NL9100703A

NL9100703A - USE BIKE HANDLE AND PARTS THEREFOR.

Info

Publication number: NL9100703A
Application number: NL9100703A
Authority: NL
Original assignee: Maas Van Beek
Priority date: 1991-04-23
Filing date: 1991-04-23
Publication date: 1992-11-16
Also published as: EP0592432A1; WO1992018374A1; AU8842591A

Description

Fietsstuur en onderdelen daarmede te gebruiken.Bicycle handlebar and parts to be used with it.

De uitvinding heeft betrekking op een fietsstuur en omvat verder onderdelen voor de vervaardiging van bepaalde uitvoeringsvormen van dat stuur en remhevels, toe te passen bij dat stuur.The invention relates to a bicycle handlebar and further comprises parts for the manufacture of certain embodiments of that handlebar and brake levers to be used with that handlebar.

Bij fietssturen, in het bijzonder sturen voor racefietsen, doet zich het probleem voor, dat het vasthouden van het stuur op den duur tot verkramping kan leiden, althans vermoeiender is dan thans nodig is gebleken. Eén van de redenen ) waarom fietssturen en in het bijzonder racefietssturen tot meer vermoeidheid leiden dan noodzakelijk lijkt, is dat de arm, die de hand draagt die het stuur vasthoudt in het algemeen een vanaf de schouder iets naar beneden lopende stand heeft of ten hoogste horizontaal is. De normale greep > van een hand heeft plaats om eén as, die bij normale stand y van het polsgewricht ongeveer loodrecht op de onderarm staat, dan wel aan de pinkzijde iets terughelt naar de onderarm toe.In bicycle handlebars, in particular handlebars for racing bicycles, the problem arises that holding the handlebars can eventually lead to cramping, at least more tiring than has now been found to be necessary. One of the reasons why bicycle handlebars and especially road bike handlebars cause more fatigue than seems necessary is that the arm that carries the hand holding the handlebar generally has a slightly downward sloping position from the shoulder or at most horizontal is. The normal grip> of a hand takes place on one axis, which in normal position y of the wrist joint is approximately perpendicular to the forearm, or on the pinky side slightly inclines back to the forearm.

Teneinde deze stand te combineren met een goede en aangename ) greep op het stuur is er reeds een fietsstuur bekend met een in hoofdzaak in de rijrichting vooruitstekend naar boven gebogen, oplopend aanvatdeel, dat geschikt is om er van bovenaf de hand op te leggen. Een dergelijk fietsstuur, bijvoorbeeld het zogenaamde ossekopstuur is voor vele rijders i inderdaad betrekkelijk aangenaam, omdat het vasthouden van het stuur in een natuurlijker stand kan plaatshebben dan wanneer bijvoorbeeld een horizontaal gedeelte van het stuur, dat in hoofdzaak in de rijrichting verloopt, aangevat dient te worden.In order to combine this position with a good and pleasant grip on the handlebars, there is already known a bicycle handlebar with an upwardly curved upwardly extending upwardly extending protruding part, which is suitable for laying the hand on from above. Such a bicycle handlebar, for example the so-called ox-head handlebar, is indeed relatively pleasant for many riders, because holding the handlebar can take place in a more natural position than when, for example, a horizontal part of the handlebar, which essentially runs in the direction of travel, has to be started. turn into.

))

De uitvinding berust op het inzicht, dat het mogelijk is deze voor het tegengaan van verkramping en onnodige vermoeiing gunstige stand op twee hoogten te kunnen hebben. Dit geeft de mogelijkheid van variatie van de stand van de arm, hetgeen verkramping tegengaat, een zekere afwisseling mogelijk maakt en, naar de praktijk geleerd heeft, als aangenaam en weinig vermoeiend wordt ervaren.The invention is based on the insight that it is possible to have this favorable position at two heights for preventing cramping and unnecessary fatigue. This gives the possibility of varying the position of the arm, which prevents cramping, allows a certain variation and, as has been learned in practice, is experienced as pleasant and not very tiring.

Dienovereenkomstig wordt er volgens een eerste aspect van de uitvinding in voorzien, dat een in de rijrichting teruggaand tweede aanvatdeel, dat van het eerste deel uitgaat onder een scherpe hoek met het einde van het eerste deel naar beneden en in de rijrichting naar achteren is gericht en een naar boven gerichte kromming heeft, zodat een in de rijrichting oplopend gebogen deel aanwezig is, dat geschikt is om de hand op te leggen in een lagere stand dan op het eerste aanvatdeel.Accordingly, according to a first aspect of the invention, it is provided that a second mating member, which returns in the direction of travel, which starts from the first part, is pointed at an acute angle with the end of the first part facing downwards and in the direction of travel, and has an upward curvature, so that there is a curved portion ascending in the direction of travel, which is suitable for laying the hand on in a lower position than on the first attacking member.

Opgemerkt wordt, dat er ook sturen bekend zijn, waarbij het einde van het stuur gevormd wordt door een in hoofdzaak in een vertikaal vlak evenwijdig aan de rijrichting gelegen omgebogen stuureinde, dat een gebogen, nagenoeg cirkelvormig, naar beneden verlopend gedeelte heeft en een daaraan aan- x sluitende nagenoeg horizontaal gedeelte. Het cirkelvormig naar beneden lopende gedeelte heeft plaatselijk eveneens de gunstige stand voor de hand om het stuur aan te vatten. Het is echter niet mogelijk hier een tweede even gunstige stand te vinden.It is to be noted that handlebars are also known, wherein the end of the handlebar is formed by a bent bar end located substantially in a vertical plane parallel to the direction of travel, which has a curved, substantially circular, downwardly extending portion and a - x closing almost horizontal part. The circular downwardly sloping section also has a favorable position locally for the handlebar. However, it is not possible to find a second equally favorable position here.

Bij de uitvinding heeft men daarentegen twee dergelijke gunstige standen, die boven elkaar zijn gelegen.The invention, on the other hand, has two such favorable positions, which are located one above the other.

Bij de uitvinding maakt het eerste, oplopende gebogen deel een scherpe hoek met het tweede naar beneden in de rijrichting naar achteren gebogen deel. Om een goede stand van de hand bij samenwerking met de beide delen te verkrijgen, is niet alleen een onderlinge hoek tussen de bij elkaar liggende einden van deze delen nodig,' die scherp is, maar dient tevens deze scherpe hoek aan de binnenzijde van de gebogen delen met een kromtestraal te zijn uitgevoerd, die zo klein is, dat de hedendaagse gebruikelijke technieken voor. het buigen van de buizen, waaruit rijwielsturen in het algemeen bestaan, een dergelijke buiging in staal of aluminium niet toestaan. Globaal kan gezegd worden, dat de verlengde van de hartlijnen van de einden van de gebogen eerste en tweede delen elkaar snijden of kruisen in een gebied, dat binnen de verlengden van de beide delen ligt. Daardoor liggen de beide aanvat-delen zo dicht bij elkaar, dat. het gewoonlijk mogelijk is de commandeur van het verzet van de fiets dan wel de remhevel dan wel deze beide bedieningsorganen zodanig aan te brengen, dat zij direct met de hand bedienbaar zijn in de beide standen, die de hand kan innemen, nl. het aanvatten van het eerste deel respectievelijk het tweede deel.In the invention, the first ascending curved portion forms an acute angle with the second curved portion downwardly in the direction of travel. In order to obtain a good position of the hand when cooperating with the two parts, not only is a mutual angle between the adjacent ends of these parts required, which is sharp, but also this sharp angle on the inside of the curved parts with a radius of curvature that is so small that today's conventional techniques. the bending of the tubes, which generally comprise bicycle handlebars, does not permit such bending in steel or aluminum. Overall, it can be said that the extension of the centerlines of the ends of the curved first and second parts intersect or intersect in an area within the extensions of the two parts. As a result, the two attack parts are so close together that. it is usually possible to mount the commander of the resistance of the bicycle or the brake lever or both of these controls in such a way that they can be operated directly by hand in both positions, which the hand can take, i.e. the first part and the second part respectively.

De uitvinding is in principe van toepassing op sturen voor racefietsen, sportfietsen, mountain bikes en dergelijke, maar ook het gebruik van toerfietsen of fietsen die voor huishoudelijk gebruik bestemd zijn, zoals woon-werkverkeer, kan aanmerkelijk veraangenaamd worden.The invention applies in principle to handlebars for racing bicycles, sports bicycles, mountain bikes and the like, but the use of touring bicycles or bicycles intended for household use, such as commuting, can also be appreciated considerably.

Een bijzondere toepassing van de uitvinding vormt een stuur met een in hoofdzaak rechte dwarsstang aan het einde waarvan een naar boven gebogen stangeind (bar end) is bevestigd. Het bar end is bij een dergelijk stuur gewoonlijk een apart onderdeel, dat aan een uiteinde van de rechte dwarsstang is bevestigd. Bij toepassing van de uitvinding wordt dan in een apart aan de einden van de dwarsstang te bevestigen deel voorzien, dat de eerste en tweede aanvatdelen bevat.A special application of the invention is a handlebar with a substantially straight cross bar at the end of which an upwardly bent rod end (bar end) is attached. The bar end in such a handlebar is usually a separate part, which is attached to one end of the straight cross bar. When the invention is used, a part is then provided which is to be fixed separately to the ends of the cross bar and which contains the first and second attack parts.

Bij een dergelijk stuur wordt er bij voorkeur in voorzien, dat tenminste één van de aanvatdelen naar het midden van het stuur is teruggebogen. Dergelijke sturen vergen namelijk een betrekkelijk brede (dus ver uit elkaar gelegen) stand van de handen, die bij deze vorm van de uitvinding weer iets wordt teruggebracht. Daardoor heeft een dergelijk stuur drie aan-vatgebieden, namelijk de rechte dwarsstang, bij het uiteinde daarvan, het eerste^ omhoog gebogen deel en het tweede omlaag gebogen deel.With such a handlebar, it is preferably provided that at least one of the strike parts is bent back towards the center of the handlebar. Namely, such handlebars require a relatively wide (i.e. widely spaced) position of the hands, which is somewhat reduced in this form of the invention. As a result, such a handlebar has three approach areas, namely the straight cross bar, at the end thereof, the first upwardly bent part and the second downwardly bent part.

**

Ook bij dit stuur is het gewenst, dat tenminste de remhevel in alle drie de standen onmiddellijk bedienbaar is. Dienovereenkomstig voorziet een nadere uitwerking van de uitvinding er in, dat een remhevel op de dwarsstang is bevestigd en dat de hevel een tegenover de dwarsstang gelegen eerste greep-deel en een tegenover de aanvatdelen gelegen tweede en derde greepdeel heeft.It is also desirable with this handlebar that at least the brake lever can be operated immediately in all three positions. Accordingly, a further elaboration of the invention provides that a brake siphon is mounted on the crossbar and that the siphon has a first handle portion located opposite the crossbar and a second and third handle portions located opposite the strike parts.

De verbinding tussen het eerste en het tweede deel volgens de uitvinding kan op velerlei wijzen tot stand worden 3 gebracht, bijvoorbeeld door middel van koppelstukken, lassen, lijmen, het uit één geheel vormen van het stuur enzovoorts.The connection between the first and the second part according to the invention can be made in many ways, for instance by means of coupling pieces, welding, gluing, forming the handlebar in one piece and so on.

Eén van de methoden, die direct en gemakkelijk toepasbaar is bestaat uit het gebruik van verbindingsstukken. Dienover-5 eenkomstig voorziet de uitvinding eveneens in een verbindingsstuk voor het verbinden van de eerste en tweede aanvatdelen van een stuur als eerder omschreven, welk verbindingsstuk daardoor wordt gekenmerkt, dat het twee aansluitstompen heeft, die met de einden van de aanvatdelen verbonden kunnen 3 worden en die een hoek insluiten van 58 + 15 . Qmdafe;:jiet ^bi j toepassing van de uitvinding veelal gewenst is de commandeur voor het verzet en de remhevel in de directe nabijheid van de beide aanvatdelen aan te brengen kan het een eenvoudige oplossing zijn, dat het verbindingsstuk als draagorgaan voor 5 de commandeur of de remhevel dienst doet. Aangezien deze organen in het algemeen zijn aangesloten aan bedieningskabels wordt er volgens een nadere uitwerking van het boven omschreven verbindingsstuk in sommige gevallen in voorzien, dat één van de aansluitstompen tenminste één doorlaat voor 3 een bedieningskabel voor een rem of verzet h'eeft. Bij voorkeur kan er daarbij in worden voorzien, dat het leger-middelen voor een commandeur voor een verzet en/of een remhevel heeft.One of the methods, which is directly and easily applicable, is the use of connecting pieces. Accordingly, the invention also provides a connector for connecting the first and second handle parts of a handlebar as previously described, which connector is characterized in that it has two connecting stubs which can be connected to the ends of the handle parts and enclosing an angle of 58 + 15. When applying the invention it is often desirable to arrange the commander for the resistance and the brake lever in the immediate vicinity of the two attack parts, it may be a simple solution that the connecting piece serves as a support for the commander or the brake lever operates. Since these members are generally connected to control cables, according to a further elaboration of the above-described connecting piece, it is in some cases provided that one of the connecting stubs has at least one passage for 3 a control cable for a brake or resistance. Preferably, it can be provided here that the army has means for a commander for a resistance and / or a brake lever.

5 Voor‘toepassing van de-uitvinding bij de‘uitvoeringsvorm, waarin een eerste en een tweede aanvatstuk aan een rompdeel van het stuur, bijvoorbeeld de dwarsstang van een stuur waaraan bar, ends kunnen worden aangebracht omdat de uitvinding eveneens een aanzetdeel, dat twee onderling een scherpe hoek insluitende gebogen aanvatdelen heeft. Een dergelijk aanzetdeel kan op dezelfde wijze als bekend is voor de bar ends, de manier waarop een stuur aan een stuurstang wordt bevestigd dan wel door middel van lassen enzovoorts worden aangebracht. Wanneer een losneembare verbinding, bijvoorbeeld door middel van een schroef met moer, die wigvormige delen uit elkaar dwingt in een buiseinde, wordt gebruikt kan het zelfs voordeel hebben, dat de aanzetdelen niet precies onder dezelfde hoek worden aangebracht, aangezien geen mens volledig symmetrisch is, in het bijzonder wanneer ook spierkracht en natuurlijke houding in beschouwing worden genomen. Een dergelijk min of meer aanpasbaar aanzetdeel, evenals een verbindingsstuk bij een ander type van het stuur volgens de uitvinding, geeft de mogelijkheid van individuele aanpassing, hetgeen in sommige gevallen, in het bijzonder wanneer topprestaties, zoals in de wielersport gevraagd worden, een voordeel kan zijn. In de wielersport is een niet vermoeiende stand van de handen, waarbij goede controle van zowel de commandeur, de remhevel als het stuur mogelijk is, van groot belang. Vooral bij het rijden door geaccidenteerd terrein is een voortdurende bediening van de commandeur van het verzet in een makkelijke stand met de beide handen aan het stuur veelal van voordeel. Al deze zaken zijn bij toepassing van de uitvinding beter bereikbaar dan met tot dusver beschikbare sturen.For the application of the invention to the embodiment, in which a first and a second connecting piece are attached to a body part of the handlebar, for instance the cross bar of a handlebar to which bar ends can be fitted, because the invention is also an extension part, which two has an acute angle including curved attachment parts. Such an attachment part can be mounted in the same manner as is known for the bar ends, the way in which a handlebar is attached to a handlebar, or by means of welding and so on. When a detachable connection, for example by means of a screw with nut, which forces wedge-shaped parts apart in a pipe end, is used, it may even be advantageous that the starting parts are not arranged exactly at the same angle, since no man is completely symmetrical, especially when muscle strength and natural posture are also taken into account. Such a more or less adaptable attachment part, as well as a connecting piece in another type of handlebar according to the invention, offers the possibility of individual adaptation, which can be an advantage in some cases, especially when top performances, such as in cycling, are required. to be. In cycling, a non-tiring position of the hands, whereby good control of the commander, the brake lever and the handlebar, is of great importance. Especially when driving through hilly terrain, continuous operation of the resistance commander in an easy position with both hands on the steering wheel is often advantageous. All these things are more accessible when applying the invention than with previously available handlebars.

In het bijzonder bij sturen voor mountain bikes of terrein-fietsen of toerfietsen met een rechte dwarsstang is het van belang dat de remhevel in de drie standen die de hand kan innemen bij het stuur volgens de uitvinding direct bereikbaar is. Dienovereenkomstig kan een normaal op de rechte dwarsstang gemonteerde remhevel zodanig worden uitgevoerd, dat hij een handgreepdeeel heeft en een verlenging met aan het uiteinde daarvan één óf twee verdere handgreep-delen. Hierbij zullen die verdere handgreepdelen bij vele uitvoeringsvormen ter weerszijden van de genoemde verlenging liggen.Particularly with handlebars for mountain bikes, all-terrain bikes or touring bikes with a straight crossbar, it is important that the brake lever is immediately accessible in the three positions that the hand can occupy with the handlebars according to the invention. Accordingly, a brake lever normally mounted on the straight crossbar can be configured to have a handle part and an extension with one or two further handle parts at the end thereof. In many embodiments, these further handle parts will herein lie on either side of the said extension.

De uitvinding wordt in het volgende nader toegelicht aan de hand van de tekening, waarin: fig. 1 een bovenaanzicht toont van een eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding; fig. 2 een zijaanzicht daarvan is; fig. 3 een bovenaanzicht van een andere uitvoeringsvorm is; fig. 4 een zijaanzicht daarvan is; fig. 5 een gedeelte van het zijaanzicht is, waarin voorkeurs-) maten en hoeken zijn aangegeven; fig. 6 een detail op grotere schaal van fig. 4 toont; fig. 7 een gedeeltelijk bovenaanzicht van een verdere uitvoeringsvorm van de uitvinding toont; en fig. 8 een zijaanzicht daarvan is.The invention is explained in more detail below with reference to the drawing, in which: Fig. 1 shows a top view of a first embodiment of the invention; Fig. 2 is a side view thereof; Fig. 3 is a top view of another embodiment; Fig. 4 is a side view thereof; Fig. 5 is a part of the side view, showing preferred dimensions and angles; FIG. 6 shows an enlarged detail of FIG. 4; fig. 7 shows a partial top view of a further embodiment of the invention; and FIG. 8 is a side view thereof.

In fig. 1 is met 1 een dwarsstang van een stuur aangeduid, waarvan de hartlijn in fig. 2 eveneens met 1 is aangegeven.In Fig. 1, 1 indicates a cross bar of a handlebar, the center line of which is also indicated by 1 in Fig. 2.

Aan het dwarsstanggedeelte 1 sluit een eerste aanvankelijk iets naar beneden en later gebogen deel 2 aan met een aanvat-I deel 3. Het uiteinde van dit aanvatdeel 3 wordt gevormd door een koppelstuk 4, dat een aslegering 5 heeft voor een rem-hevel 6.A first initially slightly downwardly and later curved part 2 connects to the crossbar part 1 with an engaging part 3. The end of this engaging part 3 is formed by a coupling piece 4, which has a shaft alloy 5 for a brake lever 6.

Onder een scherpe hoek, aangegeven met 7 sluit hier een i aanvatdeel 8 aan met een nagenoeg horizontale uitloper 9.At an acute angle, indicated by 7, an entrance part 8 connects here with a substantially horizontal spur 9.

In een eerste stand, die men de bovenstand zou kunnen noemen, ligt de binnenkant van de hand van de wielrijder op het deel 3. In die stand, die door het naar boven lopen gemakkelijk ) voor de rijder is, kan hij de remhevel 6 gemakkelijk bereiken.In a first position, which could be called the upper position, the inside of the rider's hand lies on the part 3. In that position, which is easy for the rider by walking upwards, he can easily apply the brake lever 6 to achieve.

Wanneer hij daarentegen een andere stand wenst, kan hij zijn hand op het aanvatdeel 8 van het deel leggen met het uitloop-gedeelte 9, in welke stand de remhevel 6 eveneens binnen > zijn bereik is. De beide standen zijn door het in de rijrichting van de fiets oplopen gunstig voor een niet vermoeiende aanvatting, terwijl toch, vooral bij het aanvat-gedeelte 8, een krachtige greep mogelijk is. De variatie van stand is een belangrijk gegeven om verkramping gedurende lange ritten tegen te gaan.If, on the other hand, he wants a different position, he can put his hand on the take-up part 8 of the part with the run-out part 9, in which position the brake lever 6 is also within his range. The two positions are favorable for a non-fatiguing start, due to the incline in the direction of travel of the bicycle, while a powerful grip is still possible, especially at the start part 8. The variation in position is an important factor in preventing cramping during long journeys.

In fig. 3 is een bovenaanzicht van een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding getoond. Hier is met 10 een dwars-stang aangegeven die op bekende wijze in een stuurdraag-orgaan 11, dat met de stuurpen 12 is verbonden, is ingeklemd. Aan het stuk 10, waarvan de as in fig. 4 eveneens met 10 is aangeduid sluit een eerste in de rijrichting vooruit, eerst naar beneden en later naar boven gebogen deel 13 aan, dat samen met een nog te bespreken koppelstuk 15 een eerste aanvatdeel 14 vormt. Het koppelstuk 15 heeft een eerste been 16, dat met het stuurdeel13 is verbonden en een tweede deel 17, dat met het tweede stuurdeel 18 is verbonden, dat een aanvatdeel 19 heeft. Het koppelstuk 15 heeft een as 20 voor een commandeur 21 voor het verzet van de fiets. Een verder draaipunt 22 dient voor de remhevel 23.Fig. 3 shows a top view of another embodiment of the invention. Here, 10 denotes a cross bar which is clamped in a known manner in a handlebar support member 11 which is connected to the handlebar pin 12. To the piece 10, the axis of which is also indicated by 10 in Fig. 4, a first part 13 forwards in the direction of travel, first downwards and later upwardly bent, which, together with a coupling piece 15 to be discussed, connects a first engaging part 14 forms. The coupling piece 15 has a first leg 16, which is connected to the control part 13 and a second part 17, which is connected to the second control part 18, which has a stop part 19. The coupling piece 15 has a shaft 20 for a commander 21 for the resistance of the bicycle. A further pivot point 22 serves for the brake lever 23.

In fig. 5 zijn enige maten en hoeken aangegeven, die in de praktijk bijzonder gunstig zijn gebleken voor aanvrager, die bij het rijden van een wedstrijd met een aldus gevormd stuur een duidelijk geringere vermoeiing constateerde dan bij gebruik van een conventioneel stuur. In deze tekening is de horizontaal aangegeven met de lijn 24. Hieruit blijkt, dat de hoek van 58°, die neerkomt op een ombuiging van 180 - 58 = 122°, over een zo kort gedeelte, aangegeven met 25, is uitgevoerd, dat dit .niet verkregen kan worden i door een metalen buis. te buigen.Fig. 5 shows some dimensions and angles, which in practice have proved to be particularly favorable for the applicant, who noticed a markedly less fatigue when driving a race with a handlebar thus formed than when using a conventional handlebar. In this drawing the horizontal is indicated by the line 24. This shows that the angle of 58 °, which equates to a bend of 180 - 58 = 122 °, is executed over such a short part, indicated by 25, that this cannot be obtained by a metal tube. to bend.

Gunstig is, dat de hoek ten opzichte van de horizontaal enigszins gevariëerd kan worden door het stuur iets anders in het orgaan 11 in te klemmen. De verbinding tussen de beide delen 13 en 18 kan in principe ook door middel van lassen tot stand worden gebracht, dan wel door het geheel uit één stuk te vormen.It is advantageous that the angle with respect to the horizontal can be slightly varied by clamping the handlebar slightly differently in the member 11. The connection between the two parts 13 and 18 can in principle also be established by welding, or by forming the whole in one piece.

In fig. 6 is het koppelstuk 15 nader gepreciseerd. In de aansluitstomp 4 bevinden zich twee doorboringen 26 en 27 voor een verzetbesturingskabel 28 respectievelijk een rem-kabel 29. De binnenkabel 30 van de verzetkabel 28 is 'bij 31 met een verzetscommandeur 32 verbonden, die om een draaipunt 33 kan draaien en op op zichzelf bekende wijze in een bepaalde instelstand wordt gearreteerd. De kern 34 van de remkabel 29 is bij 35 met een remhevel 36 verbonden, die kan draaien om een draaias 37. Met 35' is in stippellijnen de stand van de bevestiging 35 aangegeven, wanneer de rem is aangetrokken.In Fig. 6 the coupling piece 15 is further specified. In the connecting stub 4 there are two bores 26 and 27 for a resistance control cable 28 and a brake cable 29, respectively. The inner cable 30 of the resistance cable 28 is connected at 31 to a resistance commander 32, which can rotate about a pivot 33 and on itself in a known setting position. The core 34 of the brake cable 29 is connected at 35 to a brake lever 36, which can rotate about a pivot axis 37. The position of the mounting 35 is indicated in dotted lines by 35 'when the brake is applied.

Fig. 7 toont het rechter uiteinde van een stuur met remhevel volgens een verdere variant van de uitvinding. Een centrale stuurstang 37 heeft bij 38 een derde aanvatdeel, dat aanvullend op de eerste en tweede aanvatdelen die eerder zijn besproken door de wielrijder kan worden aangevat. Aan het einde van de stang 37 is, in dit uitvoeringsvoorbeeld door middel van een las 39, een oplopend deel in de vorm van een bar end 40 aangebracht, waarvan in fig. 8 bij 41 het aanvat-gedeelte is getoond. Aan het boveneinde van dit deel 40 is een aanvankelijk loodrecht naar' beneden lopend deel 42 bevestigd met een aanvatdeel 43.Fig. 7 shows the right end of a handlebar with brake lever according to a further variant of the invention. A central handlebar 37 has a third attack part at 38, which can be engaged in addition to the first and second attack parts discussed earlier by the cyclist. At the end of the rod 37, in this exemplary embodiment by means of a weld 39, an ascending part in the form of a bar end 40 is provided, the starting part of which is shown at 41 in Fig. 8. At the top end of this part 40, an initially perpendicularly descending part 42 is fixed with an engaging part 43.

In fig. 8 is de stang 37 in doorsnede aangegeven. Op deze stang bevindt zich een draagorgaan 44 voor een remhefboom 45, die om het draaipunt 46 kan scharnieren (fig 17) .Dé kern 47.-van een remkabel 48-is bij 49 met de remhevel 45 verbonden. Deze hevel heeft een eerste deel 50, dat tegenover het aanvatdeel 38 ligt; dan een zich in de rijrichting naar voren uitbreidend-verbindingsdeel 51 met een in dwarsrichting gebogen einde 52, waaraan een tweezijdige hefboom 53 en 54 aansluit, waarbij de hefboom 53 in het bereik van de hand is, wanneer die samenwerkt met het aanvatdeel 41 en de hefboom 54 in bereik van het hand ligt wanneer die samenwerkt met het aanvatdeel 43. De delen 40 en 42 zijn bij 55 aaneengelast.In fig. 8 the rod 37 is shown in cross section. On this rod there is a support member 44 for a brake lever 45, which can pivot about the pivot 46 (fig. 17). The core 47 of a brake cable 48 is connected to the brake lever 45 at 49. This siphon has a first part 50 opposite the picking part 38; then a forwardly extending connecting member 51 with a transversely curved end 52 to which connects a two-sided lever 53 and 54, the lever 53 being in reach of the hand when it cooperates with the engaging member 41 and the lever 54 is in reach of the hand when it cooperates with the engaging part 43. Parts 40 and 42 are welded together at 55.

Het in dit uitvoeringsvoorbeeld getekende stuur heeft drie aanvatdelen en is ook daardoor in staat verschillende fiets-standen mogelijk te maken, bijvoorbeeld betrekkelijk los op de stang liggend bij aanvatdeel 38, voor het fijnere koersen samenwerking met aanvatdeel 41 en bij 43 een stevige greep voor het zetten van kracht, bijvoorbeeld in geaccidenteerd terrein. Uiteraard zijn de boven aangegeven bestemmingen van de verschillende aanvatdelen volkomen individueel en kan elke rijder op zijn eigen wijze gebruik van de mogelijkheden maken.The handlebar drawn in this exemplary embodiment has three attack parts and is therefore also able to enable different bicycle positions, for instance relatively loosely lying on the bar at attachment part 38, for the finer racing cooperation with attachment part 41 and at 43 a firm grip for put into effect, for example in hilly terrain. Naturally, the above-mentioned destinations of the different parts of the attack are completely individual and each rider can make use of the possibilities in his own way.

Claims

A bicycle handlebar with a first upwardly inclined ascending first attacking member projecting substantially in the direction of travel, which is suitable for placing a hand on it from above, characterized by a second attacking member, which returns in the direction of travel, starting from the first part under a acute angle with the end of the first section facing downwards and in the direction of travel backwards and with an upward curvature, so that there is a curved section ascending in the direction of travel, which is suitable for laying the hand on a lower position on the first attacking part.

A bicycle handlebar according to claim 1, characterized in that the commander is attached at the transition between the first and the second attacking part, such that he is easily accessible both when the rider's hand rests on the first attacking part and when that hand relies on the second attack part. '

Bicycle handlebar according to claim 1 or 2 with a brake lever, characterized in that the brake lever is located at the transition between the first and second attacking part.

Bicycle handlebar according to claim 3, characterized in that the brake lever is alloyed in a transition section between the first and second strike parts.

Bicycle handlebar according to one or more of the preceding claims, of the type with a substantially straight cross bar at the end of which is attached an upwardly bent rod end part (bar end), characterized in that the bar end is first and contains second attack parts as defined in claim 1.

Bicycle handlebar according to claim 5, characterized in that at least one of the attack parts is bent back towards the center of the strut.

Bicycle handlebar according to claim 5 or 6, characterized in that a brake lever is mounted on the cross bar and in that the lever has a first handle part located opposite the cross bar and a second and third handle part located opposite the strike parts.

Connecting piece for connecting a first and a second attacking part of a handlebar according to one or more of claims 1 to 7, characterized in that it has two connecting stubs which can be connected to the ends of the attacking parts and which enclose angle of 58 + 15 °.

9. Connecting piece according to claim 8, characterized in that one of the connecting stubs has at least one passage for an operating cable for a brake or resistor. )

Connecting piece according to claim 8 or 9, characterized in that it has army means for a commander for a resistance and / or a brake lever.

11. Handlebar mounting part with a substantially straight cross bar, characterized in that it has two bent corner parts enclosing one another at an acute angle.

12. Brake lever with a handle part provided with means for pivotally mounted, characterized in that the handle part has an extension with one or two further handle parts at its end.