NL9101209A - Electrische rolwagen. - Google Patents

Description

ELECTRISCHE ROLWAGEN.

De uitvinding heeft ten doel om tegemoet te komen aan de noodzaak voor minder valide mensen, evenals voor de bejaarden generatie, zonder behulp van stokken of dergelijken, zich te kunnen verplaatsen, zowel in huis als daar buiten gaande, b.v. om boodschappen te doen of bezoeken af te leggen, te kunbeschikken over een aangepast wagentje met afmetingen die het verplaatsen mogelijk maakt, ook tussen de meubels.

Tot op heden beschikt men over handgedreven-rolstoelen en electrowagens waarmede men de voordeur inkan maar verder niet.

De laatstgenoemde zijn bovendien bijzonder prijzig, tussen f.8. en f.16.000.- hetgeen veel problemen geeft. De orthopaedisch-medische wetenschap heeft een dermate grote vooruitgang geboekt dat aan een "handsome" wagentje grote behoefte ontstaan is.

De uitvinding heeft zich gespecialiseerd op het feit dat men in het keuken-gedeelte van een woning binnen een breedte van 89 cm. moet ophouden. Gebruik van rolstoelen etc. is onmogelijk, en is men aangewezen op stok of krukken. De uitvinding tracht hierin verandering te brengen door het lanceren van een wagentje, waarvan de lengte slechts 85 cm. bedraagt bij een breedte van 58 cm. Hierbij is het mogelijk in zeer smalle ruimte van het keukengedeelte zich volledig om te draaien, dus 180° booggraden zodat men zonder problemen er weer kan uitrijden.

De ROLWAGEN wordt voortbewogen door een 12- resp. 24 Volt electro-motor, met bijbehorende accus en accu-lader, welke eventueel ten alle gewenste tijden kan worden opgeladen. De rij-snelheid, doorgaans ong.

6 KM. p/U.max. kan geregeld worden.

De ROLWAGEN is uitgevoerd met vier wielen, waarvan één -midden vóór, twee wielen in het midden en tenslotte, één wiel midden-achter.

Deze uitvoering maakt het mogelijk dat een draaihoek van 180° kan verkrijgen. Het voorwiel wordt door de motor aangedreven, terwijl het achterwiel verend is opgehangen, zodanig dat drempels en verhogingen van ca. 8-10 cm moeiteloos te overrijden zijn. De ROLWAGEN is uitgevoerd met een STUURinrichting, zodanig dat een hoekverdraaiing van 150° booggraden zowel, linksom- als rechtsom verkregen kan worden.

Zonder de motor op "Achteruit" te zetten is het mogelijk om b.v. van een tafel wegtedraaien, schuin linksom of rechtsom. Ongelukken door achter-uitrijden kunnen niet geschieden. De constructie van de ROLWAGEN is dusdanig dat zij bestand is tegen botsingen.

De ROLWAGEN is voorzien van verstelbare zitting, zij- en rugleuningen, welke tevens neerklapbaar zijn hetgeen ook geldt voor de stuurstang, waarmede het voorwiel bestuurbaar is, opdat de ROLWAGEN ineengevouwen getransporteerd kan worden. Uiteraard is de ROLWAGEN voorzien van de nodige veiligheidsinrichtingen, o.a. bij het instappen- het remmen d.m.v. rempedaal alsmede handrem, -extra stroomslot d.m.v. voetpedaal, verder een voetpedaal voor het bedienen van extra wagen-steunen bij het instappen en tenslotte voorzien van de nodige beveiligingen inzake de electrische installatie.

De vinding zal hiernavolgend worden toegelicht aan de hand van tekeningen en beschrijving, waarbij is aangegeven in: FIG. 1 een schematisch aanduiding van de voetplaat met de wielen-plaatsing en stuurmechanisme.

FIG. 2 een bovenaanzicht van FIG. 1.

FIG. 3 een zij-aanzicht van het achterwiel met veerinrichting, FIG. 4 het achteraanzicht van het achterwiel van FIG. 3.

FIG. 5 een aanduiding alwaar de ontlastbare "OVER/-CENTERING" tegen en onder het Hoofdframe zich bevindt.

FIG. 6 een schematische weergave van de synchroon aangedreven schijven van het vóór- en achterwiel.

FIG. 7 een schematische weergave van het vertragings-mechanisme van STUURWIEL-as naar SPINDEL-VOORWIEL.

FIG. 8 schematische aanduiding der koppelingen in STUURKOLOM.

FIG. 9 een zij-aanzicht van neergeklapten delen, zoals Stuurkolom, Zitting en Leuningen voor transport.

FIG. 10 Zij-aanzicht van neergedraaide rug- en zijleuningen bij transport van de ROLWAGEN.

Aan het basisframe 1, van de electrische ROLWAGEN, bevinden zich 4 wielen. De voorste MVW in het midden, de twee zijwielen ZWL en ZWR, resp. links en rechts van het Frame 1, en tenslotte het midden achterwiel VAW, welke voorzien is van een verenstelmechanisme, waardoor de Wagen met voorspanning op de grond staat, en waarbij een indrukking plaats vindt indien de Wagen over een verhoging rijdt. Het voorste wiel MVW is uitgerust met een motor 2 welke alleen een voorwaartse beweging bewerkstelligt, en waarvan de as 3 voorzien is van een FREEWHEEL 4, waardoor het mechanisme niet ontwricht raakt, wanneer de motor 2 (plotseling) stopt.

In het MVW-frame 5 bevindt zich de spindel 6, extra zwaar gelagerd is, daar dit wiel onderhevig is aan de meeste ry-druk oorzaken, is hieraan gekoppeld de stuur-as 8. Op de Spindel 6 (FIG.l) bevindt zich nog een schijf 7, voorzien van sleuven opdat hierin de binnen-staaldraad van de bowdenkabel 9 kan voegen en welke door de as 8 in draaiing gebracht wordt bij het besturen van de wagen. Deze stuurstang 8 is voorzien van enige koppelingen 10 gezien de gebogen stand van het stuurmechanisme. (FIG. 7 en 8). Behalve schijf 7, bevindt zich een kleine schijf 11, welke door een V-snaar 12 in draaiing gebracht wordt door een V-snaarschijf 13, waaraan de stuurstang 8 gekoppeld is. Aan het boveneind van de stuurstang 8 bevindt zich het stuurwiel 14. Bij transport van de wagen is deze neer te draaien.

Wat betreft het LZW-en RZW-wielen bevinden deze zich op een afstand van ong. 35 cm. van de vooras 3 hangend in beugels 15. Tenslotte wat de wielen betreft, het VAW (Verend Achterwiel) van het Hoofdframe 1, is de as 16 gevat in twee U-profielen of buizen-16, welks einden aan de bovenkant stuiten tegen de dwarshoeken van de beide frames 17 waarin de eerstgenoemde profielen 16 door sleufmet bouten 18, (of andersoort geleiding) een verticale slaglengte kunnen volbrengen. In normale stand van de wagen bedraagt de voorspanning ong. 20 KG, terwijl bij belasting deze situatie weer nogeens 40 KG kan bedragen. Dit laatste geschiedt indien de wagen aan de voorkant wordt opgeheven, zodat het totale gewicht ong. 100 KG verdeeld wordt in de verhouding van 8/12-tot 4/12-de, en het achterwiel het zwaarste belast is. Hierbij blijven de midden LZW- en RZW-wielen contact houden met de bodem, zodat geen evenwicht-verstoornis het gevolg kan zijn. Inzake de stabiliteit van de ROLWAGEN te garanderen, steunen twee segmenten 19 onder de wagen tot op de bodem, gericht door een overcentering-mechanisme 20. (FIG. 5, waarbij deze ontlast wordt zodra de instap-handgrepen worden aangepakt 21. (FIG.5.).

Een verder voordeel van deze electrische ROLWAGEN is, dat in geval van transport, de WAGEN, in zijn geheel, kan worden samengevouwen. In FIG.9 is het stuurmechanisme naar achteren neergeklapt, tegen de zitting aan, welke omlaag gedrukt is. In FIG. 10 wordt de achterleuning 21 met de zijwanden 22, om de draaipunten 23 achterover zover gedraaid, dat de vouw-hoogte niet boven de 55 cm. bedraagt. De chroomsteunen 24 worden platge-vouwen op het zittingsvlak, waarbij de zitting 25 reeds omlaag gebracht is. Tot op heden bestaat nog geen enkele invalide-wagen, waarbij niet de hele entourage -separaat vertransporteerd moet worden.

In FIG. 5 is weergegeven de over-centrische inrichting wel toegepast is t.g.v. de Wagensteunen 27 bij het opstappen in de WAGEN. Bij het instappen pakt men onwillekeurig de handgreep 28, die bij de minste beweging de steunen 29 tegen de grond doet slaan, waardoor de WAGEN muurvast staat en een veilige indruk maakt. Na het opstappen wordt de "over-centric" ontlast. (Niet getekend).

In FIG. 6 is aangegeven dat de bowdenkabels -einden 30 aan het FRAME 1 gehecht zijn. De trekdraad 31 wordt gekruist tussen de beide schijven 7, zodat de WAGEN een cirkel kan beschrijven. In FIG. 7 is verduidelijkt de spindel 6 met de schijf 7 en kleine schijf 11, die met een V-snaar 12 aangedreven wordt door schijf 13, die op zijn beurt door de Stuuras 8 de hoek verdraaiing en dus de rij-richting doet wijzigen.

FIG. 8 geeft alleen een impressie van een mogelijke STUUR-INRICHTING, met de stuur-as 8.

Claims (1)

1. CONCLUSIES. Wagen geschikt voor transport van, hoofdzakelijk moeilijk lopende, mensen welke zich zowel in huis als daarbuiten kunnen begeven en aangedreven wordt door een electrische motor, gevoed door een stel accus van 12 resp. 24 Volt, voorzien van een oplaadinrichting. De wagen is uitgevoerd met vier wielen, maximale breedte 58 cm en voorzien van verstelbare zitting en arm- resp. rugleuning. Verder gemonteerd met een handbewogen resp. electrische stuurinrichting. Tevens uitgevoerd met uitwisselbaar boodschappenmand resp. dienblad, voortbewegingssnelheid ong. 6 KM p/U. met het KENMERK dat: De Wagen binnen een afstand van 89 cm een omkeer van 180° booggraden volbrengt. CONCLUSIE 2, met het KENMERK: De Wagen een lengte heeft van ong. 85 cm. CONCLUSIE 3, met het KENMERK: De vier wielen geplaatst zijn vgl. een ruitvorm d.w.z. één wiel voor, twee wielen in het midden en één wiel achter. CONCLUSIE 4, met het KENMERK: De verhouding van de as-afstanden van voorwiel tot middenwielen en tot het achterwiel zich verhouden als 7:5. CONCLUSIE 5, met het KENMERK: Het enkelvoudige VOORWIEL voorzien is van een hand- of electrisch aangedreven stuurinrichting. CONCLUSIE 6, met het KENMERK: Het enkelvoudige VOORWIEL wordt aangedreven door een electromotor met één draairichting welke de wagen voorwaarts rijdt. CONCLUSIE 7, met het KENMERK: De stuurinrichting een draaibeweging toelaat van zowel 150° booggraden naar rechts- als linksom. CONCLUSIE 8, met het KENMERK: De stuurinrichting van het ACHTERWIEL een draaibeweging is, tegengesteld aan die van het voorwiel en eveneens 150° kan draaien. CONCLUSIE 9, met het KENMERK: Het ACHTERWIEL voorzien is van een DRUKVEER-inrichting, waarbij een voordruk van 20 KG. ontstaat en bij verder indrukking nog een 40 / 50 KG. invering mogelijk is. CONCLUSIE 10, met het KENMERK: Het VOORWIEL en het ACHTERWIEL zijn beide voorzien van een ronde schijf voorzien van groeven bowdenkabels hierin houvast, enigzins klemmend gewonden. CONCLUSIE 11, met het KENMERK: Beide SCHIJVEN zijn kruiselings met elkander verbonden, waarbij de buitenkabels, zowel vóór als achter aan het frame zodanig bevestigd zijn dat de trekkabel strak gespannen. CONCLUSIE 12, met het KENMERK: Dat de Wagen voorzien is van twee steun-segmenten uitgevoerd met veiligheids-inrichting. CONCLUSIE 13, met het KENMERK: Dat de wagen, voorzien van arm- en rugleuningen, allen inklapbaar zijn, zodat de wagen in de auto vervoerd kan worden. CONCLUSIE 14, met het KENMERK: Dat zowel de zitting, alsmede de stuurstang neerklapbaar zijn om voornoemde reden. CONCLUSIE 15, met het KENMERK: De Wagen is voorzien van twee steunen onder de voetplaat welke met een "over-center" constructie is uitgevoerd. CONCLUSIE 16, met het KENMERK: De Wagen pas kan rijden indien door een voetbeweging, de "overcenter" wordt uitgeschakeld. CONCLUSIE 17, met het KENMERK: De Wagen voorzien is van een veiligheidsvoetpedaal, welke bij indrukking de electr. stroom eveneens contact sluit, benevens het dashboard sleutel-contact. CONCLUSIE 18, met het KENMERK: Dat de Handstuur-inrichting dusdanig is uitgevoerd met een reduceer dat bij een draaiing van de wagen van 150° slechts het stuurwiel een hoek van 90° behoeft te maken. CONCLUSIE 19, met het KENMERK: De RIJ- en STUUR bij algehele electrische aandrijving, in één stuurschakelaar welke op de armleuning zich bevindt.