NL9500090A - Roof element. - Google Patents

Roof element. Download PDF

Info

Publication number
NL9500090A
NL9500090A NL9500090A NL9500090A NL9500090A NL 9500090 A NL9500090 A NL 9500090A NL 9500090 A NL9500090 A NL 9500090A NL 9500090 A NL9500090 A NL 9500090A NL 9500090 A NL9500090 A NL 9500090A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
roof element
element according
roof
bars
wire net
Prior art date
Application number
NL9500090A
Other languages
Dutch (nl)
Other versions
NL194339B (en
NL194339C (en
Inventor
Michael Jacobus Gerhar Bartels
Original Assignee
Projekt Management Belgie N V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Projekt Management Belgie N V filed Critical Projekt Management Belgie N V
Publication of NL9500090A publication Critical patent/NL9500090A/en
Publication of NL194339B publication Critical patent/NL194339B/en
Application granted granted Critical
Publication of NL194339C publication Critical patent/NL194339C/en

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E04BUILDING
    • E04BGENERAL BUILDING CONSTRUCTIONS; WALLS, e.g. PARTITIONS; ROOFS; FLOORS; CEILINGS; INSULATION OR OTHER PROTECTION OF BUILDINGS
    • E04B7/00Roofs; Roof construction with regard to insulation
    • E04B7/20Roofs consisting of self-supporting slabs, e.g. able to be loaded
    • E04B7/22Roofs consisting of self-supporting slabs, e.g. able to be loaded the slabs having insulating properties, e.g. laminated with layers of insulating material

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Architecture (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Electromagnetism (AREA)
  • Civil Engineering (AREA)
  • Structural Engineering (AREA)
  • Roof Covering Using Slabs Or Stiff Sheets (AREA)

Description

Korte aanduiding: Dakelement.Short designation: Roof element.

De uitvinding heeft betrekking op een dakelement met onderling verbonden dragers, alsmede met een dakbedekking.The invention relates to a roof element with interconnected supports, as well as with a roof covering.

Een dergelijk dakelement is bekend uit de Europese octrooiaanvrage 0 461 335. Dit dakelement heeft aan de zijkanten aangebrachte langsdragers, welke via loodrecht ten opzichte daarvan lopende dwarsdragers met elkaar zijn verbonden. Een buitenste deklaag, een binnenbekleding en eventuele warmte-isolerende en dampremmende lagen zijn aan de langsdragers aangebracht.Such a roof element is known from European patent application 0 461 335. This roof element has longitudinal beams arranged on the sides, which are connected to each other via transverse beams running perpendicularly thereto. An outer cover layer, an inner lining and any heat insulating and vapor barrier layers are applied to the longitudinal members.

Dergelijke dakelementen worden geprefabriceerd en kunnen dan op de bouwplaats door het tegen elkaar plaatsen van een aantal van dergelijke dakelementen tot een dak worden gecombineerd. De gekozen konstruktie is echter wat betreft het gewicht en aantal componenten niet optimaal. De bekende dakelementen vereisen veel montagewerkzaamhe-den, zodat dergelijke dakelementen ongeschikt zijn voor een serieproduktie. Bovendien kunnen zij slechts een beperkte grootte hebben. Dit maakt het noodzakelijk, voor een bepaalde dakgrootte een groot aantal dakelementen te gebruiken. Dit heeft weer tot gevolg, dat een overeenkomstig aantal verbindingen moet worden gemaakt. Bovendien is het gewicht per eenheid van oppervlakte zo hoog, dat met de bekende dakelementen daken met een groot oppervlak moeilijk tot stand gebracht kunnen worden.Such roof elements are prefabricated and can then be combined on the construction site by placing a number of such roof elements against one another to form a roof. However, the chosen construction is not optimal in terms of weight and number of components. The known roof elements require a great deal of assembly work, so that such roof elements are unsuitable for a series production. Moreover, they can only be of a limited size. This makes it necessary to use a large number of roof elements for a given roof size. This in turn means that a corresponding number of connections must be made. In addition, the weight per unit area is so high that roofs with a large surface area are difficult to achieve with the known roof elements.

De uitvinding beoogt een geprefabriceerd dakelement zodanig uit te voeren, dat dit met een aanzienlijk groter oppervlak kan worden vervaardigd.The object of the invention is to design a prefabricated roof element such that it can be manufactured with a considerably larger surface area.

Dit doel wordt volgens de uitvinding daardoor bereikt, dat de dragers door middel van een draadnet met elkaar zijn verbonden, op welk draadnet de dakbedekking is aangebracht. Er is gebleken dat de combinatie van een aantal dragers met een daarop aangebracht en met de dragers verbonden draadnet leidt tot een bijzonder lichte, d.w.z. een gering gewicht per eenheid van oppervlakte bezittende en toch stabiele konstruktie. Zelfs dakelemen-ten met een grote oppervlakte kunnen met de gebruikelijk bouwkranen zonder meer gehanteerd worden, en naar de voorafbepaalde plaats gebracht worden, waar zij nog slechts aan de dakhoofddraagkonstruktie vastgemaakt behoeven te worden, en de tussenruimten tussen de dakelementen eventueel nog slechts met passtroken uitgevuld behoeven te worden. Aangezien voor een bepaald dakoppervlak een in vergelijking met de stand van de techniek geringer aantal dakelementen en eveneens een geringer aantal transport- en montagehandelingen noodzakelijk is, wordt de voor de bouw van het dak benodigde tijd aanzienlijk korter, en omvat ook de daksteunkonstruktie minder componenten. Er wordt derhalve op tijd en kosten bespaard. Bovendien zijn deze dakelementen bijzonder geschikt voor een seriefabrikage dankzij het lage aantal componenten. Daarnaast heeft het dakelement volgens de uitvinding ook goede geluiddempende eigenschappen, aangezien de dakbedekking, met name de isolatie daarvan, in de mazen van het draadnet blootligt. Voor de vormgeving van het dakelement bestaat een grote mate van vrijheid. Het behoeft niet noodzakelijk vlak te zijn, maar kan ook gebogen zijn of omgekeerd V-vormig zijn.According to the invention, this object is achieved in that the carriers are connected to each other by means of a wire net, on which wire net the roof covering is arranged. It has been found that the combination of a number of carriers with a wire net mounted thereon and connected to the carriers results in a particularly light, i.e. a low weight per unit of surface area and yet stable construction. Even large-area roof elements can easily be handled with the usual construction cranes and brought to the predetermined location, where they only need to be fastened to the roof main supporting structure, and if necessary, the gaps between the roof elements can only be filled with mating strips. need to be. Since, for a given roof surface, a smaller number of roof elements is required compared to the prior art and also a smaller number of transport and assembly operations, the time required for the construction of the roof is considerably shorter, and the roof support construction also comprises fewer components. Therefore, time and costs are saved. Moreover, these roof elements are particularly suitable for series production thanks to the low number of components. In addition, the roof element according to the invention also has good sound-absorbing properties, since the roof covering, in particular its insulation, is exposed in the meshes of the wire net. There is a great deal of freedom in the design of the roof element. It does not necessarily have to be flat, but can also be curved or inverted V-shaped.

De dragers zijn bij voorkeur op afstand van elkaar opgesteld en lopen bij voorkeur evenwijdig aan elkaar. Daarbij zouden zij evenwijdig aan de lange zijden van het bij voorkeur rechthoekige dakelement kunnen lopen.The carriers are preferably spaced apart and are preferably parallel to each other. They could then run parallel to the long sides of the preferably rectangular roof element.

De dragers kunnen uit elk willekeurig materiaal bestaan, waarbij in het bijzonder metaal, maar ook hout en kunststof in aanmerking komen. In een bijzonder voordelige uitvoeringsvorm zijn de dragers als constructieliggers, die ook wel worden aangeduid met "tralieliggers", uitgevoerd. Met dergelijke constructieliggers kan een hoge stabiliteit met een gering gewicht worden gecombineerd.The carriers can consist of any material, in particular metal, but also wood and plastic are suitable. In a particularly advantageous embodiment, the carriers are designed as construction girders, which are also referred to as "lattice girders". High stability with low weight can be combined with such construction girders.

Dergelijke constructieliggers kunnen een grondvorm hebben, waarbij aan de zijden van het draadnet is voorzien in één of meer bovenste langsstaven en aan de onderzijde is voorzien in één of meer onderste langsstaven, waarbij de langsstaven met elkaar zijn verbonden door middel van verbindingsstaven. Hierbij is het voordelig gebleken, te voorzien in twee op afstand van elkaar evenwijdig lopende bovenste langsstaven alsmede een onderste langsstaaf, welke evenwijdig en in een vlak midden tussen de bovenste langsstaven loopt, waarbij elke bovenste langsstaaf via verbindingsstaven met de onderste langsstaaf is verbonden, in het bijzonder wanneer elke verbindingsstaaf vanaf een van beide bovenste langsstaven afwisselend naar de onderste en terug naar de bijbehorende bovenste langsstaaf loopt, en wel bij voorkeur zigzagvormig. Daarbij dient het draadnet aan tenminste een gedeelte van de bovenste langsstaven bevestigd te zijn.Such structural girders may have a basic shape in which one or more upper longitudinal bars are provided on the sides of the wire net and one or more lower longitudinal bars are provided on the underside, the longitudinal bars being connected to each other by means of connecting bars. It has proved advantageous to provide two spaced parallel longitudinal upper rods as well as a lower longitudinal rod, which runs parallel and in a flat center between the upper longitudinal rods, each upper longitudinal rod being connected to the lower longitudinal rod by connecting rods, in especially when each connecting bar runs from one of the two upper longitudinal bars alternately to the lower and back to the associated upper longitudinal bar, preferably in a zigzag shape. The wire net must be attached to at least part of the upper longitudinal bars.

Volgens een ander kenmerk van de uitvinding zijn aan de uiteinden van de dragers aansluitplaten voor de verbinding met dakliggers van de hoofddakconstructie aangebracht. Als dakliggers worden bijvoorbeeld stalen of houten dragers gebruikt, die voorafgaand aan het aanbrengen van de dakelementen dienen te worden gemonteerd. De aansluitplaten kunnen met de dragers verbonden zijn door middel van staven die vanaf de aansluitplaten naar de onderzijden van de dragers lopen.According to another feature of the invention, connecting plates for the connection to roof girders of the main roof construction are arranged at the ends of the carriers. For example, steel or wooden beams are used as roof beams, which must be mounted before the roof elements are fitted. The connection plates can be connected to the carriers by means of bars running from the connection plates to the undersides of the carriers.

Als draadnet zijn in het bijzonder de gebruikelijke stalen bouwmatten geschikt. Deze zijn bij voorkeur zodanig opgesteld, dat het draadnet in een bovenvlak in de langs-richting van de dragers lopende langsdraden en in een ondervlak loodrecht daarop lopende dwarsdraden omvat. Een omgekeerde plaatsing is overigens ook mogelijk.The usual steel construction mats are particularly suitable as wire mesh. These are preferably arranged such that the wire net comprises longitudinal wires running in a top surface in the longitudinal direction of the carriers and in a bottom surface running transverse wires perpendicular thereto. A reverse placement is also possible.

Voor het opnemen van horizontale belastingen, zoals windbelastingen, op de dakelementen is parallel aan het vlak van het draadnet tenminste een windverband, bestaande uit een staaf of een deel daarvan, bevestigd. Het verloop van de windverbandstaaf respektievelijk de windverbandsta-ven kan in overeenstemming met de daaraan te stellen eisen worden gekozen. Zo kan respektievelijk kunnen deze schuin ten opzichte van de dragers lopen, waarbij zij zich ook over een aantal aan elkaar grenzende dakelementen kunnen uitstrekken, waarbij elk dakelement een deel van het windverband omvat, welke delen in het dakgebied door middel van verbindingsplaten aan de randen van aangrenzende dakelementen onderling verbonden kunnen worden. Wanneer verscheidene windverbandstaven zijn aangebracht, bestaat ook de mogelijkheid, dat deze elkaar kruisen en/of met elkaar in verbinding staan. In aanvulling daarop of los daarvan kan een windverbandstaaf respektievelijk kunnen windverbandstaven ook loodrecht op en/of evenwijdig aan de dragers lopen, bijvoorbeeld in de vorm van druksta-ven. Deze voorzieningen zijn bij voorkeur voor de randgebieden van liet dakelement uitgevoerd. Bij voorkeur lopen eventuele drukstaven aan de onderzijde van het draadnet, terwijl schuin ten opzichte van de dragers lopende wind-verbanden bij voorkeur aan de bovenzijde van het draadnet zijn aangebracht.To accommodate horizontal loads, such as wind loads, at least one wind brace, consisting of a rod or part thereof, is attached to the roof elements parallel to the plane of the wire net. The course of the bracing rod and the bracing bars can be chosen in accordance with the requirements to be imposed on it. For example, they can run obliquely with respect to the carriers, whereby they can also extend over a number of adjacent roof elements, each roof element comprising a part of the bracing, which parts in the roof area by means of connecting plates at the edges of adjacent roof elements can be interconnected. When several bracing bars are provided, there is also the possibility that they cross and / or are in communication with each other. In addition or separately therefrom, a bracing bar or bracing bars may also run perpendicular to and / or parallel to the carriers, for example in the form of compression bars. These provisions are preferably designed for the edge areas of the roof element. Preferably, any pressure rods run on the underside of the wire net, while wind bandages running at an angle to the carriers are preferably arranged on the top of the wire net.

Het windverband of de windverbanden dienen - in zoverre deze aanwezig zijn - bevestigd te zijn aan aan-sluitplaten. Het is echter ook mogelijk deze te bevestigen aan het draadnet zelf.The braces or braces must - if they are present - be attached to connecting plates. However, it is also possible to attach it to the wire net itself.

Een verdere versterking van het dakelement wordt verkregen, wanneer de onderzijden van de dragers via een onderverband met elkaar zijn verbonden. Dit kan bijvoorbeeld door dwars en/of schuin ten opzichte van de langsas van de dragers verlopende strips of ook door middel van een ander draadnet geschieden.A further reinforcement of the roof element is obtained when the undersides of the carriers are connected to each other via a bottom bandage. This can be done, for example, by strips running transversely and / or obliquely relative to the longitudinal axis of the carriers, or also by means of another wire net.

Volgens een andere uitvoeringsvorm is voorzien in versterkingsstaven, die slechts over een gedeelte van het dakelement lopen. Hierdoor kan gezorgd worden voor een plaatselijke versterking van het dakelement, wanneer het dakelement in het betreffende gebied bijzonder hoog wordt belast. De richting van de versterkingsstaven kan aangepast worden aan de lokale omstandigheden. Bij voorkeur lopen de versterkingsstaven evenwijdig aan de dragers, waarbij zij op doelmatige wijze aan het draadnet en/of aan de dragers zijn bevestigd. Daarbij kunnen zij in het gebied van de onderzijden van de dragers lopen. De dragers kunnen echter zelf ook door middel van versterkingsstaven worden verstevigd, wat in het bijzonder zonder problemen mogelijk is, wanneer de dragers als constructieliggers zijn uitgevoerd. De versterkingsstaven kunnen dan evenwijdig aan de langs- en/of de verbindingsstaven worden aangebracht.According to another embodiment, reinforcing bars are provided, which run over only a part of the roof element. This allows for local reinforcement of the roof element when the roof element is subjected to a particularly high load in the area in question. The direction of the reinforcing bars can be adjusted according to the local conditions. Preferably, the reinforcing bars run parallel to the carriers, efficiently attached to the wire net and / or to the carriers. In addition, they can walk in the region of the undersides of the carriers. However, the supports themselves can also be reinforced by means of reinforcing bars, which is possible in particular without problems if the supports are designed as structural beams. The reinforcing bars can then be arranged parallel to the longitudinal and / or connecting bars.

In een andere uitvoering van de uitvinding zijn aan het draadnet bevestigingsstrips vastgemaakt, waaraan de dakbedekking met bevestigingsmiddelen is aangebracht. De bevestigingsstrips dienen evenwijdig en op afstand van elkaar te lopen, in het bijzonder bij voorkeur evenwijdig aan de korte 'buitenkant van het dakelement en over de gehele lengte daarvan.In another embodiment of the invention, fastening strips are attached to the wire net, to which the roof covering is fitted with fasteners. The mounting strips should run parallel and spaced, especially preferably parallel to the short exterior of the roof element and along its entire length.

De bevestigingsmiddelen zijn op doelmatige wijze uitgevoerd als in de bevestigingsstrips geschroefde, de dakbedekking doordringende bevestigingsschroeven. Daarbij lopen aan de bovenzijde van de dakbedekking boven de bevestigingsstrips steunstrips, waarop de koppen van de bevestigingsschroeven kunnen steunen. Voor het vermijden van lekkages worden de steunstrips en de koppen van de bevestigingsschroeven door middel van kleefstrips waterdicht afgedekt.The fasteners are expediently designed as fastening screws penetrating into the fastening strips. Support strips run on the top of the roof covering above the fastening strips, on which the heads of the fastening screws can rest. To avoid leaks, the support strips and the heads of the fastening screws are covered with watertight adhesive strips.

De dakbedekking kan op op zich bekende wijze een dampremmende laag, een isolatielaag en een afdeklaag omvatten, en wel bij voorkeur in deze volgorde van beneden naar boven. Uiteraard kunnen andere lagen zijn aangebracht om te voldoen aan bepaalde eisen van warmte- en geluidsisolatie.The roof covering may comprise in a manner known per se a vapor barrier, an insulating layer and a covering layer, preferably in this order from bottom to top. Naturally, other layers can be applied to meet certain heat and sound insulation requirements.

De uitvinding wordt in het navolgende nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin: fig. 1 een bovenaanzicht van een gedeelte van een dakelement met een hoofddakligger, maar zonder dakbedekking toont; fig. 2 een vertikale doorsnede door het dakelement volgens fig. 1 in een vlak dwars ten opzichte van de dakligger met dakbedekking toont; fig. 3 een vertikale doorsnede door het dakelement volgens fig. 1 en 2 in een vlak evenwijdig aan de daklig-ger toont; fig. 4 een vergroot detail uit fig. 3 zonder dakbedekking toont; en fig. 5 een vergroot detail uit fig. 3 met dakbedekking toont.The invention is explained in more detail below with reference to the drawing, in which: Fig. 1 shows a top view of a part of a roof element with a main roof girder, but without roof covering; Fig. 2 shows a vertical section through the roof element according to Fig. 1 in a plane transverse to the roof beam with roof covering; fig. 3 shows a vertical section through the roof element according to fig. 1 and 2 in a plane parallel to the roof beam; fig. 4 shows an enlarged detail from fig. 3 without roof covering; and Fig. 5 shows an enlarged detail from Fig. 3 with roof covering.

Het in de figuren slechts gedeeltelijk weergegeven, in hoofdzaak rechthoekige dakelement 1 omvat een aantal gelijkvormige dragers, die als constructieliggers 2, 3, 4 en 5 zijn uitgevoerd. De opbouw daarvan wordt aan de hand van de in fig. 2 en 4 weergegeven constructieliggers 3 toegelicht.The substantially rectangular roof element 1, which is only partially shown in the figures, comprises a number of uniform carriers, which are designed as construction girders 2, 3, 4 and 5. The construction thereof is explained with reference to the construction girders 3 shown in Figs. 2 and 4.

De constructieligger 3 heeft twee zich over de gehele lengte daarvan uitstrekkende bovenste langsstaven 6, 7 die op een bepaalde afstand van elkaar liggen. Evenwijdig daaraan en daaronder loopt een andere, onderste langsstaaf 8, en wel in hoofdzaak over de gehele lengte van de constructieligger 3. De onderste langsstaaf 8 heeft een centrale positie centraal ten opzichte van de beide bovenste langsstaven 6, 7. De bovenste langsstaven 6,7 en de onderste langsstaaf 8 zijn elk door een verbindingsstaaf 9, 10 verbonden. Zoals in het bijzonder uit fig. 2 blijkt, lopen de verbindingsstaven 9, 10 zigzagvormig tussen de bovenste langsstaven 6, 7 en de onderste langsstaaf 8 heen en weer. Daarbij is de ene verbindingsstaaf 9 aan de buitenzijde van de onderste langsstaaf 8 en aan de binnenzijde van de bovenste langsstaaf 6 vastgelast, terwijl de andere verbindingsstaaf 10 aan de tegenoverliggende buitenzijde van de onderste langsstaaf 8 en aan de binnenzijde van de bovenste langsstaaf 7 is bevestigd. De door de verbindingsstaven 9 en 10 bepaalde vlakken staan - zoals blijkt uit fig. 4 - V-vormig ten opzichte van elkaar. Er wordt hier nog opgemerkt, dat het uiteraard ook mogelijk is de verbindingsstaven 9 en 10 aan de buitenzijde van de bovenste langsstaven 6 resp. 7 te bevestigen.The construction girder 3 has two upper longitudinal bars 6, 7 extending over its entire length, which are spaced apart from each other. Parallel thereto and underneath another, lower longitudinal rod 8, which runs substantially along the entire length of the construction beam 3. The lower longitudinal rod 8 has a central position centrally with respect to the two upper longitudinal rods 6, 7. The upper longitudinal rod 6, 7 and the lower longitudinal bar 8 are each connected by a connecting bar 9, 10. As can be seen in particular from Fig. 2, the connecting bars 9, 10 reciprocate in a zig-zag shape between the upper longitudinal bars 6, 7 and the lower longitudinal bar 8. One connecting bar 9 is welded to the outside of the lower longitudinal bar 8 and to the inside of the upper longitudinal bar 6, while the other connecting bar 10 is attached to the opposite outer side of the lower longitudinal bar 8 and to the inside of the upper longitudinal bar 7 . The surfaces defined by the connecting rods 9 and 10 are - as shown in Fig. 4 - V-shaped relative to each other. It is also noted here that it is of course also possible to connect the connecting bars 9 and 10 on the outside of the upper longitudinal bars 6 and 10, respectively. 7 to confirm.

De constructieliggers 2, 3, 4 en 5 zijn door middel van een draadnet 11 met elkaar verbonden. Het draadnet 11 bestaat uit evenwijdig ten opzichte van de constructieliggers 2, 2, 4 en 5 lopende langsdraden - bijvoorbeeld aangeduid met 12 - en dwars op de constructieliggers 2, 3, 4 en 5 lopende dwarsdraden - bijvoorbeeld aangeduid met 13 -, die op de plaats waar zij elkaar kruisen met elkaar zijn verbonden. De dwarsdraden 13 vormen een onderste vlak en zijn aan de bovenste langsstaven 6, 7 van de constructieliggers 2, 2, 4 en 5 gelast. De langsdraden 12 vormen een daarboven liggend vlak. Langs- en dwarsdraden 12, 13 begrenzen vrije vierkanten. Schuin ten opzichte van de langs- en dwarsdraden 12, 13 van het draadnet 11 strekt zich een windverband 14 uit. Het windverband 14 is bevestigd aan de aansluitplaat 30 en hier en daar aan de bovenzijde van het draadnet 11.The construction girders 2, 3, 4 and 5 are connected to each other by means of a wire net 11. The wire net 11 consists of longitudinal wires running parallel to the construction girders 2, 2, 4 and 5 - for example indicated by 12 - and transverse wires running transversely to the construction girders 2, 3, 4 and 5 - for example indicated by 13 - which are on the place where they intersect are interconnected. The transverse wires 13 form a bottom surface and are welded to the top longitudinal bars 6, 7 of the construction girders 2, 2, 4 and 5. The longitudinal wires 12 form an overlying surface. Longitudinal and transverse wires 12, 13 define free squares. A wind bandage 14 extends obliquely relative to the longitudinal and transverse wires 12, 13 of the wire net 11. The brace 14 is attached to the connection plate 30 and here and there on the top of the wire net 11.

Op het draadnet 11 is een dakbedekking 15 aangebracht en met het draadnet 11 verbonden. De dakbedekking 15 vormt een eenheid omvattende een onderste dampremmende laag 16, een daarop liggende isolatielaag 17 en een opnieuw daarop liggende afdeklaag 18. Hiervoor kunnen de gebruikelijke materialen worden gebruikt, d.w.z. bijvoorbeeld een kunststof folie voor de dampremmende laag 16, een vezellaag voor de isolatielaag 17 en dakplaten van metaal of kunststof voor de afdeklaag 18.A roof covering 15 is arranged on the wire net 11 and connected to the wire net 11. The roof covering 15 forms a unit comprising a lower vapor barrier 16, an overlying insulation layer 17 and an overlying barrier layer 18. For this purpose the usual materials can be used, ie for instance a plastic foil for the vapor barrier 16, a fiber layer for the insulation layer. 17 and roof plates of metal or plastic for the covering layer 18.

Voor een verdere versteviging van het dakelement 1 zijn de onderzijden van de constructieliggers 2, 3, 4 en 5 via koppelstaven 19, 20 met elkaar verbonden, welke evenwijdig aan elkaar en dwars op de constructieliggers 2, 3, 4 en 5 lopen en aan de onderste langsstaven 8 van de constructieliggers 2, 3, 4 en 5 zijn gelast. In het gebied van de zich aan de rand bevindende constructieligger 2 lopen evenwijdig aan de langsas daarvan vier andere, als drukstaven uitgevoerde windverbandstaven 21, 22, 23 en 24, en wel evenwijdig en telkens aan beide zijden van de bovenste langsstaven van deze constructieligger 2.For a further reinforcement of the roof element 1, the undersides of the construction girders 2, 3, 4 and 5 are connected to each other via coupling bars 19, 20, which run parallel to each other and transversely to the construction girders 2, 3, 4 and 5 and to the lower longitudinal bars 8 of the construction girders 2, 3, 4 and 5 are welded. Four other wind bracing bars 21, 22, 23 and 24, which are designed as compression bars, run parallel to the longitudinal axis thereof in parallel to each other on both sides of the upper longitudinal bars of this construction girder 2.

Voorts zijn in het gebied van de constructieligger 5 versterkingssstaven 25, 26 aangebracht, die met de onderzijde van het draadnet 11 zijn verbonden en evenwijdig aan de langsas van de constructieligger 5 lopen. Zoals blijkt uit fig. 1 strekken zij zich slechts plaatselijk uit, teneinde de constructieligger 5 in dit gebied plaatselijk te versterken. Ook twee andere versterkingsstaven 27, 28 dienen voor een dergelijke versterking, welke staven in het gebied van de onderste langsstaaf van de constructieligger 5 evenwijdig daaraan lopen en aan de zich aldaar bevindende verbindingsstaven van de constructieligger 5 zijn gelast. Ook zij strekken zich slechts - zoals blijkt \ uit fig. 1 - over een bepaald gebied uit.Furthermore, in the area of the construction girder 5, reinforcing bars 25, 26 are provided, which are connected to the underside of the wire net 11 and run parallel to the longitudinal axis of the construction girder 5. As shown in Fig. 1, they extend only locally, in order to locally reinforce the construction girder 5 in this region. Two other reinforcing bars 27, 28 also serve for such reinforcement, which bars in the region of the lower longitudinal bar of the construction girder 5 are parallel to it and are welded to the connecting bars of the construction girder 5 located there. They, too, only extend - as shown in Fig. 1 - over a certain area.

Het op de hiervoor beschreven wijze opgebouwde dak-element 1 kan als eenheid worden gehanteerd en kan in de ruimte tussen twee dakliggers 29 worden geplaatst. In het onderhavige geval heeft de dakligger 29 de vorm van een I-drager. Voor de bevestiging aan het dakelement 1 omvatten de constructieliggers 2, 3, 4 en 5 aansluitplaten 30, 31, 32 en 33, welke met de uiteinden van de constructieliggers 2, 3, 4 en 5 en op deze plaats met de bovenste langsstaven 6 en 7 zijn verbonden. De aansluitplaten 30, 31, 32 en 33 kunnen aan de dakliggers 29 worden gelast of daarmee door middel van een schroefverbinding, schietnagels of dergelijke worden verbonden. Het uiteinde van het windverband 14 is aan de aansluitplaat 30 bevestigd. Voor een betere krachtopname bezitten de constructieliggers 2, 3, 4 en 5 versterkingsstangen 34, die uitgaan van de aansluitplaten 30, 31, 32 en 33 en elk reiken tot aan de onderste langsstaaf 8.The roof element 1 constructed in the manner described above can be used as a unit and can be placed in the space between two roof beams 29. In the present case, the roof beam 29 is in the form of an I-carrier. For attachment to the roof element 1, the construction girders 2, 3, 4 and 5 comprise connecting plates 30, 31, 32 and 33, which connect with the ends of the construction girders 2, 3, 4 and 5 and in this place with the upper longitudinal bars 6 and 7 are connected. The connection plates 30, 31, 32 and 33 can be welded to the roof beams 29 or be connected to them by means of a screw connection, rivets or the like. The end of the bracing 14 is attached to the connecting plate 30. For better force absorption, the construction girders 2, 3, 4 and 5 have reinforcing rods 34, which extend from the connection plates 30, 31, 32 and 33 and each extend to the lower longitudinal rod 8.

Fig. 5 toont een detail van het dakelement 1 voor de weergave van de bevestiging van de dakbedekking 15 aan het draadnet 11. Hiertoe is aan het draadnet 11 een bevesti-gingsstrip 35 via laspunten 36 en 37 vastgemaakt. De bevestigingsstrip 35 strekt zich loodrecht op het vlak van tekening en derhalve evenwijdig aan de langsassen van de constructieliggers 2, 3, 4 en 5 uit over de gehele lengte van het dakelement 1 en is op regelmatige afstanden aan het draadnet 11 gelast. Er zij nog opgemerkt dat de beves-tigingsstrip 35 ook loodrecht op de langsassen van de constructieliggers gericht kan zijn.Fig. 5 shows a detail of the roof element 1 for showing the fastening of the roof covering 15 to the wire net 11. For this purpose a fastening strip 35 is attached to the wire net 11 via welding points 36 and 37. The fastening strip 35 extends perpendicularly to the plane of the drawing and therefore parallel to the longitudinal axes of the structural girders 2, 3, 4 and 5 over the entire length of the roof element 1 and is welded to the wire net 11 at regular distances. It should also be noted that the fastening strip 35 can also be directed perpendicular to the longitudinal axes of the construction girders.

Evenwijdig aan en boven de bevestigingsstrip 35 loopt via de bovenzijde van de dakbedekking 15 - op de af deklaag 18 - een steunstrip 38, die zich eveneens over de gehele lengte van het dakelement 1 uitstrekt en langs de zijkant omhoog gebogen kanten 39 en 40 omvat. Een bevestigings-schroef 41 gaat door de steunstrip 38, de totale dakbedekking 15 en de bevestigingsstrip 35. De kop 42 van de schroef steunt aan de bovenzijde op de steunstrip 38. Aan de onderzijde 'heeft de bevestigingsschroef een zelf snijdende schroefdraad, door middel waarvan deze in de bevestigingsstrip 35 is geschroefd. Aan de bovenzijde is de steunstrip 38 door een kleefstrip 43 waterdicht afgedekt, waarbij de buitenliggende gebieden van de kleefstrip 43 op de afdeklaag 18 liggen.Parallel to and above the fastening strip 35 runs via the top of the roof covering 15 - on the covering layer 18 - a supporting strip 38, which also extends over the entire length of the roof element 1 and comprises sides 39 and 40 bent upwards along the side. A fastening screw 41 passes through the support strip 38, the total roof covering 15 and the fastening strip 35. The screw head 42 rests at the top on the support strip 38. At the bottom, the fastening screw has a self-cutting screw thread, by means of which it is screwed into the fastening strip 35. At the top, the support strip 38 is covered watertight by an adhesive strip 43, the outer regions of the adhesive strip 43 lying on the cover layer 18.

Het zal duidelijk zijn dat het dakelement l een aantal evenwijdig aan en op afstand van elkaar lopende bevestigingsstrips 35 en steunstrips 38 omvat, waarbij in de langsrichting daarvan op regelmatige afstanden bevesti-gingsschroeven 41 zijn aangebracht.It will be clear that the roof element 1 comprises a number of fastening strips 35 and support strips 38 running parallel to and at a distance from each other, wherein fastening screws 41 are arranged at regular intervals in the longitudinal direction thereof.

Claims (32)

1. Dakelement met onderling verbonden dragers, alsmede met een dakbedekking, met het kenmerk, dat de dragers (2, 3, 4, 5) door middel van een draadnet (11) met elkaar zijn verbonden, op welk draadnet de dakbedekking (15) is aangebracht.Roof element with interconnected supports, as well as with a roof covering, characterized in that the supports (2, 3, 4, 5) are connected to each other by means of a wire net (11), on which wire net the roof covering (15) has been applied. 2. Dakelement volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de dragers (2, 3, 4, 5) op afstand van elkaar zijn aangebracht.Roof element according to claim 1, characterized in that the supports (2, 3, 4, 5) are arranged at a distance from one another. 3. Dakelement volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de dragers (2, 3, 4, 5) evenwijdig aan elkaar lopen.Roof element according to claim 1 or 2, characterized in that the supports (2, 3, 4, 5) run parallel to each other. 4. Dakelement volgens één van de conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de dragers (2, 3, 4, 5) evenwijdig aan de lange zijden van het dakelement (1) lopen.Roof element according to one of claims 1 to 3, characterized in that the supports (2, 3, 4, 5) run parallel to the long sides of the roof element (1). 5. Dakelement volgens één van de conclusies 1-4, met het kenmerk, dat de dragers als constructieliggers (2, 3, 4, 5) zijn uitgevoerd.Roof element according to one of Claims 1 to 4, characterized in that the supports are designed as structural girders (2, 3, 4, 5). 6. Dakelement volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de constructieliggers (2, 3, 4, 5) aan de zijde van het draadnet elk zijn voorzien van één of meer bovenste langsstaven (6, 7) en aan de onderzijde zijn voorzien van één of meer onderste langsstaven (8), waarbij de langsstaven (6, 7, 8) met elkaar zijn verbonden door middel van verbindingsstaven (9, 10).Roof element according to claim 5, characterized in that the construction girders (2, 3, 4, 5) are each provided with one or more upper longitudinal bars (6, 7) on the side of the wire net and are provided on the underside with one or more lower longitudinal bars (8), the longitudinal bars (6, 7, 8) being connected by means of connecting bars (9, 10). 7. Dakelement volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat is voorzien in twee op afstand van elkaar evenwijdig lopende bovenste langsstaven (6, 7) alsmede een onderste langsstaaf (8), welke evenwijdig aan en centraal ten opzichte van de bovenste langsstaven (6, 7) loopt, waarbij elke bovenste langsstaaf (6, 7) via verbindingsstaven (9, 10) met de onderste langsstaaf (8) is verbonden.Roof element according to claim 6, characterized in that two spaced parallel longitudinal upper rods (6, 7) as well as a lower longitudinal rod (8), which are parallel to and central to the upper longitudinal rods (6 7), each upper longitudinal bar (6, 7) being connected to the lower longitudinal bar (8) via connecting rods (9, 10). 8. Dakelement volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat elke verbindingsstaaf (9, 10) vanaf een van beide bovenste langsstaven (6, 7) afwisselend naar de onderste en terug naar de bijbehorende bovenste langsstaaf (6, 7) loopt.Roof element according to claim 7, characterized in that each connecting bar (9, 10) runs alternately from one of the two upper longitudinal bars (6, 7) to the lower and back to the associated upper longitudinal bar (6, 7). 9. Dakelement volgens één van de conclusies 6-8, met het kenmerk, dat het draadnet (11) aan tenminste een gedeelte van de bovenste langsstaven (6, 7) is bevestigd.Roof element according to any one of claims 6-8, characterized in that the wire net (11) is attached to at least a part of the upper longitudinal bars (6, 7). 10. Dakelement volgens één van de conclusies 1-9, met het kenmerk, dat aan de uiteinden van de dragers (2, 3, 4, 5) aansluitplaten (30, 31, 32, 33) voor de verbinding met dakliggers (29) zijn aangebracht.Roof element according to one of Claims 1 to 9, characterized in that at the ends of the carriers (2, 3, 4, 5) connecting plates (30, 31, 32, 33) for connection to roof beams (29) are provided. 11. Dakelement volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat vanuit de aansluitplaten (30, 31, 32, 33) verster-kingsstaven (34) naar de onderzijden van de dragers (2, 3, 4, 5) lopen.Roof element according to claim 10, characterized in that reinforcing bars (34) run from the connection plates (30, 31, 32, 33) to the undersides of the carriers (2, 3, 4, 5). 12. Dakelement volgens één van de conclusies 1-11, met het kenmerk, dat het draadnet (11) in een bovenvlak daarvan in langsrichting ten opzichte van de dragers (2, 3, 4, 5) lopehde langsdraden (12) en in een ondervlak daarvan evenwijdig daaraan lopende dwarsdraden (13) omvat.Roof element according to any one of claims 1-11, characterized in that the wire net (11) runs in a top surface thereof longitudinally with respect to the carriers (2, 3, 4, 5) along longitudinal wires (12) and in a bottom surface thereof comprises transverse wires (13) running parallel thereto. 13. Dakelement volgens één van de conclusies 1-12, met het kenmerk, dat evenwijdig aan het vlak van het draadnet (11) tenminste een windverband (14, 21, 22, 23, 24), bestaand uit een staaf, of een deel daarvan is aangebracht .Roof element according to any one of claims 1-12, characterized in that parallel to the plane of the wire net (11) at least one brace (14, 21, 22, 23, 24), consisting of a rod, or a part of which is applied. 14. Dakelement volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de windverbandstaaf (14) respektievelijk de windver-bandstaven schuin ten opzichte van de dragers (2, 3, 4, 5) loopt respektievelijk lopen.Roof element according to claim 13, characterized in that the bracing rod (14) and the bracing bars respectively run obliquely with respect to the carriers (2, 3, 4, 5). 15. Dakelement volgens conclusie 13 of 14, met het kenmerk, dat de windverbandstaaf respektievelijk de wind-verbandstaven (21, 22, 23, 24) loodrecht op en/of evenwijdig aan de dragers (2, 3, 4, 5) loopt respektievelijk lopen.Roof element according to claim 13 or 14, characterized in that the bracing rod and the wind dressing bars (21, 22, 23, 24) respectively run perpendicular to and / or parallel to the carriers (2, 3, 4, 5) walk. 16. Dakelement volgens één van de conclusies 13-15, met het kenmerk, dat dit een deel van het windverband omvat, dat aan de rand van het dakelement is voorzien van verbindingsplaten.Roof element according to one of claims 13-15, characterized in that it comprises a part of the brace which is provided with connecting plates on the edge of the roof element. 17. Dakelement volgens conclusie 14, met het kenmerk, dat het windverband of de windverbanden (14) langs de bovenzijde van het draadnet (11) loopt respectievelijk lopen.Roof element according to claim 14, characterized in that the brace or braces (14) run or run along the top of the wire net (11). 18. Dakelement volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat het windverband of de windverbanden (21, 22, 23, 24) langs de onderzijde van het draadnet (11) loopt respektie-velijk lopen.Roof element according to claim 15, characterized in that the brace or braces (21, 22, 23, 24) run or run along the underside of the wire net (11). 19. Dakelement volgens één van de conclusies 13-18 alsmede conclusie 10 of ll, met het kenmerk, dat het windverband of de windverbanden (14, 21, 22, 23, 24) aan aansluitplaten (30) is respektievelijk zijn bevestigd.Roof element according to one of Claims 13-18 and Claim 10 or 11, characterized in that the brace or braces (14, 21, 22, 23, 24) are respectively attached to connection plates (30). 20. Dakelement volgens één van de conclusies 13-19, met het kenmerk, dat het windverband of de windverbanden (14, 21, 22, 23, 24) aan het draadnet (11) of aan de dragers (2, 3, 4, 5) is respektievelijk zijn bevestigd.Roof element according to any one of claims 13-19, characterized in that the brace or braces (14, 21, 22, 23, 24) on the wire net (11) or on the carriers (2, 3, 4, 5) has been confirmed respectively. 21. Dakelement volgens één van de conclusies 1-20, met het kenmerk, dat de onderzijden van de dragers (2, 3, 4, 5) via tenminste één onderverband (19, 20) zijn verbonden.Roof element according to one of Claims 1 to 20, characterized in that the lower sides of the carriers (2, 3, 4, 5) are connected via at least one lower bandage (19, 20). 22. Dakelement volgens conclusie 21, met het kenmerk, dat het onderverband is uitgevoerd als dwars en/of schuin ten opzichte van de langsassen van de dragers (2, 3, 4, 5) lopende staven (19, 20).Roof element according to claim 21, characterized in that the lower bandage is designed as bars (19, 20) running transversely and / or obliquely to the longitudinal axes of the carriers (2, 3, 4, 5). 23. Dakelement volgens één van de conclusies 1-22, met het kenmerk, dat versterkingsstaven (25, 26, 27, 28) zijn aangebracht, waarbij slechts een gedeelte van het dakelement (1) van versterkingsstaven (25, 26, 27, 28) is voorzien.Roof element according to any one of claims 1-22, characterized in that reinforcing bars (25, 26, 27, 28) are provided, only part of the roof element (1) of reinforcing bars (25, 26, 27, 28). ) is provided. 24. Dakelement volgens conclusie 23, met het kenmerk, dat de versterkingsstaven (25, 26, 27, 28) evenwijdig aan de dragers (2, 3, 4, 5) lopen.Roof element according to claim 23, characterized in that the reinforcing bars (25, 26, 27, 28) run parallel to the supports (2, 3, 4, 5). 25. Dakelement volgens conclusie 23 of 24, met het kenmerk, dat de versterkingsstaven (25, 26, 27, 28) zijn bevestigd aan het draadnet (11) en/of een respektieve drager (5).Roof element according to claim 23 or 24, characterized in that the reinforcing bars (25, 26, 27, 28) are attached to the wire net (11) and / or a respective carrier (5). 26. Dakelement volgens één van de conclusies 1-25, met het kenmerk, dat aan het draadnet (11) bevestigings-strips (35) zijn vastgemaakt, waaraan de dakbedekking (15) met bevestigingsmiddelen (41) is aangebracht.Roof element according to one of claims 1 to 25, characterized in that fastening strips (35) are attached to the wire net (11), to which the roof covering (15) is fastened with fasteners (41). 27. Dakelement volgens conclusie 26, met het kenmerk, dat de bevestigingsstrips (35) evenwijdig aan elkaar lopen.Roof element according to claim 26, characterized in that the fastening strips (35) run parallel to each other. 28. Dakelement volgens conclusie 27, met het kenmerk, dat de bevestigingsstrips (35) evenwijdig aan de korte buitenkant van het dakelement (1) lopen.Roof element according to claim 27, characterized in that the fastening strips (35) run parallel to the short outside of the roof element (1). 29. Dakelement volgens één van de conclusies 26-28, met het kenmerk, dat de bevestigingsmiddelen zijn uitgevoerd als in 'de bevestigingsstrips (35) geschroefde, de dakbedekking (15) doordringende bevestigingsschroeven (41).Roof element according to any one of claims 26-28, characterized in that the fastening means are designed as fastening screws (41) screwed into the fastening strips (35). 30. Dakelement volgens conclusie 29, met het kenmerk, dat aan de bovenzijde van de dakbedekking (15) boven de bevestigingsstrips (35) steunstrips (38) lopen, waarop de koppen (42) van de bevestigingsschroeven (41) steunen.Roof element according to claim 29, characterized in that support strips (38) run on the top of the roof covering (15) above the fastening strips (35), on which the heads (42) of the fastening screws (41) rest. 31. Dakelement volgens conclusie 30, met het kenmerk, dat de steunstrips (38) en de koppen (42) van de bevestigingsschroeven (41) via kleefstrips (43) waterdicht zijn afgedekt.Roof element according to claim 30, characterized in that the support strips (38) and the heads (42) of the fastening screws (41) are covered watertight by adhesive strips (43). 32. Dakelement volgens één van de conclusies 1-31, met het kenmerk, dat de dakbedekking (15) een dampremmende laag (16), een isolatielaag (17) en een afdeklaag (18) omvat.Roof element according to any one of claims 1 to 31, characterized in that the roof covering (15) comprises a vapor barrier (16), an insulating layer (17) and a covering layer (18).
NL9500090A 1994-01-18 1995-01-18 Roof element. NL194339C (en)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
DE9400749U DE9400749U1 (en) 1994-01-18 1994-01-18 Roof element
DE9400749 1994-01-18

Publications (3)

Publication Number Publication Date
NL9500090A true NL9500090A (en) 1995-09-01
NL194339B NL194339B (en) 2001-09-03
NL194339C NL194339C (en) 2002-01-04

Family

ID=6903331

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9500090A NL194339C (en) 1994-01-18 1995-01-18 Roof element.

Country Status (2)

Country Link
DE (1) DE9400749U1 (en)
NL (1) NL194339C (en)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CN103883054B (en) * 2014-03-04 2015-12-30 石家庄铁道大学 A kind of rope bar girt strip composite floor system and construction method thereof

Also Published As

Publication number Publication date
NL194339B (en) 2001-09-03
DE9400749U1 (en) 1994-04-21
NL194339C (en) 2002-01-04

Similar Documents

Publication Publication Date Title
CA1074061A (en) Bridge structure
US4706319A (en) Lightweight bridge structure
US4173857A (en) Double-layered wooden arch truss
US3302361A (en) Prefabricated bridge deck unit
US4569501A (en) Cambered truss header for a shoring structure
NL9500090A (en) Roof element.
NL8203288A (en) FLOOR FOR APPLICATION IN OFFSHORE TECHNIQUE AND SHIPBUILDING.
GB2121849A (en) Building and prefabricated panels therefor
WO2010102021A1 (en) Roof truss system for long span and method of assembly thereof
CZ297540B6 (en) Prefabricated roof plate element and girder therefor
FI89400B (en) Balkkonstruktion
FI70620C (en) FOERFARANDE ATT UPPBAERA TAK AV PLAOT SAMT TAKKONSTRUKTION FOER UTFOERANDE AV FOERFARANDET
RU2403350C2 (en) Frame for building shaped as pavilion
NL195065C (en) Construction system.
CA1290512C (en) Lightweight bridge structure
NL1023853C2 (en) Greenhouse or department store with improved light output.
NL1002634C2 (en) Warehouse with condensate-draining ridge - has underside of lowermost flange at smaller angle to horizontal than surfaces of other flanges
US1984567A (en) Bridge construction
SU1026320A1 (en) Arch roof
KR19980078292A (en) Joints of trapezoidal steel sheet metal members and supporting structures of roof or ceiling slabs in the form of composite concrete-steel structures
RU2263595C2 (en) Device for fastening long-length material on platform body
PL244337B1 (en) Roof beam unit
JPS6117133Y2 (en)
NL8902219A (en) Warehouse with roof gutter - comprises one or more gutters open at top between its edges together with large number of bars fixed to gutter edges
RU2298069C1 (en) Composite reinforced concrete vaulted covering

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BC A request for examination has been filed
BX A request for additional search has been filed
BY An additional search report has been drawn up
CNR Transfer of rights (patent application after its laying open for public inspection)

Free format text: M.J.G. BARTELS

V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20110801