NL9401535A - Serum-prepared protein mixture for use as a component in media for in vitro culture of animal cells. - Google Patents
Serum-prepared protein mixture for use as a component in media for in vitro culture of animal cells. Download PDFInfo
- Publication number
- NL9401535A NL9401535A NL9401535A NL9401535A NL9401535A NL 9401535 A NL9401535 A NL 9401535A NL 9401535 A NL9401535 A NL 9401535A NL 9401535 A NL9401535 A NL 9401535A NL 9401535 A NL9401535 A NL 9401535A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- serum
- cells
- protein mixture
- adsorbent
- protein
- Prior art date
Links
Classifications
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C12—BIOCHEMISTRY; BEER; SPIRITS; WINE; VINEGAR; MICROBIOLOGY; ENZYMOLOGY; MUTATION OR GENETIC ENGINEERING
- C12N—MICROORGANISMS OR ENZYMES; COMPOSITIONS THEREOF; PROPAGATING, PRESERVING, OR MAINTAINING MICROORGANISMS; MUTATION OR GENETIC ENGINEERING; CULTURE MEDIA
- C12N5/00—Undifferentiated human, animal or plant cells, e.g. cell lines; Tissues; Cultivation or maintenance thereof; Culture media therefor
- C12N5/0018—Culture media for cell or tissue culture
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C12—BIOCHEMISTRY; BEER; SPIRITS; WINE; VINEGAR; MICROBIOLOGY; ENZYMOLOGY; MUTATION OR GENETIC ENGINEERING
- C12N—MICROORGANISMS OR ENZYMES; COMPOSITIONS THEREOF; PROPAGATING, PRESERVING, OR MAINTAINING MICROORGANISMS; MUTATION OR GENETIC ENGINEERING; CULTURE MEDIA
- C12N2500/00—Specific components of cell culture medium
- C12N2500/70—Undefined extracts
- C12N2500/80—Undefined extracts from animals
- C12N2500/84—Undefined extracts from animals from mammals
Landscapes
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Health & Medical Sciences (AREA)
- Biomedical Technology (AREA)
- Biotechnology (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Organic Chemistry (AREA)
- Bioinformatics & Cheminformatics (AREA)
- Genetics & Genomics (AREA)
- Wood Science & Technology (AREA)
- Zoology (AREA)
- Microbiology (AREA)
- Biochemistry (AREA)
- General Engineering & Computer Science (AREA)
- General Health & Medical Sciences (AREA)
- Cell Biology (AREA)
- Micro-Organisms Or Cultivation Processes Thereof (AREA)
- Preparation Of Compounds By Using Micro-Organisms (AREA)
Description
Uit serum bereid eiwitmengsel voor het gebruik als component in media voor het in vitro kweken van dierlijke cellen.Serum-prepared protein mixture for use as a component in media for in vitro culture of animal cells.
De uitvinding heeft betrekking op het gebied van de celkweek van dierlijke cellen.The invention relates to the field of cell culture of animal cells.
Geïmmortaliseerde dierlijke celculturen ofwel cellijnen worden in toenemende mate gebruikt voor het produceren van bepaalde biologische produkten, bijvoorbeeld eiwitten. Meer in het bijzonder worden deze cellen toegepast in de bereiding van vaccins of hormonen. Met name worden cellen van zoogdieren, vogels en insekten voor verschillende doeleinden gebruikt.Immortalized animal cell cultures, or cell lines, are increasingly used to produce certain biological products, such as proteins. More specifically, these cells are used in the preparation of vaccines or hormones. In particular, mammalian, avian and insect cells are used for various purposes.
Voorbeelden van veel toegepaste cellijnen zijn: a. BHK-cellen (baby hamster kidney); Vero-cellen (cellen afkomstig uit de nieren van een Afrikaanse groene aap) en MDCK-cellen (cellen afkomstig uit de nieren van een hond): voor vaccinbereiding. Daartoe worden deze cellen geïnfecteerd met een virus, waartegen het vaccin gericht moet zijn.Examples of commonly used cell lines are: a. BHK cells (baby hamster kidney); Vero cells (cells from the kidneys of an African green monkey) and MDCK cells (cells from the kidneys of a dog): for vaccine preparation. To this end, these cells are infected with a virus, against which the vaccine must be directed.
b. CHO-cellen (Chinese hamster ovarium): voor o.a. bereiding van hormonen en eiwitten die bijvoorbeeld in de diagnostiek en voor onderzoeksdoeleinden worden toegepast.b. CHO cells (Chinese hamster ovary): for, among other things, the preparation of hormones and proteins that are used, for example, in diagnostics and for research purposes.
Meer in het bijzonder worden recombinant-DNA-eiwitprodukten bereid uit dergelijke CHO-cellen die zijn getransfecteerd met een vector die een bepaald gen bevat.More specifically, recombinant DNA protein products are prepared from such CHO cells transfected with a vector containing a particular gene.
c. Hybridoma's. Dit zijn somatische celhybriden die zijn gemaakt door b.v. een SP2/0-Ag of P3X63-Ag muizen-myelomacellijn te fuseren met B-lymfocyten van geïmmuniseerde knaagdieren, zoals BALB/c-muizen. Zij worden toegepast in de produktie van monoclonale antilichamen; zowel als passieve vaccins, voor diagnóstische en onderzoeksdoeleinden en voor medicijn-"targetting".c. Hybridomas. These are somatic cell hybrids made by e.g. fusing an SP2 / 0-Ag or P3X63-Ag mouse myeloma cell line with B lymphocytes from immunized rodents, such as BALB / c mice. They are used in the production of monoclonal antibodies; as well as passive vaccines, for diagnostic and research purposes and for drug targeting.
Voorts worden cellen die doorgaans niet getransformeerd zijn voor medische doeleinden gekweekt. Deze cellen worden geënt op een substraat, onder andere voor wondheling of voor het aanbrengen van protheses.Furthermore, cells that are not usually transformed are grown for medical purposes. These cells are inoculated on a substrate, for example for wound healing or for the application of prostheses.
Over het algemeen worden dierlijke cellen gekweekt in rolflessen, in geroerd-vat-bioreactoren, waarbij men de cellen eventueel op microdragers kan laten groeien, of in holle-vezel-bioreactoren.Generally, animal cells are grown in roller bottles, in stirred bioreactors, where the cells can optionally be grown on microcarriers, or in hollow fiber bioreactors.
Voor de cel- en eiwitproduktie zijn de celculturen sterk afhankelijk van de samenstelling van het kweekmedium. Het meest eenvoudige en tevens meest gebruikte kweekmedium bestaat voor 80-95% uit een oplossing die essentiële bestanddelen voor celgroei bevat. Deze oplossing wordt in de regel als minimaal essentieel medium (MEM) aangeduid. MEM, dat zoals de deskundige weet voor ieder te kweken celtype kan verschillen, bevat onder andere enkele essentiële aminozuren, vetzuren, koolhydraten, vitaminen en sporeëlementen. Het is gebufferd op een pH van ongeveer 7, en heeft een osmotische druk van ongeveer 250 mosm/kg H2O.For the cell and protein production, the cell cultures strongly depend on the composition of the culture medium. The simplest and most widely used culture medium is 80-95% a solution containing essential components for cell growth. This solution is generally referred to as a minimal essential medium (MEM). MEM, which, as the skilled person knows, may differ for each cell type to be cultured, contains, inter alia, some essential amino acids, fatty acids, carbohydrates, vitamins and trace elements. It is buffered at a pH of about 7, and has an osmotic pressure of about 250 mosm / kg H2O.
Uit onder andere Hodgson, Bio/Technology 2. (1991), 1320 en Hodgson, Bio/Technology UL. (1993) , 49 is bekend dat cel- en eiwitprodukties worden bereikt die zeer moeilijk te evenaren zijn, wanneer aan MEM 5-20% foetaal runderserum (FBS; Fetal Bovine Serum) wordt toegevoegd.From Hodgson, Bio / Technology 2. (1991), 1320 and Hodgson, Bio / Technology UL, among others. (1993), 49, cell and protein productions are known to be achieved which are very difficult to match when 5-20% fetal bovine serum (FBS; Fetal Bovine Serum) is added to MEM.
Indien het door de cellen geproduceerde eiwit wordt uitgescheiden - hetgeen de voorkeur verdient - moeten aan de zuiveringsprocedure van het eiwit hoge eisen worden gesteld. Dit is noodzakelijk in verband met het voorkomen van een immuunrespons van het organisme dat het door de cellen geproduceerde eiwitpreparaat krijgt toegediend. Daarnaast is de samenstelling van FBS variabel, waardoor de snelheid van de celproliferatie en de eiwitsynthese aanzienlijk kan variëren tussen verschillende serumbatches. Ten derde is er een kans op infectie van de bloedserumdonoren met microörganismen waardoor het uiteindelijk geproduceerde eiwitprodukt niet altijd pyrogeenvrij is. Tenslotte is foetaal runderserum zelf vanwege de geringe beschikbaarheid duur.If the protein produced by the cells is secreted - which is preferable - the protein purification procedure must be very demanding. This is necessary in order to prevent an immune response from the organism receiving the protein preparation produced by the cells. In addition, the composition of FBS is variable, allowing the rate of cell proliferation and protein synthesis to vary significantly between different serum batches. Thirdly, there is a risk of infection of the blood serum donors with microorganisms, as a result of which the protein product ultimately produced is not always pyrogen-free. Finally, due to the limited availability, fetal bovine serum itself is expensive.
Hoewel een kweekmedium dat FBS bevat, een hoog eiwitgehalte (2 tot 9 g/1) en een zeer diverse samenstelling heeft, geven cellen gekweekt in alternatieve media zelden een cel- en eiwitproduktie die de produktie in een FBS-houdend medium kan evenaren. Ondanks de geschetste nadelen zullen de zeer hoge opbrengsten aan cellen en celprodukten in een medium dat FBS bevat vaak de balans naar het toepassen van dit medium laten doorslaan.Although a culture medium containing FBS has a high protein content (2 to 9 g / l) and a very diverse composition, cells grown in alternative media rarely give a cell and protein production that can match production in an FBS-containing medium. Despite the drawbacks outlined, the very high yields of cells and cell products in a medium containing FBS will often tip the balance on the use of this medium.
Overigens zijn alternatieve media waarin FBS is vervangen door een gedefinieerd mengsel van synthetische componenten, eventueel in combinatie met een mengsel van bepaalde gezuiverde eiwitten, evenals FBS zeer duur. Dergelijke alternatieve media kunnen slechts voor bepaalde cellijnen concurreren met FBS media. In dit verband wordt verwezen naar Methods for Serum-Free Culture of Epithelial and Fibroblastic Cells; serie: Cell Culture Methods for Molecular and Cell Biology, ed. D.W. Barnes, D.A. Sibarsku and G.H. Sato (1984) Alan R. Liss Inc., New York.Incidentally, alternative media in which FBS has been replaced by a defined mixture of synthetic components, optionally in combination with a mixture of certain purified proteins, as well as FBS are very expensive. Such alternative media can only compete with FBS media for certain cell lines. In this regard, reference is made to Methods for Serum-Free Culture of Epithelial and Fibroblastic Cells; series: Cell Culture Methods for Molecular and Cell Biology, ed. D.W. Barnes, D.A. Sibarsku and G.H. Sato (1984) Alan R. Liss Inc., New York.
Er is derhalve behoefte aan ofwel een medium waarmee een hogere opbrengst aan cellen en/of produkten van de gekweekte cellen kan worden verkregen ofwel een medium dat aanzienlijk goedkoper is.There is therefore a need for either a medium capable of obtaining a higher yield of cells and / or products from the cultured cells or a medium which is considerably cheaper.
Een mogelijkheid die zich meteen lijkt aan te dienen om een aanzienlijk goedkoper medium te bereiden is het vervangen van FBS door een veel goedkoper serum van postnatale donoren. Toevoeging van alternatief serum aan een kweekmedium heeft uiteraard wel dezelfde genoemde nadelen als FBS. Er is evenwel gevonden, zie bijvoorbeeld P.J. Price, E.A. Gregory, In Vitro, 18 (1982) 576, dat een kweekmedium dat FBS bevat over het algemeen een hogere celgroei geeft dan een medium dat in plaats van FBS ander serum, zoals serum van pasgeboren of volwassen donoren, bevat. Daarnaast is in de regel het eiwitgehalte van pdstnataal serum nog hoger dan dat van FBS. Een en ander maakt de toepassing van postnatale sera in veel gevallen ongeschikt.One possibility that immediately appears to be available to prepare a considerably cheaper medium is the replacement of FBS with a much cheaper serum from postnatal donors. The addition of alternative serum to a culture medium does of course have the same drawbacks as FBS. However, it has been found, see for example P.J. Price, E.A. Gregory, In Vitro, 18 (1982) 576, that a culture medium containing FBS generally gives higher cell growth than a medium that contains other serum, such as newborn or adult donor serum, instead of FBS. In addition, as a rule, the protein content of pdstnatal serum is even higher than that of FBS. This makes the use of postnatal sera unsuitable in many cases.
Meer in het bijzonder wordt onderzoek naar het effect van eiwitmengsels op de celkweek in MEM voornamelijk uitgevoerd met BHK21-cellen die in een monolaag op "Tissue Culture Polystyrene” (TCPS) worden gekweekt. Deze cellen worden in de onderzoeken betrokken, omdat ze, naast Vero-cellijnen, vaak worden aangewend om op grote schaal viruspreparaten te maken. Uit eigen bevindingen is gebleken dat BHK21-cellen in MEM een veel lagere cel- en eiwitproduktie geven als in plaats van FBS volwassen runderserum (ABS; adult bovine serum) aan het medium wordt toegevoegd.More specifically, studies of the effect of protein mixtures on cell culture in MEM are primarily conducted with BHK21 cells grown in a monolayer on Tissue Culture Polystyrene (TCPS). These cells are included in the studies because, in addition to Vero cell lines, often used to make virus preparations on a large scale. Own findings have shown that BHK21 cells in MEM give much lower cell and protein production than adult Bovine serum (FBS) instead of FBS adult bovine serum. medium is added.
Volgens de uitvinding is thans verrassenderwijs gevonden dat, wanneer een uit serum bereid eiwitmengsel dat behandeld is met een bepaald adsorptiemiddel, wordt toegevoegd aan een minimaal essentieel medium, een kweekmedium voor dierlijke cellen wordt verkregen, waarbij zowel de proliferatie van cellen als de produktie van eiwitten toenemen in vergelijking met een MEM waaraan een even grote hoeveelheid onbehandeld serum is toegevoegd.According to the invention, it has now surprisingly been found that when a serum-prepared protein mixture treated with a particular adsorbent is added to a minimal essential medium, an animal cell culture medium is obtained, involving both cell proliferation and protein production. increase compared to a MEM with an equal amount of untreated serum added.
Derhalve heeft de onderhavige uitvinding betrekking op een uit serum bereid eiwitmengsel verkrijgbaar door serum of een uit serum verkregen eiwitmengsel te behandelen met een adsorptiemiddel, dat bestaat uit deeltjes met een hydrofobe kern en ten minste een gedeeltelijk hydrofiel buitenoppervlak, in een zodanige hoeveelheid dat wanneer het eiwitmengsel aan een minimaal essentieel medium voor dierlijke cellen wordt toegevoegd een verhoogde proliferatie van de cellen en een verhoogde eiwitproduktie door die cellen wordt verkregen.Thus, the present invention relates to a serum-prepared protein mixture obtainable by treating serum or a serum-derived protein mixture with an adsorbent, which consists of particles having a hydrophobic core and at least a partially hydrophilic outer surface, in an amount such that when the protein mixture is added to a minimal essential medium for animal cells, an increased proliferation of the cells and an increased protein production by those cells is obtained.
Bij voorkeur wordt het eiwitmengsel volgens de uitvinding verkregen door toepassing van een adsorptiemiddel bestaande uit deeltjes met een polysiliciumoxide-kern.Preferably, the protein mixture according to the invention is obtained by using an adsorbent consisting of particles with a polysilicon oxide core.
Een polysiliciumoxidedeeltje, dat op zich hydrofoob is, moet om een eiwitmengsel volgens de uitvinding te kunnen verschaffen voorzien zijn van een ten minste gedeeltelijk hydrofiel buitenoppervlak. Bij voorkeur wordt een adsorptiemiddel toegepast bestaande uit deeltjes met silanolgroepen aan het buitenoppervlak.A polysilicon oxide particle, which is hydrophobic per se, must be provided with an at least partially hydrophilic outer surface to provide a protein mixture according to the invention. Preferably, an adsorbent consisting of particles with silanol groups on the outer surface is used.
Het is noodzakelijk dat de adsorptiemiddelen die kunnen worden toegepast om een eiwitmengsel volgens de uitvinding te creëren, zowel met een hydrofiel als hydrofoob gedeelte interacteren met het serum of een uit serum verkregen eiwitmengsel. Een dergelijk adsorptiemiddel moet ofwel uit (macro-)poreuze hydrofobe deeltjes bestaan waarvan alleen het buitenoppervlak en niet de gehele porieoppervlakken voorzien zijn van een hydrofiele laag, ofwel uit deeltjes waarbij naast hydrofiele oppervlakgroepen ook hydrofobe oppervlakgroepen aanwezig zijn.It is necessary that the adsorbents which can be used to create a protein mixture of the invention interact with the serum or a protein mixture derived from serum, both with a hydrophilic and hydrophobic moiety. Such an adsorbent must consist of (macro-) porous hydrophobic particles of which only the outer surface and not the entire pore surfaces are provided with a hydrophilic layer, or of particles in which, in addition to hydrophilic surface groups, hydrophobic surface groups are also present.
Zeer goede resultaten worden verkregen onder toepassing van een eiwitmengsel volgens de uitvinding waarbij een adsorptiemiddel wordt toegepast gekozen uit Aerosil® (Degussa AG, Frankfurt, Duitsland) en Bio-Sil C8® (BioRad Laboratories, Nazareth, België).Very good results are obtained using a protein mixture according to the invention using an adsorbent selected from Aerosil® (Degussa AG, Frankfurt, Germany) and Bio-Sil C8® (BioRad Laboratories, Nazareth, Belgium).
Overigens is bekend dat serum gedelipideerd kan worden onder toepassing van adsorptiemiddelen op basis van siliciumoxiden. Zo wordt delipidering van serum vaak toegepast om (1) lipid-vrije sera te bereiden ten behoeve van experimenten betreffende het lipidenmetabolisme; (2) zogenaamde referentiesera te bereiden, dat wil zeggen helder gemaakte sera die kunnen worden gebruikt voor kwaliteitscontrole en als secundaire calibratiestandaards (zie bijvoorbeeld Agnese et al., Clin. Biochem. ü (1983), 98-100); en (3) een meer of minder zuiver lipiden- of lipoproteïnenpreparaat te bereiden (zie bijvoorbeeld EP-A1-0 048 209).Incidentally, it is known that serum can be delipidated using adsorbents based on silicon oxides. For example, serum delipidation is often used to (1) prepare lipid-free sera for lipid metabolism experiments; (2) prepare so-called reference sera, i.e., clarified sera that can be used for quality control and as secondary calibration standards (see, for example, Agnese et al., Clin. Biochem. (1983), 98-100); and (3) prepare a more or less pure lipid or lipoprotein preparation (see, for example, EP-A1-0 048 209).
De behandeling van serum volgens de uitvinding met als doel de geschiktheid ervan te verbeteren als component in een kweekmedium wordt echter niet geopenbaard of gesuggereerd in de stand der techniek. Bovendien zal uit het onderstaande duidelijk blijken dat een medium met serum, waarin het lipidgehalte sterk is gereduceerd, juist de celproliferatie en eiwitsynthese verlaagt in vergelijking met een medium met onbehandeld serum.However, the treatment of serum according to the invention for the purpose of improving its suitability as a component in a culture medium is not disclosed or suggested in the prior art. In addition, it will be apparent from the following that a medium with serum in which the lipid content is greatly reduced actually decreases cell proliferation and protein synthesis compared to a medium with untreated serum.
Zo beschrijven Stephan en Róka in Z. klin. Chem. u. klin. Biochem. 6. Jahrg. 1968, pagina 186 e.v dat door humaan serum te behandelen met 2 gew.% Aerosil betrokken op het serum alle lipoproteïnen worden verwijderd. Wanneer serum met een zo grote hoeveelheid Aerosil (20 g/1 serum) wordt behandeld, blijken dierlijke cellen niet meer in een medium waaraan het aldus behandelde serum is toegevoegd te groeien.For example, Stephan and Róka in Z. Clin. Chem. you. clin. Biochem. 6. Yahrg. 1968, page 186 et seq. That by treating human serum with 2 wt.% Aerosil based on the serum all lipoproteins are removed. When serum is treated with such a large amount of Aerosil (20 g / l serum), animal cells no longer appear to grow in a medium to which the serum thus treated has been added.
De invloed van de toevoeging van serum dat met een van beschreven methoden is behandeld, op een celkweek is sterk afhankelijk van het materiaal dat voor de delipidering wordt gebruikt en de verhouding tussen de massa van dit materiaal en het volume van het te behandelen serum. Zoals uit het onderstaande zal blijken, is de hoeveelheid van een bepaald adsorptiemiddel die wordt toegevoegd aan een hoeveelheid serum of een uit serum bereid eiwitmengsel bepalend voor de kwaliteit van het na behandeling verkregen eiwitmengsel. Waarschijnlijk stelt zich tijdens de behandeling een evenwicht in waarbij in het bijzonder voor de celkweek schadelijke stoffen aan het adsorptiemiddel binden. Wanneer teveel adsorptiemiddel aanwezig is worden kennelijk ook essentiële of nuttige stoffen, bijvoorbeeld groeifactoren die in het serum aanwezig zijn, weggevangen. De duur van de behandeling is in principe niet essentieel. Het is slechts noodzakelijk dat het invangen van voor de celkweek schadelijke stoffen kan plaatsvinden. In de regel stelt het genoemde evenwicht tussen adsorptiemiddel en te verwijderen verbindingen zich binnen ongeveer 15 minuten in. Door het serum of het uit serum bereide eiwitmengsel ten minste 1 uur met het adsorptiemiddel in aanraking te laten, wordt gegarandeerd dat in essentie de voor celkweek nadelige stoffen worden weggevangen.The influence of the addition of serum treated by one of the methods described on a cell culture strongly depends on the material used for the delipidation and the ratio between the mass of this material and the volume of the serum to be treated. As will be seen below, the amount of a particular adsorbent added to an amount of serum or a serum-prepared protein mixture determines the quality of the protein mixture obtained after treatment. An equilibrium is likely to be established during the treatment, in which in particular harmful substances for the cell culture bind to the adsorbent. When too much adsorbent is present, essential or useful substances, for example growth factors that are present in the serum, are apparently also captured. The duration of the treatment is in principle not essential. It is only necessary that the capture of substances harmful to the cell culture can take place. As a rule, said equilibrium between adsorbent and compounds to be removed settles within about 15 minutes. Allowing the serum or protein mixture prepared from serum to contact the adsorbent for at least 1 hour ensures that essentially the substances harmful to cell culture are captured.
Daarnaast heeft ook het te kweken type dierlijke cellen een invloed. Een serum dat met bijvoorbeeld een bepaalde hoeveelheid Aerosil is behandeld, is mogelijk zeer geschikt voor de kweek van CHO-Kl-cellen, doch heeft daarentegen (nog) een negatief effect op de kweek van BHK21-cellen in vergelijking met onbehandeld serum.In addition, the type of animal cells to be cultured also has an influence. A serum treated with, for example, a certain amount of Aerosil may be very suitable for the culture of CHO-K1 cells, but on the other hand it has (still) a negative effect on the culture of BHK21 cells compared to untreated serum.
Voorts is gevonden, dat per batch serum of uit serum bereid eiwitmengsel de hoeveelheid toe te passen adsorptie- middel kan verschillen, die nodig is om een eiwitmengsel te verkrijgen met de volgens de uitvinding beoogde voordelen.It has further been found that the amount of adsorbent to be used per batch of serum or protein mixture prepared from serum may differ in the amount of adsorbent to be used to obtain a protein mixture with the advantages intended according to the invention.
Een en ander maakt het noodzakelijk dat een deskundige proefondervindelijk moet vaststellen hoeveel gram van een bepaald adsorptiemiddel hij moet toevoegen aan een bepaald serum.This makes it necessary for an expert to determine experimentally how many grams of a particular adsorbent he must add to a particular serum.
De vereiste verhouding tussen de massa Aerosyl 300 en het volume van het FBS- of ABS-serum tijdens de behandeling voor een zo groot mogelijke celproliferatie en eiwitsynthese is afhankelijk van de celcultuur waarvoor het partieel gedelipideerde serum wordt gebruikt. Over het algemeen zal 0,5 tot 5 g Aerosyl 300 per liter FBS- of ABS-serum moeten worden gebruikt.The required ratio between the mass of Aerosyl 300 and the volume of the FBS or ABS serum during treatment for the greatest possible cell proliferation and protein synthesis depends on the cell culture for which the partially delipidated serum is used. In general, 0.5 to 5 g Aerosyl 300 per liter of FBS or ABS serum should be used.
Het is niet bekend welke stoffen uit het serum of uit het uit serum bereide eiwitmengsel moeten worden verwijderd om een toeslagstof voor minimaal essentieel medium te verkrijgen die leidt tot een verhoogde celproliferatie en een verhoogde eiwitproduktie.It is not known which substances must be removed from the serum or from the protein mixture prepared from serum in order to obtain an additive for minimal essential medium which leads to an increased cell proliferation and an increased protein production.
Bij enkele in de stand der techniek geteste celkweken is een correlatie tussen de lipidconcentratie in FBS en de celadhesie en/of de celproliferatie gevonden. Hierbij wordt verwezen naar H. Rigg, P. Knox, Biochem. Soc. Trans., lü (1988) 560;.C.W. Boone et al., In Vitro, 2 (1972) 174; en C.A few cell cultures tested in the art have found a correlation between the lipid concentration in FBS and cell adhesion and / or cell proliferation. Reference is made to H. Rigg, P. Knox, Biochem. Soc. Trans., Lu (1988) 560; C.W. Boone et al., In Vitro, 2 (1972) 174; and C.
De Luca, et al., Exp. Cell. Res., 42 (1966) 451. Naarmate de lipidconcentratie in FBS hoger is, blijken de celadhesie en/of de celproliferatie af te nemen.De Luca, et al., Exp. Cell. Res., 42 (1966) 451. As the lipid concentration in FBS increases, cell adhesion and / or cell proliferation appears to decrease.
Lipiden zijn in verschillende vormen aanwezig in serum: als triglyceriden (TGC) in very low density lipoproteinen (VLDL) en chylomicronen; als fosfolipiden (PL) in high density lipoproteirien (HDL) ; als cholesterol (ne-CH) in HDL; als veresterd cholesterol (e-CH) in low density lipoproteinen (LDL) en als niet-veresterde vetzuren (NEFA), die worden getransporteerd door albumine. Het lipidgehalte en de samenstelling ervan in serum wisselen sterk. De concentraties van de verschillende lipidvormen zijn sterk afhankelijk van het dieet van de donoren, vooral vlak voor donatie van het bloed, waaruit het serum wordt bereid.Lipids are present in serum in various forms: as triglycerides (TGC) in very low density lipoproteins (VLDL) and chylomicrons; as phospholipids (PL) in high density lipoprotein (HDL); as cholesterol (ne-CH) in HDL; as esterified cholesterol (e-CH) in low density lipoproteins (LDL) and as unesterified fatty acids (NEFA), which are transported by albumin. The lipid content and its composition in serum vary widely. The concentrations of the different lipid forms are highly dependent on the diet of the donors, especially just before donation of the blood from which the serum is prepared.
R.G. Ham concludeert in Tissue Growth Factors, Editor R. Baserga, Springer Verlag, Heidelberg, New York, 1982, hoofdstuk 2, pagina 13 dat met name vrije vetzuren toxisch lijken te zijn voor cellen, hetgeen mogelijk bijdraagt aan de genoemde correlatie.R.G. Ham concludes in Tissue Growth Factors, Editor R. Baserga, Springer Verlag, Heidelberg, New York, 1982, chapter 2, page 13, that free fatty acids in particular appear to be toxic to cells, possibly contributing to the said correlation.
In dezelfde publicatie stelt Ham dat, hoewel alle lipiden de novo kunnen worden gesynthetiseerd door gekweekte cellen, de aanwezigheid van lipiden in het kweekmedium tot een veel snellere celproliferatie leidt.In the same publication, Ham states that while all lipids can be synthesized de novo by cultured cells, the presence of lipids in the culture medium leads to much faster cell proliferation.
Uit een en ander lijkt te kunnen worden afgeleid dat de onderhavige uitvinding niet meer is dan een gedeeltelijke delipidatie van een serum, waarbij eventueel aanwezige overtollige, voor dierlijke cellen toxische lipiden worden verwijderd.From one and the other it can be deduced that the present invention is nothing more than partial delipidation of a serum, in which any excess lipids toxic to animal cells are removed.
Er is evenwel aangetoond dat alleen uit sera bereide eiwitmengsels die volgens de uitvinding verkrijgbaar zijn door serum of een uit serum verkregen eiwitmengsel te behandelen met een adsorptiemiddel dat bestaat uit deeltjes met een hydrofobe kern en ten minste een gedeeltelijk hydrofiel buitenoppervlak, de voornoemde voordelige eigenschappen bezitten.However, it has been shown that only sera-prepared protein mixtures available according to the invention by treating serum or a serum-derived protein mixture with an adsorbent consisting of particles having a hydrophobic core and at least a partially hydrophilic outer surface have the aforementioned advantageous properties .
Voor de verwijdering van de lipiden uit serum zijn verschillende methoden bekend. Uit proeven is echter gebleken, dat serum dat al dan niet gedeeltelijk is gedelipideerd met dextraansulfaat, Sephadex en Perlite niet tot zowel een verhoogde celproliferatie als een verhoogde eiwitproduktie leidt, wanneer het aan MEM wordt toegevoegd. Meer in het bijzonder remt ABS 'dat gedeeltelijk gedelipideerd is door middel van suspensieïncubatie met 0,1-2,5 g/1 dextraansulfaat (Mr=5-105) de celproliferatie van BHK21-cellen nagenoeg volledig. Suspensieïncubaties van ABS en FBS met Sephadex G50 (Pharmacia), het filterhulpmiddel Perlite U128 (gefuseerd Na/K/Al-silicaat afkomstig van Dicalite, Grefco) en hydroxy- apatiet (Bio-Rad) hebben geen effect op de celproliferatie van BHK21-cellen.Several methods are known for the removal of the lipids from serum. However, tests have shown that serum partially or partially delipidated with dextran sulfate, Sephadex and Perlite does not lead to both increased cell proliferation and increased protein production when added to MEM. More specifically, ABS 'partially delipidated by suspension incubation with 0.1-2.5 g / l dextran sulfate (Mr = 5-105) substantially inhibits cell proliferation of BHK21 cells. Suspension incubations of ABS and FBS with Sephadex G50 (Pharmacia), the filter aid Perlite U128 (fused Na / K / Al silicate from Dicalite, Grefco) and hydroxyapatite (Bio-Rad) have no effect on cell proliferation of BHK21 cells .
Slechts een uit serum verkregen eiwitmengsel behandeld met een proefondervindelijk te bepalen hoeveelheid adsorptiemiddel volgens de uitvinding, geeft na toevoeging aan MEM een verhoogde cel- en eiwitproduktie. Wanneer de behandeling van het serum met een te grote hoeveelheid adsorptiemiddel wordt uitgevoerd, treedt, zoals onderstaand nader zal worden toegelicht, een verlaging van de cel- en eiwitproduktie op.Only a serum-derived protein mixture treated with an experimentally determinable amount of adsorbent according to the invention, after addition to MEM, gives an increased cell and protein production. When the treatment of the serum with an excessive amount of adsorbent is carried out, as will be further explained below, a decrease in cell and protein production occurs.
Het uit serum bereide eiwitmengsel kan afkomstig zijn van zoogdieren zoals mensen (HuS); paarden (HS); runderen (BS); varkens (PS) en knaagdieren. Deze sera zijn afhankelijk van de te kweken cellen meer of minder geschikt als component in een kweekmedium. Van deze sera is foetaal runderserum (FBS) het meest universeel toepasbaar als component in een kweekmedium. ABS en PS en in mindere mate HS zijn evenwel in veel grotere hoeveelheden verkrijgbaar en derhalve veel goedkoper dan FBS. Humaan serum komt nagenoeg volledig ten goede aan direkte medische toepassingen en zal om deze reden niet snel in aanmerking komen als toeslagstof voor kweekmedia voor cellijnen.The protein mixture prepared from serum can come from mammals such as humans (HuS); horses (HS); bovine animals (BS); pigs (PS) and rodents. Depending on the cells to be cultured, these sera are more or less suitable as a component in a culture medium. Of these sera, fetal bovine serum (FBS) is most universally applicable as a component in a culture medium. However, ABS and PS and to a lesser extent HS are available in much larger quantities and therefore much cheaper than FBS. Human serum almost completely benefits direct medical applications and for this reason will not readily qualify as an additive for culture media for cell lines.
Als voorbeeld van uit serum bereide eiwitmengsels die volgens de uitvinding kunnen worden toegepast kan worden genoemd een ABS-serum, waaruit de inunuunglobulines zijn verwijderd. Verwijdering van immuunglobulines kan worden uitgevoerd door adsorptie gebaseerd op elektrondonor/-acceptor (EDA) interactie.As an example of protein mixtures prepared from serum which can be used according to the invention, mention can be made of an ABS serum, from which the inunulo globulins have been removed. Immunoglobulins can be removed by adsorption based on electron donor / acceptor (EDA) interaction.
Bij voorkeur wordt volgens de uitvinding een eiwitmengsel verkregen uit foetaal of volwassen runderserum aan MEM toegevoegd.Preferably, according to the invention, a protein mixture obtained from fetal or adult bovine serum is added to MEM.
Voorts heeft de uitvinding betrekking op de toepassing van het boven beschreven uit serum bereide eiwitmengsel in een kweekmedium voor dierlijke cellijnen.The invention further relates to the use of the above-described serum-prepared protein mixture in a culture medium for animal cell lines.
Tenslotte betreft de uitvinding een werkwijze voor het verhogen van de proliferatie van cellen en de eiwitproduktie in een kweek van dierlijke cellen, waarbij het bovenbeschreven uit serum bereide eiwitmengsel wordt toegevoegd aan een voor de kweek van de genoemde cellen geschikt minimaal essentieel medium.Finally, the invention relates to a method for increasing cell proliferation and protein production in animal cell culture, wherein the above-described serum-prepared protein mixture is added to a minimal essential medium suitable for the culture of said cells.
Thans zal de uitvinding aan de hand van de figuren en de onderstaande voorbeelden nader worden toegelicht.The invention will now be explained in more detail with reference to the figures and the examples below.
In fig. la en b worden de resultaten getoond van de verwijdering van de hiervoor nader opgesplitste soorten lipiden uit een batch foetaal runderserum (FBS) en volwassen runderserum (ABS) als functie van de hoeveelheid Aerosyl 300 betrokken op het volume van het serum tijdens de behandeling.Figures 1a and b show the results of the removal of the previously split-up lipid species from a batch of fetal bovine serum (FBS) and adult bovine serum (ABS) as a function of the amount of Aerosyl 300 based on the volume of the serum during the therapy.
Fig. 2 toont de produktie van BHK21-cellen en van 3H-leucine-pulsincorporatie na 7 dagen in kweek op TCPS in MEM met 10 % (v/v) FBS of ABS (serumbatch als fig. 1). In de grafiek wordt de cel- en eiwitproduktie uitgedrukt in waarden gerelateerd aan de produktie in MEM met 10 % (v/v) onbehandeld ABS gegeven als functie van de hoeveelheid Aerosyl 300 betrokken op het volume van het serum tijdens de voorbehandeling (condities als fig. 1) .Fig. 2 shows the production of BHK21 cells and of 3 H leucine pulse incorporation after 7 days of culture on TCPS in MEM with 10% (v / v) FBS or ABS (serum batch as Fig. 1). In the graph, cell and protein production is expressed in values related to the production in MEM with 10% (v / v) untreated ABS given as a function of the amount of Aerosyl 300 based on the volume of the serum during pretreatment (conditions as fig. 1).
In fig. 3 wordt de produktie van BHK21-cellen en de 3H-leucine-pulsincorporatie na 3 en 7 dagen in kweek in MEM met 10 % (v/v) FBS en ABS, al dan niet vooraf geïncubeerd met 2,5 g/1 Aerosyl 300, inzichtelijk gemaakt(condities als fig.1).In Fig. 3, the production of BHK21 cells and the 3 H leucine pulse incorporation after 3 and 7 days in culture in MEM with 10% (v / v) FBS and ABS are pre-incubated with 2.5 g / or not. 1 Aerosyl 300, made transparent (conditions as fig. 1).
Fig. 4 toont de produktie van CHO-2-cellen en 3H-leucine pulsincorporatie na resp. 7 en 8 dagen in kweek in MEM met 10 vol.% FBS of ABS als functie van de hoeveelheid Aerosyl 300 betrokken op het volume van het serum tijdens de voorbehandeling (serumbatches en condities als fig. 1). Wederom zijn de waarden gerelateerd aan de produktie in MEM met 10 % (v/v) onbehandeld ABS.Fig. 4 shows the production of CHO-2 cells and 3H-leucine pulse incorporation after resp. 7 and 8 days in culture in MEM with 10 vol.% FBS or ABS as a function of the amount of Aerosyl 300 based on the volume of the serum during pretreatment (serum batches and conditions as Fig. 1). Again, the values related to the production in MEM with 10% (v / v) untreated ABS.
In fig. 5 wordt de produktie van hybridomacellen in suspensie in MEM met 10 % (v/v) FBS (HyClone Laboratories Inc., Logan, Utah, USA) als functie van de hoeveelheid Aerosyl 300, betrokken op het volume van het serum, tijdens de voorbehandeling getoond (condities als fig. 1).In Figure 5, the production of hybridoma cells in suspension in MEM with 10% (v / v) FBS (HyClone Laboratories Inc., Logan, Utah, USA) as a function of the amount of Aerosyl 300, based on the volume of the serum, shown during pretreatment (conditions as fig. 1).
Fig. 6a toont de verwijdering van de lipiden uit een batch volwassen-runderserum (ABS) als functie van de hoeveelheid Bio-Sil C8 betrokken op het volume van het serum tijdens de behandeling. Fig 6b vergelijkt het lipidgehalte in ABS na behandeling met 4 g Bio-Sil C8 per liter serum met het lipidgehalte in onbehandeld ABS, dat in ABS na behandeling met 2,5 g Aerosyl 300 per liter serum en dat in onbehandeld FBS.Fig. 6a shows the removal of the lipids from a batch of adult bovine serum (ABS) as a function of the amount of Bio-Sil C8 based on the volume of the serum during the treatment. Fig. 6b compares the lipid content in ABS after treatment with 4 g of Bio-Sil C8 per liter of serum with the lipid content in untreated ABS, that in ABS after treatment with 2.5 g of Aerosyl 300 per liter of serum and that in untreated FBS.
Tenslotte toont fig. 7 de produktie van BHK21-cellen en 3H-leucine pulsincorporatie na resp. 4 en 3 dagen in kweek op TCPS in MEM met 5 % (v/v) ABS als functie van de hoeveelheid Bio-Sil C8 betrokken op het volume van het serum tijdens de voorbehandeling (serumbatch en condities als fig. 6) . De uitgezette waarden zijn gerelateerd aan de produktie in MEM met 5 % (v/v) onbehandeld ABS.Finally, Figure 7 shows the production of BHK21 cells and 3H-leucine pulse incorporation after resp. 4 and 3 days in culture on TCPS in MEM with 5% (v / v) ABS as a function of the amount of Bio-Sil C8 based on the volume of the serum during pretreatment (serum batch and conditions as Fig. 6). The values plotted are related to the production in MEM with 5% (v / v) untreated ABS.
De behandeling van serum of uit serum verkregen eiwitmengsel wordt bij voorkeur uitgevoerd met kleine, al dan niet bolvormige deeltjes ten einde het serum aan een zo groot mogelijk adsorberend oppervlak per serumvolume en per massa adsorptiemiddel te kunnen bloot stellen. De deeltjes die volgens de uitvinding als adsorptiemiddel kunnen worden toegepast, kunnen uit ieder hydrofoob materiaal met een hydrofiel oppervlak zijn gevormd.The treatment of serum or serum-derived protein mixture is preferably carried out with small spherical or non-spherical particles in order to expose the serum to the largest possible adsorbing surface per serum volume and per mass of adsorbent. The particles which can be used as adsorbent according to the invention can be formed from any hydrophobic material with a hydrophilic surface.
In het bijzonder zijn de volgende materialen geschikt voor de beoogde behandeling van serum: - Polymeren of andere dragermaterialen met een hydrofiel oppervlak en hydrofobe liganden; bijvoorbeeld hydrofiele silicageldeeltjes (M) waaraan alifatische liganden, zoals M- (CH2)n-CHa-groepen zijn gekoppeld.In particular, the following materials are suitable for the intended treatment of serum: - Polymers or other support materials with a hydrophilic surface and hydrophobic ligands; for example hydrophilic silica gel particles (M) to which aliphatic ligands, such as M- (CH2) n-CHa groups, are attached.
- Deeltjes, bestaande uit een matrix met de structuur [Si02]n met vrije Silanolgroepen aan het oppervlak en met een afmeting groter dan 5 nm. Hoewel het adsorptiemiddel een (macroporeuze) gel kan zijn, gaat de voorkeur uit naar colloidale deeltjes met een doorsnede van ongeveer 5-10 nm, zoals bijvoorbeeld Aerosyl 300 of 380 van Degussa A.G. (Frankfurt, Duitsland) of andere deeltjes uit gerookt silica met een hydrofiel oppervlak. Deze deeltjes kunnen worden gesteriliseerd (bv. 2 uur bij 180‘C) en kunnen na een korte suspensieïncubatie met serum (b.v. gedurende 1 uur) uit het behandelde serum worden verwijderd door middel van centrifugering (b.v. 30 min. bij 3000 g).- Particles, consisting of a matrix with the structure [SiO2] n with free Silanol groups on the surface and with a size larger than 5 nm. Although the adsorbent may be a (macroporous) gel, colloidal particles with a diameter of about 5-10 nm are preferred, such as, for example, Aerosyl 300 or 380 from Degussa A.G. (Frankfurt, Germany) or other smoked silica particles with a hydrophilic surface. These particles can be sterilized (e.g., 2 hours at 180 ° C) and can be removed from the treated serum by centrifugation (e.g., 30 minutes at 3000 g) after a brief suspension incubation with serum (e.g., for 1 hour).
Andere geschikte materialen zijn gebaseerd op deeltjes uit gerookt silica of aluminadeeltjes met een hydrofiel gemaakt oppervlak of meer of minder gezuiverde diatomeeën-aarde.Other suitable materials are based on fumed silica particles or alumina particles with a hydrophilized surface or more or less purified diatomaceous earth.
Zoals reeds opgemerkt, moet de verhouding tussen de massa van het adsorptiemiddel en het serumvolume of de droge massa van het serum zo worden bepaald, dat een maximale stimulatie van de celproliferatie en/of eiwitsynthese door het serum wordt verkregen, indien het wordt toegevoegd aan het kweekmedium. Deze verhouding is afhankelijk van de volgende variabelen: 1. De bron en de samenstelling van het serum, omdat niet alle componenten die een bepaalde mate van affiniteit voor het adsorptiemiddel bezitten, in alle sera in dezelfde concentatie en in dezelfde onderlinge verhouding aanwezig zijn.As already noted, the ratio between the mass of the adsorbent and the serum volume or the dry mass of the serum should be determined so as to obtain maximum stimulation of cell proliferation and / or protein synthesis when added to the serum. culture medium. This ratio depends on the following variables: 1. The source and composition of the serum, because not all components having a certain degree of affinity for the adsorbent are present in the same concentration and in the same mutual ratio in all sera.
2. De aard van de verwijderingsmethode, met name van het gebruikte adsorptiemiddel, omdat door de verschillende verwijderingsmethoden mogelijk ook, en in verschillende mate, groeibevorderende componenten worden verwijderd uit serum.2. The nature of the method of removal, in particular of the adsorbent used, because the different methods of removal may also remove growth enhancing components from serum due to different degrees.
3. De celcultuur die gekweekt wordt in het medium met het aldus behandelde serum, omdat niet iedere celcultuur dezelfde gevoeligheid heeft voor de samenstelling van het serum in het kweekmedium.3. The cell culture that is grown in the medium with the serum thus treated, because not every cell culture has the same sensitivity to the composition of the serum in the culture medium.
De genoemde materialen kunnen met serum in suspensie worden geïncubeerd.' Al deze materialen moeten na de incubatie met het serum eenvoudig kunnen worden verwijderd, zonder dat daarbij de kwaliteit van het serum wordt beïnvloed. Zo kunnen deze adsorptiemiddelen in de vorm van beads in een kolom worden gepakt voor een kolomsgewijze behandeling van serum.The said materials can be incubated with serum in suspension. All these materials should be easy to remove after incubation with the serum without affecting the quality of the serum. For example, these bead adsorbents can be packed in a column for column treatment of serum.
Ook kan het adsorptiemiddel worden ingebed in een drager-materiaal, zodat ook adsorptie door middel van filtratie kan worden uitgevoerd. De voorkeur wordt echter gegeven aan een werkwijze waarbij het adsorptiemiddel aan het serum of het uit serum bereide eiwitmengsel wordt toegevoegd en later door centrifugatie wordt verwijderd.The adsorbent can also be embedded in a carrier material, so that adsorption by filtration can also be carried out. However, preference is given to a method in which the adsorbent is added to the serum or the protein mixture prepared from serum and is subsequently removed by centrifugation.
YQQrbseldJLYQQrbseldJL
Incubatie van Aerosyl 300 met foetaal of volwassen runderserum.Incubation of Aerosyl 300 with fetal or adult bovine serum.
Volwassen runderserum (ABS) en foetaal runderserum (FBS) zijn afkomstig van Sera-Lab (Crawley Down, Groot-Brittannië); Aerosyl 300 is afkomstig van Degussa (Frankfurt, Duitsland) . Disposable centrifugebuizen en microtiterplaten zijn afkomstig van Greiner (Alphen a/d Rijn, Nederland). Disposable filters (0,2 μπι) zijn afkomstig van Gelman Sciences (Ann Arbor, Michigan, USA). Enzymatische kleurtests voor de bepaling van de concentratie van triglyceriden (TGC); vrij en totaal cholesterol (resp. ne-CH en (e- + ne-CH)) en calibratie-concentraties TGC en CH zijn afkomstig van Boehringer Mannheim (Mannheim, Duitsland). Enzymatische kleurtests voor de bepaling van fosfolipiden (PL) en niet-veresterde vetzuren (NEFA) met de bijbehorende standaarden zijn afkomstig van Wako Chemicals (Neuss, Duitsland).Adult bovine serum (ABS) and fetal bovine serum (FBS) are from Sera-Lab (Crawley Down, UK); Aerosyl 300 comes from Degussa (Frankfurt, Germany). Disposable centrifuge tubes and microtiter plates come from Greiner (Alphen a / d Rijn, the Netherlands). Disposable filters (0.2 μπι) are from Gelman Sciences (Ann Arbor, Michigan, USA). Enzymatic color tests to determine the concentration of triglycerides (TGC); free and total cholesterol (ne-CH and (e- + ne-CH), respectively) and calibration concentrations TGC and CH are from Boehringer Mannheim (Mannheim, Germany). Enzymatic color tests for the determination of phospholipids (PL) and unesterified fatty acids (NEFA) with the corresponding standards are from Wako Chemicals (Neuss, Germany).
Afgewogen hoeveelheden Aerosyl 300 werden in glazen potjes minimaal 2 uur geïncubeerd bij 120 tot 180'C in een stoof. De Aerosyl werd steriel aan serum in een centrifugebuis toegevoegd en gesuspendeerd en gedurende 2 uur in suspensie geïncubeerd bij 20 tot 25 *C. Na een uur werd de suspensie gecentrifugeerd (3000g, 30 min.) en het supernatant gefiltreerd m.b.v. een 0,2 μπι filter en eventueel ingevroren (Si -20*C) voor verder gebruik.Weighed aliquots of Aerosyl 300 were incubated in glass jars for at least 2 hours at 120 to 180 ° C in an incubator. The Aerosyl was added sterile to serum in a centrifuge tube and suspended and incubated in suspension at 20 to 25 ° C for 2 hours. After an hour, the suspension was centrifuged (3000g, 30 min.) And the supernatant filtered using a 0.2 μπι filter and optionally frozen (Si -20 * C) for further use.
De enzymatische tests werden uitgevoerd onder toepassing van microtiterplaten met onverdund serum (25 μΐ voor TGC; 10 μΐ voor ne-CH; 5 μΐ voor PL; NEFA en totaal CH) en 250 μΐ reagens. De extinctie (495 nm) werd gemeten met behulp van een Elisa Micro Reader (Organon Teknika, Turnhout, België).The enzymatic assays were performed using undiluted serum microtiter plates (25 μΐ for TGC; 10 μΐ for ne-CH; 5 μΐ for PL; NEFA and total CH) and 250 μΐ reagent. The absorbance (495 nm) was measured using an Elisa Micro Reader (Organon Teknika, Turnhout, Belgium).
Onder verwijzing naar figuur 1 bleek het lipidgehalte in onbehandeld ABS meer dan twee maal zo hoog als in FBS. Alleen de TGC-concentratie lag in FBS hoger dan in ABS. Op de TGC-concentratie na, nam de lipidconcentratie af met een toenemende verhouding tussen Aerosyl en serum tijdens de incubatie.Referring to Figure 1, the lipid content in untreated ABS was found to be more than twice that in FBS. Only the TGC concentration was higher in FBS than in ABS. Except for the TGC concentration, the lipid concentration decreased with an increasing Aerosyl / serum ratio during incubation.
Voorbeeld 2Example 2
Gebruik van met een adsorptiemiddel behandeld serum voor het kweken van BHK21-cellen.Use of adsorbent-treated serum to culture BHK21 cells.
EMEM (minimal essential medium Eagle(modified) with earle's salts) met HEPES-buffer, EMEM met carbonaat-buffer, tryptose-fosfaat bouillon; glutamine, penicilline/streptomycine, Fungizon (amphotericine B), trypsine/EDTA zijn afkomstig van ICN-Flow (ICN-Biomedicals, Zoetermeer, Nederland). FBS en ABS zijn afkomstig van Sera-Lab (Crawley-Down, Groot-Brittannië). Disposable kweekflessen en kweekschaaltjes (TCPS), pipetten, flessen en Biofreeze vials zijn afkomstig van Costar Europe (Badhoevedorp, Nederland). Disposable reageerbuizen (PP) zijn afkomstig van Greiner (Alphen a/d Rijn, Nederland). Disposable filters (0,2 μπ\) zijn afkomstig van Gelman Sciences (Ann Harbor, Michigan, USA).EMEM (minimal essential medium Eagle (modified) with earle's salts) with HEPES buffer, EMEM with carbonate buffer, tryptose-phosphate broth; glutamine, penicillin / streptomycin, Fungizon (amphotericin B), trypsin / EDTA are from ICN-Flow (ICN-Biomedicals, Zoetermeer, The Netherlands). FBS and ABS are from Sera-Lab (Crawley-Down, Great Britain). Disposable culture bottles and culture dishes (TCPS), pipettes, bottles and Biofreeze vials come from Costar Europe (Badhoevedorp, the Netherlands). Disposable test tubes (PP) come from Greiner (Alphen a / d Rijn, the Netherlands). Disposable filters (0.2 μπ \) are from Gelman Sciences (Ann Arbor, Michigan, USA).
DMSO (dimethyl sulfonoxide) (analytical grade), TCA (trichloorazijnzuur) en NaOH zijn afkomstig van Merck Schuchardt (Hohenbrunn, Duitsland). PBS (fosfaat gebufferde fysiologisch zout-oplossing) en fysiologische zout-oplossing zijn afkomstig van NPBI (Amstelveen, Nederland). Baso-dilute is afkomstig van Technicon (Technicon Instruments, Tarrytown, New York, USA). L-[4,5-3H]-Leucine (specifieke activiteit: 120 - 190 Ci/mmol, 5 Ci/1) is afkomstig van Amersham International (Buckinghamshire, Groot-Brittannië). Telpotjes (Pony Vial H/I) zijn afkomstig van Packard Canberra Company (Packard Instrument, Groningen, Nederland). Atomlight scintillatievloeistof is afkomstig van Du Pont de Nemours (Hamburg, Duitsland).DMSO (dimethyl sulfonoxide) (analytical grade), TCA (trichloroacetic acid) and NaOH are from Merck Schuchardt (Hohenbrunn, Germany). PBS (phosphate buffered saline) and saline are from NPBI (Amstelveen, the Netherlands). Baso dilute comes from Technicon (Technicon Instruments, Tarrytown, New York, USA). L- [4.5-3H] -Leucine (specific activity: 120-190 Ci / mmol, 5 Ci / 1) is from Amersham International (Buckinghamshire, Great Britain). Counting pots (Pony Vial H / I) are from Packard Canberra Company (Packard Instrument, Groningen, The Netherlands). Atomlight scintillation fluid comes from Du Pont de Nemours (Hamburg, Germany).
Kweken van BHK21-cellen:Culturing of BHK21 cells:
De oorspronkelijke BHK21-cellijn werd, in een dichtheid van 109 tot 1010 cellen per liter EMEM met 10 mM HEPES en 1 g/1 carbonaatbuffer met 7 % (v/v) DMSO en met 25 % (v/v) FBS, bewaard in vloeibare stikstof en hoogstens 2 maal doorgekweekt voor hernieuwde opslag. De cellen werden in kweek gebracht na snel ontdooien bij 37‘C en vervanging van het vriesmedium door kweekmedium. Minimaal essentieel medium voor BHK21-cellen (verder genoemd MEM) bestaat uit EMEM met 10 mM HEPES en 1 g/1 carbonaatbuffer; 2 mM glutamine en 0,15 % (v/v) tryptose-fosfaat bouillon, met als antibiotica 105 IU/1 penicilline; 0,1 g/1 streptomycine en 2,5 mg/1 amphoterycine B. Spoelen van de cellen vond plaats met PBS. Cellen werden gekweekt op TCPS in MEM met 10 % (v/v) FBS (37*C; 5 % CO2; > 80 % rel.H). De cellen werden in een dichtheid van 4-107 cellen per liter geënt (6Ί03 cellen per cm2) . Het kweekmedium werd na 1 dag en na 4 dagen ververst. Na 7 dagen werden de cellen getrypsineerd (0,5 g/1 trypsine; 0,2 g/1 EDTA) en gesuspendeerd in MEM met 10 % (v/v) FBS of ABS. De cellen in MEM met FBS werden na centrifugering (600 g, 8 min.) in dezelfde dichtheid in MEM met 10 % FBS opnieuw geënt (een passage). De cellen werden maximaal 6 passages gekweekt.The original BHK21 cell line, at a density of 109 to 1010 cells per liter of EMEM with 10 mM HEPES and 1 g / 1 carbonate buffer with 7% (v / v) DMSO and with 25% (v / v) FBS, was stored in liquid nitrogen and grown at most twice for re-storage. The cells were cultured after rapid thawing at 37 ° C and replacement of the freezing medium with culture medium. Minimal essential medium for BHK21 cells (hereinafter referred to as MEM) consists of EMEM with 10 mM HEPES and 1 g / 1 carbonate buffer; 2 mM glutamine and 0.15% (v / v) tryptose phosphate broth, with 105 IU / 1 penicillin as antibiotics; 0.1 g / l streptomycin and 2.5 mg / l amphoterycin B. Flushing of the cells was done with PBS. Cells were grown on TCPS in MEM with 10% (v / v) FBS (37 * C; 5% CO2;> 80% rel.H). The cells were seeded at a density of 4-107 cells per liter (6Ί03 cells per cm2). The culture medium was changed after 1 day and after 4 days. After 7 days, the cells were trypsinized (0.5 g / l trypsin; 0.2 g / l EDTA) and suspended in MEM with 10% (v / v) FBS or ABS. The cells in MEM with FBS were re-seeded (one pass) after centrifugation (600 g, 8 min) at the same density in MEM with 10% FBS. The cells were grown for a maximum of 6 passages.
Testen van serum na behandeling met Aerosyl 300:Testing serum after treatment with Aerosyl 300:
Na minimaal 1 passage in kweek en na trypsinering, suspendering en centrifugering werden de cellen opgenomen in MEM. De cellen werden geënt op TCPS in MEM met een bepaalde volumefractie te testen serum in een dichtheid van 2,5-107 cellen per liter (5-103 cellen per cm2, telling m.b.v. een hemocytometerkamer) . Het medium werd na 1 dag en na 4 dagen ververst. Het relat'ief aantal cellen werd iedere dag geteld om een proliferatiecurve te maken. Hierbij werden de cellen gelyseerd in Baso-dilute,waarna het relatieve aantal kernen werd bepaald door middel van een gecalibreerde licht-verstrooiingsmeting met een flow cytometer.After a minimum of 1 passage in culture and after trypsinization, suspension and centrifugation, the cells were taken up in MEM. The cells were seeded on TCPS in MEM with a given volume fraction of serum to be tested at a density of 2.5-107 cells per liter (5-103 cells per cm2, count using a hemocytometer chamber). The medium was changed after 1 day and after 4 days. The relative number of cells were counted every day to make a proliferation curve. The cells were lysed in Baso-dilute, after which the relative number of nuclei was determined by means of a calibrated light-scattering measurement with a flow cytometer.
Voor de eiwitsynthese-test (3H-Leucine-incorporatie) werd 3 uur voor de meting het kweekmedium ververst en werd 5 μΐ 3H-Leucine-oplossing in fysiologisch zout (100 mCi per 1) per ml medium toegevoegd (0,5 mCi per 1). Na 60 min. werden de cellen met ijskoude PBS gespoeld en werd eiwit geprecipiteerd met ijskoude TCA (10 % (m/v) in water) . Na verwijdering van TCA werden de cellen opgelost in 0,1 M NaOH. De relatieve incorporatie van 3H-Leucine, die recht-evenredig is met de eiwitsynthese per tijdseenheid, werd bepaald door middel van P(dpm)-scintillatietelling (Wallac 1410 Liquid scintillation counter, Pharmacia, Turku 10, Finland).For the protein synthesis test (3H-Leucine incorporation), the culture medium was changed 3 hours before measurement and 5 μΐ 3H-Leucine solution in physiological salt (100 mCi per 1) was added per ml of medium (0.5 mCi per 1 ). After 60 min, the cells were rinsed with ice cold PBS and protein was precipitated with ice cold TCA (10% (w / v) in water). After removal of TCA, the cells were dissolved in 0.1 M NaOH. The relative incorporation of 3H-Leucine, which is directly proportional to protein synthesis per unit time, was determined by P (ppm) scintillation counting (Wallac 1410 Liquid scintillation counter, Pharmacia, Turku 10, Finland).
In figuur 2 zijn zowel voor ABS en FBS behandeld met Aerosil 300 de relatieve celproliferatie en de relatieve eiwitproduktie afhankelijk van de hoeveelheid Aerosil uitgezet.In Figure 2, for both ABS and FBS treated with Aerosil 300, relative cell proliferation and relative protein production are plotted depending on the amount of Aerosil.
In vergelijking met een celcultuur in MEM met onbehandeld serum, treedt een maximale toename van de cel- en eiwitproduktie op als ABS vooraf wordt behandeld met ongeveer 2,5 g Aerosyl 300 (Degussa A.G., Frankfurt, Duitsland) per 1 serum. Wanneer FBS vooraf wordt behandeld met Aerosyl 300 per liter serum ligt het maximum voor beide genoemde grootheden bij ongeveer 1 g Aerosil 300. Een en ander blijkt ook uit de volgende tabel, waarin gegevens zijn opgenomen bepaald na 7 dagen kweken:Compared to a cell culture in MEM with untreated serum, a maximum increase in cell and protein production occurs when ABS is pre-treated with approximately 2.5 g Aerosyl 300 (Degussa A.G., Frankfurt, Germany) per 1 serum. When FBS is pre-treated with Aerosyl 300 per liter of serum, the maximum for both quantities is about 1 g Aerosil 300. This is also apparent from the following table, which includes data determined after 7 days of cultivation:
Volume Behandeld Natief Behandeld fractie FBS t.o.v. ABS t.o.v. ABS t.o.v.Volume Treated Native Treated fraction FBS relative to ABS relative to ABS relative to
serum referentie: referentie: referentie referentieserum reference: reference: reference reference
in MEM natief FBS natief FBS natief FBS natief ABSin MEM native FBS native FBS native FBS native ABS
c.a.* p.s.# c.a. p.s. c.a. p.s. c.a. p.s.c.a. * p.s. # c.a. p.s. c.a. p.s. c.a. p.s.
(%) (%) (%) (%) (%) (%) (%) (%) 2 vol.% 119 100 19 11 38 20 196 190 10 vol.% 121 120 32 44 46 55 144 126 *c.a. is hoeveelheid cellen ♦p.s. is eiwitsynthese(%) (%) (%) (%) (%) (%) (%) (%) 2 vol.% 119 100 19 11 38 20 196 190 10 vol.% 121 120 32 44 46 55 144 126 * c.a. is the amount of cells ♦ p.s. is protein synthesis
De totale hoeveelheid cellen in een medium waaraan 10 vol.% FBS was toegevoegd, was 2, lx zo groot als in een medium waaraan 2 vol.% FBS was toegevoegd. Voor de eiwitproduktie werd een 3,0x zo grote produktie gevonden indien 10 vol.% FBS was toegevoegd.The total amount of cells in a medium to which 10% by volume FBS had been added was 2.1 times as large as in a medium to which 2% by volume FBS had been added. For protein production, a 3.0x higher production was found when 10% by volume of FBS was added.
Bij behandeling van ABS met 2,5 g Aerosyl per liter serum werd slechts ongeveer 20 % van de lipiden verwijderd.Treatment of ABS with 2.5 g Aerosyl per liter of serum removed only about 20% of the lipids.
Aangezien ABS gemiddeld meer dan twee maal zoveel lipiden bevat als FBS, zijn er dus ook na een behandeling van ABS met de genoemde hoeveelheid Aerosyl aanzienlijk meer lipiden aanwezig dan in al dan niet behandeld FBS.Since, on average, ABS contains more than twice as many lipids as FBS, significantly more lipids are present even after treatment of ABS with the aforementioned amount of Aerosyl than in FBS treated or not.
Na een aanvankelijk lagere cel- en eiwitproduktie in MEM met volgens de uitvinding behandeld serum (FBS of ABS) trad, in vergelijking met onbehandeld serum, na een adaptatieperiode van de cellen van enkele dagen, een verhoogde cel- en eiwitproduktie op (fig. 3).After an initially lower cell and protein production in MEM with serum treated according to the invention (FBS or ABS), compared to untreated serum, after an adaptation period of the cells of several days, an increased cell and protein production occurred (fig. 3). ).
Bij een celcultuur in MEM met aldus voorbehandeld ABS trad daarnaast, na een periode van verhoogde celsterfte, na twee weken in dit medium een verdere adaptatie op, die leidde tot een verder verhoogde cel- en eiwitproduktie. In de derde passage waren de relatieve waarden voor de cel- en eiwitproduktie, na 7 dagen kweken, in vergelijking met een celcultuur in medium met onbehandeld ABS resp. 258 en 264 % en in vergelijking met onbehandeld FBS resp. 59 en 71 %.In addition, in a cell culture in MEM with ABS thus pretreated, after a period of increased cell death, after two weeks in this medium a further adaptation occurred, which led to a further increased cell and protein production. In the third passage, relative values for cell and protein production, after 7 days of culture, compared to a cell culture in medium with untreated ABS, respectively. 258 and 264% and compared to untreated FBS, respectively. 59 and 71%.
Voorbeeld 3Example 3
Gebruik van voorbehandeld serum voor het kweken van CH02-cellen.Use of pretreated serum for culturing CH02 cells.
Op het minimale essentiële medium voor CH02-cellen (MEM) na, is de kweekprocedure voor CH02-cellen hetzelfde als voor BHK21-cellen (zie voorbeeld 2). Het kweekmedium voor CH02-cellen bestaat uit een gelijke hoeveelheid DMEM (Dulbecco's modification of Eagle's medium) met 20 mM HEPES en Ham's F12 met 1,2 g/1 carbonaatbuffer, beide van ICN-Flow. De hoeveel- heden glutamine, penicilline; streptomycine en Fungizon zijn hetzelfde als in het MEM voor BHK21-cellen.Except for the minimal essential medium for CH02 cells (MEM), the culture procedure for CH02 cells is the same as for BHK21 cells (see Example 2). The culture medium for CH02 cells consists of an equal amount of DMEM (Dulbecco's modification or Eagle's medium) with 20 mM HEPES and Ham's F12 with 1.2 g / l carbonate buffer, both from ICN-Flow. The amounts of glutamine, penicillin; streptomycin and fungizon are the same as in the MEM for BHK21 cells.
Bij CH02-cellen was er, waarschijnlijk als gevolg van een zeer snelle adaptatie aan een kweekmedium dat in plaats van FBS ander serum bevat, nagenoeg geen verschil in de celproduktie en de eiwitsynthese van een celcultuur in MEM met FBS of met ABS. Zowel bij een celcultuur in FBS- als in ABS-houdend medium (5 vol.% serum) is de celproduktie na 8 dagen in kweek 5 % hoger als serum wordt gebruikt dat vooraf is behandeld met 1 g Aerosyl per liter serum. De eiwitsynthese is na 7 dagen kweken, als gevolg van de genoemde Aerosyl behandeling, bij gebruik van beide sera, met 7 % toegenomen (fig. 4) .In CH02 cells, probably due to a very rapid adaptation to a culture medium containing other serum instead of FBS, there was virtually no difference in cell production and protein synthesis of a cell culture in MEM with FBS or with ABS. Both cell culture in FBS and ABS containing medium (5% by volume of serum), the cell production after 8 days in culture is 5% higher when serum pre-treated with 1 g Aerosyl per liter serum is used. Protein synthesis has increased by 7% after 7 days of culture, as a result of the aforementioned Aerosyl treatment, when using both sera (Fig. 4).
Voorbeeld 4Example 4
Gebruik van voorbehandeld serum voor het kweken van hybridomacellen.Use of pretreated serum for culturing hybridoma cells.
In fig. 5 wordt de produktie van hybridomacellen in suspensie in IMDM (ISCOV's modification of Dulbecco's medium) waaraan 10 % (v/v) FBS (HyClone Laboratories Inc., Logan,In Figure 5, the production of hybridoma cells in suspension in IMDM (ISCOV's modification or Dulbecco's medium) containing 10% (v / v) FBS (HyClone Laboratories Inc., Logan,
Utah, USA) was toegevoegd, als functie van de hoeveelheid Aerosyl 300, betrokken op het volume van het serum, tijdens de voorbehandeling getoond (condities als in voorbeeld 1).Utah, USA) was added as a function of the amount of Aerosyl 300, based on the volume of the serum, shown during the pretreatment (conditions as in Example 1).
Voorbeeld 5Example 5
Gedeeltelijke verwijdering van lipiden uit foetaal en volwassen runderserum met Bio-Sil C8 Silica.Partial lipid removal from fetal and adult bovine serum with Bio-Sil C8 Silica.
Bio-Sil C8 Sil'ica (hydrofiele poreuze ruwe silicadeelt jes (poriegrootte ± 9 nm) met een diameter tussen 15 en 35 μιη en met alifatische C8-liganden) is afkomstig van Bio-Rad Laboratories (Nazareth, België). Andere materialen zijn hetzelfde als in voorbeeld 1.Bio-Sil C8 Sil'ica (hydrophilic porous silica raw particles (pore size ± 9 nm) with a diameter between 15 and 35 μι and with aliphatic C8 ligands) comes from Bio-Rad Laboratories (Nazareth, Belgium). Other materials are the same as in example 1.
Voorbeeld 1 werd herhaald onder toepassing van Bio-Sil in plaats van Aerosil.Example 1 was repeated using Bio-Sil instead of Aerosil.
Door een behandeling van ABS met 4 g Bio-Sil C8 Silica per liter serum werd het cholesterol- en het vetzuurgehalte sterk gereduceerd. Het cholesteryl- en het fosfolipidengehalte blijft echter hoog in vergelijking met de respectievelijke gehaltes in FBS (fig.6).By treating ABS with 4 g of Bio-Sil C8 Silica per liter of serum, the cholesterol and fatty acid contents were greatly reduced. However, the cholesteryl and phospholipid levels remain high compared to the respective levels in FBS (Fig. 6).
Voorbeeld 6Example 6
Gebruik van serum voorbehandeld met Bio-Sil C8 Silica voor het kweken van BHK21-cellen.Use of serum pretreated with Bio-Sil C8 Silica to culture BHK21 cells.
Voorbeeld 2 werd herhaald, echter met die aanpassing, dat het ABS thans werd voorbehandeld met maximaal 4 g Bio-Sil C8 Silica per liter serum. De cellen werden gekweekt in een medium waaraan 5 % (v/v) met Bio-Sil behandeld serum was toegevoegd.Example 2 was repeated, but with the adjustment that the ABS was now pretreated with a maximum of 4 g of Bio-Sil C8 Silica per liter of serum. The cells were grown in a medium to which 5% (v / v) Bio-Sil treated serum was added.
De produktie van het aantal cellen nam toe naarmate het ABS was voorbehandeld met meer Bio-Sil C8 Silica per serum-volume (tot 4 g/1 getest). De eiwitsynthese bereikte een maximale waarde na een voorbehandeling van ABS met meer dan 2 g Bio-Sil C8 Silica per liter serum (fig.7).Cell number production increased as the ABS was pretreated with more Bio-Sil C8 Silica per serum volume (up to 4 g / l tested). Protein synthesis reached a maximum value after pretreatment of ABS with more than 2 g of Bio-Sil C8 Silica per liter of serum (Fig. 7).
ii
Claims (9)
Priority Applications (3)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL9401535A NL9401535A (en) | 1994-09-21 | 1994-09-21 | Serum-prepared protein mixture for use as a component in media for in vitro culture of animal cells. |
PCT/NL1995/000314 WO1996009371A1 (en) | 1994-09-21 | 1995-09-21 | Protein mixture prepared from serum for use as component in media for in vitro culture of animal cells |
AU36201/95A AU3620195A (en) | 1994-09-21 | 1995-09-21 | Protein mixture prepared from serum for use as component in media for in vitro culture of animal cells |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL9401535 | 1994-09-21 | ||
NL9401535A NL9401535A (en) | 1994-09-21 | 1994-09-21 | Serum-prepared protein mixture for use as a component in media for in vitro culture of animal cells. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL9401535A true NL9401535A (en) | 1996-05-01 |
Family
ID=19864680
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL9401535A NL9401535A (en) | 1994-09-21 | 1994-09-21 | Serum-prepared protein mixture for use as a component in media for in vitro culture of animal cells. |
Country Status (3)
Country | Link |
---|---|
AU (1) | AU3620195A (en) |
NL (1) | NL9401535A (en) |
WO (1) | WO1996009371A1 (en) |
Citations (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US3686395A (en) * | 1966-04-06 | 1972-08-22 | Biotest Serum Institut Gmbh | Process for preparation of storage stable hepatitis-free serum |
WO1982002900A1 (en) * | 1981-02-27 | 1982-09-02 | Inc Amf | Tissue culture medium |
EP0085917A2 (en) * | 1982-02-09 | 1983-08-17 | Amf Incorporated | Fibrous media containing millimicron-sized particles |
-
1994
- 1994-09-21 NL NL9401535A patent/NL9401535A/en not_active Application Discontinuation
-
1995
- 1995-09-21 WO PCT/NL1995/000314 patent/WO1996009371A1/en active Application Filing
- 1995-09-21 AU AU36201/95A patent/AU3620195A/en not_active Abandoned
Patent Citations (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US3686395A (en) * | 1966-04-06 | 1972-08-22 | Biotest Serum Institut Gmbh | Process for preparation of storage stable hepatitis-free serum |
WO1982002900A1 (en) * | 1981-02-27 | 1982-09-02 | Inc Amf | Tissue culture medium |
EP0085917A2 (en) * | 1982-02-09 | 1983-08-17 | Amf Incorporated | Fibrous media containing millimicron-sized particles |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
AU3620195A (en) | 1996-04-09 |
WO1996009371A1 (en) | 1996-03-28 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
Murakami et al. | Lysozyme stimulates immunoglobulin production by human-human hybridoma and human peripheral blood lymphocytes | |
Blaschuk et al. | Estradiol stimulates cadherin expression in rat granulosa cells | |
EA005425B1 (en) | Methods of producing membrane vesicles | |
US4473647A (en) | Tissue culture medium | |
Levison et al. | Characterization and partial purification of AIM: a plasma protein that induces rat cerebral type 2 astroglia from bipotential glial progenitors | |
Rappaport | Monolayer Cultures of Trypsinized Monkey Kidney Cells in Synthetic Medium. Application to Poliovirus Synthesis. | |
CA2911575C (en) | Mammalian cell culture media which comprise supernatant from cohn fractionation stages and use thereof | |
EP0017570B1 (en) | Process for the preparation of interferon and culture medium composition used in it | |
JPH07504161A (en) | Trophoblast interferon and its uses | |
JPS6154040B2 (en) | ||
NL9401535A (en) | Serum-prepared protein mixture for use as a component in media for in vitro culture of animal cells. | |
Savelkoul et al. | Semi-preparative purification and validation of monoclonal antibodies for immunotherapy in mice | |
Kadir et al. | Production and downstream processing of biotech compounds | |
US4452893A (en) | Cell growth medium supplement | |
Mori et al. | Changes induced by concanavalin A in morphological and adhesive properties of suspension cells | |
Kadir et al. | Production and purification of recombinant proteins | |
Pledger et al. | Defined medium for growth of foot-and-mouth disease virus | |
CN108517313A (en) | A kind of serum/plasma substitute for cultivating amplification dental pulp stem cell | |
JPH0348797B2 (en) | ||
JPH0348798B2 (en) | ||
Goldman et al. | Measles virus persistence in an immortalized murine macrophage cell line | |
JP2623319B2 (en) | Antibody production promoter by hybridoma cells | |
US10704024B2 (en) | Method for producing mesenchymal cells with promoted c-MPL receptor expression on cell surface | |
JPS6163284A (en) | Cultivation of animal cells | |
Keenan | Investigation into alternatives to fetal calf serum in animal cell culture |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A1B | A search report has been drawn up | ||
BV | The patent application has lapsed |