BE1012053A3 - Inrichting voor het biologisch zuiveren van verontreinigd water. - Google Patents

Inrichting voor het biologisch zuiveren van verontreinigd water. Download PDF

Info

Publication number
BE1012053A3
BE1012053A3 BE9800495A BE9800495A BE1012053A3 BE 1012053 A3 BE1012053 A3 BE 1012053A3 BE 9800495 A BE9800495 A BE 9800495A BE 9800495 A BE9800495 A BE 9800495A BE 1012053 A3 BE1012053 A3 BE 1012053A3
Authority
BE
Belgium
Prior art keywords
settler
bioreactor
caps
package
walls
Prior art date
Application number
BE9800495A
Other languages
English (en)
Inventor
J R Pereira
Original Assignee
Biotim Naamloze Vennootschap
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Biotim Naamloze Vennootschap filed Critical Biotim Naamloze Vennootschap
Priority to BE9800495A priority Critical patent/BE1012053A3/nl
Application granted granted Critical
Publication of BE1012053A3 publication Critical patent/BE1012053A3/nl

Links

Classifications

    • CCHEMISTRY; METALLURGY
    • C02TREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
    • C02FTREATMENT OF WATER, WASTE WATER, SEWAGE, OR SLUDGE
    • C02F3/00Biological treatment of water, waste water, or sewage
    • C02F3/28Anaerobic digestion processes
    • C02F3/2866Particular arrangements for anaerobic reactors
    • C02F3/2886Two story combinations of the Imhoff tank type
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B01PHYSICAL OR CHEMICAL PROCESSES OR APPARATUS IN GENERAL
    • B01DSEPARATION
    • B01D21/00Separation of suspended solid particles from liquids by sedimentation
    • B01D21/0039Settling tanks provided with contact surfaces, e.g. baffles, particles
    • B01D21/0045Plurality of essentially parallel plates
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B01PHYSICAL OR CHEMICAL PROCESSES OR APPARATUS IN GENERAL
    • B01DSEPARATION
    • B01D21/00Separation of suspended solid particles from liquids by sedimentation
    • B01D21/24Feed or discharge mechanisms for settling tanks
    • B01D21/2494Feed or discharge mechanisms for settling tanks provided with means for the removal of gas, e.g. noxious gas, air
    • YGENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
    • Y02TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
    • Y02EREDUCTION OF GREENHOUSE GAS [GHG] EMISSIONS, RELATED TO ENERGY GENERATION, TRANSMISSION OR DISTRIBUTION
    • Y02E50/00Technologies for the production of fuel of non-fossil origin
    • Y02E50/30Fuel from waste, e.g. synthetic alcohol or diesel

Landscapes

  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
  • Microbiology (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Hydrology & Water Resources (AREA)
  • Biodiversity & Conservation Biology (AREA)
  • Environmental & Geological Engineering (AREA)
  • Water Supply & Treatment (AREA)
  • Organic Chemistry (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Toxicology (AREA)
  • Physical Water Treatments (AREA)

Abstract

Inrichting voor het biologisch zuiveren van verontreinigd water, die een bioreactor (1) bevat en minstens één bezinker (2) met minstens één pakket (13) parallelle platen, die bovenaan in deze bioreactor (1) opgesteld is voor het bezinken van de zwevende deeltjes, daardoor gekenmerkt dat voor de ingang (5) van de bezinker (2) waarmee deze op de rest van de bioreactor (1) aansluit een ontgassingsinrichting (4) opgesteld is en onder de bezinker (2) minstens één opvangmiddel (3) voor biogas aangebracht is waarvan minstens een gedeelte de bezinker (2) onderaan begrenst en, enerzijds, onder de bezinker (2) opstijgend biogas opvangt en, anderzijds, een geleiding vormt waarlangs het bezinksel naar het onderste gedeelte van de bioreactor (1) geleid wordt.

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  Inrichting voor het biologisch zuiveren van verontreinigd water. De huidige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het biologisch zuiveren van verontreinigd water, die een bioreactor bevat. 



  Bij een biochemische zuivering, in het bijzonder in een anaërobe omgeving van afvalwater, ontstaat door de anaërobe bacteriën biogas dat spontaan opborrelt in de bioreactor. 



  De gebruikte   bacteriën   vormen zwevende stoffen die enerzijds door de stroming en anderzijds door het opborrelende biogas grotendeels in suspensie blijven. 



  Vandaar dat bovenaan in de bioreactor een driefasenscheider opgesteld is om, enerzijds, het biogas en, anderzijds, de zwevende stoffen die biomassa bevatten van de vloeistof af te scheiden zodat een zuiver effluent overblijft. 



  Deze driefasenscheider bevat meestal één of meer bezinkers waar de zwevende stoffen bezinken en het overblijvende water bijvoorbeeld via een overloop afgevoerd wordt, terwijl het biogas bovenaan de reactor opgevangen wordt en bijvoorbeeld naar een opslagtank afgevoerd wordt. 



  De biomassa die afgescheiden wordt, wordt gerecycleerd en dus opnieuw in het onderste gedeelte van de bioreactor gebracht om de zuiveringscapaciteit van de bioreactor te behouden of te verhogen. 



  Veelal wordt aan de bezinker extra bezinkingsoppervlak toegevoegd dat, bij bekende inrichtingen, gevormd is door 

 <Desc/Clms Page number 2> 

   een   of meer pakketten parallele platen, omwille van plaatsbesparing. 



  In deze bekende inrichtingen stroomt de met zwevende stoffen beladen vloeistof opwaarts tussen de platen, in tegenstroom met het bezinksel dat neerwaarts en opnieuw in het onderste gedeelte van de bioreactor stroomt. 



  Onder deze bezinker vindt evenwel gasvorming plaats zodat samen met het water ook gas doorheen de bezinker opwaarts stroomt, waardoor de bezinking niet optimaal is. 



  De huidige uitvinding heeft een inrichting tot doel die voornoemd en andere nadelen vermijdt en een hoge   afscheidingsefficiëntie   voor de zwevende deeltjes per oppervlakte-eenheid afscheider biedt. 



  Hiertoe bevat de inrichting volgens de uitvinding een bioreactor, minstens één bezinker met minstens   een   pakket parallelle platen, die bovenaan in deze bioreactor opgesteld is voor het bezinken van de zwevende deeltjes, waarbij voor de ingang van de bezinker waarmee deze op de rest van de bioreactor aansluit een ontgassingsinrichting opgesteld is en onder de bezinker minstens   een   opvangmiddel voor biogas aangebracht zijn waarvan minstens een gedeelte de bezinker onderaan begrenst en, enerzijds, onder de bezinker opstijgend biogas opvangt en, anderzijds, een geleiding vormt waarlangs het bezinksel naar het onderste gedeelte van de bioreactor geleid wordt. 



  Door het opvangmiddel zal er geen biogas opwaarts naar de pakketten parallelle platen stromen. Doordat ook het in de bezinker stromende water door de ontgassingsinrichting in hoofdzaak van biogas ontdaan is, ontstaat in de bezinker 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 een turbulentiearme zone waardoor de bezinking optimaal kan geschieden, terwijl het bezinksel toch ongehinderd terug naar het onderste gedeelte van de bioreactor kan stromen. 



  Het gebruik van opvangmiddelen in bioreactoren om erboven een turbulentiearme zone te creëren, is als dusdanig bekend maar boven deze opvangmiddelen zijn geen parallelle platenpaketten opgesteld. 



  Bij voorkeur bevat de ontgassingsinrichting tegenover de ingang van de bezinker een keerelement. 



  Met het inzicht de kenmerken van de uitvinding beter aan te tonen zijn hierna als voorbeeld zonder enig beperkend karakter enkele voorkeurdragende uitvoeringsvormen beschreven van een inrichting volgens de uitvinding, met verwijzing naar de bijgaande figuren waarin : figuur 1 schematisch het bovenste gedeelte van een inrichting volgens de uitvinding weergeeft ; figuur 2 een doorsnede weergeeft volgens lijn II-II in figuur   1 ;   figuur 3 in perspectief een gedeelte weergeeft van een praktische uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding ; figuur 4 een doorsnede weergeeft volgens lijn IV-IV in figuur   3 ;   figuur 5 schematisch een gedeelte van een doorsnede weergeeft volgens lijn V-V in figuur 4. 



  De inrichting, zoals weergegeven in figuur   1,   bestaat uit een bioreactor 1, een bovenaan daarin opgestelde bezinker 2, een opvangmiddel 3 voor biogas dat onder de bezinker 2 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 gelegen is en een ontgassingsinrichting 4 voor de ingang 5 van de bezinker 2. 



  Het opvangmiddel 3 bezit in het weergegeven voorbeeld twee opstaande zijwanden 6 waartussen zieh een kap 7 bestaande   uit een   verticale wand 8 en één schuin hellende wand 9 uitstrekt. 



  Het is duidelijk dat dit opvangmiddel 3 andere vormen kan bezitten en de kap 7 twee schuine wanden 9 kan bezitten of tussen de zijwanden 6 meerdere kappen 7 kan bevatten of nog door één of meer trechters kan gevormd zijn. 



  Het voornoemde opvangmiddel 3 of meer bepaald de hellende wand 9 ervan vormt de onderste begrenzing van de bezinker 2 en een geleiding voor het bezinksel. 



  De ontgassingsinrichting 4 is naast de bezinker 2 gelegen en bevat een keerelement 10 dat schuin omhoog gericht is en gelegen is boven een doorgang 11 die bovenaan, onder de kap 7 in een opstaande zijwand 6 van het opvangmiddel 3 aangebracht is. 



  De onderste rand van het keerelement 10 sluit juist boven deze doorgang 11 op de voornoemde zijwand 6 aan. 



  Naast de bezinker 2 en boven het keerelement 10 vormt de bovenkant van de bioreactor 1 een opslagruimte 12 voor biogas waarop een, niet in de figuren weergegeven, gasafvoerleiding aansluit. 



  De bezinker 2 bevat een pakket 13 met parallelle schuin gerichte platen, tussen dit pakket 13 en de ingang 5 een flocculatie- en verdeelruimte 14 en aan de andere zijde van 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 het pakket 13 een afvoerruimte 15 waarin een effluentopvang 16, bijvoorbeeld een overloop die op een afvoer uitmondt, gelegen is. 



  Het pakket 13 is met zijn platen schuin opstaand en evenwijdig aan de stromingsrichting opgesteld zodat de bezinkingsrichting de richting van de vloeistofstroming kruist. 



  De werking van de inrichting is zeer eenvoudig en als volgt. 



  Onderaan in de bioreactor 1 wordt continu afvalwater aangevoerd dat zieh vermengt met biomassa. 



  Door de werking van de biomassa op de in het water aanwezige afval wordt biogas gevormd waardoor er drie fasen voorkomen : vloeistof, zwevende deeltjes die voor een belangrijk deel uit biomassa bestaan en biogas. 



  Het vormen van dit biogas en het aanvoeren van het afvalwater heeft voor gevolg dat in de bioreactor 1 een turbulente zone ontstaat. 



  Spontaan onder de kap 7 van het opvangmiddel 3 opborrelend biogas wordt door dit opvangmiddel 3 opgevangen, zoals weergegeven door de pijlen Pl, en via de doorgang 11 en langs de onderkant van het keerelement 10 afgevoerd naar de opslagruimte 12 voor biogas. 



  Het afvalwater wordt, zoals aangeduid met pijlen P2, naar de ontgassingsinrichting 4 geleid waar het gedwongen wordt om te keren rond het keerelement 10 om via de ingang 5 in de bezinker 2 te stromen. 

 <Desc/Clms Page number 6> 

 Door de plotse verandering van stromingsrichting en de grotere snelheid van de bellen biogas zal dit biogas verder stijgen en in de opslagruimte 12 opgevangen worden, samen met het biogas dat via de doorgang 11 uit het opvangmiddel 3 stroomt, terwijl het zwaardere en tragere water over de rand van het keerelement 10 in de zin van de pijl P3 naar beneden stroomt. 



  In deze ontgassinginrichting 4 worden, enerzijds, de zwevende deeltjes losgemaakt van de gasbellen waaraan ze zijn vastgehecht en wordt, anderzijds, het afvalwater ontgast. 



  Omdat het afvalwater dat uit de ontgassingsinrichting 4 stroomt praktisch gasvrij is en er door het opvangmiddel 3 ook geen gasbellen via de onderkant in de bezinker 2 opstijgen, is de zone waar de bezinking van de zwevende deeltjes plaatsvindt turbulentiearm. 



  De vloeistof met de zwevende deeltjes komt eerst in de flocculatie- en verdeelruimte 14 waar een flocculatie van de gestabiliseerde biomassadeeltjes start daar deze deeltjes vrij zijn van de gasbellen en overmatige turbulentie die hen in suspensie kunnen houden. 



  Vanuit de flocculatie- en verdeelruimte 14 stroomt het afvalwater tussen de platen van het pakket 13. 



  Deze platen vormen een extra bezinkingsoppervlak en de erover bezinkende deeltjes vormen een stroming die dwars staat op de praktisch horizontale stromingsrichting van de vloeistof. 

 <Desc/Clms Page number 7> 

 Door de korte afstand van de ene plaat tot de volgende plaat, en de geringe turbulentie bezinken de deeltjes snel zodat ze efficiënt worden afgescheiden. 



  Het slib vormende bezinksel glijdt langs de platen naar beneden en komt uiteindelijk terecht op de hellende wand 9 van de kap 7 waarvan het verder afglijdt en zieh opnieuw met het continu aan de bioreactor 1 toegevoerd afvalwater vermengt, zoals weergegeven door de pijlen P4. 



  De wand 9 vergroot eveneens het bezinkingsoppervlak van de bezinker 2. 



  De pijlen P5 tonen hoe het geklaarde water bovenaan in de bezinker 2 overloopt in de effluentopvang 16 om van daaruit te worden afgevoerd. 



  In figuren 3 en 4 is een praktische uitvoeringsvorm weergegeven van een inrichting volgens de uitvinding. 



  In deze uitvoeringsvorm bevat de bioreactor 1 een opvangmiddel 3 in de vorm van meerdere kappen 7A-7B tussen gemeenschappelijke opstaande zijwanden 6. 



  De kappen 7A bezitten zoals hoger beschreven een verticale wand 8 en een hellende wand 9 terwijl de kappen 7B kleiner zijn en twee hellende wanden 9 bezitten. 



  De kappen 7A zijn twee aan twee opgesteld zo dat hun verticale wanden 8 tegen elkaar en hun naar elkaar gekeerde hellende wanden 9 op een kleine afstand van elkaar gelegen zijn, terwijl de kappen 7B boven de opening tussen deze hellende wanden 9 gelegen zijn, op een kleine afstand boven 

 <Desc/Clms Page number 8> 

 deze hellende wanden 9, zoals schematisch is weergegeven in figuur 5. 



  De toppen van de kappen 7A en 7B zijn op dezelfde hoogte gelegen en onder elke top is een opening die deel uitmaakt van de doorgang 11 aangebracht in één van de twee zijwanden 6. 



  Aan weerszijden van de bezinker 2 bevindt zieh een ontgassingsinrichting 4 met bijhorend keerelement 10 en bijhorende opslagruimte 12. 



  De bezinker 2 bevat twee rijen van meerdere pakketten 13 met parallelle platen die rusten op een draagstructuur 17. 



  Tussen elke rij pakketten 13 en een ontgassingsinrichting 4 bezit de bezinker een flocculatie- en verdeelruimte 14 die met een ingang 5 op de ontgassingsinrichting 4 aansluit, terwijl tussen de twee rijen pakketten 13 een gemeenschappelijke afvoerruimte 15 gevormd wordt waarin één gemeenschappelijke centrale effluentopvang 16 opgesteld is op een profiellijst 18. 



  De hiervoor beschreven opbouw van de bezinker 2-is modulair, hetgeen betekent dat zijn onderdelen bestaan uit aanbouwbare elementen. 



  Zo kunnen het aantal pakketten 13 per rij, het aantal rijen pakketten 13 en het aantal kappen 7A-7B, zowel naast elkaar als achter elkaar, gemakkelijk gewijzigd worden in functie van de grootte van de bioreactor 1 en/of de gewenste efficiëntie of de te behandelen debieten. 

 <Desc/Clms Page number 9> 

 Door deze modulaire opbouw zijn tal van andere opstellingen dan weergegeven in de figuren mogelijk. 



  De werking van de hiervoor beschreven uitvoeringsvorm is analoog aan de reeds hoger beschreven werking, met in hoofdzaak dit verschil dat het afvalwater via twee ingangen 5 in de bezinker 2 stroomt en de twee stromen in kruisstroom ten opzichte van het bezinksel doorheen de rijen pakketten 13 vloeien zodat de capaciteit van de bezinker 2 toeneemt. 



  Biogas dat opborrelt tussen twee naburige kappen 7A wordt tegengehouden door een hoger gelegen kap 7B zodat ook in deze uitvoeringsvorm geen biogas in de bezinker 2 terechtkomt. 



  Het bezinksel van de pakketten 13 valt doorheen de draagstructuur 17 en komt terecht op de hellende wanden 9 waarvan het afglijdt en via de openingen tussen naburige kappen 7A in het onderste gedeelte van de bioreactor 1 valt. 



  In, niet in de figuren weergegeven, varianten van de inrichting kunnen de ingangen 5 van de bezinker 2 zo gelegen zijn en/of kunnen geleidingswanden zo   tussen-de   ingangen 5 en de pakketten 13 opgesteld zijn dat het afvalwater in meestroom of in tegenstroom met het bezinksel tussen de platen van de pakketten 13 stroomt. 



  Door de dubbele functie van de opvangmiddelen 3, namelijk enerzijds het opvangen van het biogas en anderzijds het geleiden van het bioslib, kan de bezinker 2 vrij compact gehouden worden en zeer efficiënt werken. 

 <Desc/Clms Page number 10> 

 Het is duidelijk dat de uitvinding geenszins beperkt is tot de als voorbeeld beschreven en in de bijgaande tekeningen weergegeven uitvoeringsvormen, doch zulke inrichting kan in allerlei varianten worden verwezenlijkt zonder buiten het kader van de uitvinding te treden.

Claims (17)

  1. Conclusies. EMI11.1 1.- voor het biologisch zuiveren van verontreinigd water, die een bioreactor (1) bevat en minstens één bezinker (2) met minstens één pakket (13) parallelle platen, die bovenaan in deze bioreactor (1) opgesteld is voor het bezinken van de zwevende deeltjes, daardoor gekenmerkt dat voor de ingang (5) van de bezinker (2) waarmee deze op de rest van de bioreactor (1) aansluit een ontgassingsinrichting (4) opgesteld is en onder de bezinker (2) minstens één opvangmiddel (3) voor biogas aangebracht is waarvan minstens een gedeelte de bezinker (2) onderaan begrenst en, enerzijds, onder de bezinker (2) opstijgend biogas opvangt en, anderzijds, een geleiding vormt waarlangs het bezinksel naar het onderste gedeelte van de bioreactor (1) geleid wordt.
  2. 2.-Inrichting volgens conclusie 1, daardoor gekenmerkt dat de ontgassingsinrichting (4) een keerelement (10) bezit tegenover de ingang (5) van de bezinker (2).
  3. 3.-Inrichting volgens een van de vorige conclusies, daardoor gekenmerkt dat het opvangmiddel (3) minstens-een hellende wand (9) bezit die het gedeelte vormt dat de bezinker (2) onderaan begrenst.
  4. 4.-Inrichting volgens conclusie 3, daardoor gekenmerkt dat het opvangmiddel (3) bestaat uit twee opstaande zijwanden (6) en minstens één ertussen gelegen kap (7).
  5. 5.-Inrichting volgens conclusie 4, daardoor gekenmerkt dat ze meerdere kappen (7A-7B) bevat waarbij kleinere kappen <Desc/Clms Page number 12> (7B) boven openingen tussen grotere kappen (7A) gelegen zijn.
  6. 6.-Inrichting volgens conclusie 5, daardoor gekenmerkt dat de toppen van de kappen (7A-7B) op dezelfde hoogte gelegen zijn.
  7. 7.-Inrichting volgens een van de conclusies 3 tot 6, daardoor gekenmerkt dat ze kappen (7A) bevat met een verticale wand (8) en een hellende wand (9).
  8. 8.-Inrichting volgens conclusie 7, daardoor gekenmerkt dat de grootste kappen (7A) twee aan twee zijn opgesteld zo dat hun verticale wanden (8) tegen elkaar en hun naar elkaar gekeerde hellende wanden (9) op een kleine afstand van elkaar gelegen zijn, terwijl de kleinere kappen (7B) boven de opening tussen deze hellende wanden (9) gelegen zijn, op een kleine afstand boven deze hellende wanden (9).
  9. 9.-Inrichting volgens conclusie 5 of 8, daardoor gekenmerkt dat de kleinere kappen (7B) twee hellende wanden (9) bezitten.
  10. 10.-Inrichting volgens conclusies 4 en 6, daardoor gekenmerkt dat onder elke top van een kap (7A-7B) een opening is gelegen die deel uitmaakt van een doorgang (11) in een van de zijwanden (6).
  11. 11.-Inrichting volgens een van de vorige conclusies, daardoor gekenmerkt dat de opbouw van de bezinker (2) modulair is.
  12. 12.-Inrichting volgens een van de vorige conclusies, daardoor gekenmerkt dat de bezinker (2) tussen het pakket <Desc/Clms Page number 13> (13) en de ingang (5) een flocculatie- en verdeelruimte (14) en aan de andere zijde van het pakket (13) een afvoerruimte (15) met een effluentopvang (16) bezit.
  13. 13.-Inrichting volgens een van de vorige conclusies, daardoor gekenmerkt dat de ingang (5) van de bezinker (2) zo gelegen is ten opzichte van het pakket (13) parallelle platen dat de stromingsrichting van de vloeistof de bezinkingsrichting kruist.
  14. 14.-Inrichting volgens één van de conclusies 1 tot 12, daardoor gekenmerkt dat de ingang (5) van de bezinker (2) zo gelegen is ten opzichte van het pakket (13) parallelle platen dat de stromingsrichting van de vloeistof evenwijdig (meestroom) of in tegenstroom met de bezinkingsrichting gebeurt.
  15. 15.-Inrichting volgens een van de vorige conclusies, daardoor gekenmerkt dat de bezinker (2) meerdere pakketten (13) parallelle platen bevat.
  16. 16.-Inrichting volgens conclusie 15, daardoor gekenmerkt dat meerdere pakketten (13) in meerdere rijen opgesteld zijn.
  17. 17.-Inrichting volgens conclusie 16, daardoor gekenmerkt dat een gemeenschappelijke effluentopvang (16) gelegen is tussen twee rijen pakketten (13).
BE9800495A 1998-06-30 1998-06-30 Inrichting voor het biologisch zuiveren van verontreinigd water. BE1012053A3 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9800495A BE1012053A3 (nl) 1998-06-30 1998-06-30 Inrichting voor het biologisch zuiveren van verontreinigd water.

Applications Claiming Priority (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
BE9800495A BE1012053A3 (nl) 1998-06-30 1998-06-30 Inrichting voor het biologisch zuiveren van verontreinigd water.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
BE1012053A3 true BE1012053A3 (nl) 2000-04-04

Family

ID=3891325

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
BE9800495A BE1012053A3 (nl) 1998-06-30 1998-06-30 Inrichting voor het biologisch zuiveren van verontreinigd water.

Country Status (1)

Country Link
BE (1) BE1012053A3 (nl)

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2013129901A1 (es) * 2012-03-02 2013-09-06 Valdes Simancas Francisco Xavier Bioreactor combinado para el tratamiento de aguas residuales, mediante procesos anaerobios, aerobios y anoxicos de degradación de materia orgánica con sistema separador de zonas y captación de biogás, natas y lodos
CN105948168A (zh) * 2016-06-23 2016-09-21 泰州市中艺农业生态园艺有限公司 旋流式沼液净化装置

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR1356452A (fr) * 1963-02-15 1964-03-27 Ouest Assainissement Appareil perfectionné pour le traitement des eaux usées
US4165285A (en) * 1976-06-24 1979-08-21 N.V. Centrale Suiker Maatschappij Combined anaerobic reactor and settler
JPS61174995A (ja) * 1985-01-29 1986-08-06 Nippon Beet Sugar Mfg Co Ltd 嫌気性消化槽
US5028333A (en) * 1990-02-23 1991-07-02 Mercer International, Inc. Phase separator module
WO1996032177A1 (en) * 1995-04-10 1996-10-17 Paques B.V. Settling device for a fluid containing liquid, gas and particulate material, as well as a cleaning device provided herewith and a method for cleaning waste water

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR1356452A (fr) * 1963-02-15 1964-03-27 Ouest Assainissement Appareil perfectionné pour le traitement des eaux usées
US4165285A (en) * 1976-06-24 1979-08-21 N.V. Centrale Suiker Maatschappij Combined anaerobic reactor and settler
JPS61174995A (ja) * 1985-01-29 1986-08-06 Nippon Beet Sugar Mfg Co Ltd 嫌気性消化槽
US5028333A (en) * 1990-02-23 1991-07-02 Mercer International, Inc. Phase separator module
WO1996032177A1 (en) * 1995-04-10 1996-10-17 Paques B.V. Settling device for a fluid containing liquid, gas and particulate material, as well as a cleaning device provided herewith and a method for cleaning waste water

Non-Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 010, no. 383 (C - 393) 23 December 1986 (1986-12-23) *

Cited By (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2013129901A1 (es) * 2012-03-02 2013-09-06 Valdes Simancas Francisco Xavier Bioreactor combinado para el tratamiento de aguas residuales, mediante procesos anaerobios, aerobios y anoxicos de degradación de materia orgánica con sistema separador de zonas y captación de biogás, natas y lodos
US9758411B2 (en) 2012-03-02 2017-09-12 Francisco Xavier Valdes Simancas Combined bioreactor for the treatment of waste water, by means of anaerobic, aerobic and anoxic processes of degradation of organic matter with zone separator system and collection of biogases, scum and sludge
CN105948168A (zh) * 2016-06-23 2016-09-21 泰州市中艺农业生态园艺有限公司 旋流式沼液净化装置

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US4136012A (en) Compact apparatus for the purification of waste water by a physical chemical treatment
US4142970A (en) Method and apparatus for mechanically and chemically treating liquids
US5173195A (en) Phase separator module
CA1095433A (en) Reversible flow, inclined plate clarifier and method of operation
KR100971879B1 (ko) 자가 응집기능의 장방형 침전시스템
US6517714B2 (en) Treatment of liquids with ballasted flocculation
US3797668A (en) Separation device
BRPI0919152B1 (pt) dispositivo de sedimentação para um fluido contendo líquido, gás e material particulado, purificador, e, método para a purificação aeróbica ou anaeróbica de um fluido de água residual
PL180591B1 (pl) Urzadzenie oczyszczajace z osadnikiem do plynów zawierajacych ciecze, gazyi rozdrobniony material staly PL PL PL PL PL PL PL
CN1313185C (zh) 沉淀装置
US4681683A (en) Lamella gravity separator
US4988441A (en) Clarification apparatus
US5035795A (en) Modular clarifier with integral flocculator
US6174435B1 (en) Device for clarifying a charged liquid by flotation
US4816157A (en) Hydraulic sweep clarifier
EP0048630B1 (en) Treatment of sewage
JP3681003B2 (ja) 懸濁液分離方法及び懸濁液分離装置並びに沈降水路モジュール、懸濁液分離装置ユニット
BE1012053A3 (nl) Inrichting voor het biologisch zuiveren van verontreinigd water.
KR100930635B1 (ko) 침전지의 오니처리장치
CN216778203U (zh) 一种用于污水处理的沉淀池
CN1051940C (zh) 一种水净化器
JPH05505341A (ja) 廃水を生物学的に浄化する装置
US4663038A (en) Side channel clarifier
WO2009129590A1 (en) Multi-stage water clarifier
KR20080076877A (ko) 오수 부상분리처리조

Legal Events

Date Code Title Description
MK Patent expired because of reaching the maximum lifetime of a patent

Effective date: 20180630