NL9301619A - Waterglijbaan. - Google Patents

Waterglijbaan. Download PDF

Info

Publication number
NL9301619A
NL9301619A NL9301619A NL9301619A NL9301619A NL 9301619 A NL9301619 A NL 9301619A NL 9301619 A NL9301619 A NL 9301619A NL 9301619 A NL9301619 A NL 9301619A NL 9301619 A NL9301619 A NL 9301619A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
water
slide
slide according
water slide
sliding
Prior art date
Application number
NL9301619A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Cornelis Adriaan Boer
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Cornelis Adriaan Boer filed Critical Cornelis Adriaan Boer
Priority to NL9301619A priority Critical patent/NL9301619A/nl
Publication of NL9301619A publication Critical patent/NL9301619A/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A63SPORTS; GAMES; AMUSEMENTS
    • A63GMERRY-GO-ROUNDS; SWINGS; ROCKING-HORSES; CHUTES; SWITCHBACKS; SIMILAR DEVICES FOR PUBLIC AMUSEMENT
    • A63G21/00Chutes; Helter-skelters
    • A63G21/18Water-chutes
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A63SPORTS; GAMES; AMUSEMENTS
    • A63GMERRY-GO-ROUNDS; SWINGS; ROCKING-HORSES; CHUTES; SWITCHBACKS; SIMILAR DEVICES FOR PUBLIC AMUSEMENT
    • A63G21/00Chutes; Helter-skelters
    • A63G21/14Chutes; Helter-skelters with driven slideways

Description

Titel: Waterglijbaan.
De uitvinding heeft betrekking op een waterglijbaan, voorzien van een op een aanvangsniveau gelegen invoereinde, een op een lager niveau gelegen uitvoereinde en een tussengelegen glijtraject, waarbij tijdens gebruik nabij het invoereinde van de glijbaan water aan het glijtraject wordt toegevoegd.
Zwembaden zijn tegenwoordig meer dan vroeger ingericht voor waterrecreatie, waarbij speeltoestellen een belangrijke positie innemen. Door een gevarieerd aanbod aan speeltoestellen wordt recreanten de mogelijkheid geboden zich gedurende langere tijd in en om een zwembad te vermaken, anders dan enkel zwemmend. Eén van de belangrijkste speeltoestellen is daarbij een waterglijbaan.
Een waterglijbaan omvat een hellend en veelal bochtig glijtraject dat zich zowel boven een zwembad als boven de omgeving van een zwembad kan uitstrekken. Het onderste einde van de glijbaan bevindt zich daarbij boven het water in het zwembad, en een trap en mogelijk een bordesconstructie maken het mogelijk voor een gebruiker bij het bovenste einde van de glijbaan op het glijtraject daarvan plaats te nemen. Op het glijtraject wordt een continue stroom water in stand gehouden, zodat een gebruiker van de glijbaan omgeven door stromend water vanaf het bovenste einde van de glijbaan via het glijtraject in het zwembad kan glijden. Doordat althans verschillende bochten en verschillend hellende delen in het glijtraject zijn opgenomen ondervindt een gebruiker tijdens het glijden verschillende versnellingskrachten waardoor het bewegingspatroon van de gebruiker, en daarmee het gebruik van de glijbaan aangenaam wordt beïnvloed.
Bij de bekende glijbanen wordt een continue stroom water op het glijtraject in stand gehouden. Ten einde het plezier tijdens gebruik van de glijbaan te vergroten brengen gebruikers zichzelf tijdens het gebruik veelal ten minste nagenoeg tot stilstand op het glijtraject door zich tegen de wanden van de glijbaan af te zetten. Achter de gebruiker ontstaat dan een opeenhoping van water. Wanneer voldoende water is verzameld laat de gebruiker de wand weer los, zodat hij of zij zich door de zwaartekracht en met name door het verzamelde water verder vooruit en omlaag laat bewegen. Het verzamelde water spoelt daarbij deels over de gebruiker heen, hetgeen een extra aangenaam effect teweeg brengt.
Doordat gebruikers zichzelf tot stilstand brengen op het glijtraject kunnen gevaarlijke situaties ontstaan tijdens gebruik. Een gebruiker kan bijvoorbeeld op een zich in de glijbaan schrap zettende voorgaande gebruiker botsen, en gebruikers kunnen te dicht na elkaar van de glijbaan afkomen, waardoor een latere gebruiker op een andere, eerdere gebruiker in het zwembad terecht kan komen. Bovendien houdt een zich op de aangegeven wijze in de glijbaan schrap zettende gebruiker het water weg van het onderliggende glijtraject, waardoor een zich op dat deel van het glijtraject bevindende gebruiker minder plezier zal beleven tijdens zijn gebruik van de glijbaan.
Ten einde de genoemde nadelen van de bekende glijbaan op te heffen, met behoud van de voordelen daarvan beoogt de uitvinding een glijbaan waarbij een gebruiker tijdens gebruik één of meerdere malen op het glijtraject een grote hoeveelheid water over zich krijgt uitgestort, waardoor tevens de effecten van het zich bij de bekende glijbaan achter een zich schrap zettende gebruiker ophopende water wordt verkregen, zonder dat daartoe veel meer water op de glijbaan hoeft te worden gebracht, en bij een in hoofdzaak gelijkblijvende capaciteit van de glijbaan.
Daartoe wordt de waterglijbaan volgens de uitvinding gekenmerkt doordat middelen zijn opgenomen voor het tijdens gebruik althans plaatselijk in de tijd sterk in grootte variëren van een waterstroom op het glijtraject.
Doordat tijdens gebruik althans plaatselijk een stroom water in de tijd gezien in grootte sterk kan worden gevarieerd wordt een gebruiker tijdens het glijdend afleggen van het glijtraject ten minste één keer overspoeld wordt door, terecht komt in of wordt meegenomen door een volume water, waarbij de gebruiker tevens een extra versnelling zal ondervinden als gevolg van het watervolume. Daardoor behoeft een gebruiker zich niet meer tot stilstand te brengen op het glijtraject voor het verkrijgen van het beoogde plezier verhogende effect van een interactie met een waterophoping, zodat de nadelen van de bekende waterglijbaan zijn opgeheven.
Het is daarbij bijzonder voordelig wanneer bij de waterglijbaan volgens de uitvinding de glijbaan is voorzien van ten minste één wateropvangbekken, waarbij in het of een opvangbekken verzameld water daaruit in hoofdzaak ineens naar het daarop aansluitende deel van het glijtraject kan worden gebracht. Op deze wijze kan bijvoorbeeld op eenvoudige wijze op één of meer plaatsen in het glijtraject door het uit een opvangbekken verwijderen van het water een groot volume water op een onderliggend glijtraject worden gebracht, waardoor het beoogde spoelende en/of versnellende effect één of meerdere keren wordt herhaald tijdens één glijtraject, zonder dat daartoe meer water hoeft te worden verplaatst over het glijtraject. Een dergelijk wateropvangbekken kan bovendien eveneens aan de stroomopwaarts gelegen zijde van het invoereinde zijn aangebracht, waardoor een groot volume water vanaf achter een gebruiker die nabij het invoereinde heeft plaats genomen op het glijtraject kan worden gebracht, daardoor ontstaat reeds bij aanvang van gebruik het beoogde spoeleffect.
In een bijzondere uitvoeringsvorm van de glijbaan volgens de uitvinding is het glijtraject voorzien van een aantal wateropvangbekkens die op onder elkaar aansluitende wijze ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd. Daardoor wordt het beoogde effect een aantal malen direct achter elkaar verkregen, zodat met een relatief korte glijbaan toch veel glijplezier kan worden verkregen.
Bij een voorkeursuitvoering van de waterglijbaan volgens de uitvinding kan tijdens gebruik ten minste een deel van het in het opvangbekken verzamelde water daaruit ten minste onder invloed van een via de glijbaan bewegende gebruiker worden afgevoerd naar het daarop aansluitende deel van het glijtraject, bijvoorbeeld door verdringing. Daardoor wordt het beoogde spoelende effect op eenvoudige wijze verkregen, waarbij bovendien een plezier-verhogend effect wordt verkregen doordat de gebruiker met een plons in het opvangbekken terecht komt.
In een alternatieve uitvoeringsvorm van de waterglijbaan volgens de uitvinding is ten minste één deel van de glijbaan, en bij voorkeur ten minste één opvangbekken beweegbaar gemonteerd. Een dergelijk beweegbaar gemonteerd deel verhoogt op eenvoudige wijze het gebruiksplezier van de glijbaan, doordat daardoor zowel het bewegingspatroon van de gebruiker als van het water op het glijtraject op aangename wijze wordt beïnvloed. In alternatieve uitvoeringsvormen kunnen deze beweegbare delen zwenken om een zich in hoofdzaak dwars op, evenwijdig aan en/of schuin ten opzichte van de momentane glijrichting van het glijtraject uitstrekkende zwenkas, tussen een respectieve eerste en tweede uiterste positie.
In nadere uitwerking van de uitvinding zijn op elkaar volgende beweegbare delen afwisselend in de richting van één langszijde en in de richting van de andere langszijde van de waterglijbaan zwenkbaar. Daardoor zullen het zich op het glijtraject bevindende water en de gebruiker in een heen en weer slingerende beweging ten opzichte van de hoofdglijrichting worden gebracht, waardoor het gebruiksplezier van de waterglijbaan wordt verhoogd.
Doordat elk beweegbaar deel van de waterglijbaan volgens de uitvinding is voorzien van middelen voor het vanuit een weggezwenkte positie naar de eerste uiterste positie terugstellen daarvan, welke middelen bijvoorbeeld verende middelen kunnen omvatten, kan elk bewegende deel telkens na het passeren van een gebruiker in de uitgangspositie worden teruggesteld, waardoor de waterglijbaan steeds direct voor een volgende gebruiker in gereed komt.
In een alternatieve uitvoeringsvorm van de waterglijbaan volgens de uitvinding kan, bij verschillende onder elkaar liggende opvangbekkens, een bekkenrand van een onderliggend bekken in aanligging worden gebracht met een bekkendeel van een bovenliggend bekken wanneer het onderliggende bekken zich naar de tweede uiterste positie beweegt. Daardoor wordt op bijzonder eenvoudige wijze de beweging van één opvangbekken gebruikt voor het in de uitgangspositie terugstellen van het voorgaande opvangbekken, waardoor bovendien een energiebesparende en bedrijfszekere uitvoeringsvorm is verkregen. Doordat in nadere uitwerking van de uitvinding tussen twee in aanligging gebrachte bekkens een rolinrichting is opgenomen, worden wrijving tussen en slijtage van de tijdens het wegzwenken respectievelijk terugstellen tegen elkaar aanliggende delen van de.opvangbekkens tot een minimum beperkt.
Tijdens gebruik van de glijbaan volgens de uitvinding, waarbij delen kunnen bewegen, is het bijzonder gunstig wanneer wordt voorkómen dat gebruikers tussen de verschillende delen van de glijbaan bekneld kunnen raken of zich anderszins daaraan verwonden. Bovendien is het bijzonder voordelig wanneer wordt verhinderd dat water tussen de verschillende delen kan wegstromen. Daartoe zijn in nadere uitwerking van de uitvinding tussen een aantal bewegende delen en naburige vaste of bewegende delen van de glijbaan vervormbare afsluitmiddelen opgenomen, zodanig dat tijdens bedrijf daartussen geen openingen in het glijtraject van de waterglijbaan bestaan, worden gevormd of worden gesloten. Daarbij behoeven overigens niet alle overgangen afgedekt te zijn, maar kunnen bijvoorbeeld valtrajecten in het glijtraject zijn opgenomen. Anderzijds verdient het de voorkeur dat de dichtflappen ten minste gedeeltelijk in het glijtraject zijn opgenomen. De flexibiliteit van de dichtflap beïnvloedt het bewegingspatroon van de gebruiker en het water op het glijtraject op relatief onvoorspelbare en daarmee op aangename wijze.
In een alternatieve uitvoeringsvorm van de uitvinding zijn aandrijfmiddelen opgenomen voor het zwenkend aandrijven van bewegende delen. Daarmee kunnen de bewegende delen op van de bewegingen van het water en/of de gebruiker afhankelijke en/of onafhankelijke wijze worden gestuurd, zodat het bewegingspatroon van zowel de gebruiker als van het water op gunstige wijze kan worden beïnvloed. Bovendien biedt een dergelijke bestuurbaarheid het voordeel dat in geval van calamiteiten de bewegingen van de bewegende delen kunnen worden stopgezet of anderszins veranderd, zodat gebruikers tijdens het glijden bijvoorbeeld kunnen worden afgeremd, versneld of bijgestuurd.
In nadere uitwerking van deze uitvoeringsvorm van de waterglijbaan volgens de uitvinding is ten minste één beweegbaar deel een selectiedeel waarop meerdere onderliggende beweegbare delen en/of opvangbekkens omvattende glijtrajecten aansluitbaar zijn, waarbij tijdens bedrijf afhankelijk van de beweging van het selectiedeel één van de onderliggende glijtrajecten kan worden aangesloten. Gebruikers kunnen derhalve met behulp van het selectiedeel worden gestuurd in hun glijrichting, waarbij gebruikers op verschillende aansluitende glijtrajecten kunnen worden gebracht. Daardoor bestaat de mogelijkheid verschillende gebruikers in relatief korte tijd van de glijbaan gebruik te laten maken, zonder dat de nadelen van de bekende glijbaan optreden terwijl wel onder andere het beoogde spoeleffeet optreedt. Bovendien heeft deze uitvoeringsvorm het voordeel dat de gebruiker bij het betreden van de glijbaan niet weet volgens welk glijtraject hij zal gaan glijden, welke onvoorspelbaarheid een plezierverhogend effect heeft voor de gebruiker.
In een alternatieve uitvoeringsvorm van de glijbaan volgens de uitvinding wordt het water ladingsgewijs aan de glijbaan toegevoerd, waardoor het spoelende effect vanzelf wordt verkregen, en waardoor bovendien de gebruiker zijn eigen positie ten opzichte van een volume water kan beïnvloeden door een gerichte keuze van het instapmoment.
Bij een verdere uitvoeringsvorm van de waterglijbaan volgens de uitvinding zijn opvangbekkens voorzien van een afsluitbare doorlaat, één en ander zodanig dat tijdens gebruik water in het opvangbekken kan worden verzameld, en dat het verzamelde water, eventueel te zamen met een gebruiker in één keer uit door de doorlaat kan worden afgevoerd. Bij deze uitvoeringsvorm plontst, bij gesloten doorlaat, een gebruiker vanaf een glijtraject in een gevuld opvangbekken, en kan daarin eventueel grotendeels of geheel tot stilstand komen. Na opening van de doorlaat wordt het water in één keer geheel uit het opvangbekken gevoerd, waardoor de gebruiker met het watervolume wordt meegevoerd. De doorlaat wordt vervolgens weer gesloten, zodat zich in het opvangbekken een nieuw volume water kan verzamelen. Daarna kan een tweede gebruiker in het opvangbekken "plonsen", maar bestaat tevens de mogelijkheid het volume water in het geheel achter de eerdere gebuiker op het glijtraject te brengen, waardoor deze gebruiker wordt overspoeld.
De doorlaat omvat in een voorkeursuitvoering van de uitvinding een zwenkbare klep- of deurconstructie, waardoor de doorlaat op eenvoudige en veilige wijze kan worden geopend en gesloten.
Ten einde de veiligheid van de gebruikers van de glijbaan te verhogen zijn bij de waterglijbaan volgens de uitvinding bij voorkeur nabij het invoereinde middelen opgenomen voor het afwisselend afsluiten en vrijgeven van de glijbaan voor gebruik. Daarmee kan op eenvoudige wijze worden verhinderd dat gebruikers te snel na elkaar op het glijtraject van de glijbaan plaats nemen.
Bij de waterglijbaan volgens de uitvinding is het bijzonder voordelig wanneer de waterglijbaan is voorzien van opstaande langsranden en eventuele overkappingsdelen, die zodanig zijn gevormd dat het langs het glijtraject naar beneden stromende water de waterglijbaan in hoofdzaak slechts via de uitvoeropening kan verlaten. Daardoor kan telkens nagenoeg het gehele volume water dat op het glijtraject wordt gebracht gebruikt worden voor het spoelende effect. Bovendien gaat daarbij geen water verloren door opspatten en morsen, hetgeen onder andere energie- en milieutechnische voordelen biedt.
Ter verduidelijking van de uitvinding zal een aantal uitvoeringsvoorbeelden van de waterglijbaan, onder verwijzing naar de tekening, worden beschreven
Fig. 1 toont een waterglijbaan in zij-aanzicht, in een eerste uitvoeringsvorm; fig. la toont een alternatieve uitvoeringsvorm van de waterglijbaan van figuur 1; fig. 2 toont een waterglijbaan in zij-aanzicht, in een tweede uitvoeringsvorm, voorzien van bewegende delen; fig. 2a toont een alternatieve uitvoeringsvorm van de waterglijbaan van figuur 2; fig. 3 toont de waterglijbaan volgens fig. 2 in bovenaanzicht; fig. 4 toont mechanische aandrijfmiddelen voor een opvangbekken; fig. 5 toont een drietal alternatieve zwenkasrichtingen van opvangbekkens; fig. 6 toont in bovenaanzicht een selectiedeel voor toepassing in een waterglijbaan volgens de uitvinding; en fig. 7 toont in perspectivisch aanzicht een alternatieve uitvoeringsvorm van het opvangbekken;
In de figuren 1-5 zijn met elkaar overeenkomende delen van gelijke referentienummers voorzien.
De waterglijbaan als getoond in fig. 1 bestaat uit een draagconstructie 1, waarop een glijtraject 2 is aangebracht. Via een trap 3 en een bordesconstructie 4 is het op een aanvangsniveau 5 gelegen invoereinde 6 van het glijtraject 2 bereikbaar voor een gebruiker. Het op een lager niveau 7 dan het aanvangsniveau 5 gelegen uitvoereinde 8 is gelegen boven en zwembad 9 of vergelijkbaar bassin. Nabij het invoereinde 6 wordt water op het glijtraject 2 gevoerd, dat via de glijbaan naar het zwembad 9 wordt geleid.
In het glijtraject 2 is een aantal opvangbekkens 10 gevormd, bijvoorbeeld door plaatselijk tegengesteld aan de stroomafwaartse hellingsrichting van het glijtraject 2 hellende delen van het glijtraject. In deze opvangbekkens 10 zal zich water verzamelen, waardoor een waterdepot 11 ontstaat. Het water in het opvangbekken 10 wordt automatisch regelmatig ververst, waardoor geen gevaar voor vervuiling, en daarmee voor de gezondheid voor gebruikers ontstaat.
Wanneer een gebruiker nabij het invoereinde 6 van het glijtraject 2 plaatsneemt op de glijbaan zal hij onder invloed van de zwaartekracht en het over het glijtraject stromende water via het glijtraject 2 in de richting van het zwembad 9 glijden. Daarbij passeert hij de opvangbekkens 10 in het glijtraject. Telkens wanneer hij door een opvangbekken 10 glijdt zal hij het waterdepot 11 daaruit meenemen, en grotendeels over zich heen krijgen. Daarmee wordt één van de ten opzichte van de bekende glijbanen gewenste speelse spoeleffecten bereikt, zonder dat daartoe de gebruiker zichzelf met alle gevaren vandien tot stilstand hoeft te brengen op het glijtraject.
Het nabij het invoereinde 6 van de glijbaan aangevoerde water wordt bij voorkeur discontinu en met relatief grote volumes op het glijvlak 2 gebracht. Daartoe kunnen pompmiddelen 12 zijn aangebracht waarmee water met een groot debiet periodiek kan worden opgepompt. In een variantuitvoering als getoond in fig. la is boven het invoereinde 6 een voorraadvat 13 geplaatst, van waaruit via een afsluitbare doorlaat 21 in één keer een groot volume water achter een gebruiker op het glijtraject 2 kan worden gebracht. De gebruiker wordt derhalve met het volume water over het glijtraject 2 gespoeld, waarmee direct het gewenste spoeleffect wordt bereikt. Het is daarbij bijzonder voordelig wanneer de glijbaan in hoofdzaak zijdelings en aan de bovenzijde is afgesloten. Daardoor kan op optimale wijze gebruik worden gemaakt van het spoelende effect. Bij deze variantuitvoeringsvorm kunnen overigens de opvangbekkens eventueel worden weggelaten.
Fig. 2 en 3 tonen een voorkeursuitvoering van de waterglijbaan volgens de uitvinding. De opvangbekkens 10 zijn daarbij beweegbaar opgesteld op een zwenkas 14, die zich in hoofdzaak dwars op de momentane glijrichting G van het glijtraject 2 ter hoogte van de overgang tussen het bovenliggende glijtraject 19 en het opvangbekken 10 uitstrekt. Elk opvangbekken 10 is daarbij tussen een eerste 15 en een tweede uiterste positie 16 zwenkbaar. De opvangbekkens 10 zijn daarbij aan de binnenzijde bij voorkeur bekleed met een relatief zacht en stootdempend materiaal.
In de eerste uiterste positie 15 bevindt het opvangbekken 10 zich in een zodanige stand dat zich daarin een waterdepot 11 kan vormen. Het waterdepot 11 is bijvoorbeeld zodanig groot, dat de massa daarvan vergelijkbaar is met de massa van een gemiddelde gebruiker van de waterglijbaan. In de tweede uiterste positie 16 is de naar het uitvoereinde 8 van het glijtraject 2 gekeerde langsrand 17 naar een ten opzichte van de eerste uiterste stand 15 lager gelegen niveau bewogen, waardoor het waterdepot 11 ten minste in hoofdzaak naar het onderliggende deel van het glijtraject 2 kan wegstromen, bijvoorbeeld in een onder het opvangbekken 10 aansluitend tweede opvangbekken 10.
De waterbekkens 10 kunnen in een eerste uitvoeringsvariant vanuit de eerste uiterste positie 15 naar de tweede uiterste positie 16 worden bewogen door een zich over het glijtraject 2 bewegende gebruiker. Dit wordt als volgt bereikt.
Een gebruiker neemt nabij het invoereinde 6 plaats op het glijtraject 2, en glijdt via een eerste glijdeel 19 naar het eerste, bovenste opvangbekken 10. Doordat het eerste glijdeel 19 enigszins boven de bovenste langsrand 18 van het opvangbekken eindigt, zal de gebruiker met een plons in het waterdepot 11 terechtkomen, waardoor een eerste speeleffect wordt verkregen. De zwenkas 14 is op zodanige wijze geplaatst dat door de impuls van de gebruiker en het bewegende water een kantelend moment ten opzichte van de zwenkas 14 wordt verkregen, zodat het opvangbekken vanuit de eerste naar de tweede uitsterste positie wordt bewogen. Bovendien wordt als gevolg van het kantelen van het opvangbekken de gebruiker met het waterdepot 11 uit het opvangbekken 10 gekieperd, waardoor een tweede speeleffect wordt bereikt. Door de beweging van het opvangbekken wordt bovendien het bewegingspatroon van de gebruiker over het glijtraject op aangename, relatief onvoorspelbare wijze beïnvloed, waardoor het gebruiksplezier nog verder wordt verhoogd. Het zich in het onderliggende opvangbekken 10 bevindende waterdepot 11 zal daaruit worden verdrongen naar het daaronder gelegen deel van het glijtraject. Dit betekent dat een zich op het onderste deel van het glijtraject bevindende gebruiker daardoor zal worden overspoeld op een voor hem relatief onvoorspelbaar moment, hetgeen een extra spoeleffect sorteert, alsmede een extra verrassend effect, waardoor het gebruiksplezier nog verder wordt verhoogd.
Wanneer de gebruiker een opvangbekken 10 is gepasseerd wordt het opvangbekken met behulp van een op het bekken aangrijpende veer 20 teruggesteld in de eerste uiterste positie 16, waardoor in het opvangbekken 10 hernieuwd een waterdepot 11 kan worden gevormd. In een alternatieve uitvoeringsvorm van de waterglijbaan wordt een opvangbekken althans niet alleen door de veer 20 teruggesteld in de eerste uiterste positie 16. In deze uitvoeringsvorm wordt de terugstelbeweging althans gedeeltelijk veroorzaakt door de beweging van een onderliggend opvangbekken 10 vanuit bijvoorbeeld de eerste 15 naar de tweede uiterste positie 16. Wanneer een bovenliggend bekken zich in de tweede 16, en een onderliggend opvangbekken in de eerste uiterste positie bevindt, is de onderste langsrand 17 van het bovenliggende opvangbekken 10 in aanraking met een deel van de bovenste langsrand 18 van het onderliggende opvangbekken 10. Daarbij zijn bij voorkeur rollen 24 opgenomen tussen de langsranden 17 en 18, waardoor wrijving en slijtage tot een minimum worden beperkt.
Wanneer vanuit deze beschreven positie het onderliggende bekken 10 bijvoorbeeld onder invloed van een zich over het glijtraject 2 bewegende gebruiker vanuit de eerste uiterste positie 15 naar de tweede uitsterste positie 16 wordt bewogen, wordt het bovenliggende opvangbekken 10 automatisch teruggesteld in de eerste uiterste positie 16, waarbij de rollen 24 langs de langsrand afrollen.
In een tweede uitvoeringsvariant worden de bewegingen van ten minste een aantal opvangbekkens, zoals getoond in fig. 4, bewerkstelligd door een op bijvoorbeeld de zwenkas 14 aangerijpende aandrijving 25. Bij deze uitvoeringsvariant kunnen de bewegingen van de opvangbekkens 10 zodanig worden gestuurd tussen de twee uiterste posities 15, 16 dat het bewegingspatroon van de gebruiker op het glijtraject van buitenaf kan worden beïnvloed, waarbij bovendien met behulp van de aangedreven, stroomopwaarts van de gebruiker gelegen opvangbekkens 10 een groot volume water achter de gebruiker kan worden aangestuurd, waardoor het spoelende effect en daarmee het speelplezier voor de gebruiker wordt verhoogd. Een verder voordeel van deze uitvoeringsvariant is dat de opvangbekkens 10 in elke stand kunnen worden stilgezet, waardoor in geval van calamiteiten de bewegingen van de gebruikers bijvoorbeeld kunnen worden afgeremd of bijgestuurd.
In een verdere, niet getoonde uitvoeringsvariant zijn opeenvolgende opvangbekkens steeds onderling beweegbaar verbonden. Als gevolg daarvan zal derhalve bij het vanuit de eerste 15 naar de tweede uiterste positie 16 vice versa zwenken van één van de opvangbekkens 10 een sequentie van bewegingen van de andere opvangbekkens worden verkregen, waarbij naburige opvangbekkens om en om in de eerste 15 en in de tweede uiterste positie 16 zullen worden bewogen.
Ten einde te voorkomen dat gebruikers te snel na elkaar op het glijtraject plaatsnemen, en te verzekeren dat de opvangbekkens voor gebruik steeds in de goede stand zijn gebracht en zijn gevuld, is nabij de invoerzijde (figuur 2) een sluithek 22 aangebracht, dat het invoereinde kan afsluiten en vrijgeven. Het sluithek 22 kan bijvoorbeeld worden gestuurd op basis van de bewegingen van een gebruiker over het glijtraject 2 en/of van de stand van één of meer opvangbekkens 10.
Tussen de opvangbekkens 10 onderling, en de opvangbekkens 10 en de vaste delen van de waterglijbaan zijn flexibele afdichtflappen 23 (figuur 2) aangebracht, zodanig dat gebruikers niet tussen twee bewegende delen, of tussen een bewegend en een vast deel van de waterglijbaan terecht kunnen komen. Bovendien wordt door de afdichtflappen 23 verhinderd dat water vanaf het glijtraject 2 tussen de verschillende delen van de glijbaan kan wegstromen, waardoor op optimale wijze gebruik kan worden gemaakt van het spoelwater.
In een alternatieve uitvoeringsvorm van de uitvinding, zoals getoond in fig 2a zijn de dichtflappen zodanig aangebracht dat deze deel uitmaken van het glijtraject 2. Een gebruiker zal daarbij bijvoorbeeld vanaf het eerste glijdeel 19 via de afdichtflap 23 in het eerste opvangbekken 10 glijden. Op deze wijze kunnen de verschillende bewegende en vaste delen op zodanige wijze ten opzichte van elkaar worden geplaatst dat deze niet met elkaar in contact kunnen komen, anders dan via de afdichtflappen, waardoor wordt verhinderd dat gebruikers tussen verschillende harde delen van de glijbaan bekneld kunnen geraken.
De opvangbekkens kunnen volgens de uitvinding zich dwars op de momentane glijrichting van het glijvlak 2 uitstrekken (fig. 5A), maar kunnen zich ook evenwijdig daaraan (fig. 5B) of schuin ten opzichte daarvan (fig. 5C) uitstrekken, en kunnen zowel in een horizontaal als in een hellend vlak zijn gelegen.
Het in fig. 6 getoonde selectiedeel 110 is een opvangbekken dat langs een tweetal zich kruislings ten opzichte van elkaar uitstrekkende zwenkassen 114', 114'' zwenkbaar is tussen steeds dezelfde eerste uiterste positie 115 en een links of rechts ten opzichte van de hoofdglijrichting gelegen tweede uiterste positie 116. Aan de stroomopwaarts gelegen zijde 118 van het selectiedeel sluit een glijdeel 119 aan, zodanig dat een gebruiker vanaf het invoereinde 6 van de glijbaan glijdend in het selectiedeel 110 kan belanden. Aan de stroomafwaarts gelegen zijde van het selectiedeel 110 sluit een aantal (in de tekening tweetal) verdere glijdelen aan, via welke delen de gebruiker vanuit het selectiedeel 110 verder kan glijden in de richting van het desbereffende uitvoereinde 8. Met behulp van het selectiedeel 110 kan worden bepaald via welk glijtraject 2 de gebruiker vanuit het selectiedeel 110 verder zal glijden, en wel als volgt.
Een gebruiker glijdt vanaf het invoereinde 6 via het glijdeel 119 naar het in de eerste uiterste positie gebrachte selectiedeel 110 en komt daar met een plons in terecht. Onder invloed van de beweging van de gebruiker, maar bij voorkeur met behulp van op de zwenkassen 114', 114' ' aangrijpende verstelinrichtingen 125 wordt het selectiedeel 110 vanuit de eerste positie 115 naar één van de tweede uiterste posities 116 gebracht, waarbij het selectiedeel in aansluiting wordt gebracht met één van de onderliggende glijdelen. De gebruiker wordt, te zamen met het waterdepot 111 uit het selectiedeel 110 op dat onderliggende glijdeel gebracht, en zal glijdend zijn weg naar het desbetreffende uitvoereinde 8 van het glijtraject voortzetten.
Op deze wijze kunnen het bewegingspatroon op het glijtraject en het door de gebruiker afgelegde glijtraject door de gebruiker zelf, of van buiten af worden beïnvloed en eventueel geregeld. Dit heeft het grote voordeel dat bij herhaald gebruik van de waterglijbaan door eenzelfde gebruiker verschillende glijtrajecten kunnen worden afgelegd, waardoor een verrassingseffect optreedt, zodat het speelplezier met de waterglijbaan volgens de uitvinding nog verder wordt verhoogd. Bovendien bestaat door toevoeging van het selectiedeel 110 aan een waterglijbaan volgens de uitvinding de mogelijkheid gebruikers met kortere tussenliggende intervallen gebruik te laten maken van de glijbaan, waardoor een hogere capaciteit van de waterglijbaan wordt bereikt. Immers, opeenvolgende gebruikers kunnen met behulp van het selectiedeel 110 verschillende richtingen worden uitgestuurd.
In fig. 7 is een alternatieve uitvoeringsvorm van een opvangbekken 210 volgens de uitvinding gegeven, welk opvangbekken beweegbaar kan zijn, maar bij voorkeur vast is opgesteld. Het opvangbekken bestaat uit een komvormig bekken, bij voorkeur voorzien van een in stroomafwaartse richting hellende bodem en hellende zijwanden. Het bekken is aansluitend opgenomen tussen een bovenliggend 219 en een onderliggend 219' glijdeel De aan de stroomopwaarts gelegen zijde aangebrachte wand 218 is volledig gesloten, en in de tegenoverliggende wand 217 is een met behulp van bijvoorbeid een klep 222 afsluitbare doorlaatopening 221 opgenomen. Dit opvangbekken kan als volgt worden gebruikt.
Een gebruiker glijdt via het bovenliggende glijdeel 219 naar het opvangbekken 210, en komt daarin met een plons terecht. Zijn voortbewegingssnelheid wordt daardoor geheel of in hoofdzaak weggenomen. Wanneer de gebruiker in het opvangbekken terecht is gekomen wordt de klep 222 neergeklapt, waardoor in één keer nagenoeg het gehele in het opvangbekken verzamelde waterdepot 211 op het onderliggende glijdeel 219' wordt gestort. Daarbij wordt de gebruiker met het uitstromende waterdepot megenomen, en zal via het onderliggende glijdeel 219' verder glijden in de richting van het uitvoereinde 8. Aansluitend daarop wordt de klep 222 weer gesloten, waarna in het opvangbekken een nieuw waterdepot 211 kan worden gevormd.
Deze uitvoeringsvorm heeft het voordeel dat het een relatief eenvoudige constructie heeft, die veilig is in gebruik. Bovendien kan een relatief groot waterdepot 211 in het opvangbekken 210 worden gevormd, dat direct kan worden uitgevoerd, waardoor het beoogde spoeleffect op eenvoudige en effectieve wijze kan worden verkregen, waarbij bovendien het effect kan worden verhoogd door een deel van het waterdepot 211 achter de gebruiker op het onderliggende glijdeel 219' te brengen, bijvoorbeeld door het in twee opeenvolgende stappen vrijgeven van de doorlaatopening 221.
De uitvinding is geenszins beperkt tot de in de tekening en de figuurbeschrijving gegeven uitvoeringsvoorbeelden. Verschillende uitvoeringsvormen van bijvoorbeeld de opvangbekkens kunnen worden gecombineerd met elkaar en/of met bekende glijbaantrajecten als bochten, hellingen en dergelijke. Bovendien kunnen ook andere delen dan de opangbekkens beweegbaar zijn opgesteld, zoals bijvoorbeeld in het glijtraject opgenomen pijpdelen. Belangrijk is dat bij een waterglijbaan volgens de aanhef van de hoofdconclusie tijdens gebruik op het glijtraject van de glijbaan althans plaatselijk in de tijd sterk in grootte variërende waterstromen kunnen worden opgewekt, waardoor gebruikers zich in een onder invloed van bij voorkeur verschillende factoren zoals snelheid, tijd, beweging van het water en de gebruiker zelf sterk wisselende stroom water langs de glijbaan kunnen laten glijden, waarbij door de veranderingen in de waterstroom het plezier tijdens gebruik wordt verhoogd.

Claims (28)

1. Waterglijbaan, voorzien van een op een aanvangsniveau gelegen invoereinde, een op een lager niveau gelegen uitvoereinde en een tussengelegen glijtraject, waarbij tijdens gebruik water aan het glijtraject wordt toegevoegd, met het kenmerk, dat middelen zijn opgenomen voor het tijdens gebruik althans plaatselijk in de tijd sterk in grootte variëren van een waterstroom op het glijtraject.
2. Waterglijbaan volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de glijbaan is voorzien van ten minste één wateropvangbekken, waarbij in het opvangbekken verzameld water daaruit in hoofdzaak ineens naar het daarop aansluitende deel van het glijtraject kan worden gebracht.
3. Waterglijbaan volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het glijtraject is voorzien van een aantal wateropvangbekkens die op onder elkaar aansluitende wijze ten opzichte van elkaar zijn gepositioneerd.
4. Waterglijbaan volgens conclusie 2 of 3, met het kenmerk, dat tijdens gebruik ten minste een deel van het in het opvangbekken verzamelde water daaruit ten minste onder invloed van een via de glijbaan bewegende gebruiker kan worden afgevoerd naar een daarop aansluitende deel van het glijtraject.
5. Waterglijbaan volgens één der conclusies 2-4, met het kenmerk, dat het opvangbekken zodanig is gevormd dat tijdens gebruik het in het opvangbekken verzamelde water door een vanaf de bovenzijde in het opvangbekken gevoerde gebruiker in hoofdzaak geheel uit het opvangbekken kan worden verdrongen naar het daarop aansluitende deel van het glijtraject.
6. Waterglijbaan volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ten minste één deel van de glijbaan beweegbaar is.
7. Waterglijbaan volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat ten minste één beweegbaar deel een opvangbekken is.
8. Waterglijbaan volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat een aantal naburige opvangbekkens beweegbaar is.
9. Waterglijbaan volgens één der conclusies 6-8, met het kenmerk, dat een beweegbaar deel om ten minste één zwenkas zwenkbaar is tussen een eerste en een tweede uiterste positie.
10. Waterglijbaan volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat een zwenkas zich in hoofdzaak dwars uitstrekt op de momentane glijrichting bij de overgang tussen het bewegende deel en het daarop stroomopwaarts aansluitende deel van het glijtraject.
11. Waterglijbaan volgens één der conclusies 9 of 10, met het kenmerk, dat een zwenkas een scherpe hoek insluit of samenvalt met de momentane glijrichting bij de overgang tussen het bewegende deel en het daarop stroomopwaarts aansluitende deel van het glijtraject.
12. Waterglijbaan volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat op elkaar volgende beweegbare delen afwisselend in de richting van één langszijde en in de richting van de andere langszijde van het glijtraject zwenkbaar zijn.
13. Waterglijbaan volgens één der conclusies 6-12, met het kenmerk, dat een beweegbaar deel is voorzien van middelen voor het vanuit een weggezwenkte positie naar de eerste uiterste positie terugstellen daarvan.
14. Waterglijbaan volgens conclusie 13, met het kenmerk, dat de terugstelmiddelen verende middelen omvatten.
15. Waterglijbaan volgens conclusie 13 of 14, met het kenmerk, dat terugstelmiddelen voor een beweegbaar bekken ten minste een deel van een naburig beweegbaar bekken omvatten, één en ander zodanig dat tijdens bedrijf de terugstelbeweging van een bekken wordt verkregen door de zwenkbeweging van een naburig bekken.
16. Waterglijbaan volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat een bekkenrand van een onderliggend bekken in aanligging kan worden gebracht met een bekkendeel van een bovenliggend bekken wanneer het onderliggende bekken zich naar de tweede uiterste positie beweegt.
17. Waterglijbaan volgens conclusie 16, met het kenmerk, dat tussen twee in aanligging gebrachte bekkens een rolinrichting is opgenomen.
18. Waterglijbaan volgens één der conclusies 6-17, met het kenmerk, dat tussen een bewegend deel en een naburige vast of bewegend deel van de glijbaan vervormbare afsluitmiddelen zijn opgenomen, zodanig dat tijdens bedrijf daartussen geen openingen in het glijtraject van de waterglijbaan bestaan.
19. Waterglijbaan volgens conclusie 18, met het kenmerk, dat de afsluitmiddelen vervormbare folie-achtige dichtflappen zijn aangebracht.
20. Waterglijbaan volgens conclusie 18 of 19, met het kenmerk, dat de dichtflappen ten minste gedeeltelijk in het glijtraject zijn opgenomen.
21. Waterglijbaan volgens één der conclusies 6-20, met het kenmerk, dat aandrijfmiddelen zijn opgenomen voor het zwenkend aandrijven van bewegende delen.
22. Waterglijbaan volgens één der conclusies 6 - 21, met het kenmerk, dat ten minste één beweegbaar deel een selectiedeel is waarop meerdere onderliggende beweegbare delen en/of opvangbekkens omvattende glijtrajecten aansluitbaar zijn, waarbij tijdens bedrijf afhankelijk van de beweging van het selectiedeel één van de onderliggende glijtrajecten kan worden aangesloten.
23. Waterglijbaan volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het water ladingsgewijs aan de glijbaan wordt toegevoerd.
24. Waterglijbaan volgens één der conclusies 2 - 23, met het kenmerk, dat het opvangbekken is voorzien van een afsluitbare doorlaat, één en ander zodanig dat tijdens gebruik water in het opvangbekken kan worden verzameld, en dat het verzamelde water, eventueel te zamen met een gebruiker in één keer uit door de doorlaat kan worden afgevoerd.
25. Waterglijbaan volgens conclusie 24, met het kenmerk, dat de doorlaat een zwenkbare klep- of deurconstructie omvat.
26. Waterglijbaan volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat nabij het invoereinde middelen zijn opgenomen voor het afwisselend afsluiten en vrijgeven van de glijbaan voor gebruik.
27. Waterglijbaan volgens conclusie 6 en 26, met het kenmerk, dat middelen zijn opgenomen voor het op basis van de stand en/of beweging van ten minste één van de bewegende delen sturen van de afsluitmiddelen.
28. Waterglijbaan volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de waterglijbaan is voorzien van opstaande langsranden en eventuele overkappingsdelen, die zodanig zijn gevormd dat het langs het glijtraject naar beneden stromende water de waterglijbaan in hoofdzaak slechts via de uitvoeropening kan verlaten.
NL9301619A 1993-09-17 1993-09-17 Waterglijbaan. NL9301619A (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9301619A NL9301619A (nl) 1993-09-17 1993-09-17 Waterglijbaan.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9301619A NL9301619A (nl) 1993-09-17 1993-09-17 Waterglijbaan.
NL9301619 1993-09-17

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9301619A true NL9301619A (nl) 1994-10-03

Family

ID=19862896

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9301619A NL9301619A (nl) 1993-09-17 1993-09-17 Waterglijbaan.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL9301619A (nl)

Cited By (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2012138548A1 (en) * 2011-04-08 2012-10-11 Universal City Studios Llc Articulated waterslide
NL1039884C2 (en) * 2012-11-08 2014-05-12 Dreamx Improved capacity of slide track.
US10258895B2 (en) 2016-09-13 2019-04-16 Universal City Studios Llc Systems and methods for incorporating pneumatic robotic systems into inflatable objects

Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3853067A (en) * 1974-02-25 1974-12-10 Arrow Dev Co Boat amusement ride with a spillway
DE3812435C1 (en) * 1988-04-14 1989-09-21 Wabalu-Gesellschaft Fuer Die Entwicklung Und Durchfuehrung Zukunftsweisender Freizeitanlagen Mit Wasseraktiver Erlebniswelt Mbh, 6382 Friedrichsdorf, De Chute installation

Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3853067A (en) * 1974-02-25 1974-12-10 Arrow Dev Co Boat amusement ride with a spillway
DE3812435C1 (en) * 1988-04-14 1989-09-21 Wabalu-Gesellschaft Fuer Die Entwicklung Und Durchfuehrung Zukunftsweisender Freizeitanlagen Mit Wasseraktiver Erlebniswelt Mbh, 6382 Friedrichsdorf, De Chute installation

Cited By (16)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2012138548A1 (en) * 2011-04-08 2012-10-11 Universal City Studios Llc Articulated waterslide
US8684855B2 (en) 2011-04-08 2014-04-01 Universal City Studios Llc Articulated waterslide
NL1039884C2 (en) * 2012-11-08 2014-05-12 Dreamx Improved capacity of slide track.
WO2014073952A1 (en) 2012-11-08 2014-05-15 Dreamx Design Slide track with improved capacity comprising a plurality of selectable downstream slide ways
US10258895B2 (en) 2016-09-13 2019-04-16 Universal City Studios Llc Systems and methods for incorporating pneumatic robotic systems into inflatable objects
US10335695B2 (en) 2016-09-13 2019-07-02 Universal City Studios Llc Systems and methods for incorporating pneumatic robotic systems into structures
US10350504B2 (en) 2016-09-13 2019-07-16 Universal City Studios Llc Systems and methods for incorporating pneumatic robotic systems into amusement park attractions
US10456696B2 (en) 2016-09-13 2019-10-29 Universal City Studios Llc Systems and methods for customizing amusement park attraction experiences using pneumatic robotic systems
US10668394B2 (en) 2016-09-13 2020-06-02 Universal City Studios Llc Systems and methods for incorporating pneumatic robotic systems into amusement park attractions
US10668393B2 (en) 2016-09-13 2020-06-02 Universal City Studios Llc Systems and methods for incorporating pneumatic robotic systems into inflatable objects
US10675547B2 (en) 2016-09-13 2020-06-09 Universal City Studios Llc Systems and methods for incorporating pneumatic robotic systems into structures
US10913005B2 (en) 2016-09-13 2021-02-09 Universal City Studios Llc Systems and methods for customizing amusement park attraction experiences using pneumatic robotic systems
US11229852B2 (en) 2016-09-13 2022-01-25 Universal City Studios Llc Systems and methods for incorporating pneumatic robotic systems into structures
US11247138B2 (en) 2016-09-13 2022-02-15 Universal City Studios Llc Systems and methods for incorporating pneumatic robotic systems into amusement park attractions
US11691087B2 (en) 2016-09-13 2023-07-04 Universal City Studios Llc Systems and methods for incorporating pneumatic robotic systems into structures
US11697073B2 (en) 2016-09-13 2023-07-11 Universal City Studios Llc Systems and methods for incorporating pneumatic robotic systems into amusement park attractions

Similar Documents

Publication Publication Date Title
AU2001290832B2 (en) Water amusement system and method
US5667445A (en) Jet river rapids water attraction
US5137497A (en) Slide apparatus
US5213547A (en) Method and apparatus for improved water rides by water injection and flume design
AU2005309695B2 (en) Water amusement park conveyors
US7775895B2 (en) Water amusement park water channel and adjustable flow controller
AU668713B2 (en) Method and apparatus for a sheet flow water ride in a single container
US5738590A (en) Method and apparatus for a sheet flow water ride in a single container
US7056220B2 (en) Reducing radius slide feature
US6527646B1 (en) Competition water slide
US20070049387A1 (en) Water amusement park water channel flow system
US7008329B2 (en) Random path flume ride
WO2007019278A2 (en) Water amusement park water channel and adjustable flow controller
NL9301619A (nl) Waterglijbaan.
US20190143226A1 (en) Amusement or water ride attraction including sub-elements
JP2833863B2 (ja) 水推進機付ウォーターライド
JP2937984B2 (ja) 流れ形成ノズル、推進モジュール、滑り面モジュール、ウォータライド建設用キット
WO1993015801A1 (en) Action river water attraction

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed