NL9500444A - Inrichting voor het koelen van lucht. - Google Patents

Description

Christienus Wieger Lubbers, te Leerdam.

Inrichting voor het koelen van lucht.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het koelen van lucht in werkruimtes, vergaderzalen, scholen, ziekenhuizen, flatgebouwen en dergelijke.

De atmosferische lucht wordt aangezogen, afgekoeld, gezuiverd, bevrijd van vocht en in de ruimte teruggeleid. Toestellen voor dit doel zijn bekend en beschreven in EP-A-O 194 636 en EP-Ο 454 228.

De apparaturen daarvan zijn ondergebracht in een gesloten kunststof omkasting (1) waardoor een corrosievrije constructie met zo weinig mogelijk trillingen, geluidshinder en een goede thermische isolatie wordt verkregen.

Gezien het in het West-Europese klimaat zeer sterk wisselende relatieve vochtgehalte van de lucht, veroorzaakt dit in koelinrichtingen vele problemen.

Er ontstaat condenswater in sterk wisselende hoeveelheden, dat snel moet worden opgevangen en afgevoerd uit de compacte koelinrichting, aangezien het verzuurde condens zeer snel corrosie veroorzaakt en meegevoerd stof gebonden aan aërosolen vervuiling en in het bijzonder ook bacterie— groei bevordert.

Roestwerendstaal kan zelfs worden aangetast door de sterk wisselende concentraties van het condens.

Aluminium vormt zoals bekend onder deze omstandigheden aluminium-oxyde waardoor de spleten tussen de lamellen dicht groeien en het doorlaten van lucht wordt belemmerd. Bescherming van de metalen delen door lakken biedt enige uitkomst, maar vervuiling en bacteriegroei op de lamellen en onderpanelen van de koelers blijft, waardoor op en direct boven het onderpaneel verzuurd condens achterblijft, de lak wegbijt en weer sterke corrosie plaats vindt.

Met de onderhavige uitvinding worden deze bezwaren onder vangen en wordt een inrichting verkregen, die voor langdurig bedrijf alsook voor veelvuldig wisselende belasting voor grote en kleine ruimten geschikt is en dus een uitkomst vormt voor ziekenhuizen, kantoor- en andere werkruimtes, alsmede voor grote woningcomplexen.

De inrichting volgens de onderhavige uitvinding bestaat uit een combinatie van een lamellen-luchtkoeler al dan niet met een daarop aansluitende condensvanger, welke is gekenmerkt doordat beide genoemde onderdelen geen onderpanelen bezitten en dus alleen aan de bovenkant en de zijkanten verticaal vrijhangend zijn bevestigd, daaronder zijn voorzien van een lekbak met hellende bodem die zich op ruime afstand van de onderkant van het lamellen pakket van de koeler en de druppelvanger bevindt. Het condens met daarin aanwezige stofdeeltjes valt vrij in de lekbak (5) en wordt daar snel afgevoerd, door de condensafvoerleiding (6) op het laagste punt.

De lamellen van de koelers zijn dunne platen waardoor koelpijpen (4) de koude uit het koelwater dat door de herders (2 en 3) wordt toe- en afgevoerd op de lamellen overbrengen zodat de passerende lucht gekoeld en ontvoch-tigd wordt.

De platen of lamellen van de condensvanger zijn verticaal geplaatst en hebben een gebogen oppervlak waarop kleine half gebogen uitsteeksels, die in passerende lucht wervelingen doen ontstaan, zodat druppels en zeer kleine druppeltjes (aërosolen) die vanaf de koeler door de lucht worden meegevoerd op de platen worden afgezet en als condenswater, direct benedenwaarts in de lekbak (5) met schuine bodem stroomt en snel wordt afgevoerd.

Door de ruime afstand tussen de hellende bodem van de lekbak (5), de lamellen van de koeler en de geprofileerde platen van de condensvanger is de constructie eenvoudig te reinigen en levert het onderhoud geen problemen op, terwijl stofophopingen, corrosie en bacteriegroei worden voorkomen.

Het storingsvrije bedrijf, langere levensduur en het voorkomen van bacteriegroei zijn belangrijke voordelen voor de voedingsmiddelen industrie, ziekenhuizen en andere openbare gebouwen.

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de bijgaande figuren 1 t/m 4.

Figuur 1 toont een vooraanzicht van de lamellenluchtkoeler.

Figuur 2 toont daarvan een doorsnede langs de lijn A-A'. Figuur 3 is een vooraanzicht van de condensvanger.

Figuur 4 toont een doorsnede van de condensvanger en de vorm van de vangplaten (7) met de uitsteeksels (8), die de druppels vangen.

In de 4 figuren zijn identieke onderdelen met dezelfde positienummers aangegeven.

In deze figuren zijn de volgende constructiedelen weergegeven : 1. Omkasting.

2. Toevoer van koelwater.

3. Afvoer van koelwater.

4. Register pijpen voor circulatie van koelwater.

5. Hellende lekbak.

6. Afvoer van condens 7. Vangprofielen in condensvanger 8. Uitsteeksels Resumerend:

De te koelen lucht treedt de lamellenkoeler binnen, waarvan de lamellen door stromend koelwater worden ge- koeld. Hier treedt de warmtewisseling op.

Daarna stroomt de lucht, die druppelvormig condensaat mee voert, in de condensvanger, die de vangprofielen (7) bevat.

De vangprofielen (7) hebben de uitsteeksels (8) die het condens benedenwaarts in de lekbak (5) met schuin aflopende bodem voeren die het daar op de laagste plaats (6) verzamelt, en snel afvoert.

Claims (3)

1. Inrichting voor het koelen van lucht in werkruimten, vergaderzalen, scholen, ziekenhuizen, flatgebouwen en dergelijke, bestaande uit een omkasting (1), die een lamellen-luchtkoeler met al dan niet daarop aansluitende condensvanger omvat, gekenmerkt doordat de luchtkoeler en de condensvanger verticaal vrij hangend zonder onderpanelen in de omkasting (1) zijn bevestigd en waaronder een lekbak met een hellende bodem op ruime afstand van de vrijhangende lamellen pakketten van koeler en druppelvanger, waarin het vocht met daarin aanwezige stofdeeltjes vrij valt en zich continu kan verzamelen, met een afvoer (6) aan de laagste kant van de lekbak (5) waarbij de lamellen van de koeler dunne platen zijn, waar het koelwater middels pijpen in een gesloten circuit doorheen stroomt, en de condensvanger is voorzien van in rijen naast elkaar geplaatste gebogen vangplaten (7) met kleine half-gebogen uitsteeksels (8), waardoor luchtwervelingen ter scheiding van druppels en aërosolen ontstaan.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het ken merk, dat de lamellen van de luchtkoeler worden gekoeld met door pijpen stromend koelwater, of in de pijpen verdampend koelmiddel.

3. Inrichting volgens conclusie 1, met het ken merk, dat alle onderdelen zijn uitgevoerd in roest werende of roestvrije materialen.