BE1003900A6

BE1003900A6 - Kleminrichting voor explosiepanelen.

Info

Publication number: BE1003900A6
Application number: BE9000933A
Authority: BE
Inventors: Henri Janssens
Original assignee: Stuvex Internat Nv
Priority date: 1990-10-02
Filing date: 1990-10-02
Publication date: 1992-07-07
Also published as: US5369917A; NO931178L; CN1060630A; EP0551296A1; PT99140A; RO108812B1; FI931468A; EP0551296B1; DE69102884D1; SK29093A3; CA2093236A1; YU161191A; CZ31493A3; AU8511291A; HU210622B; JPH06502008A; BG97591A; HU9300457D0; KR930701670A; CN1026971C

Abstract

De kleminrichting bestaat uit meerdere opstaande koppelblokken (4) voor elk koppelblok een hierover passend huis (11) voor het afschermen van het koppelblok, in elk huis twee tegenover elkaar liggende klemboorden (10), welke koppelblokken (4) en huizen (11) op een afstand van elkaar langs de omtrek van het explosiepaneel (13) en het kader (3) zijn bevestigd, en in elk huis (11) ten minste twee uiteenwijkende knikstrippen (9) waarvan één einde wordt gedragen door het koppelblok (4) en het anere einde op één der klemboorden (10) van het huis (119 drukt voor het koppelen van het huis met het koppelblok, respektievelijk het explosiepaneel (13) met de houder (1).

Description


   <Desc/Clms Page number 1> 
 



  KLEMINRICHTING VOOR EXPLOSIEPANELEN 
De uitvinding betreft een kleminrichting voor het vasthouden van een explosiepaneel op de veiligheidsopening van houders waarin zich een stof, gas of damp bevindt, welk explosiepaneel bij overdruk, bijvoorbeeld tengevolge van een explosie in de houder, wordt opengeworpen of weggeslingerd, zodat weinig of geen schade aan de houder wordt aangericht. 



   In de Europese oktrooiaanvrage 88201561. 3 van aanvraagster, is zulk een kleminrichting beschreven waarbij gebruik is gemaakt van een stijf explosiepaneel van roestvrij staal en dat rondom is voorzien van een zijvlak met naar binnen geplooide klemboord waarin het vrije einde van meerdere hellend op genoemde klemboord gerichte knikstrippen grijpt die op een rondom de veiligheidsopening van de houder voorzien kader zijn bevestigd en aldus het explosiepaneel stevig op het kader drukken. 



   Wanneer zich in de houder een explosie voordoet, wordt door de verwekte druk het explosiepaneel opgelicht en buigt de stijve klemboord van het explosiepaneel het vrije einde van de knikstrippen naar boven om, waardoor het explosiepaneel vrij over de knikstrippen schuift en van de veiligheidsopening van de houder wordt weggeslingerd. 



   Een nadeel van zulk een explosiepaneel met klemboord is, dat het roestvrij staal waaruit het paneel is vervaardigd, een duur materiaal is en dat tevens de fabrikatie van zulk een paneel dat in een bepaalde vorm moet worden gestampt om een voldoende stijfheid aan het paneel te geven, duur uitvalt. Een ander nadeel is dat er zich gemakkelijk vuil kan vastzetten tussen de knikstrippen en de klemboord van het paneel, waardoor de knikstrippen moeilijker kunnen reageren en dit slechts bij een grotere druk op het explosiepaneel dan voorzien.

   Nog een nadeel is, dat bij een hoge 

 <Desc/Clms Page number 2> 

 openingsdruk van het explosiepaneel, de hellende knikstrippen de klemboord van het paneel stevig tegen de boord van de veiligheidsopening moeten drukken, waardoor voor het wegslingeren van het paneel de bijkomende wrijving die tijdens het oplichten van het paneel ontstaat tussen het paneel en het rondom de veiligheidsopening aangebrachte kader, moet worden overwonnen. De hiervoor benodigde openingsdruk is dan ook moeilijk voorspelbaar. 



   Om deze nadelen te ondervangen is, volgens het voornaamste kenmerk der uitvinding, een kleminrichting verwezenlijkt die bestaat uit meerdere opstaande koppelblokken, voor elk koppelblok een hierover passend huis voor het afschermen van het koppelblok, in elk huis twee tegenover elkaar liggende klemboorden, welke koppelblokken en huizen op een afstand van elkaar langs de omtrek van het explosiepaneel en het kader zijn bevestigd, en in elk huis ten minste twee uiteenwijkende knikstrippen waarvan een einde wordt gedragen door het koppelblok en het andere einde op   een   der klemboorden van het huis drukt voor het koppelen van het huis met het koppelblok, respektievelijk het explosiepaneel met de houder. 



   Door de toepassing van twee uiteenwijkende knikstrippen is de resultante van de twee schuin op de klemboorden van het huis inwerkende drukkrachten vertikaal gericht, zodat het geheel in evenwicht is en het explosiepaneel vertikaal wordt weggeslingerd, waardoor tevens iedere wrijving tussen het explosiepaneel en het rondom de veiligheidsopening bevestigd kader wordt vermeden. Een ander voordeel is dat elke afzonderlijke kleminrichting in een afgesloten huis is ondergebracht, zodat geen problemen met vuilafzetting zijn te vrezen en dat de vervanging van de   klemmiddelen   gemakkelijk is te verwezenlijken.

   Een ander belangrijk voordeel is dat met deze kleminrichting gebruik kan worden gemaakt van een gewoon goedkoop sandwichpaneel zoals in bouwconstructies gebruikt 

 <Desc/Clms Page number 3> 

 en die minder vervormbaar zijn dan explosiepanelen van roestvrij staal. Bovendien hebben deze panelen zeer goede warmte-isolerende eigenschappen en voorkomen in vele gevallen het ontstaan van condensatie op het paneel. 



   Als voorbeeld volgt hierna een uitvoeriger beschrijving van een verkozen doch geenszins beperkte uitvoeringsvorm van de kleminrichting volgens de uitvinding. 



  Deze beschrijving verwijst naar bijgevoegde tekening, waarin : fig. 1 een vooraanzicht weergeeft van de kleminrichting en het explosiepaneel gemonteerd op de houder ; fig. 2 er een bovenaanzicht van weergeeft ; fig. 3 een vergrote langsdoorsnede weergeeft van een der elementen van de kleminrichting en dit volgens de lijn III-III van fig.   2 ;   fig. 4 een zelfde langsdoorsnede als deze van fig. 



  3 voorstelt maar waarbij het explosiepaneel loskomt van de houder ; fig. 5 een dwarsdoorsnede weergeeft van een element van de kleminrichting en dit volgens de lijn V-V van fig. 3. 



   In deze figuren bemerkt men de houder 1 waarin gelijk welke stof, gas of damp is ondergebracht en waarin een af te sluiten veiligheidsopening 2 is voorzien. Rondom deze opening is op gelijk welke wijze een kader 3 op de houder bevestigd. Op dit kader en op een afstand van elkaar zijn meerdere opstaande koppelblokken 4 door middel van schroeven 5 gemonteerd. Elk koppelblok 4 heeft een van schroefdraad voorziene opening 6 waarin een schroef 7 in hoogte kan worden versteld. Deze schroef steekt doorheen een opening die is voorzien in een steunelement 8 met omgekeerde L-vormige dwarsdoorsnede en waarop de kop van de schroef 7 die als voorspanningsregelaar dienst doet, een drukkracht kan uitoefenen.

   In dit steunelement grijpt een einde van twee uiteenwijkende rechte knik- 

 <Desc/Clms Page number 4> 

 strippen 9 die in een vlak liggen dat evenwijdig loopt met de langsrichting van het kader 3. Het andere einde van elke knikstrip 9 grijpt in een klemboord 10 voorzien tegenaan de onderste boord van elk kopvlak van een huis 11 met open ondervlak en dat over het koppelblok 4 past en tegenaan de voet ervan aansluit, zodat het geheel afdoend beschermd is tegen vuilafzetting. Elk huis 11 is met een zijvlak door middel van schroeven 12 op de zijkant van een stijf explosiepaneel 13 vastgezet en dat bij voorkeur bestaat uit een sandwichpaneel zoals gebruikt in bouwconstructies.

   Elk huis 11 is van een deksel 14 voorzien waardoor de knikstrippen 9 gemakkelijk in het huis kunnen worden aangebracht en de schroef 7 en het steunelement 8 derwijze in hoogte kunnen worden versteld dat de voorspanning van de knikstrippen 9 en bijgevolg de klemkracht tussen het huis 11 en het koppelblok 4 regelbaar is. De druk waarmee het explosiepaneel zal worden weggeslingerd, wordt bepaald door de knikweerstand van de knikstrippen en hangt dus in hoofdzaak af van het gekozen materiaal en de afmetingen van de knikstrippen. 



   Wanneer zich in de houder 1 een explosie   voordoet,   wordt door de verwekte druk een opwaartse druk op het explosiepaneel 13 uitgeoefend, welke druk door de huizen 11 met klemboorden 10 op de knikstrippen 9 wordt overgebracht. Wanneer de knikkracht van de knikstrippen 9 wordt overschreden, knikken deze strippen door, waardoor het explosiepaneel 13 met de huizen 11 vertikaal over de koppelblokken 4 schuift en van de veiligheidsopening 2 van de houder 1 wordt weggeslingerd. Na een zwakke explosie is het explosiepaneel meestal niet beschadigd en is het voldoende de knikstrippen en/of eventueel de koppelblokken 4 en de huizen 11 te vervangen om de kleminrichting opnieuw in gebruik te kunnen nemen. 



   Het spreekt vanzelf dat de vorm, het aantal en de 

 <Desc/Clms Page number 5> 

 afmetingen van de hiervoor beschreven onderdelen kunnen verschillen en dat sommige van deze onderdelen zouden kunnen worden vervangen door andere die hetzelfde doel nastreven. Zo zou in de plaats van rechte knikstrippen gebruik kunnen worden gemaakt van voorgevormde enkelvoudige of meervoudige knikstrippen.

Claims

CONCLUSIES 1. - Kleminrichting voor stijve explosiepanelen (13) voor het afsluiten van een veiligheidsopening (2) in een met stof, gas of damp gevulde houder (1), waarbij rondom de veiligheidsopening een kader (3) is bevestigd en tussen dit kader en de zijkanten van het explosiepaneel meerdere hellende knikstrippen (9) zijn voorzien voor het op het kader drukken van het explosiepaneel, met het kenmerk dat de kleminrichting bestaat uit meerdere opstaande koppelblokken (4), voor elk koppelblok een hierover passend huis (11) voor het afschermen van het koppelblok, in elk huis twee tegenover elkaar liggende klemboorden (10), welke koppelblokken (4) en huizen (11) op een afstand van elkaar langs de omtrek van het explosiepaneel (13) en het kader (3) zijn bevestigd, en in elk huis (11)

ten minste twee uiteenwijkende knikstrippen (9) waarvan een einde wordt gedragen door het koppelblok (4) en het andere einde op een der klemboorden (10) van het huis (11) drukt voor het koppelen van het huis met het koppelblok, respektievelijk het explosiepaneel (13) met de houder (1).
2. - Kleminrichting vo1gens conc1usie 1, met het kenmerk dat de koppelblokken (4) op het kader (3) en de huizen (11) met hun rugvlak op de zijkanten van het explosiepaneel (13) zijn bevestigd, waarbij de uiteenwijkende knikstrippen (9) evenwijdig lopen met het rugvlak van elk huis (11).
3.-Kleminrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de onderste boord van elk kopvlak van het huis (11) uitloopt op een naar binnen gerichte klemboord (10) waarin een einde van een knikstrip (9) rust.
4.-Kleminrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat tussen elk koppelblok (4) en de knikstrippen <Desc/Clms Page number 7> (9) een spanningsregelaar (7) is voorzien voor het voorspannen van de knikstrippen.
5.-Kleminrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk dat de spanningsregelaar bestaat uit een in het koppelblok (4) vertikaal verstelbare schroef (7) en een steunelement (8) waarop de kop van de schroef een druk uitoefent en waarin een der einden van elke knikstrip (9) rust.
6.-Kleminrichting volgens de conclusie 1, met het kenmerk dat het explosiepaneel (13) bestaat uit een sandwichpaneelconstructie.