NL9400501A - Inrichting voor het opvangen van lekvloeistoffen, parkeerplaat voor een voertuig voorzien van een dergelijke inrichting alsmede bak en rooster geschikt voor een dergelijke inrichting. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Inrichting voor het opvangen van lekvloei stoffen, parkeerplaat voor een voertuig voorzien van een dergelijke inrichting alsmede bak en rooster geschikt voor een dergelijke inrichting.

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het opvangen van lekvloei stoffen.

De uitvinding heeft verder betrekking op een parkeerplaat voor een voertuig voorzien van een dergelijke inrichting, alsmede op een bak en een rooster geschikt voor toepassing bij een dergelijke inrichting.

Voertuigen, bijvoorbeeld auto's of bussen, alsmede machines lekken vaak olieachtige en/of vetachtige vloeistoffen die door de bodem waarop de voertuigen en/of machines staan worden opgenomen waardoor de bodem wordt verontreinigd. Om de vervuilde bodem te reinigen moet de grond van de bodem worden afgegraven en naar verwerkingsbedrijven worden getransporteerd, hetgeen relatief kostbaar is. Verder bestaat het risico dat de vloeistoffen in het grondwater terechtkomen en zodoende over een groot gebied worden verspreid.

In de handel zijnde vloeistofdichte betonplaten hebben het nadeel dat bij gebruik in de openlucht na een regenbui de vloeistoffen van de betonplaat af spoel en en als nog voor verontreiniging van de bodem en het grondwater zorgen.

De uitvinding beoogt een inrichting voor het opvangen van lekvloei stoffen te verschaffen, waarmee de lekvloeistoffen betrouwbaar worden opgevangen en geen vervuiling van de bodem optreedt.

Dit doel wordt bij de inrichting volgens de uitvinding bereikt, doordat de inrichting is voorzien van een bak, een losneembaar met de bak verbonden rooster waarmee de bak afsluitbaar is, en tussen het rooster en de bak gelegen waterafstotend lekvloei stoffen absorberend materi aal.

De inrichting wordt in de bodem aangebracht ter plaatse van een vloeistof lekkende machine of in de bodem van een parkeerplaats voor een voertuig. De lekvloei stof valt door het rooster op het absorberende materiaal dat de voor het milieu schadelijke bijvoorbeeld olie- en vetachtige vloeistoffen absorbeert en water afstoot. Door de bak kan de vervuilde vloeistof niet in de bodem geraken. Als het absorberende materiaal is verzadigd, wordt het vervangen door schoon absorberend materiaal en wordt het vervuilde absorberende materiaal afgevoerd naar een verwerkingsbedrijf. Zodoende zijn alle vervuilende vloeistoffen geconcentreerd in het absorberende materiaal en dient slecht een relatief klein volume naar een verwerkingsbedrijf te worden getransporteerd.

Uit een marktonderzoek is gebleken dat alleen Nederland al 17.000.000 parkeerplaatsen voor auto's heeft, waar lekkende geparkeerde auto's de bodem vervuilen. Met behulp van de inrichting volgens de uitvinding is het mogelijk om te voorkomen dat de lekv loei stoffen de bodem en het grondwater verontreinigen en worden de lekvloei stoffen op een betrouwbare en veilige manier opgevangen.

Een uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding wordt gekenmerkt, doordat het absorberende materiaal doekvormig in de bak is gelegen.

Hierdoor is het absorberende materiaal eenvoudig uit de bak te nemen en te vervangen.

Een andere uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding wordt gekenmerkt, doordat de bak is voorzien van een bodem die ten minste een waterafvoerkanaal omvat.

Door het waterafvoerkanaal wordt het door het absorberende materiaal afgestoten schone water uit de bak afgevoerd. Ook regenwater wordt via het waterafvoerkanaal afgevoerd.

Een verdere uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding wordt gekenmerkt, doordat het waterafvoerkanaal in een relatief verlaagd gedeelte van de bodem is gelegen.

Al het water in de bak stroomt hierdoor naar het lager gelegen gedeelte, waar het via het waterafvoerkanaal wordt afgevoerd. Zodoende blijft er geen water in de bak staan.

Een nog verdere uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding wordt gekenmerkt, doordat het waterafvoerkanaal in het midden van de bak is gelegen.

Het water verlaat de bak via het midden waardoor een slechts een waterafvoerkanaal nodig is.

Weer een verdere uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding wordt gekenmerkt, doordat aan weerszijden van de bak water-afvoerkanalen zijn gelegen.

Doordat de waterafvoerkanalen bij de randen van de bak zijn gelegen, heeft de tussen de randen aan de bak gelegen deel een ononderbroken, vlak uiterlijk.

Een nog andere uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding wordt gekenmerkt, doordat het waterafvoerkanaal is voorzien van een poedervormig of korrel vormig absorberend materiaal.

De vloeistof in de bak zal naar het waterafvoerkanaal stromen, waar het water de bak via het waterafvoerkanaal verlaat en schadelijke stoffen door het absorberende materiaal worden opgevangen. Door de poeder- of korrelvorm kan het gehele waterafvoerkanaal met absorberend materiaal worden gevuld en kan er geen vloeistof de bak verlaten zonder met het absorberende materiaal in aanraking te zijn geweest.

Weer een andere uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding wordt gekenmerkt, doordat het rooster vergrendelbaar is met de bak.

Hierdoor kan het rooster alleen door bevoegd personeel van de bak worden verwijderd om het vuile absorberende materiaal door schoon absorberend materiaal te vervangen. Het verwijderen van het rooster door onbevoegden wordt voorkomen, waardoor onveilige situaties van een openliggende bak bij het gebruik van de inrichting bijvoorbeeld als parkeerplaats niet kunnen optreden.

De uitvinding heeft tevens betrekking op een parkeerplaat voor een voertuig waarbij bodemvervuilingsproblemen van de bekende parkeerplaatsen worden voorkomen. Dit doel wordt bij een parkeerplaat voor een voertuig voorzien, van ten minste een inrichting volgens de uitvinding, bereikt, doordat de inrichting is gelegen ter plaatse van een lekvloei stoffen verliezend gedeelte van een te parkeren voertuig.

De gehele parkeerplaat kan worden voorzien van een inrichting volgens de uitvinding. Het is echter effectiever om de parkeerplaat alleen daar van een inrichting volgens de uitvinding te voorzien waar een lekvloei stoffen verliezend gedeelte van een te parkeren voertuig wordt verwacht. Dit zal in de nabijheid van de motor en de uitlaat van het voertuig zijn.

Een uitvoeringsvorm van de parkeerplaat volgens de uitvinding wordt gekenmerkt, doordat de parkeerplaats is voorzien van ten minste een het te parkeren voertuig ondersteunende plaat, die de inrichting voor het opvangen van de lekvloei stoffen omvat.

De plaat en de inrichting volgens de uitvinding vormen te samen een eenheid die op een willekeurige plaas kan worden aangebracht voor het creeëren van een parkeerplaats.

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin:

Fig. 1 perspectivisch een parkeerplaat volgens de uitvinding toont, de Fig. 2 en 3 perspectivische details van de in Fig. 1 weergegeven parkeerplaat,

Fig. 4 een dwarsdoorsnede van de in Fig. 1 weergegeven parkeerplaat toont,

Fig. 5 een zijaanzicht van de in Fig. 1 weergegeven parkeerplaat toont met een daarop geparkeerde auto,

Fig. 6 een opengewerkt beeld van een inrichting volgens de uitvinding toont,

Fig. 7 perspectivisch een andere uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding toont, de Fig. 8 en 9 dwarsdoorsnedes van details van de in Fig. 7 weergegeven inrichting tonen

In de figuren zijn overeenkomende onderdelen van een zelfde verwijzingscijfer.

Fig. 1 toont een uitvoeringsvorm van een parkeerplaat 1 volgens de uitvinding, die is voorzien van twee vlakke, spiegel symmetrisch gelegen, identieke betonnen platen 2 die elk zijn voorzien van een inrichting 3 volgens de uitvinding voor het opvangen van lekvloei stoffen. De inrichtingen 3 zijn ten opzichte van de parkeerplaat 1 aangebracht op de plaatsen waar naar verwachting een op de parkeerplaat 1 geparkeerd voertuig schadelijke vloeistoffen zoals oliën en/of vetten zal lekken. Dit zal meestal ter plaatse van de uitlaat en de motor van het voertuig zijn. Elk inrichting 3 is voorzien van een metalen rooster 4 die in een verlaagd gedeelte van de plaat 2 is gelegen, zodanig dat een nagenoeg vlak uiterlijk van de plaat wordt behouden. Het rooster 4 sluit een bak met een daarin gelegen waterafstotend lekvloei stoffen absorberend materiaal af. Dit wordt hieronder nader toegelicht.

Fig. 2 toont duidelijk het rooster 4 van de in Fig. 1 weergegeven inrichting 3.

Fig. 3 toont een in de betonnen plaat 2 voorzien vergrendel ingsorgaan 5 waarmee het rooster 4 vergrendel baar is met de betonnen plaat 2 om ongewenst verwijderen van het rooster 4 en/of het absorberende materiaal te voorkomen. Het vergrendelingsorgaan 5 omvat een pen 6 die in het rooster 4 aangebrachte gleuf schuifbaar is. Door rotatie van het vergrendelingsorgaan 5 in de richting van de pijl 8, wordt de pen 6 uit de gleuf 7 geschoven, waarna het rooster 4 kan worden verwijderd voor het vervangen van het absorberende materiaal.

Fig. 4 toont een dwarsdoorsnede over de lijn IV-IV in Fig. 1, waarbij het rooster 4 duidelijkheidshalve is weggelaten. De parkeerplaat 1 omvat de betonnen plaat 2 en een kunststoffen bak 9 die in een verlaagd gedeelte van de betonnen plaat 2 is gelegen. De dunwandige kunststoffen bak 9 is voorzien van een bodemplaat 10 die vanuit het midden naar de zijkanten van de bak 9 afloopt waardoor in de bak vallende lek-vloei stoffen naar de zijkanten van de bak zullen stromen. Aan de zijkanten is de bodemplaat 10 van de bak 9 voorzien van waterafvoerkanalen 11 die zijn aangesloten op afvoerkanalen 12 in de betonnen plaat 2. Vloeistof kan de bak alleen via de afvoerkanalen 11, 12 verlaten.

In de bak 9 is een doek 13 van een waterafstotend, lek-vloei stoffen absorberend materiaal gelegen en in de afvoerkanalen 11, 12 is poedervormig absorberend materiaal gelegen. Lekvloei stoffen uit een geparkeerd voertuig vallen door het rooster 4 op het absorberende doek 13. Water wordt door het doek 13 af gestoten en van de schadelijke olie- en vetachtige bestanddelen van de lekvloei stoffen gescheiden. Het water stroomt vervolgens onder invloed van de zwaartekracht naar de afvoerkanalen 11, 12, waar het door het poeder- of korrel vormige absorberende materiaal 14 in de bodem 15 verdwijnt. Door het poeder- of korrel vormige materiaal 14 wordt een extra filtering van het reeds door het doek 13 gezuiverde water verkregen, waardoor eventuele overgebleven schadelijke vloeistoffen alsnog worden verwijderd.

Het doek 13 kan zijn vervaardigd uit absorberend materiaal zoals OIL-DRI-MARINE®dat wordt geleverd door Anlag International B.V. te Lunteren. Het poeder 14 kan bijvoorbeeld OIL-DRr^CHEM-SORBpoeder zijn dat door dezelfde firma wordt geleverd. Dit, OIL-DRI®absorberende materiaal omvat polypropyleen. De hier genoemde absorberende materialen worden eveneens geleverd door Bosco B.V. te Sneek onder andere merknamen.

Indien het doek 13 of het poeder of de korrels 14 is/zijn verzadigd, dient het te worden vervangen door nieuw absorberend materiaal.

Fig. 5 toont een zijaanzicht van een auto 16 die is geparkeerd op een parkeerplaat 1 volgens de uitvinding. De auto 16 omvat een motor 17 en een uitlaat 18 waaruit schadelijke vloeistoffen 19 kunnen lekken. De vloeistoffen 19 worden door de onder de motor 17 en de uitlaat 18 gelegen inrichtingen 3 opgevangen.

Fig. 6 toont een opengewerkt beeld van een inrichting 3 volgens de uitvinding. De bak 9 is vervaardigd van vloeistofdicht beton, waarbij de bodem 10 van de bak 9 naar de randen toe afloopt. Bij de randen, die zijn verstevigd met behulp van metalen profielen 20, zijn langgerekte afvoerkanalen 12 in de betonnen plaat 9 aangebracht. De metalen profielen 20 zijn voorzien van corresponderende afvoerkanalen 11. In de bak 9 en in de afvoerkanalen 12 worden absorberende doeken 13 aangebracht, waarna met behulp van het rooster 4 de bak 9 wordt afgesloten. De lekvl oei stoffen lopen in de richting van de pijl 23 door het rooster 4 en de doeken 13 naar de afvoerkanalen 12 waar de door de absorberende doeken 13 gezuiverde vloeistoffen in de onder bak 9 gelegen grond 15 verdwijnen.

De Fig. 7-9 tonen een andere uitvoeringsvorm van een inrichting 3 volgens de uitvinding, waarbij de uit metalen platen vervaardigde bak 9 is voorzien van een in het midden van de bak 9 gelegen waterafvoerkanaal 11 die lager is gelegen dan de randen van de bak 9.

Fig. 8 toont een dwarsdoorsnede van de inrichting 3 over de lijn VIII-VIII in Fig. 7 waarin de van de randen naar het midden van de bak aflopende bodemplaat 10 duidelijk zichtbaar is. De randen van de bak 9 worden gevormd door metalen profielen 20 die op randen van de betonnen plaat 2 zijn gelegen.

Fig. 9 toont een detail IX van de in Fig. 7 weergegeven dwarsdoorsnede. De bak 9 omvat een naar het midden aflopende metalen bodemplaat 10, metalen profielen 20 en metalen flenzen 21, waarmee de bodemplaat 10 met de profielen 20 is bevestigd. Op de bodemplaat 10 is een lekvloeistoffen absorberend doek 13 gelegen, die door het rooster 4 lekkende vloeistoffen opneemt. Het rooster 4 wordt met behulp van omgebogen randen 22 op afstand gehouden van het doek 13.

De parkeerplaat 1 heeft bijvoorbeeld een afmeting van 5 x 2,5 m en een dikte van 15 cm. Het rooster is bijvoorbeeld 1 x 1,25 m groot. Bij het gebruik van de parkeerplaat voor vrachtauto's of autobussen zullen de afmetingen groter moeten zijn.

Het rooster 4 kan uit metaal of kunststof zijn vervaardigd. Het rooster heeft bijvoorbeeld een poreusheidt van 20¾ en openingen van 6 x 20 mm.

Het absorberende materiaal kan bijvoorbeeld uit polypropy-leen, schapenvacht of andere waterafstotende materialen zijn vervaardigd.

De inrichting volgens de uitvinding is ook geschikt voor het opvangen van lekvloei stoffen van machines.

De parkeerplaat kan worden aangebracht bij parkeerplaatsen voor woningen, winkels, recreatiecentra, kantoren-, bedrijventerreinen, innameplaatsen van brandstof bij jachthavens en benzinestations, bus- en tramstallingen, opritten bij woningen etc.

Claims (12)

1. Inrichting voor het opvangen van lekvloei stoffen, met het kenmerk, dat de inrichting is voorzien van een bak, een losneembaar met de bak verbonden rooster waarmee de bak afsluitbaar is, en tussen het rooster en de bak gelegen waterafstotend lekvloei stoffen absorberend materiaal.

2. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het absorberende materiaal doekvormig in de bak is gelegen.

3. Inrichting volgens conclusie lof 2, met het kenmerk, dat de bak is voorzien van een bodem die ten minste een waterafvoerkanaal omvat.

4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het wa-terafvoerkanaal in een relatief verlaagd gedeelte van de bodem is gelegen.

5. Inrichting volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk, dat het waterafvoerkanaal in het midden van de bak is gelegen.

6. Inrichting volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk, dat aan weerszijden van de bak waterafvoerkanalen zijn gelegen.

7. Inrichting volgens een van de conclusies 3-6, met het kenmerk, dat het waterafvoerkanaal is voorzien van poedervormig of korrel vormig absorberend materiaal.

8. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het rooster vergrendel baar is met de bak.

9. Parkeerplaat voor een voertuig voorzien van ten minste een inrichting volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de inrichting is gelegen ter plaatse van een lekvloei stoffen verliezend gedeelte van een te parkeren voertuig.

10. Parkeerplaat volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de parkeerplaats is voorzien van ten minste een het te parkeren voertuig ondersteunende plaat, die de inrichting voor het opvangen van lekvloeistof-fen omvat.

11. Bak geschikt voor een inrichting volgens een der voorgaande conclusies.

12. Rooster geschikt voor een inrichting volgens een der voorgaande conclusies.