NL8902380A

NL8902380A - HARVESTING CART, IN PARTICULAR FOR GLOBE, TUBER OR ROOT CROPS, SUCH AS SUGAR BEET.

Info

Publication number: NL8902380A
Application number: NL8902380A
Authority: NL
Original assignee: Bernardus Antonius Maria Hack
Priority date: 1989-09-22
Filing date: 1989-09-22
Publication date: 1991-04-16
Also published as: EP0418985A1; EP0418985B1; HUT54854A; DE59006491D1; HU205230B; HU906027D0

Description

Korte aanduiding: Oogstwagen, in het bijzonder voor bol-, knol- of wortelgewassen, zoals suikerbieten.Short designation: Harvest cart, especially for bulbous, tuberous or root crops, such as sugar beets.

De uitvinding heeft betrekking op een oogstwagen, in het bijzonder voor bol-, knol- of wortelgewassen, zoals suikerbieten, voorzien van een chassis met een voorste en een achterste wielpaar en een vanaf een wageneinde tussen de wielen van een der wielparen door naar de ruimte tussen de beide wielparen voerende transporteur voor geoogste produkten, in welke ruimte een om een in hoofdzaak vertikale as draaibare inrichting met een schijfvormig, grond-doorlatend opvangen draagvlak voor de aangevoerde produkten is opgesteld, waarbij in de bewegingsbaan van dit draagvlak geleidingsmiddelen zijn opgesteld, die de geoogste produkten afleiden naar een tweede transporteur, die naar een boven liggende verzamelhouder voor gereinigde produkten voert.The invention relates to a harvesting wagon, in particular for bulbous, tuberous or root crops, such as sugar beets, provided with a chassis with a front and a rear wheel pair and one from a wagon end between the wheels of one of the wheel pairs to the space between the two wheel pairs conveyor for harvested products, in which space a device rotatable about a substantially vertical axis with a disc-shaped, ground-permeable receiving surface for the supplied products is arranged, wherein guide means are arranged in the path of movement of this surface divert the harvested products to a second conveyor, which leads to an upper collecting container for cleaned products.

Een dergelijke oogstwagen is bekend en wordt als een zelf-rijdende bietenrooier in de praktijk toegepast. Een dergelijke bietenrooier is aan de voorzijde voorzien van middelen voor het monteren van een zogenaamde bietenlichter en is voorts ingericht voor het opvangen van de gerooide bieten en het overbrengen daarvan op de transporteur, die naar de ruimte tussen de wielparen leidt. De in de ruimte tussen de wielparen ondergebrachte inrichting nu dient ertoe de gerooide bieten zoveel mogelijk te ontdoen van na het rooien daaraan blijven klevende grond, alvorens de bieten naar de verzamelhouder ter aflevering af te voeren.Such a harvesting trolley is known and is used in practice as a self-propelled beet harvester. Such a beet harvester is provided at the front with means for mounting a so-called beet lifter and is further arranged for collecting the harvested beet and transferring it to the conveyor, which leads to the space between the wheel pairs. The device accommodated in the space between the wheel pairs now serves to rid the harvested beet as much as possible of soil adhering to it after harvesting, before discharging the beet to the collection container for delivery.

In de bekende uitvoering bestaat deze inrichting uit één enkel, door een naafplaat met daarvan uitgaande spaken gevormd, betrekkelijk vlak schijfvormig element, dat de bieten opvangt, langs een deel van zijn cirkelvormige bewegingsbaan meeneemt en vervolgens via de in deze bewegingsbaan opgestelde geleidingsmiddelen aan de naar de verzamelhouder voerende transporteur af geeft. Tijdens dit transport tussen de beide transporteurs bewegen de bieten langs en over elkaar en wordt grond losgemaakt, die tussen de spaken van het schijfvormige element door kan ontwijken.In the known embodiment, this device consists of a single, relatively flat disc-shaped element, formed by a hub plate with spokes emanating therefrom, which catches the beets, takes them along a part of its circular path of movement and then via the guide means arranged in this path of movement to the the transporter carrying the collection container. During this transport between the two conveyors, the beets move along and over each other and soil is loosened, which can escape between the spokes of the disc-shaped element.

Hoewel op deze wijze inderdaad grote hoeveelheden grond, die aanvankelijk aan de gerooide bieten zijn blijven vastzitten, worden losgemaakt en verwijderd, is de hoeveelheid restgrond aan de bieten nochtans vrij aanzienlijk.Although in this way indeed large amounts of soil, which initially remained adhered to the harvested beets, are loosened and removed, the amount of residual soil to the beets is still quite considerable.

Gezien de omstandigheid, dat de netto-gewichtsprijs per ton geleverde bieten des te hoger is naarmate de bieten schoner, d.w.z. met minder aanhechtende grond worden geleverd, is het voor de gebruiker van de bietenrooier van belang, dat de gerooide bieten zo schoon mogelijk aan de verzamelhouder worden afgeleverd.In view of the fact that the net weight price per tonne of beet delivered is the higher the beet is supplied, ie with less adhering soil, it is important for the user of the beet harvester that the harvested beets are kept as clean as possible. collector are delivered.

De uitvinding beoogt derhalve de beleende inrichting, wat zijn reinigende werking betreft, aanzienlijk te verbeteren.The object of the invention is therefore to improve the lent device considerably with regard to its cleaning effect.

Volgens de uitvinding wordt dit doel bereikt, doordat het schijfvormige, grond doorlatende draagvlak samenwerkt met een op een lager niveau, en zijdelings overlappend ten opzichte daarvan gelegen tweede, soortgelijk draagvlak, een en ander zodanig, dat de geleidingsmiddelen de op het eerste draagvlak opgevangen produkten zijdelings afleiden naar het daaronder gelegen tweede draagvlak, waarbij een tweede stel in de cirkelvormige bewegingsbaan van het tweede draagvlak opgestelde geleidingsmiddelen de produkten op het tweede draagvlak zijdelings afleidt naar de tweede transporteur.According to the invention, this object is achieved in that the disc-shaped, ground-permeable bearing surface cooperates with a second, similar bearing surface located at a lower level, and overlapping laterally with respect to it, such that the guide means receive the products collected on the first bearing surface. laterally diverting to the underlying second bearing surface, wherein a second set of guiding means disposed in the circular movement path of the second bearing surface diverts the products on the second bearing surface laterally to the second conveyor.

Door de toepassing volgens de uitvinding van een tweede schijfvormig element wordt het traject, waarover de gerooide produkten respectievelijk bieten - al draaiend langs en over elkaar - over een grond-doorlatend roosterachtig draagvlak worden verplaatst alvorens te worden afgevoerd, aanzienlijk verlengd, hetgeen tot een aanzienlijke reductie van de uiteindelijk aan de bieten blijven hechtende hoeveelheid restgrond leidt.By using a second disc-shaped element according to the invention, the path over which the harvested products or beets are moved - rotating along and over each other - over a ground-permeable grid-like support surface before being removed, is considerably extended, which leads to a considerable reduction of the amount of residual soil which ultimately adheres to the beet results.

De maatregel volgens de uitvinding is daarbij in het bijzonder mogelijk geworden door de toepassing van een betrekkelijk hoog boven de assen van de beide wielstellen gelegen chassis.The measure according to the invention has been made possible in particular by the use of a chassis situated relatively high above the axles of the two wheel sets.

In een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm werkt het tweede schijfvormige draagvlak samen met een in de cirkelvormige bewegingsbaan van dit draagvlak opgesteld derde stel geleidingsmiddelen, die de gerooide produkten respectievelijk bieten op dit tweede draagvlak zijdelings afleiden naar een derde grond-doorlatend draagvlak, dat coaxiaal onder het eerste draagvlak is opgesteld, en de van het tweede draagvlak ovengenamen produkten respectievelijk bieten afgeeft aan de tweede transporteur.In a preferred embodiment, the second disc-shaped bearing surface cooperates with a third set of guiding means arranged in the circular path of movement of this bearing surface, which laterally divert the harvested products or beets on this second bearing surface to a third ground-permeable bearing surface, which is coaxial under the the first support surface is arranged, and the oven names of the second support surface deliver products or beets to the second conveyor.

De uitvinding wordt hieronder aan de hand van de tekening met een uitvoeringsvoorbeeld nader toegelicht.The invention is explained in more detail below with reference to the drawing with an exemplary embodiment.

Fig.l is een schematisch zijaanzicht van de oogstwagen volgens de uitvinding, en fig.2 is een aanzicht schuin van boven, in de richting van de voortbewegingsrichting van de wagen gezien, waarbij alleen het voorste wielstel van de wagen is weergegeven.Fig. 1 is a schematic side view of the harvesting trolley according to the invention, and Fig. 2 is a view obliquely viewed from above, in the direction of the direction of travel of the wagon, showing only the front wheel set of the wagon.

De in de tekening weergegeven oogstwagen, bijvoorbeeld een zelf rijdende bietenrooier, heeft een chassis 1 met een voorste en een achterste wielstel 2 respectievelijk 3. Zoals fig.l laat zien zijn de chassisbalken la betrekkelijk hoog boven de assen van de wielstellen 2 en 3 gelegen.The harvesting trolley shown in the drawing, for example a self-propelled beet harvester, has a chassis 1 with a front and a rear wheel set 2 and 3. As shown in Fig. 1, the chassis beams 1a are situated relatively high above the axles of the wheel sets 2 and 3. .

Vanaf een punt juist boven grondniveau aan de voorzijde van de wagen (links in fig.2) voert een transporteur 4 naar een punt, dat juist achter het voorste wielstel 2 en juist onder de chassisbalken la is gelegen. De transporteur 4 loopt daarbij tussen de beide voorwielen 2 door. In bedrijf is voor de wagen een in de tekening niet nader weergegeven rooimachine, meer in het bijzonder een zogenaamde bietenlichter gemonteerd, waarmede zich in naast elkaar gelegen rijen bevindende bieten uit de grond omhoog worden gebracht. De functie van de transporteur 4 nu is het opvangen van de uit de grond losgewerkte bieten en het transporteren daarvan naar de onder de chassisbalken la tussen de voorste en achterste wielstellen 2 en 3 gelegen ruimte. In deze ruimte bevindt zich de inrichting volgens de uitvinding, die met het algemene verwijzingscijfer 5 is aangeduid. Deze inrichting bestaat uit een samenstel van twee coaxiaal boven elkaar gelegen en cm een vertikale as draaibaar opgestelde grond-doorlatende schijven 6 en 7 (fig. 1 en 2) en een op enige afstand zijdelings ten opzichte daarvan versprongen liggende derde grond-doorlatende schijf 8 (fig.2).From a point just above ground level at the front of the car (left in fig. 2) a conveyor 4 leads to a point just behind the front wheel set 2 and just below the chassis beams 1a. The conveyor 4 passes between the two front wheels 2. In operation, a harvesting machine, not shown in more detail in the drawing, is mounted in front of the carriage, more specifically a so-called beet lifter, with which beets are lifted from the ground in adjacent rows. The function of the conveyor 4 now is to collect the beets that have been loosened from the ground and to transport them to the space located under the chassis beams 1a between the front and rear wheel sets 2 and 3. The device according to the invention, which is indicated by the general reference numeral 5, is located in this space. This device consists of an assembly of two co-axially superimposed and rotatably disposed soil-permeable discs 6 and 7 (fig. 1 and 2) and a third earth-permeable disc 8 which is staggered laterally with respect to them. (Fig. 2).

De grond-doorlatende schijven 6,7 en 8 worden elk op bekende wijze gevormd door een naafring resp. naafplaat 6a, 7a en 8a en een aantal in hoofdzaak radiaal daarvan uitgaande, met hun vrije einden enigszins naijlend opgestelde stangvormige spaken 6b, 7b en 8b. De beide naafringen 6a en 7a zijn onderling verbonden door een uit een aantal axiale staven en onrtreksringen gevormde verbindingskooi 9, die de als aandrij fbron voor de schijven 6 en 7 dienende hydromotor 10 cmgeeft. De hydrcmotor 10 is daarbij door middel van bevestigings-beugels 11 (fig.l) in een enigszins excentrische positie (fig.2) vast opgehangen aan de chassisbalken la, terwijl het schijf samenstel 6 en 7 via de onderste naafring 7a is bevestigd op het naar beneden gerichte vrije aseinde van de hydrcmotor 10.The ground-permeable discs 6,7 and 8 are each formed in a known manner by a hub ring resp. hub plate 6a, 7a and 8a and a number of rod-shaped spokes 6b, 7b and 8b arranged substantially radially therefrom, with their free ends disposed slightly laterally. The two hub rings 6a and 7a are mutually connected by a connecting cage 9, which is formed from a number of axial rods and pull rings, which gives the hydraulic motor 10 which serves as the drive source for the discs 6 and 7. The hydraulic motor 10 is thereby fixedly suspended from the chassis beams 1a by means of mounting brackets 11 (fig. 1) in a slightly eccentric position (fig. 2), while the disc assembly 6 and 7 is mounted via the lower hub ring 7a on the downward free shaft end of the hydraulic motor 10.

De schijven 6 en 7 vormen de grondvlakken van twee coaxiaal boven elkaar gelegen cilindrische opvang- en transportruimten voor de door de transporteur 4 aangevoerde rooiprodukten, die van aanhechtende grond moeten worden ontdaan. Deze cilindrische opvangruimten worden over een deel van hun omtrek (en wel aan de linker zijde, gezien in fig.2) begrensd door aan staven 12 opgehangen stationaire, cirkelboog vormige ringen 13 resp. 14 en daarvan neerhangende enigszins schuin in de aandrijf richting van de schijven 6 resp. 7 naar beneden gerichte draadvormige tanden 15 resp. 16. De onderlinge afstand tussen de tanden 15 resp. 16 is zodanig, dat zij de van de gerooide produkten (bieten) loskomende grond naar buiten toe doorlaten, doch de produkten zelf in hun cirkelvormige transportbaan houden.The discs 6 and 7 form the base surfaces of two coaxially superimposed cylindrical receiving and transport spaces for the harvested products supplied by the conveyor 4, which must be cleaned of adhering soil. These cylindrical receiving spaces are bounded over part of their circumference (on the left-hand side, seen in fig. 2) by stationary, circular arc-shaped rings 13 and 13, respectively, suspended from bars 12. 14 and hanging slightly obliquely therefrom in the drive direction of the disks 6 and 6, respectively. 7 downwardly filamentous teeth 15 resp. 16. The mutual distance between the teeth 15 resp. 16 is such that they allow the soil released from the harvested products (beets) to pass outwards, but keep the products themselves in their circular conveying path.

De derde grond-doorlatende schijf 8 ligt met zijn stangvormige spaken 8b in een vlak, dat juist boven dat van de spaken 7b van de onderste van de beide andere grond-doorlatende schijven 6 en 7 is gelegen. Daarbij overlappen de spaken 8b en 7b elkaar over een afstand, die op de verbindingslijnen tussen de assen van de schijven 7 en 8 nagenoeg overeenkomt met de effectieve spaaklengte.The third ground-permeable disc 8 lies with its rod-shaped spokes 8b in a plane just above that of the spokes 7b of the lower of the other two ground-permeable discs 6 and 7. The spokes 8b and 7b overlap each other by a distance, which on the connecting lines between the shafts of the discs 7 and 8 substantially corresponds to the effective spoke length.

De naaf ring 8a van de derde schijf 8 is op soortgelijke wijze als hierboven werd beschreven met betrekking tot de bevestiging van de naafring 7a, bevestigd op het naar beneden reikende vrije einde van een tweede hydromotor 17, die dienst doet als aandrij fbron voor de schijf 8. De schijf 8 vormt eveneens het grondvlak van een cilindrische opvang- en transportruimte voor de te reinigen rooiprodukten, welke ruimte over het grootste gedeelte van zijn ontrek naar buiten toe wordt begrensd door een stationaire ring 18 met daarvan neerhangende, enigszins schuin in de bewegingsrichting van de schijf 8 wijzende draadvormige tanden 19. De hydromotor 17 is op een in de tekening niet nader weergegeven wijze vast aan de chassisbalken 1b bevestigd.The hub ring 8a of the third disc 8 is similar to that described above with respect to the attachment of the hub ring 7a, mounted on the downwardly extending free end of a second hydraulic motor 17 serving as the drive source for the disc 8. The disc 8 also forms the base of a cylindrical collection and transport space for the harvesting products to be cleaned, which space is bounded outwardly over the major part of its extraction by a stationary ring 18 with slightly obliquely sloping in the direction of movement. Filamentous teeth 19 pointing from the disc 8. The hydraulic motor 17 is fixedly attached to the chassis beams 1b in a manner not shown in the drawing.

Rechts van de onderste van de beide grond-doorlatende schijven 6 en 7 bevindt zich een in de tekening als bandtransporteur weergegeven tweede transporteur 20, waarvan een onderste horizontale part 20b onder het vlak van de schijf 7 is opgesteld. De transportband is daarbij voorzien van meenemers 21, die de op de transportband 20 gedeponeerde gereinigde rooiprodukten kunnen meenemen en langs een naar boven lopend part 20b van de band mee omhoog kunnen voeren.To the right of the bottom of the two soil-permeable discs 6 and 7 is a second conveyor 20 shown as a belt conveyor in the drawing, a lower horizontal part 20b of which is arranged below the plane of the disc 7. The conveyor belt is thereby provided with carriers 21, which can take along the cleaned harvested products deposited on the conveyor belt 20 and carry them upwards along an upwardly extending part 20b of the belt.

Boven het chassis 1 bevindt zich de verzamelruimte 22 voor de gereinigde produkten (bieten), welke ruimte aan de voorzijde wordt begrensd door de met 23 aangegeven bestuurderscabine en aan de achterzijde waarvan zich de in de tekening niet nader weergegeven krachtbron bevindt, waarmede de hydromotoren 10 en 17 en verder benodigde aandrijf inrichtingen, zoals die voor de transporteurs 4 en 20, worden gevoed.Above the chassis 1 is the collection space 22 for the cleaned products (beets), which space is bounded at the front by the driver's cabin indicated by 23 and at the rear of which is the power source not shown in the drawing, with which the hydromotors 10 and 17 and further required drive devices, such as those for the conveyors 4 and 20, are powered.

De werking van de beschreven inrichting is als volgt.The operation of the described device is as follows.

In bedrijf worden de gerooide produkten (bieten) in een richting tegengesteld aan de voortbewegingsrichting X door de transporteur 4 toegevoerd aan de opvangruimte boven de bovenste schijf 6, die, gezien in fig.2, tegen de wijzers van een uurwerk in ronddraait. De door de schijf 6 opgencmen bieten worden over een cirkelvormige bewegingsbaan van vrijwel 360 graden meegenomen, tot zij op een in de bewegingsbaan van de schijf 6 opgestelde geleiding 25 stuiten, die de bieten radiaal naar buiten toe afleidt, waardoor deze vallen op het recht daaronder gelegen gedeelte van de dere schijf 8 (zie de pijl y in fig.2). De schijf 8 neemt de erop gevallen bieten in de pijlrichting mee, totdat zij, wederom na het afleggen van een praktisch 360 graden beslaande cirkelvormige transportweg, door een tweede, in de bewegingsbaan van de schijf 8 opgestelde geleiding 26 worden gestuit en radiaal van de betreffende schijf 8 worden afgeleid en terecht komen op de onderste 7 van de beide coaxiale schijven 6 en 7. Op deze laatse schijf 7 leggen de bieten wederom een groot gedeelte van een cirkelvormige transportweg af cm tenslotte door een in de transportbaan van deze laatste schijf opgestelde vaste geleiding 27 te worden afgevoerd naar de tweede transporteur 20, die de bieten qp een niet nader te beschrijven wijze afvoert naar de verzamelruimte 22.In operation, the harvested products (beets) in a direction opposite to the direction of travel X are supplied by the conveyor 4 to the receiving space above the upper disc 6, which, as seen in Fig. 2, rotates counterclockwise. The beets picked up by the disc 6 are carried along a circular path of movement of almost 360 degrees, until they encounter a guide 25 arranged in the path of movement of the disc 6, which diverts the beets radially outwards, so that they fall on the right below located part of the third disc 8 (see the arrow y in fig. 2). The disc 8 takes the beetroot that has fallen on it in the direction of the arrow until, again after having covered a circular transport path practically 360 degrees, they are struck by a second guide 26 arranged in the path of movement of the disc 8 and radially of the relevant disc 8 are diverted and end up on the bottom 7 of the two coaxial discs 6 and 7. On this last disc 7 the beets again cover a large part of a circular conveying path, finally through a fixed arrangement in the conveying path of this last disc guide 27 to the second conveyor 20, which conveys the beets qp to the collecting space 22 in an undisclosed manner.

Bij hun rondgang op elk der schijven 6, 7 en 8, worden de bieten op intensieve wijze in beweging gehouden, waarbij de bieten langs en over elkaar bewegen, waardoor steeds meer van de aanhechtende grond losraakt, die vervolgens tussen de radiaal uitstekende spaken van de betreffende schijf heen kan ontwijken. In vergelijking tot de tot nu toe bekende inrichting van deze soort is de transportweg, die de bieten door de reinigingsinrichting volgens de uitvinding afleggen tenminste verviervoudigd en worden aanzienlijk schonere bieten in de verzamelruinrte 22 afgeleverd.As they circulate on each of the disks 6, 7 and 8, the beets are agitated intensively, with the beets moving past and over each other, causing more and more of the adhering soil to loosen, which then moves between the radially projecting spokes of the the disc in question. Compared to the hitherto known device of this kind, the transport path traveled by the beets through the cleaning device according to the invention is at least fourfold and considerably cleaner beets are delivered into the collection space 22.

De uitvinding is niet tot het in de tekening afgèbeelde en in het bovenstaande beschreven uitvoeringsvoorbeeld beperkt. Zo zou het aantal grond-doorlatende schijven met een of meer verdere schijven kunnen worden uitgebreid, waarbij aan de hand van bovenstaande beschrijving gemakkelijk is vast te stellen, hoe dergelijke extra schijven zouden moeten worden opgesteld.The invention is not limited to the exemplary embodiment shown in the drawing and described above. For example, the number of soil-permeable discs could be expanded with one or more further discs, it being easy to determine from the above description how such additional discs should be arranged.

Claims

1. Harvest car, in particular for bulbous, tuberous or root crops, such as sugar beets, provided with a chassis with a front and a rear wheel pair and one from a car end between the wheels of one of the wheel pairs to the space between the two wheel pairs feeding conveyor for harvested products, in which space a device is arranged which is a substantially vertical axis rotatable device with a disc-shaped, ground-permeable receiving and supporting surface for the supplied products, in which guide means are arranged in the path of movement of this supporting surface diverting to a second conveyor leading to an overlying collection container for cleaned products, characterized in that the disc-shaped, ground-permeable support surface cooperates with a second, similar support surface located at a lower level and overlapping laterally with respect to it that the guide means receive the products on the first support surface laterally diverting to the underlying second bearing surface, wherein a second set of guiding means disposed in the circular movement path of the second bearing surface diverts the products on the second bearing surface laterally to the second conveyor.

Harvester according to claim 1, characterized in that the second disc-shaped bearing surface cooperates with a third set of guide means arranged in the circular movement path of this bearing surface, which laterally divert the harvested products on this second bearing surface to a third ground-permeable bearing surface. is arranged coaxially under the first support surface and delivers the products taken over from the second support surface to the second conveyor.