BE1017652A3 - Werkwijze en inrichting voor het automatisch digitaliseren van rontgenfoto's. - Google Patents

Abstract

Een werkwijze en een inrichting voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's waarbij individuele foto's van een stapel via een grijpmechanisme op een hellend vlak en met behulp van een luchtverplaatsing gepositioneerd worden op een scaninrichting, om vervolgens via een omkeerbeweging en een tweede hellend vlak in een opvangbox hun oorspronkelijke plaats in de behandelde stapel terug innemen

Description

WERKWIJZE EN INRICHTING VOOR HET AUTOMATISCH DIGITALISEREN VAN RÖNTGENFOTO'S

Object van de uitvinding

[0001] Deze uitvinding heeft betrekking op een werkwijze en een daartoe aangepaste inrichting voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's.

Stand van de techniek

[0002] In de huidige stand der techniek worden röntgenfoto's manueel gescand, wat een tijdrovende activiteit is. In DE 4133718 wordt een inrichting beschreven waar een analoge röntgenfoto gescand wordt en via een computer verwerkt kan worden.

Doel van de uitvinding

[0003] De uitvinding heeft in het bijzonder als doel gestapelde foto's individueel te digitaliseren en dit op een geautomatiseerde manier, waarbij aan nadelen van inrichtingen en werkwijzen uit de stand der techniek wordt verholpen.

[0004] Onderhavige uitvinding heeft als doel een oplossing te bieden voor het digitaliseren van het bestaande archief aan röntgenfoto's en wil in het bijzonder tegemoet komen aan de tijdrovende activiteit bij het manueel scannen.

[0005] De uitvinding heeft dan ook als doel dat gestapelde foto's individueel gedigitaliseerd worden zonder manuele tussenkomst. Het risico van een foutieve manipulatie en plaatsing wordt door deze uitvinding gereduceerd. Door deze geautomatiseerde inrichting zal de verwerking van de röntgenfoto's op een snellere manier kunnen geschieden.

[0006] Een bijkomend doel van de uitvinding is een modulaire samenstelling van de inrichting, wat het voordeel biedt dat verschillende onderdelen op een eenvoudige manier vervangen of geassembleerd kunnen worden.

Hoofdkenmerken van de uitvinding

[0007] Onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze en een daartoe aangepaste inrichting, zoals uiteengezet in de bijgevoegde conclusies, voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's. Met digitaliseren wordt hier hoofdzakelijk het scannen bedoeld, maar sluit geen andere technieken uit waarbij een analoge fysieke drager op een elektronische manier verwerkt wordt. De termen scannen en digitaliseren worden hierna volgend dan ook door elkaar gebruikt.

[0008] De uitvinding beoogt hoofdzakelijk het digitaliseren van röntgenfoto's, maar het is uiteraard niet uitgesloten dat elke drager of blad in aanmerking kan komen. De termen röntgenfoto of foto worden dan ook in die context hierna volgend gebruikt. De term "foto" verwijst in de hiernavolgende tekst onder andere ook naar een röntgenfoto.

[0009] Volgens een eerste aspect van de uitvinding, wordt een werkwijze voorzien voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's die volgende stappen omvat: opnemen van een individuele röntgenfoto van een onbehandelde stapel, positioneren van de röntgenfoto op een scaninrichting en plaatsen van de röntgenfoto in een behandelde stapel, waarbij de röntgenfoto in de behandelde stapel dezelfde positie inneemt als de originele positie van de röntgenfoto in de onbehandelde stapel en waarbij (de invloed van) de zwaartekracht wordt benut in de stap van het positioneren van de röntgenfoto op de scaninrichting.

[0010] Bij voorkeur wordt de zwaartekracht benut in de stap van het opnemen van een individuele röntgenfoto van de onbehandelde stapel. Bij voorkeur wordt de zwaartekracht benut in de stap van het plaatsen van de röntgenfoto in de behandelde stapel.

[0011] Bij voorkeur, bij het positioneren van de röntgenfoto op de scaninrichting, glijdt de röntgenfoto over een vlak dat niet loodrecht staat op de zwaartelijn en wordt de röntgenfoto zo gepositioneerd dat één hoek van de röntgenfoto, gemeten volgens de zwaartelijn, lager ligt dan de drie andere hoeken. Bij voorkeur is genoemd vlak niet evenwijdig met de zwaartelijn.

[0012] Bij voorkeur, bij het positioneren van de röntgenfoto op de scaninrichting, wordt lucht onder de röntgenfoto geblazen. Bij voorkeur wordt lucht over genoemd vlak geblazen.

[0013] Bij voorkeur, bij het opnemen van de röntgenfoto van de onbehandelde stapel, wordt telkens de bovenste röntgenfoto van de onbehandelde stapel opgenomen. Bij voorkeur bevat het plaatsen van de röntgenfoto in de behandelde stapel de stap van het omkeren van de röntgenfoto.

[0014] Bij voorkeur wordt het positioneren van de röntgenfoto öp de scaninrichting in een lineaire verplaatsing volgens een hellingsgraad van tenminste 10° ten opzichte van een loodvlak op de zwaartelijn bewerkstelligd. Bij voorkeur is de hellingsgraad kleiner dan 90°, bij grotere voorkeur kleiner dan of gelijk aan 65°.

[0015] Bij voorkeur worden röntgenfoto's van verschillende patiënten door een voorblad in de onbehandelde stapel gescheiden. In een verder voorkeurdragende uitvoeringsvorm bevat de stap van het opnemen van een individuele röntgenfoto van de onbehandelde stapel het identificeren van het voorblad. In een eveneens verder voorkeurdragende uitvoeringsvorm bevat de stap van het positioneren van de röntgenfoto op een scaninrichting het automatisch doorvoeren van het voorblad.

[0016] Volgens een tweede aspect van de uitvinding wordt een inrichting voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's voorzien die een laadeenheid, een scaninrichting en een opvangruimte bevat. De inrichting is daardoor gekenmerkt dat de scaninrichting een vlak bevat voor het positioneren van een röntgenfoto dat hellend is aangebracht onder een hoek van tenminste 10° ten opzichte van een loodvlak op de zwaartelijn. Bij voorkeur is genoemd vlak niet evenwijdig met de zwaartelijn. Bij voorkeur bevat de scaninrichting twee aanstootvoorzieningen voor twee randen van de röntgenfoto die vanuit een gemeenschappelijke hoek lopen waarbij beide aanstootvoorzieningen hellend zijn aangebracht ten opzichte van een loodvlak op de zwaartelijn (d.i. geen van de aanstootvoorzieningen ligt in genoemd loodvlak). De aanstootvoorzieningen zijn bij voorkeur ook niet evenwijdig met de zwaartelijn.

[0017] Bij voorkeur bevat dé inrichting voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's bijkomend een inrichting voor het blazen van lucht over genoemd vlak.

[0018] Bij voorkeur zijn de laadeenheid en/of de opvangruimte hellend aangebracht onder een hoek van tenminste 10° en bij voorkeur kleiner dan 90° ten opzichte van een loodvlak op de zwaartelijn. Bij grotere voorkeur zijn de laadeenheid en/of de opvangruimte hellend aangebracht onder een hoek van tenminste 20° ten opzichte van een loodvlak op de zwaartelijn.

[0019] Bij voorkeur zijn de laadeenheid en/of de opvangruimte aangepast om de röntgenfoto zodanig te positioneren in de (on)behandelde stapel dat één hoek van de röntgenfoto, gemeten volgens een zwaartelijn, lager ligt dan de drie andere hoeken.

[0020] Bij voorkeur bevat de laadeenheid een stopsysteem om een stapel röntgenfoto's tegen te houden. Bij voorkeur bevat het stopsysteem een geribd of getrapt profiel. Bij voorkeur bevat, het stopsysteem een scheidingslichaam dat de stapel röntgenfoto's aan een bovenvlak tegenhoudt.

[0021] Bij voorkeur bevat de inrichting een concaaf verbindingsstuk tussen scaninrichting en opvangruimte om de röntgenfoto om te keren. Bij voorkeur bevat het concaaf verbindingsstuk een uiteinde in de vorm van een vlak met een hellingsgraad van tenminste 10° ten opzichte van een loodvlak op de zwaartelijn.

[0022] Bij voorkeur bevat de laadeenheid een barcode-lezer. Bij voorkeur is de inrichting aangepast om een aanstootvoorziening van de scaninrichting te verwijderen wanneer de barcode-lezer een barcode identificeert.

[0023] Bij voorkeur bevat de laadeenheid een beweegbare lader voorzien om een stapel röntgenfoto's tegen aan te laten leunen. Bij voorkeur wordt de stapel tegen de lader gehouden door een scheidingslichaam. Bij voorkeur is de laadeenheid van een zijwand voorzien.

[0024] Bij voorkeur bevat de inrichting een grijpmechanisme, voorzien van zuignappen, om individuele foto's tot op een afschuifplaat te plaatsen. Bij voorkeur is een inrichting voor het blazen van lucht onder de afschuifplaat voorzien teneinde de foto's tot aan de scaninrichting te verplaatsen.

[0025] Bij voorkeur bevat de scaninrichting een transparante plaat, een afremlichaam, een lichtbak en een scankop.

[0026] Bij voorkeur is de inrichting voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's samengesteld uit een frame waarop een lader, een zijwand, een grijpmechanisme, een lichtbak, een scankop en een opvangruimte geassembleerd kunnen worden. Bij voorkeur bevat het frame verstelbare steunen.

Beschrijving van de figuren

[0027] FIG 1 stelt de gehele inrichting voor.

[002 8] FIG 2 stelt de laadeenheid voor met volgende onderdelen: 1. lader, 2. geleiding, 3. stopsysteem, 4.

zijwand, 5. onbehandelde stapel röntgenfoto's, 6. grijpmechanisme, 7. zuignappen, 8. scheidingslichaam.

[0029] FIG 3 stelt de scaninrichting (digitaliseerinrichting) voor met volgende onderdelen: 9.

röntgenfoto, 10. glijtafel, 11. afschuifplateau, 12.

luchtverplaatsingeenheid, 13. lichtbak, 14. hoge resolutie scankop, 15. blokkeerlichaam, 115. aanstoot.

[0030] FIG 4 stelt de opvangruimte voor met volgende onderdelen: 16. concaaf verbindingsstuk, 17. gesloten zijwand, 18. opvangbox, 19. behandelde stapel röntgenfoto's.

[0031] FIG 5 stelt de gehele inrichting voor en duidt de werkingshoeken aan.

Gedetailleerde beschrijving van de uitvinding

[0032] Onderhavige uitvinding bestaat uit een werkwijze en een aangepaste inrichting voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's, die volgens een conventionele manier tot stand gekomen zijn. De werkwijze bestaat uit een opeenvolging van stappen die een automatische digitalisering verwezenlijken. Een eerste stap bestaat uit het opnemen van een individuele röntgenfoto van een stapel. Het probleem wordt hier hoofdzakelijk gevormd door de aantrekkingskrachten die er heersen tussen de individuele foto's. Vervolgens dient de opgenomen foto op een scaninrichting te worden gepositioneerd. Via een verplaatsingsmechanisme en onder invloed van de zwaartekracht wordt de foto op een plaats gelegd teneinde een juiste scanning te verwezenlijken. Tenslotte wordt de foto in een behandelde stapel geplaatst. De foto dient zijn plaats in de oorspronkelijke volgorde te behouden.

[0033] De inrichting bevat hoofdzakelijk een laadeenheid, een scaninrichting en een opvangruimte. De inrichting wordt op een zodanige manier opgesteld dat de röntgenfoto's vanuit de laadeenheid op een juiste plaats op de scaninrichting terechtkomen. Dit wordt verwezenlijkt door een tafel onder een bepaalde hoek op te stellen. Na de scanning komt de foto in een opvangruimte terecht waar het zijn oorspronkelijke plaats in de stapel opnieuw inneemt doordat het een draaibeweging onderging.

[0034] De uitvinding wordt vervolgens in detail uiteengezet met behulp van de bijgevoegde figuren.

[0035] De inrichting (fig 1) bevat drie grote entiteiten: de laadeenheid (fig 2), de scaninrichting (fig 3) en de opvangruimte (fig 4) . Het geheel bevat een frame waarin de verschillende onderdelen modulair zijn samengebouwd tot één geheel. Het ganse frame wordt in zijn geheel lateraal schuin gesteld over een hoek β (fig 5) ; deze hoek bedraagt tussen 10° en 50°, bij voorkeur tussen 20° en 45° ten opzichte van een loodvlak op de zwaartelijn.

[0036] De laadeenheid (fig 2) bevat de onbehandelde stapel foto's 5 die onderaan rusten op een ondersteunende geleiding 2 die schuin wordt geplaatst onder een hoek ai (fig 5). Deze hoek bedraagt bij voorkeur tussen 10° en 50°, bij grotere voorkeur tussen 15° en 40°.

[0037] De onbehandelde stapel 5 leunt achteraan tegen de lader 1, die longitudinaal verplaatsbaar is over de geleiding 2, en die schuin geplaatst is onder een hoek δ (fig 5); deze hoek δ bedraagt bij voorkeur tussen 5° en 30°, bij grotere voorkeur tussen 10° en 25° ten opzichte van de zwaartelijn.

[0038] Bij voorkeur wordt er een zijwand 4 voorzien op de laadeenheid om de stapel zijdelings te ondersteunen. De foto's worden vooraan door een stopsysteem 3 op hun plaats gehouden.

[0039] Een grijpmechanisme 6 is bij voorkeur voorzien van zuignappen 7 met als doel de foto's af te nemen van de stapel en aldus op scaninrichting (tafel 10) te positioneren. Aangezien het grijpmechanisme slechts één foto per beweging mag verplaatsen is er een scheidingslichaam 8 voorzien en bevat het stopsysteem een geribd of getrapt profiel.

[0040] Om de foto te geleiden naar de scaninrichting (fig 3) wordt bij voorkeur gebruik gemaakt van een luchtverplaatsingeenheid 12 die een luchtkussen vormt over de glijtafel 10. De luchtverplaatsingeenheid 12 is een inrichting die lucht blaast over de glij tafel 10 in een richting gaand van de laadeenheid naar de opvangruimte. De glijtafel 10 is schuin geplaatst onder een hoek α (fig 5); deze hoek is bij voorkeur tenminste 10°, bij grotere voorkeur tenminste 20°. De hoek α is kleiner dan 90°, bij voorkeur kleiner dan 65°. De luchtverplaatsingeenheid 12 is bij voorkeur voorzien onder een afschuifplaat 11 waarop de gegrepen foto terechtkomt.

[0041] De foto dient te worden gepositioneerd op een vooraf gedefinieerde positie op de glijtafel 10. Deze vooraf gedefinieerde positie wordt bepaald door twee aanstootvoorzieningen op de glijtafel 10, namelijk een blokkeerlichaam 15 en een aanstoot 115. Deze twee aanstootvoorzieningen vormen samen een hoek op de glijtafel 10. De twee aanstootvoorzieningen zijn hellend opgesteld ten opzichte van een loodvlak op de zwaartelijn.

[0042] Door de combinatie van enerzijds het hellend vlak van de tafel 10 en anderzijds het luchtkussen wordt de foto naar de vooraf gedefinieerde positie op de scaninrichting verplaatst. De foto raakt daarbij met twee randen tegen de twee aanstootvoorzieningen 15 en 115. De ingesloten hoek van de foto ligt lager dan de drie andere hoeken indien gemeten volgens de zwaartelijn.

[0043] De glijtafel 10 bevat een transparant oppervlak waarover de foto tot tegen het blokkeerlichaam 15 glijdt. Dit transparant oppervlak bestaat bij voorkeur uit een glasplaat. In een mogelijke uitvoeringsvorm bevat de scaninrichting verder een lichtbak 13 die zich onder het transparante oppervlak bevindt en een hoge resolutie scankop 14.

[0044] Bij voorkeur bevat het blokkeerlichaam 15 een actuator om het blokkeerlichaam 15 te verwijderen en de foto te deblokkeren en door te laten naar de opvangruimte. Afwaarts van het blokkeerlichaam 15, aan het uiteinde van de glijtafel 10, is een concaaf verbindingsstuk 16 voorzien dat via een hellend vlak uitmondt in de opvangbox 18. De hoek γ van deze helling (fig 5) is bij voorkeur tenminste 10°, bij grotere voorkeur tenminste 20° ten opzichte van een loodvlak op de zwaartelijn.

[0045] De inrichting bevat bij voorkeur verder een computer met archiveringssoftware om de gedigitaliseerde foto's te archiveren. De computer kan verbonden zijn met een netwerk om de gedigitaliseerde foto's over het netwerk door te sturen naar een databank of naar een arts.

[0046] De werking van de uitvinding wordt vervolgens toegelicht. De bovenste röntgenfoto, die zich op de onbehandelde stapel 5 in de laadeenheid bevindt, wordt door de zuignappen 7 van het grijpmechanisme 6 aangezogen. Het scheidingslichaam 8 en de geribde of getrapte vorm van het stopsysteem zorgen ervoor dat slechts één foto gegrepen wordt. Wanneer het grijpmechanisme (de zuignappen 7) de bovenste foto van de onbehandelde stapel neemt, houden scheidingslichaam 8 en getrapt profiel 3 de foto tijdelijk tegen en wordt deze foto convex getrokken door het grijpmechanisme 6, tussen het scheidingslichaam en het getrapt profiel. Zodoende verzekert men er zich van dat slechts één foto genomen wordt. Het getrapt of geribd profiel 3 zorgt door de specifieke vormgeving dat slechts één foto per keer wordt gegrepen.

[0047] Aangezien de stapel, die zich in de laadeenheid bevindt kleiner wordt, schuift de beweegbare lader 1 samen met de onbehandelde stapel 5 langs de geleiding 2 tot tegen het stopsysteem 3. Na een stopzetting van de zuigkracht, valt de foto en komt, via een afschuifplateau 11 op de gehelde glijtafel 10 terecht. Door middel van een luchtkussen ten gevolge van de luchtverplaatsingeenheid 12 en de helling van de glijtafel 10 glijdt de röntgenfoto 9 tot tegen het blokkeerlichaam 15 en aanstoot 115. De foto bevindt zich daar op een vooraf gedefinieerde positie boven de lichtbak 13 waar de foto vervolgens gescand wordt met behulp van de hoge resolutie scankop 14.

[0048] Aangezien de glijtafel 10 onder een hoek α opgesteld staat en vanwege de werking van het luchtkussen glijdt de foto verder naar beneden als het blokkeerlichaam 15 verwijderd wordt.

[0049] Aan het uiteinde van de glijtafel 10 is een concaaf verbindingsstuk 16 voorzien dat ervoor zorgt dat de foto een semi-circulaire beweging ondergaat en dus omgekeerd in de opvangbox- 18 terechtkomt. Dit verbindingsstuk is bij voorkeur een geplooide plaat. Door deze laatste handeling komen de foto's opnieuw in hun oorspronkelijke volgorde te liggen.

[0050] In een mogelijke uitvoeringsvorm bevat de laadeenheid bijkomend een barcode-lezer om het digitaliseren van patiënt-gerelateerde foto's te vergemakkelijken. Foto's van eenzelfde patiënt worden in de onbehandelde stapel gegroepeerd en gescheiden met een voorblad. Het voorblad bevat een barcode die de patiënt aanduidt. Wanneer de barcode-lezer een barcode geïdentificeerd heeft, wordt het voorblad gegrepen door het grijpmechanisme 6 en naar de scaninrichting gevoerd. Het blokkeermechanisme wordt verwijderd en het voorblad schuift rechtstreeks door naar de opvangruimte, zonder dat het gescand wordt.

Claims (18)

1. Werkwijze voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's die volgende stappen omvat: opnemen van een individuele röntgenfoto (9) van een onbehandelde stapel (5), positioneren van de röntgenfoto op een scaninrichting (10) en plaatsen van de röntgenfoto in een behandelde stapel (19), waarbij de röntgenfoto in de behandelde stapel dezelfde positie inneemt als de originele positie van de röntgenfoto in de onbehandelde stapel en waarbij de invloed van de zwaartekracht wordt benut in de stap van het positioneren van de röntgenfoto op de scaninrichting.

2. Werkwij ze voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's volgens conclusie 1, waarbij bij het positioneren van de röntgenfoto op de scaninrichting, de röntgenfoto over een vlak (10) glijdt dat niet loodrecht staat op de zwaartelijn en waarbij de röntgenfoto zo gepositioneerd wordt dat één hoek van de röntgenfoto, gemeten volgens de zwaartelijn, lager ligt dan de drie andere hoeken.

3. Werkwijze voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's volgens conclusie 1 of 2, waarbij bij het positioneren van de röntgenfoto op de scaninrichting, lucht onder de röntgenfoto wordt geblazen.

4. Werkwijze voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's volgens eender welke voorgaande conclusie, waarbij bij het opnemen van de röntgenfoto van de onbehandelde stapel telkens de bovenste röntgenfoto van de onbehandelde stapel wordt opgenomen en waarbij het plaatsen van de röntgenfoto in de behandelde stapel het omkeren van de röntgenfoto omvat.

5. Werkwijze voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's volgens eender welke voorgaande conclusie, waarbij het positioneren van de röntgenfoto op de scaninrichting in een lineaire verplaatsing volgens een hellingsgraad van tenminste 10° ten opzichte van een loodvlak op de zwaartelijn bewerkstelligd wordt.

6. Werkwijze voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's volgens eender welke voorgaande conclusie, waarbij röntgenfoto's van verschillende patiënten door een voorblad in de onbehandelde stapel worden gescheiden.

7. Werkwijze voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's volgens conclusie 6, waarbij de stap van het opnemen van een individuele röntgenfoto van de onbehandelde stapel het identificeren van het voorblad omvat en waarbij de stap van het positioneren van de röntgenfoto op een scaninrichting het automatisch doorvoeren van het voorblad omvat.

8. Inrichting voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's die een laadeenheid (1, 2), een scaninrichting (13, 14) en een opvangruimte (18) bevat, daardoor gekenmerkt dat de scaninrichting een vlak (10) bevat voor het positioneren van een röntgenfoto (9) dat hellend is aangebracht onder een hoek van tenminste 10° ten opzichte van een loodvlak op de zwaartelijn en dat de scaninrichting twee aanstootvoorzieningen (15, 115) bevat voor twee randen van de röntgenfoto die vanuit een gemeenschappelijke hoek lopen waarbij beide aanstootvoorzieningen hellend zijn aangebracht ten opzichte van een loodvlak op de zwaartelijn.

9. Inrichting voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's volgens conclusie 8, die bijkomend een inrichting (12) voor het blazen van lucht over genoemd vlak bevat.

10. Inrichting voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's volgens conclusie 8 of 9, waarbij de laadeenheid en/of de opvangruimte hellend zijn aangebracht onder een hoek van tenminste 10° ten opzichte van een loodvlak op de zwaartelijn

11. Inrichting voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's volgens .conclusie 10, waarbij de laadeenheid en/of de opvangruimte aangepast zijn om de röntgenfoto zodanig te positioneren dat één hoek van de röntgenfoto, gemeten volgens een zwaartelijn, lager ligt dan de drie ander(j hoeken.

12. Inrichting voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's volgens eender welke voorgaande conclusie, waarbij de laadeenheid een stopsysteem (3, 8) bevat om een stapel röntgenfoto's tegen te houden.

13. Inrichting voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's volgens conclusie 12, waarbij het stopsysteem een geribd of getrapt profiel (3) bevat.

14. Inrichting voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's volgens conclusie 12 of 13, waarbij het stopsysteem een scheidingslichaam (8) bevat dat de stapel röntgenfoto's aan een bovenvlak tegenhoudt.

15. Inrichting voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's volgens eender welke van de conclusies 8 tot en met 14, die een concaaf verbindingsstuk (16) bevat tussen scaninrichting en opvangruimte om de röntgenfoto om te keren.

16. Inrichting voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's volgens conclusie 15, waarbij het concaaf verbindingsstuk een uiteinde bevat in de vorm van een vlak met een hellingsgraad van tenminste 10° ten opzichte van een loodvlak op de zwaartelijn.

17. Inrichting voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's volgens eender welke van de conclusies 8 tot en met 16, waarbij de laadeenheid een barcode-lezer bevat.

18. Inrichting voor het automatisch digitaliseren van röntgenfoto's volgens conclusie 17, die aangepast is om een aanstootvoorziening van de scaninrichting terug te trekken wanneer de barcode-lezer een barcode leest.