BE1015694A6 - De vervaardiging en uitvoering van capsule, alsook een werkwijze voor de bereiding van dranken - Google Patents

Abstract

Een capsule met een dosis van een substantie bestaande uit een 1) schotel, voorzien van een uitsparing, met een element voorzien van een snijrand en afgeschermd met een folie en 2) een inlegstuk met opstaande ribben en een uitsparing langs de periferie, met een element voorzien van een snijrand en waarbij het geheel afgedekt wordt door een folie, gekenmerkt door het bewerkstelligen van een breekzone waarlangs de vloeistof zich dient te begeven alsook een werkwijze voor het bereiden van dranken en een proces voor de vervaardiging van betreffende capsule.

Description

   <Desc/Clms Page number 1> 
 



   De   vervaardiging   en de uitvoering van capsule, alsook een werkwijze voor de bereiding van dranken De uitvinding heeft betrekking op een capsule, waarin zich een dosis van een substantie bevindt, voor de bereiding van dranken. De uitvinding betreft eveneens een proces ter vervaardiging van een dergelijke capsule, alsook een werkwijze om dranken te bereiden met behulp van een voorgenoemde capsule. De uitvinding betreft in het bijzonder een capsule en de vervaardiging ervan waarbij door een vloeistofdruk de inhoud van een capsule vermengd wordt met deze vloeistof door het breken van een folie. De uitvinding heeft ook betrekking op het vermengingprincipe van de inhoud en de vloeistof, die volgens een bepaald traject met elkaar in contact gebracht worden. 



  De vloeistof die zowel de druk op de folie als het mengsel verwezenlijkt is meestal water, maar het is evident voor de vakman dat ook andere vloeistoffen in aanmerking komen. 



  De uitvinding beperkt zich dus niet tot water. De inhoud van de capsule kan zowel vloeibaar, semi-vloeibaar (gel) of vast (poeder) zijn. We kunnen deze onder de algemene noemer consumeerbare substanties plaatsen, aangezien het om voedingsmiddelen gaat. 



  Bij de bereiding van dranken is een goede vermenging noodzakelijk teneinde een kwalitatieve drank te bekomen. Anderzijds dient men ervoor te zorgen dat alle substantie opgelost wordt. Aangezien het gebruik van mechanische hulpmiddelen voor het breken of doorprikken van membranen aanleiding kan zijn tot allerlei mankementen van het apparaat, is een eenvoudige constructie van de capsule aangewezen. 



  Een ander probleem stelt zich bij het afdekken van de capsule waarbij geen aroma's van de inhoud van de capsule verloren mogen gaan. De afdekfolie moet dus zowel water-als luchtimpermeabel zijn en tegelijkertijd gemakkelijk breekbaar. 



  Onze uitvinding heeft dan ook tot doel een capsule te bewerkstelligen die aan de voorgaande problemen het hoofd biedt. 



  Diverse uitvoeringen werden reeds ontwikkeld. Het doorprikken van een membraan met een mechanische pin om het water tot de inhoud van een capsule toe te laten is gekend. 



  Het gebruik van voorgemaakte openingen in zowel boven- als bodemvlak van de capsule is eveneens gekend. Deze voorgemaakte perforaties worden dan van een beschermvlies voorzien. 



  Bij de ontwikkeling van deze uitvinding hebben we vastgesteld dat het voorzien van een kritische zone in een afdekfolie moet toelaten bij geringe druk een vloeistof door deze zone naar de inhoud van de capsule te dirigeren volgens een bepaald traject. Onze uitvinding heeft dan ook als voordeel dat er geen externe mechanismen of hulpmiddelen nodig zijn om een opening in de folie van de capsule te voorzien. Onze capsule is echter voorzien van een middel om de folie zonaal te doorprikken. 



  Onze uitvinding heeft ook als voordeel dat bij een lage vloeistofdruk de inhoud en de vloeistof vermengd worden. 



  Door het traject dat de vloeistof aflegt, wordt turbulentie veroorzaakt dat het mengproces bevordert. 



  Aan de hand van een uitvoeringsvorm wordt de capsule en zijn werking beschreven. 



  Vervolgens gaan we de stappen van het vervaardigingproces van de capsule beschrijven. 



  Het is evident voor de vakman dat deze uitvoeringsvorm van de capsule slechts tot doel heeft de uitvindinggedachte uit één te zetten, maar dat nog bepaalde varianten mogelijk zijn. 



  Aan de hand van de figuren wordt de capsule en zijn werking bij de bereiding van dranken, alsook de vervaardiging ervan verduidelijkt. 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 



  Figuur 1.a : bovenaanzicht onderste schotel Figuur 1.b : bovenaanzicht onderste schotel met folie Figuur 2.a : bovenaanzicht inlegstuk Figuur 2.b : onderaanzicht inlegstuk Figuur 3 : geassembleerde capsule met afdekfolie Figuur 4 : flowchart vervaardiging capsule De capsule bestaat uit 2 delen, namelijk een onderste schotel en een inlegstuk. De schotel   (1)   ontvangt het inlegstuk (2). Het inlegstuk (2) wordt in de schotel   (1)   gepositioneerd. In figuur l.a wordt de schotel (1) voorgesteld, voorzien van een licht hellende wand (3) en een opstaande rand (4). Centraal is een cirkelvormige, dieper gelegen uitsparing (5) in de schotel voorzien. In deze uitsparing kan de bodem verstevigd worden door concentrisch verdikkingen (6) te voorzien tijdens het fabricageproces, die zich uitstrekken rond een centrale opening (7).

   In de uitsparing is er ook een element (8), voorzien van een scherpe rand met als doel een inkerving in het vlies te bewerkstelligen, bevestigd of geïntegreerd. Bij voorkeur bestaat dit element uit een scherpe rand, maar het is evident voor de vakman dat elk element dat in staat is een vlies te doorprikken in aanmerking kan komen. 



  Volgens figuur 1.b wordt de uitsparing (5) bedekt met een folie (9) en op een zodanige manier dat de opening volledig afgesloten wordt. De gekende technieken voor het bevestigen van het vlies zoals lassen, verlijmen,... of andere automatische procédés komen hiervoor in aanmerking. 



  Figuur 2. a toont een uitvoering van een inlegstuk (2). Dit inlegstuk is voorzien van opstaande ribben (10) die door hun opstelling compartimenten (11) vormen. De ribben (l0a) strekken zich uit vanaf de hellende wand (12) van het inlegstuk (2), waaraan ze verbonden zijn tot aan een centraal verbindingspunt, in het midden van het inlegstuk. 



  Deze ribben   (10a)   hebben aan de bovenzijde van het zich naar het midden uitstrekkende gedeelte een uitsparing (13) die zich tot ongeveer halverwege de hoogte van de rib uitstrekt. Volgens figuur 2.b zien we dat de ribben (l0a) aan de onderzijde van het zich naar het midden uitstrekkende gedeelte eveneens van een uitsparing (14) voorzien zijn. 



  Deze uitsparing (14) is echter beperkt. Deze uitsparingen hebben als doel een egale verdeling van de substantie te bewerkstelligen tijdens het aanvullen van de substantie. 



  Men dient echter te voorkomen dat substantie zich over de ribben (10) gaat verspreiden. 



  De ribben (l0a) staan stervormig opgesteld en verbinden elkaar naar het midden toe. Aan de andere zijde zijn de ribben verbonden met de hellende wand (12) en worden onder aan het inlegstuk met de rand (15) verbonden. De compartimenten (11) van het inlegstuk zijn dus zowel boven- als onderaan volledig open. In onze uitvoeringsvorm worden er 12 compartimenten gevormd door de ribben   (10a).   Het is evident voor de vakman dat het aantal kan variëren. Aangezien de ribben (10) als doel hebben een ondersteuning voor de folie te bewerkstelligen, is een gelijkmatige verdeling van de ribben noodzakelijk. De rand (15) is in het midden van de verbindingsplaats tussen 2 ribben (10) ook voorzien van een uitsparing (16). In onze uitvoering zijn het aantal uitsparingen gelijk aan het 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 aantal compartimenten.

   De plaats en het aantal uitsparingen in de ringstructuur van de rand kunnen uiteraard ook variëren. Deze uitsparingen hebben echter als doel kanalen te vormen voor de vloeistof. Onze uitvoering is eveneens voorzien van enkele ribben (lOb) die zich vanaf de hellende wand (12) uitstrekkende tot ongeveer halverwege de lengte van de ribben (l Ob) en dit ook naar het centrale gedeelte toe. Deze ribben   (1 Ob)   staan echter niet met elkaar in verbinding. Ze zijn op een zodanige manier geplaatst dat ze zich tussen twee opeenvolgende ribben (l0a) bevinden. Ook hier kan het aantal variabel zijn. 



  Langs de periferie van het inlegstuk (2) is een halve maanvormige uitsparing (17) voorzien. De uitsparing bevindt zich bij voorkeur langs de periferie, maar een andere plaats is niet uitgesloten. Ze heeft als doel het water naar de onderzijde te begeleiden. In deze uitsparing (17) is een element (18) verbonden of geïntegreerd met een scherpe snijrand en met als doel de afdekkende folie plaatselijk te doorklieven. Met deze constructie en door het gebruik van verstevigingribben (10) is het mogelijk een kritische plaats in de folie na te streven. 



  Vervolgens wordt de substantie verdeeld binnen het inlegstuk. Het geheel wordt geassembleerd volgens figuur 3. Het inlegstuk (2) bevindt zich in de schotel (1) en een afdekfolie (19) wordt aan de rand (4) van de schotel vastgemaakt volgens gekende technieken. De ondersteunende ribben (10) houden het vlies op zijn plaats. 



  De werkwijze voor de bereiding van dranken door gebruik te maken van een voorgenoemde capsule wordt nu uiteengezet. 



  De capsule wordt in een capsulehouder van een apparaat geplaatst. Het water uit de verdeelkop van het apparaat spuit op de afdekfolie van de capsule (19). Aangezien er een dichting tussen de spuitkop en de capsule voorzien is, ontstaat er een drukontwikkeling waarbij de folie lichtjes naar binnen gedrukt wordt. De ondersteuningsribben (10) zorgen ervoor dat de vervorming enkel zonaal plaatsgrijpt en meer specifiek in de uitsparing (17), voorzien van een snijlichaam (18). In onze uitvoering bevindt deze uitsparing langs de rand van het inlegstuk (2). Door deze constructie wordt de folie tegen de scherpe rand gedrukt, en begint de folie op deze plaats te scheuren. Dit impliceert dat het water langs de rand zijn weg naar beneden kan aanvangen. Het water zal zich dus van buiten naar binnen begeven.

   De folie wordt zonaal doorbroken en het water begeeft zich tussen de buitenste wand van de schotel (1) en de buitenste wand van het inlegstuk (2) naar de bodem toe. Hier ontstaat opnieuw een drukontwikkeling wat aanleiding geeft tot de vervorming van de folie (9) naar beneden toe. Het vlies wordt tegen het scherp element (8) aangedrukt en gaat vervolgens scheuren. Het water krijgt hierdoor toegang door de kanalen (16) tot de substantie tussen de compartimenten. Het water zal zich vervolgens vermengen met de substantie. Het water verplaatst zich hier dus van beneden naar boven toe. Het mengsel zal tenslotte langs de centrale opening (7) naar buiten uitstromen. 



  De capsule wordt volgens het hierna beschreven procédé vervaardigd. Aan de hand van figuur 4 worden de verschillende stappen uiteengezet. 



  Volgens stap A worden de schotel (1) met de centrale uitsparing en een element met een scherpe snijrand en het inlegstuk (2) met opstaande ribben en een uitsparing langs de periferie met een element voorzien van een snijrand, met de gekende technieken vervaardigd. Stap B voorziet in het afdichten van de uitsparing (5) van de schotel door middel van een folie. Vervolgens wordt het inlegstuk (2) in de schotel gepositioneerd waarbij de rand (15) op de wand (3) van de schotel terechtkomt volgens stap C. Nadien wordt volgens stap D de substantie verdeeld over de compartimenten (11) van het 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 inlegstuk. Tenslotte wordt het geheel afgedekt met de folie door het vlies met de rand van de schotel te verbinden, volgens stap E.

Claims (10)

1. Conclusies : 1. Capsule met een dosis van een consumeerbare substantie, bestaande uit 1) een schotel, voorzien van een centrale uitsparing en een element met een snijrand, afgedekt met een folie en 2) een inlegstuk, voorzien van opstaande ribben en een uitsparing langs de periferie waarin een element met een snijrand bevestigd is en waarbij het geheel afgesloten is met een folie.
2. 2. Capsule met een dosis van een consumeerbare substantie volgens conclusie 1 en daardoor gekenmerkt dat de opstaande ribben zich uitstrekken van de hellende wand van het verlengstuk tot een centraal verbindingspunt.
3. 3. Capsule met een dosis van een consumeerbare substantie volgens conclusie 2 en daardoor gekenmerkt dat de opstaande ribben zowel aan de bovenzijde als aan de onderzijde van het zich naar midden uitstrekkende gedeelte voorzien zijn van een uitsparing.
4. 4. Capsule met een dosis van een consumeerbare substantie volgens conclusie 2 of 3 en daardoor gekenmerkt dat de opstaande ribben aan de onderzijde van het inlegstuk met een ringvormige structuur verbonden zijn en waartussen uitsparingen voorzien zijn die als kanalen fungeren.
5. 5. Capsule met een dosis van een consumeerbare substantie volgens de voorgaande conclusies en daardoor gekenmerkt dat tussen de opstaande ribben, andere ribben voorzien zijn die zich uitstrekken naar het centrale gedeelte toe, maar slecht een gedeelte van de lengte van de opstaande ribben omvatten.
6. 6. Werkwijze voor het bereiden van dranken door gebruik te maken van een capsule volgens de voorgaande conclusies en daardoor gekenmerkt dat een vloeistof zich naar de substantie begeeft door het een afdekkende folie zonaal te scheuren met behulp van een element met een scherpe snijrand in de capsule.
7. 7. Werkwijze voor het bereiden van dranken door gebruik te maken van een capsule volgens de voorgaande conclusies en daardoor gekenmerkt dat 1) de vloeistof uit de spuitkop van het apparaat langs een breekbare zone van de afdekkende folie beweegt 2) tussen de wanden van de schotel en het inlegstuk 3) zich van de periferie naar het midden van de capsule begeeft langs de uitsparingen van de ringvormige structuur 4) om zich vervolgens langs de breekbare zone van de folie van de schotel met de substantie te vermengen.
8. 8. Werkwijze volgens conclusies 6 of 7 en daardoor gekenmerkt dat de breekbare zone van de afdekkende folie als de folie van de schotel door middel van een snijrand doorbroken worden door een drukontwikkeling.
9. 9. Werkwijze volgens conclusie 6 tot en met 8 en daardoor gekenmerkt dat de afdekkende folie ondersteund wordt door opstaande ribben op de plaatsen waar geen breekbare zones verwezenlijkt mogen worden.
10. 10. Proces ter vervaardiging van een capsule volgens conclusie 1 tot en met 5 en gekenmerkt door de volgende stappen 1) vervaardiging van de schotel met een <Desc/Clms Page number 6> centrale uitsparing alsook voorzien van een element met een snijrand en het inlegstuk met opstaande ribben, een uitsparing langs de periferie en een element met een snijrand 2) waarbij de uitsparing van de schotel met een folie afgedekt wordt 3) waar vervolgens het inlegstuk ingebracht wordt, voorzien van steunribben die compartimenten vormen 4) waarin vervolgens de substantie verdeeld wordt 5) en waarbij het geheel afgesloten wordt door een afdekkende folie.