NL9200686A

NL9200686A - APPARATUS WITH SIMULTANEOUS HYDRAULIC JACKS.

Info

Publication number: NL9200686A
Application number: NL9200686A
Authority: NL
Original assignee: Stertil Bv
Priority date: 1992-04-13
Filing date: 1992-04-13
Publication date: 1993-11-01
Also published as: DE69311949D1; EP0566203A1; DE69311949T2; EP0566203B1

Description

INRICHTING MET GELIJKLOPENDE HYDRAULISCHE VIJZELSAPPARATUS WITH SIMULTANEOUS HYDRAULIC JACKS

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting die een hydraulisch systeem omvat met een bron van hydraulisch medium onder druk, een reservoir voor het medium en ten minste twee cilinder/zuigersamenstellen. Verder zijn bestu-ringsmiddelen aanwezig voor het met de cilinders verbinden van de bron of het reservoir, teneinde de zuigers in de ene of andere richting aan te drijven.The invention relates to a device comprising a hydraulic system with a source of pressurized hydraulic medium, a reservoir for the medium and at least two cylinder / piston assemblies. Control means are also provided for connecting the source or reservoir to the cylinders, in order to drive the pistons in one direction or the other.

In bepaalde uitvoeringsvormen van dergelijke inrichtingen is het gewenst om de zuigerstangen gelijk te laten lopen. Daarvoor zijn veelal gecompliceerde regelsystemen zoals servosystemen gebruikelijk.In certain embodiments of such devices, it is desirable to align the piston rods. For this, complicated control systems such as servo systems are usually customary.

De uitvinding beoogt nu een inrichting van deze soort te verschaffen die eenvoud van constructie en gelijkloop met een voldoende nauwkeurigheid verzekert.The object of the invention is now to provide a device of this type which ensures simplicity of construction and synchronization with sufficient accuracy.

Bij de inrichting volgens de uitvinding wordt dit bereikt met de maatregel zoals gekenmerkt in conclusie 1. Door de serieschakeling van de cilinders wordt de uit de ene cilinder verdrongen hydraulische olie naar de andere gevoerd en drijft deze de zuiger van de andere cilinder aan. Door de aangegeven dimensionering van de cilinders wordt daarbij verzekerd dat de zuigers gelijklopen. Door in de verbin-dingsleiding extra olie toe te voeren resp. olie daaruit af te voeren kan de gewenste onderlinge positie van de zuigers van de twee samenstellen worden ingesteld. Deze instelling geschiedt door de besturingsmiddelen die, in elk geval in de eindstand, afhankelijk van de signalen van de positie-opne-mers olie toe- of afvoeren in de verbindingsleiding. De positie-opnemers kunnen eenvoudig schakelaars zijn.In the device according to the invention this is achieved with the measure as characterized in claim 1. The series connection of the cylinders feeds the hydraulic oil displaced from one cylinder to the other and drives the piston of the other cylinder. The indicated dimensioning of the cylinders ensures that the pistons run parallel. By adding or adding extra oil in the connection line. draining oil therefrom, the desired mutual position of the pistons of the two assemblies can be adjusted. This adjustment is effected by the control means which, in any case in the end position, feed or discharge oil in the connecting line depending on the signals of the position sensors. The position sensors can simply be switches.

Bij voorkeur wordt de maatregel van conclusie 2 toegepast. Het gelijkstellen van de zuigers kan dan continu in elke uitschuifpositie plaatsvinden.The measure of claim 2 is preferably applied. The pistons can then be equated continuously in any extend position.

Een gunstige uitvoering van de inrichting is gekenmerkt in conclusie 3. Wanneer de zuigerstangen continu op trek worden belast, zal de druk van het medium in de eerste kamer in de serieschakeling hoger zijn dan de druk in de andere kamer van dat samenstel zodat bij het openen van de eerste klep extra olie aan de twee door de verbindingslei-ding met elkaar verbonden kamers wordt toegevoerd. Met de tweede klep kan olie worden afgevoerd.A favorable embodiment of the device is characterized in claim 3. When the piston rods are continuously loaded under tension, the pressure of the medium in the first chamber in the series circuit will be higher than the pressure in the other chamber of that assembly, so that when opened extra oil is supplied from the first valve to the two chambers connected by the connecting line. Oil can be drained with the second valve.

Een andere uitvoering is gekenmerkt in conclusie 4. Doordat de doorsnede van de zuigerstang van het eerste samenstel minder dan de helft van de doorsnede van de zuiger bedraagt zal ook bij deze uitvoeringsvorm de druk in de eerste kamer in de serieschakeling hoger zijn dan die in de tweede kamer.Another embodiment is characterized in claim 4. Since the diameter of the piston rod of the first assembly is less than half the diameter of the piston, the pressure in the first chamber in the series circuit will also be higher in this embodiment than that in the House of Representatives.

Gebleken is dat de maatregelen van conclusie 5 tot een economisch gunstige uitvoeringsvorm kunnen leiden. De volgens deze uitvoeringsvorm uitgevoerde positieopnemers kunnen voor relatief geringe kosten worden vervaardigd, zodat de gehele inrichting zeer economisch kan worden uitgevoerd.It has been found that the measures of claim 5 can lead to an economically favorable embodiment. The position sensors designed according to this embodiment can be manufactured for relatively low costs, so that the entire device can be designed very economically.

Een zeer gunstige uitvoering van de inrichting is gekenmerkt in conclusie 6. De zuigerstangen van de cilinder-/zuigersamenstellen zijn tijdens gebruik continu op trek belast zodat aandrijving slechts in de hefrichting behoeft plaats te vinden. De daalbeweging kan plaatsvinden onder het eigen gewicht van de beweegbare delen van de inrichting. Doordat hierbij slechts één persleiding nodig is, wordt het hydraulisch systeem bijzonder eenvoudig zodat ten opzichte van de gebruikelijke constructie voor dergelijke autohef-bruggen, waarbij de autoheforganen door kettingen of dergelijke met elkaar worden verbonden, een sterke vereenvoudiging wordt gerealiseerd.A very favorable embodiment of the device is characterized in claim 6. The piston rods of the cylinder / piston assemblies are continuously tensile loaded during use, so that drive only has to take place in the lifting direction. The lowering movement can take place under the weight of the movable parts of the device. Since only one discharge pipe is required here, the hydraulic system becomes particularly simple, so that, compared to the conventional construction for such car lifting bridges, in which the car lifting members are connected to each other by chains or the like, a great simplification is realized.

Met de voorkeursmaatregel van conclusie 7 wordt bereikt dat de zuigerstangen slechts op trek en nooit op druk belast kunnen worden, waardoor deze niet op knik gedimensioneerd behoeft te worden, hetgeen een slanke dimensio-nering mogelijk maakt.The preferred measure of claim 7 achieves that the piston rods can only be loaded under tension and never under pressure, so that they do not have to be dimensioned on kink, which enables a slim dimensioning.

De uitvinding zal verder worden toegelicht in de volgende beschrijving aan de hand van de bij gevoegde figuren.The invention will be further elucidated in the following description with reference to the attached figures.

Figuur 1 toont een hydraulisch schema van een inrichting volgens een eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding.Figure 1 shows a hydraulic diagram of a device according to a first embodiment of the invention.

Figuur 2 toont een met figuur 1 overeenkomend hydraulisch schema van een tweede uitvoeringsvorm.Figure 2 shows a hydraulic diagram corresponding to Figure 1 of a second embodiment.

Figuur 3 toont een perspectivisch aanzicht van een als inrichting volgens de uitvinding uitgevoerde autohef-brug.Figure 3 shows a perspective view of an auto lift bridge designed as a device according to the invention.

De in fig. 1 getoonde inrichting 1 omvat een hydraulisch systeem met een pomp 2 die door een elektromotor 3 aangedreven kan worden. De pomp 2 zuigt hydraulische olie op uit een reservoir 4 en kan dit in een persleiding 7 persen. De persleiding 7 is verbonden met een serieschakeling van twee cilinder/zuigersamenstellen 5, 6. De leiding 7 is verbonden met de in de serieschakeling eerste kamer 8 van de cilinder 5. De tweede kamer 9 van de cilinder 5 is via een verbindingsleiding 10 verbonden met de eerste kamer 11 van de tweede cilinder 6. De tweede kamer 12 van deze cilinder is bij deze uitvoeringsvorm niet opgenomen in de hydraulische schakeling aangezien de zuigerstangen 16, 17 van resp. de cilinder 5 en 6 op trek zijn belast. De neerwaartse slag van de zuigerstang 17 kan op nog nader te beschrijven wijze door deze trekbelasting worden teweeg gebracht. De tweede kamer 12 kan eenvoudig in open verbinding staan met de omgeving, of in verbinding staan met het oliereservoir.The device 1 shown in fig. 1 comprises a hydraulic system with a pump 2 which can be driven by an electric motor 3. The pump 2 draws up hydraulic oil from a reservoir 4 and can press it into a pressure pipe 7. The discharge pipe 7 is connected to a series connection of two cylinder / piston assemblies 5, 6. The line 7 is connected to the first chamber 8 of the cylinder 5 in the series connection. The second chamber 9 of the cylinder 5 is connected via a connecting line 10 to the first chamber 11 of the second cylinder 6. The second chamber 12 of this cylinder is not included in the hydraulic circuit in this embodiment, since the piston rods 16, 17 of resp. the cylinders 5 and 6 are under tension. The downward stroke of the piston rod 17 can be brought about by this tensile load in a manner to be described in more detail yet. The second chamber 12 can simply be in open communication with the environment, or in communication with the oil reservoir.

Het zal duidelijk zijn dat indien de pomp 2 olie onder druk in de leiding 7 perst naar de eerste kamer 8 van de cilinder 5, uit de tweede kamer 9 van deze cilinder olie wordt verdrongen die via de verbindingsleiding 10 naar de eerste kamer 11 van de cilinder 6 stroomt. Volgens de uitvinding is het effectieve zuigeroppervlak in de kamer 9 gelijk aan dat in de kamer 11, zodat de zuigerstangen 16, 17 hierdoor gelijk zullen lopen. Om ervoor te zorgen dat het effectieve zuigeroppervlak in de kamer 9 gelijk is aan dat in de kamer 11 moet de werkzame diameter van de cilinder 6 gelijk zijn aan de wortel uit de som van het kwadraat van de werkzame diameter van de cilinder 5 en het kwadraat van de diameter van de zuigerstang 17.It will be clear that if the pump 2 presses oil under pressure in the line 7 to the first chamber 8 of the cylinder 5, oil is displaced from the second chamber 9 of this cylinder, which flows through the connecting line 10 to the first chamber 11 of the cylinder 5. cylinder 6 flows. According to the invention, the effective piston surface in the chamber 9 is equal to that in the chamber 11, so that the piston rods 16, 17 will run parallel. In order for the effective piston area in the chamber 9 to be equal to that in the chamber 11, the effective diameter of the cylinder 6 must be equal to the square root of the sum of the square of the effective diameter of the cylinder 5 and the square of the diameter of the piston rod 17.

Door het inschakelen van de motor 3 zullen aldus de zuigerstangen 16 en 17 in fig. 1 gezien omhoog bewegen. Na het uitschakelen van de motor 3 blijven de zuigerstangen 16 en 17 in de bereikte stand staan, totdat de klep 23 wordt geactiveerd die een verbinding van de leiding 7 met de afvoerleiding 22 naar het reservoir 4 opent. Ten gevolge van de benedenwaartse belasting van de zuigerstangen 16 en 17 stroomt de olie uit de eerste kamer 11 van de cilinder 6 naar de tweede kamer 9 van de cilinder 5 en uit de eerste kamer 8 van de cilinder 5 door de leiding 7 naar het reservoir 4.As a result of the motor 3 being switched on, the piston rods 16 and 17 in fig. 1 will move upwards. After the engine 3 has been switched off, the piston rods 16 and 17 remain in the reached position until the valve 23 is activated, which opens a connection from the line 7 to the discharge line 22 to the reservoir 4. Due to the downward loading of the piston rods 16 and 17, the oil flows from the first chamber 11 of the cylinder 6 to the second chamber 9 of the cylinder 5 and from the first chamber 8 of the cylinder 5 through the line 7 to the reservoir 4.

Naast de op deze wijze bereikte gelijkloop van de zuigerstangen 16 en 17 omvat de inrichting besturingsmidde-len die ervoor zorgen dat de onderlinge positie van de zuigerstangen 16 en 17 binnen nauwe grenzen gelijk blijft. Deze besturingsmiddelen omvatten positie-opnemers die in dit uitvoeringsvoorbeeld gevormd worden door potentiometers 14 en 15. Deze potentiometers zijn verbonden met resp. de zuigerstangen 16 en 17, zodat de verdraaiingsstand van deze potentiometers 14, 15 een vaste relatie heeft met de uitgeschoven positie van de zuigerstangen 16 en 17.In addition to the synchronization of the piston rods 16 and 17 achieved in this way, the device comprises control means which ensure that the mutual position of the piston rods 16 and 17 remains the same within narrow limits. These control means comprise position sensors which in this exemplary embodiment are formed by potentiometers 14 and 15. These potentiometers are connected to resp. the piston rods 16 and 17, so that the rotational position of these potentiometers 14, 15 has a fixed relationship with the extended position of the piston rods 16 and 17.

De potentiometers 14 en 15 zijn verbonden met een besturingseenheid 13. Deze detecteert wanneer de positie-opnemers 14, 15 een onderling verschillende stand hebben, hetgeen betekent dat de zuigerstangen 16 en 17 een onderling verschillende stand hebben. In het geval dat de zuigerstang 17 in een lagere positie staat dan de zuigerstang 16, bijvoorbeeld doordat hydraulische olie uit het door de kamer 9, verbindingsleiding 10 en kamer 11 gesloten systeem is weggelekt, zal de besturingseenheid 13 eerste klepmiddelen 18 open sturen. Hierdoor wordt een verbinding tot stand gebracht tussen de leiding 7 en de verbindingsleiding 10, of wel tussen de eerste kamér 8 en de tweede kamer 9 van de cilinder 5. Aangezien ten gevolge van de neerwaartse belasting op de zuigerstang 16 de druk in de kamer 8 ten alle tijde hoger is dan die in de kamer 9 zal via de geopende klep 18 hydraulische olie uit de leiding 7 via de klep 18 en de leiding 19 naar de verbindingsleiding 10 stromen. Hierdoor neemt de oliehoeveelheid in het systeem kamer 9, verbindingsleiding 10 en kamer 11 toe, zodat de ongelijke stand wordt gecompenseerd. De positie-opnemers 14 en 15 detecteren zodra weer een gelijke stand is bereikt, waarna de besturingseenheid 13 de klep 18 sluit. In het tegengestelde geval waarin de zuigerstang 16 een lagere stand heeft dan de zuigerstang 17 en dus in het in de normale situatie gesloten systeem van kamer 9, verbindingsleiding 10 en kamer 11 te veel olie aanwezig is, zal de besturingseenheid 13 de tweede klepmiddelen 20 open sturen, waardoor een verbinding wordt gevormd van de verbindingsleiding 10 via de leiding 19, de klep 20 en de leiding 21 naar het reservoir 4. Door het afvloeien van olie daalt de zuigerstang 17 tot het niveau van dat van de zuigerstang 16, hetgeen door de positie-opnemers 14 en 15 wordt gedetecteerd. Zodra een gelijke stand is bereikt zal de besturingseenheid 13 de klep 20 weer sluiten.The potentiometers 14 and 15 are connected to a control unit 13. This detects when the position sensors 14, 15 have a mutually different position, which means that the piston rods 16 and 17 have a mutually different position. In case the piston rod 17 is in a lower position than the piston rod 16, for example because hydraulic oil has leaked out of the system closed by the chamber 9, connecting pipe 10 and chamber 11, the control unit 13 will send first valve means 18 open. This creates a connection between the pipe 7 and the connecting pipe 10, i.e. between the first chamber 8 and the second chamber 9 of the cylinder 5. Since, as a result of the downward load on the piston rod 16, the pressure in the chamber 8 at any time higher than that in the chamber 9, hydraulic oil will flow from the pipe 7 through the opened valve 18 through the valve 7 and the pipe 19 to the connecting pipe 10. This increases the amount of oil in the system chamber 9, connecting line 10 and chamber 11, so that the uneven position is compensated. The position sensors 14 and 15 detect as soon as an equal position has been reached again, after which the control unit 13 closes the valve 18. In the opposite case where the piston rod 16 has a lower position than the piston rod 17 and thus in the normally closed system of chamber 9, connecting pipe 10 and chamber 11, too much oil is present, the control unit 13 will open the second valve means 20 connecting the connecting line 10 via the line 19, the valve 20 and the line 21 to the reservoir 4. Due to the draining of oil, the piston rod 17 drops to the level of that of the piston rod 16, which is position sensors 14 and 15 are detected. As soon as an equal position has been reached, the control unit 13 will close the valve 20 again.

Zoals uit fig. 1 blijkt, kan het hydraulische systeem opgebouwd worden uit een op zichzelf bekende pom-peenheid 25 die naast de reeds beschreven elementen nog een overdrukklep 24 omvat. Deze pompeenheid 25 is via twee hydraulische aansluitingen verbonden met een kleppenblok 26 waarin de kleppen 18 en 20 zijn opgenomen. De besturingseenheid 13 omvat een voor een deskundige voor de hand liggende vergelijkingsschakeling die bij een bepaald minimaal spanningsverschil tussen het uitgangssignaal van de potentiome-ters 14 en 15 in de ene richting een stuursignaal voor de klep 18 afgeeft en bij een minimaal spanningsverschil in de andere richting een stuursignaal voor de klep 20. Het stuursignaal voor de "daal,,klep 23 wordt op gebruikelijke wijze afgegeven bij het indrukken van een niet getoonde drukscha-kelaar. Zoals fig. 1 laat zien zijn in de leiding 7 en in de verbindingsleiding 10 nog beveiligingskleppen 27 resp. 28 opgenomen die de verbinding afsluiten, zodra een te hoge stroomsnelheid optreedt, bijvoorbeeld ten gevolge van lei-dingbreuk.As can be seen from Fig. 1, the hydraulic system can be built up from a pump unit 25 known per se which, in addition to the elements already described, also comprises a pressure relief valve 24. This pump unit 25 is connected via two hydraulic connections to a valve block 26 in which the valves 18 and 20 are accommodated. The control unit 13 comprises a comparative circuit which is obvious to a person skilled in the art and which supplies a control signal for the valve 18 in one direction at a certain minimum voltage difference between the output signal of the potentiometers 14 and 15 and at a minimum voltage difference in the other direction. a control signal for the valve 20. The control signal for the "lowering" valve 23 is output in the usual manner when a pressure switch (not shown) is pressed. As shown in Fig. 1, in the line 7 and in the connecting line 10 safety valves 27 and 28, respectively, which close the connection as soon as too high a flow rate occurs, for example as a result of pipe failure.

Het zal duidelijk zijn dat de signalen van de positieopnemers 14 en 15 ook voor andere doeleinden gebruikt kunnen worden. Zo kan het gehele systeem worden uitgeschakeld indien een positieverschil boven een bepaalde waarde wordt gedetecteerd.It will be clear that the signals from the position sensors 14 and 15 can also be used for other purposes. For example, the entire system can be shut down if a position difference above a certain value is detected.

Fig. 2 toont een overeenkomstige schakeling als die in fig. 1 waarbij overeenkomstige onderdelen met dezelfde verwijzingscijfers zijn aangeduid. Bij de schakeling van fig. 2 zijn eveneens twee cilinder/zuigersamenstellen 30, 31 aanwezig. De zuigerstangen 32 resp. 33 hiervan zijn echter niet op trek maar op druk belast. In dit geval moet uiteraard de leiding 7 verbonden worden met de kamer 34 van de . cilinder 30 die aan de andere zijde dan de zuigerstang 32 ligt. De tweede kamer 35 van de cilinder 30 is via de ver-bindingsleiding 37 verbonden met de eerste kamer 36 van de cilinder 31.Fig. 2 shows a similar circuit as that in FIG. 1, with like parts designated by the same reference numerals. Two cylinder / piston assemblies 30, 31 are also included in the circuit of FIG. The piston rods 32 resp. 33 of these, however, are not under tension but under load. In this case, of course, the conduit 7 must be connected to the chamber 34 of the. cylinder 30 located on the other side of the piston rod 32. The second chamber 35 of the cylinder 30 is connected via the connecting line 37 to the first chamber 36 of the cylinder 31.

Wanneer nu de doorsnede van de zuigerstang 32 minder dan de helft van de doorsnede van de zuiger dat wil zeggen dan de effectieve doorsnede van de cilinder 34 bedraagt, zal bij een gelijke belasting van de zuigerstangen 32 en 33 de druk in de kamer 34 hoger zijn dan die in het gesloten systeem van kamer 35, verbindingsleiding 37 en kamer 36. Suppletie van olie in dit gesloten systeem kan dan eenvoudig geschieden met behulp van eenzelfde schakeling als getoond in fig. 1, door middel van de klep 18. In situaties met variabele belastingen tussen de zuigerstangen 32 en 33 kan eventueel gesuppleerd worden met behulp van een bron van medium onder een hogere druk. Deze kan bijvoorbeeld worden gerealiseerd door in het gedeelte van de leiding 7 tussen de klep 18 en de cilinder 30 een reduceerklep op te nemen. Ter plaatse van de klep 18 heerst dan een grotere druk dan in de kamer 34.If now the diameter of the piston rod 32 is less than half the diameter of the piston, that is, the effective diameter of the cylinder 34, the pressure in the chamber 34 will be higher with an equal load on the piston rods 32 and 33. than in the closed system of chamber 35, connecting pipe 37 and chamber 36. Supplementation of oil in this closed system can then simply be effected using the same circuit as shown in fig. 1, by means of valve 18. In situations with variable loads between the piston rods 32 and 33 can optionally be supplemented using a source of medium under a higher pressure. This can for instance be realized by accommodating a reducing valve in the part of the pipe 7 between the valve 18 and the cylinder 30. At the location of the valve 18 there is then a greater pressure than in the chamber 34.

Fig. 3 toont een toepassing van de uitvinding als autohefbrug. Deze autohefbrug 40 omvat twee kolommen 41 en 42 waarin wagens 45 resp. 46 verticaal verplaatsbaar geleid zijn. Deze wagens 45, 46 dragen aan hun ondereinde autohe- forganen resp. 43 en 44. De wagens 45, 46 met de heforganen 43, 44 worden in de kolommen 41, 42 omhoog en omlaag bewogen door middel van hydraulische cilinder-zuigersamenstellen 47, 48. Deze cilinders 47 en 48 komen overeen met de cilinders 5 en 6 van fig. 1. De cilinder 48 heeft derhalve een grotere diameter dan de cilinder 47 teneinde de beschreven verhouding te verkrijgen. De cilinders 47 en 48 zijn boven in de kolommen 41, 42 "opgehangen". De zuigerstangen 49 resp. 50 steken benedenwaarts uit en grijpen door de wagens 45, 46 aan op steunen 51, 52 nabij de onderkant van de wagens 45, ψ 46. De steunen 51, 52 zijn zodanig uitgevoerd dat de zuigerstangen 49, 50 daardoor heen kunnen steken. De zuigerstangen dragen aan hun ondereinde een aanslag, waarin deze aan de onderkant op de steunen 51, 52 aangrijpen. Wanneer de heforganen 43, 44 dus bij normaal bedrijf verticaal benedenwaarts worden belast, bijvoorbeeld doordat daarop een auto is geplaatst, bewegen deze met de zuigerstangen mee. Indien een autoheforgaan 43, 44 in zijn neerwaartse beweging zou worden gehinderd, bijvoorbeeld doordat daaronder een steun of dergelijke is blijven staan, kunnen de zuigerstangen door de openingen in de steunen 51, 52 verschuiven, zodat deze zuigerstangen niet op druk en dus op knik worden belast.Fig. 3 shows an application of the invention as a car lift. This car lift bridge 40 comprises two columns 41 and 42 in which carriages 45 and 45 respectively. 46 are guided vertically movable. These carriages 45, 46 carry car levers at their lower ends, respectively. 43 and 44. The carriages 45, 46 with the lifting members 43, 44 are moved up and down in the columns 41, 42 by means of hydraulic cylinder-piston assemblies 47, 48. These cylinders 47 and 48 correspond to cylinders 5 and 6 of Fig. 1. The cylinder 48 therefore has a larger diameter than the cylinder 47 in order to obtain the described ratio. Cylinders 47 and 48 are "suspended" at the top of columns 41, 42. The piston rods 49 resp. 50 protrude downwardly and engage the carriages 45, 46 on supports 51, 52 near the bottom of the carriages 45, 46. The supports 51, 52 are configured so that the piston rods 49, 50 can project therethrough. The piston rods bear a stop at their bottom end, in which they engage the supports 51, 52 at the bottom. Thus, when the lifting members 43, 44 are loaded vertically downwards during normal operation, for example because a car is placed thereon, they move with the piston rods. If an auto-lift member 43, 44 were hindered in its downward movement, for example because a support or the like has been left beneath it, the piston rods can slide through the openings in the supports 51, 52, so that these piston rods do not become pressurized and thus kinked. charge.

Boven in elke kolom 41, 42 is een potentiometer gemonteerd, waarvan de potentiometer 53 in de kolom 41 is aangeduid. Deze potentiometer 53 draagt op zijn as een draadhaspel waarop een draad is gewikkeld. De draadhaspel wordt continu in opwikkel zin door een opwikkelveer belast.A potentiometer is mounted at the top of each column 41, 42, the potentiometer 53 of which is indicated in column 41. This potentiometer 53 carries on its axis a wire reel on which a wire is wound. The wire reel is continuously loaded in a winding sense by a winding spring.

De draad 54 is verbonden met een steun 55 van de wagen 45.The wire 54 is connected to a support 55 of the carriage 45.

De potentiometer 53 en die in de kolom 42 komen overeen met de potentiometers 14 en 15 van fig. 1. Zodra dus een verschil in hoogte van de heforganen 43, 44 optreedt, wordt dit door de potentiometers gedetecteerd en wordt op de eerder beschreven wijze olie gesuppleerd resp. afgevoerd, om de afwijking te corrigeren.The potentiometer 53 and that in the column 42 correspond to the potentiometers 14 and 15 of Fig. 1. Thus, as soon as a difference in height of the lifting members 43, 44 occurs, this is detected by the potentiometers and oil is described in the manner described above. supplemented resp. removed to correct the deviation.

Indien op de eerder beschreven wijze een van de autoheforganen 43, 44 in zijn benedenwaartse beweging wordt belemmerd, zal dit onmiddellijk door de potentiometers worden gedetecteerd en zal getracht worden een correctie uit te voeren door het toe- resp. afvoeren van olie. Aangezien de zuigerstangen ten opzichte van de wagens kunnen verschuiven door de opening in de steunen 51, 52 zal deze correctie niet tot het gewenste resultaat leiden en zullen de potenti-ometers op een gegeven moment een boven een bepaalde grenswaarde ingestelde afwijking detecteren. De besturingsinrich-ting is dan zodanig uitgevoerd dat bij het overschrijden van deze maximaal toelaatbare afwijking de gehele inrichting wordt uitgeschakeld. Aldus wordt een veilige werking van de autohefbrug 40 verkregen.If one of the auto lifters 43, 44 is impeded in its downward movement in the manner previously described, it will be immediately detected by the potentiometers and an attempt will be made to correct by applying the resp. draining of oil. Since the piston rods can slide relative to the carriages through the opening in the supports 51, 52, this correction will not lead to the desired result and the potentiometers will at some point detect a deviation set above a certain limit value. The control device is then designed such that the entire device is switched off when this maximum permissible deviation is exceeded. A safe operation of the car lift 40 is thus obtained.

Zoals fig. 3 toont wordt met de uitvinding een fraaie constructie verkregen. De gebruikelijke ketting of kabeloverbrenging tussen de wagens 45 en 46 is niet aanwezig. Er is een minimum aantal bewegende delen, zodat het onderhoud van een hefbrug zoals getoond in fig. 40 minimaal is.As Fig. 3 shows, a beautiful construction is obtained with the invention. The usual chain or cable transmission between carriages 45 and 46 is not provided. There is a minimum number of moving parts, so that the maintenance of a vehicle lift as shown in fig. 40 is minimal.

De uitvinding is uiteraard ook toepasbaar op andere autohefbruggen, bijvoorbeeld vierkolomshefbruggen en in het algemeen op andere inrichtingen waarbij een gelijkloop van zuigerstangen van hydraulische cilinder/zuigersamenstellen gewenst is.The invention is of course also applicable to other car lifts, for example four-column lifts and in general to other devices in which a synchronization of piston rods of hydraulic cylinder / piston assemblies is desired.

Claims

Device comprising a hydraulic system with a source of pressurized hydraulic medium, a reservoir for the medium, at least two cylinder / piston assemblies, and control means for connecting the source or the reservoir to the cylinders, the cylinders in connected in series, the cylinders are dimensioned such that the effective piston surface in the chambers of the two cylinders directly connected by a connecting line is equal and the control means comprise position sensors operating at least in an extreme position of the pistons and with valve means connected to the connecting line which can supply and discharge medium in the connection line and the control means control the valve means such that medium is supplied or discharged in a corrective sense in the event of deviating position signals from the position sensors.

The device according to claim 1, wherein the position sensors output a signal corresponding to the extend position of each piston.

Device as claimed in claim 1 or 2, wherein piston rods of the cylinder / piston assemblies are continuously tensioned in the operating state, and the valve means comprise a first valve which can connect the two connections of the series cylinder / piston assembly in the series circuit. and a second valve that can connect the connecting line to the reservoir.

4. Device as claimed in claim 1 or 2, wherein piston rods of the cylinder / piston assemblies are continuously pressurized in the operating state, and the valve means comprise a first valve which can connect the two connections of the series cylinder / piston assembly in the series circuit. and a second valve which can connect the connecting line to the reservoir and wherein the diameter of the piston rod of this first assembly is less than half the diameter of the piston.

The device according to any of the preceding claims, wherein the position sensors comprise potentiometers, an axis of which carries a wire reel and an end of a wire wound on the wire reels is connected to an element fixedly connected to the respective piston rods while the wire reel is continuously passed through a winding spring in the winding sense is loaded.

Apparatus according to any of the preceding claims, being a car lift comprising at least two columns with auto lifters mounted vertically displaceable thereto, wherein in each column a cylinder / piston assembly is suspended with the respective auto lift suspended from its downwardly extending piston rod .

The device of claim 6, wherein the piston rod carries an upwardly engaging stop and the piston rod is slidable with the stop downwardly relative to the auto lift.