NL8903026A - Methode en inrichting voor het vrijgeven van waarde van een waardegoed. - Google Patents
Methode en inrichting voor het vrijgeven van waarde van een waardegoed. Download PDFInfo
- Publication number
- NL8903026A NL8903026A NL8903026A NL8903026A NL8903026A NL 8903026 A NL8903026 A NL 8903026A NL 8903026 A NL8903026 A NL 8903026A NL 8903026 A NL8903026 A NL 8903026A NL 8903026 A NL8903026 A NL 8903026A
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- value
- owner
- information processing
- current market
- debt obligation
- Prior art date
Links
Classifications
-
- G—PHYSICS
- G06—COMPUTING; CALCULATING OR COUNTING
- G06Q—INFORMATION AND COMMUNICATION TECHNOLOGY [ICT] SPECIALLY ADAPTED FOR ADMINISTRATIVE, COMMERCIAL, FINANCIAL, MANAGERIAL OR SUPERVISORY PURPOSES; SYSTEMS OR METHODS SPECIALLY ADAPTED FOR ADMINISTRATIVE, COMMERCIAL, FINANCIAL, MANAGERIAL OR SUPERVISORY PURPOSES, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
- G06Q40/00—Finance; Insurance; Tax strategies; Processing of corporate or income taxes
- G06Q40/02—Banking, e.g. interest calculation or account maintenance
Landscapes
- Business, Economics & Management (AREA)
- Accounting & Taxation (AREA)
- Finance (AREA)
- Engineering & Computer Science (AREA)
- Development Economics (AREA)
- Economics (AREA)
- Marketing (AREA)
- Strategic Management (AREA)
- Technology Law (AREA)
- Physics & Mathematics (AREA)
- General Business, Economics & Management (AREA)
- General Physics & Mathematics (AREA)
- Theoretical Computer Science (AREA)
- Financial Or Insurance-Related Operations Such As Payment And Settlement (AREA)
Description
Methode en inrichting voor het vrijgeven van waarde van een waardegoed.
De uitvinding heeft betrekking op een informatie-verwerkingsmethode en -systeem voor het vrijgeven van de waarde van een waardegoed. Meer in het bijzonder heeft de uitvinding betrekking op een informatieverwerkings-methode en inrichting voor het geven van een programma voor het beschikbaar stellen in de vorm van gereed geld aan de eigenaar van een waardegoed tenminste een gedeelte van de waarde van het waardegoed. De uitvinding maakt het aldus mogelijk inkomen voort te brengen uit waarde-goederen, die normaliter niet inkomen-producerend zijn, of het verhogen van inkomen van waardegoederen, die reeds een inkomen produceren.
Veel soorten waardegoederen, bijvoorbeeld huizen, kunstwerken, kostbare metalen en edelstenen - fluctueren in waarde over de tijd. Het meest van de tijd nemen dergelijke waardegoederen, in het bijzonder huizen en kunstwerken, toe in waarde gedurende de tijd. Hoewel deze toename in waarde resulteert in een toename van de netto-waarde van de eigenaar van het waardegoed, kan deze eigenaar toch in de praktijk geen toegang verkrijgen tot zijn verhoogd rijkdom zonder afstand te doen van het waardegoed. Voor sommige soorten waardegoederen, bijvoorbeeld kostbare metalen, die niet voor het genot worden gehouden, levert dit geen enkele moeilijkheid. Voor een waardegoed, dat voor het genot gehouden wordt, in het bijzonder een huis, is het niet praktisch om afstand te doen van het waardegoed, teneinde toegang te verkrijgen tot de verhoogde waarde ervan.
Er bestaan een aantal annuïteitstype schema's op de markt, bedoeld om deze situatie op te lossen. Sommige vereisen echter onmiddellijk overdracht van eigendom, zodat, wanneer het waardegoed een huis is, iemand een huurder moet worden in zijn eigen huis. Bij andere is de annuïteit gebaseerd op aanzienlijk verminderde hypotheek-opbrengst.
Het zou gewenst zijn om een systeem te verschaffen, waarbij de eigenaar van een waardegoed toegang kan verkrijgen tot de waarde van het waardegoed zonder afstand te doen van zijn eigendomsrecht of de controle van het waardegoed gedurende zijn leven.
Het is nu een doel van de uitvinding om een programma te verschaffen, door middel waarvan de eigenaar van een waardegoed toegang kan verkrijgen tot de waarde van het waardegoed zonder afstand te doen van zijn eigendomsrecht of de controle van het waardegoed gedurende zijn leven.
Volgens de uitvinding wordt daartoe een informatieverwerkingssysteem en methode verschaft voor het geven van een programma voor het vrijgeven aan een eigenaar van een waardegoed van tenminste een gedeelte van zijn waarde in contact geld zonder overdracht van eigendom van genoemd waardegoed en zonder overdracht van de controle daarover. Het systeem en de methode bepalen het in aanmerking komen voor het programma en bepalen de programma-uitbetaling. In overeenstemming met het informatieverwerkingssysteem en methode van de uitvinding worden aan-vragegegevens, ontleend aan een aanvrage, ingevoerd.
De aanvragegegevens omvatten geboortedatum van de eigenaar, een bedrag aan schuldverplichting, aan te bieden door de eigenaar voor deelname in het programma, en een schatting door de eigenaar van de lopende markwaarde van het waardegoed. De overlijdingskans van de eigenaar in enig gegeven jaar wordt bepaald op basis van de geboortedatum. Op basis van de lopende marktwaarde en de kans op overlijden van de eigenaar wordt een bepaling gemaakt, of het waardegoed wel of niet een voorbepaalde minimale periodieke gelddistributie zal steunen, en de aanvrage wordt afgewezen, indien de waarde van het waardegoed te laag is. Indien de aanvrage niet is afgewezen, worden een hypotheek-document en een promesse voortgebracht om te worden getekend door de eigenaar. De promesse is gewaarborgd door de hypotheek en is uitbetaalbaar bij overlijden van de eigenaar. Periodieke uitkeringen worden gedaan aan elke deelnemende eigenaar op basis van de waarde van speciale waardegoederen en het bedrag van de schuldverplichting, gegeven door elke eigenaar. De eigenaar behoudt daarbij eigendomsrecht en de controle over het waardegoed gedurende zijn leven, terwijl de waarde van het waardegoed voor hem beschikbaar blijft in de vorm van geld.
Bovengenoemde en andere doeleinden en voordelen van de uitvinding zullen nader worden toegelicht aan de hand van de volgende gedetailleerde beschrijving onder verwijzing naar de tekeningen, waarin gelijke verwijzings-cijfers overal overeenkomstige onderdelen aangeven. In de tekeningen toont:
Fig.lA-lB een stroomschema, dat de aanvrage en invoerfase van het systeem en methode van de uitvinding schematiseert;
Fig.2A-2B een stroomschema, dat de berekening schematiseert van uitkeringsbetalingen in het systeem en de methode van de uitvinding;
Fig.3 een stroomschema, dat een fase schematiseert van het systeem en de methode van de uitvinding, waarbij waardegoederen worden gehertaxeerd en bedragen van schuldverplichtingen en hypotheken dienovereenkomstig worden bijge steld;
Fig.4 een stroomschema, dat de fase schematiseert van het systeem en de methode van de uitvinding, waarbij de schuldverplichting wordt geïncasseerd en de hypotheek beëindigd? en
Fig.5 een schema van een apparatuursysteem volgens de uitvinding.
De onderhavige uitvinding omvat een informatieverwerkingssysteem en een methode voor het uitvoeren van een programma voor het produceren van inkomen uit waardegoederen, die normaal niet inkomen-producerend zijn, of het verhogen van het inkomen uit waardegoederen, die reeds enig inkomen vóórtbrengen. Naarmate de waarde van het waardegoed toeneemt, kan het inkomen eveneens hoger worden, zoals in het onderstaande besproken, en de uitvinding kan zodoende dienst doen als een inrichting voor bescherming tegen de invloeden van inflatie. De uitvinding kan worden gebruikt als basis voor veel verschillende financiële dienstverleningen, waaronder annuïteiten, individuele pensioenplannen, betaling van gezondheids- of andere verzekeringspremies, rentevrije leningen, en investeringsfondsen, die meer volledig in het onderstaande zullen worden besproken.
Verschillende mogelijke waardegoederen kunnen worden gebruikt bij het toepassen van de uitvinding, waaronder huizen, inkomen-producerend, onroerend goed, kunstwerken, edelmetalen, levensverzekeringspolissen, i overlijdingsuitkeringen onder pensioenplannen, en verkoopbare effecten.
Het programma, uitgevoerd volgens de uitvinding, werkt op de volgende wijze. Een waardegoed dient voor het waarborgen van een schuldverplichting om een aangegeven bedrag te betalen, en dat bedrag is betaalbaar bij het overlijden van de persoon, die de schuld aangaat. Geen geld of eigendom gaat over in andere handen gedurende het leven van deze persoon. De schuldverplichting wordt gewaarborgd door een hypotheek, die staat tegenover het waardegoed, of (in afhankelijkheid van de aard van het waardegoed) door een andere waarborg, die geschikt is om de schuldbetaling te waarborgen. De hypotheek of andere waarborg dient alleen voor het waarborgen van de schuldverplichting en is niet bedoeld als een inkomen-producerend element voor het programma. Aangezien evenwel rente, betaald op huishypotheken, voor de belasting aftrekbaar kan zijn, kan het gewenst zijn om dergelijke hypotheken rente te laten dragen in een variabele mate, die aangepast is aan het bedrag, dat moet worden toegevoegd aan geaccumuleerde reserves (hieronder te bespreken), waarbij zo'n rente wordt weggehouden van uitkeringen en toegevoegd aan de geaccumuleerde reserves. Wanneer de persoon komt te overlijden, wordt zijn verplichting om het aangewezen bedrag te bepalen, uitgevoerd via zijn nalatenschap, en de hypotheek of andere waarborg, hierna aan te duiden als een hypotheek, is dan beëindigd.
De promesse wordt gedaan aan een entiteit, welke een fonds beheert, en de persoon, die de promesse maakt, is een deelnemer in het fonds. Het fonds bestaat uit de gewaarborgde schuldverplichtingen, en uit bedragen geld, die betalingen representeren van de schuldverplichtingen door de nalatenschappen van die personen, die zulke promessen gedaan hebben en vervolgens zijn gestorven.
De bedragen aan geld worden door het fonds gehouden in afwachting van periodieke uitdeling, zoals hieronder beschreven, aan die deelnemers in het fonds, die nog leven. Het geld, dat wacht op verdeling, kan ook worden geïnvesteerd door het fonds.
Aangenomen dat er geen grote excentriciteiten zijn in de samenstelling van het fonds, wordt een fonds met 5.000 leden vanuit statistisch oogpunt veilig geacht.
In theorie ongewenste vertekeningen zijn mogelijk, maar in de praktijk behoeven slechts zeer ruime grenzen te worden opgelegd aan de samenstelling van het fonds. Wat vermeden moet worden, is een fonds, waarvan de verwachte uitdelingen onaantrekkelijk klein zijn vanwege een uitzonderlijk groot aantal relatief jonge deelnemers, of een ernstige vertekening, veroorzaakt, wanneer de bedragen, toegewezen aan deelnemers, die relatief jong zijn, onredelijk groot zijn in vergelijking tot bedragen, toegewezen aan relatief oudere deelnemers. Evenwel kan het fonds een aanzienlijke draagwijdte aan leeftijd/bedragvariatie tolereren zonder problemen, en kan het leeftijd/bedrag-grenzen (bijstelbaar van tijd tot tijd indien nodig) geven voor het vermijden van vertekening.
Een voorziening tegen buitengewoon voordeel is gewenst om het onaantrekkelijke vooruitzicht uit te sluiten, dat een relatief groot bedrag wordt uitbetaald uit een nalatenschap van een deelnemer, nadat slechts een relatief klein bedrag is ontvangen door een deelnemer, die veel sneller sterft dan te verwachten zou zijn op grond van actuariële berekeningen. Een dergelijke bescherming kan worden gegeven aan een deelnemer (eventueel aangeboden op facultatieve basis) door een levensverzekering voor bijvoorbeeld de eerste drie jaar van zijn deelname, zodat zijn nalatenschap als verzekeringsuitkering zou ontvangen bijvoorbeeld 75% van het bedrag van de schuldverplichting, indien de deelnemer sterft gedurende het eerste jaar, 50%, indien binnen het tweede jaar, en 25% indien binnen het derde jaar. De premie voor een dergelijke verzekering zou kunnen worden afgeleid uit de uitbetalingen gedurende de dekkingsperiode. Dergelijke verzekeringsbescherming mag tevens verwacht worden het effect op het fonds te matigen van de selectiefactor, die hieronder zal worden besproken.
Het programma, uitgevoerd door de uitvinding, kan zijn gebaseerd op meer dan één leven, zodat, bijvoorbeeld een echtgenoot en vrouw beide kpnnen voortgaan met het genot van het waardegoed tijdens hun leven, en de overlevende zal voortgaan niet alleen met het genot van het waardegoed, maar zal ook uitkeringen blijven ontvangen zolang hij of zij leeft, eventueel op een verschillend niveau. Speciale berekeningen met betrekking tot levensverwachting zullen nodig zijn.
Het bedrag, beschikbaar voor uitdeling aan deelnames voor elke periode is het totale bedrag van de schuldverplichtingen, betaald gedurende de periode, plus winsten op geïnvesteerde fondsen, zo die er zijn, minus administratieve kosten en beheerslasten. Evenwel behoeft niet al het geld, dat beschikbaar is voor uitdeling, elke periode te worden uitbetaald aan de deelnemers, wanneer het fonds reserves wil accumuleren of extra investeringen maken.
Een beginhoeveelheid kapitaal, om de eerste uitbetalingen te funderen totdat een voldoende stroom van vaste schuldverplichtingen is gevestigd, kan nodig zijn. Mensen, die binnenkomen als deelnemers, zullen er op vertrouwen, dat zij nog heel wat jaren te leven hebben.
Er zullen weinig deelnemers sterven vrij snel na het bij een fonds komen, eenvoudig omdat de meeste mensen er enig idee van hebben niet lang vóór hun dood, dat er een goede kans bestaat, dat zij zullen sterven, en de meeste mensen, die niet geloven, dat er een bijzondere kans op spoedig sterven is, blijken in het algemeen gelijk te hebben. Dit betekent, dat een fonds geacht kan worden te beginnen met deelnemers, waarvan de levensverwachting iets groter is dan het statistisch gemiddelde voor hun leeftijd, zoals getoond in standaard actuariële tabellen. Annuïteitsplannen zijn in het algemeen onderhevig aan deze zelfde statistische afwijking, die bekend staat als de selectiefactor. Het programma, uitgevoerd door de uitvinding, heeft zodoende de keus om eenvoudig een beginperiode van gereduceerde opbrengst en uitkeringen aan deelnemers af te lopen, of als uitbetalingen speciale bedragen te betalen als een minimum. Dit laatste kan heel goed nodig geacht worden vanwege marktoverwegingen, in welk geval er de kwestie is, welk beginkapitaal nodig is om dergelijke uitdelingen te financieren. Aangezien alleen het tekort, toe te schrijven aan de selectiefactor, behoeft te worden gefinancierd, kunnen schattingen gebaseerd worden op annuïteitsfondservaring. Onder gebruikmaking van standaard (Britse) sterftetabellen voor annuï-tanten, duurt de "geselecteerde periode" voor êên jaar en geeft aan, dat de sterfte ongeveer 60% is van bevolking in het algemeen (tot een leeftijd van 75). Schattingen van kapitaal voor deze beginfinanciering kunnen worden gedaan met de selectiefactor in gedachte.
Het alternatief voor kapitaal van buiten het fonds kan worden gevormd door gereduceerde uitdelingen te betalen aan deelnemers voor, bijvoorbeeld de eerst vijf jaar van hun deelneming. De wenselijkheid van zo'n zelf-financierend schema zal ervan afhangen, of dergelijke gereduceerde uitdelingen voldoende aantrekkelijk zijn vanuit marktoverwegingen. Zelffinanciering kan tot stand worden gebracht door uitbetalingen te doen aan deelnemers gedurende de eerste vijf jaar van hun lidmaatschap in het fonds met bijvoorbeeld een mate van 50% het eerste jaar, en te verhogen in gelijke hoeveelheden over de volgende vijf jaar tot 100%. Andere schema's van gereduceerde betalingen kunnen eveneens worden gebruikt.
Bij de voorkeursuitvoering van de uitvinding, die hieronder wordt beschreven, wordt evenwel altijd een minimale uitdeling gedaan, en het fonds wordt gestart met kapitaal van buiten. Het terugkrijgen van bedragen, nodig voor initiële financiering zal vanzelfsprekend een overweging zijn bij het vaststellen van de bedragen, die moeten worden weggehouden van uitkeringen door het fondsbeheer, hetzij als deel van de beheerskosten, of in samenhang met het reserveschema, beide hieronder te bespreken.
Het fonds kan eenvoudigweg lopen als een her-verdelingsschema, waarbij de opbrengst van schuldverplichtingen uitgedeeld wordt aan deelnemers in overeenstemming met hun aandelen na aftrek van bedongen administratieve en beheerskosten. In dat geval zullen de deelnemers bij binnenkomen in het programma worden geïnformeerd, dat de verwachtingen zullen variëren in afhankelijkheid van de samenstelling van het fonds met verwijzing naar gemiddelde leeftijd, aantal en leeftijd van binnenkomers elk jaar, en bedragen van schuldverplichtingen voor elke leeftijdsgroep of voor elke deelnemer afzonderlijk, en de ervaring van het fonds.
Alternatief kan het fonds zelf besluiten tot het betalen van een speciaal bedrag als minimum, of kan zelf besluiten tot het betalen van een vast bedrag, dat veilig beoordeeld wordt vanuit een actuarieel oogpunt.
Elk van deze alternatieven kan worden versierd met een bonusprovisie (hieronder te bespreken), welke het vooruitzicht biedt van bonusuitkeringen in toevoeging aan normale uitkeringen voor het geval, dat de geaccumuleerde reservers (hieronder te bespreken) hoger zijn dan een bedongen bedrag.
Het lijkt, dat plannen, die een toewijzing incorporeren voor het bepalen van uitkeringsbedragen door het fonds, aantrekkelijker zullen zijn voor deelnemers, in het bijzonder indien bonus en andere gunstige aspecten duidelijk gemaakt zijn. Indien de toewijzingen gebaseerd zijn op geschikte conservatieve actuariële berekeningen, zijn de risico's voor het fonds zeer klein.
Bij de voorkeursuitvoering is het aandeel in uitkeringen, waarop elke deelnemer het recht heeft, bepaald op basis van het bedrag van de schuldverplichting, geleverd door de deelnemer, en op de waarschijnlijkheid van het overlijden van de deelnemer binnen het jaar volgens een formule, welke deel vormt van de uitvinding, en betrek king heeft op overlijdensstatistieken. De bedragen, die elke deelnemer zal ontvangen, zullen normaal constant toenemen gedurende het verloop der tijd, met veel grotere bedragen bij een veel hogere leeftijd in overeenstemming met gereduceerde statistische levensverwachting. Het bedrag van de schuldverplichting kan verder worden verhoogd, naarmate de waarde van het waardegoed, dat de waarborg levert, toeneemt, en dit zal tevens het bedrag verhogen, dat een deelnemer ontvangt.
Het is wenselijk en heeft de voorkeur voor het fonds om als reserve een gedeelte van de bedragen, beschikbaar voor uitdeling, te bewaren en te accumuleren. De reserve moet dienen voor het beschermen van elke lager dan de verwachten opbrengst voor een gegeven periode, zodat de uitdelingen kunnen worden gehandhaafd op het bedongen niveau zonder problemen. Deze reserve kan tevens zorgen voor het geld voor aantrekkelijke bonusuitkeringen die van tijd tot tijd gedaan worden, wanneer de reserve een zeker voorbepaald punt bereikt.
Het moge op het eerste gezicht schijnen, dat het programma, uitgevoerd door de uitvinding, tot uitwerking heeft het beroven van erfgenamen van iets, dat zij normaal zouden erven. In feite wordt het gebruikt om juist het tegenovergestelde te bereiken door een mechanisme te verschaffen, dat iemand in staat stelt om aan zijn kinderen en kleinkinderen geld te geven, dat zij nu wensen of nodig hebben, zonder zichzelf op enige wijze te beroven van de hulpbronnen, waarvan men afhankelijk is voor de rest van zijn leven. In toevoeging aan het in staat zijn om zijn familie nu te helpen, wanneer een dergelijke hulp nodig is, is de uitwerking van zo'n arrangement, dat de belastbare erfenis van iemand bij zijn overlijden wordt gereduceerd voor zover het fonds staat als crediteur van de erfenis tot de mate van de schuldverplichting.
Een computerprogramma, geschreven in IBM 0 BASIC, dat gebruikt wordt bij een voorkeursuitvoering van het systeem en de methode van de uitvinding voor het uitvoeren van het programma, is bijgevoegd als een Appendix. Diverse stappen, uitgevoerd in een voorkeursuitvoering van het systeem en methode van de uitvinding zijn geschematiseerd in de stroomkaarten van fig.lA-4, met, waar nodig, verwijzingen naar de BASIC-lijst in de Appendix.
Het verwerken van een potentiële deelnemersaanvrage om bij het programma te komen, is geschematiseerd in fig.lA-lB. Een aanvrage wordt ontvangen bij 1. De aanvrage bevat een aantal informatiebestanddelen, waaronder naam van de aanvrager en geboortedatum, het bedrag aan schuldverplichting, dat wordt aangeboden, het soort waardegoed, en aanvrager's eigen beoordeling van de gangbare marktwaarde van het waardegoed. Deze bestanddelen worden ingevoerd in het systeem bij 2. Andere informatie, waarnaar gevraagd wordt in de aanvrage, maar welke niet wordt gebruikt bij de bepaling of iemand in aanmerking komt, zijn adres, geslachts- en huwelijkse staat van de aanvrager, verdere identificatie van het waardegoed en eventueel bestaande eerdere pandrechten of andere lasten tegenover het waardegoed. Bij 3 wordt het lopende kalenderjaar ingevoerd in het systeem, hetzij met de hand of via een inwendige klok in de systeemhardware (hieronder te beschrijven).
In wezen ingevoerd wordt een onafhankelijke beoordeling, verkregen door programmapersoneel van een onafhankelijke taxateur, van de lopende marktwaarde van het waardegoed.
Bij 3 tenslotte wordt een evenredigheidsfactor ("k-waarde") ingevoerd. De evenredigheidsfactor hangt af van het soort waardegoed en is afgeleid van een lijst evenredigheids-factoren voor verschillende soorten waardegoederen, welke lijst wordt aangehouden door het systeem. De evenredigheids factor houdt rekening met eventuele fluctuaties in de waarde van het waardegoed en is de verhouding van de laagste, normaal te verwachten waarde van het waardegoed gedurende de levensduur van zijn eigenaar (de deelnemer) tot de huidige waarde ervan. Bij 4 onderzoekt het systeem om te zien, of de persoon, die de aanvrage aanneemt, de leeftijd van de aanvrager geverifieerd heeft door te kijken naar zijn geboortecertificaat. Zo niet, gaat de systeemstroom door naar blok 5, waar de aanvrager wordt uitgenodigd om opnieuw aan te vragen met zijn geboortecertificaat. In het andere geval is de leeftijd van de aanvrager geverifieerd en gaat de stroom door naar blok 6, waar berekeningen worden uitgevoerd om te bepalen, of het waardegoed al dan niet deelname in het programma door iemand van aanvrager's leeftijd zal ondersteunen.
De voorkeursuitvoering van de uitvinding neemt aan, dat alle deelnemers met deelname beginnen op 1 januari van één of ander speciaal jaar. Zodoende wordt bij 6 de leeftijd van een aanvrager (x) op januari 1 van het lopende kalenderjaar, afgerond tot het dichtst bij zijnde leeftijd in hele jaren, berekend. Eveneens wordt de verhouding g'x/ρ'χ berekend, waarbij q'x een fractie (bijvoorbeeld 80%) is van de overlijdenskans van iemand van de leeftijd x, exact in overeenstemming met standaardbevolkingssterfte-tabellen, en p'x = l-q'x. De fractie is zo gekozen, dat de periodieke uitdelingen worden verminderd, waardoor fondsen bewaard blijven in het programma, die werken als een buffer tegen onvoorziene uitgaven in de toekomst, en waaruit, aangenomen dat alles tenminste zo goed gaat als te verwachten, bonussen kunnen worden betaald aan deelnemers. Indien de fractie bijvoorbeeld gesteld is op 80%, dan wordt 20% van de volledige, theoretische uitdelingen, die zouden kunnen worden gedaan, tegengehouden. De fractie kan natuurlijk worden gevarieerd volgens omstandigheden en ervaring. De gangbare marktwaarde (CMV) wordt ingesteld op de laagste van aanvrager's beoordeling van de gangbare marktwaarde en de onafhankelijke taxering.
Een minimumale periodieke uitdeling van Z dollars is ingesteld door de programmabeheerders, zodat zeer kleine zaken, die de administratieve behandelingskosten niet waard zijn, niet voor deelname in het programma worden geaccepteerd. Bij 7 onderzoekt het systeem om te zien, of de waarde van het waardegoed voldoende is om zo een minimum uitdeling te ondersteunen volgens de formule
CMV x k x (ς'χ/ρ'χ) x 1,04 > Z
Deze test wordt in het onderstaande in meer detail uiteengezet in samenhang met de berekening van uitdelingen.
Indien de waarde onvoldoende is, wordt de aanvrage teruggewezen bij 8. In het andere geval is de waarde voldoende en de stroom gaat door naar test. 9, waar het systeem controleert, dat het verschil tussen aanvrager's beoordeling van de lopende marktwaarde en de onafhankelijke taxering niet een voorbepaald aanvaardbaar percentage van de onafhankelijke taxering overschrijdt. Indien het verschil overmatig is, wordt aanvrager bij 10 verzocht om zijn schatting opnieuw te overwegen en opnieuw aan te vragen. In het andere geval, wanneer er geen overmatig verschil is, gaat de stroom naar test 11, waar het systeem controleert om te zien, of de schuldverplichting, die aangeboden wordt, minder is dan het produkt van de gangbare marktwaarde en de k-waarde, zodat het waardegoed steeds voldoende is om de verplichting af te betalen.
Zo niet, wordt aanvrager uitgenodigd bij 12 om opnieuw aan te vragen met een schuldverlening, die klein genoeg is om test 11 te passeren, maar groot genoeg om een minimum uitdeling van Z te ondersteunen. In het andere geval, indien de schuldverplichting, die aangeboden wordt, niet te groot is om test 11 te passeren, onderzoekt het systeem bij 13 om te zien, of zij groot genoeg is om een minimum uitdeling van Z te ondersteunen, daarbij gebruik makende van de formule PO x k x (q'x/p'x) x 1,04 Z welke dezelfde test is, gebruikt als test 7, uitgezonderd, dat PO (bedrag van schuldverplichting) is gesubstitueerd voor CMV. Indien dit het geval is, drukt het systeem bij 14 het hypotheekdocument, de promesse, en het deelname-akkoord. De aanvrage completeert de documenten, de hypotheek wordt geregistreerd, en het stambestand van het systeem (MFILE) wordt bijgewerkt. Facultatief kan een direct depcsitoarrangement voor uitbetaling van uitdelingen worden gemaakt met de bank van de deelnemer.
De jaarlijkste berekening van uitkeringsbetalingen is geschematiseerd in fig. 2A-2B. Bij 15 maakt het systeem toegang tot het systeemstambestand en werkt dit bij (MFILE). Bij 16 worden het jaar van berekening (Y), de rentegraad (I) (bepaald van marktopbrengsten van gemiddelde term obligaties van hoge kwaliteit), de beschikbare reserves (R) zoals vanaf 1 januari van jaar Y, en de beheerskosten (M) voor het fonds (inclusief winst), worden ingevoerd in het systeem. Bij 17 wordt een bestand R(Y) gecreëerd voor het bewaren van de berekende uitdelingen voor het jaar Y. Bij 18 worden de variabelen N (teller voor aantal deelnemers), S (totale uitkeringen voor alle deelnemers), Q (totaal van gekapitaliseerde waarde van alle schuldverplichtingen voor alle deelnemers), en ABR (aangegroeide bonusreserve - de som nodig om tegemoet te komen aan alle toekomstige bonusuitbetalingen, gedeclareerd op datum) geïnitialiseerd op nul.
Bij 19 wordt een kringloop van alle deelnemers begonnen door de teller N te verhogen met één. Bij test 20 bepaalt het systeem, of deelnemer N leeft, en deelnemer was op 1 januari van jaar Y. Zo niet, gaat de stroom door naar test 21, waar de kringloop wordt beëindigd, indien N gelijk is aan het totale aantal deelnemers, of waar de regeling terugloopt naar blok 19, waar N opnieuw wordt vermeerderd. Indien deelnemer N leeft en een deelnemer was op 1 januari van jaar Y, wordt bij 22 zijn leeftijd op 1 januari van het jaar Y berekend op het dichtst bij gelegen hele jaar. Bij 23 wordt de uitdeling, s, voor deelnemer N berekend onder gebruikmaking van de formule s = PO x (q'x-i/ρ'χ-ΐ) x 1/04 x C(Y-1)N.
De index x-1 geeft aan, dat de berekening inkomsten gedurende het voorgaande jaar dekt. Om deze reden geldt s = 0 voor nieuwe deelnemers, s is duidelijk evenredig aan de schuldverplichting PO en het risico van overlijden (q'x_l) gedurende het juist voorbijgegane jaar. p'x_i verschijnt in de noemer als een weg om de deelnemer een extra uitkering te geven voer te hebben overleefd tot het einde van het jaar, wat nodig is om een uitkering te ontvangen. De factor 1,04 staat voor rente, verdiend door het fonds onder aanname van een jaarlijkse rentegraad van 8% voor een half jaar (vanwege het gemiddelde worden obligaties aan het fonds betaald in het midden van het jaar). De factor 1,04 kan worden gevarieerd in overeen- 14 stemming met omstandigheden, inclusief voorgaande rentegraden. C(Y-l) is een factor (altijd groter dan of gelijk aan ëén), die de accumulatie representeert van al de bonussen, gedeclareerd op datum, en verhoogt het tot dusverre verkre-5 gen resultaat, teneinde in staat te zijn voor dergelijke bonussen. C(Y—1)N is de factor voor een individuele deelnemer N. R(Y)n (naar verwezen in het stroomschema) is de Nde invoer in R(Y). Bij 24 wordt s toegevoegd aan S om een lopend totaal te houden. Bij 25 wordt de gekapita-10 liseerde waarde q van het waardegoed van de Nde deelnemer berekend volgens de formule q = PO x Ax waarin Ax de levensverzekeringswaarde voor het fonds is van een deelnemer's toezegging om één dollar te betalen 15 bij overlijden, toegepast op de waarde van de schuldverplichting (PO). Bij 26 wordt q toegevoegd aan Q om een lopend totaal te houden. Bij 27 wordt de aangegroeide bonusreserve (ABR) vermeerderd voor deelnemer N met het produkt van (C(Y-l)fj-l) en de gekapitaliseerde waarde q van zijn 20 waardegoed. Van blok 27 gaat de controle terug naar test 21 om te zien of alle deelnemers zijn verwerkt. Zo niet, keert de controle terug naar blok 19. In het andere geval is de kringloop beëindigd.
Wanneer de kringloop is beëindigd, gaat de controle 25 door naar blok 28, waar de uitkeerbare opbrengst voor het jaar Y (DP(Y)) wordt berekend. Dit getal, dat gebruikt wordt om te bepalen, of participanten bonussen moeten ontvangen, is gelijk aan de totale reserves (R) minus aangegroeide bonusreserves (ABR-hierboven beschreven) 30 minus de totale uitkeringen, hierboven berekend (S) minus de beheerskosten (M) (inclusief opbrengst), uitgezonderd, dat DP(Y) op nul gesteld wordt, indien dit anders negatief zou zijn. Bij 29 wordt een nieuwe bonusfactor (B(Y)) berekend als de som van 1 en de verhouding van uitkeerbare 35 opbrengst (DP(Y)) tot de totale gekapitaliseerde waarde van alle waardegeoederen (Q). Bij 30 wordt N gereïnitialiseerd op nul in voorbereiding voor een kringloop (31-34), waarin de aangegroeide bonusfactor (C(Y)N) voor elke deelnemer N, om te gebruiken in de volgende periodieke uitdelings- 83 03 02 6.
berekening, wordt bepaald. Bij 31 wordt de teller N vermeerder met éën. Bij 32 test het systeem om te zien, of deelnemer N leeft en deelnemer was op 1 januari van het jaar Y. Zo niet controleert het systeem bij 33 om te zien, of alle deelnemers zijn verwerkt en, indien zij dit zijn, wordt de kringloop beëindigd. Indien niet alle deelnemers verwerkt zijn, wordt de volgende deelnemer N behandeld, beginnende bij 31. Indien bij 32 deelnemer N leeft en participeert op 1 januari van het jaar Y wordt zijn nieuwe aangegroeide bonusfactor (C(Y)N) berekend bij 34 als het produkt van B(Y) en zijn aangegroeide bonusfactor voor het voorafgaande jaar (C(Y-1)N). Voor nieuwe deelnemers wordt C(Y)N gesteld op 1. De controle gaat dan naar test 33 om te zien of alle deelnemers zijn verwerkt. Zo niet gaat de kringloop door bij 31. In het andere geval wordt de kringloop beëindigd. Wanneer de kringloop beëindigd is, gaat de controle door naar blok 35, waar bestand R(Y) wordt gesloten en bewaard.
Als de waarde van een waardegoed fluctueert, kan het nodig zijn om in die mate, dat de fluctuaties hoger zijn dan die, voorspeld door de k-waarde, te vragen, dat de deelnemer zijn schuldverplichting vermindert of verdere waardegoederen verpandt, of het kan mogelijk zijn om hem in staat te stellen om zijn schuldverplichting te verhogen. De waardegoederen worden bij voorkeur periodiek gehertaxeerd door het programma en het proces van het systeem en de methode van de uitvinding voor verrekening met de hertaxering is geschematiseerd in fig.3.
Een hertaxering van de lopende marktwaarde vindt plaats bij 36. Bij 37 test het systeem om te zien,of de lopende marktwaarde gelijk is aan of groter dan de verhouding van het bedrag van de schuldverplichting tot de k-waarde. Zo niet wordt de deelnemer geadviseerd bij 38, dat hij zijn schuldverplichting moet verminderen of verdere waardegoederen verpanden. In het andere geval, wanneer de waarde groter is dan het bedrag van de schuldverplichting, wordt de deelnemer geadviseerd, dat hij zijn schuldverplichting kan verhogen tot het produkt van de k-waarde en de nieuwe lopende marktwaarde, en hij wordt uitgenodigd aldus te doen. Indien hij, bij test 41, de uitnodiging afslaat, gaat de controle door naar blok 42 en blijven zijn uitkeringen onveranderd.
Indien hij evenwel accepteert worden de noodzakelijke documenten, die een nieuwe schuldverplichting en een nieuwe hypotheek belichamen, voortgebracht, en hem aangeboden ter ondertekening bij 43. Bij 44 wordt de nieuwe hypotheek geregistreerd. Het proces eindigt met het bijwerken van het stambestand bij 45, teneinde de nieuwe schuldverplichting op te nemen.
Wanneer een deelnemer komt te overlijden, moet het fonds het bedrag van de schuldverplichting uit zijn nalatenschap innen. Wanneer het waardegoed, dat de verplichting dekt iets anders is dan onroerend goed, moet de waarborg zodanig worden gekozen, dat het innen eenvoudig kan geschieden. Wanneer het waardegoed onroerend goed is, kan er een voorziening zijn getroffen in de partici-patie-overeenkomst voor de hypotheek om met rente dragen te beginnen, zoals hieronder besproken, wanneer de verplichting betaalbaar wordt, indien de betaling niet gedaan is. Het fonds zal aldus inkomen ontvangen voor de periode van niet-betaling, en kan zelfs in staat zijn om de hypo-theekverplichting te verkopen aan geïnteresseerde financiële instituten, indien de overeenkomst daarin voorziet, dat de hypotheek verhoogde rente begint te dragen na een overeengekomen periode vanaf de tijd, dat de verplichting betaalbaar wordt. In een gebruikelijker scenario, zullen evenwel de administrateurs van de nalatenschap herfinan-cieren met een gebruikelijke hypotheek en de schuldverplichting aan het fonds afbetalen, indien er op geen andere wijze voldoende gereed geld in de nalatenschap is om de verplichting te betalen.
Het proces voor het incasseren op de schulverplichting bij overlijden van een deelnemer is geschematiseerd in fig.4. Het proces begint bij 46, waar de programmabeheerders op de hoogte gesteld worden van het overlijden door de bank van de deelnemer, indien rechtstreeks deposito van uitkeringen wordt toegepast, of door een vriend of verwant van de deelnemer. Bij 47 wordt contact opgenomen met de excuteur of administrateur van de nalatenschap van de overleden deelnemer, en wordt een vordering voor het bedrag van de schuldverplichting gesteld. Bij test 48 controleert het systeem om te zien, of andere waardegoederen in de nalatenschap voldoende zijn om de schuldverplichting te betalen. Indien dit het geval is, wacht het systeem op betaling. Zo niet, gaat de controle door naar blok 49, waar verkoop van de waardegoederen tot stand gebracht wordt door programmapersoneel, en het systeem wacht vervolgens op betaling. Bij blok 50 aanvaardt het systeem betaling en wordt de hypotheek beëindigd. De berekeningen, waarop het fonds gebaseerd is, gaan uit van directe betaling door de nalatenschap van de deelnemer in geval van overlijden, en de levensvatbaarheid van het fonds hangt af van prompte betaling. Als een aansporen tot prompte betalingen, hetgeen nodig is om de uitdelingen aan overlevende deelnemers te funderen, wordt rente berekend vanaf de overlijdingsdatum of eventueel, om de nalatenschap van de overledene tijd te geven om zijn zaken te regelen, vanaf het einde van een gratieperiode (bijvoorbeeld dertig dagen) na overlijden. Tenslotte wordt het stambestand bijgewerkt bij blok 51.
In fig.5 is een uitvoeringsvoorbeeld getoond van een inrichting, het hardwaresysteem 100, dat bestaat uit gebruikelijke informatieverwerkingsapparatuur, voor het uitvoeren van de uitvinding. De centrale verwerkings-eenheid 101 is een Hewlett-Packard HP-3000 serie 52 computer. Het opslaan van gegevensmassa wordt verzorgd door tenminste éën HP7978 banddrijfeenheid 102 en een aantal HP7933 schijfdrijfeenheden 103. Een aantal printers 104 zijn aangesloten op het systeem voor het voortbrengen van de hypotheken, promesses en participatie-overeenkomsten, alsook rapporten voor gebruik door programmapersoneel.
Voor interne rapporten is een aantal HP2564A regeldrukkers aanwezig. Voor de hypotheken, promesses, overeenkomsten en andere documenten voor extern gebruik zijn een aantal HP2686 letterkwaliteitlaserdrukkers voorzien. De verhouding van het aantal laserdrukkers tot het aantal regeldrukkers is ongeveer zes op éën. Een aantal HP30145A
ATP (Advanced Terminal Processor) eenheden 105 (niet getoond) sluiten de centrale verwerkingseenheid aan op HP2392A terminals (twaalf terminals per ATP), waar het systeempersoneel de boven beschreven procedures uitvoert en andere procedures indien noodzakelijk.
Zoals boven aangegeven, kan een verscheidenheid van verschillende waardegoederen geschikt zijn om schuldverplichtingen te waarborgen. Bij sommige toepassingen (zie beneden) van de uitvinding is slechts ëën speciaal soort waardegoed geschikt te achten, terwijl voor andere toepassingen verschillende soorten waardegoederen geschikt kunnen zijn. Ongeacht wat voor waardegoederen worden gebruikt, kan slechts een bepaald percentage van de marktwaarde, welke zorgt voor ruime zekerheid voor het fonds, worden gebruikt als bedrag van de schuldverplichting. Periodieke herwaardering van het waardegoed maakt het mogelijk een toename in waarde ervan te reflecteren in een verhoogde schuldverplichting, en aldus in een groter aandeel in uitkeringen. Hetzelfde percentage marktwaarde dient te worden gehandhaafd om dezelfde veiligheidsmarge te bewaren.
Huizen zijn het meest voor de hand liggende waardegoed wegens het grote aantal huiseigenaars in de bevolking en omdat de mechanismen van huishypotheken eenvoudig en bekend zijn. Periodiek herwaarderingen maken het mogelijk, dat de toegenomen waarde van het eigendom wordt gereflecteerd in een verhoogde schuldverplichting, en zodoende in een toegenomen aandeel in uitkeringen. Niet alleen huizen, maar ook inkomsten-producerend onroerend goed kan een waardegoed zijn bij de uitvinding. Aangenomen, dat zo'n eigendom reeds onderworpen is aan bestaande hypotheekfinanciering, wordt de uitvinding een methode voor het verhogen van inkomsten uit het eigendom op basis van een secondaire hypotheek, die geen betaling van rente of iets anders inhoudt, zolang de eigenaar leeft.
Kunstwerken vormen een aantrekkelijk waardegoed voor de uitvinding vanwege de in sterke mate toegenomen marktwaarde van veel exemplaren sinds de tijd van het verwerven ervan. Veel mensen, die kunstwerken bezitten, willen hiervan genieten voor de rest van hun leven, maar zouden graag voordeel trekken gedurende hun leven van de enorme marktwaarde-beoordeling. Voor die mensen, die beogen het kunstwerk na te laten aan een museum of ander openbaar instituut, kan een voorziening worden getroffen voor zo'n gift, onderhevig aan betaling van de schuldverplichting door de nalatenschap van de eigenaar of door het instituut. Wederom zullen periodieke herwaarderingen en verhoogde schuldverplichtingen op basis van een toename in waarde het aandeel van de eigenaar in uitkeringen verhogen.
Het produceren van inkomsten uit edelmetalen is een voortdurende uitdaging aan de vindingrijkheid van de financiële gemeenschap, en een voorraad goud of ander edelmetaal, gebruikt als waardegoed volgens de uitvinding biedt ëën oplossing. Evenals met andere relatief wisselvallige waardegoederen moet een keuze worden gemaakt door het fonds tussen het toelaten van slechts relatief lage percentages marktwaarde als de basis voor participatie, of het toestaan van iets hogere percentages met een voorziening voor periodieke herwaardering en bijstelling van het aandeel van de deelnemer, teneinde een juiste veiligheidsmarge te handhaven. In tegenstelling met huizen en kunstwerken is de eigenaar normaliter niet geïnteresseerd in het fysieke bezit van een voorraad edelmetaal, en het veilige opslag, onderworpen aan een wettelijk veilige borgwissel van het metaal, wordt gemakkelijk tot stand gebracht.
Verkoopbare zekerheden kunnen normaal worden beschouwd als het equivalent van geld, maar in speciale situaties, waar het bewaren van de zekerheden gewenst is, kunnen zij worden verpand als een waardegoed onder de uitvinding, en als zodanig bieden zij in verregaande mate hetzelfde beeld als edelmetalen.
Volledig betaalde levensverzekeringspolissen, die overdraagbaar zijn, vormen een voor de hand liggend en veilig waardegoed voor de uitvinding, en bieden het voordeel, dat direct baten kunnen worden geïncasseerd zonder zijn toevlucht te behoeven nemen tot de nalatenschap van de deelnemer. De mogelijkheid om polissen te gebruiken, die verdere premiebetalingen vereisen, valt te overwegen om te zien, of er een de moeite waarde zijnd verschil is tussen premiebetalingen en verwachte uitkeringen onder de uitvinding. Verzekeringspolissen zijn geen waardegoed, waarvan de waarde zal stijgen. Overlijdingsuitkeringen onder pensioenplannen, indien overdraagbaar, zouden kunnen worden gebruikt als een waardegoed op dezelfde wijze als levensverzekeringspolissen.
De meest voor de hand liggende vorm voor het progrmma, uitgevoerd door de uitvinding, is een annuïteit. In tegenstelling tot gebruikelijke annuïteiten vereist een annuïteit van deze soort evenwel geen afstand doen van geld of bezit vóór de dood. Het geeft aanzienlijk extra inkomen voor de duur van het leven, afgeleid van waardegoederen, zodat de annuïtant het volledig genot kan hebben voor de rest van zijn leven.
Een ander gebruik van het programma uitgevoerd door de uitvinding, is als basis voor individuele pensioen-schema's. Er zijn geen contributies nodig en een dergelijk schema kan worden begonnen, wanneer iemand nog werkt, of ter enige tijd na uittreding. Een dergelijk pensioen-schema kan vanzelfsprekend dienen om pensioenplannen aan te vullen, die jaren tevoren een adequate voorziening leken voor pensionering, maar nu nog nauwelijks adequaat lijken vanwege de effecten van inflatie of vanwege veranderende omstandigheden.
Voor een gezondheidsverzekering om de financiële risico's te dekken van het leven tot een rijpe oude leeftijd, kan worden betaald door het programma, uitgevoerd door de uitvinding, zoals dit kan voor verpleeghuis of thuisverplegingszorg, wederom zonder enige vermindering van inkomen voor de deelnemer. Naarmate een deelnemer ouder wordt nemen de uitkeringen aan hem toe in een hoge mate vanwege de toename in de verhouding ς'χ/ρ'χ/ zodat zelfs de meest dure medische en verplegingszorgen kunnen worden betaald voor vrijwel onbepaalde tijd.
Het programma, uitgevoerd door de uitvinding, kan worden gebruikt als de basis voor een rentevrij financieringsschema. Indien een deelnemer wordt toegelaten om zich terug te trekken op enige tijd in de toekomst, zou de deelnemer feitelijk hebben betaald voor de kosten van zijn participatie door het risico te hebben gelopen, dat zijn promesse zou zijn uitgevoerd voor het geval hij zou zijn overleden, voordat hij zich terugtrekt.
Maar indien hij de bedragen, die hij ontvangen heeft, terug betaald en zich terugtrekt na een gestipuleerde tijd, eventueel met een boete, indien het terugtrekken zeer kort na het toetreden is, zal hij een rentevrije lening hebben gehad. In principe kan zelfs de terugbe-talingseis worden geëlimineerd of gemodificeerd, indien de bedragen, toegedeeld, en de tijd van vereiste deelname geschikt genomen zijn, om de deelnemer op voldoende groot risico te stellen van het uitvoeren van zijn promesse, hoewel overwegingen van commerciële aantrekkelijkheid zwaar dienen te wegen bij dergelijke beslissingen. Het toestaan van zo'n terugtreden zou de vrees van een deelnemer verminderen, dat hij nooit het waardegoed zou kunnen wegdoen, of dat het actief, gegeven aan het fonds, niet beschikbaar zou kunnen worden gemaakt voor het waarborgen van een gebruikelijke lening voor een bedrag ineens, indien nodig op enig tijdstip in de toekomst.
Verder zou een deelnemer bijvoorbeeld zijn huis kunnen willen verkopen en naar elders verhuizen. Indien het huis een hypotheek heeft ter waarborging van zijn schuldverplichting, kan hij nog steeds het huis verkopen en een geschikte hypotheek substitueren op een nieuw huis, of zekerheid verschaffen in enige andere vorm onder gebruikmaking van de opbrengsten van de verkoop. Ook met andere soorten waardegoederen, welke hij zou willen wegdoen, is een deelnemer niet in zijn eigenaarsschap vergrendeld, maar kan hij zorgen voor geschikte vervangingen om zijn schuldverplichting te waarborgen en zodoende in het fonds te blijven.
Het programma, uitgevoerd door de uitvinding, kan dienen als basis van een investeringsfonds, dat geen contributies van de participanten vraagt, maar slechts een accumulatie en investering van bedragen, die anders periodiek zouden worden verdeeld. De investeringsportefeuilles, geproduceerd door dergelijke accumulaties, bieden het vooruitzicht van aanzienlijk verhoogde uitdelingen hetzij later, wanneer de deelnemer nog steeds leeft, of aan zijn nalatenschap, of beide. Dit biedt verder interessante extra mogelijkheden voor de fondsbehering, werkzaam als investeringsfondsbeheerders.
Aldus verschaft de uitvinding een informatieverwerkingssysteem en methode voor het uitvoeren van een programma voor het produceren van inkomen uit waarde-goederen, die normaal niet inkomen-producerend zijn.
Variaties en modificaties alsook verdere toepassingen zullen de vakman na kennisname van het bovenstaande duidelijk zijn, en worden geacht mede te vallen binnen het kader van de uitvinding.
-conclusies-
Claims (18)
1. Informatieverwerkingssysteem voor het uitvoeren van een programma voor het vrijgeven aan een eigenaar van een waardegoed van tenminste een gedeelte van de geldwaarde ervan zonder eigendomsoverdracht van genoemd waardegoed en zonder overdracht van de beschikking daarover, welk systeem het in aanmerking komen voor genoemd programma bepaalt en programma-uitbetalingen vaststelt, g e-kenmerkt door middelen voor het invoeren van aanvragegegevens, ontleend aan een aanvrage van genoemde eigenaar voor deelname in het programma, welke aanvragegegevens omvatten geboortedatum van de eigenaar, een bedrag van een schuldverplichting, aan te bieden voor deelname in het programma, en een schatting door de eigenaar van de lopende marktwaarde van het waardegoed; middelen voor het bepalen van de overlijdenskans van de eigenaar gedurende enig speciaal jaar op basis van de geboortedatum; middelen voor het bepalen op basis van genoemde lopende marktwaarde en genoemde overlijdenskans, of het waardegoed een voorbepaalde minimumuitdeling van geld zal ondersteunen en voor het afwijzen van de aanvrage, indien het waardegoed niet voldoende waarde heeft om genoemde minimale uitdeling te ondersteunen; middelen voor het voortbrengen van een hypotheek-document tegenover het waardegoed en een promesse voor ondertekening door de eigenaar, welke promesse gewaarborgd is door genoemde hypotheek en uitbetaalbaar bij overlijden van de eigenaar; en middelen voor het berekenen en het doen van periodieke uitkeringen aan deelnemende eigenaars op basis van de waarde van participerende waardegoederen en het bedrag van de schuldverplichting, gegeven door elke eigenaar, waarbij: deze eigenaar zijn eigendomsrecht en de beschikking over genoemd waardegoed behoudt gedurende zijn leven, terwijl de waarde van het waardegoed voor hem beschikbaar is in de vorm van geld.
2. Informatieverwerkingssysteem volgens conclusie 1, verder gekenmerkt door middelen voor het vergelijken van de schatting van de lopende marktwaarde met een onafhankelijke taxering van de lopende marktwaarde en voor het afwijzen van de aanvrage, indien er een discrepantie is tussen genoemde schatting en genoemde taxering, welke een voorbepaald aannemelijk percentage van de taxering overschrijdt.
3. Informatieverwerkingssysteem volgens conclusie 1 of 2, gekenmerkt door middelen voor het vergelijken van de aangeboden schuldverplichting met het produkt van de lopende marktwaarde en een evenredigheidsfactor, welke evenredigheidsfactor gekozen is uit een lijst evenredigheids factoren in overeenstemming met soort waardegoed, en representerende de kleinste fractie van lopende marktwaarde, die in het normale geval waarschijnlijk wordt bereikt vanwege prijsfluctuaties van waardegoed gedurende het leven van de eigenaar, en voor het afwijzen van de aanvrage, indien de schuldverplichting genoemd produkt overtreft, waardoor bij overlijden van de eigenaar het waardegoed in alle waarschijnlijkheid voldoende waarde heeft om aan de schuldverplichting te voldoen.
4. Informatieverwerkingssysteem volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat er verder middelen zijn om op basis van de lopende marktwaarde en de overlijdenskans te bepalen, of de schuldverplichting genoemde voorbepaalde minimale periodieke uitdeling aan geld zal ondersteunen, en om de aanvrage terug te wijzen, indien de schuldverplichting niet voldoende is om genoemde voorbepaalde minimale uitdeling te ondersteunen.
5. Informatieverwerkingssysteem volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de middelen voor het berekenen en doen van periodieke uitkeringen deze uitkeringen additioneel baseren op uit-keerbare winsten van ht programma.
6. Informatieverwerkingssysteem volgens conclusie 5,met het kenmerk, dat de uitkeerbare winsten worden uitgekeerd aan elke deelnemende eigenaar van waardegoed op basis van een naar rato-aandeel, bepaald door een verhouding welke de gekapitaliseerde waarde van zijn waardegoed heeft tot een totaal gekapitaliseerde waarde van alle participerende waardegoederen.
7. Informatieverwerkingssysteem volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat dit verder middelen heeft voor het periodiek vergelijken van een gehertaxeerde lopende marktwaarde van het waardegoed met het bedrag van de betreffende schuldverplichting en, indien de lopende marktwaarde is toegenomen, voor het voortbrengen van een kennisgeving aan de eigenaar, dat genoemd bedrag kan worden verhoogd, en, indien de lopende marktwaarde omlaag gegaan is, voor het voortbrengen van een kennisgeving aan de eigenaar, dat hij 1) of het bedrag van de schuldverplichting vermindert, 2) of hypotheek geeft op extra waardegoederren.
8. Informatieverwerkingssysteem volgens conclusie 7,met het kenmerk, dat dit verder middelen heeft voor het voortbrengen van een nieuwe promesse en een nieuwe hypotheek, wanneer de schuldverplichting veranderd is.
9. Informatieverwerkingssysteem volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat dit verder omvat: middelen voor het invoeren van het overlijden van de eigenaar; middelen voor het verwittigen van programmapersoneel om te zorgen voor betaling van zo'n schuldverplichting uit de nalatenschap van de eigenaar, en, indien de nalatenschap niet op andere wijze de schuldverplichting kan regelen, te zorgen voor verkoop van het waardegoed; middelen voor het berekenen van rente vanaf de overlijdensdatum tot aan de datum van ontvangst van betaling uit 1) öf de nalatenschap, 2) df verkoop van het waardegoed; en middelen voor het beëindigen van de hypotheek bij ontvangst van genoemde betaling en genoemde rente.
10. Informatieverwerkingsmethode voor het uitvoeren van een programma voor het aan een eigenaar van een waardegoed vrijgeven van tenminste een gedeelte van de geldwaarde ervan zonder overdracht van eigendomsrecht van genoemd waardegoed en zonder overdracht van de beschikking erover, welke methode het in aanmerking komen voor het programma bepaalt en programma-uitbetalingen vaststelt, met het kenmerk, dat de methode omvat de volgende stappen: het invoeren van aanvragegegevens, ontleend aan een aanvrage door genoemde eigenaar om deel te nemen in het programma, welke aanvragegegevens omvatten geboortedatum van de eigenaar, een bedrag van een schuldverplichting, aan te bieden voor deelname in het programma, een schatting door de eigenaar van de lopende marktwaarde van het waardegoed; het bepalen van de overlijdenskans van de eigenaar gedurende enig speciaal jaar op basis van de geboortedatum; het bepalen op basis van de lopende marktwaarde en genoemde overlijdenskans, of het waardegoed een voorbepaalde minimum uitdeling van geld zal ondersteunen en het terugwijzen van de aanvrage, indien genoemd waardegoed onvoldoende waarde heeft om genoemde periodieke minimum uitdeling te ondersteunen; het voortbrengen van een hypotheekdocument en een promesse ter ondertekening door de eigenaar, welke promesse is gewaarborgd door de hypotheek en uitbetaalbaar bij overlijden van de eigenaar; en het berekenen en doen van periodieke uitdelingen aan deelnemende eigenaars op basis van waarde van participerende waardegoederen en het bedrag van de schuldverplichting, gegeven door elke eigenaar, waarbij: elke eigenaar zijn eigendomsrecht en beschikking behoudt van het betreffende waardegoed gedurende zijn leven, terwijl de waarde van het waardegoed voor hem beschikbaar is in de vorm van geld.
11. Informatieverwerkingsmethode volgens conclusie 10,met het kenmerk, dat deze verder omvat het vergelijken van genoemde schatting van de lopende geldwaarde met een onafhankelijke taxering van de lopende marktwaarde, en het terugwijzen van de aanvrage, indien er een verschil is tussen genoemde schatting en genoemde taxatie, welke een voorbepaald aannemelijk percentage van genoemde taxering overtreft.
12. Informatieverwerkingsmethode volgens conclusie 10 of 11,met het kenmerk, dat deze verder omvat het vergelijken van de aangeboden schuldverplichting met het produkt van de lopende marktwaarde en een even-redigheidsfactor, welke evenredigheidsfactor gekozen is uit de lijst van evenredigheidsfactoren volgens soort waardegoed en representerende de kleinste fractie van de lopende marktwaarde, die in een normaal geval waarschijnlijk wordt bereikt vanwege prijsfluctuaties van het waardegoed gedurende het leven van de eigenaar, en het terugwijzen van de aanvrage, indien de schuldverplichting hoger is dan genoemd produkt, waardoor bij overlijden van de eigenaar het waardegoed naar alle waarschijnlijkheid voldoende waarde heeft om te voldoen aan de schuldverplichting.
13. Informatieverwerkingsmethode volgens één der conclusies 10-12, met het kenmerk, dat deze verder omvat het bepalen op basis van de lopende marktwaarde en genoemde overlijdenskans, of de schuldverplichting genoemde minimale periodieke uitdeling van geld zal ondersteunen, en het terugwijzen van de aanvrage, indien de schuldverplichting onvoldoende is om de voorbepaalde minimale uitdeling te ondersteunen.
14. Informatieverwerkingsmethode volgens één der conclusies 10-13, met het kenmerk, dat het berekende en maken van de periodieke uitdeling genoemde uitdelingen verder baseert op uitkeerbare winsten van het programma.
15. Informatieverwerkingsmethode volgens één der conclusies 10-14, met het kenmerk, dat genoemde uitkeerbare winsten worden uitgekeerd aan elke deelnemende waardegoedeigenaar op basis van een pro ratoaan-deel, bepaald door een verhouding welke de gekapitaliseerde waarde van zijn waardegoed heeft ten opzichte van een totale gekapitaliseerde waarde van alle participerende waardegoederen.
16. Informatieverwerkingsmethode volgens één der conclusies 10-15, met het kenmerk, dat deze verder omvat het periodiek vergelijken van een geher-taxeerde lopende marktwaarde van het waardegoed tot het bedrag van de schuldverplichting, en, indien de lopende marktwaarde is verhoogd, het voortbrengen van een kennisgeving aan de eigenaar, dat genoemd bedrag kan worden verhoogd, en, indien de lopende marktwaarde is verminderd, het voortbrengen van een kennisgeving aan de eigenaar, dat hij 1) δf het bedrag van zijn schuldverplichting moet verminderen, 2) öf hypotheek geven voor extra waarde-goederen.
17. Informatieverwerkingsmethode volgens één der conclusies 10-16, met het kenmerk, dat deze verder omvat het voortbrengen van een nieuwe promesse en een nieuwe hypotheek, wanneer de schuldverplichting is veranderd.
18. Informatieverwerkingsmethode volgens één der conclusies 10-17, met het kenmerk, dat deze verder omvat: het invoeren van het overlijden van de eigenaar het verwittigen van programmapersoneel om te zorgen voor betaling van zo'n schuldverplichting uit de nalatenschap van de eigenaar, en,indien deze nalaten schap niet op andere wijze de schuldverplichting kan afdoen, zorgen voor verkoop van genoemd waardegoed; het berekenen van rente vanaf de overlijdensdatum tot aan de datum van ontvangst van betaling uit 1) df genoemde nalatenschap, 2) óf verkoop van genoemd waardegoed; en het beëindigen van de hypotheek bij ontvangst van de betaling en de rente.
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
AU4553489 | 1989-11-24 | ||
AU45534/89A AU4553489A (en) | 1989-11-24 | 1989-11-24 | Method and apparatus for releasing value of an asset |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL8903026A true NL8903026A (nl) | 1991-07-01 |
Family
ID=3732651
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL8903026A NL8903026A (nl) | 1989-11-24 | 1989-12-08 | Methode en inrichting voor het vrijgeven van waarde van een waardegoed. |
Country Status (2)
Country | Link |
---|---|
AU (1) | AU4553489A (nl) |
NL (1) | NL8903026A (nl) |
-
1989
- 1989-11-24 AU AU45534/89A patent/AU4553489A/en not_active Abandoned
- 1989-12-08 NL NL8903026A patent/NL8903026A/nl not_active Application Discontinuation
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
AU4553489A (en) | 1991-08-01 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US5083270A (en) | Method and apparatus for releasing value of an asset | |
US20070118449A1 (en) | Trust-linked debit card technology | |
KR100791650B1 (ko) | 고객의 위험 상황별 금융 컨설팅 시스템, 그 방법 및 이를실행하기 위한 프로그램을 기록한 컴퓨터로 읽을 수 있는기록매체 | |
WO2005072478A2 (en) | Structure and method for creating tradeable financial units | |
US20080097797A1 (en) | Retirement compensation agreement financing system and method | |
Acharya et al. | Systemic risk and the regulation of insurance companies | |
Sloan et al. | Cost of capital to the hospital sector | |
CN107077665A (zh) | 用于电子交易的方法和系统 | |
US20090157565A1 (en) | Method and System: [1] to Automatically Segregate Income that is (a) "Exempt From" from the Unrelated Business Income Tax, from Income that is (b) "Subject To" the Unrelated Business Income Tax; [2] to Create Leverage (without Debt Financing); and [3] to Control the Allocation of Investment Profits between Accounts and Investors; in order to Accelerate the Growth of Retirement Accounts and other Tax Exempt and/or Tax Deferred Entities and Accounts in compliance with the Unrelated Business Income Tax in 26 USC 511-514 | |
US7747492B2 (en) | Installation and method for trading in inflation | |
US8346654B2 (en) | Indexed payment stream system and method | |
US20080189204A1 (en) | Method and apparatus for providing home equity financing without interest payments | |
KR20090100043A (ko) | 현금 담보 대출 시스템 및 그 방법 | |
NL8903026A (nl) | Methode en inrichting voor het vrijgeven van waarde van een waardegoed. | |
Lewis | A theoretical perspective on Islamic banking and financial intermediation | |
a Marriage et al. | Divorce | |
JP7573829B2 (ja) | デジタル資産の貸借システム | |
Haris et al. | The Strategy of Sharia Financial Institutions in Attracting Customer Interest in Financing in the Era of the Covid-19 Pandemic | |
Walton | Yield generation using decentralized financial (DeFi) applications | |
US20240265438A1 (en) | Commission agent banking system(cabs-at) | |
US20200219186A1 (en) | Equity Lease/Swap | |
WO1991011772A1 (en) | Method and apparatus for releasing value of an asset | |
RANI et al. | Financial Institutions, Markets and Services | |
Revis | Financial Analysis for The Tubbs Family | |
Reno et al. | Minimizing Defaultation in Lending Using Blockchain-Based Loan Management System |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
BV | The patent application has lapsed |