NL9200347A - Haarrol. - Google Patents

Description

Haarrol

De uitvinding heeft betrekking op een haarrol die in samenwerking met een gebruikelijke "permanent wave" rol of watergolf-rol en dergelijke gebruikt kan worden om de haren van iemand of van een pruik op te rollen volgens wikkelingen met verschillende diameters. Wanneer een deel van de haarlengte om de gebruikelijke permanent wave of watergolfrol aangebrachte haarrol gewikkeld is worden de haren daarop vastgezet door middel van een band (bij permanent wave) of spelden (bij watergolven) en wordt respectievelijk een fixeeroplossing en een geschikt haarwater op de haren aangebracht. Aan het eind van de behandeling worden de rollen weer verwijderd en zullen de haren zich naar beneden toe uitstrekken volgens verschillende krommingen, waarbij het bovenste gedeelte van de haarlokken een grotere kromming zal hebben dan het onderste gedeelte daarvan.

Uit de Nederlandse octrooiaanvrage 8005897 is een haarop-rolsamenstel bekend, dat een kleinste rol, een iets grotere koker en een nog iets grotere koker omvat. Bij het oprollen van de haren worden deze eerst op de kleinste rol gewikkeld, waarna deze rol met de haren in de iets grotere koker gestoken wordt, waarbij de haren dan door een in deze koker gevormde spleet geschoven worden. Daarna wordt deze iets grotere koker verder langs de haren omhoog gerold, en op een gegeven moment zal deze koker dan in de grootste koker geschoven worden, waarbij de haren dan weer door een in deze koker voorziene spleet geschoven worden. Het nadeel hierbij is dat bij het in elkaar schuiven van de delen de haren niet gemakkelijk precies in de spleten te krijgen zijn. Hierdoor ontstaat tijdverlies, terijl ook een pijnloze behandeling voor de klant niet gewaarborgd is.

Een vergelijkbaar haaroprolsamenstel is bekend uit de Franse octrooiaanvrage 82.02801, welk haarrolsamenstel een binnenste koker en een buitenste koker omvat, waarbij de binnenste koker met daarop opgerold haar in de buitenste, van een spleet voorziene koker geschoven wordt. Ook hier zal men weer problemen ondervinden met de intrede van de haren in de spleet.

Een ander haaroprolsamenstel wordt getoond in de Franse octrooiaanvrage 76.32240, en omvat een binnenrol en een aanvankelijk platte, verbuigbare roostervormige mantel, die verbogen kan worden om om de binnenrol geplaatst te kunnen worden. Wanneer een bepaalde lengte haar op de binnenrol opgerold is plaatst de gebruiker de mantel zodanig op de binnenrol, dat de op de binnenrol en op de mantel voorziene hechtstroken in aangrijping met elkaar gebracht worden. De mantel kan dan als het ware om de binnenrol gerold worden, waarbij dan tevens de haren om het buitenoppervlak van de mantel omgeslagen worden. Hierbij gebruikt men dus een speciale, van hechtstroken voorziene binnenrol, zodat gebruikelijke permanent wave-rollen of watergolfrollen niet geschikt zijn. Bovendien is het aanbrengen van de mantel op de binnenrol een nogal omslachtige bezigheid, die voorts een hoog attentieniveau vraagt.

In de Franse octrooiaanvrage 80.20044 wordt een verdere ontwikkeling van het zojuist besproken haaroprolsamenstel getoond. Dit samenstel omvat een gebruikelijke permanent waverol en een roostervormige mantel, welke laatste tijdens het oprollen van de haren om de permanent-wave-rol geslagen kan worden. De einddelen van de roostervormige mantel bepalen hierbij samen met de eindverdikkingen van de permanent-wave-rol de verkrijgbare diametervergroting van de haarwik-kelingen. Dientengevolge zal het bereikte effect beperkt zijn.

Tenslotte is uit de Franse octrooiaanvrage 80.04992 een haaroprolsamenstel bekend, dat bestaat uit een binnenrol en een buitenrol. Deze buitenrol heeft de vorm van een koker, die voorzien is van een venster, waardoorheen de binnenrol op schuine wijze tot in de koker, in een met de koker coaxiale positie gebracht kan worden. Volgens een alternatieve uitvoering bestaat de buitenrol uit twee open- en dichtklapbare langshelften.

Het is een doel van de onderhavige uitvinding om een haarrol te verschaffen die de functies kan uitoefenen van de hierboven besproken bekende buitenste haarrollen, maar eenvoudiger en zekerder gehanteerd en aangebracht kan worden.

De uitvinding verschaft hiertoe een haarrol, omvattend een opneemruimte voor een gebruikelijke permanentwave- of watergolfrol, waarbij het buitenoppervlak van de haarrol voorzien is van een rolin-brengopening, die invoering van de rol tot in de opneemruimte, in een richting loodrecht op de hartlijn van de haarrol, mogelijk maakt. Hierdoor kan de haarrol met een eenvoudige beweging op de reeds met haardelen omwikkelde gebruikelijke permanent wave- of watergolfrol gestoken worden en kan de kapper of kapster meteen voortgaan met het oprollen van de haren om het buitenoppervlak van de haarrol. De betreffende handeling kan snel, vloeiend en zonder risico op te grote trek aan de haren uitgevoerd worden.

Volgens een voorkeursuitvoering van de haarrol volgens de uitvinding is tenminste één eindvlak voorzien van een eindopening, die bepaald wordt door de opneemruimte, waarbij de eindopening direct overgaat in de inbrengopening. Bij voorkeur zijn beide eindvlakken voorzien van dergelijke eindopeningen.

volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de haarrol volgens de uitvinding is de afstand van de bodem van de opneemruimte tot de inbrengopening in het buitenoppervlak van de haarrol ongeveer gelijk aan de diameter van de gebruikelijke permanent wave- of watergolfrol. Hierdoor zal het gedeelte van de haarlokken, dat het traject moet overbruggen tussen de binnenrol en de door de haarrol gevormde buitenrol zeer kort gehouden worden en wordt een vloeiende overgangskromming voor dat gedeelte met aangrenzende gedeelten gerealiseerd. Daarenboven zal door deze ligging de binnenrol de functie van buitenoppervlak van de haarrol kunnen vervullen ter plaatse van de inbrengopening, zodat de haren wanneer zij om de buitenste haarrol geslagen worden over de gehele omtrek op vergelijkbare wijze ondersteund zullen worden.

De haarrol is bij voorkeur vast van vorm en heeft voorts bij voorkeur een in hoofdzaak cirkelcilindervormig buitenoppervlak in dwarsdoorsnede.

De haarrol kan ook opgebouwd zijn uit meerdere langsdelen, bijvoorbeeld twee gelijke helften, die om een evenwijdig met de haarrolhartlijn gelegen seharnierverbinding met elkaar verbonden zijn en voorzien zijn van een losmaakbare verbinding op dwarsafstand van de seharnierverbinding, bijvoorbeeld een snapverbinding. De haarrol kan dan in geopende stand comfortabel in de handpalmen van de kapper of kapster liggen en dan gemakkelijke om de binnenrol met haren geplaatst worden en vervolgens door samenknijpen van de hand dichtgeklikt worden.

De uitvinding heeft voorts betrekking op een haarrolsamen-stel, omvattend een haarrol volgens de uitvinding en een gebruikelijke permanent wave- of watergolfrol.

De uitvinding zal nu toegelicht worden aan de hand van een bespreking van de in de bijgevoegde tekening weergeveven, enkel bij wijze van voorbeeld verschafte uitvoeringen. Getoond wordt in:

Fig. 1 een zijaanzicht van de voorbeelduitvoering van de haarrol volgens de uitvinding.

Fig. 2 een eindaanzicht van de haarrol van fig. 1;

Fig. 3 de haarrol van fig. 1 en 2 tijdens het aanbrengen om een gebruikelijke watergolfrol; en

Fig. 4 de haarrol van fig. 1 en 2, in een om de watergolf-rol aangebrachte positie; en

Fig. 5 een alternatieve uitvoering van de haarrol volgens de uitvinding.

De in de figuren 1 en 2 weergegeven buitenste rol of haarrol 1 heeft een vaste vorm en is gootvormig en omvat een cirkel-cylindervormig buitenoppervlak 10 met hartlijn D-D en symmetrievlak E-E, en twee eindvlakken 11. De haarrol 1 omvat een bodemdeel 6 en opstaande delen 4 en 5, die tesamen een opneemruimte 3 bepalen voor een binnenrol 2 (zie figuren 3 en 4). De binnenrol 2 is een gebruikelijke watergolf rol met een dasvormige mantel en open einden en met binnen de mantel een borstel, die gevormd is door pen 7 met haren 8. De opneemruimte 3 is toegankelijk in radiale richting C, door toe-gangsopening 12. Zoals te zien is in fig. 2 zijn de eindvlakken 11 voorzien van een uitsparing, zodat de haarrol 1 in feite een gootstuk vormt. Het binnenoppervlak 13 van de haarrol 1, dat wil zeggen het oppervlak van de opneemruimte 3, is eveneens in hoofdzaak cirkel-cylindervormig, maar heeft een kromming met een kleinere straal dan het buitenoppervlak 10 van de haarrol 1. In het weergegeven voorbeeld heeft althans het bodemoppervlak 14 van de opneemruimte 3 een kromming waarvan het middelpunt althans vlak bij de hartlijn van een binnenrol gelegen is, wanneer deze in de opneemruimte geplaatst is. Met andere woorden, de kromming van de bodem 14 volgt de kromming van de in te brengen binnenrol.

Wanneer de kapper of kapster de haren Ά van een klant of van een pruik voor enige lengte om een watergolfrol 2 gerold heeft, dan pakt hij of zij de haarrol 1 op met bijvoorbeeld de rechterhand, waarbij het cirkelcylindervormige buitenoppervlak 10 gemakkelijk tegen de handpalm kan rusten. Met de vingers van zijn of haar andere hand houdt de kapper of kapster de watergolf rol 2 stil, waarna hij of zij de haarrol 1 eenvoudig in radiale richting B op de binnenrol 2 met daaromheen geslagen haren A schuift. Vervolgens grijpt de kapper of kapster het buitenoppervlak 10 en/of de eindvlakken 11 aan om de haarrol 1 verder omhoog te wikkelen op de haren A, totdat de situatie in fig. 4 bereikt is, waarin de haarrol op eenvoudige en gebruikelijke wijze vastgezet kan worden met behulp van door de gaten 9 gestoken pennen (niet weergegeven).

In het weergegeven voorbeeld bedraagt de diameter d1 van de haarrol 1 ongeveer 4 centimeter, terwijl de diameter d2 ongeveer 2 centimeter bedraagt. Het middelpunt m1 van het mantelvlak 10 van de haarrol 1 is daarbij ongeveer 1 centimeter gelegen beneden het middelpunt m2 van het binnenoppervlakgedeelte 14 van de opneemruimte 3. Dit middelpunt m2 valt nagenoeg samen met de ligging van de hartlijn van de binnenrol 2 wanneer deze opgenomen is in de haarrol 1. Hierdoor wordt bereikt dat de binnenrol niet dieper dan nodig is in de haarrol 1 gestoken hoeft te worden, dat de haren A over een zo groot mogelijk deel van hun lengte ondersteund zullen worden, dus ook ter plaatse van de opening 12, en dat de overgang tussen de gebieden van verschillende kromming van de haren A zo vloeiend en zo kort mogelijk is.

Op alternatieve wijze is het natuurlijk mogelijk om de eindvlakken 11 geheel gesloten uit te voeren, maar dan zal ervoor gezorgd moeten worden dat de inbrengopening 12 tenminste gelijk is aan de afmetingen in lengtedoorsnede van de binnenrol 2.

In plaats van de weergegeven watergolfrol 2 kan natuurlijk ook een gesloten permanent waverol gebruikt worden. Deze permanent waverollen zijn normaal voorzien van een bevesfcigingsbandje (zie bijvoorbeeld de hierboven besproken Franse octrooiaanvrage 80.20044, welk bandje dan tevens gebruikt kan worden de in de fig. 4 weergegeven situatie tevens de haarrol 1 op zijn plaats te houden.

De haarrol 1 zal, afhankelijk van de binnenrol, diameters kunnen hebben in het bereik van 2-8 centimeter. Wanneer een haarrol volgens de uitvinding een diameter heeft, die in het laatste deel van dat bereik gelegen is, is op verrassende wijze ook een föhneffect bereikbaar.

In fig. 5 is de haarrol alternatief opgebouwd uit 'twee gelijke helften 15, 16 gevormd door langsdelen aan weerszijden van het langssymmetrievlak E-E, die door middel van een onderaan gelegen langsscharnier 17 met elkaar op blijvende een scharnierende wijze verbonden zijn. De beide delen 15 en 16 zijn voorts ter plaatse van 18 op losmakelijke wijze met elkaar verbonden. Deze verbinding kan bijvoorbeeld een snap- of klikverbinding zijn, die opgeheven kan worden door delen 4' en 5’ aan te grijpen en van elkaar af te trekken.

Claims (8)

1. Haarrol omvattend een opneemruimte voor een gebruikelijke permanent wave- of watergolfrol, waarbij het buitenoppervlak van de haarrol voorzien is van een rolinbrengopening, die invoering van die rol tot in de opneemruimte, in een richting loodrecht op de hartlijn van de haarrol, mogelijk maakt.

2. Haarrol volgens conclusie 1, waarbij tenminste één eindvlak voorzien is van een eindopening, die bepaald wordt door de opneemruimte, en waarbij de eindopening direct overgaat in de inbreng-opening.

3. Haarrol volgens conclusie 2, waarbij beide eindvlakken voorzien zijn van dergelijke eindopeningen, zodat de haarrol in eindaanzicht een U-vormig profiel bezit.

4. Haarrol volgens conclusie 1, 2 of 3, waarbij de afstand van de bodem van de opneemruimte tot de inbrengopening in het buitenoppervlak ongeveer gelijk is aan de diameter van de gebruikelijke permanent-wave- of watergolfrol.

5. Haarrol volgens één der conclusies 1-4, waarbij de haarrol in hoofdzaak cirkel-cilindervormig is.

6. Haarrol volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de haarrol een in hoofdzaak vaste vorm bezit, of althans opgebouwd is uit delen die een vaste vorm bezitten.

7. Haarrol volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de haarrol twee langsdelen omvat, die met elkaar verbonden zijn door middel van een scharnierverbin.ding en door middel van een op dwarsaf-stand daarvan gelegen losmaakbare verbinding.

8. Haarrolsamensel omvatttend een haarrol volgens één der voorgaande conclusies en een gebruikelijke permanent wave of watergolfrol.