BE1016373A3 - Inrichting voor het detecteren van een insnijding in of doorheen een materiaallaag. - Google Patents

Abstract

Inrichting voor het detecteren van een insnijding in of doorheen een materiaallaag, daardoor gekenmerkt dat zij in hoogdzaak bestaat uit twee elektrisch geleidende lagen (2) die door tussenkomst van een elektrisch isolerende tussenlaag (3) tegen elkaar zijn aangebracht en die tegen de voornoemde materiaallaag kunnen worden bevestigd en uit een detectiesysteem (4) dat elektrisch verbonden is met de voornoemde elektrisch geleidende lagen (2), waarbij de voornoemde inrichting (1) is voorzien van een zender (5) die gekoppeld is aan het voornoemde detectiesysteem (4), welke zender (5) draadloos kan samenwerken met een ontvanger (6) die gekoppeld is aan een stuursysteem (7) dat is verbonden met alarmmiddelen (8).

Description

  Inrichting voor het detecteren van een insnijding in of doorheen een materiaallaag.

  
De huidige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het detecteren van een insnijding in of doorheen een materiaallaag.

  
Het is bekend dat opleggers van vrachtwagens dikwijls zijn voorzien van een zeil dat de te transporteren goederen beschermt tegen weersinvloeden en tegen diefstal.

  
Uit de praktijk weet men echter dat zulke zeilen soms worden stukgesneden door vandalen, door dieven of door verstekelingen die zich, bijvoorbeeld langs het dak van de oplegger, ongemerkt in de vrachtruimte begeven via een insnijding die doorheen het zeil wordt aangebracht.

  
Tevens is het bekend dat tenten van hulporganisaties of van het leger soms worden opengesneden, teneinde aan de haal te kunnen gaan met hulpgoederen, voeding, wapens of dergelijke.

  
Ook worden daken van cabriolets, canvas van boten of afdekzeilen van aanhangwagens soms stukgesneden door vandalen of dieven.

  
Het is eveneens bekend dat ook schilderijen te beurt vallen aan insnijdingen, aangebracht door vandalen of dergelijke en dat bijvoorbeeld etalageramen van winkels soms worden ingekrast. 

  
De huidige uitvinding heeft als doel een inrichting te bieden die het mogelijk maakt om zulke insnijdingen in of doorheen een materiaallaag te detecteren.

  
Hiertoe betreft de huidige uitvinding een inrichting voor het detecteren van een insnijding in of doorheen een materiaallaag, waarbij deze inrichting in hoofdzaak bestaat uit twee elektrisch geleidende lagen die door tussenkomst van een elektrisch isolerende tussenlaag tegen elkaar zijn aangebracht en die tegen de voornoemde materiaallaag kunnen worden bevestigd en uit een detectiesysteem dat elektrisch verbonden is met de voornoemde elektrisch geleidende lagen en detecteert wanneer deze geleidende lagen elektrisch worden kortgesloten, waarbij de voornoemde inrichting verder is voorzien van een zender die gekoppeld is aan het voornoemde detectiesysteem, welke zender draadloos kan samenwerken met een ontvanger die gekoppeld is aan een stuursysteem dat is verbonden met alarmmiddelen.

  
Wanneer iemand door middel van een mes, een sleutel of dergelijke een insnijding maakt in of doorheen de voornoemde materiaallaag, worden de voornoemde elektrisch geleidende lagen en de daartussen aangebrachte isolerende laag geperforeerd, één en ander zodanig dat dit mes of dergelijke tijdelijk de elektrisch geleidende lagen met elkaar verbindt, zodat een elektrische kring wordt gesloten, hetgeen door het voornoemde detectiesysteem wordt gedetecteerd. 

  
Het detectiesysteem stuurt hierop via de voornoemde zender draadloos een signaal door naar een ontvanger die dit signaal doorgeeft aan het stuursysteem dat op zijn beurt de voornoemde alarmmiddelen activeert.

  
Op deze wijze laat een inrichting volgens de uitvinding toe om insnijdingen doorheen bijvoorbeeld zeilen van opleggers van vrachtwagens te detecteren en alarm te slaan.

  
In het geval van een oplegger kan, door de draadloze koppeling tussen de zender en de ontvanger, het voornoemde detectiesysteem tegen het zeil van de oplegger worden aangebracht, terwijl het voornoemde stuursysteem op het trekkend voertuig kan worden aangebracht.

  
Ook kan het voornoemde stuursysteem bijvoorbeeld tegen de onderkant van de oplegger worden aangebracht en worden voorzien van een noodvoeding, één en ander zodanig dat bij het afkoppelen van de oplegger de voornoemde inrichting werkzaam blijft.

  
Dit laat toe om het zeil van de oplegger uit te voeren als schuifgordijn dat, op bekende wijze, zijdelings kan worden verschoven, zonder dat hierbij kabels dienen te worden onderbroken of alarmsignalen worden gegenereerd.

  
Het is tevens mogelijk om meerdere zeilen van een zelfde oplegger ieder afzonderlijk te voorzien van een inrichting volgens de uitvinding. 

  
Hierdoor kan het voornoemde stuursysteem detecteren in welk zeil van de oplegger een insnijding is gemaakt en worden bij defect van één van de inrichtingen nog steeds de overige zeilen van de oplegger beschermd.

  
Tevens laat een inrichting volgens de uitvinding op analoge wijze toe om zeilen van tenten, daken van cabriolets, canvas van boten en afdekzeilen van aanhangwagens te bewaken tegen insnijding.

  
In dit geval kunnen één of beide geleidende lagen van de inrichting bijvoorbeeld gevormd worden door een coating die al dan niet transparant kan zijn.

  
Ook kan zulke inrichting worden toegepast op een raam van een etalage of op een schilderij of dergelijke, waardoor insnijding door vandalen onmiddellijk wordt opgemerkt en gesignaleerd.

  
Bij voorkeur zijn, bij het toepassen van een inrichting volgens de uitvinding op het zeil van de oplegger van een vrachtwagen, de voornoemde elektrisch geleidende lagen uitgevoerd in de vorm van geleidende folies die elk op een elektrisch isolerende laag zijn gekleefd en zijn de voornoemde elektrische geleidende lagen aan hun respectievelijke omtreksranden aan dit zeil bevestigd door middel van thermisch lassen.

  
Dit heeft als voordeel dat van buitenaf niet kan worden waargenomen waar de inrichting zich precies tegen het zeil bevindt, aangezien zij "zwevend" hiertegen is aangebracht. 

  
Met het inzicht de kenmerken van de huidige uitvinding beter aan te tonen, zijn hierna, als voorbeeld zonder enig beperkend karakter, enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen van een inrichting voor het detecteren van een insnijding in of doorheen een materiaallaag weergegeven, met verwijzing naar de bijgaande tekeningen, waarin:
figuur 1 schematisch een inrichting volgens de uitvinding weergeeft; figuur 2 een variante weergeeft van een inrichting volgens figuur l; figuur 3 een vrachtwagen weergeeft die is voorzien van een inrichting volgens de uitvinding; figuur 4 een doorsnede weergeeft volgens lijn IV-IV in figuur 3.

  
In figuur 1 is een inrichting 1 voor het detecteren van een insnijding in of doorheen een materiaallaag weergegeven, welke inrichting in hoofdzaak bestaat uit twee elektrisch geleidende lagen 2, waartussen een elektrisch isolerende tussenlaag 3 is voorzien.

  
In dit geval zijn de voornoemde elektrisch geleidende lagen 2 uitgevoerd in de vorm van geleidende folies die aan weerszijden van de voornoemde isolerende tussenlaag 3 zijn gekleefd. 

  
Het gebruik van zulke geleidende folies zorgt ervoor dat het totale gewicht van een inrichting volgens de uitvinding beperkt blijft.

  
Ook zorgt het gebruik van zulke folie ervoor dat een volledig oppervlak wordt voorzien van een geleidende laag, zodanig dat er geen openingen in de geleidende lagen 2 aanwezig zijn waar doorheen een mes of dergelijke kan worden aangebracht, zoals bijvoorbeeld bij het gebruik van draadvormige geleiders die zouden ingeweven zijn, welke geleiders door het veelvuldig plooien trouwens gemakkelijk zouden breken.

  
Elk van de voornoemde elektrisch geleidende lagen 2 is verbonden met een detectiesysteem 4 dat is voorzien van een niet in de figuren weergegeven batterij, bijvoorbeeld een lithiumcel.

  
Het detectiesysteem 4 is elektrisch verbonden met een zender 5.

  
Volgens de uitvinding is de voornoemde zender 5 draadloos verbonden met een ontvanger 6, welke ontvanger aansluit op een stuursysteem 7 dat is voorzien van een afzonderlijke voeding en dat is verbonden met alarmmiddelen 8, die in dit geval schematisch zijn weergegeven als een sirene.

  
De werking van een inrichting volgens de uitvinding is zeer eenvoudig en als volgt. 

  
Teneinde een insnijding in of doorheen een materiaallaag te kunnen detecteren, worden de voornoemde elektrisch geleidende lagen 2 tegen deze materiaallaag aangebracht.

  
Bij het doorsnijden van deze materiaallaag door middel van bijvoorbeeld een mes, wordt de voornoemde inrichting 1 eveneens geperforeerd.

  
Hierbij zal op het ogenblik dat het mes doorheen de inrichting 1 steekt, een elektrische verbinding tussen de respectievelijke geleidende lagen 2 worden verwezenlijkt, door het mes, waardoor deze geleidende lagen 2 worden kortgesloten wat wordt gedetecteerd door het voornoemde detectiesysteem 4.

  
Hierbij volstaat het volgens de uitvinding reeds, dat het mes slechts kortstondig een verbinding maakt tussen de elektrisch geleidende lagen 2, teneinde een detectiesignaal te genereren dat door het detectiesysteem 4 wordt doorgestuurd naar de voornoemde zender 5 die dit signaal via een draadloze verbinding doorstuurt naar de voornoemde ontvanger 6.

  
De ontvanger 6 geeft het detectiesignaal door aan het voornoemde stuursysteem dat op zijn beurt de voornoemde alarmmiddelen activeert.

  
In figuur 2 is een variante weergegeven van een inrichting 1 volgens de uitvinding, waarbij de voornoemde elektrisch geleidende lagen 2 elk zijn uitgevoerd in de vorm van een geleidende folie die op een elektrisch isolerende laag 3 is aangebracht, bijvoorbeeld door middel van kleven.

  
Zulke uitvoeringsvorm heeft als voordeel dat de inrichting 1 tegen een materiaallaag kan worden aangebracht, zonder dat de geleidende lagen 2 zichtbaar zijn, doordat zij worden bedekt door een elektrisch isolerende laag 3, bijvoorbeeld uit kunststof.

  
In dit geval zijn het detectiesysteem 4 en de zender 5 geïntegreerd in een behuizing 9 en zijn de voornoemde ontvanger 6 en het stuursysteem 7 in een behuizing 10 aangebracht.

  
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm is de voornoemde behuizing 9 zeer klein uitgevoerd, onder meer door het gebruik van een kleine batterij, waardoor het detectiesysteem 4 en de zender 5 gemakkelijk kunnen worden verscholen, onttrokken aan het oog van eventuele kwaadwilligen.

  
Het gebruik van zulke variante is analoog aan dat van de hiervoor beschreven uitvoeringsvorm.

  
In figuur 3 is een vrachtwagen 11 weergegeven die bestaat uit een trekkend voertuig 12 en een oplegger 13 die is voorzien van een zeil 14 waarop een inrichting 1 volgens de uitvinding is aangebracht.

  
Zoals meer in detail is weergegeven in figuur 4, zijn de voornoemde elektrisch geleidende lagen 2, analoog aan de hiervoor beschreven uitvoeringsvorm, uitgevoerd in de vorm van een folie die op een elektrisch isolerende laag 3 is gekleefd, bijvoorbeeld door middel van een acrylaatlijm.

  
De voornoemde elektrisch isolerende lagen 3 zijn aan hun respectievelijke omtreksranden met elkaar en met de binnenzijde van het voornoemde zeil 14 van de oplegger 13 verbonden door middel van thermisch lassen.

  
Dit heeft als voordeel dat van buitenaf niet kan worden waargenomen waar de inrichting 1 zich precies tegen het zeil 14 bevindt, aangezien zij "zwevend" hiertegen is aangebracht.

  
In dit geval strekken de voornoemde lagen 2 en 3 van de inrichting 1 zich slechts uit over een hoogte H die kleiner is dan de hoogte van het zeil 14 van de oplegger
1.

  
Het is echter duidelijk dat de inrichting 1 zich tevens over de volledige hoogte van het zeil 14 kan uitstrekken.

  
Op deze wijze wordt een samengesteld zeil verkregen waarvan de totale dikte bij voorkeur, doch niet noodzakelijk, tussen 20 en 80 micrometer is gelegen.

  
Door de relatief beperkte dikte van het zeil en de inrichting, blijft een goed plooibaar geheel behouden.

  
Het voornoemde stuursysteem 7 wordt in dit geval gevoed door de batterij van het trekkend voertuig 12, doch kan tevens worden voorzien van een afzonderlijke batterij. 

  
De werking van de inrichting 1 die is aangebracht op een zeil 14 van een oplegger 13 is analoog als hiervoor beschreven.

  
Wanneer iemand door middel van een mes of dergelijke een snede aanbrengt in het zeil 14, worden tevens de lagen 2 en 3 doorgesneden, waardoor het mes of dergelijke elektrisch contact maakt tussen de voornoemde elektrisch geleidende lagen 2 en wordt een elektrische kring gesloten.

  
Vervolgens zal het voornoemde stuursysteem, zoals hierboven reeds besproken, een detectiesignaal ontvangen en alarmmiddelen 8 activeren.

  
Door de draadloze verbinding tussen de zender 5 en de ontvanger 6, is het mogelijk om het zeil 14 uit te voeren in de vorm van een schuifgordijn dat, op bekende wijze, zijdelings kan worden verschoven, zonder dat hierbij kabels dienen te worden onderbroken of alarmsignalen worden gegenereerd.

  
In een voorkeurdragende uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding is het voornoemde stuursysteem 7 voorzien van software die foutmeldingen detecteert.

  
Dit heeft als voordeel dat, bijvoorbeeld wanneer een spijker van een palet doorheen het zeil 14 van de oplegger 13 blijft steken en dus een permanente kortsluiting veroorzaakt, niet continu een alarmsignaal blijft afgaan.

  
Het spreekt voor zich dat op elk van de zeilen aan de zijwanden en desgewenst ook op de bovenwand van de oplegger 13 een afzonderlijke inrichting 1 volgens de uitvinding kan worden voorzien, zodat, in functie van het alarm dat wordt geactiveerd, de bestuurder ook weet in welk van de zijwanden of bovenwand een perforatie is opgetreden.

  
Ook worden bij defect van één van de inrichtingen 1 nog steeds de overige wanden van de oplegger 14 bewaakt.

  
In de hierboven vermelde uitvoeringsvormen is het stuursysteem 7 steeds gekoppeld met alarmmiddelen 8 in de vorm van een sirene.

  
Het spreekt echter voor zich dat dit stuursysteem 7 tevens verbonden kan zijn met een GPS-tracking systeem en/of met een communicatienetwerk, zoals internet of een vast of een mobiel telefoonnetwerk, zodat, bijvoorbeeld door middel van een tekstbericht in de vorm van een SMS, de vrachtwagenchauffeur of dergelijke op de hoogte kan worden gebracht.

  
Tevens is het mogelij k om het stuursysteem in verbinding te stellen met een 24-uur meldkamer, zodat vanop afstand het insnijden van de materiaallaag steeds kan worden gedetecteerd en spoedig kan worden ingegrepen. 

  
Het is duidelijk dat een inrichting 1 volgens de uitvinding tevens kan wordt toegepast op een zeil van een tent, op een afdekzeil van een aanhangwagen, op een canvas van een boot of op het dak van een cabriolet, of op enige andere afdeklaag of verpakking.

  
Een inrichting 1 volgens de uitvinding blijkt daarenboven bijzonder geschikt om te worden toegepast op schilderijen, teneinde het insnijden ervan onmiddellijk te kunnen signaleren.

  
In een bijzondere uitvoeringsvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding zijn één of beide van de voornoemde elektrisch geleidende lagen 2 uitgevoerd in de vorm van een geleidende, al dan niet transparante coating.

  
Dit laat toe om bijvoorbeeld het inkerven in een raam, door middel van een glassnijder of dergelijke, van een etalage of dergelijke te detecteren.

  
In een bijzondere uitvoeringsvorm van een inrichting 1 volgens de uitvinding wordt de voornoemde isolerende tussenlaag 3 gevormd door de voornoemde materiaallaag.

  
De huidige uitvinding is geenszins beperkt tot de als voorbeeld beschreven en in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen, doch een inrichting voor het detecteren van een insnijding in of doorheen een materiaallaag kan in allerlei vormen en afmetingen worden verwezenlijkt, zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (21)

Conclusies.

1.- Inrichting voor het detecteren van een insnijding in of doorheen een materiaallaag, daardoor gekenmerkt dat zij in hoofdzaak bestaat uit twee elektrisch geleidende lagen (2) die door tussenkomst van een elektrisch isolerende tussenlaag (3) tegen elkaar zijn aangebracht en die tegen de voornoemde materiaallaag kunnen worden bevestigd en uit een detectiesysteem (4) dat elektrisch verbonden is met de voornoemde elektrisch geleidende lagen (2) en detecteert wanneer deze geleidende lagen (2) elektrisch worden kortgesloten, waarbij de voornoemde inrichting (1) verder is voorzien van een zender (5) die gekoppeld is aan het voornoemde detectiesysteem (4), welke zender (5) draadloos kan samenwerken met een ontvanger (6) die gekoppeld is aan een stuursysteem (7) dat is verbonden met alarmmiddelen (8).

2.- Inrichting volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde isolerende tussenlaag (3) wordt gevormd door de voornoemde materiaallaag.

3.- Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het voornoemde detectiesysteem (4) is verbonden met een batterij, één en ander zodanig dat een open elektrische kring wordt gevormd die kortgesloten kan worden door het elektrisch verbinden van de voornoemde geleidende lagen (2).

4.- Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat elk van de voornoemde elektrisch geleidende lagen (2) op een elektrisch isolerende laag (3) zijn aangebracht.

5.- Inrichting volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde elektrisch geleidende lagen (2) elk op een voornoemde elektrisch isolerende laag (3) zijn gekleefd.

6.- Inrichting volgens conclusie 5, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde elektrisch geleidende lagen (2) op de voornoemde isolerende lagen (3) zijn gekleefd door middel van een acrylaatlijm.

7.- Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde elektrisch geleidende lagen (2) bestaan uit een elektrisch geleidende folie.

8.- Inrichting volgens conclusie 5, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde isolerende lagen (3) aan hun respectievelijke omtreksranden aan elkaar zijn verbonden door middel van thermisch lassen.

9.- Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het voornoemde stuursysteem (7) is verbonden met alarmmiddelen (8).

10.- Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het voornoemde stuursysteem (7) wordt gevoed door een batterij.

11.- Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het voornoemde stuursysteem (7) .is voorzien van software die foutmeldingen detecteert.

12.- Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het voornoemde stuursysteem (7) is verbonden met een GPS-tracking systeem.

13.- Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat het voornoemde stuursysteem (7) in verbinding staan met een communicatienetwerk, zoals een vast of een mobiel telefoonnetwerk, internet of dergelijke.

14.- Inrichting volgens één of meer van de voorgaande conclusies, daardoor gekenmerkt dat één of beide voornoemde elektrisch geleidende lagen (2) bestaan uit een coating.

15.- Zeil, daardoor gekenmerkt dat het over tenminste een gedeelte van zijn oppervlak is voorzien van een inrichting (1) volgens één of meer van de voorgaande conclusies.

16.- Zeil volgens conclusie 15, daardoor gekenmerkt dat de voornoemde inrichting (1) aan haar omtreksranden aan dit zeil (14) is verbonden door middel van thermisch lassen.

17.- Zeil volgens één van de conclusies 15 of 16, daardoor gekenmerkt dat haar gezamenlijke dikte met de voornoemde inrichting (1) tussen 20 en 80 micrometer is gelegen.

18.- Zeil volgens één van de conclusies 15 tot 17, daardoor gekenmerkt dat het kan worden toegepast op een tent, een oplegger (13) van een vrachtwagen (11), het dak van een cabriolet, als canvas op een boot of als afdekzeil op een aanhangwagen.

19.- Raam, daardoor gekenmerkt dat het is voorzien van een inrichting (1) volgens één of meer van de conclusies 1 tot 14.

20.- Schilderij, daardoor gekenmerkt dat het is voorzien van een inrichting (1) volgens één of meer van de conclusies 1 tot 14.

21.- Verpakking, daardoor gekenmerkt dat zij is voorzien van een inrichting (1) volgens één of meer van de conclusies 1 tot 14.