NL9301312A - Means that promote the vegetalization or the repolarization of inorganic bare soils and method of applying the agent. - Google Patents
Means that promote the vegetalization or the repolarization of inorganic bare soils and method of applying the agent. Download PDFInfo
- Publication number
- NL9301312A NL9301312A NL9301312A NL9301312A NL9301312A NL 9301312 A NL9301312 A NL 9301312A NL 9301312 A NL9301312 A NL 9301312A NL 9301312 A NL9301312 A NL 9301312A NL 9301312 A NL9301312 A NL 9301312A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- generally
- content
- agent according
- inorganic
- agent
- Prior art date
Links
Classifications
-
- C—CHEMISTRY; METALLURGY
- C05—FERTILISERS; MANUFACTURE THEREOF
- C05F—ORGANIC FERTILISERS NOT COVERED BY SUBCLASSES C05B, C05C, e.g. FERTILISERS FROM WASTE OR REFUSE
- C05F5/00—Fertilisers from distillery wastes, molasses, vinasses, sugar plant or similar wastes or residues, e.g. from waste originating from industrial processing of raw material of agricultural origin or derived products thereof
- C05F5/006—Waste from chemical processing of material, e.g. diestillation, roasting, cooking
-
- Y—GENERAL TAGGING OF NEW TECHNOLOGICAL DEVELOPMENTS; GENERAL TAGGING OF CROSS-SECTIONAL TECHNOLOGIES SPANNING OVER SEVERAL SECTIONS OF THE IPC; TECHNICAL SUBJECTS COVERED BY FORMER USPC CROSS-REFERENCE ART COLLECTIONS [XRACs] AND DIGESTS
- Y02—TECHNOLOGIES OR APPLICATIONS FOR MITIGATION OR ADAPTATION AGAINST CLIMATE CHANGE
- Y02A—TECHNOLOGIES FOR ADAPTATION TO CLIMATE CHANGE
- Y02A40/00—Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production
- Y02A40/10—Adaptation technologies in agriculture, forestry, livestock or agroalimentary production in agriculture
- Y02A40/20—Fertilizers of biological origin, e.g. guano or fertilizers made from animal corpses
Landscapes
- Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Botany (AREA)
- Environmental & Geological Engineering (AREA)
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Organic Chemistry (AREA)
- Fertilizers (AREA)
- Cultivation Of Plants (AREA)
- Bakery Products And Manufacturing Methods Therefor (AREA)
- Soil Conditioners And Soil-Stabilizing Materials (AREA)
Description
Korte aanduiding: Middel dat de vegetalisering of de hervegetalisering van anorganische kale bodems bevordert en werkwijze om het middel toe te passen.Short designation: Agent that promotes the vegetalization or the repolarisation of inorganic bare soils and method of applying the agent.
De uitvinding heeft betrekking op een middel dat de vegetali-sering of de hervegetalisering van anorganische kale bodems bevordert.The invention relates to an agent which promotes the vegetalization or the repolarization of inorganic bare soils.
Zij heeft eveneens betrekking op een werkwijze voor de vege-talisering of hervegetalisering van anorganische kale bodems, waarbij het vermelde middel wordt toegepast.It also relates to a method for the vernalization or regalization of inorganic bare soils using the said agent.
Bosbranden zijn een in toenemende mate belangrijke gesel in de landen van de Middellandse Zee. Zo wordt bijvoorbeeld ieder jaar ongeveer 20 000 tot 60 000 hectaren verbrand in Frankrijk. Niet alleen wordt de vegetatie vernietigd, maar wordt ook de dragende bodem structureel verstoord. Op een dergelijke grond kan slechts zeer weinig vegetatie opnieuw groeien en bovendien kunnen bepaalde plantsoorten helemaal niet meer groeien.Forest fires are an increasingly important scourge in the countries of the Mediterranean. For example, about 20,000 to 60,000 hectares are burned in France every year. Not only is the vegetation destroyed, but the load-bearing soil is also structurally disrupted. Very little vegetation can regrow on such a soil and, moreover, certain plant species can no longer grow at all.
Deze verbrande gronden storen op ernstige wijze de omgeving van de mens. Deze heeft er dus behoefte aan tussen te komen om zo snel mogelijk een met planten begroeid landschap te herstellen dat voor hem aangenamer en minder stresserend is.These burnt grounds seriously disturb the environment of man. He therefore needs to intervene to restore a plant-covered landscape as quickly as possible, which is more pleasant and less stressful for him.
Deze behoefte ontstaat eveneens op terreinen zoals steenbergen van mijnen, duinen of bepaalde zandterreinen, bepaalde klei achtige terreinen of terreinen bedekt met uitgegraven aarde die bijvoorbeeld verkregen is bij het graven van tunnels, of ook ophogingen van spoorwegen of autosnelwegen, en tevens stilgelegde steengroeven of duinen.This need also arises in areas such as stone mountains of mines, dunes or certain sandy areas, certain clay-like areas or areas covered with excavated earth obtained, for example, when digging tunnels, or also embankments of railways or motorways, as well as quarried quarries or dunes .
Om de natuurlijke of kunstmatige vegetalisering of hervege-talisering van deze in het algemeen als "anorganische kale gronden" aangeduide gronden mogelijk te maken, werden reeds verschillende samenstellingen voorgesteld en toegepast.In order to allow the natural or artificial vegetalization or regeneralisation of these soils generally referred to as "inorganic bare soils", various compositions have already been proposed and used.
Eerst en vooral heeft men er natuurlijk aan gedacht gebruik te maken van gewone meststoffen zoals de NPK-meststoffen en ureum. Jammer genoeg zijn deze produkten duur en hebben ze een zeer beperkte werkzaamheid, omdat ze zeer oplosbaar zijn en niet worden "gefixeerd" op het terrein. Zodoende kan een zeer gering deel door de plant worden opgenomen. Tegelijkertijd veroorzaken ze verontreiniging van de watervoerende lagen.First and foremost, it has of course been thought to use ordinary fertilizers such as NPK fertilizers and urea. Unfortunately, these products are expensive and have very limited efficacy, because they are very soluble and are not "fixed" in the field. Thus, a very small part can be absorbed by the plant. At the same time, they cause contamination of the aquifers.
Er werd eveneens voorgesteld gebruik te maken van het compost van het slib van stedelijke waterzuiveringsinstallaties. Jammer genoeg is dit compost te compact en kan het niet doelmatig worden gebruikt voor de vegetalisering of hervegetalisering. Alleszins is de werkzaamheid eveneens te beperkt.It was also proposed to use the compost from the sludge from urban water treatment plants. Unfortunately, this compost is too compact and cannot be used efficiently for the vegetalization or repolarization. In any case, the efficacy is also too limited.
Er wordt dus momenteel nog steeds gezocht naar een middel dat een vegetalisering of een hervegetalisering van anorganische kale gronden mogelijk maakt en een goede werkzaamheid vertoont, en dat tegelijkertijd niet duur en gemakkelijk toepasbaar is.Thus, there is still an ongoing search for a means which allows for a vegetalization or a repolarization of inorganic bare soils and which shows good efficacy, while at the same time being inexpensive and easily applicable.
Nu heeft Aanvraagster na veel onderzoek gevonden dat toepassing van de oplosbare stoffen verkregen tijdens de behandeling in zetmeel-fabrieken van aardappelen, tarwe en mafs het mogelijk maakte aan deze behoefte te beantwoorden.Now, after much research, the Applicant has found that the use of the soluble substances obtained during the treatment in starch factories of potatoes, wheat and mafs made it possible to meet this need.
Het middel dat de vegetalisering of de hervegetalisering van anorganische kale gronden bevordert is dus gekenmerkt door het feit dat het bestaat uit oplosbare stoffen verkregen bij de behandeling in zetmeel-fabrieken van aardappelen, tarwe en maïs, alsook van hun mengsels.Thus, the agent which promotes the vegetalization or regalization of inorganic bare soils is characterized by the fact that it consists of solubles obtained from the treatment in starch factories of potatoes, wheat and maize, as well as of their mixtures.
Onder oplosbare stoffen verkregen tijdens de behandeling in zetmeelfabri eken van maïs wordt het weekwater van maïs verstaan, dat tijdens deze behandeling van het weken een min of meer duidelijke fermentatie door melkzuurbacteriën ondergaat.Soluble substances obtained during the treatment in starch factories of maize are understood to mean the soaking water of maize, which undergoes somewhat clear fermentation by lactic acid bacteria during this soaking treatment.
Hier kan best worden verwezen naar de beschrijving van het weekwater en van de werkwijzen voor het weken van maïs, die bijvoorbeeld voorkomt in het hoofdstuk "Starch" door R.L. Whistler en J.R. Daniel, of naar het Franse octrooi schrift FR 2 464 298, ten name van Aanvraagster.Reference should be made here to the description of the soaking water and of the maize soaking methods, for example, which appear in the chapter "Starch" by R.L. Whistler and J.R. Daniel, or French patent specification FR 2 464 298, in the name of the Applicant.
Dit weekwater van maïs komt in het algemeen voor in de vorm van geconcentreerde oplossingen met ongeveer 50¾ droge stof.This maize soaking water generally occurs in the form of concentrated solutions with about 50¾ dry matter.
De oplosbare stoffen van aardappelen worden verkregen na het vermalen van de aardappelen en het scheiden van de pulp en het aardappelzetmeel. Ze kunnen al of niet eiwitstoffen bevatten die coaguleerbaar zijn door verhitting of door zuren, naargelang ze al dan niet worden gerecupereerd. Deze oplosbare stoffen van aardappelen, eveneens dikwijls rood water of vegetatiewater genoemd, komen in het algemeen voor in de vorm van geconcentreerde oplossingen met 55 tot 60¾ vaste stof.The solubles of potatoes are obtained after grinding the potatoes and separating the pulp from the potato starch. They may or may not contain protein substances that are coagulable by heating or by acids, depending on whether or not they are recovered. These potato solubles, also often referred to as red water or vegetation water, generally exist in the form of concentrated solutions with 55 to 60¾ solids.
De oplosbare stoffen van tarwe worden verkregen na de natte behandeling van tarwe in zetmeelfabri eken en de scheiding van de zemelen, het zetmeel en de gluten. Ze komen eveneens voor in de vorm van geconcentreerde oplossingen, met ongeveer van 25% tot 60% vaste stof.The solubles of wheat are obtained after the wet treatment of wheat in starch factories and the separation of the bran, starch and gluten. They also exist in the form of concentrated solutions, with about from 25% to 60% solids.
De oplosbare stoffen van maïs, de oplosbare stoffen van aardapppelen en de oplosbare stoffen van tarwe hebben veel gemeenschappelijke eigenschappen.The solubles of maize, the solubles of potatoes and the solubles of wheat have many common properties.
In het bijzonder vertonen ze een hoog gehalte aan eiwitstoffen (uitgedrukt als stikstofgehalte x 6,25). In feite ligt dit gehalte tussen 10% tot 60%, en meer in het algemeen tussen 12% en 50% van de droge stof.In particular, they exhibit a high content of protein substances (expressed as nitrogen content x 6.25). In fact, this content is between 10% to 60%, and more generally between 12% and 50% of the dry matter.
Deze oplosbare stoffen zijn eveneens gekenmerkt door hun gehalte aan vrije aminozuren dat ligt tussen 1% en 10%, meer in het algemeen tussen 1,4% en 8,5%.These solubles are also characterized by their free amino acid content ranging from 1% to 10%, more generally from 1.4% to 8.5%.
Bovendien kunnen ze eveneens een betrekkelijk hoog gehalte aan organische zuren (met name melkzuur) vertonen, aangezien dit gehalte kan liggen tussen 1% en 35% en meer in het algemeen tussen 1,5% tot 30%. Vooral het weekwater van maïs vertoont een hoog gehalte aan melkzuur, in het algemeen tussen 20% en 30%.In addition, they can also have a relatively high organic acid content (especially lactic acid), since this content can be between 1% and 35% and more generally between 1.5% and 30%. Maize soaking water in particular has a high lactic acid content, generally between 20% and 30%.
Bovendien vertonen de oplosbare stoffen van maïs, van tarwe en van aardappelen een gehalte aan asresten tussen 8% en 37%, meer in het algemeen tussen 10% en 35%. Deze asresten bestaan met name uit: - kaliumionen, in een hoeveelheid van 1% tot 20%, en meer in het algemeen van 1% tot 18%, - fosforionen, in een hoeveelheid van 0,2% tot 6%, en meer in het algemeen van 0,3% tot 4,5%, - magnesiumionen, in een hoeveelheid van 0,1% tot 2,5% en meer in het algemeen van 0,1% tot 2%.In addition, the solubles of maize, wheat and potatoes have an ash residue content between 8% and 37%, more generally between 10% and 35%. These ash residues mainly consist of: - potassium ions, in an amount from 1% to 20%, and more generally from 1% to 18%, - phosphorus ions, in an amount from 0.2% to 6%, and more in generally from 0.3% to 4.5%, magnesium ions, in an amount from 0.1% to 2.5%, and more generally from 0.1% to 2%.
De hierboven gegeven verschillende gehalten zijn uitgedrukt als gewicht ten opzichte van de droge stof.The various contents given above are expressed as weight relative to the dry matter.
Het middel voor de vegetalisering of de hervegetalisering van anorganische kale gronden volgens de uitvinding komt bij voorkeur voor in de vorm van geconcentreerde oplossingen van droge stof die liggen tussen 35 gew.% en 85 gew.%, bij voorkeur tussen 40 gew.% en 75 gew.%.The inorganic bare soil vegetalization or regalization agent according to the invention is preferably in the form of concentrated solutions of dry matter between 35 wt% and 85 wt%, preferably between 40 wt% and 75 wt%.
Het middel volgens de uitvinding kan dan als zodanig of voorafgaandelijk verdund in poedervorm worden gebracht. Een andere mogelijkheid bestaat echter uit het toepassen van de oplosbare stoffen van aardappelen, tarwe en maTs in de vorm van fijnverdeelde poeders, gemengd met andere middelen zoals eiwitstoffen of organische of anorganische meststoffen.The agent according to the invention can then be powdered as such or previously diluted. However, another possibility is to use the solubles of potatoes, wheat and maTs in the form of finely divided powders, mixed with other agents such as proteins or organic or inorganic fertilizers.
De middelen volgens de uitvinding worden verpulverd of aangebracht op de te behandelen terreinen in een hoeveelheid tussen 50 en 500 kg stikstof per hectare, bij voorkeur van 80 tot 300 kg stikstof per hectare, De frequentie van het aanbrengen is variabel en hangt met name af van de weersomstandigheden. Het middel volgens de uitvinding wordt echter bij voorkeur op het te behandelen terrein aangebracht of verpulverd in een tot vijf toedieningen per jaar en bij voorkeur twee of drie toedieningen per jaar.The agents according to the invention are pulverized or applied to the areas to be treated in an amount between 50 and 500 kg of nitrogen per hectare, preferably from 80 to 300 kg of nitrogen per hectare. The frequency of application is variable and depends in particular on the weather conditions. However, the agent according to the invention is preferably applied to the area to be treated or pulverized in one to five applications per year and preferably two or three applications per year.
Het toepassen van de middelen volgens de uitvinding laat vergeleken met gebruikelijke meststoffen een besparing toe op de hoeveelheid stikstof en fosfor en maakt anderzijds een grote vermindering van de verontreiniging van de watervoerende lagen mogelijk.The use of the agents according to the invention, compared to conventional fertilizers, allows a saving in the amount of nitrogen and phosphorus and, on the other hand, allows a great reduction in the contamination of the aquifers.
Zonder gebonden te willen zijn door een theorie, kan worden aangenomen dat de oplosbare materialen van aardappelen, tarwe en maïs een toenemende ammonificatie en nitratatie ondergaan, waarbij het aldus gevormde ammoniak en de nitraten zelf in toenemende mate kunnen worden geabsorbeerd of opgenomen door de planten. Zo moet ook het fosfor dat voorkomt in de oplosbare stoffen van aardappelen, tarwe en maïs die worden toegepast volgens de uitvinding, eerst worden gemineraliseerd vöór het door de planten kan worden gebruikt, aangezien het in hoofdzaak een organisch karakter heeft. Deze mineralisering is progressief en laat een beter gebruik van de middelen door de planten toe.Without wishing to be bound by theory, it can be assumed that the soluble materials of potatoes, wheat and corn undergo increasing ammonification and nitration, with the ammonia thus formed and the nitrates themselves being increasingly absorbed or absorbed by the plants. Likewise, the phosphorus contained in the solubles of potatoes, wheat and corn used according to the invention must first be mineralized before it can be used by the plants, since it has an essentially organic character. This mineralization is progressive and allows a better use of the resources by the plants.
De uitvinding zal beter kunnen worden begrepen aan de hand van het hiernavolgende voorbeeld, dat als toelichting is gegeven en niet mag worden opgevat als een beperking van de uitvinding.The invention will be more fully understood from the following example, which is given by way of illustration and should not be construed as a limitation of the invention.
Voorbeeld IExample I
Dit voorbeeld werd uitgevoerd op een verbrand terrein in het zuiden van Frankrijk.This example was performed on a burned site in the south of France.
De onderzochte grondstukken, een controle-grondstuk en een experimenteel grondstuk, hadden een oppervlakte van ongeveer 100 m2 en de grenzen van deze grondstukken werden op het terrein aangeduid met behulp van merktekens van verf op rotsblokken.The investigated plots, a control plot and an experimental plot, had an area of approximately 100 m2 and the boundaries of these plots were marked on the site by means of markings of paint on boulders.
De onderzochte stof bestond uit de oplosbare stoffen van aardappelen, met een droogstofgehalte van 54,7¾. Hun samenstelling, zowel uitgedrukt ten opzichte van het commerciële produkt als zodanig als ten opzichte van de droge stof van het vermelde produkt, is weergegeven in de hiernavolgende Tabel A.The investigated substance consisted of the soluble substances of potatoes, with a dry matter content of 54.7¾. Their composition, expressed in terms of both the commercial product as such and the dry matter of the stated product, is shown in Table A below.
Tabel ATable A
Samenstelling van de oplosbare stoffen van aardappelenComposition of the soluble substances of potatoes
Een eerste uitstrooiing werd uitgevoerd in de maand juni met een geconcentreerde oplossing van oplosbare stoffen van aardappelen met 25¾ droge stof waarbij de gebruikte hoeveelheid 2,5 kg/m2 met 54,7¾ droge stof of 5,5 kg/m2 met 25% droge stof bedroeg.A first spreading was carried out in June with a concentrated solution of potato solubles with 25¾ dry matter, the amount used being 2.5 kg / m2 with 54.7¾ dry matter or 5.5 kg / m2 with 25% dry matter amount.
Een tweede uitstrooiing werd vijf maanden later in november uitgevoerd, met een oplossing met een concentratie van 25%, waarbij de verstrooide hoeveelheid eveneens 2,5 kg/m2 met 54,7% vaste stof of 5,5 kg/m2 met 25% vaste stof bedroeg.A second spreading was carried out five months later in November, with a 25% concentration solution, with the scattered amount also 2.5 kg / m2 with 54.7% solid or 5.5 kg / m2 with 25% solid dust.
Vervolgens werd in de verschillende percelen een onderzoek van het gedrag van bepaalde plantsoorten uitgevoerd.Subsequently, an examination of the behavior of certain plant species was carried out in the various plots.
Het nemen van bodemmonsters in de controle-percelen en in de behandelde percelen werd uitgevoerd op twee diepten: een diepte van 0 tot 5 cm, en een diepte van 15 tot 25 cm:Soil sampling in the control plots and in the treated plots was performed at two depths: a depth of 0 to 5 cm, and a depth of 15 to 25 cm:
- om enerzijds het gehalte aan assimileerbare stikstof (NO ", + J- on the one hand, the content of assimilable nitrogen (NO ", + J
NH4 ), aan uitwisselbaar kalium en aan assimileerbaar fosfor te kwantificeren, - en tenslotte om anderzijds de volgende microbiologische onderzoeken uit te voeren: * het tellen van de volgende microorganismen: totale micro-flora, actinomyceten, draadvormige paddestoelen en gisten, cellulolytische microflora, * het meten van de adehmhalingsactiviteit van de bodems.NH4), to quantify interchangeable potassium and assimilable phosphorus, - and finally to carry out the following microbiological studies: * counting the following microorganisms: total microflora, actinomycetes, filamentous fungi and yeasts, cellulolytic microflora, * measuring the respiratory activity of the soils.
De verkregen resultaten kunnen als volgt worden samengevat: 1) Gedrag van de planten.The results obtained can be summarized as follows: 1) Behavior of the plants.
Tussen de eerste uitstrooiing en de eerste overvloedige regenbuien van de herfst werden metingen uitgevoerd van de diktegroei en de lengtegroei van de terminale en verticale takken van kermes-eiken. Tijdens de zomer vond een lengtegroei van de terminale en verticale scheuten plaats. Vergeleken met het controle-perceel was deze statistisch groter op het experimentele perceel.Between the first spreading and the first abundant rainfall of autumn, measurements were made of the thickness growth and the length growth of the terminal and vertical branches of kermes oak. During the summer, a length growth of the terminal and vertical shoots occurred. Compared to the control plot, it was statistically larger on the experimental plot.
Twintig voet Quercus coccifera werden willekeurig gekozen, enerzijds op het behandelde perceel en anderzijds op het controle-perceel.Twenty feet of Quercus coccifera were chosen at random on the treated plot on the one hand and the control plot on the other.
De uitgevoerde metingen betroffen de diameter "d" uitgedrukt in centimeter, gemeten op 1 cm van een vertakking, en de lengte "1" uitgedrukt in cm, van de twijg van deze vertakking tot aan haar uiteinde.The measurements taken were the diameter "d" expressed in centimeters, measured at 1 cm from a branch, and the length "1" expressed in cm, from the twig of this branch to its tip.
De combinatie van deze twee parameters volgens de formule C = d2l, levert een grootte die evenredig is met de massa van de plant aardige stof.The combination of these two parameters according to the formula C = d2l, yields a size proportional to the mass of the plant nice substance.
Zes maanden na de tweede uitstrooiing werden de volgende waarden voor d en 1 gemeten, welke waarden gemiddelden zijn verkregen met 20 twijgen van het behandelde perceel en 20 twijgen van het controle-perceel.Six months after the second spread, the following values for d and 1 were measured, which values are averages obtained with 20 twigs from the treated plot and 20 twigs from the control plot.
De andere soorten bleven tijdens de zomer onveranderd, door de droogtetoestand die op dat ogenblik heerste. Alleszins moet worden opgemerkt dat op het einde van december de grasachtigen, met name Brachypodium ramosum, in verge!eking met het controle-perceel een zeer duidelijke vergroening ondergingen in het behandelde perceel.The other species remained unchanged during the summer, due to the drought conditions at that time. In any event, it should be noted that at the end of December, the grassy species, in particular Brachypodium ramosum, underwent a very marked greening in the treated plot compared to the control plot.
De twee maanden na de laatste uitstrooiing, dit wil zeggen tijdens de winter, werd inderdaad vastgesteld dat graminaceae zoals Brachypodium ramosum en Dactyl is glomerata veel groener waren op het behandelde perceel. Bovendien verschenen uitsluitend op het behandelde perceel nieuwe soorten zoals Lactuca porennis, Sonchus oleraceus en Senecio vulgaris.Indeed, two months after the last spreading, i.e. during winter, it was found that graminaceae such as Brachypodium ramosum and Dactyl is glomerata were much greener on the treated plot. In addition, new species such as Lactuca porennis, Sonchus oleraceus and Senecio vulgaris appeared exclusively on the treated plot.
Tabel BTable B
2) Assimileerbare minerale voedingselementen (N, P, K).2) Assimilable mineral nutrients (N, P, K).
Tabel B geeft de concentraties weer die werden bepaald vóór de eerste uitstrooiing en ongeveer vier en een halve maand nadien.Table B shows the concentrations determined before the first scatter and about four and a half months after.
De beoordeling van deze tabel leidt tot de hiernavolgende opmerkingen: a) Oppervlakkige laag = niveau 1 (0-5 cm).The evaluation of this table leads to the following comments: a) Superficial layer = level 1 (0-5 cm).
NOg :vergeleken met de gehalten van juni, zijn de waarden van november vermenigvuldigd met een factor 1,64 in het controle-perceel en 8,48 in het perceel dat werd behandeld met behulp van het middel volgens de uitvinding; bovendien heeft tijdens de herfstperiode een activering van de nitratatie plaatsgevonden, en deze was duidelijker in het perceel dat werd behandeld met behulp van de oplosbare stoffen van aardappelen.NOg: Compared to the June levels, the November values have been multiplied by a factor of 1.64 in the control plot and 8.48 in the plot treated with the inventive agent; in addition, activation of nitration occurred during the autumn period, and this was more evident in the plot treated with the potato solubles.
ΝΗ^+: een toename van de ammonificatie heeft plaatsgevonden in de twee percelen (de factor van de toename is 6,2 voor het controle-perceel en 5,9 voor het andere perceel voor de waarden van november); dit resultaat en de in maart verkregen resultaten zouden erop kunnen wijzen dat de ammonificatie door het aanbrengen van middelen volgens de uitvinding niet wordt beïnvloed en dat zij in hoofzaak wordt geactiveerd door de weersomstandigheden van het type dat tijdens de herfstperiode overheerste (regenbuien, zachte temperaturen).ΝΗ ^ +: an increase in ammonification has occurred in the two plots (the factor of the increase is 6.2 for the control plot and 5.9 for the other plot for the November values); this result and the results obtained in March could indicate that the ammonification by the application of agents according to the invention is not affected and that it is mainly activated by the weather conditions of the type that prevailed during the autumn period (rain showers, mild temperatures) .
K : waar het verschil tussen de in het control e-perceel gemeten waarden tussen juni en november (7,7 en 5,4 me/kg) gering en niet significant is, is het in tegenstelling hiermee zeer duideijk in het behandelde perceel (5,7 en 37,4 me/kg), welk resultaat eveneens werd bevestigd door de in maart uitgevoerde metingen.K: where the difference between the values measured in the control e plot between June and November (7.7 and 5.4 me / kg) is small and not significant, in contrast it is very clear in the treated plot (5 , 7 and 37.4 me / kg), which result was also confirmed by the measurements taken in March.
Assimileerbare fosfor: de opmerking in verband met kalium is eveneens van toepassing op fosför; zo gaan in het behandelde perceel de warden van 40 tot 273 ppm en vervolgens tot 344 ppm.Assimilable Phosphorus: The Potassium Note also applies to Phosphorus; for example, in the treated plot the values range from 40 to 273 ppm and then to 344 ppm.
Samengevat had het op het terrein aanbrengen van middelen volgens de uitvinding in de eerste 5 centimeter van de bodem het volgende tot gevolg: - een activering van de nitratatie - een toename van de gehalten aan uitwisselbaar kalium en assimileerbare fosfor.In summary, the application of agents according to the invention in the field in the first 5 centimeters of the soil resulted in the following: - an activation of the nitration - an increase in the contents of exchangeable potassium and assimilable phosphorus.
b) Diepe laag - niveau 2 (-15 tot -25 cm).b) Deep layer - level 2 (-15 to -25 cm).
NO^': van juni tot maart vindt in de twee percelen een toename van het nitraatgehalte plaats; nochtans is deze toename duidelijker in het behandelde perceel dan in het controle-perceel (waar de factor van de toename slechts 2,9 bedraagt).NO ^ ': an increase in the nitrate content takes place in the two lots from June to March; however, this increase is more pronounced in the treated plot than in the control plot (where the factor of the increase is only 2.9).
NH4 : in november ondergaat het NH^ -ionengehalte een stijging ten opzichte van de beginsituatie van de maand juni; de aangroeifactor bedraagt 2,6 in het controle-perceel en 10,7 in het behandelde perceel, deze waarde keert in de maand maart terug tot een waarde die dicht bij de beginwaarde ligt.NH4: in November, the NH4 ion content will increase compared to the initial situation in June; the growth factor is 2.6 in the control plot and 10.7 in the treated plot, this value returns in March to a value close to the initial value.
Uitwisselbaar K+: daar waar dit gehalte in het controle-perceel weinig verandert, ondergaat het in de uitstrooingszone integendeel een belangrijke daling in november, welk fenomeen nog niet is verklaard, maar dat wordt hersteld door de in de daaropvolgende maand maart verkregen waarde.Interchangeable K +: where this level in the control parcel changes little, on the contrary it undergoes a significant decline in the distribution zone in November, which phenomenon has not yet been explained, but is restored by the value obtained in the following month of March.
Assimileerbare fosfor: als gevolg van de weersomstandigheden van het begin van de herfst schijnt de bodem van het controle-perceel in de diepte een verlaging van het assimileerbare fosforgehalte te hebben ondergaan, terwijl dit verschijnsel omgekeerd is in de behandelde zone. In maart bevatte het behandelde perceel driemaal meer fosfor dan het controle-perceel.Assimilable Phosphorus: Due to early autumn weather conditions, the bottom of the control plot appears to have experienced a decrease in assimilable phosphorus content in depth, while this phenomenon is reversed in the treated zone. In March, the treated plot contained three times more phosphorus than the control plot.
Samengevat heeft de grond op een diepte van 15 tot 25 cm het volgende ondergaan: - een nitratatie en een ammonificatie die duidelijk groter is in het behandelde perceel dan in het controle-perceel, - een verrijking van fosfor en assimileerbaar kalium, als gevolg van het verstrooien met het middel volgens de uitvinding.In summary, at a depth of 15 to 25 cm, the soil has undergone the following: - a nitration and an ammonification that is clearly greater in the treated plot than in the control plot, - an enrichment of phosphorus and assimilable potassium, due to the scatter with the agent according to the invention.
Wanneer de twee niveaus van monstername gelijktijdig worden vergeleken met de door het onderzoek van november verkregen waarden, leidt dit tot de volgende opmerkingen: - de nitratatie en de ammonificatie waren op alle beschouwde niveaus veel belangrijker door de weersomstandigheden (regenbuien, nog zachte temperaturen), meer in het bijzonder in de oppervlakkige laag voor het eerste verschijnsel en in de diepe laag voor het tweede verschijnsel in het behandelde perceel; - ten minste één deel van het toegevoerde kalium schijnt behouden te zijn aan het oppervlak; - de fosforconcentraties gaan na het toevoeren van meststof van 40 tot 273 ppm aan het oppervlak en van 12 tot 30 ppm in de diepte; - ondanks de overvloedige regen van de herfst (ongeveer 250 mm), werden kalium en fosfor niet massaal in de diepte meegevoerd.When the two levels of sampling are compared simultaneously with the values obtained by the November study, this leads to the following comments: - the nitration and the ammonification were much more important at all levels considered due to weather conditions (rain showers, still mild temperatures), more particularly in the superficial layer for the first phenomenon and in the deep layer for the second phenomenon in the treated plot; - at least part of the supplied potassium appears to be retained on the surface; - the phosphorus concentrations after fertilizer application range from 40 to 273 ppm on the surface and from 12 to 30 ppm in depth; - despite the abundant rain of autumn (about 250 mm), potassium and phosphorus were not carried massively in depth.
Wanneer het onderzoek van maart wordt geïntegreerd, heeft het uitstrooien van oplosbaar extract van aardappelen (juni en vervol- gens november) in een dosis van 2,5 Ι/m2 en verdund in 2,5 1 water het volgende tot gevolg;When the March study is integrated, the spreading of soluble potato extract (June and then November) at a dose of 2.5 Ι / m2 and diluted in 2.5 l of water results in the following;
* _ _L* _ _L
- een toenemende verrijking van NO^ , K en assimileerbare P, - een daling van NH^+, - een aan het oppervlak meer duidelijk vasthouden' voor wat betreft de assimileerbare elementen P en K, - het behouden van een betrekkelijk hoog gehalte nitraat-stikstof, zelfs na de overvloedige regenbuien van de herfst (250 mm).- an increasing enrichment of NO 2, K and assimilable P, - a decrease in NH 2 +, - a more clear surface retention with regard to the assimilable elements P and K, - the retention of a relatively high content of nitrate- nitrogen even after the abundant downpours of autumn (250 mm).
Zodoende heeft het aanbrengen van het middel volgens de uitvinding in het algemeen als resultaat gehad dat betere omstandigheden voor de minerale voeding tot stand kwamen. De duidelijke vergroening van de grasachtigen, meer in het bijzonder van Brachypodium ramosum, die in december werd waargenomen is in overeenstemming met de voorafgaande opmerkingen.Thus, the application of the agent of the invention has generally resulted in better conditions for the mineral feed being established. The marked greening of the grassy species, in particular Brachypodium ramosum, observed in December is in line with the previous comments.
3) Microbiologisch onderzoek.3) Microbiological research.
De hiernavolgende Tabel C geeft de resultaten weer van de tellingen van de verschillende soorten microorganismen die in de genomen bodemmonsters werden onderzocht.The following Table C shows the results of the counts of the different types of microorganisms examined in the soil samples taken.
Tabel CTable C
Pb = perceel dat niet werd behandeld met het middel volgens de uitvinding. Pjjjg = perceel dat werd behandeld na de monstername van juni,Pb = plot that has not been treated with the agent according to the invention. Pjjjg = plot treated after sampling in June,
De variaties van de in Tabel C weergegeven resultaten wijzen erop dat het aanbrengen van het middel volgens de uitvinding, buiten het seizoenseffect dat tot uiting komt door een getalmatige stijging tussen de maanden juni en november, geen waarneembaar effect heeft gehad op de totale microflora.The variations in the results shown in Table C indicate that the application of the agent of the invention, beyond the seasonal effect manifested by a numerical increase between the months of June and November, had no discernible effect on the total microflora.
Nochtans kunnen de volgende interessante verschillen worden opgemerkt: - het aantal paddestoelen daalt duidelijk tussen juni en november in het niet-behandelde perceel, terwijl het in het behandelde perceel stijgt op niveau 2, dit wil zeggen de diepe laag, - het aantal actinomyceten neemt in het behandelde perceel zeer sterk toe in niveau 2, - tenslotte neemt het aantal cellulolytische microorganismen toe met verschillende orden van grootte in de twee niveaus van het behandelde perceel, waardoor zodoende een belangrijke stimulering van de cellulolyse door het middel volgens de uitvinding wordt aangetoond.However, the following interesting differences can be noted: - the number of mushrooms clearly decreases between June and November in the untreated plot, while in the treated plot it increases at level 2, ie the deep layer, - the number of actinomycetes decreases the treated plot increases very strongly in level 2. Finally, the number of cellulolytic microorganisms increases with different orders of magnitude in the two levels of the treated plot, thus demonstrating an important stimulation of the cellulolysis by the agent according to the invention.
De hiernavolgende Tabel D stelt de verdeling voor van de verschillende paddestoel soorten die voorkomen in de in juni en november genomen bodemmonsters.The following Table D shows the distribution of the different mushroom species that occur in the soil samples taken in June and November.
Deze tabel toont aan dat het aanbrengen van oplosbare stoffen van aardappelen vooral in niveau 1 het verdwijnen van verschillende soorten van de overheersende fungale microflora en in niveau 2 het verschijnen van nieuwe soorten veroorzaakt. De behandeling verandert dus de specifieke diversiteit van deze microflora.This table shows that the application of potato solubles, especially in level 1, causes the disappearance of various species of the predominant fungal microflora and in level 2, the appearance of new species. The treatment thus changes the specific diversity of this microflora.
Samengevat heeft het aanbrengen van het middel volgens de uitvinding in de maand juni een activering van de cycli van de stofwisseling veroorzaakt, welke activering tot uiting komt door de toename van : - de ammonificatie en de nitratie, - het gehalte aan assimileerbare fosfor, toe te schrijven aan de stijging van de fosfatase-activiteiten van de microorganismen, of het oplossen van tricalciumfosfaat veroorzaakt door de verzuring door het metabolisme van de door de meststof aangevoerde organische materie.In summary, the application of the agent according to the invention in the month of June caused an activation of the cycles of the metabolism, which activation is manifested by the increase in: - the ammonification and the nitration, - the content of assimilable phosphorus, write to the increase in the phosphatase activities of the microorganisms, or the dissolution of tricalcium phosphate caused by the acidification by the metabolism of the organic matter supplied by the fertilizer.
Deze activering gaat gepaard met een stijging van het uitwisselbare kalium en komt overeen met de veranderingen van de microbiële populaties, in het bijzonder de populaties van de paddestoelen, de actinomyceten en de cellulolytische microflora. Ze heeft een zeer positieve invloed op de groei van de planten.This activation is accompanied by an increase in exchangeable potassium and is consistent with changes in the microbial populations, in particular the mushroom populations, the actinomycetes and the cellulolytic microflora. It has a very positive influence on the growth of the plants.
Tabel DTable D
Voorbeeld IIExample II
Vergelijkbaar onderzoek, uitgevoerd met oplosbare stoffen Yan tarwe op een stilgelegde steengroeve waarvan een snelle hervegetalisering om milieuredenen was gewenst, heeft aangetoond dat het toepassen van middelen volgens de uitvinding, driemaal aangebracht met een jaarlijkse dosis van 150 kg stikstof per hectare, zeer snel het verkrijgen van een natuurlijke, spontane en overvloedige plantengroei mogelijk maakte.Comparable research, conducted with soluble Yan wheat on a quarried quarry for which rapid re-counting for environmental reasons was desired, has shown that applying agents of the invention applied three times with an annual dose of 150 kg nitrogen per hectare, obtain very quickly of natural, spontaneous and abundant plant growth.
Het middel volgens de uitvinding heeft bijgevolg een stimulerend effect op de behandelde bodems, welk effect een weerslag heeft op de plantengroei.The agent according to the invention therefore has a stimulating effect on the treated soils, which effect has repercussions on plant growth.
Claims (8)
Applications Claiming Priority (2)
| Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
|---|---|---|---|
| FR9209545A FR2694284B1 (en) | 1992-07-31 | 1992-07-31 | Agent promoting revegetation or revegetation of denuded inorganic soils and process using said agent. |
| FR9209545 | 1992-07-31 |
Publications (1)
| Publication Number | Publication Date |
|---|---|
| NL9301312A true NL9301312A (en) | 1994-02-16 |
Family
ID=9432523
Family Applications (1)
| Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
|---|---|---|---|
| NL9301312A NL9301312A (en) | 1992-07-31 | 1993-07-27 | Means that promote the vegetalization or the repolarization of inorganic bare soils and method of applying the agent. |
Country Status (6)
| Country | Link |
|---|---|
| BE (1) | BE1007335A3 (en) |
| DE (1) | DE4324518A1 (en) |
| ES (1) | ES2069495B1 (en) |
| FR (1) | FR2694284B1 (en) |
| IT (1) | IT1265331B1 (en) |
| NL (1) | NL9301312A (en) |
Families Citing this family (2)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| NO995130L (en) * | 1998-11-23 | 2000-05-24 | Anne Skovbo Andersen | Liquid fertilizer |
| EP3544942A1 (en) * | 2016-11-28 | 2019-10-02 | Etablissements J. Soufflet | Use of penicillium brasilianum for stimulating plant growth |
Family Cites Families (2)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| AU605032B2 (en) * | 1989-03-31 | 1991-01-03 | Carlton Andrew Burdett | Fertiliser |
| AT394189B (en) * | 1989-10-10 | 1992-02-10 | Agena Staerke Gmbh | METHOD FOR PRODUCING A DISPENSER FROM CARBONATIVE LIME AND POTATO Leftover Fruit Water |
-
1992
- 1992-07-31 FR FR9209545A patent/FR2694284B1/en not_active Expired - Fee Related
-
1993
- 1993-07-21 DE DE4324518A patent/DE4324518A1/en not_active Withdrawn
- 1993-07-27 NL NL9301312A patent/NL9301312A/en not_active Application Discontinuation
- 1993-07-28 BE BE9300786A patent/BE1007335A3/en not_active IP Right Cessation
- 1993-07-29 ES ES09301709A patent/ES2069495B1/en not_active Expired - Lifetime
- 1993-07-30 IT IT93RM000519A patent/IT1265331B1/en active IP Right Grant
Also Published As
| Publication number | Publication date |
|---|---|
| FR2694284B1 (en) | 1994-10-07 |
| ES2069495A1 (en) | 1995-05-01 |
| ITRM930519A1 (en) | 1995-01-30 |
| ES2069495B1 (en) | 1996-01-01 |
| FR2694284A1 (en) | 1994-02-04 |
| BE1007335A3 (en) | 1995-05-23 |
| DE4324518A1 (en) | 1994-02-03 |
| IT1265331B1 (en) | 1996-10-31 |
| ITRM930519A0 (en) | 1993-07-30 |
Similar Documents
| Publication | Publication Date | Title |
|---|---|---|
| Farmer | The effects of dust on vegetation—a review | |
| Gemtos et al. | Vinasse rate, time of application and compaction effect on soil properties and durum wheat crop | |
| Webber | Trace metals in agriculture | |
| Gómez-Paccard et al. | Ca-amendment and tillage: medium term synergies for improving key soil properties of acid soils | |
| Zimdahl et al. | Lead in soils and plants: A literature review | |
| Chancy et al. | Effect of Nitrapyrin on N Response of Corn on Sandy Soils 1 | |
| NL9301312A (en) | Means that promote the vegetalization or the repolarization of inorganic bare soils and method of applying the agent. | |
| Gupta et al. | Soil biodiversity and litter decomposition in agroforestry systems of the tropical regions of Asia and Africa | |
| Begum | Soil profiles and fluoride adsorption in intensely cultivated areas of Mysore District, Karnataka, India | |
| Raghu | Accumulation of elements in plants and soils in and around Mangampeta and Vemula barite mining areas, Cuddapah District, Andhra Pradesh, India | |
| Norouzi et al. | Effect of fire on soil nutrient availability in forestes of Gulian, North of Iran | |
| Haikel et al. | Fluoride content of water, dust, soils and cereals in the endemic dental fluorosis area of Khouribga (Morocco) | |
| Serrasolses et al. | Soil fertility after fire and clear-cutting | |
| Broschat | Release rates of soluble and controlled-release potassium fertilizers | |
| Piirainen et al. | Leaching of cations and sulphate after mechanical site preparation at a boreal forest clear-cut area | |
| Nyborg et al. | Comparison of fall and spring application of nitrogen fertilizers in northern and central Alberta | |
| Bolan et al. | Bioavailability of N, P, K, Ca, Mg, S, Si, and Micronutrients | |
| Gaevaya et al. | Improvement of biological recultivation technology of disturbed solid of oil, gas and condensate field | |
| LOMBIN | The effects of continuous fertilization on nutrient balance and crop yield in the Northern Nigerian savannah: A preliminary assessment | |
| Lokya et al. | Different levels of potassium effect on potassium fractions under soybean grown on farmer’s fieldin Vertisols | |
| Gröngröft et al. | Plant and soil contamination with trace metals in the Elbe floodplains: A case study after the flood in August 2002 | |
| Shaban et al. | Response of two wheat cultivars to compost application in saline soils | |
| Nicholson et al. | The significance of the retention of atmospherically deposited cadmium on plant surfaces to the cadmium content of herbage | |
| Bekuzarova et al. | Soil degradation and remediation | |
| Ritchey et al. | Renovation of acidic Appalachian soil with FGD gypsum and FBC residue: Soil leachate evaluation |
Legal Events
| Date | Code | Title | Description |
|---|---|---|---|
| BA | A request for search or an international-type search has been filed | ||
| BB | A search report has been drawn up | ||
| BC | A request for examination has been filed | ||
| BV | The patent application has lapsed |