beugel 10 (figuur 4a-e) die roteerbaar op de ladderboom 15wordt bevestigd bijvoorbeeld d.m.v. bevestigingsmiddelen 17 zoalsbijvoorbeeld een bout en een moer (Figuur 4a). Bij meer voorkeur omvat debeugel 10 een hol gedeelte, waardoor materiaal uitgespaard wordt. Bij meervoorkeur is de beugel 10 scharnierbaar gemonteerd aan de ladderboom 15zodat een naar beneden klappen van de steun 12 mogelijk wordt gemaakt. Bijvoorkeur is het hol gedeelte van de beugel 10 zodanig aangebracht dat eendeel van de ladderboom 15 bij het inklappen in het hol gedeelte van de beugel10 kan worden opgenomen zoals getoond in figuur 4b.
De beugel 10 kan bij het openklappen niet verdergeopend worden totdat een daartoe gemonteerde stootplaat van de beugel 10tegen de ladderboom 15 zit (Figuur 4a). Als de stootplaat tegen deladderboom 15 zit, staat de ladder 14 bij voorkeur meteen onder de gewensteklimhoek. Door samenwerking van de steunplaat, scharnierpunt en het deelvan de steun 12 dat in contact komt met de grond wordt ook hier eendriehoeksverbinding gerealiseerd.
De ladderbeveiliging 11 kan apart geleverdworden om bestaande ladders 14 uit te rusten met de ladderbeveiliging 11 ofkan voorgemonteerd worden op ladders 14.

Claims (1)

1. Ladderbeveiliging (11) voor een ladder (14),waarbij de ladder (14) voorzien is om ondersteund door een grondvlak schuintegen een steunvlak geplaatst te worden, met het kenmerk dat deladderbeveiliging (11) een aan de ladder (14) monteerbare steun (12) omvat,waarbij de steun (12) zich schuin ten opzichte van de ladder (14) in de richtingvan het grondvlak uitstrekt naar het steunvlak om het grondvlak te raken.
BE2007/0277A 2007-06-04 2007-06-04 Ladderbeveiliging. BE1018435A3 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE2007/0277A BE1018435A3 (nl) 2007-06-04 2007-06-04 Ladderbeveiliging.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE200700277 2007-06-04
BE2007/0277A BE1018435A3 (nl) 2007-06-04 2007-06-04 Ladderbeveiliging.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1018435A3 true BE1018435A3 (nl) 2010-11-09

Family

ID=39185971

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE2007/0277A BE1018435A3 (nl) 2007-06-04 2007-06-04 Ladderbeveiliging.

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE1018435A3 (nl)

Cited By (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN104514485A (zh) * 2013-09-27 2015-04-15 国家电网公司 架空线杆作业梯
WO2015121628A1 (en) * 2014-02-11 2015-08-20 Sss Steel Profiles Limited Ladder brace
EP2995766A1 (en) 2014-09-11 2016-03-16 Willem Fledderus Grip ladder

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB190914108A (en) * 1909-06-16 1910-02-17 Luke Kenny Improvements in or connected with Ladders.
GB628935A (en) * 1947-09-03 1949-09-07 Harry Birtwhistle Improvements in ladders
FR1024706A (fr) * 1950-09-19 1953-04-07 Dispositif de sécurité applicable notamment aux échelles pour les empêcher de glisser

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB190914108A (en) * 1909-06-16 1910-02-17 Luke Kenny Improvements in or connected with Ladders.
GB628935A (en) * 1947-09-03 1949-09-07 Harry Birtwhistle Improvements in ladders
FR1024706A (fr) * 1950-09-19 1953-04-07 Dispositif de sécurité applicable notamment aux échelles pour les empêcher de glisser

Cited By (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN104514485A (zh) * 2013-09-27 2015-04-15 国家电网公司 架空线杆作业梯
WO2015121628A1 (en) * 2014-02-11 2015-08-20 Sss Steel Profiles Limited Ladder brace
EP2995766A1 (en) 2014-09-11 2016-03-16 Willem Fledderus Grip ladder

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US5538101A (en) Adjustable, portable combination tree stand
US8602162B2 (en) Safety ladder
US5242031A (en) Ladder accessory
US9464440B2 (en) Integrated safety rail protection system
US6095284A (en) Elevatable stands for physically challenged hunters
US6971478B2 (en) Tailgate ladder
US6158551A (en) Extension ladder shelf
US5566780A (en) Ladder-based cart apparatus
US4997063A (en) Collapsible and adjustable tree stand
US9574400B2 (en) Vehicle hitch ladder support device
US20100230208A1 (en) Convertible multipurpose ladder stabilizers
BE1018435A3 (nl) Ladderbeveiliging.
US4646878A (en) Portable ladder step
US9932771B1 (en) Ladder safety rails
US20040134714A1 (en) Ladder stabilizers
US5481988A (en) Telescoping work platform
US7255198B1 (en) Tripod extension stepladder
FR2926590A1 (fr) Poste de travail et dispositif pour le travail en elevation
NL2005635C2 (en) A combined portable step stool and workpiece support device.
US4787477A (en) Stand for all terrain vehicle
US6119812A (en) Collapsible surf stand
US20150267469A1 (en) Ladder Plank
US5967261A (en) Stair-ladder platform
US4460063A (en) Step-ladder work bench
WO1984002474A1 (fr) Dispositif de secours

Legal Events

Date Code Title Description
RE Patent lapsed

Effective date: 20120630