<Desc/Clms Page number 1>
Houten element en werkwijze voor het vervaardigen van zo een houten element
De uitvinding heeft betrekking op een houten elemenr omvattende ten minste twee houten matenaallagen welke onderling zijn verbonden. De uitvinding heeft tevens betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van zo een houten element.
Bekend zijn houten elementen, zoals planken en vloerdelen, bestaande uit massief hout.
Een belangrijk nadeel van dergelijke massiefhouten elementen is dat ze relatief snel vervormen onder invloed van (schommelingen in) luchtvochtigheid en temperatuur, waarbij ze kunnen krimpen en uitzetten, kromtrekken en 'schotelen', en zelfs kunnen barsten en scheuren Zo kunnen door krimpen of uitzetten ongewenste naden of spanningen ontstaan tussen aansluitend geplaatste elementen, of een gelegde vloer kan bijvoorbeeld door schotelen van de vloerdelen zodanig vervormen dat hij niet meer vlak is. Onderling verlijmen van de elementen kan het ontstaan van naden, en ten minste gedeeltelijk het kromtrekken en schotelen, voorkomen, maar verlijmen is arbeidsintensief en daarom duur.
Bovendien maakt verlijmen hergebruik van de elementen erg lastig en kan eventuele drukopbouw erdoor niet worden voorkomen De onderhavige uitvinding heeft tot doel het verschaffen van een verbeterd houten element, zoals een plank of een vloerdeel, met een solide massiefhouten uiterlijk en uitstraling welk element, althans in hoge mate, vormvast is De uitvinding verschaft daartoe een houten element van het in aanhef genoemde type, waarbij de richting van de houtnerf in een eerste houten materiaallaag afwijkt van de richting van de houtnerf in een tweede houten materiaallaag.
De houten materiaal lagen kunnen daarbij aan elkaar grenzen, maar er kunnen ook een of meer tussenliggende materiaallagen aanwezig zijn, en eventueel een of meer boven- of onderliggende materiaallagen Een dergelijk houten element heeft eigenschappen die overeenkomen met
EMI1.1
een element bestaande uit een enkele massiethouten laag, maar zal minder snel vervormen.
De vervormingsrichting van hout is namelijk afhankelijk van de richting van de houtnerf, waardoor vervorming van de eerste houten materiaallaag ten minste gedeeltelijk zal worden tegengewerkt door de tweede houten materiaallaag en vice versa Het houten element kan ook meer dan twee houten materiaallagen Omkatten, bijvoorbeeld tevens een derde houten
<Desc/Clms Page number 2>
materiaallaag. Deze derde houten materiaallaag kan zodanig met de eerste houten
EMI2.1
materiaallaag en de tweede houten materlaallaa- worden verbonden dat de richtingen van de houtnerf in twee aangrenzende houten materiaallagen steeds onderling afwijken, hetgeen het houten element versterkt en vervorming tegengaat.
Bij voorkeur is de richting van de houtnerf in de eerste houten materiaallaag tegengesteld
EMI2.2
aan de richting van de houtnerf in de tweede houten materiaallaa-. In beginsel zal, bij gelijke eigenschappen en geometrie en een volledig antisymmetrische plaatsing van de houten materiaallagen in het element, de vervorming van de eerste houten materiaallaag geheel worden gecompenseerd door de tweede houten materiaallaag en vice versa.
Bij voorkeur bestaan de eerste houten materiaallaag en de tweede houten materiaallaag uit hetzelfde soort hout. Indien beide lagen uit hetzelfde hout, bijvoorbeeld eikenhout of beukenhout, zijn vervaardigd, bezitten zij vergelijkbare houtnerfstructuren en vervorming,eigenschappen. Indien beide lagen bovendien uit dezelfde boom zijn vervaardigd zullen hun eigenschappen nog meer overeenkomen, hetgeen de vormvastheid van het houten element nog meer zal verhogen.
Bij voorkeur hebben de eerste houten materiaallaag en de tweede houten materiaallaag elk :en minste een dikte van 2 millimeter, bij voorkeur een dikte van ten minste 6 millimeter.
Hoe dikker de lagen, hoe meer het element een veelal gewenste solide massiefhouten uitstraling zal hebben. Het houten element dient uiteraard sowieso voldoende dik te zijn om de voor de gegeven toepassing vereiste sterkte te hebben.
Het houten element kan tevens een hechtlaag omvatten, bijvoorbeeld een plaat welke aan )eide vlakke zijden is voorzien van uitkragingen. Doorgaans zal een dergelijke plaat dun rijn uitgevoerd en alleen dan in het houten element worden opgenomen wanneer er zeer strenge eisen worden gesteld ten aanzien van stevigheid en vormvastheid van het houten cement.
De uitvinding verschaft bovendien een werkwijze voor het vervaardigen van een houten cement volgens de uitvinding, met het kenmerk, dat een eerste houten materiaallaag en een :weede houten materiaallaag met elkaar worden verbonden zodanig dat de houtnerf in de
<Desc/Clms Page number 3>
eerste houten rnateriaallaag afwijkt van, bij voorkeur tegengesteld is aan, de richting van de houtnerf in de tweede houten materiaallaag- De houten materiaallagen kunnen daarbij aan elkaar grenzen, maar er kunnen ook een of meer tussenliggende materiaallagen aanwezig zijn, en eventueel een of meer boven- of onderliggende materiaallagen Een aldus vervaardigd houten element zal minder snel vervormen dan een uit een enkele massiefhouten laag bestaand element Bovendien zal het in beginsel eenvoudiger en sneller gezet kunnen worden of gebruiksklaar gemaakt;
het hout behoeft bijvoorbeeld minder lang gedroogd te worden Bovendien zijn aldus vervaardigde houten elementen meer voor hergebruik geschikt omdat onderlinge verlijming meestal achterwege kan blijven.
Daarbij kunnen de houten materiaallagen worden vervaardigd door opdelen van een enkel houten uitgangselement dan wel door opdelen van meerdere houten uitgangselementen. Dit opdelen kan op eenvoudige wijze met bestaande apparatuur worden uitgevoerd, bijvoorbeeld met een lintzaag.
De uitvinding zal verder worden verduidelijkt aan de hand van de in navolgende figuren weergegeven niet-limitatieve uitvoeringsvoorbeelden Hiertoe toont: figuur la een perspectivisch aanzicht op een deel van een massief houten element volgens de stand der techniek, figuur 1b een perspectivisch aanzicht op een deel van een eerste uitvoeringsvoorbeeld van een houten element volgens de uitvinding, figuur 2 een perspectivisch aanzicht op een deel van een tweede uitvoeringsvoorbeeld van een houten element volgens de uitvinding, en figuur 3 een perspectivisch aanzicht op een deel van een derde uitvoeringsvoorbeeld van een houten element volgens de uitvinding Figuur la toont een massief houten vloerdeel 1 voorzien van mes 2 en ploeg 3.
Een dergelijk vloerdeel 1 is algemeen bekend Figuur lb toont een houten element 5 volgens de uitvinding met een eerste houten materiaallaag 6 en een tweede houten materiaallaag 7 Kenmerkend is dat de richting van de houtnerf 8 in de eerste laag 6 afwijkt van de richting van de houtnerf 9 in de tweede laag 7 Door de afwijkende oriëntatie van de houtnerven 8,9 zal het houten element 5 niet of slechts beperkt vervormen onder inwerking van omgevingsinvloeden.
<Desc/Clms Page number 4>
Figuur 2 toont een houten element 10 volgens de uitvinding opgebouwd uit een eerste houten materiaallaag 11, een tweede houten materiaallaag 12 en een derde houten materiaallaag 13. Zoals getoond in de figuur wijkt de richting van de houtnerf in de eerste laag 11 af van de richting van de houtnerf in de tweede laag 12. Hetzelfde geldt voor de tweede 12 en de derde laag 13. Omdat de lagen 11-13 onderling zijn verbonden en de vervormingsrichtingen van de afzonderlijke lagen 11-13 van elkaar afwijken, zal het houten element 10 min of meer vormvast zijn.
Figuur 3 toont een houten element 16 volgens de uitvinding dat is opgebouwd uit een eerste houten materiaallaag 17 en een tweede houten materiaallaag 18, waartussen een geperforeerde metalen plaat 19 is aangebracht. De plaat 19 omvat een (niet getoond) raamwerk waaraan uitkragingen 20 zijn verbonden, en is bij voorkeur relatief dun. De uitkragingen 20 grijpen aan op de aangrenzende lagen 17,18 waarbij een sterke verbinding wordt gevormd die grote schuifkrachten kan opnemen zodat het houten element 16 zeer stevig en vormvast is. Het vervaardigen van een dergelijk element is arbeidsintensief en het wordt derhalve slechts toegepast wanneer zeer hoge eisen worden gesteld aan de stevigheid en vormvastheid.
<Desc / Clms Page number 1>
Wooden element and method for manufacturing such a wooden element
The invention relates to a wooden element comprising at least two wooden dimensional layers which are interconnected. The invention also relates to a method for manufacturing such a wooden element.
Known are wooden elements, such as boards and floorboards, consisting of solid wood.
A major disadvantage of such solid wood elements is that they deform relatively quickly under the influence of (fluctuations in) humidity and temperature, whereby they can shrink and expand, warp and 'saucer', and even crack and tear. seams or stresses arise between adjacent placed elements, or a laid floor can, for example, deform by plating the floor parts such that it is no longer flat. Joint bonding of the elements can prevent the formation of seams, and at least partially warp and saucer, but bonding is labor intensive and therefore expensive.
Moreover, gluing makes reuse of the elements very difficult and it is not possible to prevent any pressure build-up. The present invention has for its object to provide an improved wooden element, such as a board or a floor part, with a solid solid wood appearance and appearance which element, at least in The invention provides for this purpose a wooden element of the type mentioned in the preamble, wherein the direction of the wood grain in a first wooden material layer deviates from the direction of the wood grain in a second wooden material layer.
The wooden material layers can thereby adjoin each other, but there can also be one or more intermediate material layers, and optionally one or more upper or lower material layers. Such a wooden element has properties that correspond to
EMI1.1
an element consisting of a single solid wood layer, but is less likely to deform.
The deformation direction of wood is in fact dependent on the direction of the wood grain, as a result of which deformation of the first wooden material layer will be at least partially counteracted by the second wooden material layer and vice versa. The wooden element can also contain more than two wooden material layers. third wooden
<Desc / Clms Page number 2>
material layer. This third wooden material layer can be used in this way with the first wooden
EMI2.1
The material layer and the second wooden material layer are connected so that the directions of the wood grain in two adjacent wooden material layers always differ from each other, which reinforces the wooden element and prevents deformation.
The direction of the wood grain in the first wooden material layer is preferably opposite
EMI2.2
in the direction of the wood grain in the second wooden material tray. In principle, with the same properties and geometry and a fully antisymmetrical placement of the wooden material layers in the element, the deformation of the first wooden material layer will be fully compensated by the second wooden material layer and vice versa.
The first wooden material layer and the second wooden material layer preferably consist of the same type of wood. If both layers are made from the same wood, for example oak or beech, they have similar wood grain structures and distortion properties. Moreover, if both layers are made from the same tree, their properties will correspond even more, which will increase the dimensional stability of the wooden element even more.
Preferably, the first wooden material layer and the second wooden material layer each have: and at least a thickness of 2 millimeters, preferably a thickness of at least 6 millimeters.
The thicker the layers, the more the element will have a desired solid solid wood appearance. The wooden element must of course be sufficiently thick anyway to have the strength required for the given application.
The wooden element can also comprise an adhesive layer, for example a plate which is provided on both flat sides with projections. Such a plate will generally be made of thin rhine and will only be included in the wooden element if very strict requirements are set with regard to the firmness and dimensional stability of the wooden cement.
The invention furthermore provides a method for manufacturing a wooden cement according to the invention, characterized in that a first wooden material layer and a wide wooden material layer are connected to each other such that the wood grain in the
<Desc / Clms Page number 3>
first wooden material layer deviates from, preferably opposite to, the direction of the wood grain in the second wooden material layer. The wooden material layers can thereby adjoin each other, but there may also be one or more intermediate material layers, and optionally one or more above - or underlying layers of material A wooden element manufactured in this way will deform less quickly than an element consisting of a single solid wood layer.
for example, the wood needs to be dried for less time. Moreover, wooden elements thus manufactured are more suitable for reuse because mutual bonding can usually be omitted.
The wooden material layers can herein be manufactured by dividing a single wooden starting element or by dividing several wooden starting elements. This splitting can be carried out in a simple manner with existing equipment, for example with a band saw.
The invention will be further elucidated on the basis of the non-limitative exemplary embodiments shown in the following figures. To this end: figure la shows a perspective view of a part of a solid wooden element according to the prior art, figure 1b a perspective view of a part of a first embodiment of a wooden element according to the invention, figure 2 shows a perspective view of a part of a second embodiment of a wooden element according to the invention, and figure 3 shows a perspective view of a part of a third embodiment of a wooden element according to the invention Invention Figure 1a shows a solid wooden floor part 1 provided with knife 2 and plow 3.
Such a floor part 1 is generally known. Figure 1b shows a wooden element 5 according to the invention with a first wooden material layer 6 and a second wooden material layer 7. Characteristic is that the direction of the wood grain 8 in the first layer 6 differs from the direction of the wood grain 9 in the second layer 7 Due to the different orientation of the wood grain 8,9, the wooden element 5 will not deform or only to a limited extent under the influence of environmental influences.
<Desc / Clms Page number 4>
Figure 2 shows a wooden element 10 according to the invention constructed from a first wooden material layer 11, a second wooden material layer 12 and a third wooden material layer 13. As shown in the figure, the direction of the wood grain in the first layer 11 deviates from the direction of the wood grain in the second layer 12. The same applies to the second 12 and the third layer 13. Because the layers 11-13 are interconnected and the deformation directions of the individual layers 11-13 deviate from each other, the wooden element will be 10 min or more shape-retaining.
Figure 3 shows a wooden element 16 according to the invention that is built up from a first wooden material layer 17 and a second wooden material layer 18, between which a perforated metal plate 19 is arranged. The plate 19 comprises a framework (not shown) to which projections 20 are connected, and is preferably relatively thin. The projections 20 engage the adjacent layers 17,18, forming a strong connection that can absorb large shear forces so that the wooden element 16 is very sturdy and retains its shape. The manufacture of such an element is labor-intensive and it is therefore only applied when very high demands are made on the firmness and dimensional stability.