BE1016496A6 - Lastopnameklemming, weinig beinvloedbare weegcel. - Google Patents

Abstract

Een weegcel (1) type "shear beam of bending beam" heeft aan haar lastopnamekant een speciale boring, waardoor na inklemming bij bevestiging met een connectiestuk er minder spanningsveld word gecreërd, zodat de zone (3) waarin de rekstrookjes zijn aangebracht geen of weinig hinder ondervinden. Het resultaat is een weegcel met hoogst mogelijke precisie.

Description

  Beschrijving

  
 <EMI ID=1.1> 

  
Een weegcel, zgn. loadcell, van het type buigstaaf, meestal genoemd "shear beam" of "bending beam" worden in de constructie van weegsystemen ingebouwd en op zodanige wijze dat de krachten tg.v. de zwaartekracht van de weegschaal en haar last erdoor worden opgenomen en gemeten. Fabrikanten trachten een weegcel zo compact mogelijk te construeren. Compactheid is bij het toepassen ervan belangrijk en gezien het materiaal redelijk duur is, kan de kostprijs van de weegcel, concurentiëel gezien, zo interessant mogelijk blijven. Omwille van de compactheid is de afstand tussen de zone in de weegcel waarin de rekstrookjes zijn gesitueerd en de lastopnamekant van de weegcel redelijk klein en bestaat bij het klemmen van een aanhechtingsstuk d.m.v. boutverbinding het gevaar dat het spanningsveld in het materiaal zich uitstrekt tot de zone waarin de rekstrookjes zijn gepositioneerd.

   De precisie van de weegcel komt hierdoor in gevaar. De uitvinding bestaat erin dat aan de lastopnamekant van de weegcel een speciale boring is voorzien waardoor bij het vast zetten van een aanhechtingsstuk er zo klein mogelijk spanningsveld wordt gecreëerd en daardoor in het lichaam van de weegcel en in het bijzonder daar waar de rekstrookjes zich bevinden, geen of weinig nadelige invloeden optreden. Figuur 3 toont een gekende uitvoering met aan de lastopnamekant van de weegcel, een gewone doorlopende boring. Bij deze uitvoering is het duidelijk dat bij klemmen aan de lastopnamekant van de weegcel er in de richting van de zone waarin de rekstrookjes zijn gepositioneerd, een spanningsveld optreed. Een uitvoering die het spanningsveld verkleind is figuur 2. Een gedeelte van de boring is ruimer en is voorzien om de kop van een bout te plaatsen.

   De uitgeoefende kracht wordt erdoor naar de neutrale vezel van het weegcellichaam gebracht en het spanningsveld is ook kleiner.

  
De 2 genoemde uitvoeringen worden veel toegepast.

  
Na. fabricage worden weegcellen getest en naargelang de precisie worden ze geklasseerd in verschillende precisieklassen. De precisieklasse bepaald mede de verkoopprijs van de weegcel. Het is nu de kunst uiteraard om zo veel mogelijk weegcellen met hoge precisie uit de productie te halen. De tot op heden gekende uitvoeringen hebben aangetoond dat het aantal weegcellen met een hoge precisie beperkt zijn.

  
Een speciale boring aan de lastopnamekant van de weegcel volgens figuur 1, waarbij aan één kant de ruimere boring bestaat waarin de kop van de bout kan worden geplaatst en waarbij aan de andere kant ook een ruimere boring bestaat waarin een montagestuk voor bevestiging met de weegschaal wordt geplaatst, tussen de 2 ruimere boringen bestaat een relatief korte en kleinere boring zodat 2 drukvlakken, 2a en 2b ontstaan die relatief dicht bij elkaar liggen. De druk die ertussen optreed vormt een relatief klein spanningsveld in de richting van de zone van de weegcel waarin zich de rekstrookjes bevinden.

  
Een hogere precisie van de weegcel met ongewijzigde compactheid is het gevolg.

Claims (1)

1. Conclusies

   Een weegcel van bet type "Shear beam of Bending beam"(l) heeft een draagkant (7) en een lastopnamekant (8). Tussen beide kanten heeft de weegcel (1) een zone (3) waarin rekstrookjes zijn aangebracht. Aan de draagkant (7) is minstens één boring (5) voorzien waarin een schroefbout voor montage kan worden doorheengebracht. Aan de lastopnamekant (8) is een boring (6) voorzien waarin een schroefbout voor montage kan worden doorheengebracht, met het kenmerk dat deze laatste boring bestaat uit minstens 3 verschillende ruimten waarvan de tussenliggende ruimte(n) (11) een kleinere diameter heeft (hebben) dan de buitenliggende ruimten. In de scheiding tussen de buitenliggende ruimten met een tussenliggende ruimte (11) ontstaat t.g.v. de diameterverschillen een vlak (2a, 2b). Het vlak (2a, 2b) in de scheiding van de ene buitenliggende ruimte

   met een tussenliggende ruimte (11) zal de kop van de montageschroefbout dragen.

   Het vlak in de scheiding van de andere buitenliggende ruimte met een tussenliggende ruimte (11) zal aanraking hebben met een connectiestuk van het weegwerktuig, draagraam of weegraam.

   Conclusie volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de tussenliggende ruimte (11) een in hoogte gezien, kleine ruimte is, < 25 mm.

   Conclusie volgens conclusie 1 en 2, met het kenmerk dat in één van de buitenliggende ruimten een connectiestuk van het weegwerktuig, diaagraam of weegraam, zich er minstens gedeeltelijk in bevind en dat het connectiestuk minstens in dat gedeelte wat zich <EMI ID=2.1>