NL9100197A - Kaart. - Google Patents

Description

Korte aanduiding : Kaart

De uitvinding heeft betrekking op een kaart bedrukt met informatiegegevens, voorzien van vouwlijnen en tussen de vouwlijnen gelegen kaartgedeelten.

Dergelijke kaarten kunnen bijvoorbeeld worden gebruikt als landkaart, plattegrond van een woonplaats, plattegrond van een gebouw, tentoonstellingsterrein etc.

De gebruikelijke kaarten hebben in het algemeen een verhoudingsgewijs gecompliceerd vouwsysteem, waarbij voor het openvouwen en vasthouden van de kaart veelal twee handen worden benodigd.

Met de uitvinding wordt beoogd een kaart te verkrijgen, die geschikt is voor boven bestemde doeleinden en welke op eenvoudige wijze met een hand te hanteren is; de kaart zal zich dan ook in het bijzonder lenen voor gebruik als plattegrond van tentoonstellingen, fabrieksterreinen, gebouwen of dergelijke.

Volgens de uitvinding kan het beoogde doel worden bereikt doordat een centrale vouwlijn is aangebracht, waarop in ieder van een aantal op afstand van elkaar gelegen aansluitpunten een tweetal verdere zich in open gevouwen stand van de kaart aan weerszijden van de centrale vouwlijn uitstrekkende verdere vouwlijnen aansluiten, waarbij zich vanaf een aansluitpunt op de centrale vouwlijn uitstrekkende verdere vouwlijnen onderling een hoek van 90° met elkaar en gelijke hoeken met de centrale vouwlijn insluiten, terwijl zowel de aan de ene zijde van de centrale vouwlijn als de aan de andere zijde van de centrale vouwlijn gelegen vouwlijnen zich evenwijdig aan elkaar uitstrekken en de op een tweetal op elkaar aansluitende verdere vouwlijnen aansluitende kaartdelen om deze verdere vouwlijnen in een eerste richting zijn omgevouwen en ten opzichte van een naburig paar op elkaar aansluitende verdere vouwlijnen aansluitende kaartdelen in een tegengestelde richting zijn omgevouwen, en de kaartdelen, die aansluiten op een deel van de centrale vouwlijn, dat tussen‘twee aansluitpunten is gelegen ten opzichte van het desbetreffende deel van de centrale vouwlijn zijn omgevouwen in een richting tegengesteld aan de richting waarin de kaartdelen zijn omgevouwen, die aansluiten op een aangrenzend tussen twee aansluitpunten gelegen deel van de centrale vouwlijn, een en ander zodanig, dat bij dicht gevouwen kaart alle tussen de vouwlijnen gelegen kaartdelen op elkaar liggen.

Bij toepassing van een kaart volgens de uitvinding kan de kaart nabij een uiteinde van de diagonale vouwlijn met een hand worden beetgepakt en opengedrukt.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van een in bijgaande figuren schematisch weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van een kaart volgens de uitvinding.

Figuur 1 toont een bovenaanzicht op een kaart volgens de uitvinding in opengevouwen stand.

Figuur 2 toont een bovenaanzicht op een versterkingsrug, die op de kaart kan worden aangebracht.

Figuur 3 toont in perspectief een bovenaanzicht op de kaart in gedeeltelijk samengevouwen stand.

Figuur 4 toont een aanzicht op de kaart in geheel samengevouwen stand.

In het in figuur 1 weergegeven uitvoeringsvoorbeeld wordt de kaart 1 gevormd door een vierkant vel. In dit vel is een centrale vouwlijn 2 aangebracht, welke zich in het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld uitstrekt tussen een tweetal diagonaal tegenover elkaar gelegen hoekpunten.

In ieder van een aantal op regelmatige afstand van elkaar gelegen aansluitpunten 3-7 sluiten een tweetal haaks op elkaar staande vouwlijnen 8, 9; 10, 11; 12, 13; 14, 15 resp. 16, 17 aan.

Zoals in het bijzonder uit het in figuur 3 in perspectief weergegeven bovenaanzicht van de gedeeltelijk samengevouwen kaart duidelijk zal zijn zijn daarbij de aan weerszijden van de op elkaar aansluitende vouwlijnen 8 en 9 gelegen kaartdelen, gezien in figuur 3, ten opzichte van de desbetreffende vouwlijnen 8, 9 omhoog gebogen. Op soortgelijke wijze zijn de op de naburige vouwlijnen 10 en 11 aansluitende kaartdelen gezien in figuur 3 ten opzichte van deze vouwlijnen 10 en 11 in tegengestelde richting naar beneden omgevouwen ten opzichte van de desbetreffende vouwlijnen 10 en 11. De op de vouwlijnen 12 en 13 aansluitende kaartdelen zijn ten opzichte van deze vouwlijnen 12 en 13 gezien in figuur 3 omhoog omgevouwen en de op de naburige vouwlijnen 14 en 15 aansluitende kaartdelen zijn ten opzichte van deze vouwlijnen 14 en 15 weer naar beneden omgevouwen. De op de vouwlijnen 16 en 17 aansluitende kaartdelen zijn ten opzichte van deze vouwlijnen 16 en 17 gezien in figuur 3 weer omhoog omgevouwen.

Verder zal het uit figuur 3 duidelijk zijn, dat op soortgelijke wijze gezien in figuur 3 de kaartdelen, die aansluiten op het tussen de aansluitpunten 3 en 4 gelegen gedeelte van de centrale vouwlijn 2 ten opzichte van de centrale vouwlijn zijn omgevouwen in een richting tegengesteld aan de richting waarin de kaartdelen, die aansluiten op het tussen de aansluitpunten 4 en 5 gelegen gedeelte van de centrale vouwlijn 2 ten opzichte van deze vouwlijn 2 zijn omgevouwen.

Bij het samenvouwen van de kaart om de vouwlijnen zullen zodoende de aan weerszijden van de vouwlijn 9 gelegen kaartdelen tegen elkaar komen aan te liggen evenals de aan weerszijden van de vouwlijn 11, de vouwlijn 13, dé vouwlijn 15 en de vouwlijn 17 gelegen kaartdelen tegen elkaar aan komen te liggen. Gelijktijdig zullen de aan weerszijden van de vouwlijn 8 liggende kaartdelen bij het samenvouwen van de kaart tegen elkaar aan komen te liggen evenals de aan weerszijden van de vouwlijn 10, de vouwlijn 12, de vouwlijn 14 en de vouwlijn 16 gelegen kaartdelen. In samengevouwen stand zullen dan ook, zoals afgebeeld in figuur 4 allen aan weerszijden van de vouwlijnen gelegen kaartdelen als vlakke langwerpige stroken bovenop elkaar zijn gelegen. Voor het openen van de kaart kan men de kaart, gezien in figuur 4 bij het linker uiteinde beetpakken, zodanig, dat de wijsvinger en de middelvinger de buitenste kaartdelen aan de buitenzijde ondersteunen, terwijl de duim tussen de buitenste kaartdelen in de richting van het aansluitpunt 3 kan worden gedrukt zoals aangeduid met pijl A in figuur 4. Daarbij zal de kaart zich automatisch openvouwen.

Ter versterking van de kaart kan aan de buitenzijde van de buitenste kaartdelen, dat wil zeggen gezien in figuur 1 het links van de vouwlijn 8 en onder de vouwlijn 9 gelegen kaartdeel een L-vormige versterkingsrug 18 worden gelijmd, die nabij zijn hoekpunt is voorzien van een vouwlijn 19, welke, indien de versterkingsrug 18 op de kaart is gelijmd, zal samenvallen met het gezien in figuur 1 links gelegen uiteinde van dé centrale vouwlijn 2. Een dergelijke versterkingsrug zal de buitenste kaartdelen verstijven, hetgeen het hanteren, in het bijzonder het openen en dichtvouwen van de kaart zal vergemakkelijken.

Claims (3)

1. Kaart bedrukt met informatieve gegevens, voorzien van vouwlijnen en tussen de vouwlijnen gelegen kaartgedeelten, met het kenmerk, dat een centrale vouwlijn is aangebracht, waarop in ieder van een aantal op afstand van elkaar gelegen aansluitpunten een tweetal verdere zich, in open gevouwen stand van de kaart aan weerszijden van de centrale vouwlijn uitstrekkende verdere vouwlijnen aansluiten, waarbij zich vanaf een punt op de centrale vouwlijn uitstrekkende verdere vouwlijnen onderling een hoek van 90° met elkaar en gelijke hoeken met de centrale vouwlijn insluiten, terwijl zowel de aan de ene zijde van de centrale vouwlijn gelegen als de aan de andere zijde van de centrale vouwlijn gelegen verdere vouwlijnen zich evenwijdig aan elkaar uitstrekken en de op een tweetal op elkaar aansluitende verdere vouwlijnen aansluitende kaartdelen om deze verdere vouwlijnen in een eerste richting zijn omgevouwen en ten opzichte van een naburig paar op elkaar aansluitende verdere vouwlijnen aansluitende kaartdelen in tegengestelde richting zijn omgevouwen, en de kaartdelen, die aansluiten op een deel van de centrale vouwlijn, dat tussen twee aansluitpunten is gelegen, ten opzichte van het desbetreffende deel van de centrale vouwlijn zijn omgevouwen in een richting tegengesteld aan de richting waarin de kaartdelen zijn omgevouwen, die aansluiten op een aangrenzend tussen twee aansluitpunten gelegen deel van de centrale vouwlijn, een en ander zodanig, dat bij dichtgevouwen kaart alle tussen de vouwlijnen gelegen kaartdelen op elkaar liggen.

2. Kaart volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de aansluitpunten op regelmatige afstand van elkaar zijn aangebracht.

3. Kaart volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de op een uiteinde van de centrale vouwlijn aansluitende een hoek met elkaar insluitende kaartdelen zijn voorzien van een versterkingsrug.