NL9400638A - Measurement standard for optical attenuation measurements. - Google Patents
Measurement standard for optical attenuation measurements. Download PDFInfo
- Publication number
- NL9400638A NL9400638A NL9400638A NL9400638A NL9400638A NL 9400638 A NL9400638 A NL 9400638A NL 9400638 A NL9400638 A NL 9400638A NL 9400638 A NL9400638 A NL 9400638A NL 9400638 A NL9400638 A NL 9400638A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- fiber
- cable
- measuring standard
- attenuation
- optical
- Prior art date
Links
Classifications
-
- G—PHYSICS
- G02—OPTICS
- G02B—OPTICAL ELEMENTS, SYSTEMS OR APPARATUS
- G02B6/00—Light guides; Structural details of arrangements comprising light guides and other optical elements, e.g. couplings
- G02B6/44—Mechanical structures for providing tensile strength and external protection for fibres, e.g. optical transmission cables
- G02B6/4439—Auxiliary devices
- G02B6/444—Systems or boxes with surplus lengths
- G02B6/4453—Cassettes
- G02B6/4454—Cassettes with splices
-
- G—PHYSICS
- G01—MEASURING; TESTING
- G01M—TESTING STATIC OR DYNAMIC BALANCE OF MACHINES OR STRUCTURES; TESTING OF STRUCTURES OR APPARATUS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
- G01M11/00—Testing of optical apparatus; Testing structures by optical methods not otherwise provided for
- G01M11/30—Testing of optical devices, constituted by fibre optics or optical waveguides
- G01M11/31—Testing of optical devices, constituted by fibre optics or optical waveguides with a light emitter and a light receiver being disposed at the same side of a fibre or waveguide end-face, e.g. reflectometers
- G01M11/3109—Reflectometers detecting the back-scattered light in the time-domain, e.g. OTDR
-
- G—PHYSICS
- G02—OPTICS
- G02B—OPTICAL ELEMENTS, SYSTEMS OR APPARATUS
- G02B6/00—Light guides; Structural details of arrangements comprising light guides and other optical elements, e.g. couplings
- G02B6/44—Mechanical structures for providing tensile strength and external protection for fibres, e.g. optical transmission cables
- G02B6/4439—Auxiliary devices
- G02B6/4457—Bobbins; Reels
Landscapes
- Physics & Mathematics (AREA)
- Optics & Photonics (AREA)
- General Physics & Mathematics (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Analytical Chemistry (AREA)
- Light Guides In General And Applications Therefor (AREA)
Description
Meetstandaard voor optische dempingsmetingen.Measurement standard for optical attenuation measurements.
De uitvinding heeft betrekking op een meetstandaardvoor optische dempingsmetingen, bestaande uit een optischekabel met tenminste een kunstmatig verouderde lichtgeleidings-vezel van bekende demping en bekende lengte in een met taaimedium gevulde kabelmantel, die uit een materiaal bestaat,dat lichtgeleidingsvezel gedurende lange tijd tegen uitwendigeinvloeden beschermt.The invention relates to a measuring standard for optical attenuation measurements, consisting of an optical cable with at least one artificially aged fiber-optic fiber of known damping and known length in a cable jacket filled with tough medium, which consists of a material that protects the fiber-optic fiber against external influences for a long time.
Voor de meting van optische dempingen worden in deregel terugstrooireflectometers (Engels OTDR: Optical TimeDomain Reflectometer) toegepast. Hiermede kunnen dempings-coëfficiënten, splits- en stekerverliezen worden bepaald,alsmede storingen (vezelbreuken) in optische kabels wordengelokaliseerd. Bij het meten wordt een korte, intensievelichtimpuls in een lichtgolfgeleider gestraald en uit hettijdsverloop van het teruggestrooide respectievelijk het bijstoringen gereflecteerde lichtvermogen de dempingscoëfficiënt,alsmede de plaats en de grootte van de verliezen wordenbepaald.As a rule, backscatter reflectometers (English OTDR: Optical TimeDomain Reflectometer) are used for the measurement of optical attenuation. With this, attenuation coefficients, splitting and plug losses can be determined, as well as faults (fiber breaks) in optical cables can be located. During the measurement, a short intensity light pulse is radiated into a light waveguide and the damping coefficient, as well as the location and magnitude of the losses, are determined from the time course of the backscattered or the incident light power.
Voor het kalibreren van een terugstrooireflectometerworden overwegend monomode-lichtgolfgeleiders (kalibreer-kabels) toegepast. De optische vezels worden via temperatuur-wisselcycli verouderd, teneinde een zo hoog mogelijke lange-termijnstabiliteit te bereiken, omdat de meetstandaard vanwegede noodzakelijke nauwkeurigheid en constantheid op lange ter¬mijn aan een reeks van eisen moet voldoen. Optische kalibreer-standaarden zijn bekend uit DE-A-3910503.Monomode optical waveguides (calibration cables) are predominantly used for calibrating a backscatter reflectometer. The optical fibers are aged through temperature cycling to achieve the longest possible stability as long as the measurement standard must meet a range of requirements due to the necessary long-term accuracy and consistency. Optical calibration standards are known from DE-A-3910503.
De dempingscoëfficiënt van de kalibreerkabel wordtover een voorafbepaald golflengtebereik met de internationaalals referentiemethode erkende terugsnijdmethode (Engels: cutback technique) zo nauwkeurig mogelijk gemeten. De terugsnijd¬methode levert een integrale dempingscoëfficiënt over detotale lengte van de vezel. Voor de meting moet voorts delengte van de lichtgolfgeleider bekend zijn. Dit wordt ofweluit looptijdmetingen van korte lichtpulsen met behulp van deeffectieve brekingsindex van de vezels berekend of via .geijktemechanische meetinrichtingen bepaald. De lengtemeting zou met een nauwkeurigheid van 0,1% of beter nog van 0,03% moetenplaatsvinden.The attenuation coefficient of the calibration cable is measured as accurately as possible over a predetermined wavelength range using the internationally recognized cut-back method. The cut-back method provides an integral damping coefficient over the total length of the fiber. The length of the light waveguide must also be known for the measurement. This is either calculated from transit time measurements of short light pulses using the effective refractive index of the fibers or determined via calibrated mechanical measuring devices. The length measurement should take place with an accuracy of 0.1% or better still of 0.03%.
De dempingscoëfficiënten voor optische kabels wordendoor afzonderlijke telecommunicatiebedrijven tot op 0,01 dB/kmnauwkeurig gespecificeerd. Derhalve zouden de waarden voor eenmeetstandaard tot op een nauwkeurigheid van ten minste 0,003dB/km, zo mogelijk evenwel van 0,001 dB/km bekend moeten zijn.The attenuation coefficients for optical cables are specified by individual telecommunications companies down to 0.01 dB / km. Therefore, values for a measurement standard to an accuracy of at least 0.003dB / km, if possible of 0.001dB / km should be known.
Voor de bescherming tegen mechanische beschadigingenen omgevingsinvloeden, doch ook tegen schokken en temperatuur-wisselbelastingen bij het transport werd tot nu toe voor kali-breerdoeleinden een primair van een laag voorziene geijktevezel in een met gel gevuld kunststof buisje getrokken. Het isook bekend een met glasvezelwapening als kabel gebruikte vezeltoe te passen, die in diameter ongeveer met gebruikelijke bin-nenkabels overeenkomt.To protect against mechanical damage and environmental influences, as well as against shocks and temperature changes during transport, a primary coated calibrated fiber has hitherto been drawn in a gel-filled plastic tube for calibrating purposes. It is also known to use a fiber cable used with glass fiber reinforcement as a cable, which in diameter corresponds approximately to conventional inner cables.
Bij het gebruik als kabel met glasvezelwapening ont¬staat het probleem, dat voor nog eenvoudig te hanteren gewich¬ten van de op een trommel gewikkelde kabel slechts lengten vanminder dan 3 km kunnen worden toegepast. Deze lengte is in deregel niet voldoende om de dempingscoëfficiënten met een nauw¬keurigheid van 0,001 dB/km te meten. De daarvoor noodzakelijkelengte bedraagt ongeveer 6 km.When used as a cable with glass fiber reinforcement, the problem arises that for still easy to handle weights of the cable wound on a drum, only lengths of less than 3 km can be used. As a rule, this length is not sufficient to measure the attenuation coefficients with an accuracy of 0.001 dB / km. The necessary length is about 6 km.
Het inbedden van de optische vezel in een met gelgevuld kunststof buisje biedt niet een voldoende mechanischebescherming voor een meetstandaard. Ook het naar binnen dif¬funderen van bepaalde ionen of gasmoleculen door het kunststofbuisje tot in de vezel, waardoor aanzienlijke veranderingenvan de dempingswaarden tot stand kunnen worden gebracht, isniet uit te sluiten.Embedding the optical fiber in a gel-filled plastic tube does not provide sufficient mechanical protection for a measurement standard. The diffusion of certain ions or gas molecules inwards through the plastic tube into the fiber, as a result of which significant changes in the damping values can be effected, cannot be excluded.
Waterstof diffundeert gemakkelijk in kwartsglas-vezels, zelfs wanneer deze slechts in geringe concentraties inde omgevingsatmosfeer aanwezig is. Ook het binnendringen vanwaterdamp of OH“-ionen kan via het effect van de spanningscor-rosie bij microkerven in de vezelmantel op lange termijn totdempingsverhogingen leiden. Waarschijnlijk werken ook alkali-of andere ionen op lange termijn in op de demping.Hydrogen readily diffuses into quartz glass fibers, even when it is present in the ambient atmosphere only in small concentrations. The penetration of water vapor or OH-ions can also lead to damping increases in the long term through the effect of the stress cor- rosion in microchips in the fiber sheath. Alkali or other ions will probably also affect the damping in the long term.
Beide methoden, dus zowel het tot nu toe gepastegebruik als kabel alsook het intrekken in een met gel gevuldkunststof buisje, bieden geen voldoende bescherming tegenomgevingsinvloeden.Both methods, so both the hitherto appropriate use as a cable and the withdrawal into a gel-filled plastic tube, do not provide sufficient protection against environmental influences.
Het is het doel van de uitvinding een meetstandaardvoor optische dempingsmetingen te verschaffen, die aan de inde inleiding genoemde eisen met betrekking tot nauwkeurigheiden lengteconstantheid van de dempingscoëfficiënten en totlange-termijnstabiliteit voldoet.It is the object of the invention to provide a measurement standard for optical attenuation measurements, which satisfies the requirements mentioned in the introduction with regard to accuracy and length constancy of the attenuation coefficients and long-term stability.
Het doel wordt volgens de uitvinding bereikt met eenmeetstandaard, die daardoor is gekenmerkt, dat de lichtgelei-dingsvezel uit ten minste twee met elkaar versplitste deel-strengen bestaat en de splitsdemping golflengte-afhankelijkbekend is. Voordelige uitvoeringen worden in de onderconclu-sies aangegeven.The object is achieved according to the invention with a measuring standard, characterized in that the light-conducting fiber consists of at least two partial strands split with one another and the splitting attenuation is known wavelength-dependent. Advantageous embodiments are indicated in the subclaims.
Pas met de uitvinding wordt een meetstandaard ver¬schaft, waarmede de constantheid van de dempingscoëfficiëntenop lange termijn binnen nauwe toleranties voor elk deelsegmentvan de vezel is gewaarborgd. Een doelbewust ingebrachte splitsvergroot het toepassingsgebied van de kalibreerstandaard.Only with the invention is a measurement standard provided, which ensures the long-term constancy of the damping coefficients within narrow tolerances for each sub-segment of the fiber. A purposefully introduced splice expands the scope of the calibration standard.
Bij de vervaardiging van standaard-monomodevezels metmet germaniumoxyde gedoteerde kern ontstaat door produktie-technisch gedwongen variaties bij de vervaardiging van devoorvorm en bij het vezeltrekken een schommeling in de dem-pingscoëfficiënt bij 1550 nm tussen 0,185 dB/km en meer dan 2dB/km. Uit de voorraden van de vezelfabrikant wordt een zolang mogelijke vezel bij voorkeur uit het hiervoor genoemdemateriaal gekozen, waarvan de dempingscoëfficiënt zo laagmogelijk ligt, bij voorkeur ten hoogste ca. 0,002 dB/km bovenhet produktietechnisch gegeven minimum. Een lengte van onge¬veer 50 km is voordelig. Een dergelijke vezel is gedwongenvergaand homogeen. De dempingscoëfficiënt van deze vezel wordtin een voorafbepaald spectraalbereik (bijvoorbeeld 1260 tot1650 nm) met een nauwkeurigheid van 0,001 dB/km uitgemeten ende vezel in even lange deelsegmenten bij voorkeur van aller¬eerst 25 km, dan 12,5 km en tenslotte 6,25 km verdeeld, dieallemaal met dezelfde nauwkeurigheid worden doorgemeten. Menverkrijgt zo acht deelstukken van telkens 6,5 km lengte en kande dempingscoëfficiënt hiervan met de dubbele, viervoudige enachtvoudige lengte alsmede onderling vergelijken. De dempingvan de totale lengte ligt dicht tegen de onderste technischmogelijke grens. Daarmede is gewaarborgd, dat de verschillentussen de deelvezels minimaal zijn.In the manufacture of standard monomode fibers with a core doped with germanium oxide, variations in the production of the preform and in the production of fibers produce a fluctuation in the damping coefficient at 1550 nm between 0.185 dB / km and more than 2dB / km. From the stocks of the fiber manufacturer, a fiber as long as possible is preferably selected from the aforementioned material, the damping coefficient of which is as low as possible, preferably at most about 0.002 dB / km above the production technical minimum. A length of about 50 km is advantageous. Such a fiber is largely homogeneous. The attenuation coefficient of this fiber is measured in a predetermined spectral range (e.g. 1260 to 1650 nm) with an accuracy of 0.001 dB / km and the fiber in equally long sub-segments preferably from 25 km first, then 12.5 km and finally 6.25 km distributed, which are all measured with the same accuracy. In this way, eight sections of 6.5 km in length are each obtained, and the damping coefficient thereof can be obtained with the double, quadruple and eight-fold length, as well as comparison. The damping of the total length is close to the lower technically possible limit. This ensures that the differences between the partial fibers are minimal.
Uit de 8 deelsegmenten worden de 6 lengten met delaagste dempingen gekozen, omdat deze de beste homogeniteitwaarborgen. De verschillen in dempingscoëfficiënten van dezedeelsegmenten zouden bij voorkeur tussen 1260 nm en 1350 nmalsmede tussen 1450 nm en 1620 nm niet boven 0,01 dB/km moetenliggen.The 6 lengths with the lowest damping are chosen from the 8 sub-segments, because they guarantee the best homogeneity. The differences in attenuation coefficients of these sub-segments should preferably be between 1260 nm and 1350 nm, as well as between 1450 nm and 1620 nm, above 0.01 dB / km.
De 6 deellengten worden in een met een taai mediumgevuld buisje uit roestvast staal getrokken, dat met de laser-lasmethode naadloos is gelast. Als verlenging kan paraffine,thixotrope gel of ook poeder worden voorzien.The 6 part lengths are drawn in a stainless steel tube filled with a tough medium, which is seamlessly welded with the laser welding method. As an extension paraffin, thixotropic gel or also powder can be provided.
In een dergelijk stalen buisje met een buitendiametervan 2 mm en een wanddikte van 0,2 mm kunnen 6 van een primairelaag voorziene standaard-monomodevezels met een buitendiametervan 0,25 mm worden getrokken. Bij een lengte van ongeveer 6km, die voor de meetnauwkeurigheid van 0,001 dB/km voldoendeis, weegt deze minikabel ongeveer 70 kg. Dat wil zeggen, metinbegrip van de spoel en een transporthouder is een totaal-gewicht van minder dan 100 kg realiseerbaar. De meetstandaardis qua gewicht in het laboratorium en bij het transport goedte hanteren.In such a steel tube with an outer diameter of 2 mm and a wall thickness of 0.2 mm, 6 primary-coated standard monomode fibers with an outer diameter of 0.25 mm can be drawn. With a length of about 6km, which is sufficient for the measurement accuracy of 0.001 dB / km, this mini cable weighs about 70 kg. That is to say, including the coil and a transport container, a total weight of less than 100 kg is achievable. The measuring standard is correct in terms of weight in the laboratory and during transport.
De edelstalen mantel heeft het voordeel, dat dezeondanks zijn geringe diameter voldoende mechanische bescher¬ming voor de meetstandaard waarborgt en bij gelijk gewichtwezenlijk grotere kabellengten mogelijk maakt. Een verderbeslissend voordeel, dat zowel ten opzichte van het gebruike¬lijke gebruik als kabel alsook de toepassing van met gelgevulde kunststof buisjes bestaat, ligt in het feit, dat destalen mantel een volledige diffusieblokkade tegen waterstof,waterdamp en andere ionen, atomen of moleculen vormt. Men kaner bijgevolg van uitgaan, dat de dempingswaarden van de kali-breervezels in het stalen buisje op lange termijn stabielblijven.The advantage of the stainless steel jacket is that, despite its small diameter, it guarantees sufficient mechanical protection for the measuring standard and allows greater cable lengths at the same weight. A further decisive advantage, which exists both over the usual use as a cable and the use of gel-filled plastic tubes, lies in the fact that the steel jacket forms a complete diffusion block against hydrogen, water vapor and other ions, atoms or molecules. It can therefore be assumed that the damping values of the potash fibers in the steel tube remain stable in the long term.
Na het intrekken in de stalen mantel worden de dem¬pingscoëf f iciënten van de afzonderlijke aders nog eenmaalί gecontroleerd. Wanneer de vezels met de voor deze toepassingaangemeten, juiste extra lengte worden ingetrokken, zoudenonderling identieke waarden als tevoren moeten worden vastge¬steld. Daarbij moeten de vezels vooraf op geschikte meetspoe-len zonder krommings- en microkrommingsverliezen zijn gemeten,i De stalen-mantelkabel wordt aansluitend aan een cyclisch tem- peratuurwisselingsprogramma (500 wisselingen tussen -40°C en+75°C voor telkens één uur) onderworpen. De daarop volgendecontrolemeting zou onveranderde dempingswaarden moeten opleve¬ren. Daar voor de metingen aan de als kabel gebruikte vezelseen vergelijkingslengte van telkens 2 tot 3 meter moet wordenafgesneden, zou een speciaal gereedschap voor het braamvrijeafscheiden van het stalen buisje moeten worden toegepast.After retraction into the steel jacket, the damping coefficients of the individual cores are checked once more. When the fibers are retracted with the correct additional length measured for this application, identical values as before should be established. The fibers must be pre-measured on suitable measuring coils without curvature and micro-curvature losses. I The steel jacket cable is then subjected to a cyclic temperature change program (500 changes between -40 ° C and + 75 ° C for one hour each). . The subsequent control measurement should yield unchanged attenuation values. Since a comparison length of 2 to 3 meters must be cut off for measurements on the fibers used as a cable, a special tool for burr-free separation of the steel tube should be used.
Na deze werkwijzestappen wordt een eerste met eentweede vezelsegment versplitst. De splitsdemping, die eentypische waarde van 0,1 dB heeft, wordt na de terugsnijd-methode via het verschil van de demping van het versplitstesegment en de som van de waarden voor de afzonderlijke lengtenop 0,003 dB nauwkeurig en golflengte-afhankelijk bepaald. Naarbehoefte kunnen nog verdere segmenten worden versplitst en dedemping zoals bij de eerste splits worden vastgesteld. Desplits wordt aldus doelgericht ingebracht en zijn dempingwordt golflengte-afhankelijk vastgesteld. Zijn demping dientook niet verwaarloosbaar te zijn. De meetstandaard blinkt uitdoor de kennis van alle golflengte-afhankelijke dempingswaar¬den op elke plaats van de vezel en op de plaats van de splits.After these process steps, a first with a second fiber segment is split. The splitting attenuation, which has a typical value of 0.1 dB, is determined accurately and wavelength-dependent after the cut-back method via the difference of the splitting segment attenuation and the sum of the values for the individual lengths at 0.003 dB. If required, further segments can be split and the damping determined as in the first split. The split is thus introduced in a targeted manner and its attenuation is determined depending on the wavelength. His damping should also not be negligible. The measurement standard stands out for its knowledge of all wavelength-dependent attenuation values at each location of the fiber and at the location of the splits.
De onbeschermde vezelsegmenten in het splitsbereikworden door een stalen-buisjesmantel met enigszins groterebinnendiameter beschermd, die over de stalen mantel van heteerste en tweede vezelsegment wordt geschoven en diffusiedichtdaarmee wordt verbonden. De kromming in het splitsgebied wordtzodanig groot gekozen, dat geen meetbare krommingsverliezenoptreden. Dit is bij een krommingsdiameter van meer dan onge¬veer 60 mm gewaarborgd.The unprotected fiber segments in the splitting range are protected by a steel tubular jacket with slightly larger inner diameter, which is slid over the steel jacket of the first and second fiber segments and joined to it with a diffusion-tight connection. The curvature in the splitting region is chosen to be so large that no measurable curvature losses occur. This is ensured with a bend diameter of more than approximately 60 mm.
Bij toepassing van meerdere vezel-deelstandaardenmoet de overgang vanuit de beschermmantel, die alle licht-geleidingsvezels omgeeft, naar de stekerbussen van de afzon¬derlijke lichtgeleidingsvezels eveneens tegen uitwendigeinvloeden worden beschermd. Hiertoe wordt een stalen-buisjes-mantel met enigszins grotere binnendiameter toegepast, waaruitovereenkomstig het aantal lichtgeleidingsvezels, zoals vingersuit een handschoen, dunnere stalen buisjes treden. Het dikkerebuisje wordt diffusiedicht met de edelstalen mantel en de dun¬nere stalen buisjes, zoals reeds beschreven, diffusiedicht metde stekerbussen verbonden. De splitsen en/of stekerbussen wor¬den bij voorkeur in een diffusiedicht uitgevoerd splitshuis duurzaam bevestigd. Er kunnen nog maatregelen worden genomenom in het splitshuis de luchtvochtigheid gering te houden,bijvoorbeeld met silicagel als droogmiddel.When using multiple fiber partial standards, the transition from the protective jacket, which surrounds all light-conducting fibers, to the plugs of the individual light-conducting fibers must also be protected against external influences. For this purpose, a steel tube jacket with a slightly larger inner diameter is used, from which the number of light-conducting fibers, such as fingers from a glove, thinner steel tubes emerge correspondingly. The thicker tube is diffusion-tightly connected to the stainless steel jacket and the thinner steel tubes, as already described, diffusion-tightly connected to the sockets. The splices and / or sockets are preferably permanently secured in a diffusion-tight split housing. Measures can still be taken to keep the humidity in the split house low, for example with silica gel as a drying agent.
Na het tot stand brengen van de splitsverbinding ende beschermingsommanteling wordt de kabel weer aan een tempe-ratuurwisselingsprogramma onderworpen en de demping wordtdaarna opnieuw gecontroleerd, teneinde zeker te stellen, datook voor de splitsdemping een voldoende stabiliteit op langetermijn te verwachten is. Aansluitend worden de in- en uitgan¬gen van het 12,5 km lange segment en de vier dee.lsegmenten van6,25 km lengte met optische stekerbussen afgesloten, waarvande huizen diffusiedicht met de stalen mantel worden verbonden.Bij voorkeur worden steekverbindingen met hoge reflectiedem-ping toegepast, bijvoorbeeld stekers met schuin aangeslepen,convexe eindvlakken met fysiek contact bij het steken (Engels:physical contact plug, PC plug). Bij voorkeur worden destekerbussen in een houder ingebouwd en dan aan een zij flensvan de kabeltrommel bevestigd.After the splice connection and the protective sheathing have been established, the cable is again subjected to a temperature change program and the damping is then checked again, in order to ensure that sufficient long-term stability can also be expected for the splitting damping. Subsequently, the entrances and exits of the 12.5 km long segment and the four 6.25 km long segments are closed with optical sockets, the houses of which are connected diffusion-tight with the steel jacket. Plug-in connections with high reflectance are preferred. -ping applied, for example, plugs with beveled, convex end faces with physical contact when inserting (English: physical contact plug, PC plug). Preferably the plug sockets are built into a holder and then attached to a side flange of the cable drum.
De meetstandaard biedt voor de ijking van een OTDR devolgende toepassingsgevallen: 1. IJking van de dempingscoëfficiënt aan 4 afzonder¬lijke vezels. Door dwarsvergelijking is de zekerheid van dekalibratie te verhogen en zijn invloeden door defecte steker-eindvlakken te herkennen respectievelijk uit te schakelen. Ooklange-termijnveranderingen zijn herkenbaar, in zoverre zijniet voor alle vier segmenten dezelfde uitwerkingen hebben.For the calibration of an OTDR, the measurement standard offers the following application cases: 1. Calibration of the damping coefficient on 4 individual fibers. By cross-comparison, the certainty of the calibration can be increased and its influences can be recognized and eliminated by defective plug end faces. Long-term changes are also recognizable, insofar as they do not have the same effects for all four segments.
2. Aan het versplitste 12,5 km-segment zijn zowel deplaatselijke ligging alsook de meetwaarde voor het splitsver-lies te controleren en bovendien de dempingscoëfficiënt overeen lengte van 12,5 km te kalibreren.2. On the split 12.5 km segment, both the local location and the measured value for the split loss can be checked and, in addition, the damping coefficient can be calibrated to a length of 12.5 km.
3. Door het achter elkaar schakelen van alle vezel-deelstandaarden via korte verbindingskabels met optische ste¬kers staat een meettraject van in totaal 37,5 km ter beschik¬king met één splits, die ofwel aan het begin of aan het eindevan het meettraject kan worden geplaatst, en met vier steek¬verbindingen op bekende plaats.3. By connecting all fiber-part standards one after the other via short connection cables with optical plugs, a measuring range of a total of 37.5 km is available with one split, which can be either at the beginning or at the end of the measuring range. and with four plug connections in known place.
Naar behoefte zijn ook andere combinaties te constru¬eren, zoals bijvoorbeeld 2 maal 2 versplitste afzonderlijkelengten en 2 segmenten van elk 6,25 km.If required, other combinations can also be constructed, such as 2 times 2 split individual lengths and 2 segments of 6.25 km each.
De uitvinding wordt in de figuren nader beschreven.Hierin tonen: fig. 1 schematisch een op een trommel gewikkeldemeetstandaard; fig. 2 een uitvoering van een stekerbushuis; fig. 3 het detail van het beschermmanteluiteinde en fig. 4 twee voorbeelden van een schakelaansluitingvan de vezel-deelstandaarden.The invention is further described in the figures, in which: Fig. 1 schematically shows a measuring standard wound on a drum; Fig. 2 shows an embodiment of a socket housing; Fig. 3 shows the detail of the protective jacket end and Fig. 4 two examples of a switch connection of the fiber part standards.
In fig. 1 is een op een trommel gewikkelde kabel 2weergegeven. De kabel 2 (zie fig. 3) bevat meerdere licht-geleidingsvezels 4, die met een taaie vloeistof in de kabel-mantel 6 uit edelstaal zijn vastgezet. Een uiteinde van deoptische kabel 2 is aan één zijde van de kabeltrommel 20(flens 22) naar buiten en in een splitshuis 18 geleid. Deuiteinden van de lichtgeleidingsvezels van het andere uiteindevan de kabel 2 worden bij voorkeur van tevoren geconfectio¬neerd op optische stekers gelegd. De stekers worden in eentweede huis aan één van de flenzen 22 van de kabeltrommel 20afgelegd, vanwaar zij met de meetinrichting in contact wordengebracht. Daar er nog geen eenheid bij optisch stekers is,verdient het aanbeveling, de van buiten toegankelijke vezel-uiteinden met een extra lengte vrij te laten liggen. De vrijevezeluiteinden kunnen dan naar behoefte aan telkens passendestekers worden gelast of in de gebruikte apparaten wordengevoerd.Fig. 1 shows a cable 2 wound on a drum. The cable 2 (see fig. 3) contains several light guide fibers 4, which are fixed with a tough liquid in the cable jacket 6 of stainless steel. One end of the optical cable 2 is guided on one side of the cable drum 20 (flange 22) and into a splicing housing 18. The ends of the light guide fibers of the other end of the cable 2 are preferably laid pre-assembled on optical plugs. The plugs are deposited in a second housing on one of the flanges 22 of the cable drum 20, from where they are brought into contact with the measuring device. Since there is not yet a unit with optical plugs, it is recommended to leave the externally accessible fiber ends with an extra length exposed. The free fiber ends can then be welded to appropriate plugs as required or fed into the equipment used.
Het splitshuis 18 is in fig. 2 geopend weergegeven.Bijvoorbeeld kan een voor optische kabels gebruikelijk splits¬huis worden toegepast, dat duurzaam (diffusiedicht) tegen uit¬wendige invloeden afsluitbaar is. De uit het uiteinde van debeschermingsmantel 6 tredende lichtgeleidingsvezels 4 wordenin het splitshuis 18 om ondersteuningselementen 19 gelegd,waarbij de kritische krommingsstraal niet wordt onderschreden.De lichtgeleidingsvezeluiteinden 9 zijn in optische stekerbus-sen 14 bevestigd, die op hun beurt wederom in het splitshuis18 schokzeker zijn gelagerd.The splice housing 18 is shown open in Fig. 2. For example, a splice housing customary for optical cables can be used, which can be closed durably (diffusion-tight) against external influences. The light guide fibers 4 emerging from the end of the protective jacket 6 are placed in the splice housing 18 around supporting elements 19, without falling below the critical radius of curvature. .
In fig. 3 is de beschermmantel 6 van de kabel 2 tervermijding van scherpe kanten naar de uitlaatzijde omgeflenst.De lichtgeleidingvezels 4 worden in het gebied van de mantel-uitlaat met een korte, opschuifbare beschermhuls 5 uit kunst¬stof (bijvoorbeeld Teflon) tegen beschadigingen beschermd.In fig. 3 the protective jacket 6 of the cable 2 is flanged to avoid sharp edges towards the outlet side. The light guide fibers 4 are protected against damage in the region of the jacket outlet with a short, sliding protective sleeve 5 of plastic (for example Teflon). protected.
In fig. 4 zijn twee verschillende schakelingen van devezel-deelstrengen 8 weergegeven. Er zijn verschillende meet-deelstandaarden realiseerbaar. In beide voorbeelden worden zesoptische lichtgeleidingsvezel-deelstrengen 8 van niet onvoor¬waardelijk gelijke lengte toegepast. In fig. 4a zijn tweedeelstrengen 8 door een duurzame splits 10 verbonden. Devezeluiteinden 9 eindigen elk in een optische stekerbus 14. Devezeluiteinden 9 kunnen met optische stekers 14 worden afge¬sloten of voor het splitsen vrijblijven. De stekers 14 kunnennaar keuze met elkaar of met de meetinrichting in contact wor¬den gebracht. In fig. 4b is een uit zes deelstrengen 8 metmaximale lengte vervaardigbare meetstandaard weergegeven.Vezel-deelstrengen 8 worden hierbij via niet duurzame splits-verbindingen 10a (bijvoorbeeld stekers) en met tenminste eenduurzame splits 10 in serie geschakeld.Fig. 4 shows two different circuits of the fiber strand 8. Various measurement partial standards can be realized. In both examples, six optical fiber conductor fiber sub-strands 8 of not unconditionally equal length are used. In Fig. 4a, two-part strands 8 are connected by a durable splice 10. The fiber ends 9 each terminate in an optical plug socket 14. The fiber ends 9 can be closed with optical plugs 14 or remain free for splitting. The plugs 14 can optionally be brought into contact with each other or with the measuring device. Fig. 4b shows a measuring standard that can be manufactured from six partial strands 8 with a maximum length. Fiber partial strands 8 are connected in series via unsustainable splice connections 10a (e.g. plugs) and with at least one durable splice 10.
Claims (6)
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
DE19934313138 DE4313138C2 (en) | 1993-04-22 | 1993-04-22 | Measurement standard for optical attenuation measurements |
DE4313138 | 1993-04-22 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL9400638A true NL9400638A (en) | 1994-11-16 |
Family
ID=6486088
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL9400638A NL9400638A (en) | 1993-04-22 | 1994-04-21 | Measurement standard for optical attenuation measurements. |
Country Status (3)
Country | Link |
---|---|
AT (1) | AT116U1 (en) |
DE (1) | DE4313138C2 (en) |
NL (1) | NL9400638A (en) |
Families Citing this family (1)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE19847617C2 (en) * | 1998-10-15 | 2002-11-07 | Sensor Instr Gmbh | Method and device for measuring the length of the light guide |
Citations (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPS57124228A (en) * | 1981-01-26 | 1982-08-03 | Nippon Telegr & Teleph Corp <Ntt> | Standard optical fiber for excitation |
DE3910503A1 (en) * | 1989-04-01 | 1990-10-04 | Philips Patentverwaltung | Optical calibration standard |
Family Cites Families (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US4309105A (en) * | 1980-03-03 | 1982-01-05 | The United States Of America As Represented By The Secretary Of The Navy | Method and apparatus for testing performance of fiber optic cable components and assemblies |
GB8713081D0 (en) * | 1987-06-04 | 1987-07-08 | Pirelli General Plc | Optical fibre attenuators |
-
1993
- 1993-04-22 DE DE19934313138 patent/DE4313138C2/en not_active Expired - Fee Related
-
1994
- 1994-04-20 AT AT2694U patent/AT116U1/en not_active IP Right Cessation
- 1994-04-21 NL NL9400638A patent/NL9400638A/en active Search and Examination
Patent Citations (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
JPS57124228A (en) * | 1981-01-26 | 1982-08-03 | Nippon Telegr & Teleph Corp <Ntt> | Standard optical fiber for excitation |
DE3910503A1 (en) * | 1989-04-01 | 1990-10-04 | Philips Patentverwaltung | Optical calibration standard |
Non-Patent Citations (2)
Title |
---|
M. TOKUDA E.A.: "DESIGN AND CHARACTERISTICS OF STANDARD LAUNCHING FIBER FOR OPTICAL LOSS MEASUREMENT", ELECTRONICS AND COMMUNICATIONS IN JAPAN, vol. 65, no. 2, February 1982 (1982-02-01), NEW YORK US, pages 52 - 60, XP002004554 * |
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 6, no. 221 (P - 153)<1099> 5 November 1982 (1982-11-05) * |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
AT116U1 (en) | 1995-02-27 |
DE4313138A1 (en) | 1994-10-27 |
DE4313138C2 (en) | 1998-04-23 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
Westbrook et al. | Kilometer length, low loss enhanced back scattering fiber for distributed sensing | |
US8432539B2 (en) | Graded-index multimode optical fiber | |
EP0145343B1 (en) | Optical fibre test method and apparatus for performing the method | |
Cohen et al. | Experimental techniques for evaluation of fiber transmission loss and dispersion | |
Anderson et al. | Length dependence of the effective cutoff wavelength in single-mode fibers | |
KR100868373B1 (en) | Optical fiber and method of measuring polarization mode diffusion for optical fiber | |
NL9400638A (en) | Measurement standard for optical attenuation measurements. | |
WO1989012243A1 (en) | Fibre-optic couplers | |
Wade et al. | Changes in spectral properties of fibre Bragg gratings owing to bending | |
US11428604B2 (en) | Compact optical time domain reflectometer with integrated time delay fiber waveguide | |
IE912518A1 (en) | Optical fibre coupler | |
Westbrook et al. | Performance characteristics of continuously grated multicore sensor fiber | |
Berberoglu et al. | A simple single-mode fiber loss measurement scheme in the C-band based on fiber loop-cavity ringdown spectroscopy | |
Kapron | Issues in single-mode fiber standardization | |
Geisler et al. | Large-area ultra-low loss trench-assisted fiber with L-band EDF enabling future C+ L band submarine cable systems | |
EP1496346A1 (en) | Method for determining the cut-off wavelength of an optical fibre as well as a device suitable for that purpose | |
Kapron et al. | Monomode Fiber Measurement Techniques and Standards | |
Guzowski et al. | Optical fibers for FTTH application | |
Bourdine et al. | Simulation and analysis of mode staff excitation during “O”-band optical signal launching to graded multimode fiber with large central defect of refractive index profile via standard singlemode fiber | |
Senior et al. | Spectral transmission effects concerning wavelength multiplexed optical fibre sensor systems | |
Dashkov et al. | Study of optical fiber curvature distribution changes in cable at cyclic temperature variations | |
Sangwan et al. | ATTENUATION ON OPTICAL FIBER: A REVIEW | |
Murtaza et al. | AN INVESTIGATION OF THE BENDING EFFECTS IN SINGLEMODE OPTICAL FIBRES | |
Westbrook et al. | Grating enhanced back scatter fiber for distributed sensing | |
Grebel et al. | Spectral Characterization Of Optical Waveguides |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
BA | A request for search or an international-type search has been filed | ||
BB | A search report has been drawn up | ||
BC | A request for examination has been filed | ||
BN | A decision not to publish the application has become irrevocable |