NL9001723A - Enveloppe. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Enveloppe.

De uitvinding heeft betrekking op een enveloppe voorzien van een i voorzijde en een achterzijde.

Dergelijke enveloppen zijn algemeen bekend en reeds vele tientallen jaren in gebruik.

Ondermeer wordt van dergelijke enveloppen gebruik gemaakt bij het verzenden van goederen waarbij op de verpakking van de goederen een enveloppe wordt geplakt, welke een factuur of dergelijke bevat. Voor het op de verpakking plakken van de enveloppe is deze in het algemeen zelf eerst dichtgeplakt. Het openen van een dergelijke op de verpakking geplakte enveloppe is voor de ontvanger veelal moeilijk uit te voeren, en in vele gevallen wordt daarbij de inhoud van de enveloppe beschadigd, zoals bijvoorbeeld geheel of gedeeltelijk doormidden gescheurd.

Met de uitvinding wordt beoogd een enveloppe te verkrijgen, welke in het bijzonder geschikt is voor het boven omschreven doel en waarbij de bovengeschetste nadelen kunnen worden vermeden.

Volgens de uitvinding kan dit worden verkregen doordat in de voorzijde van de enveloppe een tweetal op afstand van elkaar gelegen perforatielijnen en een zich tussen en dwars op de perforatielijnen uitstrekkende snijlijn zijn aangebracht.

Bij gebruikmaking van een dergelijke enveloppe kan men, ook indien de enveloppe met zijn achterzijde op een verpakking of dergelijke is vastgeplakt, de enveloppe gemakkelijk openen, door de voorzijde van de enveloppe ter hoogte van de snijlijn beet te pakken waarna door het uitoefenen van een trekkracht op het desbetreffende gedeelte van de voorzijde van de enveloppe de enveloppe gemakkelijk langs de perforatielijnen kan worden opgescheurd.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van bijgaande figuur waarin een aanzicht is afgebeeld op de voorzijde van een zogenaamde vensterenveloppe, welke is voorzien van perforatielijnen en een snijlijn in overeenstemming met de uitvinding.

De figuur toont de voorzijde 1 van een zogenaamde vensterenveloppe. In de voorzijde van deze enveloppe is op gebruikelijke wijze een rechthoekige uitsparing of venster 2 aangebracht. Dit venster 2 is afgesloten door doorzichtig venstermateriaal 3, dat in de binnenzijde van de enveloppe is gelegen en rondom het venster 2 aan de binnenzijde van de enveloppe is vastgeplakt, zoals schematisch met arceringen in de figuur aangeduid.

Verder zijn in de voorzijde van de enveloppe een tweetal in hoofdzaak V-vormige perforatielijnen 4 en 5 op de in de figuur afgebeelde wijze aangebracht. Zoals uit de figuur blijkt zijn daarbij de toppen van de perforatielijnen naar elkaar toegekeerd en strekken de perforatielijnen zich van de desbetreffende toppen uit in de richting van de nabij gelegen langskanten van de voorzijde van de enveloppe. Daarbij zijn de toppen op een zich loodrecht op de lengterichting van de enveloppe uitstrekkende lijn gelegen. Tussen de perforatielijnen 4 en 5 is de voorzijde 1 van de enveloppe doorgesneden volgens 1 snijlijn 6, welke een golfvormig verloop heeft en met zijn uiteinden op de perforatielijnen 4 en 5 aansluit nabij de toppen van de desbetreffende perforatielijnen.

Zoals verder nog uit de figuur duidelijk zal zijn strekt het venstermateriaal 3 zich over de snijlijn 6 uit en'is het venstermateriaal 3 ook aan de binnenzijde van de voorzijde van de enveloppe vastgelijmd aan de van de vensteropening 2 afgekeerde zijde van de snijlijn 6.

In de zo uitgevoerde enveloppe kan op gebruikelijke wijze een factuur of dergelijke worden ingestoken. Doordat het venstermateriaal 3 zich over de snijlijn 6 uitstrekt bestaat ook bij automatisch vullen van de enveloppe geen gevaar, dat het insteken van materiaal storingen ondervindt doordat het zich bij voorbeeld in de snijlijn zou kunnen vasthaken.

De gevulde enveloppe kan dan op de gebruikelijke wijze met zijn achterzijde op een verpakking van te verzenden voorwerpen of dergelijke worden vastgeplakt. Voor het verwijderen van de inhoud hoeft men slechts de voorzijde van de enveloppe te pakken ter plaatse van de snijlijn 6. Dit beetpakken van de voorzijde van de enveloppe ter plaatse van de snijlijn 6 wordt vergemakkelijkt door de weergegeven golfvorm van deze snijlijn 6 waardoor ter hoogte van de top van de golf respectievelijk het dal gemakkelijk beet te pakken lippen zijn gevormd. Door aan deze lippen te trekken zal de voorzijde van de enveloppe gemakkelijk kunnen worden opgescheurd langs de perforatielijnen 4 en 5 waarna de inhoud van de enveloppe zonder beschadiging uit de enveloppe kan worden uitgenomen.

Doordat het venstermateriaal 3 aan weerszijden van de snijlijn is vastgeplakt aan de binnenzijde van de voorzijde is de inhoud van de enveloppe slechts uit de enveloppe te verwijderen na het op boven beschreven wijze openscheuren van de enveloppe, zodat de inhoud van de enveloppe veilig is opgeborgen en niet-toegankelijk zal zijn zonder een merkbare beschadiging van de enveloppe achter te laten.

Claims (7)

1. Enveloppe voorzien van een voorzijde en een achterzijde, met het kenmerk, dat in de voorzijde van de enveloppe een tweetal op afstand van elkaar gelegen perforatielijnen en een zich tussen en dwars op de perforatielijnen uitstrekkende snijlijn zijn aangebracht.

2. Enveloppe volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de snijlijn dwars op de onder- respectievelijk bovenkant van de enveloppe verloopt.

3. Enveloppe volgens conclusie 1 of 2,met het kenmerk, datde perforatielijnen V-vormig zijn uitgevoerd waarbij de toppen van de V van de beide perforatielijnen naar elkaar zijn toegekeerd.

4. Enveloppe volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de toppen van de perforatielijnen op een zich dwars opde lengterichting vande enveloppe uitstrekkende lijn zijn gelegen.

5. Enveloppe volgens conclusie 3 of 4,met het kenmerk, datde uiteinden van de snijlijn althans nagenoeg op de toppen van de V-vormige perforatielijnen zijn gelegen.

6. Enveloppe volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de snijlijn een golfvormig verloop heeft.

7. Enveloppe volgens een der voorgaandeconclusies, waarbij inde voorzijde van de enveloppe een vensteropeningis aangebracht, welkeis afgesloten door een aan de binnenzijde van de enveloppe vastgeplakt doorzichtig venstermateriaal, met het kenmerk, dat het venstermateriaal zich over de insnijding uitstrekt en aan weerszijden van de insnijding aan de binnenzijde van de voorzijde van de enveloppe is vastgeplakt.