NL9201636A - SAVER BOX. - Google Patents
SAVER BOX. Download PDFInfo
- Publication number
- NL9201636A NL9201636A NL9201636A NL9201636A NL9201636A NL 9201636 A NL9201636 A NL 9201636A NL 9201636 A NL9201636 A NL 9201636A NL 9201636 A NL9201636 A NL 9201636A NL 9201636 A NL9201636 A NL 9201636A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- compartment
- box body
- space
- plate
- coin
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A45—HAND OR TRAVELLING ARTICLES
- A45C—PURSES; LUGGAGE; HAND CARRIED BAGS
- A45C1/00—Purses; Money-bags; Wallets
- A45C1/12—Savings boxes
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A45—HAND OR TRAVELLING ARTICLES
- A45C—PURSES; LUGGAGE; HAND CARRIED BAGS
- A45C13/00—Details; Accessories
- A45C13/08—Decorative devices for handbags or purses
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A63—SPORTS; GAMES; AMUSEMENTS
- A63H—TOYS, e.g. TOPS, DOLLS, HOOPS OR BUILDING BLOCKS
- A63H33/00—Other toys
- A63H33/22—Optical, colour, or shadow toys
Landscapes
- Purses, Travelling Bags, Baskets, Or Suitcases (AREA)
- Computer And Data Communications (AREA)
Description
Korte aanduiding : Spaardoos.Short designation: Savings box.
De huidige uitvinding heeft betrekking op een spaardoos met een aantrekkelijk uiterlijk, waarin een reflecterend oppervlak of spiegel wordt gebruikt zodat een in het muntcompartiment geworpen munt eruit ziet alsof hij in afmeting is verminderd en ook opdat in het compartiment opgenomen munten eruit zien of zij een groter aantal bedragen dat de capaciteit van het compartiment.The present invention relates to an attractive appearance savings box in which a reflective surface or mirror is used so that a coin thrown into the coin compartment looks like it has been reduced in size and also to make coins contained in the compartment look like a larger one number of amounts representing the capacity of the compartment.
Magische inrichtingen van deze soort, waarbij gebruik gemaakt wordt van een spiegel, zijn algemeen bekend. Een typisch voorbeeld van een dergelijke inrichting is een toverkast, bijvoorbeeld geopenbaard in "Hoffmann's Modern Magie" door Professor Hoffmann (Angelo John Lewis) bladzijden 476 tot 477. Zoals in figuur 1 weergegeven is een met A aangeduide holle kast bij de voorzijde daarvan uitgerust met vouwdeuren B, welke vrij kunnen worden gesloten en geopend. In de kast A is ook een in het hart daarvan staande kolom C aangebracht. Beweegbare flappen D zijn scharnierend bij een zijde daarvan aangebracht bij iedere achterste hoek van de kast A. De vrije zijden van deze flappen D zijn langs een cirkel beweegbaar tussen de kolom C en de rechter resp. linker zijde binnen de kast A. Ieder van de flappen D heeft een reflecterend oppervlak E, dat op de gehele voorzijde daarvan is aangebracht.Magic devices of this kind using a mirror are well known. A typical example of such a device is a magic case, for example, disclosed in "Hoffmann's Modern Magic" by Professor Hoffmann (Angelo John Lewis) pages 476 to 477. As shown in Figure 1, a hollow case marked A at the front thereof is equipped with folding doors B, which can be closed and opened freely. Column A standing in the center thereof is also arranged in box A. Movable flaps D are hinged at one side thereof at each rear corner of the box A. The free sides of these flaps D are movable along a circle between the column C and the right hand side, respectively. left side inside the box A. Each of the flaps D has a reflecting surface E, which is applied to the entire front thereof.
Deze magische inrichting kan bijvoorbeeld als volgt worden gebruikt:For example, this magical device can be used as follows:
De exposant plaatst een skelet achter de flap D en sluit de flap D vantevoren. Hij opent de deuren B van de kast A en laat zijn assistent in de kast A wandelen. Dan sluit hij de deuren B van de kast A. De assistent in de kast A opent de flap D, plaatst het skelet, dat achter de flap D was geplaatst, voor de flap D, sluit de flap D en verbergt zich achter de flap D. Daarna opent de exposant de deuren B van het cabinet A. De toeschouwers zullen verrast zijn door het feit, dat zij het skelet zien op de plaats van de assistent.The exhibitor places a skeleton behind flap D and closes flap D in advance. He opens doors B of cabinet A and lets his assistant walk into cabinet A. Then he closes the doors B of the cabinet A. The assistant in the cabinet A opens the flap D, places the skeleton, which was placed behind the flap D, in front of the flap D, closes the flap D and hides behind the flap D Then the exhibitor opens the doors B of the cabinet A. The spectators will be surprised by the fact that they see the skeleton at the place of the assistant.
Aangezien de binnenwanden van de kast A op de reflecterende oppervlakken E van de voorzijde van de flappen D worden gezien in deze magische inrichting zal het publiek de illusie worden gegeven, dat de kast A leeg is zonder de flappen D.Since the inner walls of the cabinet A are seen on the reflective surfaces E of the front of the flaps D in this magical arrangement, the audience will be given the illusion that the cabinet A is empty without the flaps D.
Aangezien deze magische inrichting echter van een groot volume is kan hij niet worden toegepast als een spaardoos voor persoonlijk gebruik thuis.However, since this magical device is of a large volume, it cannot be used as a savings box for personal use at home.
De huidige uitvinding heeft tot oogmerk een spaardoos te verschaffen voor persoonlijk gebruik thuis en welke tevens aangenaam om te zien is.The present invention aims to provide a savings box for personal use at home and which is also pleasant to see.
Het bovenstaande oogmerk kan worden bewerkstelligd door een spaardoos te verschaffen waarin in een dooslichaam, dat bestaat uit een ondoorschijnende omsluiting, een scheidingswand is aangebracht, welke ligt in twee vlakken, die een willekeurige hoek tussen hun bepalen ten einde de inwendige ruimte van het dooslichaam te verdelen in een eerste ruimte welke de grotere van de tussen de twee vlakken begrensde hoek omvat en een tweede de kleinere hoek omvattende ruimte, terwijl een snede is gevormd in de scheidingswand voor het verkrijgen van een verbinding tussen de eerste en tweede ruimtes in het doos lichaam en een licht transparant venster is aangebracht, dat een deel vormt van de eerste ruimte van het dooslichaam en dat is opgesteld tussen de snijlijnen tussen twee vlakken, die zich uitstrekken van de buiglijn van de scheidingswand loodrecht op de twee vlakken; en een licht reflecterend gebied is aangebracht boven de twee vlakken van de scheidingswand bij de zijden van de eerste ruimte, een muntsleuf is gevormd in het dooslichaam om in verbinding te staan met de tweede ruimte, een voor licht ondoorlaatbaar camouflage-orgaan zo is bevestigd aan de scheidingswand als de buiglijn te bedekken bij de zijde van het licht reflecterend gebied, een licht ondoorschijnend compartiment zo aansluitend op het camouflage-orgaan is aangebracht als de snede te bedekken; een opening is gevormd in het compartiment om de binnenzijde van het compartiment en de tweede ruimte door de snede te tonen; en een optisch orgaan is aangebracht bij de opening van het compartiment voor het verschaffen van een in schaal verminderd aanzicht van de binnenzijde van het compartiment en de tweede ruimte.The above object can be accomplished by providing a savings box in which a box body, which consists of an opaque enclosure, is provided with a partition wall which lies in two planes which define an arbitrary angle between them in order to define the interior space of the box body divide into a first space which includes the larger of the angle bounded between the two planes and a second space comprising the smaller angle, while a cut is formed in the dividing wall to obtain a connection between the first and second spaces in the box body and a slightly transparent window is provided which forms part of the first space of the box body and is arranged between the intersection lines between two planes extending from the bending line of the partition wall perpendicular to the two planes; and a light reflecting area is arranged above the two faces of the partition at the sides of the first space, a coin slot is formed in the box body to communicate with the second space, a light impermeable camouflage member is so attached to cover the dividing wall as the bend line at the side of the light reflecting area, a slightly opaque compartment is arranged adjacent to the camouflage member as covering the cut; an opening is formed in the compartment to show the interior of the compartment and the second space through the cut; and an optical member is disposed at the opening of the compartment to provide a scaled-down view of the interior of the compartment and the second space.
De spaardoos in overeenstemming met de huidige uitvinding is zo uitgevoerd, dat indien het muntcompartiment door het venster wordt gezien de daar ontvangen munt kleiner lijkt tengevolge van het aangebrachte optische orgaan. De in het compartiment door de muntspleet in het dooslichaam geplaatste munt ziet er dan ook uit als of hij in afmeting is verkleind bij het bewegen door het camouflage-orgaan voor te zijn ontvangen in het compartiment.The savings box in accordance with the present invention is designed so that when the coin compartment is viewed through the window, the coin received there appears smaller due to the mounted optical member. The coin placed in the compartment through the coin slit in the box body therefore looks like it has been reduced in size when moved by being received in the compartment by the camouflage member.
In de spaardoos volgens de huidige uitvinding is de inwendige ruimte van het dooslichaam verdeeld in twee hulp-ruimtes, waarvan de een tegenover het venster (zal hierna worden aangeduid als ,,muntopneemruimte,,} door de scheidingswand is verborgen. In de andere hulpruimte (zal hierna worden aangeduid als "magische ruimte") worden de binnenwanden daarvan, camoufleerorgaan, en de buitenoppervlakken van het muntcompartiment gezien als gereflecteerd op het licht reflecterende gebied (zal hierna worden aangeduid als "spiegel"), zodat de binnenwanden van de magische ruimte worden gezien op de spiegel als of zij de binnenwand van de muntopneem-ruimte achter de scheidingswand zouden zijn en de buitenoppervlakken van het camoufleerorgaan en het muntcompartiment worden daar ook gezien als of zij de complete lichamen vormden van het orgaan resp. compartiment welke anders zou zijn. Indien namelijk een blik wordt genomen van de binnenzijde van het dooslichaam door het venster kan een illusie worden gegeven, dat er een muntgoot (camoufleerorgaan) en een muntopslagdoos (muntcompartiment) bestaat in een holle doos, welke daarin geen scheidingswand heeft.In the savings box according to the present invention, the interior space of the box body is divided into two auxiliary spaces, one of which is opposite the window (hereinafter referred to as "coin receiving space"}) is hidden by the dividing wall. hereinafter referred to as "magic space"), the inner walls thereof, camouflage, and the outer surfaces of the coin compartment are viewed as reflected on the light reflecting area (hereinafter referred to as "mirror") so that the inner walls of the magic space become seen on the mirror as if they would be the inner wall of the coin receiving space behind the dividing wall and the outer surfaces of the concealer and the coin compartment are also seen there as if they formed the complete bodies of the member or compartment which would be different. Namely, if a view is taken of the inside of the box body through the window, it can become an illusion given that there is a coin chute (concealer) and a coin storage box (coin compartment) in a hollow box, which has no dividing wall therein.
De in de muntopneemruimte en muntcompartiment werkelijk geplaatste munten zullen er uit zien als of zij slechts in het muntcompartiment waren opgenomen. Vandaar zien de munten in het compartiment eruit als of zij daar waren opgeslagen als verminderd in afmeting, en een groter aantal bedragend dan de capaciteit van het muntcompartiment.The coins actually placed in the coin-receiving space and coin compartment will look as if they were only contained in the coin compartment. Hence the coins in the compartment look as if they were stored there as reduced in size, and greater in number than the capacity of the coin compartment.
De spaardoos volgens de uitvinding is dus aangenomen om te zien.The savings box according to the invention has thus been adopted to be seen.
De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van bijgaande figuren.The invention will be explained in more detail below with reference to the accompanying figures.
Figuur 1 is een dwarsdoorsnede-aanzicht van de bekende magische inrichting;Figure 1 is a cross-sectional view of the known magical device;
Figuren 2 tot 16 tonen tesamen een uitvoeringsvoorbeeld van de spaardoos volgens de uitvinding, waarbijFigures 2 to 16 together show an exemplary embodiment of the savings box according to the invention, wherein
Figuur 2 een geexplodeerd perspectivisch aanzicht is van het dooslichaam en venster (transparante plaat);Figure 2 is an exploded perspective view of the box body and window (transparent plate);
Figuur 3 is ook een geexplodeerd perspectivisch aanzicht van de scheidingswand, camoufleerorgaan, muntcompartiment, enz. aangebracht binnen het dooslichaam;Figure 3 is also an exploded perspective view of the divider, concealer, coin compartment, etc. disposed within the box body;
Figuur 4 is een geexplodeerd perspectivisch aanzicht van de spiegel en met patroon bedrukte platen;Figure 4 is an exploded perspective view of the mirror and patterned plates;
Figuur 5 is een perspectivisch aanzicht van de spaardoos in gebruik, waarbij het werpen van een munt in de doos en de in het munt-compartiment opgeslagen, als in afmeting verminderde munt is weergegeven.Fig. 5 is a perspective view of the savings box in use, showing the throwing of a coin into the box and of the coin compartment stored as diminished coin size.
Figuur 6 is een vooraanzicht van de muntdoos;Figure 6 is a front view of the coin box;
Figuur 7 is een doorsnede-aanzicht genomen langs de lijn VII-VII in figuur 6;Figure 7 is a sectional view taken along line VII-VII in Figure 6;
Figuur 8 is een doorsnede-aanzicht van een deel van de spaardoos, waarbij de uitgetrokken la is afgebeeld;Figure 8 is a cross-sectional view of a portion of the savings box, showing the pulled-out drawer;
Figuur 9 is een doorsnede-aanzicht genomen langs de lijn IX-IX in figuur 6;Figure 9 is a sectional view taken along line IX-IX in Figure 6;
Figuur 10 is een onderaanzicht van de spaardoos;Figure 10 is a bottom view of the savings box;
Figuur 11 is een achteraanzicht van de spaardoos met de achterplaat van het doos lichaam verwijderd;Figure 11 is a rear view of the savings box with the back plate of the box body removed;
Figuur 12 is een achteraanzicht van de scheidingswand;Figure 12 is a rear view of the partition wall;
Figuur 13 is een achteraanzicht, waarbij de scheidingswand is weergegeven, geplaatst in het dooslichaam met de achterplaat daarvan verwijderd;Figure 13 is a rear view showing the divider placed in the box body with the back plate removed therefrom;
Figuur 14 is een doorsnede-aanzicht van een deel van de spaardoos, waarbij de verbinding tussen het camouflage-orgaan en muntcomparti-ment is weergegeven;Figure 14 is a cross-sectional view of part of the savings box showing the connection between the camouflage member and coin compartment;
Figuur 15 is een verklarende tekening welke het principe van het spaarorgaan volgens de huidige uitvinding toont; enFigure 15 is an explanatory drawing showing the principle of the saver according to the present invention; and
Figuur 16 is een doorsnede-aanzicht genomen langs de lijn XVI-XVI in figuur 5 waarbij het principe van de spaardoos volgens de huidige uitvinding is afgebeeld.Figure 16 is a sectional view taken along line XVI-XVI in Figure 5 illustrating the principle of the savings box of the present invention.
Figuren 1 tot 16 tonen tesamen een uitvoeringsvoorbeeld van de spaardoos volgens de huidige uitvinding.Figures 1 to 16 together show an exemplary embodiment of the savings box according to the present invention.
In de figuren is een hol vierkant dooslichaam 1 weergegeven, dat, als afgebeeld in figuren 2 en 11, is voorzien van vierkante bovenste en onderste platen 10 en 11, die dezelfde afmeting hebben, en vier rechthoekige zijplaten van eenzelfde afmeting, waaronder een voorplaat 12, rechterplaat 13, achterplaat 14 en linkerplaat 15. Het dooslichaam 1 vormt een inwendige ruimte voor de spaardoos in overeenstemming met de uitvinding. De bovenplaat 10, onderplaat 11, voorplaat 12, rechterplaat 13, achterplaat 14 en linkerplaat 15 zijn gevormd uit een ondoorschijnend kunsthars. De voorplaat 12 heeft daarin een rechthoekige opening 120 ge vormd, welke een kleinere afmeting heeft dan de voorplaat 12 en ook een rondom de opening 120 gevormde trap 121. Er zijn twee kleine uitsparingen 122, bovenaan en onderaan, gevormd in ieder van de rechter en linker op de trap 121 van de opening 120 aansluitende zijwanden in de voorplaat 12. Kleine verticale geleidingsuitsteeksels 123 zijn gevormd op de rechter en linker binnenwanden van de rand van de opening 120 in de voorplaat 12.The figures show a hollow square box body 1, which, as shown in figures 2 and 11, is provided with square top and bottom plates 10 and 11, which are the same size, and four rectangular side plates of the same size, including a front plate 12 , right plate 13, back plate 14 and left plate 15. The box body 1 forms an interior space for the savings box in accordance with the invention. The top plate 10, bottom plate 11, front plate 12, right plate 13, back plate 14 and left plate 15 are formed from an opaque resin. The front plate 12 has formed a rectangular opening 120 therein, which is smaller in size than the front plate 12 and also a stage 121 formed around the opening 120. There are two small recesses 122, top and bottom, formed in each of the right and Left side walls in the front plate 12 connecting to the stage 121 of the opening 120. Small vertical guide projections 123 are formed on the right and left inner walls of the edge of the opening 120 in the front plate 12.
Het verwijzingscijfer 124 duidt openingen aan voor het vormen van de kleine uitsparingen 122. Er zijn kleine onderste geleidings-uitsteeksels 125 gevormd op het onderste binnenste gedeelte van de voorplaat 12 onder de onderrand van de opening 120 evenals op de onderste binnenste gedeelten van de rechter- en linkerplaten 13 resp. 15. Kleine aangrijpingsuitsteeksels 101 zijn gevormd op de achterste eindvlakken van de bovenplaat 10, onderplaat 11 en rechter- en linkerplaten 13 resp. 15. Er zijn op zowel de rechter en linker binnenste eindgedeelten van de bovenplaat 10 kleine bovenste geleidingsuitsteeksels 102 gevormd, die zich vanaf de verticale geleidingsuitsteeksels 123 uitstrekken. De bovenplaat 10 heeft daarin een langgestrekte muntsleuf 100 gevormd, die in verbinding staat met de muntopneemruimte 4, zoals later zal worden beschreven. Een halfcirkelvormige ondiepe holte 110 is gevormd in het hart van het voorste eindvlak van de bodemplaat 11. Ook is een smalle aangrijpingsuitsparing 140 rondom gevormd in de binnenwand van de rugplaat,14. De rugplaat 14 is uitgesneden in het midden van de onderrand daarvan in de vorm van een langgestrekte rechthoekige, met een verwijzingscijfer 141 aangeduide insnijding. Nadat de inwendige struktuur in het doos lichaam 1 (behoudens voor de achterplaat 14) is opgenomen worden dus de ingrijpingsuitsteeksels 101 van het dooslichaam 1 (behoudens voor de achterplaat 14) aangebracht in de ingrijpingsuitsparing 140 in de rugplaat 14 en wordt de rugplaat 14 samengebouwd met het dooslichaam 1 (behoudens voor de rugplaat 14) door ultrageluid lassen, hechten of een soortgelijke werkwijze voor het voltooien van het dooslichaam 1.Reference numeral 124 designates openings to form the small recesses 122. Small lower guide protrusions 125 are formed on the lower inner portion of the face plate 12 below the lower edge of the opening 120 as well as on the lower inner portions of the right side. and left plates 13 resp. 15. Small engagement protrusions 101 are formed on the rear end faces of the top plate 10, bottom plate 11, and right and left plates 13, respectively. 15. Small upper guide protrusions 102 are formed on both the right and left inner end portions of the top plate 10 and extend from the vertical guide protrusions 123. The top plate 10 has formed an elongated coin slot 100 therein which communicates with the coin receiving space 4 as will be described later. A semicircular shallow cavity 110 is formed in the center of the front end face of the bottom plate 11. Also, a narrow engagement recess 140 is formed all around in the inner wall of the back plate, 14. The back plate 14 is cut out at the center of the bottom edge thereof in the form of an elongated rectangular cut indicated by reference numeral 141. Thus, after the internal structure is received in the box body 1 (except for the back plate 14), the engagement projections 101 of the box body 1 (except for the back plate 14) are inserted into the mesh recess 140 in the back plate 14 and the back plate 14 is assembled with the box body 1 (except for the back plate 14) by ultrasound welding, bonding or the like method of completing the box body 1.
Het verwijzingscijfer 2 duidt in de figuren een rechthoekige transparante plaat 2 aan, die is gemaakt uit een voor licht transparant kunsthars. Zoals weergegeven in figuur 2 heeft de transparante plaat 2 nagenoeg dezelfde afmeting of een enigszins kleinere afmeting dan de opening 120 in het dooslichaam 1. De transparante plaat 2 heeft twee kleine uitsteeksels 20, bovenste en onderste, gevormd op ieder zijdelings eindvlak daarvan. De transparante plaat 2 wordt zo met het dooslichaam 1 samengebouwd als in een vlak daarmede te zijn door ingrijping van de kleine uitsteeksels 20 van de plaat 2 in de kleine uitsparingen 122 in het dooslichaam 1, waardoor het venster 2 van de spaardoos wordt gevormd. De binnenzijde van het dooslichaam 1 wordt gezien door dit venster (transparante plaat) 2. Het moet worden opgemerkt, dat de transparante plaat 2 kan zijn bevestigd aan het dooslichaam 1, door ultrageluid lassen, hechten of dergelijke in plaats van door de bovenvermelde ingrijping.The reference numeral 2 in the figures indicates a rectangular transparent plate 2, which is made from a light-transparent synthetic resin. As shown in Figure 2, the transparent plate 2 is of substantially the same size or slightly smaller size than the opening 120 in the box body 1. The transparent plate 2 has two small protrusions 20, top and bottom, formed on each lateral end face thereof. The transparent plate 2 is thus assembled with the box body 1 as in a plane therewith by engagement of the small protrusions 20 of the plate 2 into the small recesses 122 in the box body 1, thereby forming the window 2 of the savings box. The inside of the box body 1 is seen through this window (transparent plate) 2. It should be noted that the transparent plate 2 may be attached to the box body 1 by ultrasonic welding, bonding or the like instead of the above-mentioned engagement.
Met het verwijzingscijfer 3 is in de figuren een scheidingswand aangeduid, die bijvoorbeeld door gieten is vervaardigd uit een ondoor- . schijnend kunsthars. De scheidingswand 3 wordt gebruikt voor het verdelen van de inwendige ruimte van het dooslichaam 1 in een muntopneemruimte 4 en magische ruimte 40. Zoals afgebeeld in figuren 3 en 12 bestaat de scheidingswand uit een bovenplaat 30 van een kleinere afmeting dan de bovenplaat 10 van het dooslichaam 1, een zijplaat 31, die bestaat uit twee vlakke rechthoekige platen waarvan de lange zijde een weinig korter is dan de afstand van de onderzijde van de bovenplaat 10 van het dooslichaam 1 tot de bovenzijde van het onderste horizontale geleidingsuitsteeksel 125, en de kortere zijde een lengte heeft van •V? van ongeveer de helft van een zijde van de bovenplaat 10 van het doos lichaam 1, waarbij de twee vlakken platen een hoek van 90° (270°) tussen hun begrenzen, en een onderplaat 32, die een afmeting heeft kleiner dan de bodemplaat 11 van het dooslichaam 1, waarbij een zijde van de bovenplaat 30 en een zijde van de bodemplaat 32 zijn gekoppeld bij een rechte hoek, integraal met de boven- resp. onderranden van de zijplaat 31. Een cirkelvormige opening 300 is gevormd in het midden van de bovenplaat 30. De bovenplaat 30 heeft bij ieder zijdelings eindvlak daarvan kleine geleidingsuitsteeksels 301, die, zoals aangeduid met een verwijzingscijfer 302, zijn uitgesneden bij het vooreinde daarvan op de hoogte van de verticale geleidingsuitsteeksels 123 van het dooslichaam 1. Boven de voorzijde van de zijplaat 31 is een muntgoot 310 aangebracht tegenover de muntsleuf 100 in het dooslichaam 1. De muntgoot 310 heeft een zodanige afmeting als te zijn bedekt met het camoufleerorgaan 6. De zijplaat 31 heeft in het onderste middengedeelte van de zijplaat 31 een snede 311 gevormd, welke een verbinding verschaft tussen de muntopneemruimte 4 en magische ruimte 40 door een tweede compartiment 8, hetgeen later zal worden uiteengezet.Reference numeral 3 in the figures denotes a dividing wall, which is, for example, manufactured from an impervious mold by casting. shining resin. The dividing wall 3 is used to divide the interior space of the box body 1 into a coin receiving space 4 and magical space 40. As shown in Figures 3 and 12, the dividing wall consists of a top plate 30 of a smaller size than the top plate 10 of the box body 1, a side plate 31, which consists of two flat rectangular plates, the long side of which is a little shorter than the distance from the bottom of the top plate 10 of the box body 1 to the top of the bottom horizontal guide protrusion 125, and the shorter side a length of • V? of about one-half of a side of the top plate 10 of the box body 1, the two face plates delimiting an angle of 90 ° (270 °) between them, and a bottom plate 32 having a size smaller than the bottom plate 11 of the box body 1, one side of the top plate 30 and one side of the bottom plate 32 being coupled at a right angle, integral with the top and bottom, respectively. bottom edges of the side plate 31. A circular opening 300 is formed in the center of the top plate 30. The top plate 30 has small guide projections 301 at each lateral end face thereof, which, as indicated by reference numeral 302, are cut at the front end thereof on the height of the vertical guide projections 123 of the box body 1. Above the front of the side plate 31, a coin chute 310 is disposed opposite the coin slot 100 in the box body 1. The coin chute 310 is sized to be covered with the concealer 6. The side plate 31 has formed a cut 311 in the lower center portion of the side plate 31, which provides a connection between the coin receiving space 4 and magical space 40 through a second compartment 8, which will be explained later.
Er is een aangrijpingsuitsteeksel 313 aangebracht in het midden van de bovenrand van de insnijding 311 van de zijplaat 31, dat wil zeggen bij het ondereinde van de buiglijn 312. Een ingrijpingsuitsparing 314 is gevormd in het midden van ieder van de rechter- en linkerzijden van de uitsnijding 311 van de zijplaat 31. Er zijn aan de achterzijden van de zijplaat 31 muntomleidorganen 315 aangebracht, die schuin omhoog verlopen vanaf de hoeken van de insnijding 311 tot de beide rechter en linker zijdelingse zijden van de zijplaat 31. Verder zijn er horizontale geleidingen 316 aangebracht op de achterzijde van de zijplaat 31 onder de muntomleidorganen 315. De bodemplaat 32 heeft in het midden daarvan een trapeziumvormige insnijding 320 gevormd, die zich uitstrekt naar de achterrand daarvan. Deze insnijding 320 dient voor het verschaffen van een verbinding tussen het tweede compartiment 8 en een muntla 9, die beiden hieronder zullen worden besproken. Er zijn ingrijpingsuitsparingen 321 in iedere hoek van de insnijding 320 in de bodemplaat 32 gevormd, en aangrijpings-uitsteeksels 322 in de nabijheid van de uitsparingen 321 op de onderplaat 32. Op de achterzijde bij de rechter- en linkerzijden daarvan heeft de onderplaat 32 buitenste en binnenste kleinere geleidingsuitsteeksels gevormd, die evenwijdig aan elkaar verlopen. De geleidingsuitsteeksels 323 en 324 zijn verder uitgesneden bij de vooreinden daarvan op de hoogte van het onderste horizontale geleidingsuitsteeksel 125 van het dooslichaam 1 (niet weergegeven). Aanslagpennen 325 zijn gevormd bij de rechter- en linke»— randen van de insnijding 320 op de achterzijde van de onderplaat 32.An engagement protrusion 313 is provided at the center of the top edge of the incision 311 of the side plate 31, that is, at the lower end of the bend line 312. An engagement recess 314 is formed in the center of each of the right and left sides of the cut-out 311 of the side plate 31. Coin deflectors 315 are provided on the backs of the side plate 31, which are inclined upwardly from the corners of the cut 311 to the both right and left lateral sides of the side plate 31. Furthermore, there are horizontal guides 316 mounted on the back of the side plate 31 below the coin-diverting members 315. The bottom plate 32 has a trapezoidal cut 320 formed in the center thereof, which extends to the rear edge thereof. This cut 320 serves to provide a connection between the second compartment 8 and a muntla 9, both of which will be discussed below. Engagement recesses 321 are formed in each corner of the incision 320 in the bottom plate 32, and engagement protrusions 322 in the vicinity of the recesses 321 on the bottom plate 32. On the rear at the right and left sides thereof, the bottom plate 32 has outer and inner smaller guide projections formed, which run parallel to each other. The guide protrusions 323 and 324 are further cut at their front ends at the height of the lower horizontal guide protrusion 125 of the box body 1 (not shown). Stop pins 325 are formed at the right and left edges of the cut 320 on the back of the base plate 32.
Zoals weergegeven in figuren 7 en 9 neemt, indien de scheidingswand 3 binnen het dooslichaam 1 wordt geplaatst, de uit de twee vlakke platen bestaande zijplaat 31 een stand loodrecht op de boven- en onderplaten 10 en 11 van het dooslichaam 1 in, waarbij de boven- en onderplaten 30 en 32 zijn opgesteld tussen de zijplaat 31 en boven- en onderplaten 10 en 11, waarbij de inwendige ruimte van het dooslichaam 1 in twee hulp-ruimtes wordt verdeeld. Meer in het bijzonder wordt de scheidingswand 3 in het dooslichaam 1 op een zodanige wijze aangebracht, dat de buiglijn 312 van de scheidingswand 3 samenvalt met de hartlijn van het dooslichaam 1, de rechter- en linkerzijden van de scheidingswand 3 zijn geplaatst bij de twee achterste hoeken van het dooslichaam 1 en de de grotere buighoek (270°) van de scheidingswand 3 omvattende hulpruimte is gelegen tegenover het venster 2 van het dooslichaam 1. De inwendige ruimte van het dooslichaam 1 is dus verdeeld in twee van dergelijke hulpruimtes, dat wil zeggen een niet tegenover het venster 2 gelegen ruimte 4 (zal hierna worden aangeduid als "munt-opneemruimte") en een tegenover het venster 2 gelegen ruimte 40 (zal hierna worden aangeduid als "magische ruimte").As shown in Figures 7 and 9, if the dividing wall 3 is placed inside the box body 1, the side plate 31 consisting of the two flat plates occupies a position perpendicular to the top and bottom plates 10 and 11 of the box body 1, the top and bottom plates 30 and 32 are disposed between the side plate 31 and top and bottom plates 10 and 11, dividing the interior space of the box body 1 into two auxiliary spaces. More specifically, the partition wall 3 in the box body 1 is arranged in such a way that the bending line 312 of the partition wall 3 coincides with the center line of the box body 1, the right and left sides of the partition wall 3 are placed at the two rear corners of the box body 1 and the auxiliary space comprising the larger bending angle (270 °) of the dividing wall 3 is located opposite the window 2 of the box body 1. The interior space of the box body 1 is thus divided into two such auxiliary spaces, i.e. a space 4 not opposite the window 2 (hereinafter referred to as "coin-receiving space") and a space 40 opposite the window 2 (hereinafter referred to as "magic space").
Het venster 20 wordt aangebracht in de opening in de voorplaat 12 tegenover de zijde met de grotere buighoek (270°) van de scheidingswand 3 tussen de snijlijnen 34 van de zijwanden (zijplaten 13 en 15) van het dooslichaam 1 met twee vlakken 33, welke zich vanaf de buiglijn 312 van de scheidingswand 3 loodrecht uitstrekken op de vlakken waarin de twee zijplaten 31 van de scheidingswand 3 liggen. De grotere buighoek van de scheidingswand 3 is 270°, terwijl de hoeken, begrensd tussen de vlakken waarin de twee zijplaten 31 van de scheidingswand 3 liggen, en de twee verlengingen 33 van de vlakken resp. 90° zijn. De tussen de twee verlengingen 33 gevormde hoek is dus 90°. In de geometrische verhouding tussen de centrale hoeken en zijden van een regelmatig vierkant komt de centrale hoek van 90° overeen met een zijkant van het vierkant. De tussen de twee verlengingen 33 begrensde hoek, namelijk de centrale hoek 90° van het vierkante dooslichaam 1, komt dus overeen met een van de zijplaten (voorste 12, rechter 13, achterste 14 en linker 15) van het vierkante dooslichaam 1. Gebruik als het venster 2 van de opening gevormd in een van de zijplaten van het dooslichaam 1, of de voorplaat 12, en welke van een afmeting kleiner dan de voorplaat 12 is, voldoet dus tevredenstellend aan de bovenstaande voorwaarden zonder het veroorzaken van enig speciaal probleem. Indien het venster 2 in breedte de afstand tussen de bovengenoemde twee verlengingen 33 overschrijdt wordt de buitenzijde van het venster 2 gezien als gereflecteerd bij een spiegel 5, welke later zal worden besproken, en zichtbaar zoals weergegeven in figuur 15 indien de binnenzijde van het dooslichaam 1 door het venster 2 voorbij de verlengingen 33 wordt gezien. Dit verdient niet de voorkeur voor de huidige uitvinding. Het venster moet daarom zijn aangebracht tussen de twee verlengingen 33.The window 20 is arranged in the opening in the front plate 12 opposite the larger bending angle (270 °) side of the dividing wall 3 between the cutting lines 34 of the side walls (side plates 13 and 15) of the box body 1 with two faces 33, which extend perpendicularly from the bending line 312 of the partition wall 3 to the surfaces in which the two side plates 31 of the partition wall 3 lie. The greater bending angle of the dividing wall 3 is 270 °, while the angles delimited between the planes in which the two side plates 31 of the dividing wall 3 lie, and the two extensions 33 of the planes, respectively. 90 °. Thus, the angle formed between the two extensions 33 is 90 °. In the geometric relationship between the central corners and sides of a regular square, the central angle of 90 ° corresponds to a side of the square. Thus, the angle defined between the two extensions 33, namely the central angle 90 ° of the square box body 1, corresponds to one of the side plates (front 12, right 13, rear 14 and left 15) of the square box body 1. Use as thus, the window 2 of the opening formed in one of the side plates of the box body 1, or the front plate 12, and which is of a size smaller than the front plate 12 satisfactorily satisfies the above conditions without causing any special problem. If the window 2 exceeds the distance between the above two extensions 33 in width, the outside of the window 2 is seen as reflected by a mirror 5, which will be discussed later, and visible as shown in Figure 15 if the inside of the box body 1 is seen through window 2 beyond extensions 33. This is not preferred for the present invention. The window should therefore be fitted between the two extensions 33.
In de figuren duidt het verwijzingscijfer 5 een licht reflecterend gebied of een spiegel aan, dat op nagenoeg de gehele oppervlakken van de tegenover het venster 2 gelegen zijplaat 31 van de scheidingswand 3 is aangebracht. De spiegel 5 is bijvoorbeeld een op een film uit kunsthars gehechte (of neergeslagen) aluminiumfolie, zoals afgebeeld in figuur 4. Deze spiegel 5 is door hechten (of gescheiden) geplaatst op de tegenover het venster 2 gelegen zijplaat 31 van de scheidingswand 3. Het licht reflecterend gebied kan zijn gevormd uit een aangehechte aluminiumfolie of rechtstreeks op het tegenover het venster 2 gelegen oppervlak van de zijplaat 31 van de scheidingswand 3 neergeslagen aluminium worden gevormd.In the figures, reference numeral 5 designates a light-reflecting region or a mirror, which is arranged on almost the entire surfaces of the side plate 31 of the dividing wall 3 situated opposite the window 2. The mirror 5 is, for example, an aluminum foil bonded (or deposited) on a synthetic resin film, as shown in figure 4. This mirror 5 is placed by bonding (or separated) on the side plate 31 of the dividing wall 3 opposite the window 2. light-reflecting region can be formed from an adhered aluminum foil or formed directly on the surface of the side plate 31 of the dividing wall 3 opposite the window 2.
In de figuren duiden de verwijzingscijfers 50 en 51 en 52 en 53 resp. met patronen bedrukte platen aan. Zoals afgebeeld in figuur 4 zijn de met patronen bedrukte platen 50, 51, 52 en 53 ieder vervaardigd uit karton of dergelijke waarop een patroon is gedrukt of op andere wijze aangebracht op een zijde daarvan, zoals weergegeven in figuur 4.In the figures, reference numerals 50 and 51 and 52 and 53 denote respectively. plates printed with patterns. As shown in Figure 4, the patterned plates 50, 51, 52 and 53 are each made of cardboard or the like on which a pattern is printed or otherwise applied to one side thereof, as shown in Figure 4.
De met een patroon bedrukte plaat 50 voor de bovenplaat is van nagenoeg dezelfde afmeting als de bovenplaat 30 van de scheidingswand 3 en heeft in het hart daarvan een cirkel vormige opening gevormd met algemeen dezelfde afmeting als de opening 300 in de scheidingswand 3. De plaat 50 is ook schuin afgesneden bij 501 vanaf beide achterste hoeken daarvan overeenkomend met de hoek begrensd tussen de platen 31 van de scheidingswand 3. De met patronen bedrukte platen 51 en 52 hebben een rechthoekige vorm, waarvan de langere zijden een weinig korter zijn dan de afstand tussen de onderzijde van de bovenplaat 10 van het dooslichaam 1 en de bovenzijde van het onderste horizontale geleidingsuitsteeksel 125, en de kortere zijden zijn nagenoeg gelijk in lengte met een zijde van de bovenste en onderste platen 30 en 32 van de scheidingswand 3.The patterned plate 50 for the top plate is of substantially the same size as the top plate 30 of the dividing wall 3 and has formed a circular opening at its center, generally the same size as the opening 300 in the dividing wall 3. The plate 50 is also cut obliquely at 501 from both rear corners thereof corresponding to the angle defined between the plates 31 of the dividing wall 3. The patterned plates 51 and 52 have a rectangular shape, the longer sides of which are slightly shorter than the distance between the bottom side of the top plate 10 of the box body 1 and the top side of the bottom horizontal guide projection 125, and the shorter sides are substantially equal in length with one side of the top and bottom plates 30 and 32 of the dividing wall 3.
De met patronen bedrukte plaat 53, die nagenoeg dezelfde afmeting heeft als de onderplaat 32 van de scheidingswand 3, heeft in het hart daarvan een trapeziumvormige insnijding 530 gevormd met een afmeting, die een weinig groter is dan de insnijding 320 in de scheidingswand 3, namelijk zodanig als niet de ingrijpingsuitsparing 332 af te sluiten. Ook de plaat 53 is schuin afgesneden bij 531 vanaf beide achterhoeken daarvan in overeenstemming met de hoek begrensd tussen de platen 31 van de scheidingswand 3.The patterned plate 53, which is substantially the same size as the bottom plate 32 of the dividing wall 3, has a trapezoidal incision 530 formed at its center with a size slightly larger than the incision 320 in the dividing wall 3, namely such as not to close the engagement recess 332. Also the plate 53 is cut obliquely at 531 from both rear corners thereof in accordance with the angle defined between the plates 31 of the dividing wall 3.
In de figuren duidt het verwijzingscijfer 5 een camoufleerorgaan aan, dat de vorm heeft van een trechter, waarvan het bovenste cirkelvormige gedeelte een weinig groter is dan het cirkel vormige gat 300 in de scheidingswand 3. Het camoufleerorgaan 6 heeft een insnijding 60 waarvan de centrale hoek 90° is. Het camoufleerorgaan 6 vervaardigt uit voor licht ondoorlaatbaar materiaal, bijvoorbeeld een ondoorschijnend kunsthars. Het camoufleerorgaan 6 heeft een cirkel vormig aangrijpingsuitsteeksel 61 ge vormd bij het boveneinde daarvan en een aangrijpingsuitsteeksel 62 gevormd bij het ondereinde daarvan. Verder is er een aangrijpingsuitsteeksel 63 gevormd op de zijkant van de insnijding 60 bij het ondereinde van het camoufleerorgaan 6.In the Figures, reference numeral 5 denotes a funnel-shaped cam, the upper circular portion of which is slightly larger than the circular hole 300 in the dividing wall 3. The camouflage 6 has an incision 60, the central angle of which Is 90 °. The camouflage member 6 is made of a light-impermeable material, for example an opaque synthetic resin. The camouflage member 6 has a circular engagement pin 61 formed at the top end thereof and a engagement pin 62 formed at the bottom end thereof. Furthermore, an engagement protrusion 63 is formed on the side of the incision 60 at the bottom end of the concealer 6.
In de figuren duidt het verwijzingscijfer 7 een eerste munt-compartiment aan. Zoals afgebeeld in figuur 3 is dit muntcompartiment 7 een holle kubus, welke een zodanige afmeting heeft, dat hij de insnijding 311 in de scheidingswand 3 en ook de insnijding 320 in de bodemplaat 32 van de scheidingswand 3 bedekt. Hij is vervaardigd uit voor licht ondoorlaatbaar materiaal. Het compartiment 7 is bij 70 bij de achterzijde daarvan afgesneden, Het eerste compartiment 7 heeft een rechte driehoekige insnijding 71 gevormd in de bovenzijde daarvan, overeenkomend met het ondereinde van de insnijding 331 in de zijplaat 31 van de scheidingswand 3, en een aangri jpingsuitsteeksel en twee ingrijpingsuitsparingen 73, gevormd in het midden van de bovenzijde daarvan. Het eerste compartiment 7 heeft ook in de onderste zijde daarvan een trapeziumvormige insnijding 74 gevormd, die een weinig groter is dan de insnijding 320 in de scheidingswand 3 waarbij dus deze afmeting zodanig is, dat de onderzijde de ingrijpingsuitsparingen 321 niet zal sluiten. Twee aangrijpingsuitsteeksels 75 zijn gevormd bij de rand van de insnijding 74. Verder heeft het eerste compartiment 7 drietraps hellingen 77, gevormd bij de voorzijde daarvan en een bij het binnenste gedeelte van de hellingen 77 gevormde opening 76. De binnenzijde van een tweede compartiment 8, welke later zal worden besproken wordt gezien door de opening 76 vanaf het venster 2.In the figures, reference numeral 7 designates a first coin compartment. As depicted in Figure 3, this coin compartment 7 is a hollow cube, sized to cover the incision 311 in the dividing wall 3 and also the incision 320 in the bottom plate 32 of the dividing wall 3. It is made of a light-impermeable material. The compartment 7 is cut at 70 at the rear thereof. The first compartment 7 has a straight triangular cut 71 formed in the top thereof, corresponding to the bottom end of the cut 331 in the side plate 31 of the dividing wall 3, and an engagement projection and two engagement recesses 73 formed in the center of the top side thereof. The first compartment 7 also has a trapezoidal incision 74 formed in the bottom side thereof, which is slightly larger than the incision 320 in the dividing wall 3, so that this size is such that the underside will not close the engagement recesses 321. Two engagement projections 75 are formed at the edge of the incision 74. Furthermore, the first compartment 7 has three-stage ramps 77 formed at the front thereof and an opening 76 formed at the inner portion of the ramps 77. The inside of a second compartment 8, which will be discussed later is seen through the opening 76 from the window 2.
In de figuren duidt het verwijzingscijfer 78 een Fresnel lens aan als een optisch orgaan, dat is bevestigd aan de achterzijde van de opening 76 van het tweede compartiment 7. De Fresnel lens 78 is aangebracht voor een in schaal verminderd aanzicht van de binnenzijde van het tweede compartiment 8, dat hieronder zal worden besproken.In the figures, reference numeral 78 designates a Fresnel lens as an optical member attached to the rear of the opening 76 of the second compartment 7. The Fresnel lens 78 is provided for a scaled-down view of the interior of the second compartment 8, which will be discussed below.
In de figuren duidt het verwijzingscijfer 8 het tweede compartiment aan. Het tweede compartiment 8 heeft de vorm van een kleine holle afgeknotte pyramide waarvan de achterzijde groter is terwijl de voorzijde kleiner is, zoals weergegeven in figuur 3. Het tweede compartiment 8 is vervaardigd uit een voor licht ondoorlaatbaar materiaal. Het tweede compartiment 8 is bij de voorzijde en onderzijde daarvan afgesneden, zoals weergegeven. Verder is er een langgestrekte opening 80, die is gevormd inIn the figures, reference numeral 8 designates the second compartment. The second compartment 8 is in the form of a small hollow truncated pyramid, the rear of which is larger while the front is smaller, as shown in Figure 3. The second compartment 8 is made of a light-impermeable material. The second compartment 8 is cut at its front and bottom, as shown. Furthermore, there is an elongated opening 80 which is formed in
Je bovenzijde van het tweede compartiment. Het tweede compartiment 8 heeft ingrijpingsuitsparingen 81, gevormd in de rechter en linker zijdelingse n'jden van de vooropening daarvan en kleine cirkel vormige doorgaande gaten 32, gevormd boven de ingrijpingsuitsparingen 81. Verder zijn geleidings-jitsteeksels 83 en 84 aangebracht bij de bovenste en onderste gedeelten aan de rechter en linker zijdelingse zijkanten nabij de achterzijde van het tweede compartiment 8 en is een aangrijpingsuitsteeksel 85 gevormd tussen de bovenste en onderste geleidingsuitsteeksels 83 en 84.Your top of the second compartment. The second compartment 8 has engagement recesses 81 formed in the right and left lateral sides of the front opening thereof and small circular through holes 32 formed above the engagement recesses 81. Furthermore, guide jibs 83 and 84 are provided at the top and bottom portions on the right and left lateral sides near the rear of the second compartment 8 and an engagement projection 85 is formed between the upper and lower guide projections 83 and 84.
In de figuren duidt het verwijzingscijfer 86 een plaat 86 aan, die is aangebracht voor het openen en sluiten van de bodemopening van het tweede compartiment 8 en de bovenopening van een muntla 9, die later zal vorden besproken. De plaat 86 is vervaardigd uit een voor licht ondoor-laatbaar materiaal en heeft de vorm van een trapezium. De plaat 86 heeft ingrijpingsuitsteeksels 87 gevormd op ieder eindvlak bij de korte zijde daarvan, en schuivende uitsteeksels 88, gevormd op ieder eindvlak bij de langere zijde daarvan.In the Figures, reference numeral 86 designates a plate 86 arranged to open and close the bottom opening of the second compartment 8 and the top opening of a coin tray 9, which will be discussed later. The plate 86 is made of a light-impermeable material and is trapezoidal. The plate 86 has engaging protrusions 87 formed on each end face at its short side, and sliding protrusions 88 formed on each end face at its longer side.
De plaat 86 is zo aangebracht op de randen van de bodemopening in het tweede compartiment 8 met de ingrijpingsuitsteeksels 87 van de plaat 36 zwenkbaar in ingrijping in de doorgaande gaten 82 in het tweede compartiment 8, dat de plaat 86 te openen is. De door de onderste openingsranden van het tweede compartiment 8 en het vooreinde van de plaat 86 begrensde vierkante opening is van dezelfde afmeting als de opening 76 van het eerste compartiment 7.The plate 86 is arranged on the edges of the bottom opening in the second compartment 8 with the engagement protrusions 87 of the plate 36 pivotally engaging the through holes 82 in the second compartment 8 so that the plate 86 is openable. The square opening bounded by the lower opening edges of the second compartment 8 and the front end of the plate 86 is of the same size as the opening 76 of the first compartment 7.
Het tweede compartiment 8 is aangebracht om te verhinderen, dat de inwendige ruimte van het eerste compartiment 7 smaller schijnt indien het dieper gaat, indien gezien door de Fresnel lens 78. Dat wil zeggen, indien de binnenzijde van het tweede compartiment 8, geplaatst in het eerste compartiment 7, wordt gezien door de Fresnel lens 78, een illusie wordt gegeven, dat de Fresnel lens 78 voor in schaal verkleind aanzicht daar niet bestaat en de inwendige ruimte van het eerste compartiment 7 eruit ziet als of hij een complete kubusvormige ruimte was. Het tweede compartiment 8 dient voor het opnemen van in de doos geworpen munten.The second compartment 8 is arranged to prevent the interior space of the first compartment 7 from appearing narrower as it goes deeper, as seen through the Fresnel lens 78. That is, if the inside of the second compartment 8 is placed in the first compartment 7, seen through the Fresnel lens 78, is given the illusion that the scaled view Fresnel lens 78 does not exist there and the interior of the first compartment 7 looks like it was a complete cubic space. The second compartment 8 serves to receive coins thrown into the box.
In de figuren duidt het verwijzingscijfer 9 een muntlade aan. Zoals weergegeven in figuur 3 heeft de muntla 9 de vorm van een dunne rechthoek, waarvan de bovenzijde open is, en is vervaardigd uit hetzelfde materiaal als het dooslichaam 1. De la 9 heeft een op de onderste achterste rand daarvan gevormd uitsteeksel 90, en op de binnenwanden van de rechter en linker zijdelingse zijden daarvan gevormde schuifvlakken 91 waarbij de schuifvlakken 91 hellend naar beneden verlopen vanaf het achtereinde naar het middengedeelte. Verder zijn aanslagen 92 gevormd bij de rechter en linker vooreinden van de la 9 en zij zijn een weinig opwaarts gericht.In the figures, reference numeral 9 denotes a coin drawer. As shown in Figure 3, the mint drawer 9 is in the form of a thin rectangle, the top of which is open, and is made of the same material as the box body 1. The drawer 9 has a protrusion 90 formed on the lower rear edge thereof, and the inner walls of the right and left lateral sides thereof, sliding surfaces 91 formed with the sliding surfaces 91 sloping downwardly from the rear end to the center portion. Furthermore, stops 92 are formed at the right and left front ends of the la 9 and are directed slightly upward.
De spaardoos volgens de huidige uitvinding wordt als volgt samengebouwd.The savings box according to the present invention is assembled as follows.
Eerst wordt de bovenste met patroon bedrukte plaat 50 geplaatst op de binnenwand van de bovenplaat 30 van de scheidingswand 3. De onderste met patroon bedrukte plaat 53 wordt bovenop de onderste plaat 32 van de scheidingswand 3 geplaatst en de twee spiegels 5 worden geplaatst op de voorvlakken van de twee zijplaten 31 van de scheidingswand 3. Dan wordt, met de aangrijpuitsteeksels 75 van het eerste compartiment 7 in ingrijping in de ingrijpuitsparingen 322 in de scheidingswand 3, het eerste compartiment op de scheidingswand 3 geïnstalleerd. Op dit tijdstip zal het eerste compartiment 7 de insnijding 311 in de zijplaat 31 van de scheidingswand 3 en de insnijding 320 in de onderplaat 32 bedekken en ook een stand innemen in de magische ruimte 40. Vervolgens wordt de Fresnel lens 78 geplaatst in het eerste compartiment 7 en opgesteld bij de achterranden van de opening 76, en dan wordt het tweede compartiment 8 aangebracht in het eerste compartiment 7. Met de ingrijpingsuitsteeksels 321 van de scheidingswand 3 in ingrijping in de desbetreffende aangrijpingsuitsparingen 81 van het tweede compartiment 8 worden de ingrijpingsuitsteeksels 85 van het tweede compartiment 8 in ingrijping gebracht in de aangrijpingsuitsparingen 314 van de scheidingswand 3 en wordt het tweede compartiment 8 geduwd in het eerste compartiment 7 met de bovenste en onderste geleidingsuitsteeksels 83 en 84 van het tweede compartiment 8 geleid tussen de onderplaat 32 en horizontale geleidingen 316 van de scheidingswand 3, waardoor het tweede compartiment 8 op de scheidingswand 3 wordt geïnstalleerd. Indien de binnenzijde van het tweede compartiment wordt gezien door de Fresnel lens 78 ziet de inwendige ruimte van het eerste compartiment 7 eruit als of het een volledige kubusvormige ruimte is, ziet de voorste helft van het tweede compartiment 8 eruit als of het zou zijn opgesteld binnen het eerste compartiment 7, en ziet de achterste helft van het tweede compartiment 8 eruit als of het zou zijn opgesteld in de muntopneemruimte. De opening 80 van het tweede compartiment 8 is tegenover de muntgoot 310 van de scheid ingswand 3. Het ingrijpingsuitsteeksel 61 van het camoufleerorgaan 6 wordt verder in ingrijping gebracht op de rand van de cirkelvormige opening 300 in de scheidingswand 3, de ingrijpingsuitsteeksels 62 van het camoufleerorgaan 6 worden in ingrijping gebracht in de desbetreffende aangrijpings-uitsparingen 73 in het eerste compartiment 75 en het ingrijpingsuitsteeksel 63 van het camoufleerorgaan 6 wordt in ingrijping gebracht op het ingrijpingsuitsteeksel 72 van het eerste compartiment 7, waardoor het camoufleerorgaan 6 wordt aangebracht op de scheidingswand 3. Op dit tijdstip zijn de verbinding tussen de twee spiegels 5 en hun binnenranden verborgen door het camoufleerorgaan 6 en eerste compartiment 7, waardoor een illusie wordt gegeven, dat de spiegels 5 niet bestaan, om de spaardoos volgens de uitvinding aangenamer om te zien te maken. De inwendige constructie is dus opgesteld. Het moet worden opgemerkt, dat de inwendige constructie wordt samengebouwd zoals hierboven beschreven zonder gebruikmaken van enig hecht-middel of ultrageluid lassen. Hij kan echter, indien noodzakelijk, worden samengebouwd onder gebruikmaken van een hechtmiddel of ultrageluid lassen.First, the top patterned plate 50 is placed on the inner wall of the top plate 30 of the dividing wall 3. The bottom patterned plate 53 is placed on top of the bottom plate 32 of the dividing wall 3 and the two mirrors 5 are placed on the front surfaces of the two side plates 31 of the partition wall 3. Then, with the engagement projections 75 of the first compartment 7 engaging the engagement recesses 322 in the partition wall 3, the first compartment is installed on the partition wall 3. At this time, the first compartment 7 will cover the incision 311 in the side plate 31 of the dividing wall 3 and the incision 320 in the bottom plate 32 and also occupy a position in the magical space 40. Next, the Fresnel lens 78 is placed in the first compartment 7 and arranged at the trailing edges of the opening 76, and then the second compartment 8 is arranged in the first compartment 7. With the engagement protrusions 321 of the dividing wall 3 engaging the respective engagement recesses 81 of the second compartment 8, the engagement protrusions 85 of the second compartment 8 engages the engagement recesses 314 of the dividing wall 3 and the second compartment 8 is pushed into the first compartment 7 with the top and bottom guide projections 83 and 84 of the second compartment 8 guided between the bottom plate 32 and horizontal guides 316 of the dividing wall 3, whereby the second compartment 8 o p the partition 3 is installed. If the inside of the second compartment is seen through the Fresnel lens 78, the interior space of the first compartment 7 looks like it is a full cubic space, the front half of the second compartment 8 looks like it would be arranged inside the first compartment 7, and the rear half of the second compartment 8 looks like it would be arranged in the coin-receiving space. The opening 80 of the second compartment 8 is opposite the coin chute 310 of the dividing wall 3. The engaging protrusion 61 of the concealer 6 is further engaged with the edge of the circular opening 300 in the dividing wall 3, the engaging protrusions 62 of the concealer. 6 are engaged in the respective engagement recesses 73 in the first compartment 75 and the engagement projection 63 of the concealer 6 is engaged in the engagement projection 72 of the first compartment 7, whereby the concealer 6 is applied to the partition wall 3. At this time, the connection between the two mirrors 5 and their inner edges are hidden by the concealer 6 and first compartment 7, giving the illusion that the mirrors 5 do not exist in order to make the savings box according to the invention more pleasant to see. The internal construction is thus arranged. It should be noted that the internal structure is assembled as described above without using any adhesive or ultrasound welding. However, it can be assembled, if necessary, using an adhesive or ultrasound welding.
Dan worden de bovenste, voorste en onderste randen van de met patronen bedrukte platen 51 en 52 op de rechter en linker zijdelingse platen in ingrijping gebracht op het bovenste horizontale geleidings-uitsteeksel 102, verticale geleidingsuitsteeksel 103 resp. onderste horizontaal geleidingsuitsteeksel 125 van het dooslichaam 1. Vervolgens wordt de hierboven vermelde inwendige constructie in het dooslichaam 1 geplaatst met het geleidingsuitsteeksel 301 en buitenste geleidingsuitsteeksel 323 van de scheidingwand 3 van de inwendige constructie geleid wordend op de bovenste en onderste horizontale geleidingsuitsteeksels 102 resp. 125 van het dooslichaam 1. Op dit tijdstip wordt de inwendige ruimte van het dooslichaam 1 verdeeld door de scheidingswand 3 in de muntopneem-ruimte 4 en magische ruimte 40, ligt de muntsleuf 100 van het dooslichaam 1 tegenover de bovenste opening van de muntgoot 310 van de scheidingswand 3, en zijn de spiegel 5 en met patronen bedrukte vellen 50, 51, 52 en 53 opgesteld binnen de magische ruimte 40 van het dooslichaam 1. De rugplaat 14 wordt bevestigd aan de randen van de achteropening van het dooslichaam 1 door middel van ultrageluid lassen of dergelijke. Verder wordt de muntla 9 door de insnijding 141 in de rugplaat 14 (dooslichaam 1) gebracht in de inwendige ruimte van het dooslichaam 1, dat wil zeggen een ruimte begrensd door de onderplaat 11 van het dooslichaam 1, onderplaat 32 en binnenste geleidingen 324 van de scheidingswand 3. Op dit tijdstip worden de aanslagen 92 van de muntla 9 door de aanslagpennen 325 naar beneden gedrongen. Indien de aanslagen 92 voorbij de aanslagpennen 325 zijn bewogen nemen zij tengevolge van hun veerkracht hun aanvankelijke standen weer in. Indien de la 9 naar buiten wordt getrokken komen de aanslagen 92 in deze stand aan tegen de aanslagpennen 325 om te verhinderen, dat de la 9 vrij komt van het dooslichaam 1. De schuifuitsteeksels 88 van het tweede compartiment 8 bewegen dus op de schuifvlakken 91 van de la 9, zodat de schuifuitsteeksels 88 schuiven op de schuifvlakken 91 voor het openen en sluiten van de plaat 86 indien de la 9 wordt bewogen, indien hij namelijk wordt uitgetrokken en ingestoken.Then, the top, front and bottom edges of the patterned plates 51 and 52 on the right and left side plates are engaged with the top horizontal guide protrusion 102, vertical guide protrusion 103, respectively. lower horizontal guide projection 125 of the box body 1. Next, the above-mentioned internal structure is placed in the box body 1 with the guide projection 301 and outer guide projection 323 of the dividing wall 3 of the internal structure being guided on the upper and lower horizontal guide projections 102, respectively. 125 of the box body 1. At this time, the interior space of the box body 1 is divided by the dividing wall 3 in the coin receiving space 4 and magic space 40, the coin slot 100 of the box body 1 is opposite the top opening of the coin chute 310 of the dividing wall 3, and the mirror 5 and patterned sheets 50, 51, 52 and 53 are disposed within the magic space 40 of the box body 1. The back plate 14 is attached to the edges of the rear opening of the box body 1 by means of ultrasound welding or the like. Furthermore, the muntla 9 is introduced by the incision 141 in the back plate 14 (box body 1) into the interior space of the box body 1, i.e. a space delimited by the bottom plate 11 of the box body 1, bottom plate 32 and inner guides 324 of the box body 1. partition 3. At this time, the stops 92 of the muntla 9 are pushed down by the stop pins 325. If the stops 92 have moved past the stop pins 325, they resume their initial positions due to their resilience. When the drawer 9 is pulled outward, the stops 92 abut the stop pins 325 in this position to prevent the drawer 9 from becoming free from the box body 1. Thus, the sliding projections 88 of the second compartment 8 move on the sliding surfaces 91 of the the drawer 9 so that the sliding projections 88 slide on the sliding surfaces 91 to open and close the plate 86 when the drawer 9 is moved, as it is pulled out and inserted.
In het uitvoeringsvoorbeeld van de spaardoos volgens de uitvinding verschaft de Fresnel lens 78, die is opgesteld bij de opening 76 van het eerste compartiment, een in schaal verkleind aanzicht van de munten 16 in het eerste compartiment 7, indien de binnenzijde van het compartiment 7 wordt bekeken vanaf het venster 2. Een munt 16 ingebracht in het eerste compartiment 7 vanaf de muntsleuf 100 in het dooslichaam 1 ziet er daardoor uit als of hij in afmeting is verkleind bij het bewegen door het camou-fleerorgaan 6. De spaardoos volgens de uitvinding wordt zo niet slechts gebruikt voor het sparen van dergelijke munten, maar is ook aangenaam om te zien.In the exemplary embodiment of the savings box according to the invention, the Fresnel lens 78, positioned at the opening 76 of the first compartment, provides a scaled-down view of the coins 16 in the first compartment 7 when the inside of the compartment 7 is viewed from the window 2. A coin 16 inserted into the first compartment 7 from the coin slot 100 in the box body 1 therefore looks as if it has been reduced in size when moved by the concealer 6. The savings box according to the invention is if not only used for saving such coins, but is also pleasant to see.
In het uitvoeringsvoorbeeld van de spaardoos volgens de huidige uitvinding is de inwendige ruimte van het holle vierkante dooslichaam 1 verdeeld door de scheidingswand 3 in de muntopneemruimte 4 en magische ruimte 40, waarvan er een, namelijk de muntopneemruimte 4 is verborgen door de scheidingswand 3. In de andere ruimte of de magische ruimte 40 worden de patronen van de met patronen bedrukte platen 50,51,52 en 53, het buitenste oppervlak van het camoufleerorgaan 6 en het buitenste oppervlak van het eerste compartiment 7 gezien, zoals gereflecteerd op de spiegel 5 bij het bezichtigen van de binnenzijde van het dooslichaam 1 door het venster 2 vanaf het punt E.P., zoals afgebeeld in figuren 15 en 16. De patronen op de met patronen bedrukte platen 50, 51, 52 en 53 op de binnenwanden van de magische ruimte 40, het buitenste oppervlak van het camoufleerorgaan 6 en het buitenste oppervlak van het eerste compartiment 7, gereflecteerd bij de spiegel 5, zien er dus uit als of zij de met patronen bedrukte platen op de rest van de binnenwanden van de spaardoos, de rest van het uitwendige oppervlak van het camoufleerorgaan 6 resp. de rest van het eerste compartiment 7 zouden zijn. Indien namelijk de binnenzijde van het dooslichaam 1 wordt bekeken vanaf het venster 2 wordt, zoals weergegeven in figuren 5 en 6, een illusie gegeven, dat een trechtervormige muntgoot (camoufleerorgaan 6) en een rechthoekig muntcompartiment (eerste compartiment 7) bestaan in een holle doos zonder enige scheidingswand (scheidingswand 3).In the exemplary embodiment of the savings box according to the present invention, the interior space of the hollow square box body 1 is divided by the dividing wall 3 in the coin receiving space 4 and the magical space 40, one of which, namely the coin receiving space 4, is hidden by the dividing wall 3. In the other space or the magic space 40, the patterns of the patterned plates 50, 51, 52 and 53, the outer surface of the concealer 6 and the outer surface of the first compartment 7 are seen as reflected on the mirror 5 at viewing the inside of the box body 1 through the window 2 from the point EP, as shown in Figures 15 and 16. The patterns on the patterned plates 50, 51, 52 and 53 on the inner walls of the magical space 40, the outer surface of the concealer 6 and the outer surface of the first compartment 7, reflected at the mirror 5, thus look as if they were the patterned Plates printed on the rest of the inner walls of the savings box, the rest of the external surface of the concealer 6 resp. the rest of the first compartment would be 7. Namely, if the inside of the box body 1 is viewed from the window 2, as shown in Figures 5 and 6, an illusion is given that a funnel-shaped coin chute (concealer 6) and a rectangular coin compartment (first compartment 7) exist in a hollow box without any partition (partition 3).
In het tweede compartiment 8 kijkend door de opening 76 en Fresnel lens 78 in het eerste compartiment 7 vanaf het venster 2 werpt de gebruiker een munt 16 vanaf de muntsleuf 100 in het dooslichaam 1. Ofschoon de munt 16 in werkelijkheid wordt geplaatst in het tweede compartiment 8 zal de gebruiker de munt 16 vinden als of hij was geplaatst in het kubusvormige eerste compartiment 7, dat is opgesteld in het hart van het holle lichaam 1, zoals zal worden gezien uit figuren 5, 7 en 9.In the second compartment 8 looking through the opening 76 and Fresnel lens 78 in the first compartment 7 from the window 2, the user ejects a coin 16 from the coin slot 100 into the box body 1. Although the coin 16 is actually placed in the second compartment 8, the user will find the coin 16 as if it were placed in the cubic first compartment 7, which is arranged in the center of the hollow body 1, as will be seen from figures 5, 7 and 9.
Het uitvoeringsvoorbeeld van de spaardoos volgens de huidige uitvinding is dus aangenaam om te zien.The embodiment of the savings box according to the present invention is thus pleasant to see.
Indien de muntla 9 uit het dooslichaam 1 wordt getrokken met de vingers aangebracht op het uitsteeksel 90 van de la 9 bij de ondiepe holte 110 op de bodem van het doos lichaam 1 wordt de plaat 86 van het tweede compartiment 8 geopend, zal de munt 16 daar naar beneden vallen in de muntla 9 en kan dus worden uitgenomen.If the mint drawer 9 is pulled out of the box body 1 with the fingers placed on the protrusion 90 of the drawer 9 at the shallow cavity 110 on the bottom of the box body 1, the plate 86 of the second compartment 8 is opened, the coin 16 there fall down into the muntla 9 and so can be taken out.
In het bovengenoemde uitvoeringsvoorbeeld heeft het camoufleerorgaan 6 de vorm van een trechter en is het eerste compartiment kubusvormig in vorm. De vormen van deze organen zijn echter niet beperkt tot dergelijke trechtervormige of kubusvormige vormen. Het camoufleerorgaan en eerste compartiment kunnen integraal worden gevormd zoals bijvoorbeeld een pot waarvan het nekgedeelte moet dienen als het camoufleerorgaan, terwijl de bodem dienst doet als compartiment.In the above exemplary embodiment, the camouflage member 6 has the shape of a funnel and the first compartment is cubic in shape. However, the shapes of these members are not limited to such funnel or cubic shapes. The concealer and first compartment may be integrally formed, such as, for example, a pot, the neck portion of which must serve as the concealer, while the bottom serves as a compartment.
Ook heeft in het bovenstaande uitvoeringsvoorbeeld het eerste compartiment 7 de opening 76 daarop gevormd. Het zal echter worden opgemerkt, dat even goed een opening kan worden gevormd in het camoufleerorgaan 6. Verder kan er een insnijding worden gevormd voor verbinding tussen de inwendige ruimte van het camoufleerorgaan 6 en de muntopneemruimte 4.Also, in the above exemplary embodiment, the first compartment 7 has the opening 76 formed thereon. It will be noted, however, that an opening may equally well be formed in the camouflage member 6. Furthermore, an incision may be formed for connection between the interior space of the camouflage member 6 and the coin receiving space 4.
Verder maken in het bovenstaande uitvoeringsvoorbeeld de met patronen bedrukte platen 50, 51 , 52 en 53, die zijn aangebracht op de binnenwanden van de magische ruimte 40 van het dooslichaam 1, het mogelijk de rand van de in het dooslichaam 1 aangebrachte scheidingswand 3 en die van de daarop bevestigde spiegel te camoufleren en de binnenzijde van het dooslichaam 1 estetisch aantrekkelijker te maken. Ook kan er een patroon of decoratie of beiden zijn aangebracht op de uitwendige oppervlakken van het camouf1eerorgaan 6 en eerste compartiment 7, en kan ook een decoratie zijn aangebracht op de met patronen bedrukte platen 50, 51, 52 en 53.Furthermore, in the above exemplary embodiment, the patterned plates 50, 51, 52 and 53, which are arranged on the inner walls of the magic space 40 of the box body 1, allow the edge of the dividing wall 3 arranged in the box body 1 and which of the mirror mounted thereon and make the inside of the box body 1 more aesthetically pleasing. Also, a pattern or decoration or both may be applied to the exterior surfaces of the concealer 6 and first compartment 7, and a decoration may also be applied to the patterned plates 50, 51, 52 and 53.
In aanvulling kan er in de muntopneemruimte 4 in dit uitvoer-ingsvoorbeeld een muziekdoos of dergelijke zijn aangebracht, die iedere keer, dat een munt 16 in de opneemruimte 4 wordt geplaatst via de muntsleuf 100, in werking kan worden gesteld om muziek af te spelen, hetgeen de spaardoos ook prettig om te horen maakt.In addition, a coin box or the like may be provided in the coin receiving space 4 in this exemplary embodiment, which can be actuated to play music every time a coin 16 is placed in the receiving space 4 through the coin slot 100, which also makes the savings box pleasant to hear.
In het bovenstaande uitvoeringsvoorbeeld heeft het dooslichaam de vorm van een holle vierkante kolom. Deze vorm kan echter een veelhoekige kolom, cylinder, elliptische kolom, afgeknotte konus of een trapezium zijn.In the above exemplary embodiment, the box body is in the form of a hollow square column. However, this shape can be a polygonal column, cylinder, elliptical column, truncated cone or trapezoid.
De door de vlakken van de twee zijplaten 31 van de scheidingswand gevormde hoek is een willekeurige. De afmetingen en vorm van het venster 2 is op geen enkele wijze beperkt zolang als hij tussen twee verlengingen 33 is. Het venster 2 kan ook een of andere doorzichtige plaat zijn, maar hij kan ook alleen een opening zijn.The angle formed by the faces of the two side plates 31 of the dividing wall is an arbitrary one. The size and shape of the window 2 is in no way limited as long as it is between two extensions 33. The window 2 can also be some transparent plate, but it can also be only an opening.
In het bovenstaande uitvoeringsvoorbeeld wordt het tweede compartiment gebruikt, maar dit is niet altijd noodzakelijk.In the above exemplary embodiment, the second compartment is used, but this is not always necessary.
Claims (7)
Applications Claiming Priority (2)
| Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
|---|---|---|---|
| JP3104977A JPH04284559A (en) | 1991-03-14 | 1991-03-14 | Data type data transfer processing system |
| JP10497791 | 1991-03-14 |
Publications (3)
| Publication Number | Publication Date |
|---|---|
| NL9201636A true NL9201636A (en) | 1993-07-16 |
| NL191825B NL191825B (en) | 1996-05-01 |
| NL191825C NL191825C (en) | 1996-09-03 |
Family
ID=14395155
Family Applications (1)
| Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
|---|---|---|---|
| NL9201636A NL191825C (en) | 1991-03-14 | 1992-09-22 | Savings box. |
Country Status (2)
| Country | Link |
|---|---|
| JP (1) | JPH04284559A (en) |
| NL (1) | NL191825C (en) |
Citations (3)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| FR478354A (en) * | 1915-04-12 | 1915-12-08 | Carl Johan Fredrik Ohlsson | Receiver box |
| CH115550A (en) * | 1926-02-06 | 1926-11-16 | Knapp Baumann Gustav | Device for creating the illusion of a human body without a head. |
| EP0388508A2 (en) * | 1989-03-22 | 1990-09-26 | Tenyo Co., Ltd. | Box |
-
1991
- 1991-03-14 JP JP3104977A patent/JPH04284559A/en active Pending
-
1992
- 1992-09-22 NL NL9201636A patent/NL191825C/en not_active IP Right Cessation
Patent Citations (3)
| Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
|---|---|---|---|---|
| FR478354A (en) * | 1915-04-12 | 1915-12-08 | Carl Johan Fredrik Ohlsson | Receiver box |
| CH115550A (en) * | 1926-02-06 | 1926-11-16 | Knapp Baumann Gustav | Device for creating the illusion of a human body without a head. |
| EP0388508A2 (en) * | 1989-03-22 | 1990-09-26 | Tenyo Co., Ltd. | Box |
Also Published As
| Publication number | Publication date |
|---|---|
| NL191825B (en) | 1996-05-01 |
| JPH04284559A (en) | 1992-10-09 |
| NL191825C (en) | 1996-09-03 |
Similar Documents
| Publication | Publication Date | Title |
|---|---|---|
| USD547175S1 (en) | Mirrored dispenser container | |
| EP1105313B1 (en) | Pack for smoking articles | |
| USD365892S (en) | Combined cosmetic tray and case | |
| USD968809S1 (en) | Partitioned container with lid | |
| CA2077957C (en) | Savings box | |
| US4967953A (en) | Partitioned box with light reflective partition surface and window | |
| NL9201636A (en) | SAVER BOX. | |
| JPH0744272U (en) | Piggy bank | |
| USD343358S (en) | Dispensing closure | |
| US5562207A (en) | Short end cap storage package | |
| USD332197S (en) | Wall mounted folding diaper changing support | |
| NL1013920C1 (en) | Cigarette packaging. | |
| USD369152S (en) | Optical disc cartridge | |
| JP2510950Y2 (en) | Piggy bank | |
| JPH057636U (en) | box | |
| USD369151S (en) | Optical disc cartridge | |
| KR910009274Y1 (en) | A magic box | |
| USD353049S (en) | Tool box | |
| JP7044287B1 (en) | Storage unit | |
| JP2004268946A (en) | Packaging container | |
| USD378533S (en) | Promotional storage compartment and business card holder with moveable dividers | |
| USD568738S1 (en) | Container | |
| USD349892S (en) | Case for an optical disc cartridge | |
| KR200188183Y1 (en) | Decoration frome for compact disk keeping | |
| GB2359540A (en) | A compact disc pack |
Legal Events
| Date | Code | Title | Description |
|---|---|---|---|
| A1A | A request for search or an international-type search has been filed | ||
| BB | A search report has been drawn up | ||
| BC | A request for examination has been filed | ||
| V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20090401 |