NL9201045A - Verfdoseerinrichting. - Google Patents
Verfdoseerinrichting. Download PDFInfo
- Publication number
- NL9201045A NL9201045A NL9201045A NL9201045A NL9201045A NL 9201045 A NL9201045 A NL 9201045A NL 9201045 A NL9201045 A NL 9201045A NL 9201045 A NL9201045 A NL 9201045A NL 9201045 A NL9201045 A NL 9201045A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- valve
- metering
- frame
- support plate
- axis
- Prior art date
Links
Classifications
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B01—PHYSICAL OR CHEMICAL PROCESSES OR APPARATUS IN GENERAL
- B01F—MIXING, e.g. DISSOLVING, EMULSIFYING OR DISPERSING
- B01F33/00—Other mixers; Mixing plants; Combinations of mixers
- B01F33/80—Mixing plants; Combinations of mixers
- B01F33/84—Mixing plants with mixing receptacles receiving material dispensed from several component receptacles, e.g. paint tins
-
- B—PERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
- B01—PHYSICAL OR CHEMICAL PROCESSES OR APPARATUS IN GENERAL
- B01F—MIXING, e.g. DISSOLVING, EMULSIFYING OR DISPERSING
- B01F2101/00—Mixing characterised by the nature of the mixed materials or by the application field
- B01F2101/30—Mixing paints or paint ingredients, e.g. pigments, dyes, colours, lacquers or enamel
Landscapes
- Chemical & Material Sciences (AREA)
- Chemical Kinetics & Catalysis (AREA)
- Spray Control Apparatus (AREA)
Description
Korte aanduiding: Verfdoseerinrichting
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het doseren van vloeibare of poeder- of pastavormige fluida, in het bijzonder verfstoffen, omvattende een gestel, een aantal in een horizontaal vlak gelegen in een kring opgestelde en naar een op een verticale hoofdas gelegen doseerplaats te bewegen doseerklepeenheden, een boven de doseerplaats opgestelde klepbedieningseenheid, waarbij elke doseerklepeenheid met een leidingstelsel voor het uit een bron aanvoeren van een fluïdum is verbonden en een doseerklep evenals een naar beneden gerichte uitstroomopening bevat, welke doseerklep, nadat de doseerklepeenheid waar deze toe behoort naar de doseerplaats is verplaatst, door de klepbedieningseenheid kan worden geopend en gesloten teneinde een gedoseerde hoeveelheid fluidum uit de uitstroomopening te laten stromen.
Een dergelijke inrichting is bekend uit de nederlandse octrooiaanvrage 8005405. Hierin wordt een verdeler voor het bewaren en bereiden van verf beschreven, waarbij elke doseerklepeenheid is vastgemaakt aan het onderste uiteinde van een stijve pijp, die aan het bovenste uiteinde scharnierend ten opzichte van een draagkrans van het gestel is opgehangen, waarbij de pijp tezamen met de eraan bevestigde doseerklepeenheid kan worden gezwenkt in de richting van de hoofdas door middel van een pneumatische of hydraulische zuiger. Elke pijp is verbonden met een voorraadtank voor verfstof door middel van een flexibele leiding. De klepbedieningseenheid bevat een klepgrijpbek die over een verdikking aan het bovenuiteinde van een naar de hoofdas gezwenkte doseerklepeenheid kan zakken en vervolgens kan worden gesloten, waarna de doseerklep door de klepgrijpbek omhoog te bewegen kan worden geopend en door de klepgrijpbek vervolgens omlaag te bewegen weer kan worden gesloten. Door een open houder onder de klepgrijpbek te plaatsen en achtereenvolgens uit een aantal doseerklepeenheden verfstof te laten stromen kan verf met een gewenste samenstelling worden bereid.
In deze bekende inrichting is elke doseerklep afzonderlijk beweegbaar opgehangen en voorzien van een eigen aandrijving, in de vorm van een zuiger/cilinder-combinatie. Dit stelt hoge eisen aan de constructie, met name ten aanzien van nauwkeurigheid van de scharnierverbindingen tussen de pijpen en de draagkrans en aan de betrouwbaarheid van de aandrijvingen. Bovendien bevat de constructie een groot aantal onderdelen, waardoor deze duur en kwetsbaar is.
Weliswaar zijn inrichtingen voor het doseren van verfstof bekend waarin de doseerklepeenheden tezamen op een ten opzichte van een klepbedieningseenheid verschuifbare slede zijn opgesteld en waarbij de te openen doseerklep naar de doseerplaats kan worden bewogen door de slede te verschuiven, als gevolg waarvan het niet nodig is elke doseerklep van een eigen aandrijving te voorzien, maar zij heeft onder andere het nadeel dat het leidingstelsel dient te zijn uitgevoerd met lange flexibele leidingen, met name in het geval waarbij een groot aantal doseerklepeenheden is aangebracht. Deze leidingen zijn in hoge mate aan slijtage onderhevig.
De uitvinding beoogt nu een inrichting volgens de aanhef te verschaffen, die de genoemde nadelen niet heeft. Daartoe zijn de doseerklepeenheden rond een denkbeeldige verticale draagplaatas bevestigd aan een draagplaat, welke draagplaat uitsluitend in zijn vlak beweegbaar ten opzichte van het gestel is aangebracht, waarbij de draagplaat in elke positie een gelijke oriëntatie heeft. In de op deze wijze verkregen inrichting kunnen de doseerkleppen beurtelings naar de doseerplaats worden bewogen met behulp van slechts een enkele met de draagplaat gekoppelde aandrijving en is geen afzonderlijke beweegbare ophanging van elke doseerklep nodig. Daarbij hoeven de leidingen, die de met de draagplaat meebewegende doseerkleppen verbinden met vast opgestelde bronnen, slechts een geringe vervorming te kunnen ondergaan, aangezien de verplaatsing van de draagplaat beperkt is en bovendien de leidingen niet of nauwelijks doet torderen om hun lengteas.
Een voordelige uitvoeringsvorm wordt verkregen door de draagplaat enerzijds met het gestel te verbinden via een positioneerarm, die aan een eerste resp. tweede uiteinde draaibaar is gelagerd rond de hoofas van het gestel resp. rond de draagplaatas, waarbij de draagplaat in verticale zin wordt gefixeerd ten opzichte van het gestel en de draagplaat anderzijds met het gestel is verbonden via ten minste één verbindingsstang, waarbij elke verbindingsstang in een eerste draaipunt om een verticale as draaibaar is verbonden met het gestel en in een tweede draaipunt om een verticale as draaibaar is verbonden met de draagplaat, waarbij elke verbindingsstang zodanig is gericht dat de horizontale afstand van het eerste draaipunt tot het tweede draaipunt in grootte en in richting gelijk is aan de afstand van de hoofdas tot de draagplaatas. Door toepassing van de draaibare verbindingsstangen en de positioneerarm op de genoemde wijze verkrijgt men een bijzonder elegante geleiding van de beweging van de draagplaat, waarbij bovendien de positie van de doseerkleppen wordt bepaald door de vastlegging van slechts één grootheid, zoals bijvoorbeeld de hoek van de positioneerarm ten opzichte van het gestel.
Daarbij heeft het voordeel de inrichting zodanig uit te voeren dat de klepbedieningseenheid met de positioneerarm is verbonden en een met een vaste oriëntatie ten opzichte van de positioneerarm op een neer beweegbare klepgrijper omvat met ten minste één nok, die kan aangrijpen op een zich op de doseerplaats bevindende doseerklep ten behoeve van het openen en sluiten van de doseerklep, en dat de ten minste één nok zodanig is gevormd dat een te openen doseerklep in de klepgrijper kan worden geplaatst door de doseerklep horizontaal en in een richting in hoofdzaak loodrecht op het door de draagplaatas en de hoofdas lopende vlak te verplaatsen. In dat geval is gewaarborgd dat de doseerkleppen vanzelf correct in de klepbedieningseenheid worden geplaatst, wanneer zij naar de doseerplaats worden bewogen door de draagplaat te verplaatsen. In een eenvoudige uitvoering van een zojuist beschreven klepbedieningseenheid is de klepgrijper voorzien van een sleuf, waarvan de opening naar beneden is gericht, en welke sleuf loodrecht op het door de draagplaatas en de hoofdas lopende vlak is gericht, waarbij in de sleuf aan in horizontale .zin tegenover elkaar gelegen zijden nokken zijn aangebracht, die kunnen samenwerken met een op een cilindervormig uiteinde van de te openen doseerklep gevormde verdikking.
Het aandrijfmiddel kan zodanig zijn uitgevoerd dat het de draagplaat rechtstreeks, dat wil zeggen niet via de positioneerarm, aandrijft. Dit heeft een gunstige uitwerking op de krachtenverdeling in de bewegende delen en op de draaipunten. Verder kan ten minste één sensor zijn aangebracht voor het bepalen van de positie van de draagplaat ten opzichte van de klepgrijper, zodat het mogelijk is te bepalen op welke positie elk van de doseerkleppen zich bevindt.
Ten slotte kan ten minste een van de doseerklepeenheden twee of meer doseerkleppen bevatten, die elk een doorstroomopening met verschillende doorlaat kunnen bezitten en die zich bijvoorbeeld langs een zelfde ten opzichte van de draagplaatas radiaal verlopende lijn bevinden en waarbij de klepbedieningsinrichting is uitgevoerd met meerdere klepgrijporganen, die aan de positioneerarm zijn bevestigd. Ter verkrijging van het gewenste debiet van de gekozen verfstof kan nu een bepaalde doseerklep of combinatie van doseerkleppen worden geopend.
De uitvinding zal nu nader worden toegelicht aan de hand van de tekening, waarin figuur 1 een verticale doorsnede door een eerste uitvoering van de inrichting volgens de uitvinding toont, waarbij de positioneerarm roterend wordt aangedreven, figuur 2 een zijaanzicht van de inrichting uit figuur 1 toont, en figuur 3 een zijaanzicht vaii een tweede uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding toont.
In figuur 1 duidt het verwijzingscijfer 1 een gestel aan, waaraan een lager 2 op zodanige wijze is bevestigd dat een daarmee verbonden horizontaal gelegen positioneerarmplaat 4 om een verticale hoofdas A kan draaien, zonder te verschuiven. Op enige afstand van deze hoofdas A is aan de positioneerarmplaat 4 een naar beneden gerichte positioneerarmkolom 5 bevestigd, die aan het onderste uiteinde een eveneens horizontaal gelegen tweede positioneerarmplaat 6 draagt, die zich vanaf een zijde van de positioneerarmkolom 5 uitstrekt tot aan de hoofdas A, en die aan de tegenoverliggende zijde van de positioneerarmkolom 5 een omlaag stekende draagplaatas 7' draagt. De positioneerarmplaten 4 en 6 tezamen met de positioneerarmkolom 5 en de draagplaatas.7 vormen een positioneerarm 3.
Op de draagplaatas 7 is door middel van een lagerverbinding 8 draaibaar maar niet 'verschuifbaar een draagplaat 9 aangebracht, waaraan in een kring rond de draagplaatas 7 een vierenzestigtal doseerklepeenheden 13 is bevestigd, die niet alle zijn getoond. Verder is een lekbak 10 met een busverbinding 11 vast op de draagplaatas 7 gemonteerd, in welke lekbak 10 een op de hoofdas A gelegen opening 12 dient om verfstof door te laten.
Elke doseerklepeenheid 13 bestaat uit een flexibele aanvoerslang 14 en een flexibele afvoerslang 15, die via een niet-getoonde pomp en een leidingstelsel zijn verbonden met een eveneens niet-getoonde voorraadhouder, vanwaaruit een circulatie van verfstof door de doseerklepeenheid 13 in stand kan worden gehouden. Verder omvat elke doseerklepeenheid 13 een niet-getoonde uitstroomopening aan de onderzijde en een klepsteel 17 met een verdikking 18 aan de bovenzijde. Door de klepsteel 17 te heffen kan verfstof uit de uitstroomopening stromen.
De draagplaat 9 is niet alleen via de positioneerarm 3 met het gestel 1 verbonden, maar ook door middel van drie rond de hoofdas A geplaatste verbindingsstangen 20, die elk aan het ene uiteinde met behulp van een cardankoppeling 21 aan het gestel zijn bevestigd en aan het andere uiteinde met behulp van een cardankoppeling 22 aan de draagplaat 9 zijn bevestigd. Elke verbindingsstang 20 is zodanig georiënteerd dat de horizontale afstand van het draaipunt van de bovenste cardankoppeling 21 tot het draaipunt van de onderste cardankoppeling 22 in grootte en richting gelijk is aan de afstand van de hoofdas A tot de hartlijn B van de draagplaatas 7. Hoewel in de in figuur 1 getoonde inrichting de drie verbindingsstangen 20 gelijke lengtes hebben, is dit niet nodig: het is slechts nodig dat bij elke verbindingsstang de horizontale afstand van de draaipunten aan de genoemde eisen voldoet. Dit houdt derhalve ook in dat, met betrekking tot de beweging van de draagplaat 8, de cardankoppeling 21 met het gestel ook op een lager gelegen positie dan de cardankoppeling 22 mag zijn aangebracht. Ook hoeven niet noodzakelijk cardanische koppelingen te worden toegepast: de verbindingsstangen 20 kunnen bijvoorbeeld ook op een soortgelijke wijze als de positioneerarm 3 met het gestel 1 en de draagplaat 9 zijn verbonden; dat wil zeggen met een lagering om een verticale as.
De draagplaat 9 is, als gevolg van zijn tweeledige verbinding met het gestel 1, uitsluitend in een horizontaal vlak beweegbaar, waarbij deze in elke positie een gelijke oriëntatie heeft en elke doseerklepeenheid 13 op de hoofdas A kan worden gebracht. Hiertoe drijft een boven het taatslager 2 gemonteerde elektrische motor 25 door middel van een as-spieverbinding de positioneerarm 3 aan.
Aan de positioneerarm 3 zijn sensoren 26 aangebracht met behulp waarvan kan worden bepaald welke doseerklepeenheid 13 zich op de hoofdas A bevindt, welke sensoren 26 zijn verbonden met een niet getoonde microprocessorschakeling, die dient als besturingseenheid voor de motor 25 en voor een klepbedieningseenheid 23.
Deze klepbedieningseenheid 23 bestaat uit een verticaal verschuifbaar met de positioneerarmplaat 6 verbonden klepgrijper 27, die is voorzien van een loodrecht op het met het vlak van tekening samenvallende verbindingsvlak van de draagplaatashartlijn B met de hoofdas A gerichte sleuf 28, waarin twee nokken 29 zijn aangebracht, die achter de verdikking 18 van de cilindervormige klepsteel 17 van de zich op de hoofdas bevindende doseerklepeenheid 13 kunnen grijpen.
Bovendien bevat de klepbedieningseenheid 23 twee paren in lijn opgestelde zuigers 30, 31, die door afzonderlijke of gecombineerde aansturing door de microprocessorschakeling de klepgrijper 27 op en neer kunnen doen bewegen, ten einde verschillende debieten door de doseerklepeenheid 13 in te kunnen stellen. Uiteraard kan in plaats van deze zuigers 30,31 een zuiger met continu instelbare lengte worden toegepast, voor een traploze regeling van het debiet door de doseerklepeenheid 13. De klepgrijper 27 is door middel van een spie-sleufverbinding 33 geborgd tegen verdraaiing ten opzichte van de positioneerarmplaat 6, zodat de sleuf 28 telkens zodanig is gericht dat bij verplaatsing van de draagplaat 9 de zich nabij de hoofdas A bevindende klepsteel 17 probleemloos in en uit de sleuf 28 kan schuiven.
Figuur 2 toont dezelfde inrichting nogmaals, nu in zijaanzicht.
In figuur 3 is een enigszins gewijzigde uitvoeringsvorm getoond, waarin onderdelen met dezelfde functie als in figuur 1 ook dezelfde verwijzingscijfers hebben als in figuur 1. Een motor 35 drijft via een cardanische overbrenging 36 de positioneerarm 3 aan. In plaats daarvan kan de inrichting zodanig worden uitgevoerd dat de motor 35 de draagplaatas 7 rechtstreeks aandrijft.
In afwijking van de in figuur 1 getoonde uitvoering is elke klepbedieningseenheid 23 voorzien van twee klepgrijpers 27, en elke doseerklepeenheid 13 voorzien van twee doseerkleppen 37. Door nu één van de of beide doseerkleppen te openen kunnen verschillende debièten van de te doseren verfstof worden ingesteld. Overigens is in figuur 3 tevens een gunstige ligging van de aanvoer slangen 14 en de afvoerslangen 15 getoond, waarbij slechts een geringe vervorming van deze slangen 14, 15 optreedt bij het bewegen van de draagplaat 9.
Claims (7)
1. Inrichting voor het doseren van fluida, in het bijzonder verfstof, omvattende een gestel (1), een aantal in een horizontaal vlak gelegen in een kring opgestelde en naar een op een verticale hoofdas (A) gelegen doseerplaats te bewegen doseerklepeenheden (13), een boven de doseerplaats opgestelde klepbedieningseenheid (23), waarbij elke doseerklepeenheid met een leidingstelsel voor het uit een bron aanvoeren van een fluïdum is verbonden en een doseerklep evenals een naar beneden gerichte uitstroomopening bevat, welke doseerklep, nadat de doseerklepeenheid waar deze toe behoort naar de doseerplaats is verplaatst, door de klepbedieningseenheid kan worden geopend en gesloten teneinde een gedoseerde hoeveelheid fluïdum uit de uitstroomopening te laten stromen, met het kenmerk, dat de doseerklepeenheden rond een denkbeeldige verticale draagplaatas (B) zijn bevestigd aan een draagplaat (9), welke draagplaat uitsluitend in zijn vlak beweegbaar ten opzichte van het gestel is aangebracht, waarbij de draagplaat in elke positie een gelijke oriëntatie heeft.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de draagplaat enerzijds met het gestel is verbonden via een positioneerarm (3), die aan een eerste resp. tweede uiteinde draaibaar is gelagerd rond de hoofdas van het gestel resp. rond de draagplaatas, waarbij de draagplaat in verticale zin wordt gefixeerd ten opzichte van het gestel en de draagplaat anderzijds met het gestel is verbonden via ten minste één verbindingsstang (20), waarbij elke verbindingsstang in een eerste draaipunt om een verticale as draaibaar is verbonden met het gestel en in een tweede draaipunt om een verticale as draaibaar is verbonden met de draagplaat, waarbij elke verbindingsstang zodanig is gericht dat de horizontale afstand van het eerste draaipunt tot het tweede draaipunt in grootte en in richting gelijk is aan de afstand van de hoofdas tot de draagplaatas.
3. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de klepbedieningseenheid met de positioneerarm is verbonden en een met een vaste oriëntatie ten opzichte van de positioneerarm op en neer beweegbare klepgrijper (27) omvat met ten minste één nok (29) , die kan aangrijpen op een zich op de doseerplaats bevindende doseerklep ten behoeve van het openen en sluiten van de doseerklep, en dat de ten minste één nok zodanig is gevormd dat een te openen doseerklep in de klepgrijper kan worden geplaatst door de doseerklep horizontaal en in een richting in hoofdzaak loodrecht op het door de draagplaatas en de hoofdas lopende vlak te verplaatsen.
4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de klepgrijper is voorzien van een sleuf (28), waarvan de opening naar beneden is gericht, en welke sleuf loodrecht op het door de draagplaatas en de hoofdas lopende vlak is gericht, waarbij in de sleuf aan in horizontale zin tegenover elkaar gelegen zijden nokken (29) zijn aangebracht, die kunnen samenwerken met een op een cilindervormig uiteinde van de te openen doseerklep gevormde verdikking (18).
5. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat een aandrijfmiddel (35) de draagplaat rechtstreeks aandrijft.
6. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ten minste één sensor (26) is aangebracht voor het bepalen van de positie van de draagplaat ten opzichte van de klepgrijper.
7. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ten minste een van de doseerklepeenheden twee of meer doseerkleppen (37) bevat en dat de klepbedieningseenheid is uitgevoerd met twee of meer klepgrijpers, die kunnen samenwerken met de doseerklepeenheden.
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL9201045A NL192220C (nl) | 1992-06-12 | 1992-06-12 | Verfdoseerinrichting. |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL9201045 | 1992-06-12 | ||
NL9201045A NL192220C (nl) | 1992-06-12 | 1992-06-12 | Verfdoseerinrichting. |
Publications (3)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL9201045A true NL9201045A (nl) | 1993-08-02 |
NL192220B NL192220B (nl) | 1996-11-01 |
NL192220C NL192220C (nl) | 1997-03-04 |
Family
ID=19860919
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL9201045A NL192220C (nl) | 1992-06-12 | 1992-06-12 | Verfdoseerinrichting. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL192220C (nl) |
Cited By (3)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0715883A1 (en) * | 1994-12-07 | 1996-06-12 | DROMONT S.r.l. | Fluid mixing device, particularly for industrial inks or paints |
NL1004204C2 (nl) * | 1996-10-04 | 1998-04-07 | Stork X Cel Bv | Doseerinrichting, in het bijzonder voor vloeibare verfstoffen. |
WO2002007868A1 (en) * | 2000-07-21 | 2002-01-31 | Pirovano S.R.L. | Dispenser device with terminals comprising rotary joints |
Citations (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB2060563A (en) * | 1979-09-28 | 1981-05-07 | Arrigoni G | A distributor for a dye storage and preparation plant |
FR2521033A1 (fr) * | 1982-02-10 | 1983-08-12 | Rosenlew Ab Oy W | Machine pour nuancer les tons de peinture |
-
1992
- 1992-06-12 NL NL9201045A patent/NL192220C/nl not_active IP Right Cessation
Patent Citations (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB2060563A (en) * | 1979-09-28 | 1981-05-07 | Arrigoni G | A distributor for a dye storage and preparation plant |
FR2521033A1 (fr) * | 1982-02-10 | 1983-08-12 | Rosenlew Ab Oy W | Machine pour nuancer les tons de peinture |
Cited By (4)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
EP0715883A1 (en) * | 1994-12-07 | 1996-06-12 | DROMONT S.r.l. | Fluid mixing device, particularly for industrial inks or paints |
US5762098A (en) * | 1994-12-07 | 1998-06-09 | Dromont S.R.L. | Fluid mixing device, particularly for industrial inks or paints |
NL1004204C2 (nl) * | 1996-10-04 | 1998-04-07 | Stork X Cel Bv | Doseerinrichting, in het bijzonder voor vloeibare verfstoffen. |
WO2002007868A1 (en) * | 2000-07-21 | 2002-01-31 | Pirovano S.R.L. | Dispenser device with terminals comprising rotary joints |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
NL192220B (nl) | 1996-11-01 |
NL192220C (nl) | 1997-03-04 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US4630654A (en) | Apparatus for liquid filling of containers | |
US3633771A (en) | Apparatus for moving drill pipe into and out of an oil well derrick | |
NO322101B1 (no) | Nivaspolingssystem for spole med kveilet rorledning | |
NL192220C (nl) | Verfdoseerinrichting. | |
US8662357B2 (en) | Pump-less toner dispensing cap | |
RU2008131533A (ru) | Модульное устройство для прикрепления приспособлений для открытия к упаковкам с льющимися пищевыми продуктами | |
US6053219A (en) | Apparatus and method for filling containers with liquid | |
EP1145955B1 (en) | Rotary type continuous filling apparatus | |
CN103239294A (zh) | 可调支架 | |
US3455333A (en) | Counterbalance system for a marine loading arm | |
US5205699A (en) | Method and apparatus for lifting and tilting drums of flowable material | |
US3651832A (en) | Articulated counterbalanced piping apparatus | |
US3705610A (en) | Tank car loading unit | |
US6701697B2 (en) | Carousel bagger | |
CA1240587A (en) | Apparatus and method for cleaning flowable material filling devices | |
CN87107931A (zh) | 计量阀操作机构 | |
GB1597087A (en) | Articulated loading arms | |
AU604023B2 (en) | Distribution valve with precision flow control | |
US3542255A (en) | Bulk material flow regulating device | |
US5613822A (en) | Device for hooking, lifting and unloading a dustbin for use on side loading garbage truck | |
SE431186B (sv) | Fyllare vid forpackningsmaskiner | |
CN105592938B (zh) | 用于加载、熔化和从流体输送装置输送流体的方法及装置 | |
CN2743225Y (zh) | 输液袋灌装机构 | |
CN113202270B (zh) | 一种立墙涂布机 | |
US2108498A (en) | Marine steering gear motor |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
A1B | A search report has been drawn up | ||
BC | A request for examination has been filed | ||
SNR | Assignments of patents or rights arising from examined patent applications |
Owner name: STORK PRINTS B.V. |
|
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20090101 |