NL9300489A - Inrichting voor het vertonen van verschillende in de lengterichting op een materiaalbaan aangebrachte afbeeldingen. - Google Patents

Inrichting voor het vertonen van verschillende in de lengterichting op een materiaalbaan aangebrachte afbeeldingen. Download PDF

Info

Publication number
NL9300489A
NL9300489A NL9300489A NL9300489A NL9300489A NL 9300489 A NL9300489 A NL 9300489A NL 9300489 A NL9300489 A NL 9300489A NL 9300489 A NL9300489 A NL 9300489A NL 9300489 A NL9300489 A NL 9300489A
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
roller
web
display window
rollers
material web
Prior art date
Application number
NL9300489A
Other languages
English (en)
Original Assignee
Stratton Holdings Inc
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Stratton Holdings Inc filed Critical Stratton Holdings Inc
Priority to NL9300489A priority Critical patent/NL9300489A/nl
Publication of NL9300489A publication Critical patent/NL9300489A/nl

Links

Classifications

    • GPHYSICS
    • G09EDUCATION; CRYPTOGRAPHY; DISPLAY; ADVERTISING; SEALS
    • G09FDISPLAYING; ADVERTISING; SIGNS; LABELS OR NAME-PLATES; SEALS
    • G09F11/00Indicating arrangements for variable information in which the complete information is permanently attached to a movable support which brings it to the display position
    • G09F11/18Indicating arrangements for variable information in which the complete information is permanently attached to a movable support which brings it to the display position the display elements being carried by belts, chains, or the like other than endless
    • GPHYSICS
    • G09EDUCATION; CRYPTOGRAPHY; DISPLAY; ADVERTISING; SEALS
    • G09FDISPLAYING; ADVERTISING; SIGNS; LABELS OR NAME-PLATES; SEALS
    • G09F11/00Indicating arrangements for variable information in which the complete information is permanently attached to a movable support which brings it to the display position
    • G09F11/24Indicating arrangements for variable information in which the complete information is permanently attached to a movable support which brings it to the display position the advertising or display material forming part of a moving band, e.g. in the form of perforations, prints, or transparencies
    • G09F11/29Indicating arrangements for variable information in which the complete information is permanently attached to a movable support which brings it to the display position the advertising or display material forming part of a moving band, e.g. in the form of perforations, prints, or transparencies of a band other than endless

Landscapes

  • Physics & Mathematics (AREA)
  • General Physics & Mathematics (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Theoretical Computer Science (AREA)
  • Displays For Variable Information Using Movable Means (AREA)

Description

INRICHTING VOOR HET VERTONEN VAN VERSCHILLENDE IN DE LENGTERICHTING OP EEN MATERIAALBAAN AANGEBRACHTE AFBEELDINGEN
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het vertonen van verschillende in de lengterichting op een materiaalbaan aangebrachte afbeeldingen, zoals posters, voorzien van een kast met een toonvenster en middelen voor het verplaatsen van de materiaalbaan langs het toonvenster met behulp van een aandrijving.
Een dergelijke inrichting is bekend uit de Europese octrooiaanvrage 0 402 494. Hierbij bestaan de middelen voor het verplaatsen van de materiaalbaan uit twee in de inrichting gemonteerde rollen, waartussen zich een drager voor afzonderlijke posters bevindt. De drager bestaat uit een dubbele doorzichtige folie, waarin insteekzakken voor de posters zijn gevormd.
Deze inrichting heeft het nadeel dat het vervangen van de posters in de inrichting zeer omslachtig is en gemakkelijk tot beschadiging van de posters kan leiden.
De uitvinding beoogt een inrichting van de in de aanhef genoemde soort te verschaffen, waarbij dit bezwaar op doeltreffende wijze is opgeheven.
Hiertoe wordt de inrichting volgens de uitvinding daardoor gekenmerkt, dat de middelen voor het verplaatsen van de materiaalbaan zijn voorzien van met de aandrijving verbonden koppelorganen voor het opnemen van een met de materiaalbaan uitgevoerde verwisselbare rol, en voorts voorzien van een in de inrichting gemonteerde rol die is voorzien van verbindingsmiddelen voor de losneembare verbinding met de materiaalbaan.
Door deze maatregelen is het vervangen van de posters of andere afbeeldingen bij de inrichting teruggebracht tot enkele zeer eenvoudige handelingen, namelijk het losmaken van de oude materiaalbaan en het uitnemen van de verwisselbare rol met de daarop gewikkelde materiaalbaan en het vervolgens inbrengen van de nieuwe rol met materiaalbaan en het verbinden van deze laatste met de andere rol. Op deze manier kunnen in één keer alle afbeeldingen c.q. posters worden vervangen. Het samenstellen van de materiaalbanen en het aanbrengen hiervan op de rol kan op een centrale plaats en bij voorkeur fabrieksmatig gebeuren onder gunstige omstandigheden. Hierdoor kan een onberispelijke beeldkwaliteit worden gewaarborgd, terwijl tevens een hoge efficiency wordt bereikt. Ook de grootste afbeeldingsformaten kunnen zonder problemen worden gehanteerd.
Voor een gemakkelijke verbinding tussen de verwisselbare materiaalbaan en de in de inrichting gemonteerde rol is het gunstig, indien de verbindingsmiddelen van de in de inrichting gemonteerde rol zijn voorzien van een aan deze rol bevestigde aanloopbaan, die is uitgevoerd met ten minste één verbindingsorgaan voor samenwerking met ten minste één passend verbindingsorgaan aan het vrije uiteinde van elke verwisselbare materiaalbaan.
Op deze wijze is een zeer eenvoudige verbinding van een nieuwe materiaalbaan met de al dan niet vaste rol mogelijk, vooral indien de aanloopbaan zich geheel tot de plaats voor de verwisselbare rol kan uitstrekken. Uiteraard worden de verbindingsorganen bij voorkeur zodanig ontworpen dat iedereen hiermee om kan gaan. Bij deze verbindingsorganen wordt bij voorkeur uitgegaan van een gat/draadverbinding, een lus/penverbinding, respectievelijk een ritsverbinding. Het inbrengen en uithalen van de verwisselbare rol vindt plaats op een zo eenvoudig mogelijke en eenduidige wijze. Hierdoor zijn alle in de inrichting aanwezige afbeeldingen snel en in één handeling te verwisselen. Dit bespaart veel arbeidstijd en voorkomt fouten.
Bij voorkeur is voorzien in een bescherming van de materi-aalbaan, zodat deze kan worden beschermd tegen bijvoorbeeld 's nachts in de kast van de inrichting volgens de uitvinding binnendringend vocht (condens) en/of koude. De bescherming van de materiaalbaan kan zijn gevormd door de aanloopbaan, die ter bescherming van de materiaalbaan -welke daartoe geheel op de verwisselbare rol is gewikkeld -hieromheen kan worden gewikkeld. Ook is het mogelijk de bescherming te laten vormen door een bijvoorbeeld gecoat (laatste) deel van de materiaalbaan zelf, dat ter bescherming van de rest van de materiaalbaan - welke daartoe op de in de inrichting gemonteerde rol is gewikkeld - hieromheen kan worden gewikkeld.
Bij voorkeur dient het verbindingsorgaan van de materiaalbaan als afrolbeveiliging tijdens transport van de verwisselbare rol.
Volgens een verder aspect van de uitvinding is de aandrijving voorzien van een enkele motor die via overbrengingsor-ganen met de eerste en tweede rol is verbonden, terwijl de overbrengingsorganen tussen de motor en één van de rollen éénrichtingskoppelingsmiddelen en slipkoppelingsmiddelen omvatten, zodanig dat deze ene rol slippend wordt aangedreven bij het opwikkelen van de materiaalbaan op deze rol, en slippend wordt afgeremd bij het opwikkelen van de materiaalbaan op de andere rol.
Door de maatregelen volgens de uitvinding kan ondanks de toepassing van slechts één motor toch een onberispelijke aandrijving van de twee rollen in beide draairichtingen plaatsvinden. Daarbij wordt het verschil in de vereiste draaisnelheid van de rollen, dat een gevolg is van de veranderende diameter van de materiaalbaanwikkel op de beide rollen tijdens het op- en afwikkelen, vereffend door de slipkoppelingsmiddelen. Deze zorgen er tevens voor dat de materiaalbaan in beide aandrijfrichtingen goed wordt gespannen, zodat bij het toonvenster altijd een strakke afbeelding op de materiaalbaan is te zien. De éénrichtings-koppelingsmiddelen bewerkstelligen dat de slipkoppelings-middelen in de ene draairichting de trekkende rol slippend aandrijven en in de andere draairichting de dan getrokken rol slippend afremmen. Uiteraard dient bij de dimensione-ring van de overbrengingsorganen en de roldiameter te worden gewaarborgd dat de omtreksnelheden van de beide rollen met daarop gewikkelde materiaalbaandelen door de slipkoppelingsmiddelen aan elkaar gelijk kunnen worden gemaakt.
De slipkoppelingsmiddelen kunnen desgewenst instelbaar worden gemaakt teneinde aan een betreffend materiaal van de materiaalbaan te kunnen worden aangepast. Bij een lichte papieren baan kan met een geringe wrijvingskracht in de slipkoppelingsmiddelen worden volstaan om de baan toch strak te houden, terwijl bij een stugger en zwaarder, bijvoorbeeld kunststof materiaal een grotere wrijvingskracht zal moeten worden veroorzaakt. De instelbaarheid van de slipkoppelingsmiddelen heeft daarbij nog als belangrijk voordeel dat met éénzelfde '’koppeling" de materiaalbaan een willekeurig aantal afbeeldingen (posters) kan bevatten. Met andere woorden, de materiaalbaan kan in gewikkelde toestand een willekeurige "dikte" hebben, terwijl de instelbaarheid van de slipkoppelingsmiddelen de materiaalbaan altijd strak en kreukvrij doet zijn.
De slipkoppelingsmiddelen en éénrichtingskoppelingsmiddelen kunnen op verschillende wijzen zijn uitgevoerd en ook op verschillende plaatsen zijn aangebracht. Verder is het mogelijk meerdere slipkoppelingen en éénrichtingskoppelin-gen aan te brengen of ze in gedeelten verdeeld te plaatsen, zodat een voor een bepaalde toepassing meest gunstige werking ontstaat.
Bij voorkeur zijn de beide rollen met de bijbehorende aandrijfmiddelen aan één zijde van het toonvenster in de kast aangebracht, terwijl aan de andere zijde van het toonvenster geleidingsstangen of -rollen voor het geleiden van de materiaalbaan zijn opgehangen.
Dit heeft enerzijds het voordeel dat de overbrengingsorga-nen tussen de motor en de beide rollen kort kunnen zijn, terwijl anderzijds de mogelijkheid wordt geschapen het toonvenster in een richting loodrecht op de rollen in verschillende lengten uit te voeren zonder dat aan het gedeelte van de inrichting met de rollen en aandrijfmiddelen iets moet worden veranderd. Bij voorkeur is de inrichting zodanig uitgevoerd, dat ook in een richting evenwijdig aan de rollen een variatie in de dimensionering eenvoudig mogelijk is.
In een voorkeursuitvoeringsvorm van de inrichting overeenkomstig de uitvinding is voorzien in een blindeerinrichting, met als belangrijk voordeel dat (in de lengterichting op de materiaalbaan aangebrachte) afbeeldingen (posters) in een willekeurige volgorde één voor één kunnen worden getoond. De blindeerinrichting kan zijn gevormd door een deel van de kast ter plaatse van het toonvenster, waarbij dit deel van de kast tweewegspiegelig is uitgevoerd. In dit verband wordt onder tweewegspiegelig de eigenschap verstaan dat het deel van de kast doorschijnend is (waarbij derhalve een afbeelding kan worden getoond), indien een achterliggende lichtbron voldoende licht uitzendt, doch dat het deel van de kast van buitenaf een spiegel lijkt (waarbij kan worden "gezocht” naar een te tonen afbeelding op de materiaalbaan) , indien de lichtbron geen of onvoldoende licht uitzendt. Overigens kan de blindeerinrichting in een andere uitvoeringsvariant een bij voorkeur verwisselbaar blindeer-scherm, alsmede een motor daarvoor bevatten. Bij voorkeur is deze motor aan dezelfde zijde van het toonvenster in de kast opgehangen als de geleidingsstangen of -rollen voor het geleiden van de materiaalbaan. Indien het blindeer-scherm gewikkeld op een rol verwisselbaar is uitgevoerd, wordt bij voorkeur gebruik gemaakt van koppelorganen van de soort zoals toegepast bij de verwisselbare rol waarop de materiaalbaan is gewikkeld.
Bij voorkeur zijn functionele onderdelen van de inrichting volgens de uitvinding als afzonderlijke modules uitgevoerd. In dit verband wordt onder functionele onderdelen verstaan onderdelen die een wezenlijke functie van de inrichting volgens de uitvinding vertegenwoordigen, terwijl onder modules verwisselbare eenheden van deze inrichting wordt begrepen. In een voorkeursuitvoeringsvariant worden de functionele onderdelen ten minste gevormd door één of meer van de volgende onderdelen: de geleidingsstangen of -rollen ter geleiding van de materiaalbaan, verbindingsstangen (ter verbinding van zijplaten van een frame) van de kast, de aandrijving voor de blindeerinrichting, de aandrijving voor zowel de verwisselbare rol als de in de inrichting gemonteerde rol, de koppelorganen, alsmede een computer voor aansturing van het geheel. Uiteraard is het eveneens mogelijk dat één of meer van bijvoorbeeld de bovengenoemde functionele onderdelen gezamenlijk een afzonderlijke module uitmaken, met name een onder- of bovencompartiment van de kast, waarin de desbetreffende functionele onderdelen zijn ondergebracht. In het bijzonder kunnen in het als één module uitgevoerde ondercompartiment met name zijn aangebracht: de aandrijving voor de verwisselbare rol en de in de inrichting gemonteerde (vaste) rol, deze vaste rol met de slipkoppelingsmiddelen en de éénrichtingskoppelingsmid-delen, en de koppelorganen voor de verwisselbare rol. In het als één module uitgevoerde bovencompartiment zijn met name aanwezig: de geleidingsstangen, het bij voorkeur verwisselbare blindeerscherm en de aandrijving daarvoor. De modulariteit van de inrichting volgens de uitvinding zorgt niet alleen voor een zeer efficiënt transport van de inrichting, maar eveneens voor de mogelijkheid om de inrich- ting in verschillende hoogten en breedten te assembleren, zoals aan de hand van de figuurbeschrijving nog nader zal worden toegelicht.
De uitvinding zal hierna worden toegelicht aan de hand van de tekeningen, die twee uitvoeringsvoorbeelden van de inrichting volgens de uitvinding weergeven.
Fig. 1 respectievelijk fig. 8 is een vooraanzicht van een eerste respectievelijk tweede uitvoeringsvoorbeeld van de inrichting voor het vertonen van op een posterbaan aangebrachte posters volgens de uitvinding, waarbij de omhullende kast is verwijderd;
Fig. 2 respectievelijk fig. 9 is een zijaanzicht van de inrichting volgens de fig. 1 en 8;
Fig. 3 respectievelijk fig. 10 is een perspectivisch aanzicht van de inrichting volgens de fig. 1 en 8, waarbij alleen de verschillende rollen van de inrichting met de daaromheen geleide banen zijn geïllustreerd;
Fig. 4 respectievelijk fig. 11a is een op grotere schaal weergegeven doorsnede van de vaste rol van de inrichting volgens de fig. 1-3, respectievelijk de fig. 8-10;
Fig. 11b laat schematisch een op grotere schaal getoonde doorsnede zien van de verwisselbare rol van de inrichting overeenkomstig de fig. 8-10;
Fig. 5 respectievelijk fig. 12 illustreert een verbinding tussen de posterbaan van de verwisselbare rol en de aan-loopbaan van de vaste rol;
Fig. 6 is een langsdoorsnede van de in fig. 5 weergegeven verbindingsorganen in gekoppelde toestand;
Fig. 7 respectievelijk fig. 14 is een op grotere schaal weergegeven en gedeeltelijk weggesneden vooraanzicht van de verwisselbare rol en de koppelorganen daarvoor, overeenkomstig het eerste respectievelijk het tweede uitvoeringsvoor-beeld van de inrichting overeenkomstig de uitvinding;
Fig. 13 toont de modulariteit van het tweede uitvoerings-voorbeeld van de inrichting volgens de uitvinding.
De figuren 1-7 tonen een eerste uitvoeringsvoorbeeld van een inrichting voor het één voor één - met behulp van een blindeerinrichting eventueel in willekeurige volgorde -vertonen van in de lengterichting op een posterbaan 1 aangebrachte posters. Deze posters zullen in veel gevallen bestaan uit reclame- of promotieposters, doch de in dit geval uit een posterbaan bestaande materiaalbaan kan ook andere afbeeldingen of mededelingen bevatten.
De inrichting is voorzien van een omhullende kast 2, die in fig. 1 slechts met een streeplijn is aangeduid en in de overige fig. zelfs is weggelaten. De kast 2 is voor het grootste gedeelte gesloten uitgevoerd en bezit aan één van zijn grote zijden een toonvenster 3 voor het vertonen van telkens één poster van de posterbaan 1. De posterbaan 1 is in dit geval enigszins doorschijnend uitgevoerd en wordt van achteren belicht met behulp van lampen, zoals TL-buizen 4, waarvan het licht via een diffuse plaat 5 op de achterzijde van de posterbaan 1 valt. Hierdoor ontstaat een mooie egale belichting van de posterbaan 1. Het toonvenster 3 kan al dan niet door een doorzichtige plaat zijn afgesloten.
De kast 2 is bevestigd aan een frame, dat in dit geval bestaat uit al dan niet gedeelde zijplaten 6, die door verbindingsstangen 7 zeer stijf met elkaar zijn verbonden, zodat de tussen de zijplaten 6 opgehangen onderdelen goed zijn ondersteund. Bij voorkeur staat het frame echter nagenoeg "vrij" (dat wil zeggen met een borging) in de kast 2.
De posterbaan 1 wordt geleid vanaf een eerste, in dit geval verwisselbare rol 8 naar een bij de inrichting behorende tweede rol 9. De beide rollen 8 en 9 zijn aan één zijde, in dit geval de onderzijde, van het toonvenster 3 in de kast 2 geplaatst, terwijl de posterbaan 1 langs het toonvenster 3 wordt geleid via vier of vijf geleidingsstangen 10, waarvan de bovenste twee - eventueel ook de onderste - draaibaar zijn ondersteund. Eventueel kunnen deze draaibare geleidingsstangen of -rollen 10 verend zijn opgehangen of van elastisch bekledingsmateriaal zijn voorzien teneinde kleine afwijkingen in de loop van de posterbaan 1 te kunnen compenseren. Vooral in fig. 3 is de loop van de posterbaan 1 goed te zien. Opgemerkt wordt dat de kast 2 op verschillende manieren kan worden geplaatst, zoals liggend of staand, en zowel vrijstaand als tegen of achter een wand of plafond kan worden opgesteld.
De aandrijfmiddelen voor de rollen 8 en 9, die worden bediend voor het op- en afrollen van de posterbaan 1, bijvoorbeeld voor het verwisselen van een te vertonen poster, zijn evenals de rollen 8 en 9 aan één zijde van het toon— venster 3 in de kast 2 ondergebracht. Deze opstelling heeft het voordeel, dat de inrichting in verschillende hoogtematen kan worden gefabriceerd zonder dat daarvoor wezenlijke wijzigingen aan de inrichting moeten worden aangebracht.
Het is dan slechts noodzakelijk de zijplaten 6 van het frame langer of korter uit te voeren.
De aandrijfmiddelen van de rollen 8 en 9 omvatten een enkele elektromotor 11, die aan één van de zijplaten 6 is bevestigd. De uitgaande as van de elektromotor 11 verloopt evenwijdig aan de hartlijnen van de beide rollen 8 en 9 en is voorzien van een getand wiel 12, waarmede een tandriem 13 in ingrijping is, welke tandriem 13 tevens verloopt om een getand wiel 14, dat op een as 15 van de eerste rol is gemonteerd. Beide getande wielen 12 en 14 kunnen dezelfde werkzame diameter bezitten. Op dezelfde as 15 van de eerste rol 8 is een verder getand wiel 16 van grotere diameter bevestigd, dat in ingrijping is met een verdere tandriem 17, die tevens om een kleiner tandwiel 18 op een as 19 van de tweede rol 9 is aangebracht. Tussen het getande wiel 16 en de as 15 bevindt zich een éénrichtings- of vrijloopkop-peling 16A die werkzaam is voor het meenemen van het getande wiel 16, wanneer de as 15 in een zodanige richting wordt aangedreven dat de posterbaan 1 van de eerste rol 8 wordt afgerold en bij de tweede rol 9 wordt opgerold. In dat geval werkt derhalve de tweede rol als aandrijvende trekkende rol voor de posterbaan 1. Bij een omkering van de draairichting van de elektromotor 11 wordt de eerste rol 8 aangedreven voor het oprollen van de posterbaan 1 daarop en vindt geen overbrenging van de draaibeweging naar de tweede rol 9 plaats als gevolg van de werking van de vrijloopkop-peling 16A.
Fig. 4 toont met een doorsnede de inwendige constructie van de tweede rol 9, waarin zich een slipkoppeling 20 bevindt, die ervoor moet zorgen dat de noodzakelijke draaisnelheid-verschillen tussen de eerste rol 8 en de tweede rol 9 kunnen worden bereikt en er tevens voor zorgt dat de posterbaan 1 tijdens het op- en afrollen voortdurend wordt strakgetrokken. De draaisnelheidverschillen tussen de eerste en tweede rol zijn nodig om te allen tijde de om-treksnelheid van de beide rollen 8 en 9 aan de omtrek van de daarop gewikkelde posterbaan 1 gelijk te houden. Tijdens het op- en afrollen van de posterbaan op de rollen 8 en 9 varieert de effectieve diameter van de rollen 8 en 9, doordat meer of minder wikkelingen van de posterbaan 1 op de rollen 8 en 9 aanwezig zijn.
In fig. 4 is te zien, dat de tweede rol 9 is gevormd door twee schijfvormige flenzen 21, waartussen zich een mantel 22 uitstrekt. De flenzen 21 zijn met wentellagers 23 op de as 19 gelagerd. In de holle ruimte binnen in de mantel 22 bevindt zich de slipkoppeling 20, die bestaat uit een instelbaar op de as 19 bevestigd drukstuk 24, dat een drukveer 25 ondersteunt, die aan zijn van het drukstuk 24 afgekeerde uiteinde op een axiaal op de as 19 verschuifbaar drukstuk 26 inwerkt. Het drukstuk 26 is verdraaivast met de as 19 verbonden door middel van een vast op de as 19 bevestigd klemstuk 27 dat is voorzien van axiale pennen 28, waarlangs het drukstuk 26 kan schuiven door middel van de axiale holten 29. Het drukstuk 26 is aan zijn van de drukveer 25 afgekeerde zijde voorzien van een frictieplaat 30, die door het drukstuk 26 tegen de binnenzijde van één van de flenzen 21 wordt gedrukt. Op deze wijze kan een koppel van de as 19 via het drukstuk 26 en de frictieplaat 30 op een van de flenzen 21 en derhalve op de tweede rol 9 slippend worden overgebracht. De maximale wrijvingskracht tussen de frictieplaat 26 en de bijbehorende flens 21 van de tweede rol 9 en derhalve het maximaal over te brengen koppel wordt bepaald door de plaats van het drukstuk 24 en derhalve de drukkracht van de drukveer 25 wordt bepaald. In de lagering van de as 19 is verder nog een éénrichtingskop-peling of vrijloop 31 aangebracht, die slechts een draaiing van de as 19 in één richting toestaat, namelijk de richting waarbij de posterbaan 1 op de tweede rol 9 wordt gewikkeld. In de andere draairichting blokkeert de vrijloop 31 de as 19. Een draaiing van de tweede rol 9 is dan nog wel mogelijk. De slipkoppeling 20 werkt in dat geval als wrijvings-rem die de posterbaan 1 gespannen houdt bij het afwikkelen van de posterbaan 1 van de tweede rol 9.
De werking van de hiervoor beschreven aandrijving van de rollen 8 en 9 is als volgt.
Indien gewenst wordt dat de posterbaan 1 vanaf de eerste rol 8 naar de tweede rol 9 wordt bewogen, wordt de elektromotor 11 in de juiste richting aangedreven. De elektromotor 11 drijft dan via de getande wielen 12 en 14 en de tandriem 13 de eerste rol 8 met een bepaalde draaisnelheid aan. Bij deze draairichting van de elektromotor 11 is de vrijloop-koppeling 16A tussen het getande wiel 16 en de as 15 van de eerste rol 8 werkzaam voor het overbrengen van een draaiing van de as 15 op het getande wiel 16. Hierdoor wordt de tweede rol 9 met een grotere draaisnelheid dan de eerste rol 8 aangedreven, doordat de overbrengingsverhouding tussen de elektromotor 11 en de tweede rol 9 kleiner is dan die tussen de elektromotor 11 en de eerste rol 8, dat wil zeggen de as 19 van de tweede rol 9 bezit een grotere draaisnelheid dan de as 15 van de eerste rol 8.
De slipkoppeling 20 in de tweede rol 9 zorgt ervoor dat de draaisnelheid van de as 19 zodanig vertraagd aan de tweede rol 9 wordt overgebracht, dat de omtreksnelheid van de tweede rol 9 met het daarop gewikkelde deel van de poster-baan 1 even groot is als de omtreksnelheid van de eerste rol 8 met het daarop gewikkelde deel van de posterbaan 1.
De slipkoppeling 20 zorgt er tevens voor dat een voortdurende trekspankracht op de posterbaan 1 wordt uitgeoefend die de posterbaan 1 mooi strak houdt. De elektromotor 11 wordt zo lang aangedreven totdat de gewenste poster voor het toonvenster 3 aanwezig is, waarna de elektromotor 11 wordt gestopt. Het op de juiste plaats stoppen van de posterbaan 1 kan bijvoorbeeld worden geregeld met behulp van een sensor in de inrichting, die kan samenwerken met op de posterbaan 1 aangebrachte merktekens.
Bij een aandrijving van de elektromotor 11 in de omgekeerde richting, waarbij derhalve de posterbaan 1 van de tweede rol 9 naar de eerste rol 8 beweegt, drijft de elektromotor 11 alleen de eerste rol 8 aan en niet de tweede rol 9, omdat de vrijloopkoppeling 16A tussen het getande wiel 16 en de as 15 van de eerste rol 8 in die draairichting geen draaiing van de as 15 op het getande wiel 16 kan overbrengen. Door de draaiing van de eerste rol 8 wordt de posterbaan 1 op de eerste rol 8 gewikkeld en van de tweede rol 9 afgewikkeld. Bij de afwikkeldraaiing van de tweede rol 9 kan de as 19 deze draaiing niet volgen, omdat deze wordt geblokkeerd door de blokkering van de vrijloop 31. Derhalve staat ook de frictieplaat 30 stil en moet de flens 21 van de tweede rol 9 tegen de wrijvingskracht van de frictieplaat 30 worden verdraaid, waardoor de slipkoppeling 20 als een wrijvingsrem werkt en bijgevolg ook bij deze beweging van de posterbaan 1 een voortdurende spankracht op de posterbaan 1 wordt uitgeoefend die de posterbaan 1 goed strakgespannen houdt.
De fig. 1-3 tonen nog een verder kenmerk van de onderhavige inrichting, namelijk de aanwezigheid van de blindeerinrich-ting, die een blindeerscherm 32 omvat, dat aan beide lang-zijden is bevestigd aan een geleidingsband 33, die getand kan zijn uitgevoerd en is geleid om vier geleidingswielen 34, waarvan één door een elektromotor 35 aandrijfbaar is. Hiermede kan het blindeerscherm 32 worden verplaatst tussen een eerste stand waarin het blindeerscherm 32 het toonven-ster 3 vrijgeeft en een tweede stand waarin het blindeerscherm 32 het toonvenster 3 blindeert, zoals te zien is in fig. 2. In fig. 3 is het blindeerscherm 32 in een tussenstand weergegeven. Het blindeerscherm 32 kan worden gebruikt voor het blinderen van het toonvenster 3 indien het niet gewenst wordt dat te zien is dat de posterbaan 1 wordt door- of teruggedraaid.
De fig. 5-7 tonen een verder aspect van de uitvinding, namelijk het verwisselbaar zijn van de eerste rol 8. Hierdoor is het mogelijk een posterbaan 1 buiten de inrichting voor het vertonen daarvan op de rol 8 aan te brengen en vervolgens pas in de inrichting aan te brengen. Voor het daarbij verbinden van de posterbaan 1 met de tweede rol 9, is de tweede rol 9 uitgevoerd met een aanloopbaan 36 die voortdurend in de inrichting verblijft en waarbij het vrije uiteinde bij het verwisselen van de posterbaan 1 zich nabij de eerste rol 8 bevindt. De met elkaar te verbinden vrije uiteinden van de posterbaan 1 en de aanloopbaan 36 zijn voorzien van passende verbindingsorganen, die in dit geval bestaan uit een nabij het vrije uiteinde van de aanloopbaan 36 aangebracht gat 37 waardoorheen een aan het vrije uiteinde van de posterbaan 1 bevestigd banddeel 38 past. Na het door het gat 37 halen van het banddeel 38 kan dit worden ongeslagen en weer aan de posterbaan 1 worden vastgemaakt, zodat een lus ontstaat (zie fig. 6). Dit vastmaken van het omgeslagen gedeelte van het banddeel 38 aan de posterbaan 1 kan op verschillende manieren, bijvoorbeeld met behulp van een aangebrachte lijmlaag, waarvan de verbinding ook weer gemakkelijk kan worden verbroken. Ook een mechanische verbinding door het insteken van het omgeslagen uiteinde van het banddeel 38 in een gleuf in de posterbaan 1 behoort tot de mogelijkheden. Tijdens het transport van de eerste rol 8 kan het banddeel 38 ook nog dienst doen als afrolbeveiliging, wanneer dit met de binnenzijde op de buitenzijde van de rol is bevestigd, bijvoorbeeld met behulp van gemakkelijk loslatende lijm. Tijdens het verwisselen van de eerst rol 8 met de daarop aangebrachte posterbaan 1 kan het vrije uiteinde van de aanloopbaan 36 op een of andere wijze worden vastgeklemd, zodat de posterbaan 1 met behulp van de verbindingsorganen gemakkelijk kan worden los- en vastgemaakt.
De kast 2 bezit bij voorkeur ter plaatse van de ophanging van de eerste rol 8 een aan de voorzijde te openen klep, zodat de eerste rol 8 met de posterbaan 1 gemakkelijk kan worden verwisseld. De rest van de kast is gesloten en ontoegankelijk voor onbevoegden, hetgeen de veiligheid verhoogt en storingen door misbruik tegengaat.
Fig. 7 toont de eerste rol 8 en de koppelorganen voor het aan de as 15 koppelen van de eerst rol 8. Deze koppelorganen omvatten twee schijven 39 en 40, waartussen de holle rol 8 kan worden geklemd, waarbij de schijf 39 door een drukveer 44 wordt belast. De eerste rol 8 kan maar op één manier tussen de schijven 39 en 40 worden aangebracht, doordat de schijf 40 en één uiteinde van de rol 8 zijn uitgevoerd met pasorganen 41 en 42. Op deze wijze kan door iedereen op gemakkelijke wijze de rol 8 met de posterbaan 1 worden verwisseld. Verder kan de rol 8 door de eenvoud van het pasorgaan 42 uit een goedkoop materiaal zijn vervaardigd, bijvoorbeeld karton.
Fig. 8-14 geven een tweede uitvoeringsvoorbeeld van een inrichting volgens de uitvinding weer, waarbij delen die met die van de fig. 1-7 corresponderen met dezelfde verwij-zingscijfers zijn uitgevoerd. Bij dit tweede uitvoeringsvoorbeeld is uitgegaan van een modulaire opbouw van de inrichting, dat wil zeggen dat functionele onderdelen daarvan als afzonderlijke modules zijn uitgevoerd. De modulaire opbouw zorgt niet alleen voor een zeer efficiënt transport van de afzonderlijke modules naar een plaats waar de inrichting overeenkomstig de uitvinding dient te worden opgezet, doch zorgt tevens voor de mogelijkheid om inrichtingen met verschillende hoogten en breedten te vervaardigen, daarbij toch uitgaande van modules met standaard afmetingen. De breedte van de (kartonnen) verwisselbare rol 9, de vaste rol 8, alsmede een rol waarop het blindeer-scherm 32 is gewikkeld, kan worden gevarieerd door deze rollen op maat te snijden. De inrichting volgens de uitvinding is bij voorkeur opgebouwd uit een boven- en ondercom-partiment van de kast 2, welke compartimenten worden verbonden met behulp van, de hoogte bepalende verbindings-stangen 7. In het bovengenoemde ondercompartiment kunnen bijvoorbeeld de aandrijving 11-27 voor het verplaatsen van de posterbaan 1, de in de inrichting gemonteerde rol 9, alsmede de koppelorganen 15, 39, 40 voor de verwisselbare rol 8 zijn opgenomen. Het eerder genoemde bovencompartiment bevat de geleidingsrollen 10 voor de posterbaan 1, de aandrijving 35 voor de blindeerinrichting, alsmede het verwisselbare blindeerscherm 32. Door de modulaire opbouw van de inrichting overeenkomstig de uitvinding is het mogelijk het ondercompartiment zodanig te monteren, dat ter plaatse van de ophanging van de eerste rol 8 is voorzien in een aan de achterzijde te openen klep, zodat de eerste rol 8 met de posterbaan 1 gemakkelijk vanaf de achterzijde kan worden verwisseld, zodat een zogenaamd "backload"-systeem wordt verschaft.
Zoals hieronder nog nader zal worden uiteengezet, kan de eerste rol 8 op één enkele manier in de inrichting worden ingevoerd en vervolgens worden geborgd, zodat losschieten van de verwisselbare rol 8 wordt vermeden. Deze borging heeft daarbij nog een veiligheidsfunctie: het stelt ook de hoofdschakelaar van de elektrische voeding voor de inrichting al dan niet in werking. Zoals reeds naar aanleiding van fig. 7 uiteen is gezet, kan de verwisselbare rol 8 van figuur 14 slechts op één manier tussen de schijven 39 en 40 worden aangebracht, doordat de schijf 40 en één uiteinde van de rol 8 zijn uitgevoerd met pasorganen 41 en 42. De hierboven genoemde borging vindt plaats door na aanbrenging van de verwisselbare rol 8, een rondom een scharnier 45 roteerbaar borgorgaan 46 op de as 15 klemmend aan te brengen. De drukveer 44 zorgt voor een veerbelasting van de schijf 39. Figuur 11b verduidelijkt een en ander, waarbij met stippellijnen schematisch een dwarsdoorsnede van de borging is getekend.
De constructie van de slipkoppelingsmiddelen zoals getoond in fig. 11a verdient op zichzelf de voorkeur boven die van fig. 4, op grond van eenvoud, gemakkelijke instelbaarheid, compactheid, duurzaamheid en kwaliteit.
De inrichting volgens de uitvinding is voorzien van een aansturingscomputer 43 voor het geheel, met name voor de blindeerinrichting die het mogelijk maakt om verschillende beelden in willekeurige volgorde langs het toonvenster 3 te verplaatsen. De blindeerinrichting wordt aangedreven door een, boven het toonvenster 3 geplaatste motor 35, waarbij de constructie zodanig is gekozen dat het blindeerscherm 32 gemakkelijk kan worden verwisseld.
Uit het voorgaande zal duidelijk zijn dat de uitvinding een inrichting voor het vertonen van posters verschaft, die met een eenvoudige constructie een betrouwbare werking vertoont, zeer flexibel is, door iedereen kan worden bediend en altijd een mooi strak beeld verschaft. Met behulp van elektronica is het wisselen van de posters op de posterbaan 1 te besturen. Deze besturing kan per inrichting worden ingesteld, doch het is ook mogelijk een aantal inrichtingen te koppelen en deze vanuit een centrale plaats te besturen. Dit is bijvoorbeeld mogelijk indien een aantal inrichtingen zijn opgesteld in een supermarkt, winkelcentrum, postkantoor, warenhuis, VW, kortom elk bedrijf, centrum, instelling etcetera waar informatie aan burgers dient te worden verstrekt. Bij een nog verdere uitbreiding kan een zeer groot aantal inrichtingen via een lokaal of interlokaal netwerk zijn verbonden. Zo kan bijvoorbeeld een winkelketen vanuit een hoofdkantoor het wisselen van de posters in alle supermarkten centraal besturen zonder verdere menselijke tussenkomst bij de afzonderlijke inrichtingen. De posters op één posterbaan kunnen gedurende een bepaalde tijdsperiode worden vertoond, waarna een nieuwe posterbaan kan worden ingebracht voor het vertonen van een volgende reeks van posters. Uiteraard is het niet noodzakelijk de posters te vertonen in de volgorde zoals zij in de posterbaan zijn geplaatst, doch kan in elke willekeurige volgorde worden gewisseld. Indien een aantal posters moeten worden overgeslagen, is het mogelijk het toonvenster met behulp van de blindeerinrichting af te sluiten en pas weer vrij te geven indien de volgende poster bij het toonvenster aanwezig is.
De uitvinding is niet beperkt tot het in het voorgaande beschreven en in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvoor-beeld, dat op verschillende manieren binnen het kader van de uitvinding kan worden gevarieerd. Zo kan de verwisselbare posterbaan ook in een cassette of dergelijke bescherming zijn ondergebracht, teneinde het transporteren zonder beschadiging van de materiaalbaan verder te verbeteren en het inbrengen en uithalen van de materiaalbaan ten opzichte van de inrichting verder te vergemakkelijken.

Claims (20)

1. Inrichting voor het vertonen van verschillende in de lengterichting op een materiaalbaan (1) aangebrachte afbeeldingen, zoals posters, voorzien van een kast (2) met een toonvenster (3) en middelen voor het verplaatsen van de materiaalbaan (1) langs het toonvenster met behulp van een aandrijving (11-27), met het kenmerk, dat de middelen voor het verplaatsen van de materiaal-baan (1) zijn voorzien van met de aandrijving (11-27) verbonden koppelorganen (15, 39, 40) voor het opnemen van een met de materiaalbaan (1) uitgevoerde verwisselbare rol (8), en voorts voorzien van een in de inrichting gemonteerde rol (9) die is voorzien van verbindingsmiddelen (36, 37) voor de losneembare verbinding met de materiaalbaan (1).
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de verbindingsmiddelen van de in de inrichting gemonteerde rol (9) zijn voorzien van een aan deze rol (9) bevestigde aanloopbaan (36), die is uitgevoerd met ten minste één verbindingsorgaan (37) voor samenwerking met ten minste één passend verbindingsorgaan (38) aan het vrije uiteinde van elke verwisselbare materiaalbaan.
3. Inrichting volgens conclusie 2, waarbij bij de ver-bindingsorganen (37, 38) is uitgegaan van een gat/-draadverbinding, een lus/penverbinding, respectievelijk een ritsverbinding.
4. Inrichting volgens conclusie 1, 2 of 3, waarbij is voorzien in een bescherming van de materiaalbaan (1).
5. Inrichting volgens conclusie 4, waarbij de bescherming althans in hoofdzaak is gevormd door de aanloopbaan (36), die ter bescherming van de materiaalbaan (1), welke daartoe op de verwisselbare rol (8) is gewikkeld, althans gedeeltelijk hieromheen kan worden gewikkeld.
6. Inrichting volgens conclusie 4, waarbij de bescherming althans in hoofdzaak is gevormd door een deel van de materiaalbaan (1), dat ter bescherming van de rest van de materiaalbaan (1), welke daartoe op de in de inrichting gemonteerde rol (9) is gewikkeld, althans gedeeltelijk hieromheen kan worden gewikkeld.
7. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies 2-6, waarbij het verbindingsorgaan (38) van de op de verwisselbare rol (8) aangebrachte materiaalbaan (1) tevens als afrolbeveiliging tijdens transport van de rol (8) kan dienen.
8. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 1-7, waarbij de verwisselbare rol (8) en de in de inrichting aangebrachte koppelorganen (39, 40) zijn voorzien van asymmetrische pasorganen (41, 42).
9. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 1-8, waarbij is voorzien in een blindeerinrichting.
10. Inrichting volgens conclusie 9, waarbij de blindeerin-richting een bij voorkeur verwisselbaar blindeerscherm (32), alsmede een motor (35) voor het blindeerscherm (32) bevat.
11. Inrichting volgens conclusie 9, waarbij de blindeerin-richting althans in hoofdzaak is gevormd door althans een deel van de kast (2) althans gedeeltelijk ter plaatse van het toonvenster (3), welke blindeerinrichting tweewegspiegelig is uitgevoerd.
12. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 1-11, waarbij de aandrijving (11-27) is voorzien van een enkele motor (11) die via overbrengingsorganen (12-27) met de koppelorganen (15, 40) van de eerste rol (8) en met de tweede rol (9) is verbonden, terwijl de overbrengingsorganen tussen de motor en één (9) van de rollen éénrichtingskoppelingsmiddelen (16A, 27) en slipkoppelingsmiddelen (29) omvatten, zodanig dat deze ene rol (9) slippend wordt aangedreven bij het ontwikkelen van de materiaalbaan (1) op deze rol, en slippend wordt afgeremd bij het opwikkelen van de materi-aalbaan (1) op de andere rol (8).
13. Inrichting volgens conclusie 12, waarbij de overbrengingsorganen tussen de motor (11) en de eerste rol (8) uit een vaste mechanische overbrenging (12-14) bestaan, terwijl de overbrengingsorganen (16-18) van de slippend aangedreven tweede rol (9) een kleinere over-brengingsverhouding dan de eerstgenoemde bezitten.
14. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies 1-13, waarbij de rollen (8, 9) met de bijbehorende aandrijf-middelen (11-27) aan één zijde van het toonvenster (3) in de kast (2) zijn aangebracht, terwijl aan de andere zijde van het toonvenster geleidingsstangen (10) voor het geleiden van de materiaalbaan (1) zijn opgehangen.
15. Inrichting volgens conclusie 14, onder verwijzing naar conclusie 10, waarbij de motor (35) voor het blindeer-scherm (32) eveneens aan de andere zijde van het toonvenster is aangebracht.
16. Inrichting voor het vertonen van verschillende in de lengterichting op een materiaalbaan (1) aangebrachte afbeeldingen, voorzien van een kast (2) met een toonvenster (3), eerste en tweede evenwijdige rollen (8, 9. voor het op- en afrollen van de materiaalbaan (1) en het bewegen daarvan langs het toonvenster (3) voor het wisselen van de te vertonen afbeelding, en aandrijf middelen (11-27) zijn voorzien van een enkele motor (11) die via overbrengingsorganen (12-27) met de eerste en tweede rol (8, 9) is verbonden, terwijl de overbrengingsorganen tussen de motor en een (9) van de rollen éénrichtingskoppelingsmiddelen (16A, 27) en slipkoppelingsmiddelen (20) omvatten, zodanig dat deze ene rol (9) slippend wordt aangedreven bij het opwikkelen van de materiaalbaan (1) op deze rol (8).
17. Inrichting voor het vertonen van verschillende in de lengterichting op een materiaalbaan (1) aangebrachte afbeeldingen, voorzien van een kast (2) met een toonvenster (3), eerste en tweede evenwijdige rollen (8, 9. voor het op- en afrollen van de materiaalbaan (1) langs het toonvenster (3), en aandrijfmiddelen (11-27) voor het aandrijven van de eerste en/of tweede rol (8,9) in de ene danwel in de andere richting, met kenmerk dat de rollen (8, 9) met de bijbehorende aandrijfmiddelen (11-27) aan één zijde van het toonvenster (3) in de kast (2) zijn aangebracht, terwijl aan de andere zijde van het toonvenster geleidingsstangen of - rollen (l) voor het geleiden van de materiaalbaan (1) zijn opgehangen.
18. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 1-17, waarbij functionele onderdelen daarvan als afzonderlijke modules zijn uitgevoerd.
19. Inrichting volgens conclusie 18, waarbij de functionele onderdelen ten minste worden gevormd door één of meer van de volgende onderdelen daarvan: de geleidingsstangen of -rollen (10), de verbindingsstangen (7), de aandrijving (35) voor het blindeerscherm (32), de aandrijving (11) voor zowel de verwisselbare rol (8) als de in de inrichting gemonteerde rol (9) , de koppelorganen (15,19,40), alsmede een computer ter aansturing van de inrichting.
20. Verwisselbare rol (8) met daarop bevestigbare materi-aalbaan (1) voor toepassing in de inrichting volgens één der voorgaande conclusies 1-19.
NL9300489A 1993-03-19 1993-03-19 Inrichting voor het vertonen van verschillende in de lengterichting op een materiaalbaan aangebrachte afbeeldingen. NL9300489A (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9300489A NL9300489A (nl) 1993-03-19 1993-03-19 Inrichting voor het vertonen van verschillende in de lengterichting op een materiaalbaan aangebrachte afbeeldingen.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL9300489A NL9300489A (nl) 1993-03-19 1993-03-19 Inrichting voor het vertonen van verschillende in de lengterichting op een materiaalbaan aangebrachte afbeeldingen.
NL9300489 1993-03-19

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL9300489A true NL9300489A (nl) 1994-10-17

Family

ID=19862188

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL9300489A NL9300489A (nl) 1993-03-19 1993-03-19 Inrichting voor het vertonen van verschillende in de lengterichting op een materiaalbaan aangebrachte afbeeldingen.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL9300489A (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1996034378A1 (fr) * 1995-04-24 1996-10-31 European Technology 92 Dispositif d'affichage

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3631618A (en) * 1969-10-09 1972-01-04 Ishi Habuka Device for displaying changeable inscriptions on interchangeable roll screens
FR2152011A5 (nl) * 1971-09-01 1973-04-20 Treu Gian
FR2307325A1 (fr) * 1975-04-11 1976-11-05 Carpano & Pons Dispositif a deroulement
EP0077173A1 (en) * 1981-10-07 1983-04-20 Gec Glaudgen Limited Multiple sign

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3631618A (en) * 1969-10-09 1972-01-04 Ishi Habuka Device for displaying changeable inscriptions on interchangeable roll screens
FR2152011A5 (nl) * 1971-09-01 1973-04-20 Treu Gian
FR2307325A1 (fr) * 1975-04-11 1976-11-05 Carpano & Pons Dispositif a deroulement
EP0077173A1 (en) * 1981-10-07 1983-04-20 Gec Glaudgen Limited Multiple sign

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO1996034378A1 (fr) * 1995-04-24 1996-10-31 European Technology 92 Dispositif d'affichage

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US6470950B2 (en) Rolled screen drawer
US5174055A (en) Scrolling sign
US5809677A (en) Signs and displays having easily interchangeable information panels
US7155848B2 (en) Apparatus for a scrolling sign
US20040025389A1 (en) Continuous advertising medium and medium display device
US5412892A (en) Scrolling display sign for vehicles
US20030089009A1 (en) Display sign
KR100309821B1 (ko) 포스터 세트를 개별적 및 선택적으로 디스 플레이하기 위한 장치
US6691441B1 (en) Device for individually and selectively displaying a set of posters
NL9300489A (nl) Inrichting voor het vertonen van verschillende in de lengterichting op een materiaalbaan aangebrachte afbeeldingen.
US5016371A (en) Scrolling sign apparatus
KR200238876Y1 (ko) 수평슬라이드식광고장치
US5072534A (en) Display sign having coacting display rollers and drive belt attachment
KR200230356Y1 (ko) 광고용 스크린 회전장치
KR100221226B1 (ko) 화상교체형 간판장치
GB2326965A (en) Vehicle-mounted displays
WO2002067228A1 (en) Continuous advertising medium and medium display device
CN2356391Y (zh) 双面多幅滚动展示广告灯箱
RU13112U1 (ru) Устройство для демонстрации рекламной информации
EP0528082A1 (en) Scrolling mechanism for signs
JP3084795U (ja) 立体広告表示装置
CA2318324C (fr) Dispositif d'affichage sequentiel permettant la fixation individuelle de plusieurs affiches sur un film support
WO2004111983A2 (en) Track assembly and method for scrolling billboard
EP1093106A2 (en) An advertising display unit
RU27728U1 (ru) Демонстрационное устройство

Legal Events

Date Code Title Description
A1B A search report has been drawn up
BV The patent application has lapsed